KERKELIJKE BETROKKENHEID BIJ OUDEREN - Kerk in Actie
KERKELIJKE BETROKKENHEID BIJ OUDEREN - Kerk in Actie
KERKELIJKE BETROKKENHEID BIJ OUDEREN - Kerk in Actie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
47<br />
mensen ook daar met de kerk verbonden te doen zijn.<br />
De <strong>in</strong>dividuele en collectieve contacten worden benut om<br />
vragen te signaleren over praktische hulp zoals vervoer,<br />
boodschappen doen, kle<strong>in</strong>e klusjes en dergelijke.<br />
Met dit netwerk leveren de kerken een bijdrage aan presentie<br />
<strong>in</strong> de samenlev<strong>in</strong>g met en voor ouderen en daarmee<br />
aan hun welbev<strong>in</strong>den en de bestrijd<strong>in</strong>g van eenzaamheid<br />
en geven zij ondersteun<strong>in</strong>g bij de omgang met levens -<br />
vragen. Daarmee dragen zij ook bij aan de naoberhulp en,<br />
om een hedendaags veel gebruikt beleidsuitdrukk<strong>in</strong>g te<br />
gebruiken, aan de sociale samenhang.<br />
Als bedreig<strong>in</strong>g worden twee factoren genoemd:<br />
− de bezu<strong>in</strong>ig<strong>in</strong>gen waardoor het aantal predikantsplaatsen<br />
afneemt en daarmee de tijd die overblijvende predikanten<br />
aan bezoekwerk kunnen besteden.<br />
− De afname van vrijwilligers.<br />
Systematische aandacht voor zorgverleners zoals mantelzorgers<br />
is nog we<strong>in</strong>ig expliciet <strong>in</strong> beeld. Misschien dat men<br />
dit wel <strong>in</strong> het werk tegenkomt en <strong>in</strong> voorkomende gevallen<br />
praktische hulp biedt of aandacht heeft voor de mantelzorger,<br />
maar het is niet echt een aandachtspunt. Dat zelfde<br />
geldt voor de f<strong>in</strong>anciële positie van ouderen. Het kan zijn<br />
dat men dit vooral ziet als iets voor de diaconie, maar het is<br />
wel van belang dat men f<strong>in</strong>anciële problemen signaleert.<br />
Dit netwerk is vooral een <strong>in</strong>tern netwerk, gericht op bij de<br />
kerk betrokken mensen. Er zijn we<strong>in</strong>ig contacten als kerk<br />
met andere organisaties <strong>in</strong> het veld, ook niet met geestverwante<br />
organisaties als de PCOB en met de burgerlijke<br />
gemeente. Deze contacten lopen, zeker <strong>in</strong> kle<strong>in</strong>schalige<br />
situaties, <strong>in</strong>formeel. <strong>Kerk</strong>en doen ook d<strong>in</strong>gen niet, omdat zij<br />
weten dat anderen er<strong>in</strong> voorzien. Wel kan uiteraard de<br />
vraag gesteld worden of zij hun netwerk niet mede ten<br />
goede kunnen laten komen aan het bredere geheel van de<br />
samenlev<strong>in</strong>g en of zij op hun beurt niet hun voordeel kunnen<br />
doen met de kennis, <strong>in</strong>zichten en deskundigheid van<br />
andere organisaties.<br />
HET <strong>OUDEREN</strong>WERK EN DE BELEIDSMAKERS<br />
Werkers en beleidsmakers <strong>in</strong> het ouderenwerk zijn eensgez<strong>in</strong>dheid<br />
<strong>in</strong> hun visie op ouderenbeleid: ouderen moeten<br />
zo lang mogelijk zelfstandig wonen, de activiteiten moeten<br />
erop gericht zijn dit te ondersteunen en ouderen moeten<br />
gestimuleerd worden om zelf te doen wat zij (nog) kunnen.<br />
Daarnaast moeten voorzien<strong>in</strong>gen en activiteiten aansluiten<br />
bij de vragen en behoeften van ouderen (vraaggericht <strong>in</strong><br />
plaats van aanbodgericht). Vanuit dit beleidskader wordt<br />
een beleid voorgestaan en uitgevoerd waar<strong>in</strong> wonen, zorg<br />
en welzijn geïntegreerd worden. Ook vormt de sociaal-economische<br />
positie van ouderen, zoals <strong>in</strong> het m<strong>in</strong>imabeleid<br />
en de mobiliteitsmogelijkheden (bereikbaarheid per openbaar<br />
vervoer, taxidiensten), een punt van aandacht.<br />
Daarbij wil men samenwerk<strong>in</strong>gsverbanden opbouwen en<br />
schotten doorbreken. De WMO legt hiervoor de verantwoordelijkheid<br />
bij de burgerlijke gemeente.<br />
