02.06.2014 Views

Gebiedsdossier waterwinning Beerschoten - Provincie Utrecht

Gebiedsdossier waterwinning Beerschoten - Provincie Utrecht

Gebiedsdossier waterwinning Beerschoten - Provincie Utrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Gebiedsdossier</strong><br />

<strong>waterwinning</strong><br />

<strong>Beerschoten</strong><br />

De Leijen Bilthoven<br />

Bilthoven<br />

Overbosch<br />

Tuindorp<br />

Bosch en Duin<br />

Brandenburg<br />

De Bilt<br />

<strong>Beerschoten</strong><br />

Zeist<br />

<strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong>, Geo-informatie ondergrond: © 2010, Dienst voor het kadaster en openbare registers, Apeldoorn 19-12-2011 1187803


<strong>Gebiedsdossier</strong><br />

<strong>waterwinning</strong><br />

<strong>Beerschoten</strong><br />

In samenwerking met:<br />

• Gemeente De Bilt<br />

• Gemeente Zeist<br />

• Vitens<br />

• Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden<br />

• Milieudienst Zuid Oost <strong>Utrecht</strong><br />

• <strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong>


INSERT YOUR PICTURE(S) IN THIS CELL<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

<strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong><br />

10 juni 2011<br />

Definitief rapport<br />

9V8070.B0


Boschveldweg 21<br />

Postbus 525<br />

5201 AM 's-Hertogenbosch<br />

+31 (0)73 687 41 11 Telefoon<br />

073-6120 776 Fax<br />

info@den-bosch.royalhaskoning.com E-mail<br />

www.royalhaskoning.com Internet<br />

Arnhem 09122561 KvK<br />

Documenttitel<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

Verkorte documenttitel<br />

Status<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

Definitief rapport<br />

Datum 10 juni 2011<br />

Projectnaam<br />

Projectnummer<br />

Opdrachtgever<br />

Referentie<br />

Drie gebiedsdossiers voor de provincie<br />

<strong>Utrecht</strong><br />

9V8070.B0<br />

<strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Auteur(s)<br />

Collegiale toets<br />

Inge Folmer, Marius Schaeffer<br />

Leon Brouwer<br />

Datum/paraaf …………………. ………………….<br />

Vrijgegeven door<br />

Frans Jorna<br />

Datum/paraaf …………………. ………………….


SAMENVATTING<br />

Wat is dit gebiedsdossier?<br />

In dit gebiedsdossier is informatie opgenomen welke van belang is voor de<br />

(grond)waterkwaliteit ter plaatse van de <strong>waterwinning</strong> voor drinkwater <strong>Beerschoten</strong>. Het<br />

gebiedsdossier is een belangrijk communicatie-instrument bij de gebiedsgerichte<br />

bescherming van het grondwater inclusief de doorwerking naar ruimtelijke ordening en<br />

de benodigde inzet van betrokken partijen voor een adequate bescherming. In het<br />

gebiedsdossier zijn maatregelen gepresenteerd om de kwaliteit van het grondwater te<br />

beschermen. De beschermingsmaatregelen zijn gericht op preventie en<br />

risicobeheersing. De maatregelen zijn gebaseerd op een analyse van de huidige situatie<br />

van de <strong>waterwinning</strong>.<br />

Hoe kunnen we bij RO rekening houden met grondwaterbescherming?<br />

Bij nieuwe ruimtelijke functies dient rekening te worden gehouden met het belang van<br />

grondwaterbescherming door risicovolle functies bij voorkeur niet in de 100-jaarszone te<br />

positioneren. Als het toch niet anders kan dan bij voorkeur in de minder kwetsbare delen<br />

van de 100-jaarszone én in combinatie met emissiereducerende maatregelen om de<br />

risico’s zoveel mogelijk te beperken. Niet risicovolle functies worden bij voorkeur juist<br />

wel geplaatst in de kwetsbare delen van de 100-jaarszone. Het gebiedsdossier bevat<br />

informatie om een eerste indruk te krijgen van de (on)mogelijkheden van nieuwe<br />

ruimtelijke functies.<br />

In welke mate voldoet de huidige situatie?<br />

De feitelijke situatie van de winning <strong>Beerschoten</strong> is beschreven aan de hand van acht<br />

beleidsindicatoren welke zijn weergegeven in een signaleringsdiagram. Het diagram<br />

geeft een indicatie van de actuele en toekomstige risico’s voor de winning en de stand<br />

van zaken met betrekking tot de bescherming. De score op de acht beleidsindicatoren is<br />

in het kader beschreven.<br />

Effect/resultaat (risico's)<br />

Actie/prestaties (risicobeheersing)<br />

8. Risico op<br />

verontreiniging door<br />

huidige functies<br />

1. Planologische<br />

bescherming mbt<br />

bovengrondse<br />

functies<br />

bovengrond<br />

7. Niveau zuivering<br />

2. Milieuregelgeving<br />

bovengrond<br />

ondergrond<br />

6. Kwaliteit ruwwater<br />

3. Bescherming mbt<br />

ondergrondse activiteiten<br />

ondergrond<br />

5. Kwaliteit<br />

toestromend<br />

grondwater<br />

4. Aanpak<br />

bestaande<br />

verontreinigingen<br />

Effect/resultaat (risico's)<br />

Actie/prestaties (risicobeheersing)<br />

Figuur 0.1. Signaleringsdiagram met de score voor de winning <strong>Beerschoten</strong> op de acht indicatoren<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong> - i - 9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport 10 juni 2011


1) Planologische bescherming<br />

De planologische bescherming is als onvoldoende geclassificeerd. In meerdere bestemmingsplannen staan de<br />

grenzen van het grondwaterbeschermingsgebied niet ingetekend op kaart. In de toelichting en voorschriften (regels)<br />

wordt wel aandacht besteed aan de geldende beleidsregels omtrent <strong>waterwinning</strong>en voor drinkwater en hun<br />

beschermingsgebieden.<br />

2) Milieuregelgeving<br />

Toezicht en handhaving van milieuregelgeving zijn als matig geclassificeerd, omdat de PMV momenteel<br />

geactualiseerd wordt. In de nieuwe PMV worden de grenzen van grondwaterbeschermingsgebieden verlegd. Tot de<br />

tijd dat de nieuwe PMV in gaat is een deel van het intrekgebied (met name in de kern De Bilt) niet beschermd met<br />

de status grondwaterbeschermingsgebied.<br />

3) Bescherming met betrekking tot ondergrondse activiteiten<br />

Beleid en regelgeving met betrekking tot het voorkomen c.q. beperken van de risico’s van ondergronds<br />

ruimtegebruik zoals Koude Warmte Opslag is als matig geclassificeerd. De zes KWO’s die in het 100-<br />

jaarsaandachtsgebied liggen, hebben allen een vergunning verkregen conform het beleid van de provincie, dit is<br />

voldoende. Aandachtspunt zijn de gesloten systemen voor Koude Warmte opslag.<br />

4) Aanpak bestaande verontreinigingen<br />

Zelfs de voortvarende aanpak van bestaande spoedlocaties van bodemverontreiniging kan waarschijnlijk niet<br />

voorkomen dat enkele antropogene verontreinigingen de winning bereiken. Met name de voormalige stortplaats op<br />

Landgoed Houdringe en de locatie Holle Bilt 6 vormen nog een mogelijk risico voor de winning.<br />

5) Kwaliteit toestromend grondwater (en risico’s ondergrondse activiteiten)<br />

De kwaliteit van het toestromende grondwater is als onvoldoende geclassificeerd vanwege de aangetroffen<br />

verontreinigingen. Er stroomt grondwater met verhoogde gehaltes VOCl’s naar de winning toe. Meerdere van deze<br />

stoffen overschrijden de normen zoals opgenomen in het Waterleidingbesluit. Daarnaast vormen de ondergrondse<br />

activiteiten een risico. Eventuele lekkage van riolering uit De Bilt vormt ook een bedreiging voor de winning,<br />

specifiek vanaf het de kern De Bilt vanwaar het water een korte verblijftijd heeft tot de winning.<br />

6) Kwaliteit ruwwater<br />

Het ruwwater van de individuele pompputten van de winning <strong>Beerschoten</strong> overschrijdt voor zes parameters de<br />

drinkwaternormen. In het geval van arseen gaat het om een stof uit tabel II van het Waterleidingbesluit. Op basis<br />

van deze overschrijding is de kwaliteit van het ruwwater als onvoldoende beoordeeld. Ook de overschrijding van<br />

cis- 1,2 dichlooretheen is zorgwekkend. De overige stoffen zijn van nature in de bodem aanwezige stoffen 1 :<br />

mangaan en ijzer of worden van grote diepte aangetrokken met brak grondwater: ammonium en chloride.<br />

7) Niveau zuivering<br />

De zuivering van de winning <strong>Beerschoten</strong> bestaat uit een beluchting en zandfiltratie. Er zijn geen plannen voor<br />

uitbreiding van de zuivering, hoewel de hoger wordende VOCl gehaltes zorgen baren. Het huidige niveau van<br />

zuivering past bij de natuurlijke (grond)waterkwaliteit. Het niveau van de zuivering is daarom als goed<br />

geclassificeerd.<br />

8) Risico’s op verontreiniging door huidige functies<br />

Met behulp van de Reflect methodiek zijn de actuele risico’s van de huidige functies bepaald. De kaart (figuur 2.14)<br />

is omgezet naar één gebiedsgemiddelde score van de 100-jaarszone. Voor de winning <strong>Beerschoten</strong> is de<br />

gemiddelde score 1.5 op een schaal van 1 tot 3. Daardoor scoort de winning als goed 2 .<br />

In tabel 0.1 is per risico een (set) maatregel(en) benoemd met vermelding van de<br />

actor(en) die daarvoor in eerste instantie ‘aan de lat’ staat/staan. De in deze tabel<br />

1 Het betreft in alle gevallen organoleptische/esthetische indicatoren (tabel IIIb van het Waterleidingbesluit).<br />

2 De volgende scores zijn gehanteerd: goed 1.0 – 1.75, matig 1.76 – 2.25, onvoldoende 2.26 – 3.0<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB - ii - <strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 Definitief rapport


genoemde risico’s en maatregelen zijn winningspecifiek. Daarnaast zijn algemene<br />

risico’s/aandachtspunten en hiermee samenhangende maatregelen te benoemen, die<br />

naar verwachting voor meerdere – of alle - winningen binnen de provincie <strong>Utrecht</strong><br />

gelden.<br />

Genoemde maatregelen zijn door de betrokken gebiedsactoren tijdens het opstellen van<br />

dit gebiedsdossier benoemd als realistisch en haalbaar en vormen dan ook de basis<br />

voor verdere bespreking en uitwerking in de gebiedsgesprekken.<br />

Tabel 0.1. Overzicht winningspecifieke risico’s en voorstel maatregelen<br />

Nr Risico Maatregel Actor(en)<br />

1 Bedreiging winning door<br />

percolaatpluim (o.a. VOCl en<br />

medicijnstoffen) van voormalige<br />

stortplaats Noord-Houdringe en<br />

metaalwarenfabriek/stortplaats De<br />

Holle Bilt 6. Eerstgenoemde locaties<br />

is door de provincie beschikt als niet<br />

ernstig en wordt daarom niet<br />

gesaneerd. Bij de tweede locatie<br />

heeft een grondsanering<br />

plaatsgevonden, maar hier zijn nog<br />

verontreinigingen in het grondwater<br />

aanwezig die een bedreiging<br />

vormen voor de winning.<br />

In gesprek blijven Vitens en de<br />

provincie over verontreinigingen<br />

Noord-Houdringe en De Holle Bilt 6.<br />

Afwachten resultaten lopend modelonderzoek<br />

voor De Holle Bilt 6.<br />

Betrekken Noord-Houdringe in<br />

modelonderzoek.<br />

Heroverwegen mogelijke,<br />

aanvullende maatregelen voor het<br />

grondwater (Holle Bilt en Noord-<br />

Houdringe).<br />

<strong>Provincie</strong>,<br />

Waterbedrijf<br />

2 Het op lange termijn aantrekken van Bewustwording particulieren ten Waterbedrijf,<br />

een groot deel water afkomstig uit aanzien van functies van<br />

Gemeente,<br />

gebied dat momenteel niet wordt beschermingszones en gebruik van <strong>Provincie</strong><br />

beschermd met aanvullend beleid stoffen binnen deze zones.<br />

en regelgeving.<br />

3 Gevoeligheid voor de pompputten Handhaven overeen gekomen <strong>Provincie</strong>,<br />

voor het aantrekken van<br />

gemeentelijk beleid ten aanzien van Gemeente<br />

verontreinigingen uit stedelijk onder meer bestrijdingsmiddelen<br />

gebied (waaronder restanten zoals benoemd in beleidskader<br />

bestrijdingsmiddelen).<br />

‘Schoon grondwater <strong>Utrecht</strong>se<br />

heuvelrug’<br />

Bewustwording burger t.a.v. gebruik Waterbedrijf,<br />

van stoffen zoals strooizout en Gemeente,<br />

bestrijdingsmiddelen in<br />

<strong>Provincie</strong><br />

grondwaterbeschermingsgebied.<br />

4 Slechte staat van de riolering van Nulsituatie rioleringsstelsel in beeld Gemeentes<br />

de gemeente De Bilt. Mogelijke brengen in grondwaterbeschermingsgebied<br />

De Bilt en<br />

beïnvloeding hierdoor van het<br />

met overlap in<br />

Zeist<br />

grondwater en (op termijn) mogelijk stedelijk gebied. Onderzoek naar<br />

effect op de winning.<br />

eventuele beïnvloeding van<br />

grondwater en mogelijke risico’s<br />

Voor de gemeente Zeist is de voor de winning. Voorstel is om dit<br />

riolering op orde.<br />

te doen middels een<br />

ouderdomskaart van de riolering.<br />

Technisch<br />

Beleidsmatig<br />

Beleidsmatig<br />

Beleidsmatig<br />

Technisch<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong> - iii - 9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport 10 juni 2011


Bij eventuele risico-gebieden<br />

Gemeente<br />

Beleidsmatig<br />

(volgend uit vorige stap): Bij<br />

prioritering renovatiewerkzaamheden<br />

rekening houden met deze<br />

gebieden.<br />

5 Onvolledige weergave<br />

Grondwaterbescherming beter laten<br />

Gemeente<br />

Beleidsmatig<br />

beschermingszones/voorschriften in<br />

doorwerken in de<br />

de bestemmingsplannen van de<br />

bestemmingsplannen (juiste<br />

gemeenten Zeist en De Bilt.<br />

weergave van begrenzingen en<br />

voorschriften).<br />

6 Te verwachten problemen met het<br />

Monitoren invoering beleid door<br />

<strong>Provincie</strong><br />

Beleidsmatig<br />

implementeren van het nieuwe<br />

gemeenten en specifiek hoeveel<br />

beleid rond gesloten KWO<br />

terugmeldingen van reeds<br />

systemen<br />

aangelegde gesloten KWO<br />

systemen gedaan worden.<br />

Algemene risico’s en maatregelen<br />

- De huidige grondwaterbeschermingszones komen niet overeen met de meest<br />

recente inzichten ten aanzien van de intrekgebieden. Aanpassen<br />

beschermingszones in de nieuw op te stellen Provinciale Milieu Verordening (PMV)<br />

- Complementeren overzicht van de aanwezige potentiële (spoed)locaties met<br />

bodemverontreinigingen. Continueren aanpak spoedlocaties. Blijvende aandacht<br />

voor uitvoering van het bodemsaneringsprogramma.<br />

- Wat betreft het onderdeel ‘Toezicht en handhaving’ is in het verleden al<br />

geconstateerd dat de taken en verantwoordelijkheden duidelijk zijn, maar dat er nog<br />

nader afspraken moeten worden gemaakt over de gewenste omvang van toezicht<br />

en handhaving binnen grondwaterbeschermingsgebieden. De provincie en<br />

betrokken overheden werken aan afspraken.<br />

- <strong>Provincie</strong> breed moet gekeken worden naar calamiteitenplannen.<br />

- Jaarlijks bespreken van alle verwachte (nieuwe) autonome ontwikkelingen binnen<br />

de 100-jaarszone om in een vroegtijdig stadium het grondwaterbeschermingsbelang<br />

mee te wegen bij de uitwerking van deze ontwikkelingen.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB - iv - <strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 Definitief rapport


INHOUDSOPGAVE<br />

1 INLEIDING 1<br />

1.1 Wat is een gebiedsdossier? 1<br />

1.2 Waarom een gebiedsdossier? 1<br />

1.3 Leeswijzer 2<br />

2 BASISINFORMATIE 3<br />

2.1 Inleiding 3<br />

2.2 Waterwinning en zuivering 3<br />

2.3 Ondergrond: beschermende werking 4<br />

2.4 Ondergrond: grondwaterstroming en verblijftijden 5<br />

2.5 Oppervlaktewater 9<br />

2.6 Puntbronnen 10<br />

2.7 Diffuse bronnen 14<br />

2.8 Lijnbronnen 17<br />

2.9 Ondergronds ruimtegebruik 18<br />

2.10 Kwaliteit van ruwwater en grondwater 18<br />

2.11 Meer informatie? 19<br />

3 BESCHERMINGSBELEID EN PRAKTIJK 20<br />

3.1 Inleiding 20<br />

3.2 Beschermingszones, milieuregels en planologische doorwerking 21<br />

3.2.1 Beschermingszones en milieuregels 21<br />

3.2.2 Planologische doorwerking beschermingszones 23<br />

3.3 Hoe omgaan met functieveranderingen? 24<br />

3.4 Autonome ontwikkelingen 27<br />

4 ANALYSE RISICO’S EN MAATREGELEN 28<br />

4.1 Signaleringsdiagram 28<br />

4.2 Analyse risico’s 30<br />

4.3 Voorstel maatregelen 32<br />

5 GEBIEDSGERICHTE AANPAK 36<br />

5.1 Inleiding 36<br />

5.2 Gebiedsgesprekken 36<br />

5.3 Afspraken 38<br />

Blz.<br />

BIJLAGEN<br />

Bijlage 1<br />

Bijlage 2<br />

Bijlage 3<br />

Bijlage 4<br />

Bijlage 5<br />

Bijlage 6<br />

Bijlage 7<br />

Literatuurlijst<br />

Kaarten in A3<br />

Toetsing Waterkwaliteit<br />

Notulen gebiedsgesprekken<br />

Begrippenlijst<br />

Beleid en regelgeving<br />

Concept afspraken over adequate grondwaterbescherming<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport 10 juni 2011


1 INLEIDING<br />

Het gebiedsdossier bevat informatie over de <strong>waterwinning</strong> <strong>Beerschoten</strong> welke van<br />

belang is voor een adequate grondwaterbescherming. In dit hoofdstuk is onder meer<br />

beschreven waarom een dergelijk dossier is opgesteld en wat de status ervan is.<br />

