KERKELIJKE BETROKKENHEID BIJ OUDEREN - Kerk in Actie

KERKELIJKE BETROKKENHEID BIJ OUDEREN - Kerk in Actie KERKELIJKE BETROKKENHEID BIJ OUDEREN - Kerk in Actie

kerkinactie.nl
from kerkinactie.nl More from this publisher
20.03.2014 Views

48 ren op verzoeken tot meedoen. Dat is nu vooral actueel gezien de invoering van de WMO. SUGGESTIES DE VRAGENLIJST Wat zouden al de gegevens, meningen en visies die we bij het lezen zijn tegengekomen voor plaatselijke kerken kunnen betekenen? Kunnen we er iets mee? Misschien zou het een aardige oefening zijn als we, alvorens verder te lezen, eerst voor onszelf zouden opschrijven wat wij geleerd hebben of niet. Daarbij moeten we bedenken dat de vragenlijst de bedoeling heeft om een beeld te krijgen van wat er gebeurt en niet gebeurt in gemeenten. Daarmee kan de vragenlijst als normerend overkomen in de zin van: ‘dit doen we niet’ en daarom schieten we tekort. Er kunnen echter goede redenen zijn om dingen niet te doen, omdat zij misschien niet of slechts op kleine schaal voorkomen in de gemeente, omdat ze min of meer natuurlijkerwijs in het informele circuit en het bestaande werk een plaats hebben of dat anderen, bijvoorbeeld het ouderenwerk in de burgerlijke gemeente, al activiteiten of voorzieningen geregeld hebben. Ook is het tekort aan menskracht door het wegbezuinigen van predikanten en het tekort aan vrijwilligers en soms aan deskundigheden een reëel gegeven. Waar wij voor pleiten, is dat gemeenten (kerkenraden, diaconieën, bezoekgroepen) zich bewust en beleidsmatig bezinnen op wat zij willen en kunnen en op grond daarvan kiezen wat zij willen doen. De vragenlijst kan daarbij een ondersteunende functie hebben door deze eens door te lopen en zich af te vragen ‘wat doen we en wat doen we niet en waarom niet?’ Het kan verhelderend zijn om zich daarbij af te vragen: waar liggen onze sterke punten en waar onze zwakke punten? IN AANVULLING HIEROP REIKEN WIJ EEN AANTAL OVERWEGINGEN AAN HET INTERNE WERK De grote kracht van kerken ligt in hun interne netwerk. Dit komt overeen met de bevindingen uit het eerder verrichte landelijke onderzoek. 19 Er is veel aandacht voor ouderen in de vorm van bezoekwerk, ontmoetingsbijeenkomsten (bezinning en gesprek, ontspanning), het bieden van mogelijkheden om de kerkdienst en andere vieringen te bezoeken of te beluisteren, uitstapjes, praktische hulpverlening. Een extra kwaliteit van dit netwerk is dat er vanuit het christelijke geloof aandacht is voor levensvragen. Beide zaken – het aantal contacten en de inhoud daarvan (‘betekenisvol’) - zijn van belang voor het tegengaan van eenzaamheid. De schrijver Jan Siebelink merkte in een interview op: “Ik merk dat de kerken een grote rol spelen in het leven van eenzame mensen. Wij hebben een bejaarde buurvrouw en iemand van de kerk komt elke week langs om een bloemetje te brengen of een praatje te maken.” (NRC/Handelsblad 24 december 2006) Het is belangrijk om dit netwerk in stand te houden. Op grond van het onderzoek is een aantal vragen te stellen: − Dient de toerusting verbetering, mede met het oog op de toename van het aantal kwetsbare ouderen en daarmee van dementie en andere ouderdoms kwalen en ziekten? − Kunnen we aansluiten bij nieuwe initiatieven, zoals die van het maken van een levensboek? In 2003 startte het Protestants Dienstencentrum Groningen/Drenthe samen met de PCOB in de provincie Drenthe het project ‘Van levensverhaal tot levensboek’. Het uitgangspunt daarbij is het schrijven van levensboeken door mensen boven de 50 jaar. Dit project is een variatie op het landelijke project van de Protestantse Kerk ‘Ieder mens is een verhaal. Altijd de moeite waard’ (zie hoofdstuk 2 noot 11, pag. 16. Overwegingen hierbij zijn: 1 Terugblikken kan eraan meewerken dat ouderen komen tot een verwerkt en een geaccepteerd leven. 2 De zelfbewuste groep ouderen die in aantocht is, zal zelf haar eigen verhaal willen schrijven als document voor kinderen en kleinkinderen. 3 Als ouderen een levensboek maken, kan dit van belang zijn bij eventuele dementie of afasie. Iemands eigen verhaal kan meehelpen om een respectvolle ontmoeting, ook in deze situatie, met deze unieke mens mogelijk te maken. Er is een kadercursus gegeven voor zestien personen die aan groepen vijftigplussers een cursus van zes bijeenkomsten geven. In 2005 hebben ook de andere ouderenbonden interesse getoond. Het samenwerkingsverband van de ouderen in Drenthe, de SBO, het Protestants Dienstencentrum Groningen/Drenthe en het Katholiek Steunpunt organiseerde een kadertraining waaraan ongeveer veertien mensen deelnamen. Inmiddels hebben bijna 60 mensen een cursus van zes bijeenkomsten gevolgd. 19 Gert de Jong, Diaconaat en zorg. Onderzoek naar de feitelijke inzet van christelijke geloofsgemeenschappen op het terrein van zorg, KASKI, Nijmegen oktober 2003.

