Download - Gemeente Olst-Wijhe

Zienswijzen 41
nen altijd inpandig plaats te vinden, omdat er dan weinig tot geen ruimtelijke nadelige
gevolgen zijn. Daarom is bepaald dat nevenactiviteiten in de bestaande bebouwing
dient plaats te vinden. De bij recht toegestane nevenactiviteiten zijn altijd uitwisselbaar,
omdat gestuurd wordt op oppervlaktebebouwing en ruimtelijke uitstraling. De zienswijze
is op dit punt ongegrond.
3. Het gaat niet alleen om de ontwikkelingen die zich in een planperiode voor doen, maar
ook om het mogelijk maken van de door de gemeente wenselijk geachte ontwikkelingen.
Wij vinden het niet wenselijk dat bij een woonbestemming extra wordt bijgebouwd
dan er feitelijk al staat of mag staan (maximaal 100 m² aan bijgebouwen). Dit om verstening
van het buitengebied te voorkomen. Het spreekt voor zich dat agrarische bedrijven
anders worden beoordeeld dan woonbestemmingen. De zienswijze is op dit punt
ongegrond.
4. Ook wij vinden het belangrijk dat het buitengebied leefbaar blijft. Daarom zijn onder
een woonbestemming ook beroepen-aan-huis mogelijk en nevenactiviteiten met een
kleine ruimtelijke impact. Bepaalde nevenactiviteiten kunnen een dermate grote ruimtelijke
impact hebben dat deze niet onder een woonbestemming passen. Derhalve verlenen
wij geen medewerking aan het vergroten van het maximum op te richten bebouwing.
Wel kan onder de voorwaarden van vergunningvrij bouwen extra bebouwing worden
opgericht. De zienswijze is op dit punt ongegrond.
Conclusie
1. Het bestemmingsplan behoeft geen aanpassing.
2. Het bestemmingsplan behoeft geen aanpassing.
3. Het bestemmingsplan behoeft geen aanpassing.
4. Het bestemmingsplan behoeft geen aanpassing.
Adviesbureau RBOI 015000.15601.00
Rotterdam / Middelburg