Folder Puur Plantaardige Olie - Partij voor het Noorden - Provincie ...
Folder Puur Plantaardige Olie - Partij voor het Noorden - Provincie ...
Folder Puur Plantaardige Olie - Partij voor het Noorden - Provincie ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Koolzaadolie te koop; mag dat?<br />
"Het gebruik van plantaardige oliën als brandstof <strong>voor</strong><br />
motoren mag dezer dagen onbelangrijk lijken, maar zulke oliën<br />
kunnen in de loop der tijd even belangrijk worden als<br />
petroleum en kolen vandaag de dag zijn."<br />
Rudolf Diesel, 1912.<br />
Inhoud<br />
Inleiding.................................................................................................................................. 2<br />
Alternatieve brandstof: <strong>Puur</strong> <strong>Plantaardige</strong> <strong>Olie</strong> ........................................................ 2<br />
‘Koolzaadolie te koop; mag dat?’ ................................................................................... 4<br />
Koolzaadolie te koop; waarom moet dat?............................................................. 4<br />
Uitstoot van CO 2<br />
............................................................................................................. 5<br />
Korte geschiedenis van koolzaadolie als brandstof.................................................. 7<br />
Nieuwe kansen <strong>voor</strong> plantaardige olie ......................................................................... 9<br />
Voor- en nadelen van koolzaadolie als motorbrandstof.......................................10<br />
Het standpunt van milieuorganisaties........................................................................12<br />
De rol van de Europese Unie bij introductie Biobrandstoffen............................14<br />
Koolzaad als concurrerend landbouwgewas.............................................................15<br />
Overwegingen met betrekking tot verbouw van koolzaad............................15<br />
Waarom wordt er nu weinig koolzaad verbouwd?...........................................16<br />
Conclusie ..............................................................................................................................19<br />
Adviezen ...............................................................................................................................20<br />
De projectgroep ‘Koolzaadolie te koop; mag dat?’ is een initiatief van de <strong>Partij</strong> <strong>voor</strong><br />
<strong>het</strong> <strong>Noorden</strong>. De projectgroep bestaat uit een aantal geïnteresseerden die door<br />
ondervraging van experts een overzicht over koolzaadolie als brandstof willen geven.<br />
Met deze brochure wil de projectgroep publiek en politiek interesseren <strong>voor</strong> dit<br />
onderwerp.<br />
De projectgroep bestond uit (op alfabetische volgorde):<br />
Aleid Brouwer, Hilbert Koetsier, Bram Schuilenga, Jaroen Schut, Geert Staats,<br />
Maarten Vos.<br />
Met medewerking van: Wietske van der Schaaf en Henk Vos.<br />
Dit is een uitgave van de <strong>Partij</strong> <strong>voor</strong> <strong>het</strong> <strong>Noorden</strong>. Groningen, mei 2005.<br />
Teksten uit deze uitgave mogen worden overgenomen, mits een duidelijke verwijzing naar<br />
de bron gegeven wordt.
Inleiding<br />
De afhankelijkheid van fossiele brandstoffen uit andere landen, de<br />
richtlijnen van <strong>het</strong> Kyoto-protocol die een reductie van 6 % inhouden van<br />
de uitstoot van broeikasgassen en de EU-richtlijn <strong>voor</strong> biobrandstoffen,<br />
maken dat alternatieve brandstoffen overal op de agenda komen.<br />
Reden <strong>voor</strong> de <strong>Partij</strong> <strong>voor</strong> <strong>het</strong> <strong>Noorden</strong> zich nader in dit onderwerp te<br />
verdiepen. De partij heeft een projectgroep ingesteld die moest onderzoeken<br />
hoe we op korte termijn gebruik kunnen maken van nieuwe, schone vormen<br />
van energie. De projectgroep heeft zich vervolgens “Koolzaadolie te koop;<br />
mag dat?” genoemd en deze brochure is haar resultaat.<br />
Alternatieve brandstof: <strong>Puur</strong> <strong>Plantaardige</strong> <strong>Olie</strong><br />
Een groep van alternatieve brandstoffen is <strong>Puur</strong> <strong>Plantaardige</strong> <strong>Olie</strong> (PPO).<br />
PPO kan onder meer van de koolzaadplant gemaakt worden; een plant met<br />
gele bloemen, zoals de omslag van deze brochure laat zien. De olie van deze<br />
plant heet koolzaadolie.<br />
PPO (en dus ook koolzaadolie) is olie, die in plaats van de fossiele brandstof<br />
diesel, gebruikt kan worden als brandstof <strong>voor</strong> motoren. De meeste mensen<br />
kennen PPO als de slaolie of zonnebloemolie die je in de supermarkt kunt<br />
kopen.<br />
PPO wordt onttrokken aan oliezaden, zoals koolzaad en zonnebloempitten,<br />