49 − Onderkennen wij voldoende de grote verscheidenheid onder ouderen zelf wat betreft leeftijd, vitaliteit (fysiek en psychisch), financiële mogelijkheden, sociale achtergrond, in geloofsovertuiging en -beleving en in behoeften en verlangens? Uit gegeven antwoorden blijkt dat er in een aantal gemeenten naast het denken in categorieën (bijvoorbeeld 75+ers die jaarlijks speciale aandacht bijvoorbeeld in de vorm van een bloemengroet krijgen) er gelet wordt op de individuele mogelijkheden en onmogelijkheden van de oudere. Daarbij blijft echter staan dat toenemende kwetsbaarheid het gemeenschappelijke kenmerk is bij het ouder worden Dat roept als zodanig existentiële geloofsvragen op over zin en zinloosheid, het omgaan met die kwetsbaarheid en het geloofsperspectief daarbij. 20 − Benutten we voldoende de capaciteiten van ouderen zelf? − Vangen we voldoende de vragen (levensvragen, vragen om praktische hulp, financiële nood) op? − Kunnen de bezoeken en de andere activiteiten nog meer bijdragen aan het tegengaan van eenzaamheid? Zoals vermeld in hoofdstuk 2 komt eenzaamheid in Groningen en Drenthe wellicht meer voor dan we denken. Dit is mede gebaseerd op onderzoek onder ouderen. Ook landelijk is er veel aandacht voor de vragen van vereenzaming. Sluiten kerken in hun contacten aan bij de vragen en interesses van de desbetreffende persoon? 21 − Zijn er witte vlekken, dat wil zeggen: zijn er mensen en groepen voor wie we niet of onvoldoende aandacht voor hebben? Zo’n groep zouden bijvoorbeeld de mantelzorgers kunnen zijn. Vanuit het Protestants Dienstencentrum Groningen/ Drenthe is samen met het Katholiek Steunpunt, het Steunpunt Mantelzorg en het contactpunt Mantelzorg in verschillende gemeenten in zuidwest-Drenthe gewerkt aan het opzetten van interkerkelijke netwerken mantelzorg. Het doel van deze netwerken is ervoor te zorgen dat het onderwerp mantelzorg op de agenda van de kerk komt en blijft staan. Daarnaast worden activiteiten georganiseerd om mantelzorgers en de vrijwilligers die met mantelzorg te maken hebben te ondersteunen. Ook zullen vrijwilligers toegerust worden om met mantelzorgers en degenen die door hen verzorgd worden levensboeken te schrijven. − Is er aandacht in de voorbeden voor wat we in het ouderenwerk tegenkomen? − Berichten we over ons werk in het kerkblad? − Hoe liggen de relaties met de geestelijk verzorger(s) en kunnen kerken en geestelijk verzorgers elkaar in hun werk versterken? NAAR EN VAN BUITEN Voor die gemeenten die beleidsmatig willen nadenken over hun inzet met en voor ouderen is ook de vraag van belang of dit interne netwerk dienstbaar gemaakt kan worden aan de samenleving als geheel of dat we naast het interne netwerk ook extern gerichte activiteiten kunnen ontwikkelen. Het naar buiten treden kan ook tot functie hebben om inzichten en informatie van anderen op te doen en om samen met die anderen activiteiten te ontwikkelen. Dat vergt