PDF, 3 Mb - Gemeente Rucphen

PDF, 3 Mb - Gemeente Rucphen PDF, 3 Mb - Gemeente Rucphen

17.06.2014 Views

Rucphen Ruimte voor Ruimte Visie op toepassing regeling adviseurs ruimtelijke ordening

<strong>Rucphen</strong><br />

Ruimte voor Ruimte<br />

Visie op toepassing regeling<br />

adviseurs ruimtelijke ordening


<strong>Rucphen</strong><br />

Ruimte voor Ruimte<br />

Visie op toepassing regeling<br />

identificatie<br />

projectnummer:<br />

planstatus<br />

datum:<br />

0840.008484.30 25-05-2011<br />

opdrachtleider:<br />

ing. R.G.M. Louwes<br />

opdrachtgever:<br />

gemeente <strong>Rucphen</strong><br />

auteur(s):<br />

ir. J.F.M. Taminiau<br />

ing. R.G.M. Louwes


Inhoud<br />

1. Inleiding blz. 3<br />

2. Beleidskader 5<br />

3. Gebiedsbepaling 11<br />

4. Globale toetsing 13<br />

4.1. Criteria 13<br />

4.2. Globale toetsing 15<br />

5. Toetsing deelgebieden 17<br />

5.1. Inleiding 17<br />

5.2. Munnikenheide 18<br />

5.3. Schijf 23<br />

5.4. Zegge 31<br />

5.5. <strong>Rucphen</strong> 34<br />

5.6. Sint Willebrord 37<br />

5.7. Sprundel 39<br />

6. Conclusies 49<br />

Bijlagen:<br />

1. Provinciale Verordening Ruimte<br />

2. Ontwikkelingskaart bestemmingsplan Buitengebied 1998<br />

3. Toelichting milieukaarten<br />

4. Beeldkwaliteitseisen<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


1. Inleiding 3<br />

De ruimte-voor-ruimteregeling maakt het mogelijk woningen te<br />

bouwen buiten het reguliere woningbouwprogramma om. De<br />

bouw van nieuwe woningen op ruime kavels in delen van het<br />

buitengebied kan mogelijk worden gemaakt, wanneer hiervoor<br />

agrarische bedrijfsgebouwen die in gebruik waren of zijn voor<br />

intensieve veehouderij, worden gesaneerd in combinatie met<br />

milieuwinst ter plaatse. De provincie Noord-Brabant heeft hiertoe<br />

richtlijnen vastgesteld.<br />

Met deze richtlijnen en de clusterkaart (kaart 2 plan<br />

Buitengebied) zijn de verzoeken voor deze regeling behandeld.<br />

Tijdens dit proces werd het steeds duidelijker dat er behoefte<br />

was aan een ruimtelijk-landschappelijk kader, waarmee<br />

dergelijke verzoeken goed konden worden getoetst.<br />

Kernrandzones, bebouwingslinten en clusters vormen potentiële<br />

locaties voor dergelijke woningen. Om deze woningen planologisch<br />

mogelijk te maken, is een ruimtelijk-landschappelijke<br />

visie nodig. Op basis daarvan kunnen concrete bouwaanvragen<br />

worden beoordeeld en kunnen, met de benodigde<br />

onderbouwing en procedures, bouwvergunningen worden<br />

verleend.<br />

Deze visie bevat het ruimtelijk-landschappelijk kader ten<br />

behoeve van de afweging van de ruimte die kan worden geboden<br />

aan ruimte-voor-ruimte-woningen. Deze visie is als volgt<br />

opgebouwd.<br />

Hoofdstuk 2 Beleidskader<br />

Het actuele beleidskader is weergegeven, waarin met name het<br />

provinciale beleid zoals vastgelegd in de nieuwe Verordening en<br />

Structuurvisie op basis van de nieuwe Wro, een belangrijke rol<br />

speelt. Ook het gemeentelijk beleid zoals het bestemmingsplan<br />

Buitengebied en de Structuurvisie+ worden samengevat.<br />

Hoofdstuk 3 Gebiedsbepaling<br />

In het buitengebied zijn kernrandzones, bebouwingslinten en<br />

clusters gemarkeerd. Daarna heeft een selectie plaatsgevonden<br />

van de gebieden, die ruimtelijk-landschappelijk in aanmerking<br />

komen voor een nadere toetsing van mogelijkheden voor<br />

ruimte-voor-ruimte-woningen.<br />

Hoofdstuk 4 Globale toetsing<br />

De criteria, die bepalend kunnen zijn voor de<br />

bebouwingsmogelijkheden in de geselecteerde gebieden,<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


4 Inleiding<br />

worden kort beschreven. Deze zijn merendeels van ruimtelijklandschappelijke<br />

aard. Technische aspecten blijven in dit<br />

stadium beperkt tot de meest relevante hoofdzaken. Deze<br />

aspecten komen later bij concrete uitwerkingen aan de orde.<br />

Op basis van de criteria is een globale toets uitgevoerd.<br />

Hoofdstuk 5 Toetsing deelgebieden<br />

De geselecteerde deelgebieden zijn geanalyseerd aan de hand<br />

van ruimtelijk-landschappelijke randvoorwaarden. Ter illustratie<br />

is voor deze ruimtelijk-landschappelijke toetsing een<br />

systematiek ontwikkeld die uitvoerig is toegepast op de cluster<br />

Munnikenheide. Daarin is ook een stapsgewijze uitwerking<br />

opgenomen. Voor Schijf is de gekozen methodiek getoetst.<br />

Vervolgens heeft voor de andere gebieden een vergelijkbare<br />

beoordeling plaatsgevonden. Daarbij is een kortere beschrijving<br />

gehanteerd zonder afbreuk te doen aan de methodiek en<br />

zorgvuldigheid.<br />

Hoofdstuk 6 Conclusies<br />

Aan het slot zijn enige conclusies opgenomen.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


2. Beleidskader 5<br />

Provinciaal beleid<br />

De ruimte-voor-ruimteregeling is in diverse beleidsstukken van<br />

de provincie Noord-Brabant vastgelegd. Relevant zijn:<br />

­ de beleidsnota "Verbrede inzet van de aanpak Ruimte voor<br />

Ruimte, juni 2006;<br />

­ de paraplunota Ruimtelijke Ordening, september 2007;<br />

­ de Structuurvisie Wro, juli 2008;<br />

­ de Verordening ruimte Noord-Brabant 2011 (1 maart<br />

2011);<br />

­ de Structuurvisie ruimtelijke ordening 2011.<br />

Maatgevend is de Verordening ruimte Noord-Brabant 2011.<br />

Aangezien de verordening voortbouwt op de daaraan<br />

voorafgaande beleidsdocumenten, zijn die hierna eerst in<br />

verkorte vorm weergegeven.<br />

Veel agrarische bedrijven die beëindigd worden, liggen op locaties<br />

in het buitengebied, waarvan de agrarische bestemming<br />

niet kan worden gehandhaafd. Hergebruik van voormalige<br />

agrarische bedrijfswoningen als burgerwoning is aanvaardbaar.<br />

Bij deze vorm van hergebruik moeten overtollige stallen en<br />

andere voormalige bedrijfsgebouwen zoveel mogelijk worden<br />

gesloopt. De sloop kan worden gestimuleerd door het toepassen<br />

van de ruimte-voor-ruimte-benadering. Daartoe is op<br />

13 oktober 2000 de partiële herziening van het Streekplan<br />

Noord-Brabant in verband met "ruimte voor ruimte"<br />

vastgesteld. De regeling "ruimte voor ruimte" is opgenomen in<br />

het streekplan Noord-Brabant. Op 30 maart 2004 is de<br />

beleidsregeling "ruimte voor ruimte" door Gedeputeerde Staten<br />

van Noord-Brabant vastgesteld waarin de regels betreffende<br />

"ruimte voor ruimte" nader zijn ingevuld en verduidelijkt.<br />

De regeling "ruimte voor ruimte" heeft tot doel dat de ruimtelijke<br />

kwaliteit verbeterd wordt door in ruil voor de sloop van<br />

agrarische bedrijfsgebouwen die in gebruik zijn of waren voor<br />

intensieve veehouderij, de bouw van kwalitatief hoogwaardige<br />

woningen op passende locaties toe te staan in afwijking van de<br />

programmering voor de woningbouw of, indien nodig, in afwijking<br />

van de regel dat geen burgerwoningen mogen worden<br />

toegevoegd aan het buitengebied. Daarbij moet tevens worden<br />

aangetoond dat milieuwinst plaatsvindt of heeft plaatsgevonden<br />

1) .<br />

1)<br />

Milieuwinst wordt bereikt door de aankoop van fosfaatrechten.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Beleidskader 6<br />

Cruciaal in de hele aanpak is de hoeveelheid grond die in principe<br />

in aanmerking komt voor deze woningbouw. Daarbij wordt<br />

gedacht aan kavels van plus minus 1.000-1.500 m 2 waar ruime<br />

woningen mogen verrijzen. Deze kavels dienen te liggen op<br />

planologisch aanvaardbare locaties die de gemeenten in overleg<br />

met de provincie zullen aanwijzen. Dit moet leiden tot een kwalitatieve<br />

verbetering van de ruimtelijke inrichting en de ruimtelijke<br />

samenhang met het landschap.<br />

De mogelijkheden voor extra woningbouw moeten dan ook<br />

primair worden benut voor een kwalitatieve verbetering van de<br />

ruimtelijke structuur en inrichting van de stads- en dorpsranden.<br />

Deze regeling is in 2006 verbreed door naast de sanering van<br />

de intensieve veehouderij ook de sanering van de glastuinbouw<br />

en de sloop van ongewenste bebouwing in het buitengebied<br />

binnen deze regeling mogelijk te maken. Voor de financiering<br />

van de ontstening en ontglazing is vastgelegd dat de nettoopbrengst<br />

van een woningbouwkavel minimaal € 100.000 moet<br />

bedragen.<br />

In de paraplunota van 2007 en de structuurvisie van 2008 is dit<br />

beleid niet gewijzigd. Beide nota's zijn bedoeld om het bestaande<br />

beleid te verankeren in de nieuwe Wet ruimtelijke ordening<br />

van juli 2008.<br />

Vanaf 1 maart 2011 geldt de Verordening ruimte Noord-Brabant<br />

2011. Hierin is een basisregeling voor de ruimte-voorruimteregeling<br />

opgenomen. GS heeft de mogelijkheid<br />

aanvullende regels te stellen. De Beleidsregel uit 2006 is<br />

voorlopig als nadere regel aangewezen.<br />

De in de Verordening ruimte Noord-Brabant 2011 opgenomen<br />

artikelen en bijbehorende toelichting voor de Ruimte-voor-<br />

Ruimteregeling zijn in bijlage 1 opgenomen.<br />

Kort samengevat zijn de belangrijkste voorwaarden.<br />

- De sloop van agrarische bedrijfsgebouwen vindt plaats in<br />

één van de reconstructiegebieden Midden- en Oost-<br />

Brabant.<br />

- Nieuwbouw mag uitsluitend plaatsvinden binnen een zoekgebied<br />

voor stedelijke ontwikkeling of in een bebouwingsconcentratie<br />

(kernrandzone, bebouwingslint of bebouwingscluster.<br />

- De ontwikkeling van agrarische bedrijven in de nabijheid<br />

mag niet worden beperkt.<br />

- Bij nieuwbouw wordt rekening gehouden met cultuurhistorische,<br />

landschappelijke en ecologische waarden<br />

in de omgeving.<br />

- Een goede landschappelijke architectonische inpassing<br />

wordt gewaarborgd door middel van een beeldkwaliteitsplan<br />

of daarmee vergelijkbaar instrument.<br />

Tevens gelden enkele voorwaarden waaraan moet worden<br />

voldaan met betrekking tot de te slopen agrarische bedrijfsgebouwen.<br />

De Structuurvisie Ruimtelijke ordening 2011 is vanaf 1 januari<br />

2011 van kracht. Kort samengevat wordt het lopende beleid<br />

doorgezet.<br />

Belangrijk zijn (zie bijlage 1):<br />

- een duidelijke verantwoording in het bestemmingsplan;<br />

- geen aanzet voor een stedelijke ontwikkeling;<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Beleidskader 7<br />