door middel van mechanisch persen en/of extractie met een oplosmiddel. Bij<br />
verbranding is de olie zo goed als klimaatneutraal.<br />
Met enige aanpassingen kan uw dieselauto op plantaardige olie rijden. In<br />
deze brochure geven we aan of dat een goed idee is. Wat zijn bij<strong>voor</strong>beeld<br />
de <strong>voor</strong>- en nadelen van deze alternatieve brandstof? En welke problemen<br />
zijn nog te overwinnen <strong>voor</strong>dat PPO grootschalig ingevoerd kan worden? Is<br />
koolzaadolie een product dat boeren zullen willen verbouwen? Mag je<br />
eigenlijk slaolie in de supermarkt kopen en <strong>het</strong> vervolgens in je tank gieten?<br />
Koolzaadolie wordt in deze brochure <strong>voor</strong>gesteld en behandeld als een<br />
brandstof, maar <strong>het</strong> is een veelzijdig goedje. Het kent nog vele andere<br />
toepassingen, zoals <strong>voor</strong> menselijke consumptie, als ingrediënt in<br />
2
cosmetische toepassingen, milieuvriendelijke bestrijdingsmiddelen en ook als<br />
schoonmaakmiddel.<br />
Wij willen met deze brochure <strong>het</strong> gebruik van puur plantaardige olie als<br />
brandstof extra onder de aandacht brengen.<br />
<strong>Partij</strong> <strong>voor</strong> <strong>het</strong> <strong>Noorden</strong> projectgroep “Koolzaadolie te koop; mag dat?”<br />
Mei 2005<br />
Koolzaad zaaien anno 1827<br />
3
‘Koolzaadolie te koop; mag dat?’<br />
Stel: u heeft een dieselauto en u laat deze geschikt maken om te rijden op<br />
koolzaadolie. U kent een boer die koolzaad verbouwt en de koolzaad aan<br />
huis kan persen tot koolzaadolie (dat kan namelijk met een betrekkelijk<br />
eenvoudige pers). Dan kunt u <strong>voor</strong> een prikkie uw tank vullen bij deze boer!<br />
Maar mag dat?<br />
Waarom zou koolzaadolie als brandstof niet langs de weg verkocht mogen<br />
worden? Er staan wel vaker borden langs de weg, waarop streekgebonden<br />
producten te koop worden aangeboden. Zo zie je ‘aardappelen te koop’,<br />
maar dat kunnen ook uien, wortelen of eieren zijn. Daarnaast wordt ook<br />
melk weer op deze manier te koop aangeboden. Het contact tussen<br />
producent en consument is hierbij <strong>het</strong> meest direct, vaak met financieel<br />
<strong>voor</strong>deel <strong>voor</strong> beiden.<br />
Dat je niet zomaar op koolzaadolie van de boer of uit de supermarkt mag<br />
rijden, heeft te maken met accijnzen die de Nederlandse staat op<br />
motorbrandstoffen wil heffen. Door soepeler met deze accijnzen om te<br />
springen, zou de Nederlandse overheid <strong>het</strong> gebruik van koolzaadolie als<br />
brandstof kunnen bevorderen. In deze brochure laten we zien om welke<br />
redenen de overheid dit zou moeten doen.<br />
Koolzaadolie te koop; waarom moet dat?<br />
De meeste menselijke activiteiten (productie, mobiliteit of recreatie) hebben<br />
een belasting van <strong>het</strong> milieu en onze directe leefomgeving tot gevolg. In<br />
bijna alle gevallen gaan deze activiteiten ook gepaard met <strong>het</strong> gebruik van<br />
energie.<br />
Zeker in <strong>het</strong> geïndustrialiseerde deel van de wereld wordt energie bijna<br />
uitsluitend opgewekt met fossiele energiedragers: steenkool, aardgas en<br />
aardolie.<br />
Maar liefst 93 % van de totale energiebehoefte van Nederland wordt door<br />
fossiele brandstoffen gedekt. Voor <strong>het</strong> vervoer geldt zelfs dat 100% van de<br />
benodigde energie wordt verkregen uit fossiele brandstoffen, met name uit<br />
aardolieproducten. Dit geldt ook <strong>voor</strong> de flinke hoeveelheden<br />
smeermiddelen die in de diverse voertuigen worden gebruikt. Aardgas, dat<br />
ook <strong>voor</strong> transport gebruikt wordt, is eveneens een fossiele brandstof.<br />
4
In de afgelopen decennia is <strong>voor</strong> bijna iedereen wel duidelijk geworden dat<br />
de <strong>voor</strong>raad fossiele brandstoffen eindig is, ook al is <strong>het</strong> tijdstip van <strong>het</strong><br />
“einde” betwistbaar.<br />
Het huidige gebruik van energie noopt op vele manieren tot duurzaamheid.<br />
Voor de toekomst worden we door economische en ecologische redenen<br />
gedwongen na te denken over de huidige toepassingen van energiebronnen<br />
en over alternatieven.<br />
De economische reden is dat energie duur is en door grotere schaarste ook<br />
steeds duurder wordt. Denk maar aan de olieprijzen die de afgelopen<br />
maanden omhoog zijn geschoten door <strong>het</strong> overschatten van oliereserves en<br />
door de oplopende energievraag in China en India. Medio 2003 kostte een<br />
vat ruwe olie circa 30 dollar en inmiddels is in <strong>het</strong> eerste kwartaal van 2005<br />
de prijs op ongeveer 55 dollar aangekomen.<br />
Daarnaast zijn we momenteel sterk afhankelijk van de olie<strong>voor</strong>ziening<br />
vanuit <strong>het</strong> politiek instabiele, om niet te zeggen, explosieve Midden-Oosten.<br />
