De Ronde van de Mont Aigoual (BIS) - Grinta!
De Ronde van de Mont Aigoual (BIS) - Grinta!
De Ronde van de Mont Aigoual (BIS) - Grinta!
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>de</strong> piste in |<br />
In het wiel <strong>van</strong> ‘<strong>De</strong> Renner’<br />
<strong>De</strong> <strong>Ron<strong>de</strong></strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>Mont</strong> <strong>Aigoual</strong> (<strong>BIS</strong>)<br />
‘<strong>De</strong> Renner’ is een klassieker uit <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandstalige<br />
(sport)literatuur. <strong>De</strong> wielerroman <strong>van</strong><br />
Tim Krabbé zette sinds 1978 heel veel mensen<br />
aan het dromen. Ruim <strong>de</strong>rtig jaar na <strong>de</strong> eerste<br />
publicatie, fietsten wij het volledige parcours<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>Ron<strong>de</strong></strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>Mont</strong> <strong>Aigoual</strong>, <strong>de</strong> wedstrijd<br />
die Krabbé in ‘<strong>De</strong> Renner’ beschrijft. We<br />
kwamen tot dit fictieve verhaal.<br />
› TEKST Fre<strong>de</strong>rik Backelandt<br />
› FOTOGRAFIE David Stockman
<strong>Mont</strong>ée<br />
<strong>de</strong> Camprieu<br />
Trèves<br />
G O R G E S D U T A R N<br />
Le Rozier<br />
Les Vignes<br />
Causse<br />
Méjean<br />
<strong>Mont</strong> <strong>Aigoual</strong><br />
Col <strong>de</strong> Prat Peyrot<br />
G O R G E S D E L A J O N T E<br />
Aumières<br />
Meyrueis<br />
Eerste lus <strong>van</strong>uit Meyrueis<br />
Twee<strong>de</strong> lus <strong>van</strong>uit Meyrueis<br />
Col <strong>de</strong> Perjuret<br />
Salvinsac<br />
Cabrillac<br />
Frankrijk<br />
Causse<br />
Noir<br />
Camprieu<br />
<strong>Mont</strong>ée<br />
<strong>de</strong> Camprieu<br />
Col <strong>de</strong> la<br />
Serreyre<strong>de</strong><br />
<strong>Mont</strong> <strong>Aigoual</strong><br />
Col <strong>de</strong> Prat Peyrot<br />
Trèves<br />
Meyrueis, Lozère, 3 juni 2010.<br />
Warm weer maar ook weer<br />
niet té warm. Goed, hou ik<br />
wel <strong>van</strong>. <strong>De</strong> wagen waarmee ik naar<br />
hier ben gekomen, bestickerd met<br />
<strong>Grinta</strong>!, valt op. Ik voel <strong>de</strong> blikken <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> an<strong>de</strong>re <strong>de</strong>elnemers, mijn concurrenten.<br />
Of zou<strong>de</strong>n ze kijken naar<br />
<strong>de</strong> regenboog op mijn trui of broek?<br />
Maakt me niet uit als ze straks op<br />
mijn wiel rij<strong>de</strong>n. Ik ken het parcours.<br />
Het is selectief genoeg om het verschil<br />
te maken. Als je goed bent…<br />
38 | <strong>Grinta</strong>!<br />
“En, in vorm?” Ik ken die stem. Ik<br />
draai me om. Een wat gedrongen<br />
kereltje. Een buikje. Het is Karl. Ooit,<br />
toen hij nog koerste, was hij nog goed<br />
voor zilver op één of an<strong>de</strong>r wereldkampioenschap<br />
maar die tijd heeft<br />
hij al een poos achter zich gelaten.<br />
Toch beschouw ik hem <strong>van</strong>daag als<br />
een concurrent. Dus op zijn vraag of<br />
ik in vorm ben, antwoord ik naast <strong>de</strong><br />
kwestie. Ik antwoord ook niet graag op<br />
zo’n vraag. Vorm is iets heiligs. Daar<br />
spring je niet kwistig mee om. Ook<br />
niet verbaal. “Zullen we straks zien”,<br />
zeg ik. “Hou Krabbé in <strong>de</strong> gaten. Hij<br />
weet hier elke steen liggen”, fluistert<br />
Karl me nog toe vooraleer hij zich naar<br />
het tafeltje met het startblad begeeft.<br />
Karl heeft het over Tim Krabbé. Een<br />
Hollan<strong>de</strong>r. Niet meer <strong>van</strong> <strong>de</strong> jongste.<br />
Naar verluidt zou hij in <strong>de</strong>ze koers<br />