- een goede landschappelijke en architectonische inpassing<br />

door middel van een beeldkwaliteitsplan of vergelijkbaar<br />

instrument;<br />

- het voldoen aan nadere regels.<br />

De regeling "ruimte-voor-ruimte", die als nadere regel blijft<br />

gelden, luidt als volgt 1) .<br />

a. In ruil voor de sloop van agrarische bedrijfsgebouwen met<br />

een gezamenlijke oppervlakte van ten minste 1.000 m 2<br />

mag een woning worden gebouwd in afwijking van de programmering<br />

voor de woningbouw.<br />

b. De afwijking van de programmering voor de woningbouw<br />

mag alleen plaatsvinden als de sloop van agrarische bedrijfsgebouwen<br />

plaatsvindt in één van de reconstructiegebieden.<br />

c. De afwijking van de programmering voor de woningbouw<br />

mag hoogstens 3.000 woningen omvatten.<br />

d. De bouw van de woning mag uitsluitend binnen de bebouwde<br />

kom plaatsvinden dan wel binnen een kernrandzone<br />

of een bebouwingscluster en dient bovendien zoveel<br />

mogelijk aan te sluiten op de bestaande bebouwing. Tevens<br />

kan een locatie worden benut die in het kader van<br />

een gemeentelijke Structuurvisie PLUS door Gedeputeerde<br />

Staten als geschikt voor de woningbouw is aanvaard.<br />

e. De ruimtelijke structuur dient te passen binnen de ruimtelijke<br />

structuur van de gemeente.<br />

f. Bouw van een woning in de ecologische hoofdstructuur is<br />

niet toegestaan.<br />

g. Cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarden<br />

moeten behouden dan wel versterkt worden. De milieuhygiënische<br />

en waterhuishoudkundige situatie ter<br />

plaatse moet zoveel mogelijk verbeterd worden.<br />

h. De agrarische ontwikkelingsmogelijkheden van bedrijven<br />

in de nabijheid van de woning worden niet beknot.<br />

i. Een goede landschappelijke en architectonische inpassing<br />

van de woning in de omgeving dient gewaarborgd te zijn<br />

door middel van een beeldkwaliteitsplan dan wel een vergelijkbaar<br />

instrument.<br />

j. De te slopen bedrijfsgebouwen mogen geen bijzondere<br />

cultuurhistorische waarden hebben.<br />

k. Zeker gesteld moet zijn dat de realisering van de woning<br />

plaatsvindt in samenhang met de sloop van agrarische bedrijfsgebouwen<br />

en met de inlevering van de milieurechten<br />

van de agrarische activiteit ter plaatse. Per woning dient te<br />

worden aangetoond dat ten minste 1.000 m 2 agrarische<br />

bedrijfsgebouwen zijn gesloopt en milieuwinst op de<br />

desbetreffende locatie is bereikt.<br />

l. Zeker gesteld moet zijn dat de te slopen bedrijfsgebouwen<br />

niet worden vervangen door nieuwe bebouwing en dat aan<br />

de voormalige agrarische bedrijfslocatie een passende andere<br />

bestemming wordt toegekend. Van deze vereisten<br />

kan worden afgeweken in het belang van de revitalisering<br />

van het buitengebied.<br />

m. Planologische medewerking wordt niet verleend als in<br />

redelijkheid langs andere wijze tot sanering van de bedrijfsgebouwen<br />

kan worden gekomen.<br />

1)<br />

Bron: Streekplan Noord-Brabant 2002/Beleidsnota ruimte-voorruimte<br />

2006/Verordening ruimte Noord-Brabant 2011<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Beleidskader 8<br />

<strong>Gemeente</strong>lijk beleid<br />

In het gemeentelijk ruimtelijk ordeningsbeleid wordt de ruimtevoor-ruimteregeling<br />

nader uitgewerkt. Relevante beleidsstukken<br />

zijn:<br />

­ het bestemmingsplan Buitengebied 1998;<br />

­ de Structuurvisie-plus;<br />

­ de Beleidsnotitie bedrijvigheid in kernrandzones en losliggende<br />

bebouwingsclusters en –linten;<br />

­ de Interne gedragslijn Toetsingscriteria ruimte-voor-ruimteregeling;<br />

­ notitie Uitbreidingspotentie cluster Groenstraat.<br />

Het vigerende bestemmingsplan Buitengebied 1998 biedt geen<br />

mogelijkheden voor burgerwoningen op percelen van<br />

vrijkomende agrarische bedrijfsbebouwing. In het<br />

bestemmingsplan Buitengebied 2002 is een<br />

wijzigingsbevoegdheid opgenomen om woningbouw mogelijk te<br />

maken als bedoeld in het provinciaal Bio-beleid. Hieraan is<br />

echter goedkeuring onthouden. De bijbehorende plankaart<br />

heeft daardoor geen status gekregen.<br />

Derhalve is in een beleidsnotitie van 2006 het beleid voor het<br />

buitengebied vastgelegd. Deze notitie dient als leidraad voor<br />

bepaalde niet-agrarische ontwikkelingen. In het nieuwe<br />

bestemmingsplan Buitengebied wordt deze nota opgenomen.<br />

Het vigerende bestemmingsplan Buitengebied 1998 bevat een<br />

ontwikkelingenkaart waarop de verschillende kernrandzones,<br />

bebouwingsconcentraties, linten en clusters zijn aangegeven. In<br />

de genoemde nota is deze indeling herzien.<br />

Essentie van deze nota is het sturen van gewenste en nietgewenste<br />

ontwikkelingen in het buitengebied. Voorop staat<br />

daarbij het behoud van ruimtelijke kwaliteit en waar mogelijk<br />

verbetering daarvan.<br />

In de Structuurvisie-plus staat een groen profiel centraal. In de<br />

noordzuid-gerichte groene zone worden natuur, bos, recreatie<br />

en verspreide landbouw als nevenfunctie gemengd. De meer<br />

stedelijke ontwikkeling is naar binnen gekeerd. Buiten de<br />

groenzone (m.n. de <strong>Rucphen</strong>se bossen) worden bestaande<br />

kwaliteiten, die samenhangen met landbouw, zoveel mogelijk<br />

behouden. Dit resulteert in een duurzaam structuurbeeld.<br />

Hiertoe zijn de kwaliteiten van het buitengebied en de<br />

kernranden geanalyseerd en benoemd. Deze zijn sturend voor<br />

de ruimtelijke ontwikkeling. Geomorfologie, bodem, water,<br />

cultuurhistorie, landschapsbeeld, natuurwaarden en landbouw<br />

vormen de dragers hiervan. In de groene zone en de<br />

Binnentuin zijn stedelijke functies, natuur en recreatie<br />

maatgevend. Voor de landbouw bieden het zuidelijk en oostelijk<br />

agrarisch gebied het belangrijkste ontwikkelingsperspectief. Zo<br />

kunnen aan de oostzijde bestaande glastuinbouwbedrijven daar<br />

uitbreiden.<br />

In de interne gedragslijn is een aantal regels door de raad toegevoegd<br />

als basis voor medewerking bij concrete aanvragen. Te<br />

denken valt aan de situering, de inhoud, de relatie met het<br />

bedrijf en planschade.<br />

Voor de cluster Groenstraat is een eigen visie opgesteld. Deze<br />

loopt vooruit op een integrale visie voor ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden<br />

in het buitengebied. Het wordt een onderdeel<br />

van het LandschapsOntwikkelingsPlan (LOP). Het LOP dient<br />

als onderlegger voor de actualisering van het bestemmingsplan<br />

Buitengebied. Het LOP is inmiddels vastgesteld.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Beleidskader 9<br />

Het landschapsontwikkelingsplan (LOP) geeft sturing aan<br />

voorzienbare ontwikkelingen in het buitengebied. Tevens biedt<br />

het een handvat voor het kunnen beoordelen van nietvoorzienbare<br />

ontwikkelingen. Het vormt een<br />

ontwikkelingsgerichte beleidsvisie. Het is een uitwerking van de<br />

Structuurvisie Plus en een aanvulling op het bestemmingsplan<br />

Buitengebied uit 1998, dat vooral op beheer is gericht. Het LOP<br />

geeft ook invulling aan het convenant, dat met de provincie is<br />

gesloten over het Reconstructieplan uit 2005. Het LOP is in mei<br />

2009 vastgesteld.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Beleidskader 10<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


3. Gebiedsbepaling 11<br />

In samenwerking met de provincie is een globale inventarisatie<br />

gemaakt van gebieden, die in aanmerking kunnen komen voor<br />

de ruimte-voor-ruimteregeling. Daarbij is onderscheid gemaakt<br />

in kernrandzones, stroken lintbebouwing als uitlopers van de<br />

kern, en clusters, die los in het buitengebied liggen. De<br />

"ontwikkelingskaart" (plankaart 2) van het bestemmingsplan<br />

Buitengebied uit 1998 heeft hiervoor als basis gediend<br />

(bijlage 1).<br />

De gebieden met categorisering zijn hierna op kaart en in een<br />

schema weergegeven.<br />

Er zijn drie gebieden afgevallen. Het Hoekske is al nagenoeg<br />

volgebouwd. De spaarzame open plekken geven nog een<br />

minimale relatie met het landschap. Een verdere verdichting is<br />

ongewenst. De Omgangsstraat ligt te dicht op de kernrand. De<br />

Heimolen heeft een te beperkte omvang om van een cluster te<br />

kunnen spreken.<br />

De inventarisatie heeft geleid tot 23 gebieden, waarin woningen<br />

in het kader van de ruimte-voor-ruimteregeling zouden kunnen<br />

worden gerealiseerd. Deze gebieden zijn op de overzichtskaart<br />

als toetsingsgebieden aangegeven.<br />

De begrenzing van de gebieden wordt bepaald door de omvang<br />

en dichtheid van de bebouwing en herkenbare overgangen<br />

hiervan naar een veel losser en meer open patroon.<br />

Aantakkingen van zijwegen markeren veelal dergelijke<br />

overgangen. Er moet sprake zijn van een herkenbaar<br />

samenhangend cluster van bebouwing.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Gebiedsbepaling 12<br />

