Fietstocht Rome-Mekka slaat brug tussen ... - Rotary Nederland
Fietstocht Rome-Mekka slaat brug tussen ... - Rotary Nederland
Fietstocht Rome-Mekka slaat brug tussen ... - Rotary Nederland
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Wam de Moor<br />
© Marc Bolsius<br />
Het allermooiste sonnet dat we hebben<br />
Als neerlandicus oude stijl, bouwjaar 1955, denk ik persoonlijk<br />
bij elke jaarwisseling, dus ook nu, aan het fraaiste en indrukwekkendste<br />
sonnet uit onze literatuur dat over de tijd gaat. Dat wil<br />
ik u, bij wijze van nieuwjaarswens, wel eens aanreiken.<br />
In oude cartoons zie je tijd vaak afgebeeld als een bejaarde man<br />
met een lange baard en een zandloper in de hand. Hooft gebruikt<br />
dat beeld op zijn eigen manier. Bij hem is Vadertje Tijd een snelle<br />
bliksem. ‘Gezwinde grijsaard, die op wakkere wieken staag de ijle<br />
lucht doorsnijdt’. Ik schrijf het maar even uit het hoofd op, in<br />
onze eigen spelling. De drost van het Muiderslot, P.C. Hooft,<br />
doet in dit gedicht niet onder voor Shakespeare en diens<br />
geweldige sonnetten. Ik zal het er zo over hebben. Maar eerst dit.<br />
Hooft spelde zoals het hem uit kwam. Dat deden zijn tijdgenoten<br />
Vondel, Bredero en Huygens trouwens ook. En ze maakten er<br />
onderling geen probleem van. Onze grote spelleider van het<br />
Groot <strong>Nederland</strong>s Dictee Philip Freriks zou er geen raad mee<br />
hebben geweten. Sinds ons taalgebruik wordt geteisterd door<br />
telkens nieuwe Groene Boekjes met wéér een onbegrijpelijke<br />
spellingwijziging, zoeken de makers van het dictee het onvermijdelijk<br />
in flauwiteiten als ‘Mag het aan elkaar of mag het niet aan<br />
elkaar? Moet hier een koppelteken of een trema?’, zaken waarover<br />
ik vroeger aan mijn leerlingen duidelijke, eensluidende instructies<br />
kon geven, maar ik zou nou niet meer durven. Zesentwintig<br />
‘fouten’ had ik de laatste keer, als kind had ik altijd tienen. Als je<br />
winnaar wordt van zo’n dictee, ben je voor mij meer een mierenneuker<br />
(of miereneuker? nee, volgens mijn computer mag dat<br />
niet, terwijl je toch maar één mier tegelijk kunt neuken!) dan een<br />
spellingskampioen.<br />
Hooft, de meest virtuoze dichter die onze literatuur heeft<br />
gekend, schreef over de tijd dat tegelijk aangrijpende én troos-<br />
tende gedicht, dat in alle bloemlezingen staat als Sonnet.<br />
Dat gedicht is zo mooi, omdat de eerste acht regels over de dood<br />
lijken te gaan – als zodanig is het terug te vinden in bloemlezingen<br />
met de dood als thema –, maar dan in de volgende zes regels<br />
een prachtig liefdesgedicht blijkt te zijn – ik zou het in een<br />
bloemlezing over de liefde zetten – . Lees maar:<br />
Gezwinde grijsaard, die op wakk’re wieken staag (= gestadig)<br />
De dunne lucht doorsnijdt, en zonder zeil te strijken<br />
Altijd vaart voor de wind, en ieder na laat kijken,<br />
Doodvijand van de rust, die woelt bij nacht bij daag.<br />
Onachterhaalb’re Tijd, wiens hete honger graag<br />
Verslokt, verslindt, verteert al wat er sterk mag lijken<br />
En keert, en wendt, en stort staten en koninkrijken,<br />
Voor iedereen te snel – hoe valt gij mij zo traag?<br />
Mijn lief, sinds ik u mis, verdrijf ik met mishagen<br />
De schoorvoetige tijd, en tob de lange dagen<br />
Met arbeid avondwaarts. Uw afzijn (= afwezigheid) valt te bang.<br />
En mijn verlangen kan den Tijdgod niet bewegen;<br />
Maar ’t schijnt, verlangen dáár zijn naam van heeft gekregen<br />
Dat ik den tijd, die ik verkorten wil, verlang.<br />
Vooral die laatste woordspeling is de slagroom op de pudding.<br />
Wat een vondst! Hooft was een goeie vrijer, dat is zeker, maar<br />
minstens zo goed als dichter. Hij verwoordde nog drie keer, in<br />
bijna even mooie gedichten, ons aller ervaring dat de tijd ons<br />
langer valt als we op iets heel spannends zitten te wachten en<br />
voorbij vliegt, als we het leven aangenaam vinden. Vermakelijke<br />
gedichten zijn het, maar met name in Gezwinde grijsaard heeft<br />
Hooft zijn superioriteit bewezen, niet alleen wat betreft de<br />
schoonheid van zijn taal, maar ook om de dubbele thematiek van<br />
dood en liefde. Eerst pepert hij ons in dat wij, toen wij geboren<br />
werden, zijn gaan sterven. Dan brengt hij zijn gedachten down<br />
to earth: Tijd, waarom laat je mij zo ontzettend lang uitzien naar<br />
mijn geliefde? ‘Dat ik de tijd, die ik verkorten wil, verlang’. Die<br />
versregel is subliem. Hooft zegt bovendien niet zomaar wat. Het<br />
gaat over onszelf.<br />
<strong>Rotary</strong> boeken<br />
Voor de boekenrubriek van De Rotarian zijn wij op zoek<br />
naar actuele publicaties van rotarians. Heeft u recent een<br />
boek gepubliceerd, werkt u aan een onderzoek dat<br />
binnenkort in boekvorm verschijnt? Heeft uw club<br />
ter gelegenheid van een jubileum een boek uitgebracht?<br />
Wilt u dat het onder de aandacht komt van<br />
mederotarians? Wij ontvangen graag een recensieexemplaar<br />
met eventueel een kort persbericht.<br />
Alvast hartelijk dank namens de redactie.<br />
februari 2010<br />
de rotarian<br />
29