l9clshg
l9clshg
l9clshg
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
cliënten in deze studie pleegde hun delicten voornamelijk in groepsverband (zie tabel 4.9). In tabel<br />
4.11 worden deze cijfers op een andere manier weergegeven, zodat zij vergeleken kunnen worden<br />
met de delictgeschiedenis van een groep van iets minder dan 1000 jongeren met een PIJ-maatregel<br />
(zie ook bijlage 5).<br />
Tabel 4.9 Delictgeschiedenis<br />
Top 600<br />
de Boefjes<br />
Delictgeschiedenis n % n % p<br />
Ooit vermogensdelict 192 96.5 212 72.1 ***<br />
hoofdzakelijk zonder geweld 64 39.8 166 78.7 ***<br />
hoofdzakelijk met geweld 97 60.2 45 21.3<br />
Ooit geweldsdelict (hoogste score):<br />
nee (0) 3 1.6 47 22.3 ***<br />
ja; materiële schade (1) 2 1.1 15 7.1<br />
ja; bedreiging met geweld (2) 34 18.2 47 22.3<br />
ja: lichamelijk letsel, niet dodelijk (3) 144 77.0 102 48.3<br />
ja: met dodelijke afloop (4) 4 2.1 - -<br />
Ooit seksueel delict (hoogste score):<br />
nee (0) 161 86.6 197 94.3 **<br />
ja: slachtoffer jonger dan 16 (1) 15 8.1 12 5.7<br />
ja: slachtoffer ouder dan 16 (2) 7 3.8 - -<br />
ja: slachtoffer jonger en ouder dan 16 (3) 3 1.6 - -<br />
Ooit brandstichting 23 12.1 16 7.6<br />
Delicten hoofdzakelijk alleen of in groep<br />
alleen 37 21.6 66 31.4 **<br />
in groepsverband 134 78.4 144 68.6<br />
* p < .05; ** p < .01; *** p < .001<br />
4.5 Wat kenmerkt de opvoeding van de Top 600?<br />
De Top 600 cliënten hebben vrijwel allemaal met elkaar gemeen dat de door hun vertoonde<br />
gedragsproblemen zich reeds op jonge leeftijd manifesteerden. De FPJ maakt onderscheid tussen<br />
de aanvang van probleemgedrag voor en na het twaalfde levensjaar. Gedragsproblematiek voor het<br />
twaalfde jaar wordt als ernstiger beschouwd (in die zin dat onder andere een langere behandelduur<br />
en een dieper ingesleten patroon van antisociaal gedrag wordt verondersteld). Het is daarmee dus<br />
ook een indicatie voor verder geïnternaliseerd probleemgedrag. Een aanzienlijk aantal Top 600<br />
cliënten (46%) vertoonde al op jonge leeftijd (voor 12 jaar) ernstige vormen van probleemgedrag. In<br />
veel gevallen heeft dit geleid tot overplaatsingen naar speciaal onderwijs in verband met<br />
gedragsproblematiek (ZMOK). Probleemgedrag dat plaats vindt na de overgang van de basisschool<br />
naar de middelbare school werd gezien bij 54% van de cliënten.<br />
Over specifieke oorzaken van dit gedrag kunnen geen uitspraken worden gedaan. Wel blijkt uit de<br />
bestudeerde dossiers dat veel van de Top 600 cliënten zijn opgegroeid in problematische<br />
thuissituaties. In de dossiers aangetroffen risicofactoren zijn divers, maar veelal terug te brengen tot<br />
het ‘paraplubegrip’ pedagogische onmacht. De meest voorkomende risicofactoren die hieronder<br />
32