Het energievraagstuk is dus één van de belangrijkste onderwerpen in de<br />
komende decennia. Er moet zuiniger omgegaan worden met energie en <strong>het</strong><br />
onderzoek naar én de toepassing van alternatieve en duurzame<br />
energiebronnen moeten we stimuleren en intensiveren. Wetenschap,<br />
bedrijfsleven en overheden zullen daarbij een belangrijke rol moeten<br />
vervullen.<br />
Een slimme aanpak, met gebruik van overigens vaak al bestaande kennis<br />
over duurzame toepassingen, is dus nodig. Bekende <strong>voor</strong>beelden van reeds<br />
bestaande toepassingen zijn windenergie, energie uit waterkracht en zonneenergie,<br />
maar ook energiedragers in de vorm van zoge<strong>het</strong>en “hernieuwbare”<br />
brandstoffen zoals puur plantaardige olie (PPO) uit onder andere koolzaad<br />
kunnen binnen korte tijd ingezet worden. “Hernieuwbaar” betekent in dit<br />
geval dat <strong>het</strong> gaat om energiebronnen die in principe nooit opraken,<br />
doordat deze continu kunnen worden aangevuld (zie figuur 1).<br />
Uitstoot van CO 2<br />
Ecologisch gezien zijn de klassieke winning, <strong>het</strong> transport en de verbranding<br />
van fossiele brandstoffen milieubelastend als <strong>het</strong> gaat om de daarbij<br />
5
vrijkomende koolstofdioxide (CO 2<br />
). Duurzame energiebronnen zijn<br />
noodzakelijk als vervanging van de brandstoffen die leiden tot de, in veler<br />
ogen, nu veel te hoge CO 2<br />
-uitstoot in de atmosfeer. Deze uitstoot leidt<br />
immers tot wereldwijde klimaatverandering en schade aan de natuur op<br />
regionaal, nationaal en globaal niveau.<br />
Nieuwe vormen van energiedragers, zoals puur plantaardige olie, en nieuwe<br />
vormen van energieopwekking, zoals stroomopwekking met windturbines,<br />
leveren een belangrijke bijdrage aan <strong>het</strong> verminderen van de uitstoot van<br />
<strong>het</strong> broeikasgas CO 2<br />
.<br />
Innovatie en onderzoek op <strong>het</strong> gebied van energie en milieutechnologie<br />
biedt volop kansen op een duurzamere wereld. Voorbeelden hiervan zijn:<br />
hernieuwbare brandstoffen, op langere termijn brandstofcellen <strong>voor</strong> energie,<br />
de waterstofbus of -auto, duurzame productiemethoden in de landbouw,<br />
natuurlijke afbreekbare materialen <strong>voor</strong> verpakking en productie etc.<br />
Dit betekent een verandering van denken én gedrag bij bedrijven en<br />
individuele burgers, die vaak nobele en verantwoorde gedachten hebben<br />
maar als consument vaak meer prijsbewust dan milieubewust zijn. Hiernaast<br />
dienen zeker ook overheden een <strong>voor</strong>beeldfunctie te vervullen, <strong>voor</strong>al<br />
wanneer we ons leven op <strong>het</strong> huidige welvaartsniveau willen <strong>voor</strong>tzetten.<br />
Figuur 1: Koolzaadolie past als hernieuwbare energiebron in een<br />
gesloten kringloop.<br />
6
Korte geschiedenis van koolzaadolie als brandstof<br />
Eigenlijk is er wat koolzaad betreft niets nieuws onder de zon: dit gewas<br />
wordt al heel lang verbouwd in (Noord-)Nederland. Dit blijkt bij<strong>voor</strong>beeld<br />
uit een in 1559 opgeschreven wet over <strong>het</strong> dorsen van koolzaad in <strong>het</strong> Friese<br />
dorp Achlum. In deze wet wordt <strong>het</strong> beheer en gebruik vastgesteld van <strong>het</strong><br />
dorskleed van dit dorp. Opvallend genoeg is <strong>het</strong> initiatief tot deze wet<br />
genomen door Grutte Watse, een neef van de beroemde Fries Grutte Pier.<br />
In de negentiende eeuw verbouwden <strong>voor</strong>al boeren in de Veenkoloniën en<br />
de kleigebieden van Groningen koolzaad. De provincie Groningen was eind<br />
achttiende, begin negentiende eeuw zeer <strong>voor</strong>uitstrevend als <strong>het</strong> gaat om de<br />
toepassing van nieuwe technieken. Groninger boeren gingen als eersten van<br />
de handzaaiing over op de zaaiing van koolzaad in rijen, met behulp van<br />
nieuwe machines. Andere provincies volgden Groningen bij de toepassing<br />
van deze innovatieve technieken (zie figuur 3 op pagina 13).<br />
Bij inpoldering, een typisch Nederlands verschijnsel, is <strong>het</strong> regel dat als<br />
eerste gewas (na riet) koolzaad verbouwd wordt om de grond geschikt te<br />
maken <strong>voor</strong> andere vormen van landbouw. Dit is bij<strong>voor</strong>beeld gebeurd bij de<br />
aanleg van de IJsselmeerpolders. Vlak na de inpoldering waren de polders in<br />
april één grote zee van felgeel bloeiende koolzaad.<br />
Ook <strong>het</strong> gebruik van koolzaadolie of andere plantaardige oliën als brandstof<br />
is niet nieuw. De dieselmotor van Rudolf Diesel kon op een veelvoud van<br />
brandstoffen lopen. Dit toonde hij zelf aan tijdens de Wereldtentoonstelling<br />
in 1900 door zijn dieselmotor op pindaolie te laten lopen. Twaalf jaar later<br />