jaren gele<strong>de</strong>n twee<strong>de</strong> zijn gewor<strong>de</strong>n.<br />
Geklopt in <strong>de</strong> sprint door een zekere<br />
Reilhan. Kortom: ik moet ‘m in<br />
<strong>de</strong> gaten hou<strong>de</strong>n. En het ‘m lastig<br />
proberen maken on<strong>de</strong>rweg. Kansen<br />
genoeg daartoe. Er wacht ons 137 km.<br />
Scherprechter is <strong>de</strong> <strong>Mont</strong> <strong>Aigoual</strong>. Die<br />
komt op het eind. Maar vooraf zal er<br />
al heel wat slopingswerk zijn gebeurd.<br />
Nog een half uur voor <strong>de</strong> start. Wat<br />
is een wielrenner toch lang bezig met<br />
zichzelf. Sokjes, schoentjes, massageolie<br />
(ik heb graag een stel glanzen<strong>de</strong><br />
benen), helm, bril, energierepen, een<br />
gelletje, bidons prepareren, rugnummer<br />
opspel<strong>de</strong>n, … Even mezelf bekijken<br />
in <strong>de</strong> etalage <strong>van</strong> <strong>de</strong> ‘boulangerie’.<br />
Egotripper. Ik ben klaar, kan ein<strong>de</strong>lijk<br />
mijn krabbel op het startblad zetten.<br />
Ik zie veel handtekeningen. Hoeveel<br />
<strong>de</strong>elnemers zou<strong>de</strong>n er zijn?<br />
Frankrijk<br />
Vijf minuten voor <strong>de</strong> start. Ik kijk om<br />
me heen. Er wordt nog even genipt<br />
aan bidons, ban<strong>de</strong>nspanning wordt<br />
gecheckt, er wor<strong>de</strong>n nog enkele plasjes<br />
gedaan, mouwtjes wor<strong>de</strong>n strak<br />
getrokken. Ik kijk naar <strong>de</strong> benen <strong>van</strong><br />
mijn concurrenten. Afgetraind met<br />
een uitgesproken textuur? Rijkelijk<br />
bea<strong>de</strong>rd als een stuk marmer? Of<br />
niet? Vorig jaar zag ik nog een foto<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> benen <strong>van</strong> Lance Armstrong.<br />
Indrukwekkend. Zijn kuiten leken wel<br />
bezaaid met kleine bergriviertjes zoals<br />
je er hier in <strong>de</strong>ze streek zo veel hebt.<br />
Bij <strong>de</strong> grote Fausto Coppi was het<br />
net zo. Doch wanneer één bepaal<strong>de</strong><br />
a<strong>de</strong>r opzwel<strong>de</strong>, zou dat het teken zijn<br />
geweest dat Coppi het lastig kreeg.<br />
Dat wist zijn grote rivaal Gino Bartali<br />
maar al te goed, waarop die één <strong>van</strong><br />
zijn knechten sommeer<strong>de</strong> <strong>de</strong> a<strong>de</strong>r <strong>van</strong><br />
Coppi te observeren. Begon Coppi’s<br />
a<strong>de</strong>r te zwellen, dan was dat het sein<br />
voor <strong>de</strong> ‘gregario’ om kopman Gino te<br />
waarschuwen. Waarop die dan in <strong>de</strong><br />
aanval ging. Feit of fictie? Geen i<strong>de</strong>e,<br />
da’s net het mooie aan <strong>de</strong>ze koers.<br />
“Ik ken dat verhaal”, zegt Dimitri<br />
terwijl hij me op <strong>de</strong> rug tikt. ‘Dimi’<br />
doet <strong>van</strong>daag ook mee. Hij is een<br />
nostalgicus, houdt <strong>van</strong> <strong>de</strong> anekdotiek<br />
<strong>van</strong> het wielrennen. Hij fietst in een<br />
retropakje. Hij is een dromer. Fietsen<br />
doet hij voor het plezier. Geen haar op<br />
zijn hoofd dat eraan <strong>de</strong>nkt om ‘mee te<br />
zijn’ in <strong>de</strong> finale <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze wedstrijd.<br />
Over haar gesproken: hij heeft zijn<br />
benen niet geschoren! Wat zegt men<br />
ook alweer: je bent pas écht coureur<br />
als je je benen hebt geschoren? Of was<br />
het als je <strong>de</strong> Tour <strong>de</strong> France hebt uitgere<strong>de</strong>n?<br />
Hoe dan ook, Dimitri vormt<br />
geen bedreiging voor mij, noch voor <strong>de</strong><br />
overwining. Maar wat kan hij sappig<br />