1.1 Wat is een gebiedsdossier?<br />

In een gebiedsdossier wordt door de betrokken partijen informatie verzameld die van<br />

belang is voor de (grond)waterkwaliteit ter plaatse van de <strong>waterwinning</strong> voor drinkwater.<br />

Op basis van deze informatie worden mogelijke beschermingsmaatregelen, gericht op<br />

preventie en risicobeheersing, ontwikkeld en in het dossier opgenomen. Vervolgens<br />

nemen de betrokken partijen – uitgaande van het gebiedsdossier – een besluit over de<br />

daadwerkelijk uit te voeren maatregelen. De (concept)afspraken over samenwerking en<br />

te nemen maatregelen maken onderdeel uit van het gebiedsdossier.<br />

1.2 Waarom een gebiedsdossier?<br />

Wet- en regelgeving<br />

In de Drinkwaterwet is het duurzaam veiligstellen van de openbare<br />

drinkwatervoorziening aangemerkt als "dwingende reden voor groot openbaar belang".<br />

En in de Kaderrichtlijn Water (artikel 4) is aanvullend opgenomen dat lidstaten<br />

maatregelen moeten nemen om de inbreng van verontreinigende stoffen in het<br />

grondwater te voorkomen of te beperken. Specifiek voor <strong>waterwinning</strong>en voor<br />

drinkwater is opgenomen (artikel 7) dat lidstaten moeten zorgen voor de nodige<br />

bescherming van grondwater om het niveau van zuivering dat voor de productie van<br />

drinkwater is vereist, te verlagen. Met name dit laatste is leidend voor de te treffen<br />

maatregelen, de prioritering ervan en de benodigde afspraken over een adequaat<br />

beschermingsniveau.<br />

Provinciaal beleid<br />

De provincie <strong>Utrecht</strong> beschermt haar openbare drinkwatervoorziening via de<br />

risicobenadering in het beschermingsbeleid en de voorkantsturing in de Ruimtelijke<br />

Ordening. De risicobenadering houdt in dat voor de bescherming van de kwaliteit van<br />

het grondwater risicovolle activiteiten worden geweerd. Voorkantsturing houdt in dat er<br />

bij RO-ontwikkelingen naar gestreefd wordt dat de <strong>waterwinning</strong>en voor drinkwater<br />

zoveel mogelijk omgeven zijn met harmoniërende, ‘grondwatervriendelijke’, functies. Dit<br />

gebeurt in een zo vroeg mogelijk stadium van het RO-proces. Om goed invulling te<br />

kunnen geven aan zowel de risicobenadering als de voorkantsturing is inzicht nodig in<br />

de factoren die van belang zijn voor de kwaliteit van het onttrokken grondwater (Wuijts<br />

e.a., 2007). De provincie <strong>Utrecht</strong> heeft ervoor gekozen om deze informatie voor de<br />

kwetsbare winningen te bundelen in ‘<strong>Gebiedsdossier</strong>s’. Deze dossiers maken onderdeel<br />

uit van de gebiedsaanpak per <strong>waterwinning</strong>. Dit houdt onder meer in dat het<br />

gebiedsdossier actueel wordt gehouden inclusief de prioritering en afspraken die nodig<br />

zijn om de winningen adequaat te beschermen.<br />

Wat is de meerwaarde van het <strong>Gebiedsdossier</strong>?<br />

Het gebiedsdossier bevat gebiedsinformatie die relevant is voor de grondwaterkwaliteit<br />

nabij de <strong>waterwinning</strong> voor drinkwater <strong>Beerschoten</strong>. U kunt deze informatie gebruiken<br />

als u bijvoorbeeld werkt aan een structuurvisie, een bestemmingsplan, een<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 1 - 10 juni 2011


estemmingsplanwijziging, een ruimtelijke ontwikkeling, een watergebiedsplan, een<br />

waterplan, een watertoets, een ruimtelijke ontwikkeling, het afkoppelen van hemelwater<br />

of het verlenen van milieuvergunningen/ontheffingen en de daarop volgende<br />

handhaving.<br />

1.3 Leeswijzer<br />

Leeswijzer: hoofdstukindeling<br />

Het <strong>Gebiedsdossier</strong> bestaat uit vier hoofdstukken:<br />

1. Basisinformatie over de winning en het intrekgebied hoofdstuk 2<br />

2. Beschermingsbeleid en praktijk hoofdstuk 3<br />

3. Analyse risico’s en maatregelen hoofdstuk 4<br />

4. Gebiedsgerichte aanpak hoofdstuk 5<br />

Daarnaast is er een handleiding ‘<strong>Gebiedsdossier</strong>s’ opgesteld waarin onder meer is<br />

beschreven op welke wijze dit gebiedsdossier tot stand is gekomen. Tevens bevat deze<br />

handleiding achtergrondinformatie zoals een toelichting op het signaleringsdiagram<br />

(hoofdstuk 4).<br />

Welke hoofdstukken zijn voor mij met name relevant?<br />

• Handhaving en toezicht: Hoofdstuk 3 en 4<br />

• Ruimtelijke Ordening: Hoofdstuk 2 en 3 en 4<br />

• Waterbeheer: Hoofdstuk 2, 3 en 4<br />

• Beleidsmedewerkers: Hoofdstuk 4 en 5<br />

Status en doelgroepen<br />

Het gebiedsdossier is een ‘levend’ document en bevat geen nieuw beleid of regelgeving.<br />

Met ‘levend’ wordt bedoeld dat het dossier regelmatig wordt aangevuld en<br />

geactualiseerd. Bijvoorbeeld met de verslagen van de gebiedsgesprekken. Of met een<br />

afsprakenlijst waarmee invulling wordt gegeven aan de benodigde adequate<br />

bescherming van de <strong>waterwinning</strong>.<br />

Informatievoorziening<br />

Het gebiedsdossier bevat de gebiedsspecifieke informatie over de winning <strong>Beerschoten</strong>.<br />

Op de website van de provincie is algemene informatie te vinden over beleid en<br />

regelgeving met betrekking tot de bescherming van het grondwater waaruit drinkwater<br />

wordt gewonnen. Via het loket van de website zijn interactieve kaarten van de<br />

grondwaterbeschermingszones met een grote mate van detail te downloaden. De<br />

provincie is voornemens om in 2011 / 2012 de website aan te passen zodat meer<br />

gebiedsspecifieke informatie per winning beschikbaar komt.<br />

Kader Actualisatie grondwaterbeschermingszones<br />

In dit gebiedsdossier zijn de huidige vastgestelde grondwaterbeschermingszones gepresenteerd en<br />

gebruikt 3 . Naar verwachting worden er in 2012 nieuwe (geactualiseerde) beschermingszones<br />

vastgesteld met de vaststelling van het nieuwe PMV. Voor winning <strong>Beerschoten</strong> betekent dit een<br />

wijziging van de huidige grenzen van de beschermingszones. Na het vaststellen van de nieuwe<br />

beschermingszones wordt de inhoud van dit gebiedsdossier geactualiseerd.<br />

3 De huidige PMV is vastgesteld in 1995. De nieuwe PMV wordt in 2012 verwacht.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 2 - Definitief rapport


2 BASISINFORMATIE<br />

2.1 Inleiding<br />

Dit hoofdstuk beschrijft de basisinformatie. In bijlage 2 zijn alle kaarten in groter formaat<br />

opgenomen.<br />

De grond<strong>waterwinning</strong> <strong>Beerschoten</strong> is een winning van drinkwaterbedrijf Vitens. De<br />

winning is gelegen ten oosten van De Bilt en Bilthoven en ten noordwesten van Zeist.<br />

De winning ligt op de westflank van de <strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug in een bosrijk gebied. De<br />

maaiveldhoogte is circa 4 m+NAP. De ligging van de winning is weergegeven in figuur<br />

2.1.<br />

Figuur 2.1. Ligging winning <strong>Beerschoten</strong> met beschermingszones (bron: provincie <strong>Utrecht</strong>, geoloket)<br />

2.2 Waterwinning en zuivering<br />

De winning <strong>Beerschoten</strong> is een semi-gespannen, anaerobe winning. De winning is<br />

gebouwd in 1962 en heeft een vergunningscapaciteit van 8 Mm 3 /jaar. In figuur 2.2 is de<br />

werkelijk onttrokken hoeveelheid water weergegeven. Het grondwater wordt onttrokken<br />

uit het tweede watervoerende pakket op een diepte van 55 tot 105 meter en uit het<br />

derde watervoerende pakket op een diepte van 150 tot 175 meter onder het maaiveld.<br />

De ondiepe winning is door Vitens gekwalificeerd als kwetsbaarder dan de diepe<br />

winning uit het derde watervoerende pakket. Van het onttrokken grondwater wordt<br />

drinkwater gemaakt met twee zuiveringsstappen bestaande uit beluchting en<br />

zandfiltratie.<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 3 - 10 juni 2011


Onttrekking drink<strong>waterwinning</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 000 000<br />

9 000 000<br />

8 000 000<br />

Onttrekking [m 3 /jaar]<br />

7 000 000<br />

6 000 000<br />

5 000 000<br />

4 000 000<br />

3 000 000<br />

2 000 000<br />

1 000 000<br />

0<br />

2000<br />

2001<br />

2002<br />

2003<br />

2004<br />

2005<br />

2006<br />

2007<br />

2008<br />

2009<br />

2010<br />

Figuur 2.2. Onttrekking winning <strong>Beerschoten</strong> de afgelopen 10 jaren (bron: Vitens)<br />

2.3 Ondergrond: beschermende werking<br />

Bodemopbouw 4<br />

Vanwege de beperkte beschermende werking van de ondergrond is de winning<br />

<strong>Beerschoten</strong> aangemerkt als ‘kwetsbaar’ door de provincie <strong>Utrecht</strong>. De winning<br />

<strong>Beerschoten</strong> onttrekt grondwater uit het 2 e en 3 e watervoerende pakket. De regionale<br />

geohydrologische opbouw is weergegeven in figuur 2.4. In figuur 2.3 is de laagopbouw<br />

van een nabije boring weergegeven (DINO, boring B32C0394). Deze boring geeft de<br />

laagopbouw in meer detail weer.<br />

Watervoerende pakketten<br />

In het gebied van de <strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug is geen deklaag<br />

aanwezig. Aan maaiveld is dus direct het eerste (freatisch)<br />

watervoerend pakket aanwezig. De bodem bestaat uit<br />

duinvaaggronden. Het eerste watervoerende pakket bestaat<br />

achtereenvolgens uit fijne stuif- en dekzanden van de<br />

Formatie van Kootwijk (alleen aan de oostzijde van de<br />

winning) en de Formatie van Twente, grove zanden en grind<br />

van de Formatie van Drenthe en grove zanden van de<br />

Formaties van Urk en Sterksel (0 tot 35 m diepte).<br />

Onder de scheidende laag ligt het tweede watervoerend<br />

pakket van 55 m tot een diepte van 100m. Dit pakket bestaat<br />

uit de Formatie van Harderwijk en is opgebouwd uit zand en<br />

fijn grind.<br />

Maaiveld = NAP +4 m<br />

Ondiepe<br />

Diepe<br />

Zand<br />

Schelpen<br />

Klei<br />

pompputten<br />

pompputten<br />

Figuur 2.3. Laagopbouw diepe boring nabij de winning.<br />

4 Beschrijving geohydrologie en bodemopbouw ontleent aan gegevens TNO en weergegeven boring.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 4 - Definitief rapport


Het derde watervoerende pakket bestaat uit de Formaties van Maassluis, een laag die<br />

afwisselend uit schelphoudende klei- en silthoudende zandlagen bestaat. De Formatie<br />

van Maassluis bevindt zich op een diepte van 110 m tot 185 m. Daaronder bevindt zich<br />

de hydrologische basis, opgebouwd uit klei van de Formatie van Oosterhout.<br />

Scheidende lagen<br />

De eerste scheidende laag is de Formatie van Kedichem. Deze bevindt zich op circa 35<br />

m tot 40 diepte. De kleilaag heeft een dikte van circa 3 tot 5 m en wigt uit tegen de<br />

stuwwal. In zuidelijke richting neemt de dikte van deze laag sterk toe tot ongeveer 20 m.<br />

De tweede scheidende laag is de Klei van Tegelen (100-110 m diep).<br />

<strong>Beerschoten</strong><br />

Figuur 2.4. Geohydrologische dwarsdoorsnede winning <strong>Beerschoten</strong> (bron: Grondwateratlas<br />

<strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong>, Tauw, 2005)<br />

2.4 Ondergrond: grondwaterstroming en verblijftijden<br />

Regionale grondwaterstroming<br />

In regionaal opzicht is sprake van een (zuid)westelijk gerichte grondwaterstroming vanaf<br />

de <strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug naar het Amsterdam Rijnkanaal en de lagere gelegen westelijke<br />

veenweidegebieden.<br />

Intrekgebied<br />

Het intrekgebied van een winning is het gebied waarbinnen het aan maaiveld<br />

geïnfiltreerde water naar de winning toestroomt. Van het totale intrekgebied van de<br />

winning <strong>Beerschoten</strong> is 26% van het oppervlak aangemerkt als<br />

grondwaterbeschermingsgebied 5 en 23% van het oppervlak als 100-<br />

jaaraandachtsgebied. Dit betekent dat 49% van het totale intrekgebied is beschermd<br />

met aanvullend beleid en regelgeving (zie figuur 2.6). Binnen de 100-jaarszone wordt<br />

46% van het volume drinkwater gewonnen (zie figuur 2.7) 6 . Doordat maar de helft van<br />

het intrekgebied is beschermd, betekent dit dat op de lange termijn een groot deel van<br />

het onttrokken grondwater afkomstig is uit een gebied dat momenteel niet wordt<br />

beschermd met aanvullend beleid- en regelgeving.<br />

5 Dit percentage is inclusief de ongeveer 2.5% van het drinkwater dat wordt beschermd door het<br />

grondwaterbeschermingsgebied van de winning Bilthoven.<br />

6 Royal Haskoning voert berekeningen uit in opdracht van de provincie <strong>Utrecht</strong> om de intrekgebieden opnieuw te<br />

berekenen. Van deze nieuwe modelberekeningen is gebruik gemaakt. De intrekgebieden worden in de loop van<br />

2011 vertaald naar nieuwe beschermingszones.<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 5 - 10 juni 2011


Figuur 2.5. Schematische weergave van een intrekgebied<br />

Figuur 2.6. Intrekgebied van winning <strong>Beerschoten</strong> (bron: berekeningen Royal Haskoning, 2010). De<br />

aangegeven beschermingszones zijn de wettelijk vastgestelde zones in de PMV 1995. Het<br />

aangegeven intrekgebied betreft recente berekeningsresultaten t.b.v. de nieuw vast te stellen<br />

beschermingszones.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 6 - Definitief rapport


Cumulatieve responscurve PS <strong>Beerschoten</strong><br />

110<br />

100<br />

90<br />

80<br />

70<br />

Volume water (%)<br />

60<br />

50<br />

40<br />

46%<br />

30<br />

20<br />

10<br />

0<br />

0.1 1 10 100 1000 10000 100000<br />

tijd (jaren)<br />

Figuur 2.7. Cumulatieve responscurve van <strong>waterwinning</strong> voor drinkwater <strong>Beerschoten</strong> (bron:<br />

berekeningen Royal Haskoning, 2010)<br />

Verblijftijd grondwater<br />

De verblijftijd is de tijd tussen het moment van infiltratie aan maaiveld en het moment<br />

waarop het water wordt onttrokken. De verblijftijd is relevant voor de kwetsbaarheid van<br />

de winning. Een winning waarvan een groot aandeel van het onttrokken grondwater in<br />

korte tijd toestroomt vanaf de plek waar het in de bodem infiltreert, is kwetsbaarder voor<br />

verontreiniging dan een winning waarvan het water veel langer onderweg is. De<br />

ruimtelijke verdeling van de verblijftijd is weergegeven in figuur 2.8.<br />

Kwetsbaarheid van de winning voor bestrijdingsmiddelen (en andere mobiele<br />

stoffen)<br />

Voor mobiele stoffen zoals bestrijdingsmiddelen wordt de kwetsbaarheid van de<br />

<strong>waterwinning</strong> bepaald door de verblijftijd van het grondwater. De eigenschappen van de<br />

bodem, zoals het gehalte lutum of organische stof, spelen hierbij namelijk geen rol<br />

vanwege het zandige, minerale karakter van de ondergrond. Figuur 2.9 bevat een meer<br />

gedetailleerde weergave van de verblijftijd. In deze figuur zijn locaties met een verblijftijd<br />

korter dan 50 jaar met een rood/oranje/gele kleur weergegeven. Dit zijn de meest<br />

kwetsbare locaties voor het gebruik van mobiele stoffen zoals bestrijdingsmiddelen. Bij<br />

de locaties met een groene kleur bedraagt de verblijftijd meer dan 50 jaar. Deze locaties<br />

zijn minder kwetsbaar voor het gebruik van mobiele stoffen.<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 7 - 10 juni 2011


Figuur 2.8. Verblijftijd in jaren van winning <strong>Beerschoten</strong> (bron: berekeningen Royal Haskoning, 2010)<br />

Figuur 2.9. Verblijftijd in jaren van winning <strong>Beerschoten</strong> (bron: berekeningen Royal Haskoning, 2010)<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 8 - Definitief rapport


Resumé en relevantie<br />

De winning onttrekt grondwater vanuit een groot gebied. Een deel van het grondwater<br />

(circa 50%) komt van buiten de 100-jaarszone, waarbij een deel van heel ver: tot meer<br />

dan 500 jaar. Dit maakt grondwaterbescherming tot een regionale opgave. Bij nieuwe<br />

ruimtelijke ontwikkelingen moet het lange termijn belang van een goede kwaliteit van het<br />

grondwater (=grondwaterbescherming) worden meegewogen.<br />

Het blijkt dat ten opzichte van de huidige beschermingsgrenzen het intrekgebied verder<br />

naar het westen ligt en deels ook naar het noordoosten. Aan de westzijde heeft het<br />

stedelijke gebied van De Bilt en Bilthoven een grotere invloed op de winning dan op<br />

basis van de huidige beschermingszones verwacht wordt. Ook het grondwaterdeel met<br />

korte verblijftijden (10-25 jaar) ligt dicht tegen De Bilt aan. Dit is een kwetsbaar gedeelte<br />

van de winning. Naar het noordoosten toe is ook sprake van meer invloed van<br />

bebouwing, maar deze bebouwing is extensief (Bosch en Duin).<br />

2.5 Oppervlaktewater<br />

Op het landgoed <strong>Beerschoten</strong> is een in het verleden gegraven sprengensysteem<br />

aanwezig. Het sprengensysteem bestaat in de huidige situatie uit een waterloop die<br />

uitmondt in een aantal met elkaar verbonden vijvers. In 1972 heeft de provincie <strong>Utrecht</strong><br />

besloten dat Vitens maatregelen moet treffen om een verhoging van de waterstand in de<br />

vijver nabij het huis <strong>Beerschoten</strong> te realiseren. Dit in het kader van de uitbreiding van de<br />

onttrekkingvergunning van 4 miljoen m 3 naar 8 miljoen m 3 . In eerste instantie werd<br />

hiervoor 400.000 tot 800.000 m 3 grondwater per jaar opgepompt. In het kader van<br />

duurzaam grondwatergebruik zijn rond het jaar 2000 de sprengen voorzien van een<br />

kleiafdichting. Deze kleiafdichting is voldoende om de sprengen watervoerend te<br />

houden. Vitens voert geklaard (=schoon) spoelwater van de zuivering af via de<br />

sprengen.<br />

In het grondwaterbeschermingsgebied zijn geen waterlopen gelegen die in beheer zijn<br />

bij Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR), figuur 2.10. Het<br />

sprengensysteem op het landgoed <strong>Beerschoten</strong> is niet opgenomen op de kaart van<br />

