11.05.2014 Views

Modulair 2 - Open Universiteit Nederland

Modulair 2 - Open Universiteit Nederland

Modulair 2 - Open Universiteit Nederland

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Tekst: Frans Bogaert Beeld: Chris Peeters<br />

Toename onderzoek vraagt om centraal gecoördineerde aanpak<br />

<strong>Open</strong> <strong>Universiteit</strong><br />

start Graduate School<br />

Het wetenschappelijk onderzoek bij de<br />

OU neemt instellingsbreed toe en de<br />

ambitie is dat dit nóg meer groeit. Naast<br />

promotie-onderzoeken van medewerkers<br />

en aio-onderzoeksplaatsen ligt het in de<br />

bedoeling om meer buitenpromovendi<br />

binnen te halen. De toenemende onderzoeksinitiatieven<br />

vragen tegelijkertijd<br />

om het bundelen van de good practices.<br />

Bij de OU staat wetenschappelijk onderzoek<br />

voor een groot deel in dienst van de vernieuwing<br />

van het hoger onderwijs. Daarnaast<br />

geldt voor faculteiten de regel van 20 procent<br />

onderzoekstijd (ook) ten behoeve van<br />

vakgericht onderzoek. Sinds het bestaan in<br />

2003 van de <strong>Nederland</strong>s-Vlaamse Accreditatie<br />

Organisatie (NVAO) is het belang van facultair<br />

onderzoek echter alleen maar toegenomen.<br />

Dat namelijk is één van de eisen van de NVAO,<br />

wil een wo-opleiding in aanmerking komen<br />

voor accreditatie. En dát keurmerk heeft een<br />

universiteit nodig om in aanmerking te komen<br />

voor overheidsfinanciering en het recht tot het<br />

afgeven van erkende diploma’s. Vooral binnen<br />

de wetenschappelijke staf van faculteiten heeft<br />

dat geleid tot toename van PhD-trajecten, zowel<br />

in de vorm van eigen promoties alsook onderzoeksplaatsen<br />

voor aio’s. Van meer recente<br />

datum is de heropleving van het fenomeen<br />

buitenpromovendus, waarbij studenten kunnen<br />

promoveren naast werk of zorgtaken. Inmiddels<br />

is het doctoraatsprogramma van de OU – zo’n<br />

100 actuele promotieplaatsen – ook ingebed in<br />

de promotiefinanciering van <strong>Nederland</strong>se<br />

10 <strong>Open</strong> <strong>Universiteit</strong><br />

<strong>Modulair</strong> 29 oktober 2010<br />

<strong>Modulair</strong> sprak met de zojuist<br />

benoemde decaan van de nieuwe<br />

Graduate School, prof. dr. Lilian Lechner,<br />

(op foto) tevens hoogleraar psychologie.<br />

Wat biedt de OU zoal aan buitenpromovendi?<br />

– academisch klimaat<br />

– participatie in onderzoeksgroep<br />

– samenwerking met een co-promotor<br />

– wetenschappelijke begeleiding van<br />

promotor (hoogleraar)<br />

– een (deels verplicht) scholingsprogramma<br />

– toegang tot (online) bibliotheken<br />

universiteiten. De toenemende onderzoeksinitiatieven<br />

vragen nu om een centraal<br />

gecoördineerde aanpak. Vandaar de oprichting,<br />

onlangs per 1 september, van een<br />

Graduate School als integrale infrastructuur.<br />

Wat gaat de Graduate School precies doen?<br />

‘De Graduate School zal vooral randvoorwaardelijk<br />

en coördinerend opereren. Waar<br />

de faculteiten en onderzoeksafdelingen<br />

zélf de feitelijke promoties begeleiden,<br />

zal de Graduate School zich richten op<br />

integrale kwaliteitszorg, het bieden van<br />

voorzieningen zoals scholing en leeromgevingen,<br />

monitoring. Samen met de Raad<br />

van decanen zal het faculteitsoverstijgend<br />

onderzoeksbeleid worden bepaald. De<br />

Graduate School is tevens platform voor<br />

het uitwisselen van ervaringen tussen faculteiten,<br />

het Centre for Learning Sciences<br />

and Technologies en het Ruud de Moor<br />

Centrum. Overigens gaan wij, in het kader<br />

van de internationalisering, de onderzoekstrajecten<br />

tweetalig aanbieden.’<br />

Wat is de actuele stand van zaken?<br />

‘Op dit moment inventariseren we binnen<br />

