Nota vanwege: Eric Van Meensel - IBR

Notulen van de algemene vergadering van 25 april 2008
De gewone algemene vergadering van het Instituut werd, overeenkomstig artikel 6 van het
koninklijk besluit van 7 juni 2007 tot vaststelling van het huishoudelijk reglement van het
Instituut van de Bedrijfsrevisoren, gehouden op vrijdag 25 april 2008 te Brussel. Zij werd
bijgewoond door 123 bedrijfsrevisoren natuurlijke personen en
56 bedrijfsrevisorenkantoren. Verder werden 30 bedrijfsrevisoren natuurlijke personen
vertegenwoordigd bij volmacht.
Samenstelling van het bureau en aanduiding van de stemopnemers
In het bureau van de vergadering nemen plaats: de confraters Pierre P. BERGER, Voorzitter;
Michel DE WOLF, Ondervoorzitter; en Hugues FRONVILLE en Raynald VERMOESEN, leden
van het Uitvoerend Comité, alsook Eric MATHAY, Secretaris-Penningmeester.
Worden gevraagd de functie van stemopnemer te vervullen:
- de Nederlandstalige confrater: Mevrouw Wendy VAN DER BIEST; en
- de Franstalige confrater: De heer Cédric DE COCQUEAU DES MOTTES.
Het bureau werd bijgestaan door de Secretaris-generaal, de heer David SZAFRAN.
Herdenking overleden confraters
De vergadering hield één minuut stilte ter nagedachtenis van de in het afgelopen jaar
overleden confraters: de erebedrijfsrevisor Roger VANDENBORRE en bedrijfsrevisoren Dirk
BLANCKAERT en Marc DAELMAN.
Verkiezingen
Overeenkomstig artikel 15, §3, tweede lid van het huishoudelijk reglement (het aantal
voorgedragen kandidaten is gelijk aan het aantal te begeven mandaten) verklaarde de
Voorzitter verkozen:
- tot commissarissen: Mevrouw Joëlle BACQ en de heer Joris MERTENS, dit
overeenkomstig artikel 19, 2 de lid en artikel 26, § 2 van de gecoördineerde wet van
22 juli 1953 voor een periode van 3 jaar;
- tot lid van de Franstalige kamer van de Commissie van beroep: de heer Pol FIVEZ;
- tot lid van de Nederlandstalige Kamer van de Commissie van beroep: de heer
Ludo CARIS.
1/5

De Voorzitter dankt de verkozenen voor hun inzet ten behoeve van het Instituut die zij
reeds binnen dezelfde functie in het verleden vervulden.
Jaarverslag 2007
Na de afkondiging van de verkiezingsuitslagen, gaf de Secretaris-generaal van het Instituut,
de heer David SZAFRAN, een overzicht van het Jaarverslag 2007, in het bijzonder over
volgende onderwerpen:
- internationale relaties;
- activiteiten van de bedrijfsrevisoren;
- normen voor de beroepsuitoefening en aanbevelingen;
- kwaliteitscontrole, toezicht en tucht;
- dienstverlening aan de bedrijfsrevisoren;
- publicaties;
- permanente vorming;
- evoluties op gebied o.a. van de omzetting van de Europese Audit Richtlijn van
17 mei 2006, de administratieve vereenvoudiging en kwaliteit van de financiële
verslaggeving, de normen in verband met de onafhankelijkheid van de commissaris en
de normen in verband met de permanente vorming.
De bedrijfsrevisoren kunnen kennis nemen van de transparanten, die de uiteenzetting
samenvatten, op het extranet van het IBR.
Jaarrekening 2007
De jaarrekening 2007 werd vervolgens door de Voorzitter, confrater Pierre P. BERGER,
toegelicht. De transparanten gebruikt voor deze uiteenzetting kunnen geconsulteerd worden
op het extranet van het IBR.
De commissarissen, de confraters Joëlle BACQ en Joris MERTENS, werden vrijgesteld van
de voorlezing van hun verslag, dat zonder voorbehoud was.
Bespreking van het verslag en van de jaarrekening
Een confrater vroeg nadere toelichting over de transparant in verband met de
personeelskosten. De heer VAN MEENSEL, Directeur administratie, lichtte, na een
tussenkomst van de Voorzitter, toe dat de voorstelling een overzicht geeft van de zuivere
personeelskosten en personeelsgerelateerde kosten, zoals bijvoorbeeld aanwervingskosten.
Goedkeuring van de jaarrekening, kwijting aan de Raad en aan de commissarissen
De algemene vergadering geeft kwijting aan de Raad voor zijn bestuur en aan de
commissarissen voor hun opdracht.
Verder wordt de jaarrekening 2007 unaniem goedgekeurd.
2/5