vertellen over <strong>de</strong> koers.<br />
Pang! “Allez, c’est parti!” Het is <strong>de</strong><br />
burgemeester <strong>van</strong> Meyrueis die het<br />
startschot geeft. Het publiek applaudiseert,<br />
moedigt ons aan. Daar hou<strong>de</strong>n<br />
wielrenners <strong>van</strong>. Ze geven het niet<br />
toe maar toch is het zo. We fietsen <strong>de</strong><br />
eerste kilometers aan een toeristentempo,<br />
langs <strong>de</strong> Jonte, een zijstroom
Het brugje over <strong>de</strong> Tarn in Les Vignes leidt je naar <strong>de</strong> Causse Méjean.<br />
< <strong>De</strong> eenzame fietser in het landschap <strong>van</strong> <strong>de</strong> Causses.<br />
< In schuifjes klimmen naar <strong>de</strong> <strong>Mont</strong> <strong>Aigoual</strong>.<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> Tarn. Langs het peloton vormt<br />
zich een haag rotspartijen. Het is hier<br />
mooi. Nu heb ik er nog oog voor, straks<br />
niet meer. Zeker niet na <strong>de</strong> doorkomst<br />
in Meyrueis, waar <strong>de</strong> finale pas echt<br />
zal beginnen. Er zijn 1.001 wedstrijdscenario’s<br />
mogelijk. Welk wordt het<br />
<strong>van</strong>daag?<br />
Ik tuur rond in het peloton. Helemaal<br />
voorin (maar nooit met <strong>de</strong> neus in <strong>de</strong><br />
wind) zit Wouter. Een slimme coureur.<br />
Eerst het bord <strong>van</strong> een an<strong>de</strong>r leegeten,<br />
weet je wel. Hij weet hoe <strong>de</strong> koers in<br />
elkaar zit, hem verras je zel<strong>de</strong>n of<br />
nooit. Als er nog zoiets bestaat als een<br />
‘patron’ in <strong>de</strong> koers, dan moet hij het<br />
wel zijn. Of hij <strong>van</strong>daag meespeelt, kan<br />
ik niet inschatten. Bergop is het ooit<br />
beter geweest maar met zijn daal- en<br />
rouleurcapaciteiten maakt hij veel<br />
goed. En als hij ergens zijn zinnen op<br />
zet…<br />
Een renner springt weg. Ik kan niet<br />
zien wie het is. Het is gissen. Dimitri<br />
zou ge<strong>de</strong>marreerd hebben. In<strong>de</strong>rdaad,<br />
ik herken zijn 'zit' op <strong>de</strong> fiets. Niet <strong>de</strong><br />
meest oogstrelen<strong>de</strong>. Heeft te maken<br />
met zijn zwakke rug. Het peloton laat<br />
begaan. En terecht. Hier wordt <strong>de</strong><br />
koers immers niet gemaakt. Het is<br />
te vroeg. “Nu moet je nog niet ‘mee’<br />
zijn”, bevestigt Sven. ‘Shit, die is er<br />
<strong>van</strong>daag ook bij’, flitst door mijn hoofd.<br />
Het parcours is misschien net te zwaar<br />
voor hem en maar goed ook. Want als<br />
je die meeneemt naar <strong>de</strong> finish… Ooit<br />
werd hij nog nationaal kampioen bij <strong>de</strong><br />
beloften.<br />
Dimitri begint met een minuut<br />
voorsprong aan <strong>de</strong> Causse Méjean, <strong>de</strong><br />
eerste beklimming <strong>van</strong> <strong>de</strong> dag. Hij is<br />
een man alleen, beleeft zijn moment <strong>de</strong><br />
gloire, goed wetend dat het <strong>van</strong> korte<br />
duur zal zijn. Maar daar maalt hij niet<br />
om. Er wordt weer ge<strong>de</strong>marreerd. Het<br />
is Geert. Het is niet aan mij om te reageren.<br />
Geert en ik hebben immers een<br />
geheim pact. Als hij gaat, blijf ik zitten.<br />
Als ik weg ben, beschermt hij mijn<br />
vlucht. Geen i<strong>de</strong>e of <strong>de</strong> tegenstand op<br />
<strong>de</strong> hoogte is <strong>van</strong> onze combine. “Hop,<br />
hop, hop!”, wordt er geschreeuwd<br />
<strong>van</strong>uit <strong>de</strong> buik <strong>van</strong> het peloton. Het<br />
is <strong>de</strong> stem <strong>van</strong> Wouter. Hij hoopt dat<br />
er an<strong>de</strong>ren voor hem <strong>de</strong> kastanjes uit<br />