Mantelzorgers zijn nadrukkelijk <strong>in</strong> beeld. De verwacht<strong>in</strong>g is<br />
dat het beroep op hen zal toenemen en dat hun taak<br />
zwaarder word. Het streven is om ondersteun<strong>in</strong>g zoals <strong>in</strong><br />
de vorm van steunpunten uit te bouwen.<br />
Bij het vrijwilligerswerk wijst men op de noodzaak om mensen<br />
voor concrete taken te vragen en aan te sluiten bij hun<br />
motivatie. Wordt enerzijds <strong>in</strong> de dorpssituatie geen specifiek<br />
vrijwilligersbeleid nodig geacht vanwege de vele vrijwilligers<br />
die actief zijn, anderzijds wordt <strong>in</strong> de andere<br />
gemeenten juist op de wenselijkheid gewezen om beleid te<br />
ontwikkelen dat mensen stimuleert vrijwilligerswerk te<br />
doen. Specifiek voor ouderen wordt de groep ‘jonge ouderen’<br />
genoemd, die als zij niet meer <strong>in</strong> het arbeidsproces zitten,<br />
over relatief veel vrije tijd beschikken en daarom<br />
mogelijkheden hebben om actief te worden <strong>in</strong> het vrijwilligerswerk.<br />
Als knelpunten voor ouderen nu en <strong>in</strong> de nabije toekomst,<br />
worden onder meer genoemd:<br />
1) Het risico van verschral<strong>in</strong>g van de zorg door de toenemende<br />
marktwerk<strong>in</strong>g en bezu<strong>in</strong>ig<strong>in</strong>gen. Dit treft vooral<br />
de lage <strong>in</strong>komensgroepen en degenen die <strong>in</strong> tehuizen<br />
wonen. De bewoners zullen immers steeds meer uit<br />
zorgbehoevenden bestaan waardoor meer en <strong>in</strong>tensievere<br />
zorg nodig is.<br />
2) Armoede onder ouderen: naast de vele ouderen die<br />
over een goede f<strong>in</strong>anciële positie beschikken, zijn er<br />
ook mensen die alleen over AOW beschikken, hoogstens<br />
aangevuld met een kle<strong>in</strong> pensioen. Expliciet<br />
wordt er één keer op gewezen dat boeren geen<br />
pensioen hebben. Opvallend is dat <strong>in</strong> de gesprekken<br />
de schroom vermeld wordt van ouderen om gebruik te<br />
maken van de bijzondere bijstand.<br />
3) In het algemeen geldt dat niet iedereen zal (kunnen)<br />
voldoen aan de norm van zelfredzaamheid. Dat geldt<br />
<strong>in</strong> f<strong>in</strong>anciële z<strong>in</strong> en <strong>in</strong> het hebben en ontwikkelen van<br />
netwerken waarop men een beroep kan doen.<br />
4) De positie van ‘allochtonen’, die m<strong>in</strong>der <strong>in</strong> het dorpsleven<br />
geïntegreerd zijn en het naoberschap niet kennen.<br />
5) Eenzaamheid wordt nadrukkelijk als een probleem<br />
genoemd, ook <strong>in</strong> de dorpssituatie.<br />
Er zijn <strong>in</strong> het circuit van het ouderenwerk we<strong>in</strong>ig contacten<br />
met kerken, zowel vanuit de ouderenbonden, de gemeentelijke<br />
overheid als het welzijnsbeleid. Dit ligt bij tehuizen en<br />
woonzorgcentra anders als het gaat om praktische zaken<br />
als afspraken over bezoekwerk, vier<strong>in</strong>gen en dergelijke.<br />
Soms nemen kerken deel aan het bestuur van zorgcentra,<br />
maar dit is gezien de steeds grotere wordende f<strong>in</strong>anciële<br />
verantwoordelijkheden en de complexer wordende organisatie<br />
een niet vol te houden constructie. Daar waar kerken<br />
nog wel <strong>in</strong> het bestuur zitten, wordt nu gewerkt aan de<br />
<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g van een Raad van Toezicht waar<strong>in</strong> mensen uit<br />
kerken zitt<strong>in</strong>g nemen. Ook is er het voornemen om geregeld<br />
de diaconieën te <strong>in</strong>formeren.<br />
Als praktisch (m<strong>in</strong>)punt wordt genoemd de grote hoeveelheid<br />
kerken en het ontbreken van een gemeenschappelijk<br />
aanspreekpunt. Opvallend is dat alle gesprekspartners<br />
meer samenwerk<strong>in</strong>g met en <strong>in</strong>breng van de kerken toejuichen.<br />
Er is een zekere teleurstell<strong>in</strong>g dat kerken niet reage-