bezinning op de vraag: wat voor een kerk willen we zijn? Vinden wij het mede tot onze roeping als kerk behoren om dienstbaar te zijn aan de samenleving? Zo ja, wat kunnen wij dan praktisch doen om iets daarvan te verwezenlijken? Uitkomst van de bezinning kan zijn dat men besluit om zich op het interne netwerk te blijven richten. Vandaaruit kan men dan de zojuist gestelde vragen naar kwaliteitsverbetering en leemten stellen. Men kan ook besluiten om vanuit de verantwoordelijkheid van de kerk richting samenleving activiteiten te ontwikkelen die dienstbaar zijn aan mensen buiten de kerk of de kring van meelevenden. Praktische vragen die dan aan de orde komen zijn: − Wat komen we tegen in ons netwerk dat ook van belang is voor de samenleving (signaleren)? − Het is goed om te beseffen dat ‘buiten’ ook ‘binnen’ zit: gemeenteleden vervullen allerlei functies, betaald en onbetaald, in de samenleving ook op het terrein van ouderenwerk. Een gemeentelid kan actief zijn in een ouderenbond, in de politiek, werker in de ouderenzorg zijn enzovoort. Daarbij kan aangesloten worden om zaken aan de orde te stellen, gezamenlijk activiteiten te ontwikkelen en om de expertise en kennis van deze gemeenteleden te benutten. − Hoe ziet het netwerk van organisaties van ouderen en van instellingen die werken met en voor ouderen eruit? Wat is de plek van de kerk daarin of elke plek zou de kerk daarin kunnen innemen? − Wat doen andere organisaties en groepen in de burgerlijke gemeente en/of het dorp al? Dit met het oog op het voorkomen van verdubbelingen, het aansluiten bij bestaande activiteiten om deze te versterken of het opvullen van leemten. RELATIEF EENVOUDIG AAN TE BRENGEN VERBETERINGEN Nog een aandachtspunt bij de doordenking is of verbeteringen of nieuwe activiteiten veel inspanning of tijd vereisen of dat met een relatief geringe inspanning iets gerealiseerd kan worden. Voorbeelden: − de jaarlijkse ontmoeting van de bezoekers wordt zo ingericht dat de vraag ‘wat komen wij tegen?’ scherper op 20 Zie over het ouder worden vanuit de invalshoek van de individuele biografie o.a.: Liebje Hoekendijk, Levenskunst van ouderen. Praktische filosofie met een persoonlijk accent, Amsterdam 2005; evenals (vanuit en humanistisch perspectief): Jan Baars, Het nieuwe ouder worden. Paradoxen en perspectieven in de tijd, Amsterdam 2006. 21 Zie over eenzaamheid: Roelof Hortulanus e.a., Sociaal isolement. Een studie over sociale contacten en sociaal isolement in Nederland, ‘s Gravenhage 2003; materiaal van de ouderenbonden in het kader van het project ‘Voorkomen van sociaal isolement bij ouderen’. T. Fokkema/T. VanTilburg, Aanpak van eenzaamheid: helpt het? Een vergelijkend effect- en procesevaluatieonderzoek naar interventies ter voorkoming en vermindering van eenzaamheid onder ouderen, Den Haag 2006; Anja Machielse, Onkundig en onaangepast. Een theoretisch perspectief op sociaal isolement, Utrecht 2006.