het vuur halen, lees: <strong>de</strong> vlucht <strong>van</strong><br />
Geert neutraliseren. Dat gebeurt niet.<br />
Twee renners voorin. Dimitri en, in <strong>de</strong><br />
achtervolging, Geert.<br />
Eens boven op <strong>de</strong> Causse Méjean, volgt<br />
een lange afdaling tot Meyrueis. Hier<br />
zijn vluchters vogels voor <strong>de</strong> kat. En <strong>de</strong><br />
kat is dan het jagen<strong>de</strong> peloton. ><br />
<strong>Grinta</strong>! | 39
Niet-wielrenners. <strong>De</strong> leegheid<br />
<strong>van</strong> die levens schokt me. <<br />
(uit '<strong>De</strong> Renner' <strong>van</strong> Tim Krabbé.)<br />
© Photonews<br />
Mark Uytterhoeven<br />
over zijn lievelingsboek<br />
“<strong>De</strong> leegheid <strong>van</strong> die levens schokt me.” Dat is <strong>de</strong><br />
belangrijkste zin uit ‘<strong>De</strong> Renner’ en hij staat al in <strong>de</strong><br />
eerste paragraaf. <strong>De</strong> zin die er aan voorafgaat luidt:<br />
“Niet-wielrenners.” Dat moest u wel even weten.<br />
In 2007 gaf ik een <strong>van</strong> mijn talloze exemplaren <strong>van</strong><br />
‘<strong>De</strong> Renner’ te leen aan Gert Steegmans. Ik heb<br />
het nog steeds niet terug. Gert en ik zeggen het<br />
wel vaker tegen elkaar: “<strong>De</strong> leegheid <strong>van</strong> die levens<br />
schokt me.”<br />
‘<strong>De</strong> Renner’ is het enige boek dat ik meer dan 10<br />
keer heb gelezen. Ook <strong>de</strong> rest <strong>van</strong> het oeuvre <strong>van</strong><br />
Tim Krabbé heb ik integraal gelezen, zij het maar<br />
1 of 2 keer. Ik mag het u aanra<strong>de</strong>n. Ik lees Tim<br />
Krabbé doodgraag.<br />
‘<strong>De</strong> Renner’ leer<strong>de</strong> ik kennen dankzij ‘Humo’, waarin<br />
het in afleveringen werd aangebo<strong>de</strong>n. Dat moet<br />
eind jaren ’70 geweest zijn, want het boek dateert<br />
<strong>van</strong> 1978. Begin 1985 las ik het samen met een<br />
Michelin-kaart. Op die manier stel<strong>de</strong> ik het parcours<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>Ron<strong>de</strong></strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>Mont</strong>-<strong>Aigoual</strong><br />
samen. Ik wil<strong>de</strong> tij<strong>de</strong>ns mijn vakantie <strong>de</strong> volledige<br />
rit fietsen. Ik had nog nooit 100 km gefietst. En het<br />
waren er meer, die <strong>Ron<strong>de</strong></strong>.<br />
Aan <strong>de</strong> voet <strong>van</strong> <strong>de</strong> klim die <strong>van</strong>uit Meyrueis <strong>de</strong><br />
twee<strong>de</strong> lus inluidt, moest mijn vrouw klaarstaan met<br />
<strong>de</strong> bevoorrading. Ze kon niet onmid<strong>de</strong>llijk parkeren<br />
en daarom wachtte ze boven, zei ze toen ik gekalmeerd<br />
was.<br />
Ik gaf op na 98 km, niet ver <strong>van</strong> Camprieu, meen<br />
ik mij te herinneren. In <strong>de</strong> Gorges du Trévezel heb<br />
ik mij gewassen, in <strong>de</strong> kou<strong>de</strong> rivier. Het was 24 juli<br />
1985 en volgens mijn trainingsboekje heb ik over <strong>de</strong><br />
98 km 5 uur en 20 minuten gedaan.<br />
Vier dagen later heb ik mijn eerste echte col beklommen,<br />
zie ik: <strong>de</strong> <strong>Mont</strong> Ventoux, kant Bédoin, in<br />
2 uur en 10 minuten, 42x24/28, staat erbij. En nog<br />
eens 2 dagen later, op <strong>de</strong> terugweg naar Mechelen,<br />
<strong>de</strong> Ballon d’Alsace, in 56 minuten, 42x20. Ik was<br />
vertrokken. Tot 2008 heb ik geleefd in functie <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> fiets. En nu al meer dan 2 jaar niet meer. <strong>De</strong><br />
leegheid <strong>van</strong> mijn leven schokt mij.<br />
40 | <strong>Grinta</strong>!