HDSR.<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 9 - 10 juni 2011


Figuur 2.10. Oppervlaktewatersysteem in de omgeving van winning <strong>Beerschoten</strong>. Blauwe lijnen zijn<br />

waterlopen, de pijlen wijzen de afvoerrichting (bron: HDSR).<br />

2.6 Puntbronnen<br />

Binnen de 100-jaarszone van de winning <strong>Beerschoten</strong> liggen 39 (potentiële)<br />

bodemverontreinigingen 7 (zie figuur 2.11). De locaties zijn te onderscheiden in:<br />

• bodemverontreiniging waarvan de sanering spoedeisend is in verband met<br />

aanwezige verspreidingsrisico’s, humane of ecologische risisco’s<br />

(‘spoedlocaties’) – 1 locatie<br />

• potentieel spoedeisende bodemverontreiniging – 24 locaties<br />

• overige (niet spoedeisende) bodemsanering – 14 locaties<br />

Van de spoedlocaties is vastgesteld dat deze gesaneerd moeten worden, dit is bij<br />

beschikking vastgelegd. De potentiële spoedlocaties worden momenteel onderzocht,<br />

bijvoorbeeld door middel van archief onderzoek of oriënterend onderzoek. Van de lijst<br />

met potentiële spoedlocaties vallen regelmatig locaties af, als uit onderzoek blijkt dat er<br />

geen reden is om aan te nemen dat de bodem verontreinigd is. De provincie is volop<br />

bezig met de potentiële spoedlocaties. Er is een klein deel van de spoedlocaties niet op<br />

kaart weergegeven, omdat de coördinaten niet bekend zijn. Bij de actualisatie van de<br />

gebiedsdossiers kan de kaart aangepast worden. Voor meer informatie over<br />

spoedlocaties zie kader.<br />

7 Let op: als uitgegaan wordt van de nieuwe berekeningen van het intrekgebied, zijn er meer<br />

bodemverontreinigingen die binnen de 100-jaarszone vallen, omdat deze opschuift naar de kern Bilthoven.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 10 - Definitief rapport


Kader Spoedlocaties<br />

Voortvloeiend uit het Convenant bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties 1 en de<br />

decentralisering van bodemtaken ligt bij de provincie (bevoegd gezag in het kader van de Wet<br />

Bodembescherming) de taak om in 2010 voor elke bekende verontreinigde locatie vast te stellen of er<br />

sprake is van onaanvaardbare risico’s voor de mens. Als dat het geval is dan wordt een<br />

verontreiniging aangemerkt als ‘humane spoedlocatie’ en dient de provincie er op toe te zien dat de<br />

locatie zo snel mogelijk en uiterlijk in 2015 wordt beheerst en/of gesaneerd (wegnemen humane<br />

risico’s). Verontreinigde locaties met risico’s voor het ecosysteem en/of verspreidingsrisico’s<br />

(bijvoorbeeld bedreiging van <strong>waterwinning</strong>en voor drinkwater) worden ook aangemerkt als<br />

spoedlocaties en moeten in 2015 in beeld zijn gebracht. Daarnaast is in het convenant afgesproken<br />

dat er naar gestreefd wordt deze risico’s eveneens in 2015 te hebben beheerst. Voor de aanpak van<br />

overige, niet spoedeisende verontreinigingen, wordt geen saneringstermijn vastgesteld. Deze kunnen<br />

in samenloop met maatschappelijke dynamiek worden meegenomen. In het convenant is afgesproken<br />

dat de humane spoedlocaties met voorrang worden aangepakt. Daarnaast speelt bedreiging van<br />

kwetsbare objecten (waaronder <strong>waterwinning</strong>en voor drinkwater) een belangrijke rol bij de prioritering<br />

van bodemverontreinigingen.<br />

1 Dit convenant over de aanpak van spoedeisende bodemverontreinigingen is op 10 juli 2009 ondertekend door<br />

het rijk, IPO, de VNG en Unie van waterschappen.<br />

Figuur 2.11. Bodemverontreinigingen in de omgeving van winning <strong>Beerschoten</strong> (bron: provincie<br />

<strong>Utrecht</strong>).<br />

In de 100-jaarszone van winning <strong>Beerschoten</strong> ligt één spoedlocatie. Dit betreft de locatie<br />

De Holle Bilt 6 in De Bilt. Deze locatie heeft Vitens ook benoemd als belangrijk voor de<br />

winning. Daarnaast heeft Vitens nog de voormalige Stortplaats op Landgoed Noord-<br />

Houdringegenoemd als relevant. De Milieudienst Zuid Oost <strong>Utrecht</strong> heeft nog extra<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 11 - 10 juni 2011


twee locaties benoemd in Bilthoven (Rembrandtlaan 12-14 en 26 en Vinkenlaan). Deze<br />

liggen buiten de 100-jaarszone, maar kunnen mogelijk relevant worden door het<br />

verschuiven van het intrekgebied. Hierna is een korte omschrijving opgenomen van de<br />

spoedlocatie De Holle Bilt 6 en de locatie Stortplaats Landgoed Noord-Houdringe.<br />

De Holle Bilt 6 te De Bilt (UT03000012)<br />

Van 1997 tot 1998 is een grondsanering uitgevoerd op de locatie De Holle Bilt 6 in De<br />

Bilt. Het saneringsterrein maakt deel uit van het Landgoed <strong>Beerschoten</strong>. Op de locatie<br />

zijn vanaf 1922 tot 1976 metaalbewerkingsactiviteiten uitgevoerd. De fabrieksgebouwen<br />

waren gelegen ter plaatse van het huidige bosgebouw, de Franse tuin, moestuin en de<br />

parkeerplaats. Ten westen van de Boerenlaan is in de loop van de tijd een stortterrein<br />

ingericht voor de berging van vrijkomende bedrijfsafvalstoffen. Het afvalwater (water en<br />

slijpolie) is geloosd op de vijver ten oosten van het voormalige bedrijf. Bij de sanering is<br />

17.000 m 3 licht tot zeer sterk verontreinigde grond ontgraven en afgevoerd. De grond<br />

was verontreinigd met koper, zink, olie en vluchtige organische gechloreerde<br />

koolwaterstoffen (VOCl). In het grondwater worden op diverse plaatsen in het<br />

gesaneerde terrein hoge tot zeer hoge concentraties aan VOCl (trichlooretheen (TRI) en<br />

tetrachlooretheen (PER)), olie en zink aangetroffen [bron: Grontmij, 1998]. Uit<br />

monitoring van deze peilbuizen in de periode 1998 t/m 2004 blijkt dat deze stoffen nog<br />

steeds worden aangetroffen, echter in veel lagere concentraties. Incidenteel werd voor<br />

PER nog een interventiewaarde overschrijding gemeten.<br />

De locatie is in 1997 aangewezen als spoedlocatie, wat inhield dat er binnen 4 jaar<br />

gesaneerd diende te worden. De locatie is in 1997 en 1998 gesaneerd en de nu in<br />

uitvoering zijnde monitoring is een voortvloeisel van het saneringsplan. Dit is een<br />

zogenaamde extensieve beheersmaatregel. De uitvoering van deze monitoring is in<br />

samenspraak met Vitens in 2005 vastgesteld. Uit de in uitvoering zijnde monitoring<br />

wordt de trend waargenomen dat de gehaltes in het ruwe water dalende zijn.<br />

Uit de gegevens van Vitens blijkt dat de VOCl verontreiniging de winning inmiddels heeft<br />

bereikt. Pompput 6 wordt ingezet als interceptieput. Dit water kan vooralsnog wel zonder<br />

aanvullende zuivering gebruikt worden in het productieproces aangezien door<br />

opmenging de gemiddelde concentratie in het ruwe water onder de drinkwaternorm blijft.<br />

De provincie <strong>Utrecht</strong> is bezig met een onderzoek waarbij op basis van modellering<br />

(geohydrologisch en stoftransport) wordt nagegaan of wat de bedreiging is voor de<br />

<strong>waterwinning</strong>. Vitens is nauw betrokken bij de uitvoering van dit onderzoek.<br />

Stortplaats Landgoed Noord-Houdringe(UT031000002)<br />

Op landgoed Noord-Houdringe is van 1951 tot 1966 een stortplaats in gebruik geweest.<br />

Het oppervlak van de stortlocatie bedraagt circa 3.5 ha met een laagdikte van 2.5 m. De<br />

stortplaats is afgedekt met een deklaag van 0.5 m. Het stortmateriaal is matig tot sterk<br />

verontreinigd met PAK en verschillende metalen. Het grondwater in de omgeving is<br />

duidelijk beïnvloed door de percolaatpluim van de stort. Dit blijkt onder andere door<br />

verhoogde gehaltes van macroparameters zoals kalium, natrium, magnesium,<br />

ammonium, nitraat, sulfaat en bicarbonaat. Er is ook een licht verhoogd gehalte VOCl<br />

aangetoond [bron: GroenHolland, 1998 8 ]. Vitens meldt dat in het percolaat het<br />

geneesmiddel fenazon is aangetoond en dat zij verwachten dat nog meer<br />

8 GroenHolland (1998) Nader bodemonderzoek fase 1 Stortplaats <strong>Beerschoten</strong> te De Bilt. In opdracht van de<br />

provincie <strong>Utrecht</strong>. Kenmerk GH97062, 5 februari 1998.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 12 - Definitief rapport


geneesmiddelen uit de voormalige stortplaats uitspoelen naar de winning. In 1998 is<br />

vastgesteld dat de verontreiniging wel ernstig is, maar niet urgent [beschikking <strong>Provincie</strong><br />

<strong>Utrecht</strong>, 1998 9 ].<br />

Risico´s op nieuwe verontreinigingen door bedrijven<br />

Binnen het grondwaterbeschermingsgebied van <strong>Beerschoten</strong> liggen vijf bedrijven (voor<br />

de ligging, zie figuur 2.12) welke, op basis van de risico’s voor de grondwaterkwaliteit,<br />

allen zijn ingedeeld in categorie 1.<br />

Tabel 2.1. Bedrijven binnen de grondwaterbeschermingsgebieden (bron: Milieudienst Zuid Oost<br />

<strong>Utrecht</strong>).<br />

Categorie Aantal bedrijven in huidige<br />

grondwaterbeschermingsgebied<br />

Huidige bezoekfrequentie Milieudienst in relatie tot<br />

toezicht en handhaving<br />

4 0 Ca. 1 keer per jaar<br />

3 0 Ca. 1 keer per 1 jaar (bij slecht naleefgedrag)<br />

Ca. 1 keer per 3 jaar (bij goed naleefgedrag)<br />

2 0 Onbekend<br />

1 5 Onbekend<br />

Totaal 5<br />

Figuur 2.12. Bedrijven in de omgeving van winning <strong>Beerschoten</strong> (bron: Milieudienst Zuid Oost<br />

<strong>Utrecht</strong>).<br />

9 Ontwerp-beschikking ernst & urgentie betreffende de wet bodembescherming voor de bodemverontreiniging<br />

locatie: Voormalige stortplaats beerschoten te De Bilt, 1998<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 13 - 10 juni 2011


2.7 Diffuse bronnen<br />

Gebruiksfuncties<br />

Het waterwingebied bestaat geheel uit bos- en natuurgebied. Ook het landgebruik in het<br />

grondwaterbeschermingsgebied is grotendeels bos- en natuurgebied (73%). Daarnaast<br />

zijn in het grondwaterbeschermingsgebied een aantal agrarische percelen (16%) en een<br />

golfterrein gelegen. Het bebouwde gebied van de plaatsen Zeist, De Bilt en Bilthoven<br />

valt in het 100-jaarsaandachtsgebied (31%). In figuur 2.13 zijn de gebruiksfuncties<br />

weergegeven waaruit de diffuse belastingen kunnen worden afgeleid.<br />

Figuur 2.13. Diffuse belasting van winning <strong>Beerschoten</strong> (bron: Bestand Bodemgebruik, CBS).<br />

Actuele risico’s<br />

Om meer inzicht te krijgen in de relatie tussen de kwetsbaarheid van de winning en de<br />

gebruiksfuncties aan maaiveld, is de Reflect-methodiek gebruikt. Met behulp van Reflect<br />

is een kaart vervaardigd die het actuele risico voor het huidige landgebruik weergeeft<br />

(figuur 2.14). Deze kaart bestaat uit een combinatie van de belasting door huidig gebruik<br />

en de kwetsbaarheid van de ondergrond (zie voor meer informatie het kader).<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 14 - Definitief rapport


Actuele risico’s van het huidige landgebruik via REFLECT<br />

Om de actuele risico’s van het huidige landgebruik te duiden, zijn twee kaarten van de Reflect-methodiek<br />

gecombineerd:<br />

Kwetsbaarheidkaart<br />

De kwetsbaarheid is samengesteld uit een aantal kenmerken van de winning, namelijk de dikte van de<br />

slechtdoorlatende lagen boven het bepompte pakket, de kwetsbaarheid van de bovengrond (bodemtype)<br />

en de verblijftijdzonering van het grondwater (‘afstand tot de winning in jaren’). Met deze benadering is<br />

het mogelijk voor een winning een ruimtelijk gedifferentieerd beeld van de kwetsbaarheid te maken met<br />

een score tussen 1 en 10. Deze kaart is opgenomen in de kaartenbijlage.<br />

Belastingkaart<br />

De belastingscore is berekend op basis van de grondgebruikfunctie. Het risico van de<br />

grondgebruikfunctie voor de grondwaterkwaliteit is opgesplitst in drie factoren; diffuse belasting,<br />

calamiteiten en handhaafbaarheid. De belasting is met REFLECT ingedeeld in drie categorieën functies<br />

“harmoniserend”, “mogelijk risicovol onder voorwaarden” en “risicovol”, met een score 1, 2 of 3. Voor de<br />

winning is vervolgens een kaart gemaakt met de actuele functies. De belastingkaart is opgenomen in de<br />

kaartenbijlage.<br />

Actuele risico’s huidige landgebruik<br />

De belasting van bestaande activiteiten en de kwetsbaarheid van de winning zijn gecombineerd tot een<br />

inschatting van de actuele risico’s. Zowel de belasting als de kwetsbaarheid zijn gescoord in drie<br />

categorieën. Dit resulteert in een ruimtelijk beeld met als indeling drie kleuren: geen probleem, groen (I),<br />

aandachtspunt, geel (II) en actuele risico’s, rood (III).<br />

Figuur 2.14. Actuele risico’s van huidige landgebruik gecombineerd met de kwetsbaarheid van de<br />

ondergrond voor winning <strong>Beerschoten</strong> volgens Reflect methodiek.<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 15 - 10 juni 2011


Uit figuur 2.14 blijkt op welke percelen de grootste actuele risico’s liggen voor de<br />

winning. Deze percelen liggen vooral aan de westkant van de winning en bestaan uit het<br />

stedelijk gebied van De Bilt en de agrarische percelen aan de westkant en zuidwestkant<br />

van de winning. Daarnaast vormt de golfbaan een risico voor de winning.<br />

Vanuit de agrarische en bospercelen infiltreert regenwater dat rijk is aan nitraat/en of<br />

organisch stof naar het grondwater. Met name redoxprocessen en kationomwisseling in<br />

de bodem leiden tot een toename van het ijzer-, mangaan-, sulfaat- en CO 2 gehalte en<br />

de totale hardheid in de ondiepe winputten. Met de enige agrariër in het<br />

grondwaterbeschermingsgebied was een overeenkomst afgesloten om minder<br />

bestrijdingsmiddelen toe te passen. Deze overeenkomst is in 2009 afgelopen. Nog<br />

nagegaan moet worden of het zinvol is nieuwe afspraken te maken.<br />

De invloed van het stedelijke gebied is vooral merkbaar door de aanwezige<br />

puntverontreinigingen (o.a. VOCl-verontreiniging en geneesmiddellen). Andere<br />

invloeden van stedelijk gebied zijn verhoogde gehaltes chloride, sulfaat, nutriënten en<br />

zware metalen in het ondiepe grondwater.<br />

De gemeentes Zeist en De Bilt hebben aangegeven in het kader van Duurzaam<br />

Terreinbeheer geen tot weinig bestrijdingsmiddelen te gebruiken. In het openbare groen,<br />

openbaar terrein en op verhardingen wordt chemie vrij gewerkt. Alleen op sportvelden<br />

worden bestrijdingsmiddelen toegepast (tabel 2.2). De gemeentes hebben aangegeven<br />

dat het bestrijdingsmiddelen gebruik door particulieren aanzienlijk kan zijn, aangezien<br />

het veelal grote huizen met omvangrijke tuinen betreft.<br />

Tabel 2.2. Bestrijdingsmiddelen gebruik gemeentes De Bilt en Zeist (bron: Wareco (2009) Leidraad<br />

afkoppelen en infiltreren op de <strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug; inventarisatie en afstemming).<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 16 - Definitief rapport


2.8 Lijnbronnen<br />

In het intrekgebied van de winning <strong>Beerschoten</strong> liggen diverse lijnvormige elementen die<br />

de kwaliteit van het grondwater kunnen beïnvloeden, bijvoorbeeld bij calamiteiten. De<br />

belangrijkste lijnvormige elementen zijn de snelweg A28 en provinciale wegen<br />

(Amersfoortseweg N237) en Soestdijkseweg (N234). Daarnaast speelt de riolering van<br />

het stedelijk gebied een rol als lijnelement. De gemeente De Bilt heeft aangegeven dat<br />

de staat van de riolering verouderd is en dat lekkage een rol speelt. De riolering van de<br />

gemeente Zeist verkeert in betere staat. Aanvullend op wegen en spoorlijnen als<br />

lijnbronnen is gekeken naar buisleidingen voor transport van risicovolle stoffen, zoals<br />

transportleidingen van gas, olie, benzine, kerosine, chemische producten en industriële<br />

gassen. Maar binnen de 100-jaarszone van de winning zijn geen buisleidingen<br />

aanwezig, ook niet vlak langs de grenzen. De belangrijkste lijnbronnen met<br />

bijbehorende risico’s zijn opgenomen in figuur 2.15 en tabel 2.3.<br />

Tabel 2.3. Lijnbronnen<br />

Lijnbron<br />

A28<br />

Regionale wegen (zoals de<br />

N237 en N234)<br />

Riolering<br />

Belangrijkste risico<br />

Calamiteiten vormen een risico voor de winning.<br />

Calamiteiten vormen een risico voor de winning.<br />

Lekkage vanuit verouderde riolering zorgt voor een belasting van het grondwater<br />

met stoffen zoals macroparameters en geneesmiddelen<br />

Figuur 2.15. Lijnbronnen rondom winning <strong>Beerschoten</strong> (bron: Bestand Bodemgebruik, CBS).<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 17 - 10 juni 2011


