Download - Gemeente Olst-Wijhe

Zienswijzen 149
105.
Samenvatting
Deze zienswijze heeft betrekking op Leugenshorst 5 en reclamant heeft de volgende opmerkingen
over dit perceel.
1. In de cultuurhistorische atlas van de provincie Overijssel staan niet alleen de huidige,
maar ook de gesloopte objecten vermeld, waarvan nog resten in de bodem aanwezig
zijn. Al deze objecten worden aangeduid als watererfgoed. Deze verwijzing ontbreekt in
het ontwerpplan.
2. Bij artikel 1 Begrippen onder 1.40 Cultuurhistorische waarden, wordt helaas geen aandacht
besteed aan militair-historisch erfgoed, in dit geval de verdedigingswerken van de
IJssellinie. Hier zou de definitie van verdedigingswerken als militair-historisch erfgoed
moeten worden vermeld.
3. Bij artikel 4 Agrarisch met waarden - landschapswaarden moet de opmerking worden
gemaakt dat niet alle objecten van de IJssellinie liggen op agrarische gronden. Ook de
term geschutskoepels dekt niet de benaming van alle nog aanwezige militaire verdedigingswerken
en andere militair-historische infrastructuur.
4. Bij artikel 12 Landhuizen staan de landhuizen vermeld voor de bescherming door
cultureel historische waarden. Verderop wordt een bijlage gewijd aan de opsomming van
deze landhuizen. Een apart artikel voor de voormalige verdedigingswerken ontbreekt.
Reclamant pleit voor de opname van een apart artikel over Verdedigingswerken. Bijlage
7 over geschutskoepels zou dan kunnen worden gewijzigd in een bijlage
(overeenkomstig bij de Landhuizen) Verdedigingswerken. Bij Artikel 15 Maatschappelijk -
Militaire zaken moet de opmerking worden geplaatst dat de titel van dit artikel eigenlijk
Verdedigingswerken zou moeten heten.
Beantwoording
1. In dit bestemmingsplan is de keus gemaakt om de IJssellinie als voormalig verdedigingswerk
in het plan zichtbaar te maken en te beschermen. Van het gehele buitengebied
bij gebieden waarvan verwacht wordt dat deze een archeologische (verwachtings)waarde
hebben, wordt bescherming geboden door middel van de aan de dubbelbestemming
gekoppelde regels. Naar onze mening worden de archeologische waarden
doeltreffend beschermd. De zienswijze is op dit punt ongegrond.
2. De cultuurhistorische waarde is in dit begrip niet gericht op bepaalde objecten, maar
beschrijft wat wij onder een cultuurhistorische waarde verstaan. Dit is bewust gedaan
om bepaalde objecten niet uit te sluiten. De zienswijze is op dit punt ongegrond.
3. De gronden met objecten van de IJssellinie zijn onderverdeeld in verschillende bestemmingen,
zoals agrarisch en natuur. Per bestemming wordt bepaald waarvoor de gronden
gebruikt mogen worden en welke bouwbepalingen gelden. De aanwezige objecten van
de IJssellinie zijn geïnventariseerd en waar nodig onder de hoofdbestemming mogelijk
gemaakt. Het is niet gebruikelijk om bij een bestemming te vermelden dat de objecten
ook in andere bestemmingen voorkomen. Dit maakt het bestemmingsplan moeilijk hanteerbaar
en onleesbaar. Wel is het juist dat de term objecten van de IJssellinie beter de
inhoud weergeeft, omdat het immers niet alleen gaat om geschutskoepels. De zienswijze
is op dit punt gedeeltelijk gegrond.
4. In dit bestemmingsplan is een tweedeling gemaakt in de verschillende objecten van de
IJssellinie. Bouwwerken die niet toegankelijk zijn, worden onder de hoofdbestemming
mogelijk gemaakt door middel van een verwijzing naar de bijlage. In deze bijlage staan
alle objecten opgesomd. Door hier een omgevingvergunning aan te koppelen, is de
cultuurhistorische waarde voldoende geborgd. Er is dan geen noodzaak om een extra
bestemming aan het bestemmingsplan toe te voegen, dat hetzelfde doel dient. De gebouwen
die toegankelijk zijn, hebben de bestemming Maatschappelijk – militaire zaken
Adviesbureau RBOI 015000.15601.00
Rotterdam / Middelburg