Een halve minuut hebben ze nog voor<br />
het binnenrij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> Meyrueis. <strong>De</strong><br />
twee zijn intussen samen. Geert op<br />
kop, Dimitri klittend aan zijn wiel.<br />
In het peloton groeit <strong>de</strong> nervositeit.<br />
Een renner voor mij nipt aan zijn<br />
bidon. Goed i<strong>de</strong>e, <strong>de</strong>nk ik. En ik doe<br />
hetzelf<strong>de</strong>. Al schaam ik me een beetje:<br />
ik wil immers niet overkomen als een<br />
navolger. We zijn 67 km ver, ongeveer<br />
halverwege. En er is nog niets<br />
gebeurd. Het kriebelt. Ook bij mij. <strong>De</strong><br />
Causse Noir wacht op ons, zes kilometer<br />
klimmen.<br />
Aan <strong>de</strong> finish staat een jongedame,<br />
helemaal in het wit gekleed. Ze is<br />
mooi. Wow! Het werkt inspirerend. Ik<br />
weet het nu zeker: ik val aan. Het is<br />
genoeg geweest. Klik, klak. <strong>De</strong> ketting<br />
verspringt naar een kleiner kroontje<br />
achteraan. Ik ben weg. Heeft ze het<br />
gezien? Heeft ze die machtsontplooiing<br />
gezien? Ik ben alleen. Wordt het zo<br />
makkelijk <strong>van</strong>daag? Een bocht ver<strong>de</strong>r<br />
zie ik een renner. Dimitri. Geert moet<br />
hem gelost hebben. Logisch. Geert is<br />
<strong>de</strong> betere klimmer. En hij kan diep<br />
gaan. Héél diep. En hij kickt er nog<br />
op ook. Ik flits Dimitri voorbij. Helaas<br />
voor hem.<br />
Ik kijk op mijn kilometertellertje. 83<br />
km ver, begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> afdaling <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
Causse Noir. Situatie: twee lei<strong>de</strong>rs,<br />
Geert en ikzelf. We verstaan elkaar.<br />
Er is geen beter scenario <strong>de</strong>nkbaar.<br />
Te vroeg? Ach, achteraan moeten ze<br />
nu har<strong>de</strong>r trappen. Enkele kilometers<br />
ver<strong>de</strong>rop, net voor het binnenrij<strong>de</strong>n<br />
<strong>van</strong> Trèves, sluiten drie renners aan:<br />
Sven, Karl en Wouter. Vijf koplopers<br />
in <strong>de</strong> <strong>Ron<strong>de</strong></strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>Mont</strong> <strong>Aigoual</strong> anno<br />
2010. Gaat het tussen die vijf renners<br />
voor <strong>de</strong> zege? Het moet wel. “Komaan<br />
mannekes, doorgaan! <strong>De</strong> Hollan<strong>de</strong>r<br />
is er niet bij”, snauwt Wouter. Ik<br />
gehoorzaam. Wouter heeft in<strong>de</strong>rdaad<br />
een punt: Krabbé is niet mee. Slechte<br />
dag allicht. Of <strong>de</strong> leeftijd die zijn tol<br />
begint te eisen. Wanneer het zijn beurt<br />
is om over te nemen, knipoogt Sven<br />
naar mij. Hij is er dus nog steeds bij.<br />
<strong>De</strong> mentale oorlogsvoering is begonnen,<br />
nog lang voor <strong>de</strong> fysieke strijd<br />
is beslecht. Sven meenemen naar <strong>de</strong><br />
streep is geen optie.<br />
<strong>De</strong> beklimming naar Camprieu is het<br />
voorgeborchte <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>Mont</strong> <strong>Aigoual</strong>.<br />
Lastig. Geert rijdt een strak tempo.<br />
Wouter en Sven beperken zich tot<br />
volgen, zijn ook karig met <strong>de</strong> zweetdruppels.<br />
Karl en ik niet. Koersen,<br />
verdomme! Liever attractief fietsen<br />
en ten on<strong>de</strong>r gaan, dan ‘slepen’ en<br />
winnen. Attractief koersen is soms,<br />
maar niet altijd, het synoniem <strong>van</strong><br />
dom koersen. Dat laatste doe je beter<br />
niet. An<strong>de</strong>rs wint een wieltjeszuiger<br />