2.9 Ondergronds ruimtegebruik<br />

KWO installaties<br />

In het100-jaarsaandachtsgebied van winning <strong>Beerschoten</strong> bevinden zich zes installaties<br />

voor Koude Warmte Opslag (KWO). De kenmerken van de KWO systemen zijn<br />

weergegeven in tabel 2.4. KWO installaties kunnen een risico vormen voor de<br />

drink<strong>waterwinning</strong>en, mede als gevolg van de lokale opwarming van het grondwater.<br />

In verband met de mogelijke risico's van KWO installaties voor de drink<strong>waterwinning</strong>en<br />

heeft de provincie in haar beleid gesteld dat er minimaal een verblijftijd van 50 jaar<br />

tussen de KWO installatie en de putten van de drink<strong>waterwinning</strong> moet zijn. Dit moet<br />

aangetoond worden bij de vergunningaanvraag voor de KWO in het kader van de<br />

vergunning Waterwet.<br />

Alle in tabel 2.4 genoemde KWO installaties blijken, op basis van de (detail)studies bij<br />

de vergunningaanvraag, een grotere verblijftijd te hebben dan 50 jaar.<br />

Tabel 2.4. KWO systemen in de omgeving van de winning <strong>Beerschoten</strong><br />

Naam lokatie type opslag diepte<br />

Adres lokatie<br />

Plaats<br />

Vergunde<br />

bronnen<br />

lokatie<br />

hoeveelheid te<br />

[m – NAP]<br />

verpompen<br />

water [m3/jaar]<br />

Gemeentehuis De Bilt doublet (KWO) --57 tot -117 Soestdijkseweg Zuid 173 Bilthoven 150.000<br />

RIVM - pilot uitbreiding doublet (KWO) -55 tot -101 A. van Leeuwenhoeklaan 9 Bilthoven 216.000<br />

Grontmij recirculatie -27 tot -37 Holle Bilt 22 De Bilt 55.500<br />

PGGM doublet (KWO) -47 tot -82 Kroostweg Noord Zeist 900.000<br />

TNO-Zeist<br />

doublet<br />

(koudeopslag)<br />

-19 tot -39<br />

<strong>Utrecht</strong>seweg 48 Zeist 450.000<br />

Triodosbank doublet (KWO) -16 tot -31 <strong>Utrecht</strong>seweg 60 Zeist 57.000<br />

Overig ondergronds ruimtegebruik<br />

Uitgezonderd de hierboven genoemde riolering en KWO-installaties is er, voor zover<br />

bekend, geen sprake van risicovol ondergronds ruimtegebruik binnen de<br />

grondwaterbeschermingszones. Van belang is om te noemen dat er nieuw beleid<br />

aanstaande is met betrekking tot gesloten systemen voor Koude Warmte opslag. In<br />

nieuw beleid van de provincie zullen deze systemen verboden worden in het<br />

grondwaterbeschermingsgebied, en gemeld moeten worden in het 100-<br />

jaarsaandachtsgebied. Met terugwerkende kracht moeten reeds aangelegde gesloten<br />

systemen gemeld worden.<br />

2.10 Kwaliteit van ruwwater en grondwater<br />

Op basis van de KRW dienen <strong>waterwinning</strong>en voor drinkwater beoordeeld te worden op<br />

het voldoen van het water aan de normen van het Waterleidingbesluit (toets cf art 7.2<br />

KRW). Het ruwwater van de individuele pompputten van de winning <strong>Beerschoten</strong><br />

overschrijdt voor zes parameters de drinkwaternormen (zie bijlage 3). Het gaat om<br />

arseen (tabel II Waterleidingbesluit), cis-1,2 dichlooretheen, chloride, ammonium, ijzer<br />

en mangaan. De laatste viergenoemde stoffen zijn van nature aanwezig in de bodem.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 18 - Definitief rapport


Het reine water van de winning (dit is het water na zuivering) voldoet wel aan de<br />

gestelde eisen voor drinkwater.<br />

• IJzer, mangaan. In de omliggende landbouw- en bospercelen infiltreert regenwater<br />

dat rijk is aan nitraat en/ of organische-stof naar het grondwater. Met name<br />

redoxprocessen en kationomwisseling in de bodem leiden tot een toename van het<br />

ijzer-, mangaan-, sulfaat-, en CO2-gehalte en de totale hardheid in het grondwater<br />

(en afname van de pH) in de ondiepe winputten. De verwachte toename van het<br />

ijzergehalte in het ruwe water zal leiden tot een verdere overschrijding van de<br />

signaalwaarde van de zuiveringsinstallatie (figuur 2.15).<br />

• Chloride, ammonium. In de diepe pompputten lopen de chloride en ammonium<br />

gehalten op door het aantrekken van connaat marien grondwater (figuur 2.16).<br />

• Arseen. Kan een natuurlijke herkomst hebben.<br />

• Cis-1,2 dichlooretheen is een vluchtige alifatische chloorkoolwaterstof (VOCl)<br />

afkomstig van bodemverontreiniging. Vitens stelt dat twee puntverontreinigingen de<br />

ondiepe winning hebben bereikt: namelijk de VOCl-verontreiniging van Holle Bilt 6<br />

en het percolaatpluim van de stortplaats. Voor VOCl dreigt een overschrijding van<br />

de drinkwaternorm in de komende 3 jaar.<br />

• Fenazon. In het percolaat van de stortplaats is ook het geneesmiddel fenazon<br />

aangetoond. Vitens verwacht dat nog meer geneesmiddelen uit de voormalige<br />

stortplaats uitspoelen naar de winning.<br />

In de pompputten van <strong>Beerschoten</strong> worden milieuvreemde stoffen aangetroffen. Ook in<br />

het grondwater dat onderweg is naar de pompputten worden dergelijke stoffen<br />

aangetroffen [bron: monitoringsmeetnet Vitens]. Dit betreft VOCl, o.a. cis 1,2-<br />

dichlooretheen en trichlooretheen. Als bron hiervoor noemt Vitens de verontreinigde<br />

bodemlocatie De Holle Bilt 6. Maar er kan ook een relatie zijn met andere verontreinigde<br />

bodemlocaties. Dit is niet onderzocht. Het feit dat zowel in de pompputten als in de<br />

waarnemingsfilters milieuvreemde stoffen zijn aangetroffen toont aan dat de winning<br />

<strong>Beerschoten</strong> kwetsbaar is voor ondergrondse- en bovengrondse activiteiten.<br />

2.11 Meer informatie?<br />

Dit hoofdstuk beschrijft de belangrijkste basisinformatie op hoofdlijnen. In onderstaande<br />

tabel is opgenomen waar u meer aanvullende informatie kunt vinden (niet uitputtend).<br />

Daarnaast vindt u in bijlage 1 een literatuurlijst.<br />

Tabel 2.5. Enkele aanvullende informatiebronnen<br />

Geo-informatie Bronhouder Website<br />

Grondwaterbeschermingsbeleid <strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong> www.provincie-utrecht.nl/grondwaterbescherming<br />

Bodemonderzoeken,<br />

<strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong> www.bodemloket.nl<br />

bodemsaneringen en<br />

bodembelastende activiteiten<br />

Bedrijven<br />

Milieudienst Zuid Oost<br />

Utrect<br />

Geoloket milieudienst ZOU:<br />

http://portaal.milieudienstzou.nl/milieudienstzou/<br />

Geoloket/tabid/245/language/nl-NL/Default.aspx<br />

Aardgasleidingen en<br />

Milieudienst Zuid oost http://nederland.risicokaart.nl/risicokaart.html?prv=utrecht<br />

brandstofleidingen<br />

<strong>Utrecht</strong>/ risicokaart<br />

Kabels en leidingen Kadaster http://www.kadaster.nl/klic/<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 19 - 10 juni 2011


3 BESCHERMINGSBELEID EN PRAKTIJK<br />

3.1 Inleiding<br />

Dit hoofdstuk bevat op hoofdlijnen een beschrijving van beleid en regelgeving voor<br />

zover relevant voor de specifieke situatie van de winning <strong>Beerschoten</strong>. In bijlage 6 is<br />

een uitgebreid overzicht opgenomen waarbij per verantwoordelijke overheid de<br />

relevante wetgeving is weergegeven en de uitwerking daarvan in de praktijk naar<br />

plannen, verordeningen en vergunningen weergegeven.<br />

Figuur 3.1. Schematische weergave van het grondwaterbeschermingsbeleid. Een goede<br />

voorkantsturing bij de ruimtelijke ordening heeft de eerste voorkeur.<br />

Bij het bepalen of functies (huidig of toekomstig) samen gaan in de<br />

grondwaterbeschermingszones kunt u als volgt aan de slag:<br />

1. Mogelijkheid: bepaal op basis van de informatie (en verwijzingen) in paragraaf 3.2<br />

en 3.3 of de activiteit is toegestaan op de betreffende locatie.<br />

2. Risico’s: bepaal op basis van paragraaf 3.4 de (relatieve) risico’s van de functie.<br />

3. Locatiekeuze: maak met behulp van de aanwijzingen in paragraaf 3.4 een keuze<br />

voor een locatie (geldt alleen voor nieuwe locaties).<br />

4. Mitigatie: reduceer de risico’s van de functie door het nemen van mitigerende<br />

maatregelen zoals bijvoorbeeld het stoppen met toepassen van bestrijdingsmiddelen<br />

(huidig) of een locatie zodanig in te richten dat toepassen van bestrijdingsmiddelen<br />

niet nodig zal zijn. In paragraaf 3.3 is in de tabel een eerste aanzet gegeven voor<br />

mitigerende maatregelen.<br />

Het is belangrijk om op te merken dat de bodem op elke locatie anders is. En nieuwe<br />

functies kunnen op veel verschillende manieren worden gerealiseerd (bv. duurzame<br />

versus reguliere woningbouw). Dit betekent dat grondwaterbescherming maatwerk is.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 20 - Definitief rapport


De in het gebiedsdossier opgenomen informatie heeft als belangrijkste doel om een<br />

eerste indicatie te geven van de risico’s en de (on)mogelijkheden maar vooral om op<br />

basis van deze informatie het gesprek aan te gaan met de betrokken partijen.<br />

3.2 Beschermingszones, milieuregels en planologische doorwerking<br />

3.2.1 Beschermingszones en milieuregels<br />

Beschermingszones<br />

De winning <strong>Beerschoten</strong> heeft een waterwingebied, een grondwaterbeschermingsgebied<br />

en een 100-jaarsaandachtsgebied. Daarnaast is er bij de winning <strong>Beerschoten</strong><br />

een 50-jaarszone aangewezen als signaleringszone 10 . Binnen de 50-jaarszone mogen<br />

geen KWO-systemen worden aangelegd. Het verbod is vastgesteld in het<br />

grondwaterplan van de <strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong>, vanwege de risico’s die open KWO-systemen<br />

geven voor de winning. Figuur 3.2 bevat een overzicht met de besluiten die gelden in de<br />

drie verschillende beschermingszones en de 50-jaarszone 11 .<br />

Figuur 3.2. Overzicht regelgeving in de verschillende beschermingszones.<br />

10 De 50-jaarszone wordt per watervoerend pakket bepaald. In het geval van de winning <strong>Beerschoten</strong> zijn er drie<br />

watervoerende pakketten en dus drie 50-jaarszones. De 50-jaars signaleringszone die is weergegeven op de kaart<br />

is de uiterste contour van de drie 50-jaarszones. Om te beoordelen of een KWO is toegestaan wordt gekeken naar<br />

de geplande diepte van de KWO en de 50-jaarszone op die diepte.<br />

11 De inhoud van de betreffende besluiten staat op: www.provincie-utrecht.nl/grondwaterbescherming<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 21 - 10 juni 2011


Toezicht en handhaving van bedrijven<br />

Ter controle op de naleving van wettelijke milieuregels binnen de hiervoor beschreven<br />

beschermingszones worden door de provincie <strong>Utrecht</strong> gebiedsschouwen uitgevoerd. Bij<br />

een gebiedsschouw worden relevante inrichtingen en locaties bezocht. Een<br />

gebiedsschouw bestaat globaal uit de volgende stappen:<br />

1. Voorbereiding: gesprekken met relevante partijen, inventarisatie van<br />

relevante/urgente onderwerpen, afspraken maken over de uitvoering, checklisten<br />

opstellen etc.<br />

2. Dossier onderzoek: gericht op controle van de verleende vergunningen etc.<br />

3. Locatie bezoek<br />

4. Vervolg en evaluatie: het betreft onder meer een rapportage van de gevolgde<br />

werkwijze en de resultaten.<br />

De provincie <strong>Utrecht</strong> is in gesprek met de betrokken overheden om vast te stellen<br />

hoeveel toezicht en handhaving nodig is om een adequate grondwaterbescherming te<br />

realiseren. De afspraken die zij hierbij maken worden vastgelegd in een contract. Het<br />

concept van dit contract is opgenomen in bijlage 7.<br />

Calamiteiten<br />

In het geval dat er sprake is van een calamiteit binnen de hiervoor beschreven<br />

beschermingszones (en ook daarbuiten) dient door de betrokken gebiedsactoren direct<br />

handelend te worden opgetreden conform geldende calamiteitenplannen. In tabel 3.1 is<br />

een overzicht opgenomen van organisaties die een rol spelen bij de afhandeling van<br />

calamiteiten in het intrekgebied en is een korte beschrijving gegeven van de te volgen<br />

procedures. In eerdere gebiedsdossiers is opgemerkt dat niet alle partijen over een<br />

calamiteitenplan beschikken.<br />

Tabel 3.1 Calamiteiten<br />

Organisatie<br />

<strong>Provincie</strong><br />

<strong>Utrecht</strong><br />

Milieudienst<br />

Gemeente<br />

Zeist<br />

Gemeente De<br />

Bilt<br />

Adviseert om bij een<br />

dringende milieucalamiteit te<br />

bellen met:<br />

0800-0225510<br />

(milieuklachtentelefoon)<br />

030 6999 555 tijdens<br />

kantooruren en buiten kantoor<br />

uren de milieuklachtentelefoon<br />

van de provincie (0800 0225510)<br />

Servicenummer van de<br />

gemeente 14030<br />

Geen informatie<br />

Opmerking<br />

- verwijst op internet onder andere naar het waterschap<br />

voor waterverontreiniging<br />

- provincie informeert direct het drinkwaterbedrijf<br />

- het Kabinet van de provincie adviseert en ondersteunt de<br />

commissaris van de Koningin in de uitoefening van zijn<br />

rijkstaken, waaronder rampenbestrijding<br />

- daarnaast is er een e-mailadres en een faxnummer.<br />

- milieuklachten worden behandeld door een<br />

klachtencoordinator<br />

- beschikt over een incidentenplan riolering<br />

- beschikt over een rampenplan<br />

- overdag gaat melding naar ambtenaar via Melddesk<br />

- ’s avonds gaat melding door naar de politie, die beslist om<br />

de melding door te zetten naar storingsdienst van gemeente<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 22 - Definitief rapport


Waterschap 030-634 57 00<br />

(alarmnummer Waterschap)<br />

Vitens<br />

Heeft wel een calamiteitenplan,<br />

maar voor milieucalamiteiten is<br />

de provincie aanspreekpunt<br />

Veiligheidsregio Geen informatie<br />

<strong>Utrecht</strong> (VRU)<br />

- alarmnummer 24 uur per dag bereikbaar<br />

- Vitens wordt geïnformeerd door de provincie<br />

(milieuklachtentelefoon)<br />

- er is wel een klachtlijn voor storingen<br />

3.2.2 Planologische doorwerking beschermingszones<br />

Bestemmingsplannen<br />

De genoemde beschermingszones horen door te werken in de bestemmingsplannen<br />

van de gemeentes. Uit tabel 3.2 blijkt dat er zes relevante bestemmingsplannen zijn,<br />

waarvan één nog in ontwikkeling. Voor de bestemmingsplannen van Zeist geldt dat niet<br />

de juiste contouren op kaart zijn weergegeven. De bestemmingsplannen van Bilthoven<br />

geven ook geen contouren weer op de plankaart, maar dit is terecht, omdat alleen de<br />

100-jaarsaandachtsgebied binnen de plangebieden valt. Voor de gemeente De Bilt geldt<br />

dat het opschuiven van het intrekgebied en de daaropvolgende planologische<br />

doorvertaling in beschermingszones gevolgen kan hebben voor de vigerende<br />

bestemmingsplannen.<br />

Tabel 3.2 Grondwaterbescherming in relevante bestemmingsplannen.<br />

Bestemmingsplan Kaart Toelichting en voorschriften<br />

Bestemmingsplan De Akker<br />

vastgesteld door de raad op<br />

28 mei 2009. 12 Bestemmingsplangebied valt<br />

alleen samen met 100-<br />

jaarsaandachtsgebied. Deze is<br />

In de toelichting is opgenomen dat het<br />

gebied geen onderdeel uitmaakt van het<br />

grondwaterbeschermingsgebied. In de<br />

niet op kaart weergegeven. voorschriften zijn geen verwijzingen<br />

opgenomen.<br />

Bestemmingsplan Bilthoven<br />

Zuid vastgesteld door de<br />

raad op 28 januari 2010<br />

Bestemmingsplangebied valt<br />

alleen samen met 100-<br />

jaarsaandachtsgebied. Deze is<br />

niet op kaart weergegeven.<br />

In de toelichting is opgenomen dat het<br />

gebied geen onderdeel uitmaakt van het<br />

grondwaterbeschermingsgebied. Wel<br />

wordt verwezen naar het deel 100-<br />

jaarsaandachtsgebied. In de voorschriften<br />

zijn geen verwijzingen opgenomen.<br />

Bestemmingsplan<br />

- -<br />

Buitengebied De Bilt is in<br />

ontwikkeling<br />

Bestemmingsplan Zeist<br />

Noord vastgesteld door de<br />

raad op 24 februari 2009 13<br />

Alleen het grondwaterbeschermingsgebied<br />

van winning Zeist<br />

staan op de kaart en niet van<br />

<strong>Beerschoten</strong><br />

In de toelichting staat wel dat het<br />

grondwaterbeschermingsgebied van<br />

<strong>Beerschoten</strong> in het plangebied valt.<br />

Toelichting op grondwaterbeschermingsgebied,<br />

waterwingebied en verwijzing naar<br />

de PMV zijn opgenomen in toelichting en<br />

voorschriften.<br />

Bestemmingsplan Bosch en<br />

Duin e.o. vastgesteld door de<br />

Het grondwaterbeschermingsgebied<br />

van <strong>Beerschoten</strong> is niet<br />

Niet toegezonden.<br />

12 Zie voor de plankaart, toelichting en voorschriften http://www.debilt.nl/nlnl/algemeen/bestemmingsplannen/ruimtelijke-plannen/bestemmingsplannen<br />