Gebied kern lintbe- cluster<br />

rand bouwing<br />

zone<br />

Sint Willebrord/Sprundel<br />

1. Munnikenheide x<br />

Schijf<br />

2. Roosendaalse baan x<br />

3. Hoeksestraat x<br />

4. Hoekvensedreef x<br />

5. De Berg x<br />

6. Scherpenbergsebaan x<br />

7. Langeschouw x<br />

Zegge<br />

8. O.L.Vrouwestraat-noord x<br />

9. O.L.Vrouwestraat-zuid x<br />

<strong>Rucphen</strong><br />

10. Bernhardstraat x<br />

11. Molenweg x<br />

Sint Willebrord<br />

12. Noord-west x<br />

Sprundel<br />

13. De Berk x<br />

14. Bredasebaan x<br />

15. Groenstraat x<br />

16. Waterstraat x<br />

17. Vorenseindseweg x<br />

18. De Heikant x<br />

19. Hogestraat x<br />

20. Kolkstraat x<br />

Overige<br />

21. het Hoekske x<br />

22. Omgangsstraat x<br />

23. De Heimolen x<br />

Overzichtskaart toetsingsgebieden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


4. Globale toetsing 13<br />

4.1. Criteria<br />

Voor het toetsen van de verschillende potentiële locaties voor<br />

woningbouwmogelijkheden zijn met name criteria van belang die<br />

zijn te ontlenen aan ruimtelijk-landschappelijke randvoorwaarden<br />

en aan technische randvoorwaarden.<br />

Ruimtelijk-landschappelijke criteria<br />

Natuurfuncties<br />

­ Natuurfuncties handhaven.<br />

­ Afstandsmaat tot bestemming Natuur toepassen.<br />

­ Idem voor bestemmingen Agrarische doeleinden met landschappelijke<br />

en natuurwaarden.<br />

­ Ecologische hoofdstructuur/verbindingszones handhaven.<br />

Verkeer<br />

­ Beperkte toename verkeersintensiteit in relatie tot<br />

bestaande profielen en wegfunctie in principe aanvaardbaar<br />

gelet op zeer geringe toename aantal woningen c.q.<br />

verkeersbewegingen.<br />

­ Verkeersveiligheid waarborgen door goed uitzicht en<br />

beperking aantal uitritten.<br />

Cultuurhistorie<br />

­ Geografische waardevolle elementen handhaven.<br />

­ Afstemming op nabij gelegen monumenten, MIP-panden en<br />

ensembles. Eventueel nadere eisen stellen in bouwwijze.<br />

Archeologie<br />

­ Archeologische monumenten handhaven.<br />

­ Verwachtingswaarden IKAW toetsen. Locaties met hoge<br />

verwachtingswaarde uitsluiten.<br />

Landschap<br />

­ Behoud karakteristieke zichtlijnen op dorpssilhouet.<br />

­ Relatie met open landschap waarborgen. Voldoende 'vensters'<br />

handhaven.<br />

­ Linten en vrij liggende clusters scherp begrenzen in de landschapsstructuur.<br />

­ Behoud waardevol groen (bomen, struweel). 1)<br />

Ruimtelijk<br />

1)<br />

Waardevol groen is waardevol op het moment dat dit is opgenomen<br />

als waardevol, beschermenswaardig etc. (bij voorbeeld in<br />

groenstructuurplan, bestemmingsplan, groenkaart en dergelijke)<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Globale toetsing 14<br />

- Huidig kavelpatroon en kavelbreedte bepalend voor woningbouw.<br />

- Eén woning per kavel. Kavelgrootte minimaal 1.000 m².<br />

- Situering woning binnen bandbreedte van bestaand bebouwingslint.<br />

Geen tweede rij ontwikkelen. Dit houdt in dat<br />

achter een bestaande rij woningen, geen tweede rij mag<br />

ontstaan.<br />

- Woning vrijstaand. Ruimte voor robuuste erfbeplanting op<br />

de zijdelingse perceelsgrenzen waarborgen.<br />

Technische randvoorwaarden<br />

In algemene zin dient ter plaatse van de woningbouwlocatie een<br />

aanvaardbaar woon- en leefklimaat te zijn gewaarborgd. Daarbij<br />

zijn verschillende technische aspecten te onderscheiden.<br />

Railverkeerslawaai<br />

­ De invloed van railverkeerslawaai door de spoorlijn<br />

Roosendaal-Breda (rekening houdend met intensivering<br />

goederenvervoer) is voor Zegge relevant. Een scherm is<br />

niet realistisch voor een incidentele woning.<br />

Wegverkeerslawaai<br />

­ Geluidsbelasting langs Rijksweg A58 kan een overschrijding<br />

van de voorkeursgrenswaarde van 48 dB(A) geven.<br />

Bestaande geluidswallen lijken afdoende. Extra maatregelen<br />

bij eventuele overschrijding zijn niet realistisch gelet op het<br />

ontbreken van de noodzaak van woningbouw.<br />

­ Langs overige wegen bij mogelijke overschrijding van de<br />

voorkeursgrenswaarde rooilijn terug leggen of 30 kmmaatregel<br />

overwegen.<br />

Industrielawaai<br />

­ Mogelijke beperking door industrielawaai bij de bedrijventerreinen<br />

Nijverhei en Vosdonk in Etten-Leur. Afwijkingen<br />

van de zonegrens ex artikel 53 van de Wet geluidhinder zijn<br />

niet mogelijk.<br />

Externe veiligheid<br />

­ Transport van gevaarlijke stoffen over de A58 en het spoor<br />

en opslag van gevaarlijke stoffen (LPG, ammoniak en<br />

munitieopslag op het militair complex) nagaan.<br />

Agrarische bedrijven<br />

­ Afstand aanhouden tot agrarische bedrijven. De huidige<br />

agrarische activiteiten mogen niet (onevenredig) worden<br />

beperkt. Afstanden tot bijvoorbeeld boomgaarden, akkerbouwbedrijven,<br />

intensieve veehouderij of grotere<br />

melkrundveehouderijbedrijven kunnen verschillen.<br />

­ De agrarische bestemmingen op de plankaart van het bestemmingsplan<br />

Buitengebied zijn maatgevend. Bij de gedetailleerde<br />

uitwerking zal deze afstand worden gespecificeerd.<br />

Leidingen<br />

­ Toetsen op mogelijke afstandsnormen tot leidingenstraat en<br />

solitaire buisleidingen.<br />

­ Nagaan of er knelpunten zijn met andere leidingen (bijvoorbeeld<br />

aansluitmogelijkheden riolering).<br />

Bodemkwaliteit<br />

­ Nagaan van kansen op bodemverontreiniging en eventuele<br />

kosten van noodzakelijke maatregelen (verkennend<br />

bodemonderzoek c.q. sanering).<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Globale toetsing 15<br />

Niet-agrarische bedrijven<br />

­ Tussen nieuwe woningen en bedrijfslocaties gelden<br />

afstanden. Deze worden bepaald door de aard en omvang<br />

van het bedrijf en de milieuvergunning.<br />

- De Staat van Bedrijfsactiviteiten en de toelaatbaar gestelde<br />

milieucategorie in het bestemmingsplan zijn de basis voor<br />

het bepalen van de afstand.<br />

4.2. Globale toetsing<br />

Uit de gegevens van de provincie blijkt een aantal criteria weinig<br />

van invloed te zijn.<br />

Technische aspecten<br />

Een aantal technische aspecten blijkt niet of van beperkte<br />

invloed te zijn. Van belang zijn de milieucirkels van agrarische<br />

bedrijven, geluidhinder (m.n. railverkeerslawaai bij Zegge) en<br />

externe veiligheid (munitieopslag nabij de Vorenseindsweg en<br />

de Molenweg).<br />

De Regionale Milieu Dienst (RMD) heeft naar deze<br />

milieuaspecten en verkennend onderzoek gedaan (bijlage 3). In<br />

dit kader, waarbij de ruimtelijk-landschappelijke aspecten<br />

centraal staan, hebben de uitkomsten van dit onderzoek louter<br />

een signaal-functie. Bij concrete initiatieven zullen deze<br />

aspecten in de planologische afweging worden betrokken.<br />

Ruimtelijk-landschappelijk<br />

Ten aanzien van de ruimtelijk-landschappelijke criteria blijken<br />

natuur en verkeer nauwelijks relevant. De voorgestelde<br />

gebieden liggen buiten de natuurgebieden en de ecologische<br />

hoofdstructuur. Het effect voor het verkeer is te verwaarlozen.<br />

Cultuurhistorie<br />

Voor de cultuurhistorie is nauwelijks sprake van monumentale<br />

elementen. Verspreid komen incidenteel MIP-panden voor. Ook<br />

geografische structuren worden aangetroffen. Dit aspect is van<br />

belang voor het beeld dat met deze regeling wordt nagestreefd.<br />

De historische situatie is echter geen doel op zichzelf maar kan<br />

wel sturend zijn voor een goede landschappelijke inpassing en<br />

afstemming op de omgevingskwaliteit.<br />

Archeologie<br />

Een groot deel van het gebied heeft een hoge of middelhoge<br />

verwachtingswaarde. Daarmee zal bij de concretisering van<br />

bouwplannen rekening moeten worden gehouden.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Globale toetsing 16<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


5. Toetsing deelgebieden 17<br />

5.1. Inleiding<br />

Voor de toetsing van de 20 deelgebieden ten aanzien van de<br />

mogelijkheden voor toepassing van de ruimte-voor-ruimteregeling<br />

is een vaste systematiek gehanteerd. Per deelgebied is gekeken<br />

naar:<br />

- een analyse van de ligging, functies en landschappelijke<br />

kenmerken;<br />

- een waardering van de landschappelijke kenmerken;<br />

- de visie op bebouwingsmogelijkheden.<br />

Deze systematiek heeft louter betrekking op de ruimtelijklandschappelijke<br />

aspecten. De technische aspecten en met name<br />

de milieucontouren van agrarische bedrijven blijven hier buiten<br />

beschouwing. Dergelijke aspecten komen pas bij de concrete<br />

initiatieven aan de orde. Dan zal het initiatief aan de dan actuele<br />

stand van zaken worden getoetst. In bijgaand schema is dit proces<br />

in beeld gebracht.<br />

Om de bruikbaarheid van deze systematiek te toetsen is eerst met<br />

een pilot gestart. Het gebied Munnikenheide ten oosten van Sint<br />

Willebrord is daarvoor gekozen aangezien het veel relevante<br />

aspecten bevatte. Dit gebied komt derhalve uitvoerig aan de orde.<br />

De positieve ervaring met deze benaderingswijze vormt de basis<br />

voor de toetsing van de overige gebieden. Daarbij is in de<br />

beschrijving een meer beknopte werkwijze gehanteerd.<br />

Structuurvisie<br />

Beleidskader voor mogelijke locaties<br />

Aanwijzing zoekgebieden (ruimtelijk-planologische basis)<br />

Toets locatie<br />

binnen rode vlek > plan uitwerken<br />

buiten rode vlek > afwijzing<br />

Plan uitwerken voor planologische procedure i.r.t.<br />

bestemmingsplan Buitengebied<br />

Nadere toetsing uitwerkingsplan<br />

Actuele milieueisen<br />

Kaveltoets (oppervlak, breedte)<br />

Eventueel nader te stellen eisen<br />

Overige aspecten (archeologie e.d.)<br />

Bouwplan<br />

Welstandstoets<br />

Bouwvergunning<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 18<br />

5.2. MUNNIKENHEIDE<br />

Analyse<br />

Ligging<br />

Deze driehoekige cluster ligt ten noordoosten van de kernen Sint<br />

Willebrord en Sprundel. De driehoek bestaat uit de Ettenseweg, de<br />

Polderstra at en het Broekestraatje. Een halve eeuw geleden<br />

waren het nog delen lintbebouwing langs de doorgaande<br />

polderwegen van Sprundel naar Etten-Leur en Breda in een nog<br />

weids open poldergebied. Inmiddels zijn de openheid en de schaal<br />

van de omgeving aanzienlijk gekrompen. Sprundel en Sint<br />

Willebrord zijn in oostelijke richting uitgebreid, de A58 is een<br />

harde barrière geworden evenals de Vosdonkseweg. Direct ten<br />

noorden van de A58 ligt een nieuw bedrijventerrein van Etten-<br />

Leur.<br />

Positie in het landschap<br />

Landschap<br />

De gemeentegrens loopt langs de A58 en vervolgens dwars door<br />

de polder richting Het Oosteind.<br />

In het landschap is de A58 aan de noordkant zeer dominant door<br />

zijn ligging tussen hoge geluidswallen en het knooppunt met de<br />

Vosdonkseweg. Deze weg zelf doorsnijdt de open polder.<br />

Aan de westkant van het gebied Munnikenheide vormt derhalve de<br />

huidige rand van Sint Willebrord, bepaald door de Luienhoekse<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 19<br />