zei Diesel: ‘Het gebruik van plantaardige oliën als brandstof <strong>voor</strong> motoren<br />
mag dezer dagen onbelangrijk lijken, maar zulke oliën kunnen in de loop der<br />
tijd even belangrijk worden als petroleum en kolen vandaag de dag zijn.’ Na<br />
Diesels dood in 1913 werd zijn dieselmotor echter aangepast om te lopen op<br />
‘diesel’.<br />
Aan <strong>het</strong> begin van de twintigste eeuw had de in Amsterdam gevestigde<br />
motorenfabrikant Kromhout een zeer <strong>voor</strong>uitstrevend en creatief<br />
marketingbeleid, waarin de nadruk lag op <strong>het</strong> gebruik van niet-fossiele<br />
brandstoffen. In een tijd waarin de Europese grootmachten nog over<br />
koloniën beschikten en dus over kostbare grondstoffen, werden plantaardige<br />
oliën aangeprezen als ideale brandstof <strong>voor</strong> Kromhout motoren. In een<br />
brochure uit 1922 prijst Kromhout onder andere palmolie aan als ideale<br />
7
andstof <strong>voor</strong> zijn motoren. In de praktijk werd echter niet veel gebruik<br />
gemaakt van alternatieve brandstoffen omdat dieselolie makkelijker<br />
verkrijgbaar was (zie figuur 2).<br />
Figuur 2: Waarom tweetactmiddeldruk? Een brochure van Kromhout<br />
motoren, Amsterdam 1922.<br />
8
Nieuwe kansen <strong>voor</strong> plantaardige olie<br />
Wellicht dat nu, met een groeiende behoefte aan brandstof en stijgende<br />
olieprijzen, er een nieuwe kans ontstaat <strong>voor</strong> <strong>het</strong> gebruik van plantaardige<br />
oliën als brandstof, en in <strong>het</strong> bijzonder <strong>voor</strong> koolzaadolie.<br />
In <strong>het</strong> jaar 2003 besloeg <strong>het</strong> areaal aan koolzaad in de provincie Groningen<br />
slechts 600 hectare. Een jaar later was dit al verdubbeld. In 1998 ontving<br />
een boer 27 cent per kilo koolzaad. Zes jaar later kreeg een boer <strong>het</strong>zelfde<br />
bedrag per kilo, maar nu in eurocenten. Koolzaad is dus met een terugkeer<br />
bezig.<br />
In de provincie Groningen lag in 1998, 1907 hectare en in 2001 maar liefst<br />
4600 hectare grond braak. Deze grond had natuurlijk ingezet kunnen<br />
worden <strong>voor</strong> de verbouw van koolzaad om PPO uit te onttrekken. Waarom<br />
gebeurt dat niet? Omdat de Europese subsidiëring <strong>voor</strong> braaklegging nog<br />
zodanig hoog is dat <strong>het</strong> verbouwen van koolzaad <strong>voor</strong> de boer nog geen<br />
alternatief is. Daarnaast is <strong>het</strong> <strong>voor</strong>alsnog fiscaal niet toegestaan om op<br />
grote schaal koolzaadolie als motorbrandstof <strong>voor</strong> personen- of<br />
goederenvervoer in te zetten, terwijl koolzaadolie wel gewoon in de<br />
supermarkt te koop is - als slaolie.<br />
Hoewel PPO op korte termijn maar in de vervanging van 3 % van de totale<br />
hoeveelheid verbruikte brandstof kan <strong>voor</strong>zien, kan <strong>het</strong> wel toegepast<br />
worden met bestaande, bewezen technologie én kan <strong>het</strong> de landbouw onder<br />
<strong>voor</strong>waarden van een alternatief gewas <strong>voor</strong>zien. Daarnaast kan PPO op<br />
korte termijn worden ingevoerd in tegenstelling tot andere alternatieve<br />
brandstoffen.<br />
9
Voor- en nadelen van koolzaadolie als<br />
motorbrandstof<br />
Wij hebben de belangrijkste <strong>voor</strong>delen en nadelen van <strong>het</strong> gebruik van PPO<br />
als brandstof hieronder op een rijtje gezet.<br />
Voordelen van verbouw van koolzaad en <strong>het</strong> gebruik van koolzaadolie (PPO)<br />
als motorbrandstof.<br />
• PPO heeft als belangrijk <strong>voor</strong>deel ten opzichte van fossiele<br />
brandstoffen, dat <strong>het</strong> CO 2<br />
neutraal is. Dat betekent dat bij gebruik<br />
ervan, geen extra broeikasgassen in de atmosfeer komen. Bij de<br />
verbranding van de olie komt weliswaar CO 2<br />
vrij, maar die CO 2<br />
is kort<br />
daar<strong>voor</strong> door de koolzaadplant uit de lucht opgenomen.<br />
• Bij <strong>het</strong> gebruik van PPO is de totale emissie van vervuilende stoffen,<br />
zoals koolmonoxide, koolwaterstoffen, roetdeeltjes en zwaveloxides,<br />
beduidend geringer dan bij gebruik van fossiele diesel als brandstof.<br />
• PPO als motorbrandstof kan op korte termijn toegepast worden. Dit in<br />
tegenstelling tot andere alternatieve energiedragers.<br />
• PPO kan kleinschalig worden ingevoerd.<br />
• Koolzaad kan <strong>voor</strong> de landbouw een alternatief zijn <strong>voor</strong> <strong>het</strong><br />
gesubsidieerd braakleggen. Dit kan een economische stimulans<br />
opleveren <strong>voor</strong> <strong>het</strong> platteland. Het verbouwen van koolzaad past tevens<br />
prima in de agrarische traditie die Noord-Nederland kent.<br />
• De restproducten van de koolzaadplant hebben óók een economische<br />