13 Zie voor de plankaart, toelichting en voorschrift: http://www.zeist.nl/Wonen_en_leven/Plannen_en_projecten<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 23 - 10 juni 2011


Bestemmingsplan Kaart Toelichting en voorschriften<br />

raad op 3 februari 1997 14<br />

opgenomen op de plankaart.<br />

Bilthoven is wel opgenomen,<br />

maar niet met de juiste contour.<br />

Bestemmingsplan<br />

Waterwingebied van <strong>Beerschoten</strong><br />

Buitengebied (Zeist)<br />

is op de kaart aangegeven, het<br />

vastgesteld door de raad op grondwaterbeschermingsgebied<br />

14 juni 1982 15 niet.<br />

3.3 Hoe omgaan met functieveranderingen?<br />

Niet toegezonden.<br />

Beoordeling ruimtelijke ontwikkelingen<br />

In tabel 3.3 is de regelgeving beknopt samengevat voor zes veel voorkomende<br />

ruimtelijke ontwikkelingen zoals woningbouw, afkoppelen en Koude Warmte Opslag. Uit<br />

de praktijk blijkt dat dergelijke overzichten meerwaarde hebben, maar ook dat beleid en<br />

regelgeving niet altijd voldoende concreet zijn om direct vast te stellen welke activiteiten<br />

wel of niet zijn toegestaan (en zo ja, onder welke voorwaarden).<br />

Tabel 3.3 Overzicht op hoofdlijnen van de regelgeving voor veelvoorkomende ontwikkelingen in de<br />

beschermingszone van de winning <strong>Beerschoten</strong>. Voor een volledig overzicht wordt verwezen naar de<br />

in Figuur 3.2 genoemde provinciale besluiten.<br />

Activiteiten Waterwingebied Grondwaterbeschermingsgebied<br />

(winning is kwetsbaar)<br />

Regelgeving In het waterwingebied Bij nieuwe ruimtelijke<br />

algemeen mag alleen water ontwikkelingen moet worden<br />

worden gewonnen, getoetst of het risico voor het<br />

alle andere activiteiten grondwater afneemt en in elk geval<br />

zijn niet toegestaan. 16 niet verslechtert (stand-still<br />

principe, Provinciale Ruimtelijke<br />

Verordening). Een aantal<br />

activiteiten is verboden (Provinciale<br />

Milieu Verordening).<br />

Afkoppelen Verboden (besluit Het Besluit verhardingen en<br />

hemelwater waterwingebieden) gebouwen 17 is van toepassing:<br />

Afkoppelen is verboden, behalve<br />

als wordt voldaan aan in het Besluit<br />

genoemde algemene voorschriften.<br />

Woningbouw Verboden (besluit Het Besluit verhardingen en<br />

waterwingebieden) gebouwen is van toepassing, zie<br />

tevens ‘Afkoppelen hemelwater’.<br />

Nieuwe Verboden (besluit Het Besluit verhardingen en<br />

bovengrondse waterwingebieden) gebouwen is van toepassing:<br />

100-jaars aandachtsgebied<br />

Bij nieuwe ruimtelijke<br />

ontwikkelingen moet worden<br />

getoetst of het risico voor het<br />

grondwater afneemt en in elk<br />

geval niet verslechtert<br />

(stand-still principe).<br />

In het convenant Afkoppelen<br />

<strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug is beleid<br />

geformuleerd voor<br />

afkoppelen. Bij het hanteren<br />

van dit beleid wordt binnen<br />

het 100-<br />

jaarsaandachtsgebied<br />

voldaan aan de zorgplicht.<br />

Zie ‘Regelgeving algemeen’<br />

Zie ‘Regelgeving algemeen’<br />

14 Dit bestemmingsplan is niet digitaal beschikbaar. Kaarten zijn analoog aangeleverd.<br />

15 Dit bestemmingsplan is niet digitaal beschikbaar. Kaarten zijn analoog aangeleverd.<br />

16 Besluit waterwingebieden (Provinciaal blad 2003, 45).<br />

17 Besluit verhardingen en gebouwen (Provinciaal blad 2003, 48).<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 24 - Definitief rapport


infrastructuur<br />

Parkeerterreinen (groter dan 150<br />

(wegen)<br />

m 2 ) en wegen binnen en buiten de<br />

bebouwde kom moeten verhard zijn<br />

met vloeistofkerend materiaal. Ook<br />

moeten ze afwaterend liggen.<br />

Er gelden regels voor afkoppelen<br />

(‘zie Afkoppelen hemelwater’).<br />

Nieuwe<br />

Verboden (besluit<br />

Het is verboden nieuwe<br />

Zie ‘Regelgeving algemeen’<br />

ondergrondse<br />

waterwingebieden)<br />

buisleidingen aan te leggen.<br />

infrastructuur<br />

Wijziging of vervanging van<br />

bestaande leidingen moet vooraf<br />

worden gemeld (besluit<br />

buisleidingen).<br />

Koude Warmte<br />

Verboden (besluit<br />

Verboden (Grondwaterplan<br />

Open systemen verboden<br />

Opslag en<br />

waterwingebieden)<br />

<strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong>)<br />

binnen de 50 jaarszone.<br />

bodemwarmte-<br />

(Grondwaterplan <strong>Provincie</strong><br />

wisselaars<br />

<strong>Utrecht</strong>)<br />

Toepassing<br />

Verboden (besluit<br />

In aanvulling op het landelijke<br />

Het landelijke Besluit<br />

(licht)<br />

waterwingebieden)<br />

Besluit bodemkwaliteit geldt een<br />

bodemkwaliteit is van<br />

verontreinigde<br />

verbod voor toepassing van<br />

toepassing.<br />

grond<br />

(licht)verontreinigde grond indien<br />

deze uitloogt (besluit licht<br />

verontreinigde grond)<br />

Boren in<br />

Verboden (besluit<br />

Verboden (Grondwaterplan<br />

Toegestaan<br />

verband met<br />

waterwingebieden)<br />

provincie <strong>Utrecht</strong>)<br />

diepinfiltratie<br />

Boren<br />

Verboden voor niet<br />

Niet toegestaan dieper dan 40 m-<br />

Toegestaan<br />

waterputten<br />

drinkwater-<br />

mv (besluit boringen en<br />

toepassingen (besluit<br />

funderingen)<br />

waterwingebieden)<br />

Risico’s en mitigerende maatregelen<br />

Bij functieveranderingen in grondwaterbeschermingsgebied en het 100-<br />

jaarsaandachtsgebied geldt het stand-still principe. Dit betekent dat de risico’s voor de<br />

winning niet mogen toenemen en bij voorkeur dienen af te nemen. Uit hoofdstuk 2 blijkt<br />

dat de winning met name kwetsbaar is voor bestrijdingsmiddelen en (het ontstaan van)<br />

puntverontreinigingen met mobiele stoffen. De winning is minder kwetsbaar voor<br />

nutriënten (bemesting) en zware metalen. In tabel 3.4 is een indicatieve risicoscore<br />

opgenomen voor de twee stofgroepen waarvoor de winning kwetsbaar is. Als door een<br />

functieverandering de risico-score daalt, is dat over het algemeen positief voor de<br />

grondwaterkwaliteit. Met nadruk wordt opgemerkt dat de scores in de tabel indicatief<br />

zijn.<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 25 - 10 juni 2011


Tabel 3.4 Relatieve risico’s van verschillende functies 18 . Een hoog getal betekent een relatief hoog<br />

risico, een laag getal een laag risico. Met nadruk wordt opgemerkt dat het gaat om indicaties<br />

uitgaande van een gemiddeld landgebruik. Ter indicatie zijn de scores voor bestrijdingmiddelen en<br />

puntbronnen gekleurd: 1-3=groen, 4-6=geel en 7-10=rood.<br />

Activiteit<br />

Bestrijdingsmiddelen<br />

Punt-bronnen 19 Maatregelen om risico’s van<br />

bestrijdingsmiddelen en puntbronnen te<br />

beperken (selectie)<br />

Akkerbouw intensief 10 3 Locatiekeuze<br />

Overstappen op biologische akkerbouw<br />

Akkerbouw biologisch 2 1<br />

Veeteelt intensief 6 2 Overstappen op biologische veeteelt<br />

Veeteelt biologisch 2 1<br />

Tuinbouw 10 2 Locatiekeuze<br />

Reductie bestrijdingsmiddelen<br />

Overstappen op biologische tuinbouw<br />

Boomgaard 8 2 Reductie bestrijdingsmiddelen<br />

Landgoed 3 2<br />

Camping 2 6 Milieuvriendelijk ontwerp<br />

Geen bestrijdingsmiddelen<br />

Centrale parkeerplaats met voorzieningen<br />

Centraal afkoppelen<br />

Volkstuinen 8 4 Locatiekeuze<br />

Voorlichting, biologische volkstuinen<br />

Wonen, hoge dichtheid, regulier 3 5 Milieuvriendelijk ontwerp<br />

Voorlichting, verbod op autowassen, centraal<br />

afkoppelen<br />

Geen bestrijdingsmiddelen<br />

Wonen, hoge dichtheid, duurzaam 1 5 Idem<br />

Kantoren, onderwijs 2 4 Milieuvriendelijk ontwerp<br />

Geen bestrijdingsmiddelen<br />

Centrale parkeerplaats<br />

Centraal afkoppelen<br />

Winkels, bedrijven, horeca (MKB) 2 5 Idem<br />

Plantsoenen en stadspark 4 2 Milieuvriendelijk ontwerp<br />

Geen bestrijdingsmiddelen,<br />

Sportvelden 5 1 Alternatieve onkruidbestrijding, kunstgras<br />

Industrie intensief 3 10 Locatiekeuze<br />

Milieuvriendelijk ontwerp<br />

Vloeistofdichte vloeren<br />

Wegen 3 9 Locatiekeuze<br />

Aansluiten op riolering<br />

Centraal afkoppelen<br />

Parkeerterrein, transferium 4 9 Locatiekeuze<br />

Aansluiten op riolering<br />

18 Bron: systeembenadering <strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong>. De in de systeembenadering gehanteerde scores zijn gebaseerd op<br />

de Reflect methodiek (zie bijlage 1 van de Handleiding en Kiwa 1999)<br />

19 Bij puntbronnen gaat het primair om calamiteiten en/of bewust storten/dumpen en niet om regulier gebruik.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 26 - Definitief rapport


Locatiekeuze<br />

Uit tabel 3.4 kan op hoofdlijnen een indruk worden verkregen van de relatieve risico’s<br />

van een nieuwe functie. Functies met relatief veel risico’s voor de grondwaterkwaliteit<br />

worden bij voorkeur geplaatst op locaties die niet of minder kwetsbaar zijn. Bijvoorbeeld<br />

een locatie buiten de 100-jaarszone of anders een minder kwetsbare plek in de 100-<br />

jaarszone. Het gaat om de locaties die met een groene kleur zijn aangegeven in figuur<br />

2.9. Voor functies met relatief weinig risico’s (zoals natuur) wordt bij voorkeur juist een<br />

kwetsbare locatie gekozen (gele of rode kleur in figuur 2.9).<br />

3.4 Autonome ontwikkelingen<br />

De verwachte ontwikkelingen binnen de 100-jaarszone van de winning <strong>Beerschoten</strong> zijn<br />

weergegeven in tabel 3.5. Het is belangrijk om in een vroeg stadium het<br />

grondwaterbeschermingsbelang mee te wegen bij de uitwerking van autonome<br />

ontwikkelingen. Tevens wordt aanbevolen om deze ontwikkelingen te bespreken en te<br />

actualiseren tijdens de jaarlijkse gebiedsgesprekken.<br />

Tabel 3.5 Relevante ontwikkelingen binnen de 100-jaarszone met een mogelijk effect op de<br />

grondwaterkwaliteit. In de laatste kolom is de relatie van de ontwikkeling met grond-<br />

waterbescherming” weergegeven volgens de volgende classificatie:<br />

Knelpunt:<br />

Aandachtspunt:<br />

Neutraal:<br />

Harmoniërend:<br />

Versterkend:<br />

Er is mogelijk sprake van een groot negatief effect op de grondwaterkwaliteit. Ook met<br />

inrichtingsmaatregelen resteert er waarschijnlijk nog een negatief effect<br />

Mogelijk is er sprake van een negatief effect op de grondwaterkwaliteit. Met de juiste<br />

inrichtingsmaatregelen kan dit effect naar verwachting worden voorkomen.<br />

Waarschijnlijk vrijwel geen effect op de grondwaterkwaliteit<br />

Er is naar verwachting sprake van een positief effect op de grondwaterkwaliteit<br />

Er is sprake van een sterk positief effect op de grondwaterkwaliteit<br />

nr. Autonome Ontwikkeling Initiatiefnemer Planning Locatie Relatie met grondwaterbescherming<br />

(indicatief!)<br />

1 Onderzoek naar<br />

Gemeente Zeist 2010-2020 A28 Aandachtspunt<br />

mogelijkheden overkappen<br />

A28 en daarna realiseren<br />

sportfuncties<br />

2 Onderzoek mogelijkheden Gemeente Zeist 2010-2020 Zeist Aandachtspunt<br />

herstructurering wijk<br />

Vollenhoven<br />

3 Peil opzetten in wijk<br />

Waterschap Vanaf 2008 Zeist Neutraal<br />

Vollenhoven<br />

4 Baggeren Beerschotervliet Waterschap, Vanaf 2008 Zeist Neutraal<br />

eigenaar landgoed<br />

5 Aanpassen schuif<br />

Waterschap, Vanaf 2008 Zeist Neutraal<br />

Achtervijver Beerschotervliet eigenaar landgoed<br />

6 Aanpassing PMV <strong>Provincie</strong> 2012 Gehele<br />

provincie<br />

Harmoniërend<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 27 - 10 juni 2011


4 ANALYSE RISICO’S EN MAATREGELEN<br />

4.1 Signaleringsdiagram<br />

Figuur 4.1 bevat een schematische weergave van score van de winning <strong>Beerschoten</strong> op<br />

acht beleidsindicatoren 20 , het zogenoemde signaleringsdiagram. Bij het linkerdeel van<br />

deze figuur gaat het om de feitelijke situatie. Bij het rechterdeel van de figuur gaat het<br />

om de inzet van instrumenten om de winning te beschermen. Bij het bovenste deel van<br />

de figuur gaat het om de bovengrond en bij het onderste deel van de figuur om de<br />

ondergrond. Het signaleringsdiagram is primair een communicatie-tool. Het geeft snel<br />

een beeld hoe goed of hoe slecht het gaat met de winning. Het is een thermometer die<br />

elke drie jaar vernieuwd wordt.<br />

Effect/resultaat (risico's)<br />

Actie/prestaties (risicobeheersing)<br />

8. Risico op<br />

verontreiniging door<br />

huidige functies<br />

1. Planologische<br />

bescherming mbt<br />

bovengrondse<br />

functies<br />

bovengrond<br />

7. Niveau zuivering<br />

2. Milieuregelgeving<br />

bovengrond<br />

ondergrond<br />

6. Kwaliteit ruwwater<br />

3. Bescherming mbt<br />

ondergrondse activiteiten<br />

ondergrond<br />

5. Kwaliteit<br />

toestromend<br />

grondwater<br />

4. Aanpak<br />

bestaande<br />

verontreinigingen<br />

Effect/resultaat (risico's)<br />

Actie/prestaties (risicobeheersing)<br />

Figuur 4.1. Signaleringsdiagram met de score voor de winning <strong>Beerschoten</strong> op de acht indicatoren<br />

Hierna worden alle indicatoren van het signaleringsdiagram besproken.<br />

1) Planologische bescherming<br />

De planologische bescherming is als onvoldoende geclassificeerd. In meerdere<br />

bestemmingsplannen staan de grenzen van het grondwaterbeschermingsgebied niet<br />

ingetekend op kaart. Het 100-jaarsaandachtsgebied is in geen enkel bestemmingsplan<br />

aangegeven op kaart. In de toelichting en voorschriften (regels) wordt wel aandacht<br />

besteed aan de geldende beleidsregels omtrent <strong>waterwinning</strong>en voor drinkwater en hun<br />

beschermingsgebieden.<br />

20 In de Handleiding <strong>Gebiedsdossier</strong>s (Tauw, 2010) is een algemene toelichting op dit diagram opgenomen.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 28 - Definitief rapport


2) Milieuregelgeving<br />

Toezicht en handhaving van milieuregelgeving zijn als matig geclassificeerd, omdat de<br />

PMV momenteel geactualiseerd wordt. In de nieuwe PMV worden de grenzen van<br />

grondwaterbeschermingsgebieden verlegd. Tot de tijd dat de nieuwe PMV in gaat is een<br />

deel van het intrekgebied (met name in de kern De Bilt) niet beschermd met de status<br />

grondwaterbeschermingsgebied. Over toezicht en handhaving en de benodigde<br />

inspanning voor adequate bescherming is de provincie in overleg met gemeenten en de<br />

milieudienst. Momenteel is er een concept contract opgesteld. Daarom is dit aspect niet<br />

beoordeeld.<br />

3) Bescherming met betrekking tot ondergrondse activiteiten<br />

Beleid en regelgeving met betrekking tot het voorkomen c.q. beperken van de risico’s<br />

van ondergronds ruimtegebruik zoals Koude Warmte Opslag is als matig<br />

geclassificeerd. De zes KWO’s die in het 100-jaarsaandachtsgebied liggen, hebben<br />

allen een vergunning verkregen conform het beleid van de provincie, dit is voldoende.<br />

Aandachtspunt zijn de gesloten systemen voor Koude Warmte opslag. In nieuw beleid<br />

van de provincie zullen deze systemen verboden worden in het<br />

grondwaterbeschermingsgebied, en gemeld moeten worden in het 100-<br />

jaarsaandachtsgebied. Met terugwerkende kracht moeten reeds aangelegde gesloten<br />

systemen gemeld worden. Het is de vraag of burgers systemen ook echt gaan melden.<br />

Vandaar dat deze indicator als matig is geclassificeerd. Het is raadzaam om in de gaten<br />

te houden of de meldingen met terugwerkende kracht gedaan worden.<br />

4) Aanpak bestaande verontreinigingen<br />

Zelfs de voortvarende aanpak van bestaande spoedlocaties van bodemverontreiniging<br />

kan waarschijnlijk niet voorkomen dat enkele antropogene verontreinigingen de winning<br />

bereiken. Met name de voormalige stortplaats op Landgoed Houdringe is niet als een<br />

spoedlocatie aangemerkt, maar het geneesmiddel Fenazon dat in het percolaat is<br />

aangetroffen, wordt ook aangetroffen in het grondwater van de winning. Ook de locatie<br />

