Jaarverslag 2006 - IBR

Jaarverslag 2006 - IBR Jaarverslag 2006 - IBR

20.12.2013 Views

I Op 19 oktober 2006 heeft de Voorzitter een mededeling aan de leden verstuurd met betrekking tot de nieuwe collectieve verzekeringspolis. Deze mededeling is opgenomen als bijlage nummer 6 bij onderhavig jaarverslag. Een nieuwe gecoördineerde versie van de polis en meer informatie omtrent de collectieve polis burgerlijke beroepsaansprakelijkheid is beschikbaar op het Extranet van het Instituut onder de rubriek Documentatie. Tenslotte acht de Raad het opportuun de aandacht te vestigen op het feit dat de collectieve polis een niet-verplichte standaardpolis is. De revisorenkantoren beschikken steeds over de mogelijkheid om zelf met hun verzekeringsmakelaar een specifieke polis te onderhandelen, die beantwoordt aan de individuele kantoorkenmerken. In geval van een specifieke polis dient de toestemming van de Raad te worden verkregen (art. 9bis, derde lid van de wet van 22 juli 1953). 1.9.4. Beperking van aansprakelijkheid – éénpersoonsvennootschappen In de hypothese van de volgende aandeelhouderstructuur Revisorenvennootschap X | EénpersoonsBVBA Y | Natuurlijke persoon Z kan de stelling worden verdedigd dat de bedrijfsrevisor natuurlijke persoon Z een commissarisverslag mag ondertekenen voor een mandaat uitgeoefend door de revisorenvennootschap X, die vertegenwoordigd wordt door de natuurlijke persoon Z. Z is echter geen rechtstreekse vennoot van de revisorenvennootschap X, wel onrechtstreeks via de éénpersoons- BVBA Y. Het zou derhalve niet nodig zijn om de naam van de éénpersoonsBVBA Y in het commissarisverslag te vermelden (cf. Vademecum, I, 2005, p. 85-86). Als er een aansprakelijkheidsvordering wordt ingesteld, rijst evenwel de vraag of de éénpersoonsBVBA kan worden aangesproken, ook al staat die niet uitdrukkelijk vermeld in het commissarisverslag. 64 IBR – JAARVERSLAG 2006

De Raad is evenwel van mening (1) dat de deontologische verplichting om een verzekeringspolis te onderschrijven van toepassing is op elke revisorenvennootschap met uitzondering van de éénpersoonsrevisorenvennootschappen die in de praktijk, in hun naam en voor hun eigen rekening, geen revisorale opdrachten uitoefenen. I Bijgevolg kunnen – maar dit is geen verplichting – deze éénpersoonsrevisorenvennootschappen naar het Instituut een getuigschrift van afsluiting van een dergelijke verzekering sturen, vermits ze in de praktijk geen revisorale opdracht uitoefenen in hun naam en voor hun eigen rekening, hetgeen het risico doet verdwijnen (Omzendbrief D.015/06, p. 4). 1.9.5. Notie “genoteerde vennootschap” – vrije markt De Raad heeft vastgesteld dat het begrip “genoteerde vennootschap” in artikel 9bis niet in de wet van 1953 wordt gedefinieerd. De Raad is van mening dat, bij gebrek aan een duidelijke omschrijving, er kan worden verwezen naar de definitie uit het vennootschapsrecht, meer in het bijzonder naar artikel 4 van het Wetboek van vennootschappen. Het gaat derhalve om vennootschappen waarvan de effecten zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt. De vrije markt valt dus buiten het toepassingsgebied. 1.10. Strijd tegen de corruptie, het witwassen en fraude (zie ook § 14.3.1.) 1.10.1. Verslag van de OESO inzake de corruptiebestrijding Op vraag van de Federale Overheidsdienst Economie, heeft de Raad van het IBR in maart 2006 een advies verstuurd betreffende het ontwerpverslag van de OESO inzake de corruptiebestrijding. Het IBR heeft aan de Federale Overheidsdienst voorgesteld dat het verslag van de OESO in geen verplichting voor de commissaris zou voorzien om, rekening houdend met (1) In tegenstelling tot een vorig standpunt: IBR, Vademecum, I, 2005, p. 382. IBR – JAARVERSLAG 2006 65

I<br />

Op 19 oktober <strong>2006</strong> heeft de Voorzitter een mededeling aan de leden<br />

verstuurd met betrekking tot de nieuwe collectieve verzekeringspolis.<br />

Deze mededeling is opgenomen als bijlage nummer 6 bij onderhavig jaarverslag.<br />

Een nieuwe gecoördineerde versie van de polis en meer informatie<br />

omtrent de collectieve polis burgerlijke beroepsaansprakelijkheid is<br />

beschikbaar op het Extranet van het Instituut onder de rubriek Documentatie.<br />

Tenslotte acht de Raad het opportuun de aandacht te vestigen op het<br />

feit dat de collectieve polis een niet-verplichte standaardpolis is. De revisorenkantoren<br />

beschikken steeds over de mogelijkheid om zelf met hun<br />

verzekeringsmakelaar een specifieke polis te onderhandelen, die beantwoordt<br />

aan de individuele kantoorkenmerken. In geval van een specifieke<br />

polis dient de toestemming van de Raad te worden verkregen (art. 9bis,<br />

derde lid van de wet van 22 juli 1953).<br />

1.9.4. Beperking van aansprakelijkheid – éénpersoonsvennootschappen<br />

In de hypothese van de volgende aandeelhouderstructuur<br />

Revisorenvennootschap X<br />

|<br />

EénpersoonsBVBA Y<br />

|<br />

Natuurlijke persoon Z<br />

kan de stelling worden verdedigd dat de bedrijfsrevisor natuurlijke persoon<br />

Z een commissarisverslag mag ondertekenen voor een mandaat uitgeoefend<br />

door de revisorenvennootschap X, die vertegenwoordigd wordt<br />

door de natuurlijke persoon Z. Z is echter geen rechtstreekse vennoot<br />

van de revisorenvennootschap X, wel onrechtstreeks via de éénpersoons-<br />

BVBA Y. Het zou derhalve niet nodig zijn om de naam van de éénpersoonsBVBA<br />

Y in het commissarisverslag te vermelden (cf. Vademecum, I,<br />

2005, p. 85-86).<br />

Als er een aansprakelijkheidsvordering wordt ingesteld, rijst evenwel<br />

de vraag of de éénpersoonsBVBA kan worden aangesproken, ook al staat<br />

die niet uitdrukkelijk vermeld in het commissarisverslag.<br />

64<br />

<strong>IBR</strong> – JAARVERSLAG <strong>2006</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!