waarde. Na persing van <strong>het</strong> zaad kan <strong>het</strong> zogenaamde ‘schroot’ als<br />
veevoer dienen en <strong>het</strong> stro kan dienen als grondstof <strong>voor</strong><br />
bouwproducten. De opbrengt van <strong>het</strong> verbouwen van koolzaad is dus<br />
meer dan alleen motorbrandstof. De winst <strong>voor</strong> de boer komt dus niet<br />
alleen van de productie van PPO.<br />
• PPO kan, na chemische bewerking, in de vorm van biodiesel of bioethanol,<br />
toegevoegd worden aan de traditionele brandstoffen. Auto’s<br />
kunnen daarop rijden zonder grote wijzigingen aan de<br />
brandstofsystemen van de huidige verbrandingsmotoren.<br />
10
• De bloeiende gele koolzaadvelden waren in <strong>het</strong> verleden een<br />
toeristische attractie en kunnen dat opnieuw worden.<br />
Nadelen van verbouw van koolzaad en <strong>het</strong> gebruik van koolzaadolie (PPO)<br />
als motorbrandstof.<br />
• PPO uit koolzaad is (<strong>voor</strong>alsnog) een nichemarkt. Wanneer alle<br />
braakliggende grond in Nederland wordt ingezet <strong>voor</strong> <strong>het</strong> verbouwen<br />
van koolzaad <strong>voor</strong> de productie van PPO, kan in slechts drie procent van<br />
de Nederlandse brandstofbehoefte door PPO worden <strong>voor</strong>zien.<br />
• Voor <strong>het</strong> rijden op PPO moet <strong>het</strong> brandstofsysteem van de motoren van<br />
de vervoersmiddelen aangepast worden. Dit veroorzaakt extra kosten<br />
<strong>voor</strong> de consument.<br />
• Wanneer besloten zou worden op grote schaal koolzaad te verbouwen<br />
ten behoeve van PPO-productie, dan kan dit tot schaalvergroting van<br />
de percelen leiden met mogelijke nadelen <strong>voor</strong> de biodiversiteit.<br />
• Intensivering van de landbouw kan ook een toename in <strong>het</strong> gebruik van<br />
bestrijdingsmiddelen tot gevolg hebben.<br />
• Bij een schaalvergroting van de landbouw kan ook <strong>het</strong> klassieke<br />
coulissenlandschap van Noord-Nederland in gevaar komen.<br />
• Het verspreidingsnet van PPO in Nederland is nu nog erg klein. Daarmee<br />
is PPO nog geen volledig dekkend alternatief.<br />
• Op <strong>het</strong> moment is PPO uit koolzaad nog duurder dan fossiele<br />
brandstoffen. In de verkoopprijs speelt, naast de productiekosten, de<br />
accijns een grote rol. Wanneer er een accijnsvrijstelling <strong>voor</strong> PPO<br />
doorgevoerd wordt kan dit verschil opgeheven worden. Dit is volledig<br />
afhankelijk van de opstelling van de Nederlandse overheid.<br />
• Koolzaad zou mogelijk een concurrent kunnen zijn <strong>voor</strong> gewassen zoals<br />
graan, suikerbieten of aardappelen als de Europese subsidies <strong>voor</strong> deze<br />
producten worden afgeschaft.<br />
11
Het standpunt van milieuorganisaties<br />
Het is opvallend dat Nederlandse milieuorganisaties nog niet over <strong>het</strong><br />
onderwerp PPO als brandstof lijken te hebben nagedacht. Terwijl<br />
bij<strong>voor</strong>beeld Vlaamse en Duitse milieuorganisaties zich een mening gevormd<br />
hebben over dit onderwerp, hebben Nederlandse organisaties zich niet<br />
intensief met <strong>het</strong> onderwerp koolzaadolie beziggehouden, of gaan dit pas<br />
doen naar aanleiding van vragen van de projectgroep ‘Koolzaadolie te koop;<br />
mag dat ?’.<br />
De Milieufederatie Groningen kwam in eerste instantie tot de conclusie dat<br />
zij als organisatie niet voldoende expertise in huis had om een standpunt te<br />
bepalen.<br />
Positief punt is dat de Milieufederatie naar aanleiding van vragen van onze<br />
projectgroep <strong>het</strong> onderwerp heeft opgepakt en onderzoek is gaan doen naar<br />
koolzaadolie als brandstof. Hieruit kwam naar voren dat de Milieufederatie<br />
Groningen een kritische grondhouding heeft ten opzichte van koolzaadolie<br />
als brandstof.<br />
Na interne en externe discussie staat de organisatie echter <strong>voor</strong>zichtig<br />
positief ten opzichte van <strong>het</strong> gebruik van koolzaadolie (biodiesel) als<br />
brandstof. Belangrijk argument vóór is dat biodiesel altijd beter is dan<br />
gewone diesel en dat de verbouw van koolzaad mogelijkheden biedt <strong>voor</strong> de<br />
landbouw. Als de landbouw er in slaagt bezwaren op <strong>het</strong> gebied van<br />
kunstmestgebruik en bestrijdingsmiddelen weg te nemen (bij<strong>voor</strong>beeld door<br />
biologische teelt of <strong>het</strong> instellen van een milieukeurmerk <strong>voor</strong> koolzaadolie)<br />
kan <strong>het</strong> oordeel van de Milieufederatie zich verder ontwikkelen tot ‘ronduit<br />
positief’.<br />
Milieudefensie heeft geen officieel standpunt, maar is na doorvragen toch<br />
overwegend positief over koolzaadolie als brandstof. Positief vindt men de<br />
reductie van CO 2<br />
-uitstoot door <strong>het</strong> aanwenden van koolzaadolie als<br />