<strong>de</strong> <strong>Ron<strong>de</strong></strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>Mont</strong> <strong>Aigoual</strong>. En dat<br />
willen we dit monument niet aandoen.<br />
Een steil stuk. Wouter ziet ons<br />
achterwiel kleiner wor<strong>de</strong>n. Ook Karl<br />
heeft het moeilijk. Ze lossen. “Vive le<br />
vélo!”, hoor ik Karl nog tieren. We zijn<br />
nog met z’n drieën. Sven geeft geen<br />
krimp. Sterk maar… wacht maar op<br />
<strong>de</strong> <strong>Aigoual</strong>. Dit kan niet blijven duren.<br />
<strong>De</strong> beklimming naar het observatorium<br />
is niet <strong>van</strong> <strong>de</strong> allerzwaarste maar<br />
is er een in schuifjes. Van <strong>de</strong> Col <strong>de</strong> la<br />
Sereyrè<strong>de</strong> gaat het naar <strong>de</strong> Col <strong>de</strong> Prat<br />
Peyrot en vervolgens naar <strong>de</strong> 1.567<br />
meter hoge <strong>Aigoual</strong>. Daar moet en zal<br />
het gebeuren.<br />
Klik, klak. Geert versnelt. Ik blijf<br />
zitten om evi<strong>de</strong>nte re<strong>de</strong>nen. Eén: er<br />
is mijn geheime afspraak met Geert.<br />
Twee: Sven is <strong>de</strong> snelste <strong>van</strong> ons tweeën.<br />
Dat hij het dus maar oplost. Geert<br />
wordt kleiner en wij rij<strong>de</strong>n almaar<br />
trager. “Awel?”, vraagt Sven. Ik haal<br />
mijn schou<strong>de</strong>rs op. Hij blijft nu tempo<br />
rij<strong>de</strong>n. Geert is nu nog kleiner dan<br />
daarnet. Ik heb superbenen maar mag<br />
ze niet etaleren. Is <strong>de</strong> koers verloren?<br />
Klik, klak. Als een <strong>de</strong>us ex machina<br />
knalt een renner ons voorbij. Het<br />
is… Krabbé. Als een duiveltje uit een<br />
doosje komt hij zich alsnog mengen<br />
in <strong>de</strong> finale <strong>van</strong> ‘zijn koers’. Is hij een<br />
turbodiesel? Heeft hij zijn wedstrijd<br />
dan zo goed inge<strong>de</strong>eld? Of heeft hij gewoon<br />
superbenen maar werd hij daarnet<br />
door pech geremd? Geen tijd om te<br />
<strong>de</strong>nken. Hij gaat hard. Ik moet mee. Ik<br />
doe dat ook. Het doet pijn maar er is<br />
geen an<strong>de</strong>re weg wil ik eeuwige roem<br />
verwerven in Meyrueis. En wil het<br />
meisje in het wit voor me vallen.<br />
Pluspunt <strong>van</strong> <strong>de</strong> verrijzenis <strong>van</strong><br />
Krabbé: Sven is gelost. Eén snelle man<br />
min<strong>de</strong>r. Krabbé is nu mijn locomotief.<br />
Mijn persoonlijk <strong>de</strong>rny naar <strong>de</strong> top <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> <strong>Aigoual</strong>, op weg naar <strong>de</strong> koploper.<br />
Krabbé zegt niets. Hij vraagt zelfs niet<br />
om over te nemen. I<strong>de</strong>aal. Het tempo<br />
dat hij me oplegt, volstaat overigens.<br />
Daar rijdt Geert. We halen hem bij. Hij<br />
kan niet meer aanpikken. “Te veel gegeven”,<br />
klinkt het verontschuldigend.<br />
Het gaat nu tussen Krabbé en mezelf.<br />
Tussen een wereldkampioen en een<br />
Hollan<strong>de</strong>r. Een atypische Hollan<strong>de</strong>r<br />
dan: <strong>de</strong>ze zuigt geen wieltjes.<br />
<strong>De</strong> afdaling naar Meyrueis. Rechts<br />
ligt <strong>de</strong> top <strong>van</strong> <strong>de</strong> Perjuret, het zwarte<br />
beest <strong>van</strong> Roger Rivière. In <strong>de</strong> Tour ><br />
<strong>Grinta</strong>! | 41
Ver<strong>van</strong>gbare CNC<br />
achterpad<br />
30T carbon voor<br />
meer comfort<br />
1 1/2 “ balhoofdsbuis<br />
voor superieure controle<br />
40T carbon voor<br />
extra sterkte<br />
Gratis 1 jaar fietsomnium<br />
diefstal en beschadiging...<br />