faculteiten wat er aan extra onderzoek<br />

wordt gedaan: met hoeveel buitenpromovendi<br />

zijn ze bezig? Hoe faciliteren ze dat?<br />

Welke hoogleraren heb je daarbij nodig?<br />

Is er zicht op interesse van alumni? Wat zijn<br />

de good practices? Dat willen we vervolgens<br />

naar een groter plan trekken.’<br />

Wat is jouw eerste indruk?<br />

‘Het onderzoek is de laatste jaren al stevig<br />

ingeweven in de bachelor- en masteropleidingen.<br />

Nu de OU zich nog meer wilt<br />

profileren als ook een disciplinaire onderzoeksuniversiteit,<br />

ligt het doortrekken naar<br />

promotietrajecten voor de hand. Je ziet<br />

ook nu al dat masterstudenten participeren<br />

in onderzoek van aio’s, kijk bijvoorbeeld<br />

naar de faculteiten Psychologie en<br />

Managementwetenschappen. Ook de groep<br />

buitenpromovendi Bestuurskunde van<br />

prof. Arno Kosten is een goed voorbeeld.<br />

OU-studenten, met typische kenmerken<br />

als grote zelfredzaamheid en discipline, en<br />

vertrouwd met kritisch afstudeeronderzoek,<br />

zijn daartoe vaak uitstekend toegerust.<br />

Binnen mijn eigen faculteit komen wekelijks<br />

e-mails binnen van studenten die geïnteresseerd<br />

zijn in promotieonderzoek.’<br />

Beschikt de OU over middelen om deze extra<br />

promotietrajecten te financieren?<br />

‘Wij krijgen voor onderzoek ook nu al subsidie.<br />

Vergeet niet dat faculteiten 20 procent van de tijd<br />

reserveren voor onderzoek. Wat je feitelijk doet, is<br />

planmatig anticiperen op succesvol en rendabel<br />

onderzoek. Dat is dus ook een kwestie van goede<br />

bedrijfsvoering, waartoe ook het verrekenen van<br />

overheidssubsidies hoort. Eerlijk is eerlijk: eerst<br />

moet er aantoonbaar succes zijn. Maar, faculteiten<br />

respectievelijk hoogleraren willen natuurlijk graag<br />

aan onderzoek in hun vakgebied doen. We denken<br />

tevens aan tweede en derde geldstromen<br />

(respectievelijk komend van zelfstandige publieke<br />

organisaties zoals de NWO, dan wel uit private<br />

projecten; red.). Ook daar zijn al goede voorbeelden<br />

van zoals het door de EU gefinancierde project<br />

TenCompetence van CELSTEC. Voor de duidelijkheid:<br />

het budget blijft een aangelegenheid<br />

van faculteiten en onderzoeksafdelingen zelf.’<br />

Wordt van buitenpromovendi een eigen<br />

financiële bijdrage gevraagd?<br />

‘De algemene regel is dat buitenpromovendi<br />

geen inschrijvingskosten betalen.’<br />

Buitenpromovendi zou je als de high potentials<br />

binnen het afstandsonderwijs kunnen typeren.<br />

Hoe vindt selectie plaats?<br />

‘Op dit moment bekijken we binnen de faculteiten<br />

welke procedures zij reeds ontwikkeld<br />

hebben. Daar zijn al goede mechanismen bedacht.<br />

In grote lijn rust de selectie op een aantal pijlers.<br />

Studenten worden eerst kritisch bevraagd op<br />

zaken als: haalbaarheid van het vierjarige traject,<br />

beschikbaarheid van respondenten en data, de<br />

wetenschappelijk state of the art, de haalbaarheid<br />

in praktische zin zoals met betrekking tot<br />

privé-omstandigheden, werk en beschikbare tijd.<br />

Vervolgens wordt de student gevraagd om, onder<br />

begeleiding, binnen zes tot twaalf maanden een<br />

onderzoeksplan op te leveren. Als dat is goedgekeurd,<br />

dan heeft de promovendus-in-spe een<br />

goede kans op een succesvol promotietraject.’<br />

Over onderzoek door buitenpromovendi publiceerde<br />

<strong>Modulair</strong> eerder reeds artikelen/interviews: <strong>Modulair</strong> 8,<br />

juli 2010 (pagina’s 14-15, 26); <strong>Modulair</strong> 5, maart 2010<br />

(pagina 28) en <strong>Modulair</strong> 8, juli 2009 (pagina 14-15).<br />

U kunt deze artikelen ook raadplegen in het digitale<br />

archief: www.ou.nl/modulair.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!