brandstof. De verbouw van koolzaad zorgt bovendien <strong>voor</strong> extra inkomsten<br />
van de boeren. Voordeel is verder dat koolzaad bijdraagt aan de diversiteit<br />
in de landbouw. Er kan heel makkelijk gewisseld worden tussen koolzaad en<br />
een ander gewas, bij<strong>voor</strong>beeld graan of aardappels.<br />
Nadeel van koolzaad is dat de energie-efficiëntie niet hoog is. Een gewas als<br />
olifantsgras is volgens Milieudefensie efficiënter, maar moet wel eerst<br />
12
verwerkt worden in een centrale. Nadeel van koolzaad is bovendien dat <strong>het</strong><br />
op zichzelf geen oplossing biedt <strong>voor</strong> <strong>het</strong> mobiliteitsvraagstuk; <strong>het</strong> is slechts<br />
een aanvullende brandstof. Ten slotte vindt Milieufederatie <strong>het</strong> een slechte<br />
zaak dat er met gentechnologie aan koolzaad wordt gesleuteld.<br />
De conclusie van deze verkenning van standpunten van Nederlandse<br />
milieuorganisaties is dat <strong>het</strong> op de agenda zetten van koolzaadolie als<br />
brandstof enkele milieuorganisaties heeft gedwongen hun standpunt te<br />
bepalen. Dit standpunt moet zich nog ontwikkelen, maar is overwegend<br />
positief.<br />
Figuur 3: technische tekeningen van een kooltrommel en <strong>het</strong> gebruik daarvan. Met een<br />
kooltrommel zaaide men in de negentiende eeuw in Groningen en Friesland koolzaad in<br />
rijen (A. Numan, Groningen 1827).<br />
13
De rol van de Europese Unie bij introductie<br />
Biobrandstoffen<br />
Ook de Europese Unie droeg in 2003 zijn steentje bij aan <strong>het</strong> stimuleren van<br />
biobrandstoffen door de Richtlijn Biobrandstoffen in te voeren. De<br />
belangrijkste reden was en is <strong>het</strong> terugdringen van de uitstoot van<br />
klimaatgevaarlijke stoffen tegen de achtergrond van de mondiale<br />
opwarming. Daarnaast spelen ook <strong>het</strong> terugdringen van grondverzuring,<br />
strategische onafhankelijkheid van fossiele brandstoffen, <strong>het</strong> opraken van<br />
laatstgenoemde en <strong>het</strong> terugdringen van de luchtvervuiling in dichtbevolkte<br />
gebieden een rol.<br />
De brandstofrichtlijn verplicht de lidstaten in 2005 en 2010 <strong>het</strong> aandeel van<br />
biobrandstoffen als aandeel in <strong>het</strong> totaal verbruikte brandstof op te voeren<br />
van 2 tot 5,75 % De richtlijn laat de lidstaten vrij hoe deze doelstelling te<br />
behalen.<br />
De Nederlandse regering heeft vervolgens in 2004 een notitie Verkeersbeleid<br />
gemaakt, waarin de richtlijn op nationaal niveau wordt uitgewerkt.<br />
Opvallend is de impliciete <strong>voor</strong>keur <strong>voor</strong> de zogenaamde ‘tweede generatie<br />
biobrandstoffen’, zoals waterstof, omdat die op langere termijn een grotere<br />
reductie van CO 2<br />
-uitstoot tot gevolg hebben.<br />
De aandacht gaat verder <strong>voor</strong>al uit naar bio-ethanol, bijmenging van<br />
biocomponenten in fossiele brandstoffen en gasvormige stoffen (aardgas).<br />
PPO wordt hier wel genoemd als alternatief, maar men ziet <strong>het</strong> als te<br />
kleinschalig en alleen zinvol als nichemarkt, omdat <strong>het</strong> (op korte termijn) in<br />
slechts 3 % van de totale hoeveelheid verbruikte brandstof kan <strong>voor</strong>zien.<br />
De regeringspartijen, en daarmee de huidige overheid, lijken dus al een<br />
sterke <strong>voor</strong>keur te hebben <strong>voor</strong> bepaalde alternatieven. Het landelijk beleid<br />
dient echter, conform de EU richtlijn, gericht te zijn op <strong>het</strong> scheppen van<br />
rand<strong>voor</strong>waarden zoals marktwerking en onderzoek.<br />
Een belangrijk punt is daarbij <strong>het</strong> treffen van fiscale maatregelen door de<br />
overheid, zoals dit is afgesproken in een kamermotie (2004) die dit verplicht<br />
stelt per 1 januari 2006. Daarmee kan veilig worden geïnvesteerd in<br />
biobrandstoffen op langere termijn en de markt verder uitmaken welke<br />
biobrandstoffen aantrekkelijk blijken.<br />
14
Koolzaad als concurrerend landbouwgewas<br />
Koolzaad, ten behoeve van de productie van PPO, kan een rol gaan spelen<br />
als alternatief landbouwgewas. Een belangrijke vraag is of <strong>het</strong> concurrerend<br />
is ten opzichte van andere gewassen.<br />
Er kunnen naast koolzaad ook andere oliehoudende gewassen verbouwd<br />
worden <strong>voor</strong> de productie van puur plantaardige olie. De teelten kenmerken<br />
zich meestal door grootschaligheid. Koolzaad is simpel te verbouwen en de<br />
opbrengst ervan is constant.<br />
Het kostenniveau in Nederland ligt wel hoog in vergelijking met omliggende<br />
landen en Midden- en Oost-Europa. De Nederlandse teler heeft in<br />
vergelijking met buitenlandse collega’s te maken met hoge loonkosten,<br />
grondprijzen en waterschapslasten.<br />
Belangrijker is dat de Nederlandse teler zich moet concentreren op de<br />