Toespraak van de Voorzitter
De Voorzitter, confrater Pierre P. BERGER, geeft toelichting over de ontwikkelingen binnen
het beroep van bedrijfsrevisor en de invloed hiervan op de financiering van het Instituut.
Begroting 2008
Vervolgens stelde de Secretaris-Penningmeester, confrater Eric MATHAY, de
ontwerpbegroting 2008 voor. De transparanten gebruikt voor deze uiteenzetting werden
gepubliceerd op het extranet van het IBR.
Bij de bespreking van de ontwerpbegroting 2008 werden hiernavolgende punten door
confraters naar voor gebracht:
- de vaststelling dat de kosten van jaar tot jaar stijgen en dit onder meer door de
verplichte bijdragen aan externe toezichtsorganen;
- het feit dat jonge bedrijfsrevisoren kunnen genieten van een verminderde bijdrage;
- het opstellen van een meerjarenbegroting;
- de vergelijking met wat confraters in het buitenland bijdragen in de werkingskosten van
hun bevoegde toezichtsautoriteiten;
- de motivatie van de Raad tot invoering van een “forfaitair kostenbedrag”, namelijk de
bedrijfsrevisoren aanzetten om zich te verenigen;
- op de vraag of de aanwending van de reserves van het Instituut het mogelijk zou
kunnen maken om de verhoging van de bijdrage over een langere periode te spreiden
werd geantwoord dat de inkomsten van het Instituut niet gelijkmatig over het jaar
gespreid zijn en dat de bestaande reserves noodzakelijk zijn om tijdens bepaalde
periodes van het jaar de werkingskosten te financieren;
- specifieke vragen omtrent de verhoging van de bijdragen en de berekenings- en
inningswijze van het “forfaitair kostenbedrag”.
Na de bespreking van de ontwerpbegroting 2008 werd de begroting door de algemene
vergadering goedgekeurd. Eén confrater onthield zich en 26 stemden tegen.
Overeenkomstig de artikelen 2, § 2 en 8, tweede lid van het huishoudelijk reglement,
werden hierna volgende beslissingen genomen door de algemene vergadering met
betrekking tot de bijdrage 2008 in de werkingskosten van het Instituut.
De vaste bijdrage voor de bedrijfsrevisoren natuurlijke personen die verhinderd zijn om
revisorale opdrachten uit te voeren, omdat zij zich in één van de omstandigheden bevinden
opgesomd in artikel 13, § 2 van de gecoördineerde wet van 22 juli 1953, werd vastgesteld
op 775 EUR, hierin inbegrepen een forfaitaire vormingsbijdrage van 300 EUR. Voor de
bedrijfsrevisoren natuurlijke personen die niet verhinderd zijn werd de vaste bijdrage
vastgesteld op 1.250 EUR, inclusief een forfaitaire vormingsbijdrage van 300 EUR (beide
gedurende 3 jaar tot de helft herleid voor de bedrijfsrevisoren die een stage zonder
stageverkorting volbracht hebben); en voor de bedrijfsrevisorenkantoren werd de vaste
bijdrage vastgesteld op 1.100 EUR.
3/5

