Download - Gemeente Olst-Wijhe

Zienswijzen 37
24.
Samenvatting
Deze zienswijze heeft betrekking op Engeweg 3 en reclamant heeft de volgende opmerkingen
over dit perceel.
1. Reclamant verzoekt om verruiming van het bouwvlak tot 1,5 ha. Op 26 oktober 2010
heeft reclamant een milieuvergunning ontvangen voor het houden van 290 zeugen en
2.700 vleesvarkens. Deze plannen zullen in 2012 worden gerealiseerd. Daarmee is meer
dan 60% van het bouwvlak volgebouwd. Vervolgens wil reclamant het bedrijf ontwikkelen
tot een bedrijf van 500 zeugen en 4.500 vleesvarkens. Ter onderbouwing is een
berekening V-stacks en een plattegrond met de gewenste verruiming bijgevoegd.
2. De dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 2' is opgenomen op basis van
archeologiekaarten die zijn samengesteld op basis van historische informatie. Op het
bouwvlak is als gevolg van de bouwwerkzaamheden de grond dermate geroerd, dat er
geen sprake meer zal zijn van archeologische waarden. Reclamant verzoekt derhalve de
'Waarde - Archeologie - 2' te verwijderen van het bouwvlak. Ook de cultuurgronden zijn
al decennia intensief in gebruik als landbouwgrond. Door het intensieve gebruik zijn
eventueel aanwezige archeologische waarden inmiddels verdwenen. Daarom ook het
verzoek de 'Waarde - Archeologie' te verwijderen van de cultuurgronden.
Beantwoording
1. Bouwvlakverschuivingen en -vergrotingen voor intensieve veehouderijen dienen te worden
beoordeeld op de haalbaarheid van het verzoek. Dit kan op basis van een reeds
aangevraagde of verleende omgevingsvergunning voor het onderdeel milieu. Daarnaast
is het mogelijk om door middel van aanvullende gegevens inzicht te verschaffen in de
haalbaarheid van het verzoek. Bovendien zal een dergelijke uitbreiding in dierenaantallen
naar onze mening mer-beoordelingsplichting zijn. Omdat er geen gegevens voor de
uitbreiding zijn aangeleverd, kunnen wij het verzoek niet beoordelen. De zienswijze is
op dit punt ongegrond.
2. Vanuit bestaande wet- en regelgeving is de gemeente verplicht om de bestaande
archeologisch waarden en verwachtingswaarden te beschermen. Uit de zienswijze wordt
niet geheel duidelijk waar de grond precies geroerd is. Ook al is de grond geroerd, dan
betekent dat niet dat de archeologische waarden daarmee 'verdwenen zijn. Het is
daarom ook niet vast te stellen dat er geen archeologische waarden zijn en daarom
wordt de bestemming niet verwijderd. Het kan namelijk best zijn dat er tot 1 m diep
geroerd is, terwijl er waarden op 3 m kunnen liggen. Door het verwijderen van de dubbelbestemming
zijn de waarden op 3 m meteen ook niet meer beschermd. Mocht uit
nadere stukken blijken dat de archeologische verwachtingswaarde bijgesteld moet worden,
dan biedt het bestemmingsplan de mogelijkheid om de waarde aan te passen door
middel van een wijzigingsplan.
Conclusie
1. Het bestemmingsplan behoeft geen aanpassing.
2. Het bestemmingsplan behoeft geen aanpassing.
Adviesbureau RBOI 015000.15601.00
Rotterdam / Middelburg