Holle Bilt 6 vormt nog een mogelijk risico voor de winning. Dit wordt momenteel door de<br />

provincie en Vitens onderzocht. Vanwege deze resterende risico’s is dit criterium<br />

daarom als matig geclassificeerd.<br />

5) Kwaliteit toestromend grondwater (en risico’s ondergrondse activiteiten)<br />

De kwaliteit van het toestromende grondwater is als onvoldoende geclassificeerd<br />

vanwege de aangetroffen verontreinigingen. Er stroomt grondwater met verhoogde<br />

gehaltes VOCl’s naar de winning toe. Meerdere van deze stoffen overschrijden de<br />

normen zoals opgenomen in het Waterleidingbesluit. Het gaat in alle gevallen om<br />

stoffen die zijn vrijgekomen bij bovengrondse activiteiten. Daarnaast vormen de<br />

ondergrondse activiteiten een risico: de staat van de riolering in De Bilt is niet goed.<br />

Eventuele lekkage van riolering vormt ook een bedreiging voor de winning, specifiek<br />

vanaf het de kern De Bilt vanwaar het water een korte verblijftijd heeft tot de winning.<br />

6) Kwaliteit ruwwater<br />

Op basis van de KRW dienen <strong>waterwinning</strong>en voor drinkwater beoordeeld te worden op<br />

het voldoen van het water aan de normen van het Waterleidingbesluit (toets cf art 7.2<br />

KRW). Het ruwwater van de individuele pompputten van de winning <strong>Beerschoten</strong><br />

overschrijdt voor zes parameters de drinkwaternormen (zie bijlage 3). In het geval van<br />

arseen gaat het om een stof uit tabel II van het Waterleidingbesluit. Op basis van deze<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 29 - 10 juni 2011


overschrijding is de kwaliteit van het ruwwater als onvoldoende beoordeeld. Ook de<br />

overschrijding van cis- 1,2 dichlooretheen is zorgwekkend. De overige stoffen zijn van<br />

nature in de bodem aanwezige stoffen 21 : mangaan en ijzer of worden van grote diepte<br />

aangetrokken met brak grondwater: ammonium en chloride. Het gezamenlijk ruwwater<br />

van de pompputten voldoet wel. Dit komt doordat het waterleidingbedrijf individuele<br />

pompputten met sporen van verontreiniging kan uitschakelen of zover verdunnen dat<br />

van verontreiniging geen sprake meer is.<br />

7) Niveau zuivering<br />

De zuivering van de winning <strong>Beerschoten</strong> bestaat uit een beluchting en zandfiltratie. Er<br />

zijn geen plannen voor uitbreiding van de zuivering, hoewel de hoger wordende VOCl<br />

gehaltes zorgen baren. Het huidige niveau van zuivering past bij de natuurlijke<br />

(grond)waterkwaliteit. Het niveau van de zuivering is daarom als goed geclassificeerd.<br />

8) Risico’s op verontreiniging door huidige functies<br />

Met behulp van de Reflect methodiek zijn de actuele risico’s van de huidige functies<br />

bepaald. De kaart (figuur 2.14) is omgezet naar één gebiedsgemiddelde score van de<br />

100-jaarszone. Voor de winning <strong>Beerschoten</strong> is de gemiddelde score 1.5 op een schaal<br />

van 1 tot 3. Daardoor scoort de winning als goed 22 .<br />

4.2 Analyse risico’s<br />

In deze paragraaf is een overzicht opgenomen van de (mogelijke) risico’s zoals die naar<br />

voren zijn gekomen in dit gebiedsdossier. Deze risico’s zijn ‘verwerkt’ in het, hiervoor<br />

besproken signaleringsdiagram (zie paragraaf 4.1). Onderstaand is een korte,<br />

samenvattende analyse geven van deze risico’s.<br />

Ligging intrekgebied versus ligging grondwaterbeschermingszones<br />

Uit de recente herberekening van de intrekgebieden blijkt dat het water dat onttrokken<br />

wordt door de winning <strong>Beerschoten</strong> voor circa 50% afkomstig is van het gebied buiten<br />

de 100 jaarszone. Dit betekent dat op de lange termijn een groot deel van het water<br />

waarschijnlijk afkomstig zal zijn uit gebieden die momenteel niet worden beschermd<br />

door aanvullend beleid en regelgeving. Wel geldt in voor de gehele <strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug<br />

een extra grondwaterbescherming vastgelegd in de “Grondwatervisie <strong>Utrecht</strong>se<br />

Heuvelrug”. Ook blijkt uit deze herberekening dat de gebieden met relatief korte<br />

verblijftijden (10 tot 50 jaar) enigszins opschuiven in westelijke en noordoostelijke<br />

richting. Daardoor heeft aan de westzijde het stedelijke gebied van De Bilt en Bilthoven<br />

een grotere invloed op de drink<strong>waterwinning</strong> dan op basis van de huidige<br />

beschermingszones verwacht wordt. Ook het grondwaterdeel met korte verblijftijden<br />

(10-25 jaar) ligt dicht tegen De Bilt aan.<br />

Overzicht van – en inzicht in – locaties met historische bodemverontreiniging<br />

Binnen de huidige beschermingszones komen verschillende locaties voor met (mogelijk)<br />

aanwezige bodemverontreinigingen. De locaties worden onderscheiden naar<br />

spoedlocaties, potentiële spoedlocaties en overige Wbb-locaties. Een totaaloverzicht<br />

van deze locaties met een beoordeling van de spoedeisendheid wat betreft<br />

verspreidingsrisico’s is nog niet beschikbaar (maar hier wordt hard aan gewerkt binnen<br />

21 Het betreft in alle gevallen organoleptische/esthetische indicatoren (tabel IIIb van het Waterleidingbesluit).<br />

22 De volgende scores zijn gehanteerd: goed 1.0 – 1.75, matig 1.76 – 2.25, onvoldoende 2.26 – 3.0<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 30 - Definitief rapport


de provincie). Voor de locatie Noord-Houdringe (voormalige stortplaats) geldt dat deze<br />

in 1998 door de provincie is beschikt als ernstig, maar niet urgent. Uit onderzoek blijkt<br />

echter dat het grondwater in de omgeving van deze locatie is verontreinigd met<br />

verhoogde gehalten macrochemische parameters, alsmede VOCl-verontreiningen en<br />

medicijnstoffen. Verwacht wordt dat deze stoffen uiteindelijk in de winning <strong>Beerschoten</strong><br />

terecht zullen komen. En tweede locatie die een bedreiging vormt voor de winning<br />

<strong>Beerschoten</strong> is de locatie De Holle Bilt 6 (metaalbewerkingsbedrijf en stortplaats voor<br />

bedrijfsafval). Er heeft een grondsanering plaatsgevonden, maar in het grondwater<br />

worden op diverse plaatsen op het gesaneerde terrein hoge tot zeer hoge concentraties<br />

aan gechloreerde koolwaterstoffen, olie en zink aangetroffen. Vitens meldt dat het VOCl<br />

gehalte in pompput 6 de drinkwaternorm overschrijdt en wordt sindsdien ingezet als<br />

interceptieput. De provincie is bezig met een modelonderzoek om de relatie tussen de<br />

bodemverontreiniging en de verhoogde gehaltes in het winveld vast te stellen. Ook<br />

buiten de huidige beschermingszones zijn (potentiële) bodemverontreinigingen<br />

aanwezig. Deze kunnen mogelijk ook invloed hebben op de winning gelet op het feit dat<br />

het werkelijke intrekgebied iets westelijker/noordoostelijker ligt dan volgend uit de<br />

huidige beschermingszones.<br />

Risico’s bestaande bedrijven, omvang toezicht en handhaving<br />

Wat betreft bestaande bedrijven binnen het huidige grondwaterbeschermingsgebied<br />

worden slechts vijf bedrijven aangemerkt als bedrijven met een mogelijk risico voor<br />

grondwater. In alle gevallen betreft het categorie 1 bedrijven. Voor deze categorie (en<br />

categorie 2) bedrijven is onduidelijk wat controle en handhaving door de milieudienst<br />

inhoudt. Ook is in algemeen opzicht de provincie nog in overleg met de betrokken<br />

overheden om afspraken te maken over de omvang van toezicht en handhaving om een<br />

adequate grondwaterbescherming te realiseren. Tenslotte is – gelet op de huidige<br />

juridische grenzen van het grondwaterbeschermingsgebied – ook nog niet uitgezocht<br />

hoeveel bedrijven (en van welke categorie) zich bevinden in het westen en noordoosten<br />

van het huidige grondwaterbeschermingsgebied. Dit gebied zal in de toekomst naar<br />

verwachting ook de status van grondwaterbeschermingsgebied zal krijgen.<br />

Diffuse belasting vanuit stedelijk gebied<br />

Vanuit het stedelijk gebied wordt de (mogelijke) belasting van het grondwater als gevolg<br />

van de slechte staat van de riolering van De Bilt als een potentieel risico gezien.<br />

Gegevens over de kwaliteit van het grondwater in de nabijheid van de riolen en de<br />

eventuele invloed hiervan op de winning zijn echter nog niet voorhanden. Daarnaast<br />

worden diffuse belastingen als gevolg van bestrijdingsmiddelen en gladheidbestrijding<br />

als risico gezien. Het gaat hierbij om historische belasting vanuit openbare terreinen (de<br />

gemeenten De Bilt en Zeist gebruiken momenteel geen chemische bestrijdingsmiddelen<br />

meer en zijn zeer terughoudend met het gebruik van strooizout) en om historisch en –<br />

naar verwachting ook huidig - gebruik op particulier terrein. Het gebruik door<br />

particulieren kan omvangrijk zijn vanwege het vele particuliere groen/grote tuinen binnen<br />

de gemeenten De Bilt en Zeist. De omvang hiervan is nog niet in beeld gebracht.<br />

Lijnbronnen: provinciale wegen en rijksweg A28<br />

Wat betreft lijnbronnen vormen de aanwezige provinciale wegen en de rijksweg A28 een<br />

risico, dit vanwege mogelijke calamiteiten en middelen ten behoeve van<br />

gladheidbestrijding.<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 31 - 10 juni 2011


Calamiteiten(plannen)<br />

Wat betreft calamiteiten is geconstateerd dat er voor de meeste partijen te weinig<br />

accurate calamiteitenplannen voorhanden zijn. Dit is al geconstateerd tijdens het<br />

opstellen van het eerste gebiedsdossier Bunnik en inmiddels al als aandachtspunt<br />

benoemd voor alle gebiedsdossiers (zie verder onder 4.3).<br />

Aanwezigheid KWO-systemen in grondwaterbeschermingsgebied<br />

In de 50-jaarszone van winning <strong>Beerschoten</strong> bevinden zich zes installaties voor Koude<br />

Warmte Opslag (KWO). KWO installaties kunnen een risico vormen voor de<br />

drink<strong>waterwinning</strong>en, mede als gevolg van de lokale opwarming van het grondwater.<br />

De provincie heeft beleid opgesteld om KWO installaties te weren uit de 50-jaarszone.<br />

De gedefinieerde 50-jaarszone geldt hierbij als een signaleringszone waarbinnen<br />

nagegaan dient te worden of een KWO activiteit daadwerkelijk binnen de 50-jaarszone<br />

van het watervoerend pakket ligt waarbinnen het grondwater wordt onttrokken. Alle<br />

KWO installaties blijken, op basis van de (detail)studies bij de vergunningaanvraag, een<br />

grotere verblijftijd te hebben dan 50 jaar. Aandachtspunt zijn de gesloten systemen voor<br />

Koude Warmte opslag. In nieuw beleid van de provincie zullen deze systemen verboden<br />

worden in het grondwaterbeschermingsgebied, en gemeld moeten worden in het 100-<br />

jaarsaandachtsgebied. Met terugwerkende kracht moeten reeds aangelegde gesloten<br />

systemen gemeld worden. Het is de vraag of burgers systemen ook echt gaan melden.<br />

Vandaar dat deze indicator als matig is geclassificeerd. Het is raadzaam om in de gaten<br />

te houden of de meldingen met terugwerkende kracht gedaan worden.<br />

Staat van de planologische bescherming<br />

Wat betreft de planologische bescherming van de winning geldt dat voor de<br />

bestemmingsplannen van de gemeente Zeist niet de juiste beschermingszonecontouren<br />

op de kaarten staan weergegeven. Voor de bestemmingsplannen van de gemeente De<br />

Bilt is de 100-jaarsaandachtsgebied niet weergegeven binnen de plangebieden. Voor de<br />

gemeente De Bilt geldt tevens dat het verschuiven van de intrekgebieden en de<br />

planologische doorvertaling hiervan in gewijzigde beschermingszones gevolgen kan<br />

hebben voor vigerende bestemmingsplannen.<br />

Autonome ontwikkelingen<br />

Tenslotte is een aantal autonome ontwikkelingen benoemd (aangedragen door de<br />

gemeente Zeist) die een aandachtspunt vormen wat betreft de relatie met de winning.<br />

4.3 Voorstel maatregelen<br />

In tabel 4.1 is per risico, zoals beschreven in paragraaf 4.2, een (set) maatregel(en)<br />

benoemd met vermelding van de actor(en) die daarvoor in eerste instantie ‘aan de lat’<br />

staat/staan. Bij de maatregelen wordt onderscheid gemaakt tussen ‘technische’ en<br />

‘beleidsmatige’ maatregelen. De in deze tabel genoemde risico’s en maatregelen zijn<br />

winningspecifiek. Daarnaast zijn algemene risico’s/aandachtspunten en hiermee<br />

samenhangende maatregelen te benoemen, die naar verwachting voor meerdere – of<br />

alle - winningen binnen de provincie <strong>Utrecht</strong> gelden. Deze algemene<br />

risico’s/maatregelen worden beschreven in aansluiting op tabel 4.1.<br />

Genoemde maatregelen zijn door de betrokken gebiedsactoren tijdens het opstellen van<br />

dit gebiedsdossier benoemd als realistisch en haalbaar en vormt dan ook de basis voor<br />

verdere bespreking en uitwerking in de gebiedsgesprekken.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 32 - Definitief rapport


Tabel 4.1. Overzicht winningspecifieke risico’s en voorstel maatregelen<br />

Nr Risico Maatregel Actor(en)<br />

1 Bedreiging winning door<br />

percolaatpluim (o.a. VOCl en<br />

medicijnstoffen) van voormalige<br />

stortplaats Noord-Houdringe en<br />

metaalwarenfabriek/stortplaats De<br />

Holle Bilt 6. Eerstgenoemde locaties<br />

is door de provincie beschikt als niet<br />

ernstig en wordt daarom niet<br />

gesaneerd. Bij de tweede locatie<br />

heeft een grondsanering<br />

plaatsgevonden, maar hier zijn nog<br />

verontreinigingen in het grondwater<br />

aanwezig die een bedreiging<br />

vormen voor de winning.<br />

In gesprek blijven Vitens en de<br />

provincie over verontreinigingen<br />

Noord-Houdringe en De Holle Bilt 6.<br />

Afwachten resultaten lopend modelonderzoek<br />

voor De Holle Bilt 6.<br />

Betrekken Noord-Houdringe in<br />

modelonderzoek.<br />

Heroverwegen mogelijke,<br />

aanvullende maatregelen voor het<br />

grondwater (Holle Bilt en Noord-<br />

Houdringe).<br />

<strong>Provincie</strong>,<br />

Waterbedrijf<br />

2 Het op lange termijn aantrekken van Bewustwording particulieren ten Waterbedrijf,<br />

een groot deel water afkomstig uit aanzien van functies van<br />

Gemeente,<br />

gebied dat momenteel niet wordt beschermingszones en gebruik van <strong>Provincie</strong><br />

beschermd met aanvullend beleid stoffen binnen deze zones.<br />

en regelgeving.<br />

3 Gevoeligheid voor de pompputten Handhaven overeen gekomen <strong>Provincie</strong>,<br />

voor het aantrekken van<br />

gemeentelijk beleid ten aanzien van Gemeente<br />

verontreinigingen uit stedelijk onder meer bestrijdingsmiddelen<br />

gebied (waaronder restanten zoals benoemd in beleidskader<br />

bestrijdingsmiddelen).<br />

‘Schoon grondwater <strong>Utrecht</strong>se<br />

heuvelrug’<br />

Bewustwording burger t.a.v. gebruik Waterbedrijf,<br />

van stoffen zoals strooizout en Gemeente,<br />

bestrijdingsmiddelen in<br />

<strong>Provincie</strong><br />

grondwaterbeschermingsgebied.<br />

4 Slechte staat van de riolering van Nulsituatie rioleringsstelsel in beeld Gemeentes<br />

de gemeente De Bilt. Mogelijke brengen in grondwaterbeschermingsgebied<br />

De Bilt en<br />

beïnvloeding hierdoor van het<br />

met overlap in<br />

Zeist<br />

grondwater en (op termijn) mogelijk stedelijk gebied. Onderzoek naar<br />

effect op de winning.<br />

eventuele beïnvloeding van<br />

grondwater en mogelijke risico’s<br />

Voor de gemeente Zeist is de voor de winning. Voorstel is om dit<br />

riolering op orde.<br />

te doen middels een<br />

ouderdomskaart van de riolering.<br />

Bij eventuele risico-gebieden Gemeente<br />

(volgend uit vorige stap): Bij<br />

prioritering renovatiewerkzaamheden<br />

rekening houden met deze<br />

gebieden.<br />

5 Onvolledige weergave<br />

Grondwaterbescherming beter laten Gemeente<br />

beschermingszones/voorschriften in doorwerken in de<br />

de bestemmingsplannen van de bestemmingsplannen (juiste<br />

Technisch<br />

Beleidsmatig<br />

Beleidsmatig<br />

Beleidsmatig<br />

Technisch<br />

Beleidsmatig<br />

Beleidsmatig<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 33 - 10 juni 2011


gemeenten Zeist en De Bilt.<br />

weergave van begrenzingen en<br />

voorschriften).<br />

6 Te verwachten problemen met het<br />

Monitoren invoering beleid door<br />

<strong>Provincie</strong><br />

Beleidsmatig<br />

implementeren van het nieuwe<br />

gemeenten en specifiek hoeveel<br />

beleid rond gesloten KWO<br />

terugmeldingen van reeds<br />

systemen<br />

aangelegde gesloten KWO<br />

systemen gedaan worden.<br />

Algemene risico’s en maatregelen<br />

De huidige grondwaterbeschermingszones komen niet overeen met de meest recente<br />

inzichten ten aanzien van de intrekgebieden. De provincie is bezig om de<br />

beschermingszones aan te passen en de gewijzigde grenzen op te nemen in de nieuw<br />

op te stellen Provinciale Milieu Verordening (PMV) en Provinciale Ruimtelijke<br />