straat, de grens van de polder. Aan de oostzijde is eveneens<br />

sprake van een vergelijkbare ruimte. Hier is het beeld echter meer<br />

gefragmenteerd door de verspreide kleine percelen met bomenkwekerijen<br />

en agrarische erven.<br />

Aan de zuidkant is het doorlopend lint tot aan de Bredase baan, de<br />

navelstreng met Sprundel, dat in lint van de Bredase baan ver<br />

oostwaarts doorloopt. Ten zuiden van de Bredase Baan is de<br />

polder anders dan ten oosten van Munnikenheide, meer gevuld<br />

met korte bebouwingslinten, clusters en boomkwekerijen. Deze<br />

polder is meer dicht geslibd.<br />

Gebiedskenmerken<br />

Het gebied Munnikenheide bestaat uit een drietal linten, die aan<br />

elkaar zijn verknoopt. De bebouwing aan deze linten is gevarieerd<br />

in functie en vorm. Woningen en agrarische bedrijven worden<br />

afgewisseld met kassenbedrijven en een milieubedrijf. De percelen<br />

zijn van verschillende grootte. Breedte en diepte variëren. Ook de<br />

wijze van erfbeplanting is afwisselend. In de linten zijn nog<br />

verspreid open stukken aanwezig, waarbij het landschap in meer<br />

of mindere mate wordt ervaren.<br />

Aan de Ettenseweg 40 staan 2 rijksmonumenten (boerderij,<br />

schuur en eventueel bakhuisje).<br />

Ruimtelijke opbouw<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 20<br />

Waardering<br />

Structuur<br />

De linten zijn gerelateerd aan het landschap. Discontinuïteit is<br />

essentieel. Indien de lintbebouwing aaneen groeit wordt het<br />

landschap buitengesloten en ontstaat een nieuw Brabants dorp.<br />

De drie linten maken een duidelijke knoop met aan iedere hoek<br />

een "uitweg". Op deze knopen wordt de lintstructuur sterk beleefd.<br />

Hier oriënteert men zich.<br />

De variatie van de lintbebouwing is een kenmerk. Oud en nieuw<br />

kunnen elkaar afwisselen waarbij oud dominant moet blijven. De<br />

opvangcapaciteit van nieuwe bebouwing is beperkt.<br />

De bouwstenen van het landschap zijn kwetsbaar. Nu kenmerkende<br />

functies zoals bomenkwekerijen, kassen en agrarische<br />

bebouwing kunnen in de nabije toekomst hun economische<br />

bestaansrecht verliezen, waardoor het landschapsbeeld kan<br />

verschralen. Desolate situaties dienen wel te worden voorkomen.<br />

Het bebouwingspatroon bestaat hoofdzakelijk uit woningen die op<br />

beperkte afstand van de weg liggen. Alleen bij grote percelen kan<br />

de bebouwing verder op het perceel liggen. Dreven haaks op de<br />

linten met incidentele bebouwing komen hier in tegenstelling met<br />

aangrenzende open gebieden, nauwelijks voor. Dit patroon heeft<br />

potentie als structuurdrager waarbij de openheid van het lint<br />

wordt ontzien, maar die van het landschap in beperkte mate wordt<br />

aangetast.<br />

Zichtlijnen<br />

De open delen in de linten staan onder druk. Om de linten als<br />

structuur te kunnen handhaven moeten er vensters naar het<br />

achterliggende landschap behouden blijven. De bestaande gaten<br />

Landschapskenmerken<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 21<br />

zijn beperkt. Een zorgvuldige afweging tussen open houden of<br />

bebouwen is vereist.<br />

Hiertoe worden drie typen "vensters" onderscheiden:<br />

­ een breed zicht over een zekere lengte, dat een ruim beeld<br />

geeft van het landschap;<br />

­ een smal gat dat door de grote lengte van het zicht een sterk<br />

landschapsbeeld geeft;<br />

­ een smal gat met een beperkte zichtlengte, dat meer een<br />

onderbreking van het bebouwingslint vormt.<br />

De eerste twee typen vensters zijn het belangrijkst. Deze dienen,<br />

voor zover de structuur daarmee leesbaar en herkenbaar wordt<br />

gehouden, op strategische plaatsen te worden behouden. Het<br />

derde type kan in relatie met andere gaten het landschapsbeeld<br />

versterken.<br />

Visie<br />

Zichtlijnen<br />

De open ruimten nabij de knooppunten worden open gehouden.<br />

Op deze plekken wordt de lintstructuur als bijzonder patroon het<br />

sterkst ervaren. Hier begint of eindigt een lint en kan men zich<br />

oriënteren door middel van de doorzichten naar het landschap of<br />

verder weg gelegen blikvangers.<br />

Bij alle drie de knooppunten is een dergelijk breed venster duidelijker<br />

herkenbaar.<br />

­ Op het knooppunt Ettenseweg – Broekestraatje is er een<br />

breed zicht op de westelijke polder. De open ruimte aan de<br />

oostkant van de Ettenseweg geeft door de lange zichtlijn dit<br />

beeld een extra dimensie. De Polderstraat kan hier worden<br />

gezien.<br />

­ De knik in de Ettenseweg parallel aan de A58 biedt een lange<br />

zichtlijn. Deze ruimte is belangrijk als bufferruimte naar de<br />

A58.<br />

­ In de Broekestraat geldt dit eveneens. Het gehele gedeelte<br />

ten noorden van de straat blijft open.<br />

Zowel aan de westkant als de oostkant van de Broekestraat is er<br />

aan weerszijden openheid. Dit knipt het lint los van de<br />

knooppunten.<br />

Aan de Polderstraat zijn de beide knooppunten bebouwd. Voorbij<br />

het knooppunt zijn er brede vensters die open moeten blijven. Aan<br />

de noordoostzijde en in de zuidwest punt bieden de gaten met een<br />

lange zichtlijn een toegevoegde waarde.<br />

De uitloper van de Polderstraat langs de A 58 moet open blijven.<br />

Hier wordt de schaal van dit gebied sterk ervaren.<br />

Voor het zuidelijk deel van de Ettenseweg zijn alle nog open gaten<br />

belangrijk. Richting Bredasebaan is de bebouwingsdruk groot. Hier<br />

is het belangrijk het lint los te houden van het dichte lint van de<br />

Bredasebaan.<br />

Midden in de Ettenseweg is een breed venster. Aangezien het lint<br />

aan de westzijde over een grote lengte dicht is, is behoud van dit<br />

venster wenselijk.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

De contramal van de zichtlijnen en vensters met de aanwezige<br />

bebouwing biedt ruimte voor de mogelijke bebouwingslocaties.<br />

Het betreft een beperkt aantal plekken. Deze moeten voldoende<br />

groot zijn om vrijstaande woningen op nieuwe percelen mogelijk<br />

te maken. De perceelsdiepte wordt door de aangrenzende<br />

percelen bepaald.<br />

Een tweede soort van bebouwingsmogelijkheden ontstaat bij<br />

transformatie van bestaande functies. Met name de kassen zijn<br />

door hun geringe oppervlakte economisch kwetsbaar. In principe<br />

kunnen deze Transformatielocaties te zijner tijd voor bebouwing in<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 22<br />

aanmerking komen. Deze vallen buiten deze opgave aangezien het<br />

hier een tweede rij zou betreffen. Dat is strijdig met de<br />

randvoorwaarden.<br />

Van de derde mogelijkheid, bouwen aan dreefjes, wordt afgezien.<br />

Hoewel dit bij een zorgvuldige inpassing niet tot aantasting van<br />

het landschap hoeft te leiden, wordt de begrenzing en typologie<br />

van linten en clusters teveel opgerekt.<br />

Uitbreiding van de woonkern is als aparte categorie opgenomen.<br />

Dit is alleen aan de westzijde van Sint Willebrord aan de orde. Het<br />

gebied tussen de cluster voor ruimte-voor-ruimte woningen en de<br />

bestaande kern zal zich naar verwachting geleidelijk vullen als<br />

organische groei en verdichting van de kern daar.<br />

Binnen het (gele) bebouwingslint kan transformatie mogelijk zijn.<br />

Zo kan een agrarisch bedrijf willen stoppen. Bij toepassing van de<br />

ruimte-voor-ruimteregeling moet dan worden voldaan aan de<br />

eisen van de verordening (landschappelijke inpassing,<br />

milieucontouren e.d.). Bij een agrarisch bedrijf, dat al gestopt is,<br />

kan de vrijkomende ruimte worden benut mits deze kan worden<br />

ingepast in de bestaande omgeving. Maatwerk is geboden. In dit<br />

onderzoek wordt deze transformatiemogelijkheden buiten<br />

beschouwing gelaten.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 23<br />

5.3. SCHIJF<br />

De analyse voor Schijf heeft op identieke wijze plaatsgevonden als<br />

voor Munnikenheide. De resultaten hiervan zijn in een bondigere<br />

vorm weergegeven.<br />

Analyse<br />

- Kernstructuur bestaat uit een spinnenweb van wegen.<br />

- Doorgaande wegen hebben de langste lintbebouwing, secundaire<br />

wegen korte stroken.<br />

- Voorzieningen en hoogste dichtheid nabij knooppunt.<br />

- Nieuwe buurtjes in oksels noordzijde.<br />

- Veel bomenkwekerijen aan linten.<br />

- Bosrand westzijde stevige coulisse.<br />

- Verspreide kleine bospercelen aan linten.<br />

- Zuidzijde langgerekte aaneengesloten strook boskavels.<br />

- Uitvalswegen zijn zowel relatief dicht bebouwd als onbebouwd<br />

of pas op enige afstand van de kern bebouwd.<br />

Bebouwingspatroon<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 24<br />

Waardering<br />

- Oksels zuidzijde open houden.<br />

- Afstand tussen kern en bebouwingsconcentratie open houden.<br />

- Verschillen in lengte lintstroken vasthouden (lange en korte<br />

stroken).<br />

- Zichtlijnen naar open landschap c.q. boscoulisse waarborgen.<br />

- Bomenkwekerijen geen duurzame functie.<br />

Landschapskenmerken<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 25<br />

