Zorgstandaard Dementie - Alzheimer Nederland
Zorgstandaard Dementie - Alzheimer Nederland
Zorgstandaard Dementie - Alzheimer Nederland
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
5.3.4 Elementen van organisatie<br />
Een geïntegreerd aanbod van interventies op het gebied van respijtzorg door vrijwilligers en professionals<br />
biedt specifieke ondersteuning aan naasten van mensen met dementie.<br />
5.4 Aangepast wonen<br />
5.4.1 Inleiding<br />
Mensen met dementie en hun naasten kunnen het zelfstandig wonen als onveilig gaan ervaren, met als<br />
gevolg angst, achterdocht en somberheid. Een fysiek of technologisch aangepaste woning kan dan<br />
uitkomst bieden. Verhuizen naar een aangepaste woonomgeving of een woonvorm met speciale<br />
“Mijn vader voelt zich steeds meer thuis. Hij wilde eerst zijn bed niet uit, maar dat is<br />
nu geen probleem meer. Hij is veel helderder overdag doordat hij ’s nachts weer<br />
slaapt. Ik heb het gevoel dat hij op de goede plek is. Er zou meer vanuit een concept<br />
woongroep moeten worden gewerkt. Het wonen staat er centraal, van z’n eigen<br />
kamer hebben we echt zijn huisje gemaakt en bij de indeling in groepen wordt<br />
rekening gehouden met wat het beste past bij zijn situatie”.<br />
(Cliëntenpanel <strong>Alzheimer</strong> <strong>Nederland</strong>, Groningen, 2010)<br />
dementiezorg zoals een verpleeghuis kan uiteindelijk nodig zijn, een ingrijpende gebeurtenis, zowel voor<br />
de persoon met dementie als voor de naasten.<br />
5.4.2 Indicatie<br />
Aangepast wonen 6 wordt gedefinieerd als een aangepaste woonvorm op indicatie van de functionele en<br />
psychosociale gevolgen van dementie. Een indicatie voor aangepast wonen wordt verstrekt wanneer het<br />
dagelijks zelfstandig functioneren niet meer voldoende mogelijk is en er geen mantelzorg is om dit te<br />
compenseren, wanneer de mantelzorger overbelast is of dreigt te raken of wanneer de veiligheid en het<br />
comfort van iemand met dementie en diens naaste niet gewaarborgd zijn. Aangepast wonen is nodig<br />
wanneer de situatie te onoverzichtelijk is voor de persoon met dementie, hij of zij teveel of te weinig<br />
prikkels krijgt, de dag niet meer zelf kan indelen, de weg niet kan vinden, er onveilige situaties ontstaan<br />
of de mantelzorger overbelast raakt.<br />
5.4.3 Inhoud<br />
Mensen met dementie en hun naasten moeten –om zo lang mogelijk thuis (bij elkaar) te blijven wonen of<br />
overdag of ’s nachts bij elkaar te zijn– kunnen kiezen uit verschillende alternatieve woonvormen. Wanneer<br />
betrokken zorg- en hulpverleners signaleren dat volledig thuis wonen niet meer mogelijk is, verstrekken<br />
zij de benodigde informatie over aangepast wonen of verwijzen hen door. De verschillende elementen van<br />
aangepast wonen zijn:<br />
een aangepaste woonomgeving (woonservicezone, clusterwoningen);<br />
6<br />
De zorgstandaard beschrijft de optimale dementiezorg thuis of in een intramurale setting. Omdat ook in de<br />
thuissituatie aanpassingen kunnen worden aangebracht, spreken wij van ‘aangepast wonen’. De term ‘anders<br />
wonen’ duidt op een andere woonvorm dan thuis.<br />
40<br />
Definitieve versie: 18 juli 2013