Download - Gemeente Olst-Wijhe

10 Zienswijzen
mingen Archeologie dynamisch. Dat houdt in dat als aangetoond is dat er geen archeologische
waarden in de ondergrond aanwezig zijn, de kaart kan worden aangepast.
Hiervoor is een wijzigingsbevoegdheid in het plan opgenomen. Dit is bijvoorbeeld het
geval indien archeologisch onderzoek is uitgevoerd en is aangetoond dat er geen archeologische
waarden aanwezig zijn. Als reclamanten op andere wijze kunnen aantonen dat
er geen archeologische waarden aanwezig zijn, zal de verbeelding worden aangepast.
Wel dient de reclamant dan over bewijsmateriaal te beschikken. De bewering dat in het
verleden de grond gewoeld of geroerd is, is niet voldoende. Een aantal reclamanten
stelt dat er geen archeologische waarden aanwezig zijn omdat in het verleden funderingen
of mestkelders zijn aangelegd. In dat geval wordt geen archeologisch onderzoek
vereist, omdat daarmee voldoende is aangetoond dat er geen archeologische waarden
in de grond zitten. Het aanpassen van de dubbelbestemming voor dergelijke kleine oppervlakten
is niet doelmatig. Bovendien zal voor die locatie archeologisch onderzoek
sowieso niet meer aan de orde zijn, omdat de bebouwing al gerealiseerd is en er ter
plaatse geen nieuwe ontwikkelingen te verwachten zijn. In de bouwregels van de artikelen
29 tot en met 32 is aangegeven dat archeologisch onderzoek niet aan de orde is
bij herbouw op bestaande fundering. Mochten zich in uitzonderingsgevallen toch ontwikkelingen
voordoen op dergelijke locaties, dan is voldoende aangetoond dat er geen
archeologische waarden aanwezig zijn en wordt er geen archeologisch onderzoek geëist.
2. De Archeologische verwachtingskaart van de provincie Overijssel is opgesteld als
handreiking voor het ontwikkelen van een visie op ruimtelijke plannen. Gemeenten die
beschikken over een eigen archeologische verwachtingskaart kunnen gebruikmaken van
hun eigen kaartmateriaal, dat in de praktijk gedetailleerder is. Met de wijziging van de
Monumentenwet 1988 per 1 september 2007 door middel van de Wet op de Archeologische
Monumentenzorg (Wamz), ontstond de verplichting om archeologische waarden
vast te leggen in het bestemmingsplan. Hierbij zijn gemeenten de bevoegde overheid.
Binnen de kaders van de Monumentenwet hebben gemeenten de vrijheid om naar
eigen inzicht invulling te geven aan de zorg voor het archeologisch erfgoed binnen hun
gemeentegrenzen. De archeologische verwachtingskaart van de gemeente Olst-Wijhe
vormt daarom de basis van het bestemmingsplan Buitengebied voor de gemeente Olst-
Wijhe.
Conclusie
Zoals geschetst zijn de zienswijzen tegen het archeologiebeleid allen in strijd met eerder
door de gemeenteraad vastgesteld beleid met betrekking tot archeologie. Dit beleid is van
recente datum, 4 oktober 2010. De zienswijzen tegen het archeologiebeleid zijn allen ongegrond,
tenzij reclamant met bewijsmateriaal kan aantonen dat in bepaalde gebieden geen
archeologische waarden meer aanwezig zijn. Zoals eerder gesteld wordt de dubbelbestemming
Archeologie niet aangepast voor de aanwezigheid van gebouwen, mestkelders en dergelijke.
Ook de zienswijzen met betrekking tot de kosten van archeologisch onderzoek zijn
ongegrond.
2.2.4. Landgoederen
Samenvatting
Door landgoedeigenaren en belangenorganisaties van landgoedeigenaren worden bezwaren
geuit tegen de bestemmingsregels van landgoederen en tegen de bestemming natuur die
gegeven is aan bossen, voorkomend op landgoederen.
De bezwaren tegen de bestemmingsregels zijn samen te vatten in drie onderdelen:
1. De bestemmingsregels zijn niet flexibel genoeg. Zo voorziet het bestemmingsplan niet
in de uitwisselbaarheid van functies tussen de verschillende gebouwen op een landgoed.
Bovendien moeten er meer mogelijkheden worden geschapen om renderende functies
op een landgoed mogelijk te maken, zodat een landgoed te exploiteren blijft.
015000.15601.00 Adviesbureau RBOI
Rotterdam / Middelburg