2. Roosendaalse baan<br />

Visie<br />

­ Kleine stroken lintbebouwing van 3 – 4 woningen.<br />

­ Grotere bedrijfscomplexen achter woningenlint.<br />

­ Open delen gekoppeld aan woningenstroken (uitzicht).<br />

­ Groffe korrel (open-dicht, complexen).<br />

­ Kort lint tot bosrand.<br />

- Knik weg caesuur (openheid naar bosrand waarborgen).<br />

- Open stuk noordzijde bebouwingsmogelijkheid (korte zichtlijn<br />

op nieuwbouwbuurt).<br />

- Open stuk zuidzijde bebouwing mogelijk (2 kavels vanwege<br />

ligging dicht bij knooppunt structuur kern).<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 26<br />

3. Hoeksestraat<br />

Visie<br />

- Lang lint als uitloper kern.<br />

- Veel bomenkwekerijen tussen en achter lintbebouwing.<br />

- Korrel / dichtheid grover bij omslag waterpartij – bosstrook.<br />

- Geen doorzichten naar open landschap.<br />

- Splitsing bij bos caesuur (eindpunt strook).<br />

- Breedte kavels voor potentiële bebouwing vasthouden<br />

(afstand tot zijkant perceel minimaal 10 meter).<br />

- Rooilijn woning ten opzichte van huidig lintbebouwing terug<br />

leggen (10 – 15 meter; contrastwaarde).<br />

- Inpassen erf- en wegbeplanting.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 27<br />

4. Hoekvensedreef<br />

Visie<br />

- Losliggende cluster ten opzichte van Schijfse baan.<br />

- Sportveldencomplex en bosstrook aan zuidzijde.<br />

- Lange zichtlijnen naar open landschap.<br />

- Splitsing Witte Moeren caesuur / begrenzing.<br />

- Sportvelden los laten liggen.<br />

- Open strook noordzijde vasthouden (kenmerk voor vrij<br />

liggende cluster).<br />

- Alleen bebouwing in middendeel van weg mogelijk (2 kavels).<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 28<br />

5. Noordrand / De Berg<br />

Visie<br />

- Uitbreidingsrichting van kern.<br />

- Tot aan De Berg nog grote open kavels. Westelijk deel nog<br />

binnen contour stedelijk gebied. Hiervoor concreet bouwplan.<br />

- Boerderijencluster aan De Berg.<br />

- Beplanting maakt kavelstructuur duidelijk herkenbaar.<br />

- Kassenbedrijf tussen nieuwbouw. Transformatie mogelijk.<br />

- Ruimte ten zuiden van De Berg reserveren voor planmatige<br />

uitbreiding kern. Noord- en westrand open houden.<br />

- Bij nieuwbouw zorgen voor groene afscherming dorp.<br />

Bebouwingsmogelijkheid<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 29<br />

6. Scherpenbergsebaan<br />

Visie<br />

- Uitloper kern met bebouwing op grote bosrijke percelen.<br />

- Lint over grote lengte benut.<br />

- Aaneengesloten cluster biedt geen zicht op open landschap.<br />

- Rand cluster als caesuur handhaven.<br />

- Op open kavels bebouwing mogelijk; verdichting punt<br />

zuidzijde aanvaardbaar in relatie tot bestaand<br />

bebouwingpatroon.<br />

- Bosrijk karakter handhaven.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 30<br />

7. Langeschouw<br />

Visie<br />

- Stevig cluster in buitengebied.<br />

- Knooppunt Hoeksestraat-Achtmaalsebaan dicht beplant;<br />

onderdeel bosgebied.<br />

- Verspreide bebouwing op ruime kavels aan Achtmaalsebaan.<br />

- Harde begrenzing perceelsdiepte aan beide zijden.<br />

- Contrast tussen bosrijke noordelijke kant en meer open<br />

minder dicht bebouwde zuidzijde.<br />

- Bebouwing open percelen zuidzijde mogelijk mits kavelvorm<br />

wordt gerespecteerd.<br />

- Eenzijdige lintbebouwing op kop handhaven.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 31<br />

5.4. ZEGGE<br />

Analyse<br />

Zegge ligt ten noorden van de A 58. Zegge ligt in een knooppunt<br />

van infrastructuur. De spoorlijnen Roosendaal-Breda en<br />

Roosendaal-Rotterdam omarmen de kern. Hiertussen loopt nog<br />

een hoogspanningsleiding.<br />

De O.L.Vrouwestraat vormt de as van de kern. Dit oude lint is aan<br />

weerszijden met kleine planmatige uitbreidingen verbreed. Het lint<br />

kent aan de noord- en zuidzijde, maar ook in oostelijke en<br />

westelijke richting uitlopers naar het landelijk gebied.<br />

Aan de noordkant loopt de O.L.Vrouwestraat door tot aan Oudenbosch,<br />

aan de zuidkant eindigt de weg in het knooppunt met<br />

de A58.<br />

Aan de noordzijde zijn agrarische bedrijven dominant. Ook langs<br />

de zijwegen komt veel verspreide bebouwing voor.<br />

Waardering<br />

De noordzuid-richting is bepalend voor de structuur van Zegge. De<br />

uitlopers hebben een beperkte lengte, waardoor de relatie met het<br />

aangrenzende landschap aan betekenis wint. De nog aanwezige<br />

open stukken in het lint moeten dan ook bij voorkeur open worden<br />

gehouden. Ook de relatie kern-lint is hier van belang. Het<br />

loskoppelen van beide elementen is essentieel voor de hiërarchie<br />

in de structuur.<br />

Bebouwingspatroon<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 32<br />

8. O.L.Vrouwestraat-zuid<br />

Visie<br />

- Het open stuk aan de westkant tot aan de Spiekestraat blijft<br />

open. Voor de beperkte open ruimte van het landschap is dit<br />

venster essentieel. Het lint als uitloper van de kern krijgt een<br />

duidelijk eind.<br />

- Aan de oostzijde zijn fragmenten van lintbebouwing vermengd<br />

met stevig groen. Dit contrast is een kwaliteit om vast<br />

te houden. De Heistraat vormt de harde begrenzing.<br />

- Bebouwingsmogelijkheden zijn er alleen in het gedeelte ter<br />

hoogte van de kassen.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 33<br />

9. O.L.Vrouwestraat-noord<br />

Visie<br />

- Het open stuk aan de westzijde ter hoogte van de bocht is<br />

belangrijk voor de overgang van kern naar lint. Het brede<br />

venster maakt een sterke beleving van het landschap mogelijk.<br />

Bebouwing wordt hier uitgesloten.<br />

- Aan de oostkant ligt een vergelijkbaar venster verderop nabij<br />

de kruising met de Kruisstraat. Deze zijtak maakt de<br />

openheid beter beleefbaar. Voor bebouwing resteert alleen<br />

het deel tussen de O.L.Vrouwestraat en de Noordhoekstraat.<br />

- Oostelijk van de Noordhoekstraat is een vrij zicht op het<br />

landschap aanwezig. Een verdikking van het lint tussen beide<br />

straten tast de relatie tussen lintbebouwing en open<br />

landschap niet aan. De bebouwingsmogelijkheden zullen naar<br />

verwachting beperkt zijn door de vele agrarische bedrijven in<br />

de directe omgeving.<br />

- Aan de Heesterbosstraat is verdichting aan de zuidzijde<br />

mogelijk als afronding van de planmatige kernontwikkeling.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 34<br />

5.5. RUCPHEN<br />

Analyse<br />

Kenmerkend voor de noordrand van <strong>Rucphen</strong> zijn de vrij liggende<br />

agrarische bedrijvenclusters. Hier tussendoor blijft het open<br />

landschap beleefbaar. Dit open landschap tot aan de A 58 heeft<br />

bijzondere waarde door de aflopende hoogte van het gebied als<br />

gevolg van een oud beekdal (de Zwarte sloot).<br />

De Bernhardstraat vormt een duidelijke kernrand waar de agrarische<br />

functie overheerst. De plannen voor een randweg oostelijk<br />

van de kern zijn gewijzigd. De gemeenteraad heeft inmiddels een<br />

tracékeuze gemaakt, die in het verlengde van de Helakkerstraat<br />

naar de Bernhardstraat voert. Deze tracékeuze wordt nader<br />

uitgewerkt. Blijft de reservering voor woningbouw tussen kern en<br />

Bernhardstraat. Het contrast tussen kern en open landschap zal<br />

hierdoor toenemen.<br />

Waardering<br />

De mogelijke woningbouwlocatie ten zuiden van de Bernhardstraat<br />

zet het gebied in een ander daglicht. Aan de noordrand wordt de<br />

betekenis van het open landschap nog groter. Bovendien zijn er<br />

nauwelijks bebouwingsmogelijkheden door de grote dicht bij<br />

elkaar gelegen agrarische bedrijven. Bebouwing aan de<br />

Achterhoeksestraat, die dwars op de Bernhardstraat staat, is<br />

alleen mogelijk indien deze bebouwing ver van de Bernhardstraat<br />

komt. Dit tast de openheid van het gebied teveel aan.<br />

Aan de zuidoostkant is er theoretisch ruimte voor verdichting<br />

zonder het landschap aan te tasten dankzij de beslotenheid van<br />

deze bosrijke omgeving. De feitelijke mogelijkheden worden<br />

echter zeer beperkt doordat rekening moet worden gehouden met<br />

de diverse ontwikkelingsmogelijkheden in de aangrenzende<br />

gebieden. Alleen het gebied ten zuiden van de Sprundelseweg<br />

komt in aanmerking voor enige verdichting van open plekken.<br />

Aan de zuidoostzijde van de kern wordt het landschap bepaald<br />

door boselementen. Het landschap is daardoor meer besloten. Als<br />

overgangsgebied tussen de kern en het bedrijventerrein Nijverhei,<br />

het gebied De Vijfsprong met veel recreatieve voorzieningen en de<br />

Kozijnenhoek met maatschappelijke en commerciële functies is de<br />

landschappelijke betekenis gering. Het gebied wordt geleidelijk<br />

aan geannexeerd door stedelijke ontwikkelingen.<br />

Het gebied ten zuiden van de Sprundelseweg is nog enigszins<br />

gevrijwaard van deze druk. Een door boselementen besloten<br />

omgeving tussen kernrand, sportcomplex en MMC-complex biedt<br />

een aantrekkelijke kleinschalige woonomgeving.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 35<br />

10. Bernhardstraat<br />

Visie<br />

Aan de noordzijde van de kern zijn er nauwelijks mogelijkheden<br />

voor woningbouw. De openheid van dit gebied prevaleert. De<br />

flanken dienen open te blijven. In het middendeel kunnen twee<br />

woningen worden toegevoegd. Brede percelen in relatie tot het<br />

bestaand patroon zijn gewenst. Aan de zuidkant geldt de<br />

reservering voor een toekomstige woningbouwontwikkeling.<br />

Uitsnede plankaart<br />

structuurplan binnentuin<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 36<br />

11. Molenweg<br />

Visie<br />

In de zuidoosthoek laten de ruimtelijke reserveringen voor de<br />

uitbreiding van aangrenzende clusters geen ruimte over voor<br />

woningbouwontwikkeling met uitzondering van enige plekken aan<br />

de Molenweg en Denneweg. Daarmee krijgt dit gebied een<br />

afgeronde duurzame invulling. Naar het sportcomplex is een<br />

bufferruimte wenselijk. De ecologische verbindingszone blijft<br />

gewaarborgd.<br />

Uitsnede plankaart<br />

structuurplan Binnentuin<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 37<br />