48<br />

ren op verzoeken tot meedoen. Dat is nu vooral actueel<br />

gezien de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van de WMO.<br />

SUGGESTIES<br />

DE VRAGENLIJST<br />

Wat zouden al de gegevens, men<strong>in</strong>gen en visies die we bij<br />

het lezen zijn tegengekomen voor plaatselijke kerken kunnen<br />

betekenen? Kunnen we er iets mee? Misschien zou<br />

het een aardige oefen<strong>in</strong>g zijn als we, alvorens verder te<br />

lezen, eerst voor onszelf zouden opschrijven wat wij<br />

geleerd hebben of niet.<br />

Daarbij moeten we bedenken dat de vragenlijst de bedoel<strong>in</strong>g<br />

heeft om een beeld te krijgen van wat er gebeurt en<br />

niet gebeurt <strong>in</strong> gemeenten. Daarmee kan de vragenlijst als<br />

normerend overkomen <strong>in</strong> de z<strong>in</strong> van: ‘dit doen we niet’ en<br />

daarom schieten we tekort. Er kunnen echter goede redenen<br />

zijn om d<strong>in</strong>gen niet te doen, omdat zij misschien niet of<br />

slechts op kle<strong>in</strong>e schaal voorkomen <strong>in</strong> de gemeente, omdat<br />

ze m<strong>in</strong> of meer natuurlijkerwijs <strong>in</strong> het <strong>in</strong>formele circuit en<br />

het bestaande werk een plaats hebben of dat anderen,<br />

bijvoorbeeld het ouderenwerk <strong>in</strong> de burgerlijke gemeente,<br />

al activiteiten of voorzien<strong>in</strong>gen geregeld hebben.<br />

Ook is het tekort aan menskracht door het wegbezu<strong>in</strong>igen<br />

van predikanten en het tekort aan vrijwilligers en soms aan<br />

deskundigheden een reëel gegeven. Waar wij voor pleiten,<br />

is dat gemeenten (kerkenraden, diaconieën, bezoekgroepen)<br />

zich bewust en beleidsmatig bez<strong>in</strong>nen op wat zij willen<br />

en kunnen en op grond daarvan kiezen wat zij willen<br />

doen. De vragenlijst kan daarbij een ondersteunende functie<br />

hebben door deze eens door te lopen en zich af te vragen<br />

‘wat doen we en wat doen we niet en waarom niet?’<br />

Het kan verhelderend zijn om zich daarbij af te vragen: waar<br />

liggen onze sterke punten en waar onze zwakke punten?<br />

IN AANVULLING HIEROP REIKEN WIJ<br />

EEN AANTAL OVERWEGINGEN AAN<br />

HET INTERNE WERK<br />

De grote kracht van kerken ligt <strong>in</strong> hun <strong>in</strong>terne netwerk. Dit<br />

komt overeen met de bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen uit het eerder verrichte<br />

landelijke onderzoek. 19 Er is veel aandacht voor ouderen <strong>in</strong><br />

de vorm van bezoekwerk, ontmoet<strong>in</strong>gsbijeenkomsten<br />

(bez<strong>in</strong>n<strong>in</strong>g en gesprek, ontspann<strong>in</strong>g), het bieden van mogelijkheden<br />

om de kerkdienst en andere vier<strong>in</strong>gen te bezoeken<br />

of te beluisteren, uitstapjes, praktische hulpverlen<strong>in</strong>g.<br />

Een extra kwaliteit van dit netwerk is dat er vanuit het<br />

christelijke geloof aandacht is voor levensvragen. Beide<br />

zaken – het aantal contacten en de <strong>in</strong>houd daarvan (‘betekenisvol’)<br />

