Download - Gemeente Olst-Wijhe

116 Zienswijzen
81.
Samenvatting
Deze zienswijze heeft betrekking op gronden ten noorden van Boskamp en reclamant heeft
de volgende opmerkingen over dit perceel.
1. Reclamant maakt bezwaar tegen de dubbelbestemming Waterstaat - Waterkering.
Reclamant geeft te kennen dat binnen de landinrichting Wesepe een gebied voor waterberging
zou worden aangelegd. Nu deze landinrichting niet doorgaat, zou dat ook voor
het bestemmingsplan consequenties moeten hebben. Als de functie en de aanleg van
waterberging niet nodig zijn in het kader van landinrichting, is het afkondigen van deze
functie in het bestemmingsplan niet nodig. Reclamant constateert dat aan de landbouwfunctie
afbreuk wordt gedaan door de dubbelbestemming Waarde - Landschap 2
en Waterstaat - Waterbergingsgebied toe te kennen. De inhoud van de bestemming is
verwarrend, de benaming waterberging laat niets aan de verbeelding over. Echter, als
wordt gekeken naar de bestemmingsomschrijving, dan wordt waterberging niet (direct)
genoemd. Reclamant wil vooraf weten waar aan toe te zijn en verlangt die helderheid.
Schrap deze bestemming, in ieder geval stem de benaming van de bestemming en het
gebruik en de beschrijving op elkaar af en schrap daarbij de waterberging.
2. Reclamant maakt bezwaar tegen de dubbelbestemming Waarde - Landschap 2. Reclamant
constateert dat aan de landbouwfunctie afbreuk wordt gedaan door de dubbelbestemming
Waarde - Landschap 2 en Waterstaat - Waterbergingsgebied toe te kennen.
Beantwoording
1. De op de verbeelding toegekende dubbelbestemming komt niet voort uit de landinrichting
Olst-Wesepe, maar de toegekende dubbelbestemming komt voort uit de verplichting,
zoals deze is vastgelegd in de provinciale verordening. De provincie schrijft namelijk
voor dat de primaire watergebieden opgenomen moeten worden. In deze gebieden
kunnen in extreme situaties water worden vastgehouden. Het is dus nog steeds een
actueel thema dat opgenomen dient te worden. De zienswijze is op dit punt ongegrond.
2. Met dit bestemmingsplan zoeken we een balans in enerzijds het onder voorwaarden
toestaan van ontwikkelingen en anderzijds het beschermen van kwaliteiten, zoals het
landschap. Sommige regelgeving moeten we verplicht opnemen, zoals de primaire watergebieden.
De gebieden die zijn aangewezen als kommen, worden gekenmerkt door
een landschappelijk openheid. Op deze dubbelbestemming is het mogelijk om de normale
agrarische bedrijfsvoering uit te voeren. Wel willen wij deze openheid borgen door
te voorkomen dat de bedrijfsvoering gewijzigd wordt naar fruit- en sierteelt en boomkwekerij.
Ook is het niet mogelijk teeltondersteunende voorzieningen aan te brengen.
De door reclamant uitgevoerde landbouwactiviteiten ondervinden van deze regeling
geen hinder. De zienswijze is op dit punt ongegrond.
Conclusie
1. Het bestemmingsplan behoeft geen aanpassing.
2. Het bestemmingsplan behoeft geen aanpassing.
015000.15601.00 Adviesbureau RBOI
Rotterdam / Middelburg