5.6. SINT WILLEBRORD<br />

12. Noordwest-hoek<br />

Analyse<br />

De noordwesthoek van Sint Willebrord bestaat uit een fijnmazig<br />

netwerk van wegen met verspreid gelegen bebouwing. Het<br />

agrarische landschap is daardoor overal te ervaren. Kassen zijn<br />

volop aanwezig en versterken de agrarische identiteit van het<br />

gebied. Het gebied is een lappendeken van open en bebouwde<br />

delen met veel variatie. Woonbebouwing penetreert geleidelijk<br />

langs bestaande linten zoals de Bremstraat en de Hazelaar-<br />

/Bernhardstraat dit gebied.<br />

Door het fijnmazige stratenpatroon en de beperkte bebouwing<br />

hieraan is de druk van het verder dichtslibben met burgerwoningen<br />

groot.<br />

Waardering<br />

De noordwesthoek heeft door de ligging tegen de grote open<br />

ruimte ten zuiden van de A58 een bijzondere betekenis. De<br />

openheid en schaal van dit gebied zijn schaars in de omgeving. Als<br />

overgangszone naar de kern van Sint Willebrord moet het karakter<br />

van dit gebied met zijn kleinschalige openheid en agrarisch<br />

bedrijvigheid gewaarborgd blijven. Toevoeging van woningen blijft<br />

hieraan ondergeschikt. Gestreefd wordt naar een duidelijke<br />

gradiënt tussen de open polder en de dicht bebouwde kern.<br />

­ Langs de buitenrand, bestaande uit de Canadastraat en<br />

Bremstraat, is geen nieuwe bebouwing mogelijk met<br />

uitzondering van één perceel nabij de Bernhardstraat. De<br />

open delen blijven volledig gehandhaafd.<br />

­ Ook vanuit de tweede lijn moet het open agrarisch gebied<br />

zichtbaar blijven. Bestaande zichtlijnen vanaf de Populierenstraat<br />

blijven open.<br />

­ Om de openheid enige schaal en structuur te geven, zodat<br />

deze substantieel onderdeel van het gebied blijft, zijn op de<br />

aantakkingen van de linten vanuit de kern, (Kastanjestraat<br />

en Lijsterbesstraat), eveneens open delen gehandhaafd.<br />

Daarmee blijft een gevarieerd beeld gewaarborgd doordat<br />

open en gesloten delen worden afgewisseld.<br />

­ De overblijvende delen komen voor bebouwing in aanmerking.<br />

Daarbij mogen echter geen te grote clusters ontstaan.<br />

Op de grotere percelen zijn soms twee woningen mogelijk.<br />

­ De uitdijende bebouwingslinten vanuit de kern kunnen tot<br />

aan deze randzone worden doorgezet.<br />

­ Aan de zuidzijde van de Bernhardstraat kan de strook, die in<br />

het structuurplan Binnentuin voor ruimte voor ruimtewoningen<br />

is bestemd, verder worden ontwikkeld.<br />

Visie<br />

Voor de noordwesthoek is een geleidelijke overgang van open<br />

naar dicht essentieel. Voor het bepalen van mogelijke bouwlocaties<br />

zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 38<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 39<br />

5.7. SPRUNDEL<br />

13. De Berk<br />

Analyse<br />

Deze cluster van agrarische bebouwing ligt aan een knooppunt<br />

van oude wegen zoals de Luienhoeksestraat naar St.Willebrord, de<br />

Kerkstraat naar Sprundel en de Martenstraat naar Munnikenheide.<br />

Al in het midden van de 19 e eeuw komt hier verspreide bebouwing<br />

voor. Nog steeds ligt die cluster los in zijn omgeving. De marges<br />

zijn echter klein geworden. De kernen Sint Willebrord en Sprundel<br />

zijn oostwaarts uitgebreid en de Vosdonkseweg direct ten noorden<br />

heeft enige bedrijvigheid met zich meegebracht.<br />

Waardering<br />

Door het uitdijen van de kernen en de aanleg van de Vosdonkseweg<br />

heeft de historische ligging vrij in het landschap veel aan<br />

kwaliteit ingeboet, met name het noordelijk deel aan de Vosdonkseweg<br />

met de bedrijfsontwikkeling en schaalvergroting.<br />

Richting Munnikenheide en Sprundel echter houdt het gebied zijn<br />

waarde mits de vrije ligging wordt gewaarborgd.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 40<br />

Visie<br />

Van groot belang zijn de bufferzones naar Sprundel. Aan de west-<br />

en zuidkant van het gebied is het handhaven van de openheid<br />

essentieel om te voorkomen dat dit gebied bij de kern wordt<br />

getrokken.<br />

Richting Munnikenheide is handhaving van het huidig beeld met de<br />

open delen tussen de bebouwing van belang. Daarmee wordt de<br />

eigenheid in ligging en structuur verzekerd.<br />

Een derde voorwaarde is het loskoppelen van de bedrijvenontwikkeling<br />

en het zuidelijk deel. Door een lange oost-west zichtlijn<br />

te handhaven blijft de schaal van de cluster bescheiden. De<br />

resterende locaties kunnen worden bebouwd. De voor deze<br />

omgeving kenmerkende grote percelen zijn daarbij bepalend.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 41<br />

14. Bredasebaan<br />

Analyse<br />

Dit lint vormt de oude verbindingsweg naar Etten en Breda. De<br />

uitloper vanuit Sprundel heeft bij de kruising met de Ettense weg<br />

een duidelijke begrenzing. Oostelijk hiervan wordt de bebouwing<br />

gefragmenteerd met grote open stukken. Ter hoogte van de<br />

Munnikendijk is sprake van een clustering van bebouwing (het<br />

Oosteind). Juist voorbij de gemeentegrens liggen kleine boskavels<br />

die het landschapsbeeld verrijken.<br />

beleving is het open houden van deze plekken belangrijk. De<br />

overige open gaten kunnen worden bebouwd. Behoud en inpassing<br />

van waardevolle bomenrijen en houtsingels is belangrijk.<br />

Waardering<br />

De afwisseling in het lintpatroon geeft kleur aan deze uitloper van<br />

de kern. Het dicht bebouwde deel in de kern, het open deel pal na<br />

de kruising met de Ettenseweg, de clustering van het Oosteind en<br />

de dunnere spreiding verderop vormen delen van het lint met een<br />

duidelijk herkenbare karakteristiek. Deze verschillen moeten<br />

gehandhaafd blijven. Daarnaast is het van belang de relatie met<br />

het open landschap vast te houden. Zowel de lengte als een aantal<br />

doorzichten vragen aandacht.<br />

Visie<br />

Als uitloper van de kern is de discontinuïteit van de lintbebouwing<br />

van belang. De grote open stukken aan weerszijden van de weg<br />

vormen duidelijke gradiënten. Enerzijds naar het dichte lint van de<br />

kern en anderzijds naar het meer bosrijke deel bij de<br />

gemeentegrens (Sprundelsebaan). Beide delen blijven open.<br />

In het tussengedeelte is de openheid van belang voor als patroon<br />

van regelmatige doorkijkjes naar het open gebied en de losheid<br />

van de bebouwing. Deze open plekken worden gerelateerd aan de<br />

knooppunten met de dwarswegen Munnikenweg, Oosteindseweg<br />

en Groenstraat. Zowel in de structuur als de intensiteit van<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 42<br />

15. Groenstraat<br />

Analyse<br />

De Groenstraat staat haaks op de Bredasebaan. De cluster van<br />

bebouwing ligt los van het lint langs de Bredasebaan. Dit gebied,<br />

dat bekend staat als Oosteind, vormt een mozaïek van kleine en<br />

grote percelen afgewisseld met open stukken. De bebouwing<br />

bestaat hoofdzakelijk uit boerderijen met stallen en hier en daar<br />

burgerwoningen. Het landschap is tamelijk besloten door de dichte<br />

spreiding van bebouwing en de beplanting van erven en langs<br />

wegen.<br />

Waardering<br />

De concentratie van bebouwing in een verder meer verspreid<br />

patroon in de nabije omgeving markeert de grenzen van de<br />

cluster. De openheid aan weerszijden van de Groenstraat zowel<br />

aan de noordkant bij de Bredasebaan als aan de zuidzijde verankert<br />

de cluster in het landschap. Binnen de cluster is het losse<br />

bebouwingspatroon kenmerkend. Een afwisseling van bebouwde<br />

en open percelen moet behouden blijven.<br />

Visie<br />

De begrenzing is hard. Uitbreiding van de cluster is ongewenst.<br />

Binnen de cluster heeft recent enige verdichting plaats gevonden.<br />

Het zuidelijk deel van de Boterstraat blijft onbebouwd, zodat de<br />

hoek open blijft. Alleen aan de zuidzijde is er nog een<br />

bouwmogelijkheid.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 43<br />

16. Waterstraat<br />

Analyse<br />

Ook hier ligt een uitloper van Sprundel die de uitvalsweg naar<br />

Zundert vormt. De kernrand wordt gemarkeerd door de planmatige<br />

zuidelijke uitbreiding van de kern. Kenmerkend voor het<br />

lintpatroon is de enigszins gelijkmatige afwisseling van open en<br />

bebouwde delen. Het open landschap blijft frequent zichtbaar. De<br />

agrarische functie bepaalt grotendeels het beeld met zijn stallen<br />

en schuren. Nabij de Klein-Zundertseweg geven de kassen een<br />

duidelijke schaalvergroting.<br />

Waardering<br />

De overgang van de kernrand naar het lint is scherp. Dit wordt<br />

versterkt door het gelijkmatige bebouwingspatroon van afwisselend<br />

open en dichte stukken. Daarmee is de relatie met het<br />

landschap gewaarborgd. Gezien de lengte van het lint is een<br />

beperkte verdichting van het lint te overwegen.<br />

Visie<br />

Behoud van de bestaande transparantie is uitgangspunt. De<br />

overgangen zijn belangrijk. De openheid tussen kernrand en lint<br />

moet behouden blijven. Ook de cluster rond de splitsing<br />

Vorenseindseweg-Waterstraat moet los blijven. Alleen het gat<br />

tussen de Omgangsstraat en splitsing kan worden bebouwd.<br />

Langs de Waterstraat zijn de open vensters naar het landschap<br />

breed en diep. Deze blijven onaangetast. Aan de oostzijde is<br />

alleen in het middendeel enige verdichting mogelijk. De clusters<br />

moeten los blijven.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 44<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 45<br />

17. Vorenseindseweg<br />

Analyse<br />

Deze weg tussen Sprundel en Schijf bevat veel agrarische bedrijven.<br />

Deze liggen als losse bebouwingselementen verspreid<br />

langs de weg. Het open landschap blijft sterk beleefbaar. Burgerwoningen<br />

komen maar sporadisch voor.<br />

Waardering<br />

Dit gebied heeft zijn eigen kwaliteit. Schaal, concentratie van<br />

agrarische bedrijven en spreidingspatroon en daarmee verbonden<br />

beleving van het landschap maken dit gebied robuust en<br />

onaantastbaar.<br />

Visie<br />

Hier zijn geen verdichtingsmogelijkheden vanwege het behoud van<br />

de huidige open bebouwingsstructuur. Ook de dreven moeten niet<br />

verdicht of verlengd worden.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 46<br />