De aanvullende veranderlijke bijdrage in de werkingskosten van het Instituut werd
vastgesteld op 1,30 % van de aan BTW onderworpen omzet van de bedrijfsrevisoren in het
burgerlijk jaar 2007.
Er wordt een “forfaitair kostenbedrag” per inkomstenaangever ingevoerd, zijnde het
positief verschil tussen het bedrag van 5.000 EUR en het gezamenlijk bedrag van de vaste
en de veranderlijke bijdrage betaald door een “inkomstenaangever”. Hierbij wordt onder
inkomstenaangever verstaan, een bedrijfsrevisor die een aangifteformulier voor berekening
van de veranderlijke bijdrage meedeelt dat niet uitmondt op nul.
Indien de inkomstenaangever een natuurlijk persoon is die recht heeft op een verminderde
vaste bijdrage, wordt het bedrag van 5000 EUR eveneens tot de helft herleid. Dit zal ook
het geval zijn indien de inkomstenaangever een bedrijfsrevisorenkantoor is dat slechts één
bedrijfsrevisor natuurlijk persoon telt in de functie van vennoot, werknemer en/of
anderszins verbonden, die zelf recht heeft op een verminderde vaste bijdrage.
Voor de berekening van het “forfaitair kostenbedrag” wordt uitgegaan van de toestand
zoals deze zal bestaan op 30 juni 2008.
Toespraak van de Ondervoorzitter
De Ondervoorzitter, confrater Michel DE WOLF, geeft in zijn hoedanigheid van Voorzitter
van de stichting ICCI, toelichting over de werking van de stichting ICCI over het afgelopen
jaar en bespreekt verder de EU-voorstellen voor administratieve vereenvoudiging.
Openbaar register
De vergadering vernam dat de Raad in het afgelopen jaar – overeenkomstig artikel 4, § 4
van het huishoudelijk reglement – aan acht gewezen voorzitters de titel heeft toegekend van
erevoorzitter van het Instituut. Het betreffen de confraters: Jean-François CATS, Raymond
EECKHOUT, André KILESSE, Alfred PENNA, Jules ROCHETTE, Ludo SWOLFS, Oswald VAN
DER MEULEN en Karel VAN OOSTVELDT.
Verder vernam de vergadering dat – overeenkomstig artikel 4, § 1 van het huishoudelijk
reglement – aan vijf bedrijfsrevisoren die in het afgelopen jaar hun ontslag aanboden de
titel van erebedrijfsrevisor werd toegekend door de Raad. Het betreffen de confraters: Jozef
CEUSTERMANS, Marc DE JONCKHEERE, Philippe ROELANTS, André ROUVROY en Jean
Pierre VINCKE.
De Voorzitter feliciteerde vervolgens de 14 bedrijfsrevisoren die 25 jaar waren
ingeschreven in het openbaar register (vroeger ledenlijst): Jacques BASTOGNE, Bernard
BIGONVILLE, Jacques BOVIJN, Daniël DE VOOGT, Jean DODEMONT, Annik DUMONT-
BOSSAERT, Dominique HERMANS, André KILESSE, Eric MATHAY, Yves-Marie MERLIN,
Luc VAN COUTER, Peter VAN STAAIJ, Patrick WALTNIEL en Jacqueline WINKIN.
Tot slot feliciteerde de Ondervoorzitter, confrater Michel DE WOLF, eveneens de
10 bedrijfsrevisoren die 30 jaar in het openbaar register zijn ingeschreven: Pierre P.
BERGER, Erik BONNE, Philippe CLUDTS, Alain DE CLERCQ, Dominique DE GHELLINCK
4/5

VAERNEWIJCK, Frank EMBRECHTS, Philippe GIGOT, Philippe HAULT, Jan LIPPENS en Philip
WEBB.
Afsluiting van het administratieve gedeelte van de vergadering
Tot slot sluit de Voorzitter het administratieve gedeelte van de algemene vergadering en
nodigt de aanwezigen uit tot het bijwonen van de academische zitting.
Academische zitting
Het administratief gedeelte werd gevolgd door een academische zitting waarop
achtereenvolgens de Voorzitter en de Minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en
Wetenschapsbeleid, mevrouw Sabine LARUELLE, de vergadering toespraken.
5/5