Verordening 23 . In samenhang hiermee dient een aantal vervolgacties te worden<br />

uitgevoerd door provincie, gemeenten en milieudiensten:<br />

- Beoordelen huidige bedrijfsactiviteiten in de uit te breiden beschermingszones in<br />

relatie tot de eisen vanuit de PMV.<br />

- Definiëren van overgangsbeleid voor bestaande bedrijven, dit wordt in het PMV<br />

uitgewerkt.<br />

- Bij RO processen die momenteel worden opgestart in de nieuwe gebieden waar<br />

mogelijk al anticiperen op de toekomstige status van deze gebieden.<br />

- (Her)beoordeling van de spoedeisendheid van de aanpak van aanwezige<br />

bodemverontreinigingen in de uit te breiden beschermingszones.<br />

- Verwerken van de wijzigingen van PMV in de bestemmingsplannen.<br />

De provincie is druk bezig om het overzicht van de aanwezige potentiële (spoed)locaties<br />

met bodemverontreinigingen te completeren en te beoordelen van de spoedeisendheid<br />

van locaties. Daarnaast geldt voor alle reeds als ‘spoed’ beoordeelde locaties dat de<br />

aanpak hiervan dient te worden gecontinueerd. Dit vergt blijvende aandacht van de<br />

provincie ten aanzien van de uitvoering van het bodemsaneringsprogramma.<br />

Wat betreft het onderdeel ‘Toezicht en handhaving’ is in het verleden al geconstateerd<br />

dat de taken en verantwoordelijkheden duidelijk zijn, maar dat er nog nader afspraken<br />

moeten worden gemaakt over de gewenste omvang van toezicht en handhaving bij de<br />

categorie 1 – 4 bedrijven binnen grondwaterbeschermingsgebieden. De provincie en<br />

betrokken overheden hebben inmiddels een concept-contract opgesteld met afspraken<br />

inzake de samenwerking, prioriteit handhaving en de gebiedsschouw (zie bijlage 7).<br />

Wat betreft mogelijke calamiteitensituaties ten aanzien van het gebruik van provinciale<br />

en rijkswegen, spoorwegen en transportleidingen (de laatste twee niet relevant voor<br />

<strong>Beerschoten</strong>) dienen calamiteitenplannen te worden beoordeeld op actualiteit en waar<br />

nodig te worden geactualiseerd. Ook dienen afspraken te worden gemaakt wat de<br />

inhoud van het calamiteitenplan moet zijn (wat is de definitie van een calamiteit en waar<br />

ligt welke bevoegdheid):<br />

- Is een calamiteitenplan aanwezig?<br />

- Is de informatie in dit calamiteitenplan voldoende voor een adequate bescherming<br />

van de drinkwaterbelangen?<br />

- Is het een integraal calamiteitenplan, is de afstemming tussen verschillende partijen<br />

gewaarborgd?<br />

23 De Provinciale Ruimtelijke Verordening is naar verwachting gereed op 1 januari 2013.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 34 - Definitief rapport


- Zo nee, welke verbeteringen dienen hierin te worden aangebracht?<br />

Voor alle verwachte (nieuwe) autonome ontwikkelingen binnen het 100 jaarszone geldt<br />

dat het belangrijk is om in een vroegtijdig stadium het grondwaterbeschermingsbelang<br />

mee te wegen bij de uitwerking van deze ontwikkelingen. Hiertoe dienen deze<br />

ruimtelijke ontwikkelingen minimaal jaarlijks te worden besproken en geactualiseerd<br />

tijdens het gebiedsgesprek.<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 35 - 10 juni 2011


5 GEBIEDSGERICHTE AANPAK<br />

5.1 Inleiding<br />

In juni 2010 is landelijk afgesproken dat de provincies in de komende jaren<br />

gebiedsdossiers opstellen voor de grond<strong>waterwinning</strong>en voor drinkwater. De provincies<br />

hebben hierin een regierol. De provincie <strong>Utrecht</strong> volgt de landelijke aanpak, maar<br />

hanteert wel een <strong>Utrecht</strong>s accent.<br />

<strong>Utrecht</strong> heeft de filosofie dat je er met een gebiedsdossier alleen nog niet bent, het<br />

proces erom heen met gebiedsgesprekken is minstens net zo belangrijk om<br />

grondwaterbescherming tot een stevig fundament te maken. Bescherming van<br />

kwetsbare winningen is een continu proces. De gebiedsaanpak is dat dus ook. Twee<br />

typische elementen van de <strong>Utrecht</strong>se aanpak zijn de gebiedsschouw en het<br />

signaleringsdiagram.<br />

Het signaleringsdiagram is primair een communicatie-tool. Het geeft snel een beeld hoe<br />

goed of hoe slecht het gaat met de winning. Het is een thermometer die elke drie jaar<br />

vernieuwd wordt.<br />

De gebiedsschouw is een rondgang door het gebied rond de winning om in praktijk te<br />

zien wat er aan de hand is in het gebied. Dit kan zijn bij bedrijven of particulieren, tijdens<br />

activiteiten en festiviteiten. De schouw vindt plaats in samenwerking met meerdere<br />

partijen, ieder vanuit hun eigen invalshoek, deskundigheid of bevoegdheid. De<br />

gebiedsschouw heeft zowel een element van toezicht, communicatie, voorlichting en<br />

onderzoek in zich. De gebiedsschouw vindt eens per vier jaar plaats onder regie van de<br />

provincie (zie verder paragraaf 3.2.1 onder ‘Toezicht en handhaving van bedrijven’).<br />

5.2 Gebiedsgesprekken<br />

Jaarlijks wordt er voor de winning <strong>Beerschoten</strong> een gebiedsgesprek georganiseerd. Aan<br />

de hand van de acht indicatoren (zie figuur 4.1) en de tabellen in dit hoofdstuk<br />

bespreken de betrokken partijen de (eerder vastgestelde en te actualiseren) knelpunten,<br />

ontwikkelingen, maatregelen en afspraken. Een voorbeeld van een jaarlijks terugkerend<br />

onderwerp is het grondwaterbeleid van de <strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug. Dit beleid is vastgelegd<br />

in de grondwatervisie. Onderwerpen voor het gebiedsgesprek is of het beleid concreet<br />

wordt toegepast en of het effectief is. Onderstaande tabellen bevatten een overzicht van<br />

de genodigden en verantwoordelijkheden. De gemaakte afspraken worden in bijlage 4<br />

toegevoegd aan het dossier in de vorm van de notulen van het gebiedsgesprek.<br />

De provincie <strong>Utrecht</strong> heeft de rol van gebiedscoördinator. De taken die bij deze rol horen<br />

zijn: bijhouden informatie over het gebied, jaarlijks organiseren en voorzitten<br />

gebiedsgesprek, het gebiedsdossier actualiseren, overzicht houden en voortgang<br />

bewaken uitvoering maatregelen en afspraken, adviseren over gewenste ruimtelijke<br />

ontwikkelingen in het gebied.<br />

Ook de andere organisaties spelen een belangrijke rol, denk aan gemeente,<br />

milieudienst, drinkwaterbedrijf en waterschap. Deze organisaties hebben taken en<br />

bevoegdheden in het gebied. Het gaat erom ieders taken en verantwoordelijkheden<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 36 - Definitief rapport


optimaal te benutten en samen te werken waar deze elkaar overlappen. Bij het toedelen<br />

van maatregelen, projecten of acties in de gebiedsaanpak is het principe dat de taak<br />

volgt naar gelang de wettelijke bevoegdheden en verantwoordelijkheden. De kosten<br />

voor de uitvoering van maatregelen komen in beginsel voor de partij die daarvoor<br />

beleidsverantwoordelijkheid draagt. Ook het drinkwaterbedrijf kan als belangrijke<br />

belanghebbende partij een bijdrage leveren. In de tabellen 5.1 en 5.2 zijn de<br />

organisatorische aspecten rond de gebiedsgesprekken <strong>Beerschoten</strong> nader uitgewerkt.<br />

Tabel 5.1. Gebiedsgesprekken <strong>Beerschoten</strong>: contactpersonen<br />

Organisatie Contactpersonen Contactpersonen<br />

<strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong><br />

Sandy Mensing Sandy.Mensing@provincie-utrecht.nl<br />

(gebiedscoördinator)<br />

Vitens Mark Elzerman Mark.Elzerman@vitens.nl<br />

Milieudienst Zuid Oost <strong>Utrecht</strong> Gonneke Cornelisse g.cornelisse@milieudienstzou.nl<br />

Gemeente Zeist Joost Burger j.burger@zeist.nl<br />

Gemeente De Bilt C. Hollebeek hollebeekc@debilt.nl<br />

Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden Dennis van de Waardt waardt.dgjc@hdsr.nl<br />

<strong>Utrecht</strong>s Landschap Hendrike Geessink Geessink@utrechtslandschap.nl<br />

Tabel 5.2. Gebiedsgesprek <strong>Beerschoten</strong>: organisatorische aspecten<br />

Onderdeel<br />

Invulling<br />

Frequentie<br />

Jaarlijks<br />

Organisatie<br />

<strong>Provincie</strong>, de gebiedscoördinator<br />

Verslaglegging en een jaarlijkse actualisatie van de digitale <strong>Provincie</strong><br />

versie van het gebiedsdossier (onder andere toevoegen van<br />

verslagen)<br />

Genodigden Zie tabel 5.1<br />

Belangrijkste agendapunten - de acht indicatoren uit figuur 4.1.<br />

- autonome ontwikkelingen (zie §3.4)<br />

- aanbevelingen, (potentiële) maatregelen en<br />

gemaakte afspraken (§4.2)<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 37 - 10 juni 2011


5.3 Afspraken<br />

De provincie kiest ervoor om het gebiedsdossier inclusief concept maatregelen niet<br />

formeel te laten vaststellen, maar ambtelijk in het gebiedsgesprek vast te stellen. Verder<br />

kiest de provincie ervoor om de consequenties voor organisaties in uren en middelen op<br />

management niveau vast te leggen. Dit betreft handhaving, toezicht, participeren in de<br />

gebiedsaanpak, deelnemen aan de gebiedsschouw. Er is dus geen behoefte om alle<br />

maatregelen en werkafspraken bestuurlijk vast te leggen. Wel is ervoor gekozen om<br />

besturen te informeren en over de voortgang te blijven informeren. De<br />

gebiedscoördinator bewaakt de voortgang en het is aan hem om niet nakoming van<br />

maatregelen zoals besproken binnen het gebiedsgesprek te agenderen en naar een<br />

hoger plan te tillen.<br />

Tabel 5.3. Opzet voor afsprakenlijst<br />

Maatregel Partij Verantwoordelijkheden<br />

Beschrijving <strong>Provincie</strong><br />

maatregel Gemeente<br />

Milieudienst<br />

Waterschap<br />

Geraamde inzet van middelen<br />

Tijdsbesteding<br />

Middelen<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 38 - Definitief rapport


Bijlage 1<br />

Literatuurlijst<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport 10 juni 2011


• Grontmij (2010) Bronnenonderzoek bestrijdings- en geneesmiddelen drinkwater<br />

<strong>Utrecht</strong>.<br />

• Trends en herkomst aangetroffen bestrijdingsmiddelen en geneesmiddelen in de<br />

winningen Bethunepolder, Woerden-Kamerik, Groenekan en Bunnik<br />

• Grontmij (2011, in voorbereiding) Handboek Grondwaterbescherming <strong>Provincie</strong><br />

<strong>Utrecht</strong><br />

• Kiwa (1999) Functieverweving en Duurzame Waterwinning REFLECT: bepaling van<br />

risico’s van functies voor grond<strong>waterwinning</strong>en<br />

• <strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong> (2007) Grondwaterplan <strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong> 2008-2013<br />

• RIVM (2007) <strong>Gebiedsdossier</strong>s voor drinkwaterbronnen, uitwerking van risico's en<br />

ontwikkeling van maatregelen<br />

• Royal Haskoning (2011, in voorbereiding) Beschermingszones drink<strong>waterwinning</strong>en<br />

in de provincie <strong>Utrecht</strong>, begrenzingen berekend<br />

• Tauw (2005) Grondwateratlas provincie <strong>Utrecht</strong><br />

• Tauw (2010) Handleiding <strong>Gebiedsdossier</strong>s <strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong><br />

• Tauw (2010) <strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>waterwinning</strong>en Bunnik en Vrumona, Informatie voor<br />

gebiedsgerichte grondwaterbescherming. In opdracht van <strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong><br />

• GroenHolland (1998) Nader bodemonderzoek fase I Stortplaats <strong>Beerschoten</strong> te De<br />

Bilt. In opdracht van <strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong>.<br />

• Grontmij (1996) Watersuppletie vijvers <strong>Beerschoten</strong>. Onderzoek naar alternatieven<br />

voor de watersuppletie van het sprengensysteem op het landgoed <strong>Beerschoten</strong> te<br />

De Bilt<br />

• Grontmij (1998) Evaluatieverslag Grondsanering de Holle Bilt 6 te De Bilt (Wbb-code<br />

UT0300012). In opdracht van <strong>Provincie</strong> <strong>Utrecht</strong><br />

• Hopman en Peters Holding B.V. (2001) Evaluatieverslag bodemsanering<br />

spoelwatervijver <strong>Beerschoten</strong> te De Bilt. In opdracht van Hydron<br />

• Kiwa (2000) Beïnvloeding ruwwaterkwaliteit <strong>Beerschoten</strong> door landbouwkundige<br />

activiteiten. In opdracht van Waterleidingbedrijf Midden Nederland<br />

• Wareco (2009) Leidraad afkoppelen en infiltreren op de <strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug;<br />

inventarisatie en afstemming<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 2 - Definitief rapport


Bijlage 2<br />

Kaarten in A3<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport 10 juni 2011


Zie losse kaarten<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 2 - Definitief rapport


Bijlage 3<br />

Toetsing waterkwaliteit<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport 10 juni 2011


Tabel Ruw waterkwaliteit <strong>Beerschoten</strong>.<br />

Overschrijdingen van stoffen in individuele winputten in de periode van 1990 tot en met<br />

2009.<br />

Parameter Eenheid Norm Overschrijding 75% Norm Overschrijding Tabel Wib Tabelomschrijving<br />

1,1,1-TCE - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

1,1,2,2-TCE - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

1,1,2-TCE ug/l 10 nee 7.5 nee Tabel II Som met Tetra tabel II<br />

1,1-DCE ug/l 1 nee 0.75 nee Tabel IIIc<br />

Gehalogeneerde alifatische<br />

koolw aterstoffen<br />

1,1-DCE2 - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

1,2-DCE - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Al ug/l 200 nee 150 nee Tabel IIIb<br />

Indicatoren –<br />

Organoleptische/ esthetische<br />

parameters<br />

Aldicarb - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Aldicarbsulfon - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Aldicarbsulfoxide - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Amidotrizoïnezuur - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Amitrol - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

AMPA - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Anionen - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Aromatische aminen - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

As ug/l 10 X 7.5 X Tabel II Chemische parameters<br />

Atrazin - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

B ug/l 500 nee 375 nee tabel II<br />

Ba - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

BAM ug/l 1 nee 0.75 nee Tabel IIIc *<br />

Bentazon ug/l 0.1 nee 0.075 nee Tabel II Chemische parameters<br />

Br - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Bromacil ug/l 0.1 nee 0.075 nee Tabel II Bestrijdingsmiddel<br />

Ca - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Cd ug/l 5 nee 3.75 nee Tabel II Chemische parameters<br />

Ce - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

CH4 - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Chloorfenolen - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Chloorthalonil - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Chloraat - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

cis 1,2-DCE ug/l 1 X 0.75 X Tabel IIIc<br />

Gehalogeneerde alifatische<br />

koolw aterstoffen<br />

Cl mg/l 150 X 112.5 X Tabel IIIa<br />

Indicatoren -<br />

Bedrijfstechnische parameters<br />

ClAFC - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Co - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

CO2 - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Cr - 50 nee 37.5 nee -<br />

CR2 - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Cu - 2000 nee 1500 nee -<br />

DCM ug/l 1 nee 0.75 nee<br />

DEET - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Desethylatrazin - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Desisopropylatrazin - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Dicamba - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Dichlobenil - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Diglyme - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Dikegulac - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Dinoseb - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Diuron ug/l 0.1 nee 0.075 nee Tabel II Chemische parameters<br />

DOC - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

EGV mS/m 125 nee 93.75 nee Tabel IIIa<br />

Ethoprofos - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

ETU - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

F - 1.1 nee 0.825 nee -<br />

Factor - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Fe mg/l 0.2 X 0.15 X Tabel IIIb<br />

Indicatoren –<br />

Organoleptische/ esthetische<br />

parameters<br />

Fenazon - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Fenol-index - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

FUH - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 2 - Definitief rapport


Geneesmiddelen - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Glufosinaat-ammonium - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Glyfosaat - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

HCO3 - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

HIT - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Isoproturon ug/l 0.1 nee 0.075 nee Tabel II Chemische parameters<br />

Jotalaminezuur - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

K - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Kationen - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

La - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Li - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

MBTE ug/l 1 nee 0.75 nee Tabel IIIc *<br />

MCE - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

MCPP ug/l 0.1 nee 0.075 nee Tabel II Chemische parameters<br />

Methabenzthiazuron ug/l 0.1 nee 0.075 nee Tabel II Pesticide<br />

Metolachloor - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Mg - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

MITC - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Indicatoren –<br />

Organoleptische/ esthetische<br />

Mn mg/l 0.05 X 0.0375 X Tabel IIIb parameters<br />

Mo - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Na mg/l 150 nee 112.5 nee Tabel IIIb<br />

Indicatoren –<br />

Organoleptische/ esthetische<br />

parameters<br />

Nd - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

NH4 mg/l 0.2 X 0.15 X Tabel IIIa<br />

Indicatoren -<br />

Bedrijfstechnische parameters<br />

Ni ug/l 20 nee 15 nee Tabel II Chemische parameters<br />

NO2 mg/l 0.1 nee 0.075 nee Tabel II Chemische parameters<br />

NO3 mg/l 50 nee 37.5 nee Tabel II Chemische parameters<br />

O2 - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

OClB - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

ONPB - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

o-PO4 - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Polyaromatische<br />

PAK ug/l 0.1 nee 0.075 nee Tabel II koolw aterstof<br />

PCB - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Pendimethalin - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Pentachloorfenol ug/l 0.1 nee 0.075 nee Tabel I,<br />

pesticide en ook tabel IIIC,<br />

(Chloor)fenolen<br />

per - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

pH - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Propoxur - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Rb - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

S - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Sa - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Sb - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Se - 10 nee 7.5 nee -<br />

SI - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Si2 - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Simazin - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Indicatoren –<br />