18. De Heikant<br />

Analyse<br />

Deze dwarsverbinding tussen lange doorgaande wegen kent<br />

clusters met bebouwing. Beplanting op en langs de percelen<br />

maakt het gebied enigszins besloten.<br />

Waardering<br />

De menging van klein- en grootschalige bebouwing, de openheid<br />

en bebouwingsclusters en de groene inkadering geven dit gebied<br />

een eigen kleur. Deze structurele kwaliteit moet gewaarborgd<br />

blijven. Temeer daar het patroon elders veel amorfer is.<br />

Visie<br />

Handhaving van de structuur betekent het open houden van de<br />

gebieden tussen de bebouwingsclusters. Op de koppen bij de<br />

aansluitende wegen is de openheid aan twee zijden belangrijk. In<br />

het middendeel is de openheid verschoven. De drie resterende<br />

clusters kunnen worden verdicht. De mogelijkheden zijn beperkt.<br />

De bestaande perceelsgrootte blijft maatgevend.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 47<br />

19. Hogestraat<br />

Analyse<br />

Ten westen van de Klein-Zundertseweg heeft zich op het<br />

knooppunt van de Zurendonkseweg en de Hogestraat een compacte<br />

cluster gevormd van kassen en agrarische bedrijven.<br />

Randbeplantingen verzachten de overgang naar het open gebied.<br />

Waardering<br />

Ondanks de schaal van de gebouwen is de uitstraling naar de<br />

omgeving beperkt dankzij het grillige bebouwingspatroon, de<br />

randbeplantingen en de compactheid. Ook de losse ligging ten<br />

opzichte van de Klein- Zundertseweg is hierbij van belang.<br />

Visie<br />

Het los houden van de cluster aan de Hogestraat van het lint aan<br />

de Klein Zundertseweg en het open poldergebied is essentieel.<br />

Alleen in de hoek van de Klein Zundertseweg en in de oksels aan<br />

de Zurendonksestraat en de Hogestraat is bebouwing mogelijk. De<br />

grote percelen kunnen worden gesplitst.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Toetsing deelgebieden 48<br />

20. Kolkstraat<br />

Analyse<br />

De Kolkstraat is een zijtak van de Klein-Zundertseweg. Het<br />

bestaat uit een lintvormige cluster met een gevarieerde opbouw<br />

van agrarische bedrijven, boselementen, kassen en burgerwoningen.<br />

Het grenst aan het natuurgebied Pannenhoef.<br />

Waardering<br />

De Kolkstraat ligt op behoorlijke afstand van de Klein-Zundertseweg<br />

en pal op het natuurgebied. Door de gevarieerde opbouw,<br />

duidelijke begrenzing door knikken in het wegtracé en forse<br />

beplanting voegt het zich redelijk in het landschap.<br />

Visie<br />

Bestaande grenzen van het lint zijn hard. In de westelijke bocht is<br />

de beleving van de openheid van het landschap sterk. Aan de<br />

oostkant is dit door de boselementen veel minder. Hier is verdichting<br />

mogelijk. Om een te compact lint te vermijden blijven de<br />

open tussenstukken gehandhaafd.<br />

Bebouwingsmogelijkheden<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


6. Conclusies 49<br />

Uit de verkenning van de mogelijkheden voor woningbouw in<br />

het kader van de ruimte-voor-ruimteregeling in de daarvoor in<br />

aanmerking komende gebieden kunnen de volgende conclusies<br />

worden getrokken.<br />

Gebieden<br />

- Een aantal gebieden valt op voorhand af zoals het<br />

Hoekske, de Omgangsstraat en de Heimolen.<br />

- De kernrandzones in <strong>Rucphen</strong> bieden geen concrete mogelijkheden.<br />

De druk vanuit de kern voor ruimtereservering<br />

ten behoeve van uitbreiding met planmatige woningbouw<br />

of andere functies is groot.<br />

Aantal locaties<br />

- De verkenning resulteert in 66 landschappelijk aanvaardbare<br />

locaties.<br />

- In vrijwel alle gebieden zijn er bebouwingsmogelijkheden,<br />

gemiddeld zo’n 3 tot 4. Alleen in de Vorenseindseweg is er<br />

geen bebouwing mogelijk. Munnikenheide en St.<br />

Willebrord noordwest hebben daarentegen ruime<br />

mogelijkheden.<br />

- Op basis van het RMD-onderzoek zouden voor meer dan<br />

de helft van de bebouwingslocaties er milieubeperkingen<br />

gelden. Bij een gedetailleerde milieuanalyse op basis van<br />

de milieuvergunningen kan dit beeld gunstiger uitvallen.<br />

- Het College van Burgemeester en Wethouders heeft de<br />

bevoegdheid in bijzondere gevallen af te wijken voor gevallen<br />

die buiten de geselecteerde gebieden liggen of afwijken<br />

van de analyse op voorwaarde dat geen strijdigheid<br />

optreedt met de gestelde criteria en visie.<br />

Geluidhinder<br />

- Voor de locatie O.L.Vrouwestraat in Zegge geeft het railverkeer<br />

teveel geluidhinder. Beperkende maatregelen lijken<br />

te kostbaar voor de realisering van een enkele woning.<br />

Indien er maatregelen voor de bestaande woonsituatie<br />

noodzakelijk zijn kan deze locatie meeliften.<br />

- Het wegverkeerslawaai blijkt niet zodanig dat dit bebouwing<br />

onmogelijk maakt. Binnen een kleine marge van<br />

overschrijding van de voorkeursgrenswaarde lijkt ontheffing<br />

verantwoord. Voorwaarde blijft daarbij dat de nieuwe<br />

woning binnen het bestaande lint kan worden gesitueerd.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Conclusies 50<br />

Archeologie<br />

- Voor veel locaties, met name ten oosten en zuiden van<br />

Sprundel en rond Schijf, kan de archeologische verwachtingswaarde<br />

van invloed zijn op de bouwmogelijkheden<br />

van locaties. Nader onderzoek zal dat uit moeten wijzen.<br />

Uitwerking op perceelsniveau<br />

- Deze verkenning beperkt zich tot het structuurniveau.<br />

Voor de feitelijke mogelijkheden zal concreet op de diverse<br />

aspecten moeten worden ingezoomd.<br />

- Indien er geen planologische beperkingen zijn kunnen aan<br />

de bebouwingsmogelijkheden nog nadere eisen worden<br />

gesteld teneinde een goede ruimtelijke en landschappelijke<br />

inpassing te bereiken. Dit kan betrekking hebben op de<br />

situering van de woning, de kavelvorm en inrichting, de<br />

vormgeving van de bebouwing, de erfbeplanting en dergelijke.<br />

In bijlage 4 zijn de beeldkwaliteitseisen op hoofdlijnen<br />

aangeven.<br />

Kaart<br />

Op bijgevoegde kaart zijn de huidige mogelijkheden voor<br />

ruimte-voor-ruimtekavels aangegeven.<br />

Locatie<br />

Sint Willebrord/Sprundel<br />

1. Munnikenheide 7<br />

Schijf<br />

2. Roosendaalse baan 3<br />

3. Hoeksestraat 4<br />

4. Hoekvensedreef 2<br />

5. De Berg<br />

6. Scherpenbergsebaan 4<br />

7. Langeschouw 2<br />

Zegge<br />

8. O.L.Vrouwestraat-noord 3<br />

9. O.L.Vrouwestraat-zuid 2<br />

<strong>Rucphen</strong><br />

10. Bernhardstraat 2<br />

11. Molenweg 2<br />

Sint Willebrord<br />

12. Noord-west 13<br />

Sprundel<br />

13. De Berk 2<br />

14. Bredasebaan 2<br />

15. Groenstraat 1<br />

16. Waterstraat 3<br />

17. Vorenseindseweg -<br />

18. De Heikant 3<br />

19. Hogestraat 5<br />

20. Kolkstraat 4<br />

Aantal planologisch<br />

aanvaardbare<br />

bebouwsmogelijkheden<br />

Totaal 64<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 1 Verordening ruimte Noord- Brabant 2011<br />