Meer informatie en voorwaar<strong>de</strong>n bij uw Prorace <strong>de</strong>aler<br />
Full carbon vork met<br />
carbon stuurpijp<br />
veiligheidsnokjes<br />
Asymetrische constructie<br />
Rechts 12% sterker<br />
Kratos Fiets: 2.199 €<br />
In gepersonaliseer<strong>de</strong> CHYPS kleur<br />
Campa Athena afmontage<br />
5 Jaar garantie op frame en vork<br />
Kratos is een carbon cyclocross frame uit Torayca 30T carbon. Op <strong>de</strong> punten die in cyclocross het meest belast wor<strong>de</strong>n is het frame<br />
versterkt met 40T carbon. <strong>De</strong> achtertrein is intern asymetrisch opgebouwd voor grotere sterkte op <strong>de</strong> rechterkant. Dit gea<strong>van</strong>ceer<strong>de</strong> cross<br />
frame biedt ultieme controle en stijfheid in het veld. Kratos frames zijn verkrijgbaar in duizen<strong>de</strong>n verschillen<strong>de</strong> CHYPS kleurencombinaties.<br />
Voor info en verkoopadressen: zie www.prorace.be | E. Van<strong>de</strong>rvel<strong>de</strong>straat 136 | 2830 Willebroek | Tel 03 290 02 11 | E-mail info@prorace.be
Meyrueis, in het hart <strong>van</strong> <strong>de</strong> Cevennen.<br />
<strong>de</strong> France <strong>van</strong> 1960 vloog Rivière, <strong>de</strong><br />
challenger <strong>van</strong> geletruidrager Gastone<br />
Nencini, hier het ravijn in. Zijn<br />
loopbaan was voorbij. <strong>De</strong>ze afdaling<br />
tot Meyrueis is allesbehalve technisch.<br />
We werken nu goed samen. Ik voel<br />
me zegezeker. Ik ben nochtans niet<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> snelste. Maar dit oudje moet ik<br />
wel aankunnen, <strong>de</strong>nk ik dan. Bordje<br />
Meyrueis. We vertragen. Wie zet <strong>de</strong><br />
sprint in? Wat is het verstandigst? Wat<br />
is het meest efficiënt? Ga ik nu al? Ik<br />
stel te veel vragen. Krabbé geeft het<br />
antwoord. Het is nog nauwelijks 200<br />
meter en hij zoeft me voorbij. Ik sta te<br />
groot. Ik haal het niet. Of toch. Ja…<br />
hij valt stil. Tan<strong>de</strong>n op elkaar, ogen<br />
dicht. <strong>De</strong> ultieme kattensprong…<br />
<strong>De</strong> speaker brult het uit. “C’est Tim<br />
Krabbé qui gagne le Tour du <strong>Mont</strong><br />
<strong>Aigoual</strong>!” Ik ben twee<strong>de</strong>. <strong>De</strong> vloek <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> regenboogtrui? Ach, ik heb nog altijd<br />
het meisje in het wit. Ik zoek haar.<br />
Ze staat op het podium, ze is <strong>van</strong>daag<br />
het bloemenmeisje. En ze heeft alleen<br />
maar oog voor <strong>de</strong> Hollandse winnaar,<br />
niet voor mij. Dat is balen. Ik druk<br />
Krabbé <strong>de</strong> hand en hij <strong>de</strong> mijne. “Goed<br />
gere<strong>de</strong>n”, zegt hij. “Jij ook”, stamel<br />
ik. “Ik had nochtans kunnen leven<br />
met een an<strong>de</strong>r ein<strong>de</strong> voor dit verhaal”,<br />
knipoogt hij. Had ik dat vooraf<br />
geweten. n<br />
PRAKTISCH<br />
Hoe bereiken?<br />
Meyrueis is een gemeente in het <strong>de</strong>partement Lozère (verankerd<br />
tussen <strong>de</strong> Auvergne en <strong>de</strong> Languedoc), in <strong>de</strong> regio Languedoc-<br />
Roussillon in Zuid-Frankrijk. Het ligt vlakbij het Nationaalpark <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> Cevennen, één <strong>van</strong> <strong>de</strong> groene longen <strong>van</strong> Frankrijk. Meyrueis<br />
ligt op 950 km <strong>van</strong> Brussel en op 140 km <strong>van</strong> <strong>Mont</strong>pellier. Het hele<br />
jaar door verbindt <strong>de</strong> tgv Brussel dagelijks met <strong>Mont</strong>pellier in 5<br />