- zijn van belang voor het tegengaan van<br />

eenzaamheid.<br />

De schrijver Jan Siebel<strong>in</strong>k merkte <strong>in</strong> een <strong>in</strong>terview<br />

op: “Ik merk dat de kerken een grote rol spelen <strong>in</strong> het<br />

leven van eenzame mensen. Wij hebben een bejaarde<br />

buurvrouw en iemand van de kerk komt elke<br />

week langs om een bloemetje te brengen of een<br />

praatje te maken.” (NRC/Handelsblad 24 december<br />

2006)<br />

Het is belangrijk om dit netwerk <strong>in</strong> stand te houden.<br />

Op grond van het onderzoek is een aantal vragen te stellen:<br />

− Dient de toerust<strong>in</strong>g verbeter<strong>in</strong>g, mede met het oog op de<br />

toename van het aantal kwetsbare ouderen en daarmee<br />

van dementie en andere ouderdoms kwalen en ziekten?<br />

− Kunnen we aansluiten bij nieuwe <strong>in</strong>itiatieven, zoals die<br />

van het maken van een levensboek?<br />

In 2003 startte het Protestants Dienstencentrum<br />

Gron<strong>in</strong>gen/Drenthe samen met de PCOB <strong>in</strong> de<br />

prov<strong>in</strong>cie Drenthe het project ‘Van levensverhaal tot<br />

levensboek’. Het uitgangspunt daarbij is het schrijven<br />

van levensboeken door mensen boven de 50 jaar. Dit<br />

project is een variatie op het landelijke project van de<br />

Protestantse <strong>Kerk</strong> ‘Ieder mens is een verhaal. Altijd<br />

de moeite waard’<br />

(zie hoofdstuk 2 noot 11, pag. 16.<br />

Overweg<strong>in</strong>gen hierbij zijn:<br />

1 Terugblikken kan eraan meewerken dat ouderen<br />

komen tot een verwerkt en een geaccepteerd<br />

leven.<br />

2 De zelfbewuste groep ouderen die <strong>in</strong> aantocht is,<br />

zal zelf haar eigen verhaal willen schrijven als<br />

document voor k<strong>in</strong>deren en kle<strong>in</strong>k<strong>in</strong>deren.<br />

3 Als ouderen een levensboek maken, kan dit van<br />

belang zijn bij eventuele dementie of afasie.<br />

Iemands eigen verhaal kan meehelpen om een<br />

respectvolle ontmoet<strong>in</strong>g, ook <strong>in</strong> deze situatie, met<br />

deze unieke mens mogelijk te maken.<br />

Er is een kadercursus gegeven voor zestien personen<br />

die aan groepen vijftigplussers een cursus van zes<br />

bijeenkomsten geven. In 2005 hebben ook de andere<br />

ouderenbonden <strong>in</strong>teresse getoond. Het samenwerk<strong>in</strong>gsverband<br />

van de ouderen <strong>in</strong> Drenthe, de SBO, het<br />

Protestants Dienstencentrum Gron<strong>in</strong>gen/Drenthe en<br />

het Katholiek Steunpunt organiseerde een kadertra<strong>in</strong><strong>in</strong>g<br />

waaraan ongeveer veertien mensen deelnamen.<br />

Inmiddels hebben bijna 60 mensen een cursus van<br />

zes bijeenkomsten gevolgd.<br />

19 Gert de Jong, Diaconaat en zorg. Onderzoek naar de feitelijke <strong>in</strong>zet van christelijke geloofsgemeenschappen op het terre<strong>in</strong> van zorg, KASKI, Nijmegen oktober<br />

2003.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!