opbrengsten in plaats van de kosten. Na de oogst en daaropvolgende koude<br />
persing is er uit koolzaad niet alleen 30 % als brandstof geschikte olie, maar<br />
ook nog <strong>het</strong> schroot en <strong>het</strong> stro beschikbaar. Uit <strong>het</strong> schroot kunnen<br />
producten worden gemaakt zoals veevoer (sojavervanger) en<br />
voedingssupplementen, terwijl <strong>het</strong> stro kan dienen als grondstof <strong>voor</strong><br />
bouwmateriaal.<br />
De conclusie is dat ook relatief kleinschalige koolzaadteelt lonend kan zijn<br />
als de landbouwer deelneemt in de hele keten van verbouw tot verkoop. Hij<br />
voegt daaraan extra waarde toe en verhoogt daarmee tevens zijn<br />
winstmarge.<br />
Overwegingen met betrekking tot verbouw van koolzaad.<br />
De agrarische sector geeft een aantal overwegingen met betrekking tot de<br />
verbouw van de koolzaadplant.<br />
Het verbouwen van de plant is al sinds de middeleeuwen geen probleem<br />
meer. Het gebruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen ligt op <strong>het</strong> niveau<br />
van dat van graan. Qua voedingstoffen haalt koolzaad <strong>het</strong>zelfde uit de<br />
grond als een aantal andere gewassen zoals suikerbieten en graan.<br />
15
Wel kan <strong>het</strong> verbouwen in combinatie met suikerbieten <strong>voor</strong> problemen<br />
zorgen, omdat koolzaad familie is van de suikerbiet. Er kunnen daarom<br />
problemen ontstaan met onkruidbestrijding en de ontwikkeling van<br />
bodemziektes. Daar staat tegenover dat er inmiddels zo’n 9 koolzaadsoorten<br />
op de markt zijn met verschillende eigenschappen (deze zijn niet genetisch<br />
gemanipuleerd!) en dat deze veelal wel in vruchtwisseling met aardappelen<br />
en graan verbouwd kunnen worden.<br />
Momenteel worden er in de provincies Groningen, Drenthe en Friesland<br />
hoofdzakelijk pootaardappelen, consumptieaardappelen, zetmeelaardappelen,<br />
suikerbieten, granen, peen en uien verbouwd. De teelt van koolzaad is<br />
<strong>voor</strong> een groep akkerbouwers in <strong>het</strong> Oldambt van grote waarde in de<br />
vruchtwisseling en oogstspreiding. In de rest van Nederland wordt koolzaad<br />
als een goede aanvulling op <strong>het</strong> bouwplan gezien, mede door de dalende<br />
veebezetting en een dalend areaal suikerbieten en aardappelen (Bron: LTO-<br />
Noord).<br />
Een interessant gegeven is dat de productie van koolzaad in Nederland in de<br />
tachtiger jaren zo rond de 36.000 ton lag, terwijl dit 1990 plotseling daalde<br />
naar een paar duizend ton koolzaad. In 2003 werd er met ongeveer 1000 Ha<br />
landbouwgrond circa 2000 ton koolzaad verbouwd. Naar schatting van LTO-<br />
Noord wordt er in 2005 ongveer 2000 Ha landbouwgrond gebruikt <strong>voor</strong> <strong>het</strong><br />
verbouwen van koolzaad, waarvan circa 600 tot 700 Ha in Groningen te<br />
vinden is (Bron: CBS).<br />
Het verbouwen van koolzaad heeft als nuttig bijverschijnsel dat de<br />
bodemgesteldheid word verbeterd (de grond word een stuk losser, en bevat<br />
meer zuurstof) en heeft de prettige eigenschap dat <strong>het</strong> een aantal gifstoffen<br />
uit de bodem opneemt.<br />
Waarom wordt er nu weinig koolzaad verbouwd?<br />
In eerste instantie dachten wij dat boeren wellicht uit financiële motieven<br />
hun grond braak lieten liggen, omdat daar meer subsidie <strong>voor</strong> uitgekeerd<br />
zou worden. De subsidie <strong>voor</strong> koolzaad is echter gelijk aan die <strong>voor</strong> granen.<br />
Dat betekent dat subsidie-inkomsten <strong>voor</strong> braakleggen gelijk zijn aan grond<br />
waar koolzaad op verbouwd wordt.<br />
Bovendien is <strong>het</strong> areaal braakliggende grond op dit moment niet meer zo<br />
groot als in <strong>het</strong> verleden. Uit cijfers van <strong>het</strong> CBS blijkt dat er in de tachtiger<br />
16
en negentiger jaren landelijk zo rond 6000 Ha grond braak lag, om in een<br />
korte periode van 1999 tot en met 2001 ineens toe te nemen tot circa<br />
25000 Ha. Vanaf 2001 is de hoeveelheid braakliggende grond echter weer<br />
dramatisch gedaald tot zo’n 4000 Ha in 2003. In de provincies Groningen,<br />
Friesland en Drenthe lag er in 2003 in totaal 836 Ha braak.<br />
Misschien spelen afzetproblemen mede een rol. Bij de productie van<br />
koolzaadolie wordt tweederde van <strong>het</strong> koolzaad omgezet in<br />
koolzaadschilfers. Dit is in Duitsland een gangbaar veevoederproduct, maar<br />
is vanwege <strong>het</strong> weinig <strong>voor</strong>handen zijn nog vrijwel onbekend in Nederland.<br />
Het stro van de koolzaadplanten zou zijn weg kunnen vinden als<br />
bij<strong>voor</strong>beeld strooisel <strong>voor</strong> paarden, maar, zo heeft onze projectgroep<br />
gezien, ook als grondstof <strong>voor</strong> bouwmateriaal.<br />
