Bodembeheerplan Zuidwest Fryslân - Gemeente Littenseradiel
Bodembeheerplan Zuidwest Fryslân - Gemeente Littenseradiel
Bodembeheerplan Zuidwest Fryslân - Gemeente Littenseradiel
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
O1 O2 O3 O4 O5 O6 O7 O8 O9<br />
Oude historische kern<br />
Bebouwing tot 1950<br />
Bebouwing na 1950<br />
Bebouwing na 1970<br />
Recreatie<br />
Bedrijfsterrein<br />
Buitengebied - Klei<br />
Buitengebied - Veen<br />
Buitengebied - Zand<br />
Cadmium (Cd) 0,6 0,6 0,7 0,8 0,7 0,7 0,8 1,3 0,5<br />
Kwik (Hg) 0,2 0,3 0,3 0,3 0,2 0,3 0,3 0,3 0,2<br />
Koper (Cu) 25,1 26,4 28,1 31,8 25,4 30,5 33,9 43,1 20,9<br />
Nikkel (Ni) 21,7 22,8 24,6 24,0 16,6 26,1 32,8 21,1 15,9<br />
Lood (Pb) 103,8 69,0 71,8 78,0 67,3 75,9 81,6 96,8 59,8<br />
Zink (Zn) 92,8 97,7 104,7 113,0 85,9 113,0 131,5 136,8 73,5<br />
Chroom (Cr) 73,4 75,7 79,2 77,9 63,2 82,2 95,6 72,1 61,7<br />
Arseen (As) 21,7 22,6 23,7 26,2 21,9 25,4 27,6 33,7 18,9<br />
PAK (10 VROM) 1,0 2,0 1,0 1,4 1,1 1,0 1,0 3,0 1,0<br />
EOX 0,3 0,3 0,3 0,5 0,5 0,3 0,4 1,5 0,3<br />
Minerale Olie GC (totaal) 66,5 50,7 80,0 145,5 87,2 59,4 83,4 791,9 42,9<br />
Tabel 3.2b ondergrond: Gehaltes (gemeten gehalten in mg/kg, acceptatiefactor 1,2 reeds toegepast)<br />
waaraan toe te passen grond moet voldoen. Voor stoffen waar de samenstellingswaarde (SW1) niet<br />
wordt overschreden wordt de SW1 waarde afgebeeld . Voor zones met een gemiddelde boven de<br />
SW1-waarde zijn in de tabel cursief weergegeven met een gele arcering. Zie tabel 3.1 voor<br />
omschrijving zone-codering. Voor minerale olie geldt een aanvullende voorwaarde: zie pagina 12, 2 e<br />
alinea.<br />
Voor Minerale olie en EOX hoeft in principe de toets van vergelijkbare kwaliteit niet plaats te<br />
vinden [9], mits beide stoffen op basis van (historisch) gebruik niet verdacht zijn. Dit is ter<br />
beoordeling aan de Afdeling Milieu. Zoals in paragraaf 3.3 beschreven hebben de gemeenten<br />
Bolsward, Gaasterlân-Sleat, Lemsterland, <strong>Littenseradiel</strong>, Nijefurd en Wûnseradiel voor<br />
toepassing van olie en EOX houdende grond wel een bovengrens gesteld. Voor beide stoffen is<br />
deze bovengrens opgenomen in tabel 3.2. Als bovengrens geldt de waarde van 1,2 maal het<br />
gemiddelde of als deze waarde lager is dan de streefwaarde, de streefwaarde. Dit is opgenomen<br />
in tabel 3.2. Toepassen van grond met hogere gehalten dan aangegeven in tabel 3.2, is alleen<br />
mogelijk wanneer aangetoond kan worden dat dit wordt veroorzaakt door natuurlijke<br />
omstandigheden, bijvoorbeeld door de aanwezigheid van humuszuren.<br />
Toepassing van bekende verontreiniging (boven de streefwaarde) met minerale olie in<br />
grond<br />
Wanneer grond wordt toegepast met minerale olie in gehalten beneden de bovengrens van tabel<br />
3.2 maar boven de streefwaarde en een bekende verontreiniging met minerale olie (zintuiglijke<br />
minerale olie waarneming of korte koolstof (C) ketenlengte in de analyse) dan is de toepassing<br />
van deze grond niet toegestaan.<br />
Overigens blijft de Vrijstellingsregeling samenstellings- en immisiewaarden [4] van kracht. Dit<br />
betekent dat grond die niet aan bovenstaande voorwaarden voldoet, maar wel aan de<br />
vrijstellingsregeling Samenstellings- en Immisiewaarden mag worden hergebruikt als schone<br />
bodem. Deze vrijstellingsregeling houdt o.a. in dat van maximaal 3 stoffen de streefwaarde met<br />
maximaal een factor 2 wordt overschreden, toch mag worden toegepast, en wel als zijnde<br />
schone grond. Voor de precieze inhoud wordt verwezen naar de hierboven genoemde regeling.<br />
De ontvangende bodem hoeft niet te worden onderzocht, tenzij er sprake is van een verdachte<br />
locatie waar mogelijk sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging. In dat geval<br />
speelt de provincie Fryslân als bevoegd gezag eveneens een rol. De provincie dient in deze<br />
gevallen te worden betrokken bij de plannen (zie paragraaf 3.6).<br />
Vrij grondverzet is alleen mogelijk indien er geen sprake is van een ‘verdachte locatie’ ter plaatse<br />
van de ontgravingslocatie (zie paragraaf 4.7).<br />
De bovengenoemde regels vloeien voort uit de Vrijstellingsregeling grondverzet en de<br />
aanvullende brief van juni 2002 [14]. Bij het aanbrengen van grond dient men verder rekening te<br />
Versiedatum: 25 juli 2006 12<br />
Projectcode: 04.G007