Organoleptische/ esthetische<br />

SO4 mg/l 150 nee 112.5 nee Tabel IIIb parameters<br />

Sr - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

TAC - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

TCE - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

TCM ug/l 1 nee 0.75 nee Tabel IIIc<br />

Gehalogeneerde alifatische<br />

koolw aterstoffen<br />

TCM2 - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

TH - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

tot. CN - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

trans 1,2-DCE ug/l 1 nee 0.75 nee Tabel IIIc<br />

Gehalogeneerde alifatische<br />

koolw aterstoffen<br />

Tritium - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

U - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

V - geen norm n.v.t. - n.v.t. - -<br />

VAK - - n.v.t. - n.v.t. - -<br />

Zn - 3000 nee 2250 nee -<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 3 - 10 juni 2011


Bijlage 4<br />

Notulen gebiedsgesprekken<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport 10 juni 2011


Bijlage 5<br />

Begrippenlijst<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport 10 juni 2011


Begrippenlijst<br />

50-jaarszone<br />

De 50 jaarzones zijn zones waarbinnen geen KWO-systemen mogen worden<br />

aangelegd. Dit vanwege de risico’s die open KWO-systemen geven voor de<br />

drink<strong>waterwinning</strong>. De grens van de 50-jaarszone wordt bepaald door de grootste<br />

projectie van de punten per goeddoorlatende laag, van waaraf het grondwater een<br />

periode van 50 jaar of minder nodig heeft om de pompputten te bereiken. Er kan dus<br />

een aparte 50-jaarszone voor de eerste- en een aparte voor de tweede<br />

goeddoorlatende laag worden afgeleid.<br />

100-jaarsaandachtsgebied<br />

De 100 jaar aandachtsgebieden zijn ingesteld rond kwetsbare winningen op plaatsen<br />

waar het algemene beschermingsniveau onvoldoende is voor de drink<strong>waterwinning</strong>.<br />

Hierbinnen richt het provinciale beleid zich op stimulering, samenwerking, ruimtelijk<br />

beleid, wordt extra prioriteit / aandacht gegeven aan bestaande bodemverontreinigingen<br />

en wordt extra aandacht gegeven aan handhaving van de algemene beschermende<br />

regels. Het 100-jaarsaandachtsgebied is een 2-dimensionale zone aan het maaiveld.<br />

Binnen dit gebied is de reistijd vanaf maaiveld naar de <strong>waterwinning</strong> 100 jaar of minder.<br />

Het gebied binnen de 100-jaarszone, dat buiten het grondwaterbeschermingsgebied en<br />

(eventueel) de boringsvrije zone ligt, is het 100-jaarsaandachtgebied.<br />

100-jaarszone<br />

De 100-jaarszone betreft het waterwingebied + grondwaterbeschermingsgebied +<br />

(eventueel) de boringsvrije zone + het 100-jaarsaandachtsgebied. Binnen deze zone is<br />

de reistijd vanaf maaiveld naar de winning 100 jaar of minder.<br />

Bepompte pakket<br />

Het watervoerende pakket waaruit grondwater onttrokken wordt.<br />

Deklaag<br />

De laag grond die zich tussen het maaiveld en het 1 e watervoerende pakket bevindt.<br />

Diffuse bronnen<br />

Dit zijn bronnen met een relatief groot oppervlak zoals de toepassing van<br />

bestrijdingsmiddelen in de fruitteelt.<br />

Freatisch water<br />

Water afkomstig uit een niet afgesloten watervoerend pakket.<br />

Grondwaterbeschermingsgebied<br />

Met de term ‘grondwaterbeschermingsgebied’ duiden wij de zone aan die zich uitstrekt<br />

van het waterwingebied tot de aan maaiveld geprojecteerde verblijftijdlijn van 25 jaar in<br />

het watervoerende pakket waaruit wordt onttrokken. Er is om twee redenen gekozen<br />

voor een verblijftijd van 25 jaar. Allereerst biedt een dergelijk lange periode de<br />

mogelijkheid om in te grijpen als zich een verontreiniging voordoet. Daarnaast werd<br />

deze periode nodig geacht om alternatieven voor een winning te ontwikkelen, wanneer<br />

de bedreiging toch te groot zou worden.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 2 - Definitief rapport


Intrekgebied vanaf maaiveld<br />

Het aaneengesloten gebied waarbinnen grondwater vanaf maaiveld in de winning<br />

terecht komt. Het intrekgebied is daarmee gelijk aan het ‘voedingsgebied’ van de<br />

winning. Inzicht in de ligging van dit gebied is nodig om het provinciale instrument van<br />

voorkantsturing effectief in te zetten voor het verminderen van risico’s voor de<br />

grondwaterkwaliteit.<br />

KaderRichtlijn Water (KRW)<br />

Europese richtlijn met betrekking met als doel het verkrijgen van een goede toestand<br />

voor kwantiteit en kwaliteit van grond- en oppervlaktewater.<br />

Kwetsbaarheid winning<br />

De kwetsbaarheid van een winning is met name afhankelijk van de minimale,<br />

gemiddelde en maximale verblijftijd van het water (dus ook de verblijftijdspreiding), de<br />

bodemopbouw en bodemgeochemie cq. grondwaterkwaliteit.<br />

Lijnbronnen<br />

Dit zijn bronnen met een grote lengte. Hierbij kan gedacht worden aan<br />

grondwaterverontreinigingen die het gevolg zijn van het gebruik van<br />

onkruidbestrijdingsmiddelen langs spoorwegen of gerelateerd is aan (vracht)auto<br />

verkeer.<br />

Potentiele bodemverontreiniging<br />

Een locatie waarbij er, vanwege het historische bodemgebruik, kans is op een<br />

bodemverontreiniging. Bijvoorbeeld ter plaatse van een gedempte sloot en een<br />

voormalige chemische wasserij. Of er daadwerkelijk sprake is van een verontreiniging is<br />

nog onbekend.<br />

Puntbronnen<br />

Puntbronnen zijn bronnen die een zeer beperkt deel van het oppervlak betreffen. Hierbij<br />

kan gedacht worden aan bodemverontreinigingen of lozingen<br />

Reflect<br />

Reflect is een risicobeoordelingsmethodiek waarmee het totale risico van (verschillende<br />

vormen van) grondgebruik voor een grond<strong>waterwinning</strong> kan worden geschat. Het gaat<br />

om relatieve risico’s waarmee ruimtelijke differentiatie inzichtelijk wordt gemaakt en<br />

waarmee een afweging kan worden gemaakt bij functieverandering (is er sprake van<br />

verbetering of verslechtering?). Binnen Reflect heeft het risico betrekking op de kwaliteit<br />

van de grondstof voor de drinkwatervoorziening. Dit wordt uitgedrukt in een relatieve<br />

kans op een verontreiniging per type grondgebruik (functiegerelateerde belasting,<br />

gebaseerd op scores voor diffuse belasting, calamiteiten en handhaafbaarheid). Reflect<br />

is vooral bedoeld voor ‘eenvoudige’ situaties en geeft inzicht in het type risico en of er<br />

sprake is van een (kwalitatieve) verbetering of verslechtering. Het is daarmee voor<br />

gemeenten een handzaam instrument.<br />

Ruwwater en reinwater<br />

Ruwwater is het grondwater dat onttrokken wordt door de winning en de grondstof vormt<br />

voor het afgeleverde drinkwater. Dit ruwwater wordt behandeld en gezuiverd. Dit<br />

afgeleverde drinkwater wordt ook wel reinwater genoemd.<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 3 - 10 juni 2011


Verblijftijd<br />

De tijd die het grondwater nodig heeft om vanaf een bepaald punt naar de winning toe te<br />

stromen.<br />

Waterwingebied<br />

Binnen het grondwaterbeschermingsgebied wordt als aparte zone het waterwingebied<br />

onderscheiden. Deze zone omvat de winputten en de directe omgeving.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 4 - Definitief rapport


Bijlage 6<br />

Beleid en regelgeving<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport 10 juni 2011


Overzicht beleid en regelgeving 24<br />

Per verantwoordelijke overheid wordt in onderstaande tabel de relevante wetgeving en de uitwerking daarvan in de praktijk naar plannen,<br />

verordeningen en vergunningen weergegeven. Het doel van dit overzicht is het bieden van inzicht in de mogelijkheden en beperkingen van de<br />

verschillende wettelijke kaders en het constateren van eventuele leemtes in de huidige uitwerking in de praktijk voor het beschouwde gebied.<br />

Tabel 6.1. Overzicht relevante wetgeving en beleidsplannen, verordeningen en vergunningen ten aanzien van provincie, gemeente en Rijk<br />

Overheid Wet Plannen<br />

Verordeningen<br />

Vergunningverlening<br />

Huidige Aanduiding<br />

Rijk<br />

Drinkwaterwet Regels en kaders voor een duurzame<br />

veiligstellen van de drinkwatervoorziening<br />

Wet bodembescherming Algemene regels<br />

<strong>Provincie</strong> Kaderrichtlijn Water, Stroomgebiedskarakterisering,<br />

Grondwaterlichamen met onttrekking voor<br />

geïmplementeerd in<br />

Beheersplan menselijke consumptie<br />

Waterwet en Wet<br />

Maatregelen-programma<br />

milieubeheer<br />

Wet ruimtelijke ordening Structuurvisie<br />

Planologische bescherming<br />

Waterwet<br />

Provinciale ruimtelijke<br />

beschermingszones.<br />

Wet milieubeheer<br />

verordening<br />

Stand-still benadering.<br />

Provinciaal Waterplan<br />

Doorwerking naar gemeentelijke<br />

Milieubeleidsplan<br />

structuurvisies en bestemmingsplannen.<br />

Preventie via verbodsbepalingen in de PMV<br />

Wet milieubeheer<br />

Grondwaterplan <strong>Utrecht</strong> Waterwingebied<br />

Grondwaterbeschermingsgebied (25-<br />

jaarszone in bepompt pakket), 50-jaarszone<br />

(i.v.m. KWO)<br />

Provinciale milieuverordeniing Waterwingebied.<br />

<strong>Utrecht</strong> en<br />

Grondwaterbeschermingsgebied.<br />

Betekenis Bescherming<br />

Hoge kwaliteit van het drinkwater. Leveringszekerheid.<br />

Administratief, rapportage eenheid.<br />

Op onttrekkingspunt moet worden voldaan aan<br />

kwaliteitseisen.<br />

Bevorderen van RO functies die bijdragen aan kwalitatief<br />

goed grondwater.<br />

Stellen van voorwaarden aan RO functies ter verkleining<br />

risico grondwaterverontreiniging. Weren van functies<br />

met risico op grondwaterverontreiniging.<br />

Verbod/beperking risicovolle activiteiten/bedrijven.<br />

Vastlegging begrenzing beschermingszones.<br />

Instructie- en verbodsbepalingen voor activiteiten binnen<br />

24 Deze bijlage is mede gebaseerd op de inleiding en handleiding voor de <strong>Gebiedsdossier</strong>s voor Overijssel (Royal Haskoning, 2010).<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong> 9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport 10 juni 2011


Overheid Wet Plannen<br />

Huidige Aanduiding<br />

Betekenis Bescherming<br />

Verordeningen<br />

Vergunningverlening<br />

uitvoeringsbesluiten<br />

Grondwaterbescherming<br />

100-jaarsaandachtsgebied.<br />

Boringsvrije zone.<br />

waterwingebieden, grondwaterbeschermings-gebieden<br />

en boringsvrije zones.<br />

Vergunningverlening en<br />

Vergunningplichtige inrichtingen: regels in de PMV<br />

handhaving<br />

Gemeente Wet ruimtelijke ordening Bestemmingsplan<br />

Planologische bescherming van de<br />

beschermingszones<br />

Vastleggen van het ruimtegebruik (rechtsgeldig).<br />

Structuurvisie<br />

Planologische bescherming van de<br />

Strategische afstemming tussen functies.<br />

beschermingszones<br />

Wet milieubeheer<br />

Vergunningverlening en<br />

handhaving<br />

Vergunningplichtige inrichtingen:<br />

regels in de PMV<br />

Waterwet Waterplan Verbeteren van de kwaliteit en de kwantiteit van gronden<br />

oppervlaktewater op gemeentelijk niveau<br />

Waterschap Waterwet Waterbeheerplan Bevat doelen en (KRW) maatregelen<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB <strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 2 - Definitief rapport


Bijlage 7<br />

Concept afspraken over adequate<br />

grondwaterbescherming<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport 10 juni 2011


Concept afspraken over adequate grondwaterbescherming<br />

Inleiding<br />

Om de bescherming van het grondwater adequaat te maken voor de drink<strong>waterwinning</strong><br />

(naam gebied) is het nodig dat tussen partijen een afspraak wordt gemaakt over de<br />

adequate grondwaterbescherming.<br />

De adequate bescherming betreft de volgende elementen:<br />

• Het effectueren van de ruimtelijke ordening in het waterwingebied,<br />

grondwaterbeschermingsgebied en het 100-jaarsaandachtsgebied conform het/de<br />

bestemmingsplan(nen)<br />

• Het effectueren van de PMV-regels (verbodsregels, algemene voorschriften,<br />

instructieregels voor gemeenten)<br />

• Het effectueren van de generieke milieuregels (Besluit bodemkwaliteit, Nederlandse<br />

Richtlijn bodembescherming, Waterwet, regels inzake lozingen etc) voor zover<br />

relevant voor de bescherming van het (grond)water voor de drink<strong>waterwinning</strong>:<br />

• In de beschermingszones van deze winning;<br />

• Inzake het oppervlaktewater, zulks voor zover van belang voor zover dit water<br />

direct of indirect de kwaliteit van het grondwater kan beïnvloeden dat dient of kan<br />

dienen voor de onttrekking ten behoeve van drinkwater<br />

Deze bijlage<br />

Deze bijlage bevat een opzet voor het maken van afspraken over de inzet voor een<br />

adequate bescherming. Over dit voorstel worden later definitief afspraken gemaakt en<br />

vastgelegd op managementniveau. Er is dus nog na afronding van het gebiedsdossier<br />

(naam gebied) de mogelijkheid om deze afspraken aan te passen en zonodig te<br />

concretiseren.<br />

Partijen:<br />

De partijen (met de daaraan gerelateerde taken) zijn:<br />

1. De gemeenten c.q. de milieudiensten belast met:<br />

• de handhaving van de regels van de PMV (gemeentelijke inrichtingen);<br />

• de toepassing van instructieregels uit de PMV resp. een adequate behandeling<br />

van melding van het Activiteitenbesluit waarmee rekening wordt gehouden met<br />

de aanvullende PMV-regels;<br />

• Het toezicht op de uitvoering van het/de bestemmingsplan(nen).<br />

2. De provincie <strong>Utrecht</strong> belast met:<br />

• De handhaving van de PMV-regels voor activiteiten buiten inrichtingen en regels<br />

voor de provinciale inrichtingen;<br />

• De provincie <strong>Utrecht</strong> belast met de toepassing van de toepasselijke PMV-regels:<br />

de verbodsregels en de algemene voorschriften al dan niet met een<br />

meldingsplicht voor de provinciale inrichtingen en de activiteiten buiten<br />

inrichtingen.<br />

3. Het waterschap als bevoegd gezag voor de regels:<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 2 - Definitief rapport


• inzake het oppervlaktewater, zulks voor zover van belang voor zover dit water<br />

direct of indirect de kwaliteit van het grondwater kan beïnvloeden dat dient of kan<br />

dienen voor de onttrekking ten behoeve van drinkwater;<br />

• in verband met het grondwater (hemelwater, lozingen, onttrekkingen), zulks voor<br />

zover die regels effecten hebben of kunnen hebben voor de kwaliteit van het<br />

grondwater dat dient of kan dienen voor de onttrekking ten behoeve van<br />

drinkwater<br />

De partijen spreken af:<br />

Inzake de samenwerking<br />

Met elkaar samen te werken bij de uitvoering van hun taken door middel van:<br />

• Het uitwisselen van informatie over de eigen uitvoering en/of om de andere partij(en)<br />

bij zijn/hun inzet te ondersteunen<br />

• Uitwisselen van ervaringen en de uitvoering van de gemaakte afspraken in het<br />

jaarlijkse gebiedsgesprek<br />

• Het met regelmaat uitoefenen van een gebiedsschouw op basis van de in het<br />

gebiedsgesprek aangegeven prioriteiten<br />

• Het maken van een afspraak over de wijze waarop partijen elkaar informeren in<br />

geval van calamiteiten nabij de drink<strong>waterwinning</strong><br />

Inzake prioriteit handhaving<br />

1. Bij de uitoefening van ieders handhavingstaak en in de communicatie met<br />

doelgroepen prioriteit te geven of extra aandacht te geven aan de<br />

beschermingsgebieden, ondermeer door een extra score toe te kennen aan de<br />

controlefrequentie bij bedrijven gelegen in het grondwaterbeschermingsgebied<br />

Naam gebied en een bonus-malus-systeem te hanteren<br />

2. Bij de uitoefening van ieders handhavingstaak en in de communicatie met<br />

doelgroepen met name aandacht te geven aan de volgende onderwerpen, zulks<br />

voor zover passend binnen de eigen bevoegdheden:<br />

• Bestrijdingsmiddelengebruik<br />

• Het treffen van bodembeschermende voorzieningen bij cat. 1 en 2 inrichtingen<br />

met bodembedreigende activiteiten<br />

• De risico’s i.v.m. calamiteiten en de daartoe benodigde zorgvuldigheid die van<br />

ieder mag worden verwacht<br />

• De verboden en regels op het gebied van boringen en bodemenergie<br />

• De risico’s van lozingen en de verboden en regels inzake afkoppelen van<br />

hemelwater<br />

• Nader in het gebiedsgesprek aangegeven aandachtspunten<br />

Inzake de gebiedsschouw<br />

1. Bij de gebiedsschouw wordt gezamenlijk op basis van een afgesproken stramien<br />

samengewerkt in de beschermingszones en voor zover nodig daarbuiten gelegen<br />

locaties middels controles, in beeld brengen van activiteiten en de toepassing van de<br />

relevante regels en het onder de aandacht brengen van die regels en het te<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

Definitief rapport - 3 - 10 juni 2011


eschermen belang, alsmede van alternatieven voor bodembedreigende activiteiten<br />

waarmee risico’s worden beperkt en duurzame bescherming ontstaat;<br />

2. bij de gebiedsschouw en overige samenwerking worden waar zulks de effectiviteit<br />

bevordert ook andere partijen betrokken, zoals de Algemene Inspectie Dienst en het<br />

Drinkwaterbedrijf (naam bedrijf)<br />

Inzake de PMV<br />

Bij de toepassing van de PMV bewaken partijen de nakoming van de verbodsregels, de<br />

juiste vertaling van de instructieregels, de adequate behandeling van meldingen en<br />

toepasselijkheid van algemene voorschriften en het elkaar voldoende informeren<br />

hierover, met de intentie om na vernieuwing van de regels van de PMV deze afspraken<br />

te concretiseren.<br />

9V8070.B0/R00001/902344/DenB<br />

<strong>Gebiedsdossier</strong> <strong>Beerschoten</strong><br />

10 juni 2011 - 4 - Definitief rapport

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!