Het grote <strong>voor</strong>deel van koolzaad <strong>voor</strong> de agrariër bestaat uit <strong>het</strong> kunnen<br />
<strong>voor</strong>zien in de eigen energiebehoefte. Hij kan er zijn tractor op laten rijden<br />
en hij kan er zelfs door middel van een aggregaat elektriciteit mee<br />
opwekken - al wordt dat in deze kleinschalige vorm (< 20 Megawatt)<br />
inmiddels wat belemmerd door een aantal fiscale maatregelen.<br />
Aan een afzetmarkt van de koolzaadolie wordt momenteel hard gewerkt. In<br />
Nederland heeft de onderneming SolarOilSystems uit Boijl (Friesland) een<br />
accijnsvrijstelling gekregen <strong>voor</strong> 3,5 miljoen liter koolzaadolie. Via dit bedrijf<br />
kan een nieuw gebouwde oliemolen in Delfzijl zijn olie aanbieden als<br />
brandstof <strong>voor</strong> een zeker aantal voertuigen.<br />
Onzekerheid over de toekomst schaadt de ontwikkeling van PPO. Een<br />
installatie als de koolzaadmolen in Delfzijl heeft 10 jaar nodig om de<br />
investering terug te kunnen verdienen. Als de Nederlandse regering zou<br />
besluiten tot een algemene accijnsreductie <strong>voor</strong> PPO, dan moet dat wel <strong>voor</strong><br />
tenminste een dergelijke periode gegarandeerd worden, anders zullen<br />
banken geen geld willen verstrekken <strong>voor</strong> <strong>het</strong> bouwen van nieuwe<br />
oliemolens en komt de afzet van koolzaad verder in gevaar.<br />
Deze situatie is geheel tegengesteld aan de situatie in bij<strong>voor</strong>beeld<br />
Duitsland. Daar geldt momenteel al een algehele accijnsvrijstelling en is er<br />
zelfs een handelsmarkt puur plantaardige ‘koolzaad’olie. Rijdend van<br />
Groningen naar Berlijn kon men daar begin mei 2005 langs vrijwel de hele<br />
route grote vlaktes koolzaad bewonderen - een schitterend gezicht.<br />
17
Als de boer deelneemt aan de volgende stap in de productieketen, namelijk<br />
de verwerking van <strong>het</strong> koolzaad tot olie, dan zal hij een betere positie in de<br />
koolzaadoliemarkt hebben. Bij de koolzaadmolen in Delfzijl is dat reeds <strong>het</strong><br />
geval; de koolzaadleverende boeren zijn tevens eigenaar van de oliemolen.<br />
18
Conclusie<br />
Gezien de beperkingen van <strong>het</strong> verbouwen van koolzaad zal <strong>het</strong> gebruik<br />
ervan als brandstof (puur plantaardige olie) <strong>voor</strong>lopig alleen een nichemarkt<br />
zijn. Toch kan landelijk beleid met duurzaamheid als oogmerk, door fiscale<br />
stimulering (accijnsreductie) <strong>voor</strong> landelijke en regionale initiatieven <strong>voor</strong><br />
<strong>het</strong> gebruik van PPO zorgen.<br />
De marktsectoren waar PPO zich op kan richten zijn <strong>het</strong><br />
overheidswagenpark, <strong>het</strong> openbaar vervoer en <strong>het</strong> regionale<br />
(goederen)vervoer. De regionale overheid kan ombouw van <strong>het</strong> eigen<br />
wagenpark ter hand nemen. Het gebruik van PPO kan bij de aanbesteding<br />
van regionaal openbaar vervoer als <strong>voor</strong>waarde worden gesteld door<br />
opname in <strong>het</strong> bestek (<strong>voor</strong>waardenpakket).<br />
Lokale overheden kunnen aanvullende <strong>voor</strong>waarden stellen om de overstap<br />
op PPO te stimuleren. Regionale vervoerssystemen, zoals <strong>voor</strong><br />
winkelketenbe<strong>voor</strong>rading, zouden heel goed op PPO kunnen draaien.<br />
Een algemeen <strong>voor</strong>deel hierbij is dat in dichtbevolkte gebieden de uitstoot<br />
van vervuilende stoffen wordt verminderd, omdat de emissie van schadelijke<br />
stoffen bij verbranding van PPO beduidend lager ligt dan bij die van fossiele<br />
dieselolie.<br />
De regionale overheden zullen zich tegen bovenstaande achtergrond<br />
moeten inzetten om <strong>het</strong> beleid ten aanzien van alternatieve brandstoffen<br />
aan te scherpen en PPO in regionale structuren in te voeren. Dit levert naast<br />
een decentrale energie<strong>voor</strong>ziening, ook een versterking op van <strong>het</strong><br />
platteland in de vorm van een economische impuls <strong>voor</strong> boeren én<br />
kenniscentra.<br />
19
Adviezen<br />
De <strong>Partij</strong> <strong>voor</strong> <strong>het</strong> <strong>Noorden</strong> streeft naar een sterkere positie van de regio’s in<br />
Europa en naar versterking van regionale zelfredzaamheid, met name in<br />
Noord-Nederland. De productie- en gebruikscyclus van <strong>Puur</strong> <strong>Plantaardige</strong><br />
<strong>Olie</strong> uit koolzaad, die geheel regionaal kan plaatsvinden, past goed in dit<br />
streven.<br />
Naast milieuargumenten speelt decentrale(re) energieopwekking een rol in<br />
<strong>het</strong> onafhankelijker maken van Europese regio’s, zoals Noord-Nederland, in<br />
mondiaal perspectief. De export van kennis kan <strong>voor</strong> Noord-Nederland een<br />
bijkomend positief argument zijn.<br />
20