uur 30’. Meer info via www.nmbs.be.<br />
Veel te zien, veel te doen<br />
<strong>De</strong> rivier <strong>de</strong> Tarn vormt <strong>de</strong> westelijke ‘grens’ <strong>van</strong> ‘<strong>De</strong> <strong>Ron<strong>de</strong></strong> <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> <strong>Mont</strong> <strong>Aigoual</strong>’ zoals Tim Krabbé die beschrijft in ‘<strong>De</strong> Renner’.<br />
<strong>De</strong> rivier heeft in <strong>de</strong> loop <strong>van</strong> vele duizen<strong>de</strong>n jaren een diepe kloof<br />
uitgesleten. In het kalkmassief ‘Grands Causses’ is hierdoor een<br />
echte canyon gevormd. Het geeft <strong>de</strong>ze streek een ruig, avontuurlijk<br />
kantje. Er is veel te zien en veel te doen, zowel in <strong>de</strong> valleien<br />
als op <strong>de</strong> hoogvlakten. Bezoek <strong>de</strong> beroem<strong>de</strong> grot <strong>van</strong> Dargilan,<br />
vlakbij Meyrueis, op <strong>de</strong> Causse Noir. Het is één <strong>van</strong> <strong>de</strong> mooiste<br />
stalactietengrotten <strong>van</strong> Frankrijk. <strong>De</strong> Aven Armand op <strong>de</strong> Causse<br />
Méjean herbergt dan weer 400 stalagmieten: een uniek kijkstuk.<br />
<strong>De</strong> Lozère is ook <strong>de</strong> streek waar <strong>de</strong> dieren koning zijn. Zo kan je<br />
<strong>van</strong>uit ‘le belvédère <strong>de</strong>s vautours’ in <strong>de</strong> Gorges <strong>de</strong> la Jonte meer<br />
dan hon<strong>de</strong>rd vale gieren observeren. Je vindt in Ste Eulalie een<br />
bizonreservaat en in Marvejols het wolvenpark <strong>van</strong> Gévaudan.<br />
Meer info over dit alles en nog veel meer via<br />
www.lozere-tourisme.com en www.francegui<strong>de</strong>.com.<br />
Ont<strong>de</strong>k <strong>de</strong> Lozère met <strong>de</strong> fiets<br />
Wie <strong>de</strong> Lozère, één <strong>van</strong> <strong>de</strong> mooiste regio’s in Frankrijk, wil ont<strong>de</strong>kken,<br />
doet dat best met <strong>de</strong> fiets. Er is méér dan alleen het parcours<br />
dat beschreven wordt in ‘<strong>De</strong> Renner’. Le Tour <strong>de</strong> La Lozère cyclotouriste<br />
is een permanente toertocht en voert je in 595 km en<br />
9.600 hoogtemeters langs <strong>de</strong> mooiste plekjes <strong>van</strong> het gebied:<br />
Men<strong>de</strong>, les gorges du Tarn, <strong>de</strong> <strong>Mont</strong> <strong>Aigoual</strong>, … Je plant <strong>de</strong>ze<br />
tocht best op het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> lente. Meer info via<br />
www.lozere-tourisme.com. Op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> website vind je ook <strong>de</strong><br />
uitgebrei<strong>de</strong> mountainbikemogelijkhe<strong>de</strong>n die <strong>de</strong> streek biedt.<br />
Midi Libre Cyclaigoual<br />
Op 12 september wordt voor <strong>de</strong> elf<strong>de</strong> keer <strong>de</strong>ze cyclosportieve<br />
toertocht in het hart <strong>van</strong> <strong>de</strong> Cevennen georganiseerd. Starten en<br />
finishen doe je in Le Vigan (een stadje 70 km ten zuidoosten <strong>van</strong><br />
Meyrueis). Er zijn twee omlopen: ‘Fenioux’ (150 km, 2.500 hoogtemeters,<br />
met <strong>de</strong> <strong>Mont</strong> <strong>Aigoual</strong> als onvermij<strong>de</strong>lijke scherprechter)<br />
en ‘Perrier’ (110 km en 1.700 hoogtemeters). Meer info via<br />
www.midilibre-velo-aigoual.com. An<strong>de</strong>re cyclo’s in <strong>de</strong> Lozère zijn<br />
La Lozérienne en La Granite <strong>Mont</strong> Lozère.<br />
<strong>Grinta</strong>! | 43