Artikelen ruimte-voor-ruimteregeling<br />

Hoofdstuk 11. Niet-agrarische ruimtelijke<br />

ontwikkelingen buiten bestaand stedelijk gebied<br />

Artikel 11.2. Regels voor ruimte-voor-ruimtekavels<br />

1. In afwijking van artikel 11.1, eerste lid, kan een bestemmingsplan<br />

dat is gelegen in een bebouwingsconcentratie binnen<br />

de groenblauwe mantel of agrarisch gebied, niet zijnde een<br />

landbouwontwikkelingsgebied of een vestigingsgebied glastuinbouw,<br />

voorzien in de nieuwbouw van één of meer woningen<br />

waarbij er geen sprake behoeft te zijn van het gebruik van een<br />

voormalige bedrijfswoning als burgerwoning, mits de toelichting<br />

daaromtrent een verantwoording bevat.<br />

2. Uit de verantwoording, bedoeld in het eerste lid, blijkt dat:<br />

a. het bestemmingsplan de nodige voorwaarden bevat om een<br />

goede landschappelijke inpassing van de te bouwen woningen<br />

te verzekeren waarbij de bepaling inzake de kwaliteitsverbetering<br />

van het landschap, bedoeld in artikel 2.2, niet van toepassing<br />

is;<br />

b. is verzekerd dat is voldaan aan de op grond van artikel 11.3<br />

gestelde nadere regels;<br />

c. er geen sprake is van een aanzet voor een stedelijke ontwikkeling,<br />

als bedoeld in hoofdstuk 3.<br />

Artikel 11.3. Nadere regels inzake ruimte-voor-ruimtekavels<br />

1. Gedeputeerde Staten stellen nadere regels ten aanzien van<br />

bestemmingsplannen, als bedoeld in artikel 11.2, in verband<br />

met het beleid om ruimtelijke kwaliteit te verbeteren door in<br />

ruil voor de sloop van agrarische bedrijfsgebouwen die in gebruik<br />

zijn of waren voor de intensieve veehouderij in combinatie<br />

met realisering van milieuwinst ter plaatse de bouw van woningen<br />

op passende locaties toe te staan.<br />

2. Zolang nadere regels, als bedoeld in het eerste lid, nog niet<br />

zijn vastgesteld en in werking zijn getreden, wordt de Beleidsregel<br />

ruimte-voor-ruimte 2006 aangemerkt als nadere regels,<br />

als bedoeld in het eerste lid.<br />

Artikelsgewijze toelichting<br />

Artikel 11.2 Regels voor ruimte-voor-ruimtekavels<br />

De ruimte-voor-ruimteregeling heeft tot doel de ruimtelijke<br />

kwaliteit te verbeteren door in ruil voor de sloop van agrarische<br />

bedrijfsgebouwen die in gebruik zijn of waren voor de<br />

intensieve veehouderij in combinatie met realisering van<br />

milieuwinst ter plaatse, de bouw van woningen op passende<br />

locaties toe te staan, dit in afwijking van de regel dat geen<br />

nieuwe (burger)woningen mogen worden toegevoegd aan het<br />

buitengebied. De regeling geeft aan dat een passende locatie<br />

gevonden kan worden in een bebouwingsconcentratie binnen de<br />

groenblauwe mantel of binnen het agrarisch gebied. Wat dit<br />

laatste gebied betreft met uitzondering van de<br />

1<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 1 2<br />

landbouwontwikkelingsgebieden en de vestigingsgebieden<br />

glastuinbouw.<br />

Aldus is uitdrukkelijk bepaald dat geen toepassing gegeven<br />

behoeft te worden aan het gebruik van een bestaande locatie,<br />

zoals geregeld in artikel 2.1, tweede lid, onder a. Ook wordt<br />

met de toepassing van de ruimte-voor-ruimteregeling reeds<br />

bijgedragen aan het vereiste van een investering in het<br />

landschap in verband waarmee artikel 2.2 dan ook niet van<br />

toepassing wordt verklaard.<br />

Voor de toepassing van de ruimte-voor-ruimteregeling hebben<br />

Gedeputeerde Staten in 2006 een beleidsregel vastgesteld.<br />

Hierin zijn de voorwaarden neergelegd waaronder aan de<br />

regeling deelgenomen kan worden. In de Verordening ruimte is<br />

bepaald dat de Beleidsregel ruimte voor ruimte 2006<br />

(vooralsnog) beschouwd wordt als nadere regels ten aanzien<br />

van bestemmingsplannen die voorzien in een ruimte-voorruimtekavel.<br />

In de Paraplunota ruimtelijke ordening waren de planologische<br />

voorwaarden opgenomen die golden voor het ontwikkelen van<br />

een ruimte-voor-ruimtekavel. In artikel 11.2, eerste lid, is<br />

bepaald dat een bestemmingplan dat voorziet in een ruimtevoor-ruimtekavel<br />

een verantwoording daaromtrent bevat. In<br />

het tweede lid zijn de thema’s opgenomen die in de<br />

verantwoording ten minste aan bod moeten komen. Deze<br />

komen kort gezegd erop neer dat is verzekerd dat voldaan is<br />

aan de nadere ruimte-voor-ruimteregels, dat het<br />

bestemmingsplan zorgdraagt voor een goede landschappelijke<br />

inpassing en dat er geen sprake is van een aanzet voor een<br />

stedelijke ontwikkeling. Met deze laatste clausule wordt beoogd<br />

te voorkomen dat een ruimte-voor-ruimtelocatie het karakter<br />

krijgt van een stedelijke ontwikkeling zoals geregeld in<br />

hoofdstuk 3.<br />

Medegebruik van de ruimte-voor-ruimteregeling door<br />

gemeenten<br />

Wij hebben in onze brief van 20 april 2010 aan de gemeenten<br />

uiteengezet dat er voor hen de mogelijkheid bestaat gebruik te<br />

maken van de provinciale ruimte-voor-ruimteregeling. Een<br />

gemeente en de provincie kunnen een overeenkomst sluiten<br />

over de afdracht aan de gemeente van financiële middelen<br />

nadat er binnen die gemeente 30 ruimte-voor-ruimtekavels zijn<br />

ontwikkeld waarvan de provincie uit de ontwikkeling inkomsten<br />

heeft ontvangen. De hoogte van de afdracht bedraagt 50% van<br />

de vergoeding tussen de 30 en 50 ontwikkelde ruimte-voorruimtekavels<br />

en 75% boven de 50 ontwikkelde ruimte-voorruimtekavels.<br />

Daarbij is het niet van belang of de ruimte-voorruimtekavels<br />

binnen of buiten het zoekgebied verstedelijking<br />

zijn ontwikkeld. De ontvangsten zijn bedoeld om in te zetten<br />

voor kwaliteitsverbetering van het landschap zoals geregeld<br />

bedoeld in artikel 2.2.<br />

Artikel 11.3 Nadere regels inzake ruimte-voorruimtekavels<br />

In dit artikel is bepaald dat de door Gedeputeerde Staten op 20<br />

december 2005 vastgestelde Beleidsregel ruimte voor ruimte<br />

2006 wordt aangemerkt en mitsdien toegepast als nadere regel<br />

ten aanzien van bestemmingsplannen die voorzien in een<br />

ruimte-voor-ruimtekavel. Deze regels zijn gesteld in verband<br />

met het beleid om ruimtelijke kwaliteit te verbeteren door in<br />

ruil voor de sloop van agrarische bedrijfsgebouwen die in<br />

gebruik zijn of waren voor de intensieve veehouderij in<br />

combinatie met realisering van milieuwinst ter plaatse de bouw<br />

van woningen op passende locaties toe te staan.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 2 Ontwikkelingskaart bestemmingsplan Buitengebied 1998 1<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 2 2<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 Toelichting milieukaarten 1<br />

De RMD heeft in opdracht van de gemeente <strong>Rucphen</strong> in december 2009<br />

het 'Milieuadvies (quick scan) bebouwingsconcentraties' opgesteld. Doel<br />

van het milieuadvies was het (op macroniveau) bepalen van de geschiktheid<br />

van de bebouwingsconcentraties voor het toevoegen van<br />

woningen. Het milieuadvies van december 2009 geeft per bebouwingsconcentratie<br />

een overzicht van de belemmeringen vanuit externe veiligheid,<br />

de hinderlijke (agrarische) bedrijvigheid en de belemmeringen<br />

vanuit spoorweglawaai, gezoneerde industrieterreinen, vliegveld Seppe<br />

en wegverkeerslawaai.<br />

Het overzicht van de hinderlijke (agrarische) bedrijvigheid is per bebouwingsconcentratie<br />

opgenomen in bijlage 2 van het milieuadvies. De<br />

hinderlijke (agrarische) bedrijvigheid is geselecteerd op basis van het<br />

inrichtingeninformatiesysteem MPM.<br />

Voor de hinderlijke (agrarische) bedrijven is de milieucategorie vastgesteld<br />

en de bijbehorende grootste richtafstand tot het omgevingstype<br />

rustige woonwijk - vergelijkbaar met een rustig buitengebied - gegeven<br />

op basis van de VNG-publicatie 'Bedrijven en Milieuzonering Handreiking<br />

voor maatwerk in de gemeentelijke ruimtelijke ordeningspraktijk'<br />

(uitgave 2009) en de milieudossiers.<br />

De gemeente <strong>Rucphen</strong> heeft de RMD gevraagd op basis van<br />

het milieuadvies van december 2009 per<br />

bebouwingsconcentratie een kaart op te stellen met daarop<br />

de grootste richtafstanden van de bedrijven. De kaarten zijn<br />

opgesteld op basis van bijlage 2 van het milieuadvies van<br />

december 2009 en de kadastrale ondergrond van de<br />

gemeente <strong>Rucphen</strong>. Het resultaat is voorliggend advies<br />

'Kaarten bebouwingsconcentraties' met per<br />

bebouwingsconcentratie het overzicht van de bedrijfsactiviteiten<br />

en de bijbehorende kaart.<br />

De kaarten geven voor de bedrijfsactiviteiten de grootste<br />

richtafstanden tot het omgevingstype rustige woonwijk en zijn<br />

derhalve niet gebaseerd op nader onderzoek naar de<br />

betreffende bedrijvigheid, bijvoorbeeld door het uitvoeren van<br />

geur- of geluidberekeningen. Nutsvoorzieningen, adressen<br />

met huisnummers en bedrijfsactiviteiten die geen inrichting<br />

zijn zoals bedoeld in de Wet milieubeheer, zijn niet opgenomen<br />

op de kaarten. In het overzicht van de<br />

bedrijfsactiviteiten is aangegeven welke bedrijfsactiviteiten dit<br />

betreft.<br />

Opdrachtgever:<br />

Uitvoering:<br />

Opgesteld door:<br />

<strong>Gemeente</strong> <strong>Rucphen</strong><br />

Mevrouw J. Westhoff<br />

Regionale Milieudienst West-<br />

Brabant<br />

Postbus 16<br />

4700 AA ROOSENDAAL<br />

Jos van Mierlo<br />

Collegiale toets:<br />

Léon Frijters<br />

Datum rapport: 1 april 2010<br />

Het advies is gebaseerd op de geldende wet- en regelgeving.<br />

Indien het advies niet direct wordt gebruikt, dient er rekening<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 2<br />

mee te worden gehouden dat wet- en regelgeving aan<br />

verandering onderhevig zijn en het advies naar verloop van<br />

tijd mogelijk (op onderdelen) niet meer correct is. Bij twijfel<br />

hierover kan de bruikbaarheid van het advies op dat moment<br />

worden beoordeeld.<br />

In de bijgevoegde figuren zijn de resultaten van dit onderzoek<br />

weergegeven. De milieucirkels van de bedrijven en de<br />

geluidscontouren zijn voor elk gebied afzonderlijk in beeld<br />

gebracht.<br />

Renvooi milieucontouren bedrijven<br />

Renvooi geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 3<br />

Munnikenheide<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 4<br />

Roosendaalsebaan<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 5<br />

Hoeksestraat<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 6<br />

Hoekvensedreef<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 7<br />

De Berg<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 8<br />

Scherpenbergsebaan<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 9<br />

Langeschouw<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 10<br />

O.L.Vrouwestraat-zuid<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 11<br />

O.L.Vrouwestraat-noord<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 12<br />

Bernhardstraat<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 13<br />

Molenweg<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Veiligheidsrisico munitie<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 14<br />

Noordwest-hoek Sint Willebrord<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 15<br />

De Berk<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 16<br />

Bredasebaan<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 17<br />

Groenstraat<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 18<br />

Waterstraat<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 19<br />

Vorenseindseweg<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 20<br />

De Heikant<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 21<br />

Hogestraat<br />

Milieucontouren bedrijven Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 3 22<br />

Kolkstraat<br />

Milieucontouren bedrijven<br />

Geluidscontouren<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 4 Beeldkwaliteitseisen 1<br />

Kavel<br />

- minimaal 30 meter breed;<br />

- bij grotere kavelbreedte bebouwing maximaal 20 meter;<br />

- maximaal 50% bebouwen;<br />

- lengte variabel, afstemming op aangrenzende percelen;<br />

- minimaal oppervlak 1.000 m 2 ;<br />

- maximaal 2 woningen per bouwlocatie.<br />

Bouwvorm<br />

- goothoogte maximaal 4 meter;<br />

- kap verplicht;<br />

- dakhelling minimaal 40;<br />

- voorkeur langskap;<br />

- nokhoogte maximaal 10 meter;<br />

- massa maximaal 750 m 3.<br />

Situering woning<br />

- oriëntatie op de weg;<br />

- voorste rooilijn achter die van aangrenzende bebouwing in directe<br />

omgeving;<br />

- achterste rooilijn niet verder dan die van bebouwing in directe<br />

omgeving;<br />

- hoofd- en bijgebouwen bij voorkeur aaneen gebouwd;<br />

- minimaal 5 meter uit de zijdelingse perceelsgrens of erfbeplanting.<br />

Beplanting<br />

- opgaande beplantingsstrook van minimaal 5 meter breedte op<br />

beide zijdelingse en achterste perceelsgrenzen;<br />

- streekeigen inheemse beplanting toepassen;<br />

- voortuin minimaal 60% groen.<br />

Architectuur<br />

- afstemming op directe omgeving;<br />

- voorkeur voor baksteen of hout voor gevels;<br />

- dak voorkeur gebakken pannen of riet;<br />

- geen lichte kleuren en geglazuurde materialen toepassen;<br />

- materiaalkeuze in overleg met welstandscommissie.<br />

Procedure<br />

- initiatief melden bij gemeente;<br />

- eventueel nadere eisen stellen;<br />

- vooroverleg met welstand over schetsontwerp;<br />

- beplantingsplan;<br />

- beoordeling welstand;<br />

- planologische procedure / bouwvergunning.<br />

Parkeren<br />

- volledig op eigen terrein;<br />

- minimaal ruimte voor 2 parkeerplaatsen.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00


Bijlage 4 2<br />

Kavelindeling<br />

Situering<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

0840.008484.00

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!