Jaarverslag 2006 - IBR
Jaarverslag 2006 - IBR Jaarverslag 2006 - IBR
I 1.2. Omzetting van de Europese Richtlijn betreffende de wettelijke controle van de rekeningen (Richtlijn 2006/43/EG) De artikelen 102 en 103 van de wet van 20 juli 2006 houdende diverse bepalingen (B.S., 28 juli 2006) machtigen de Koning om Richtlijn 2006/43/EG om te zetten naar Belgisch recht. Artikel 102, § 1, stipuleert: “§ 1. De Koning kan, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de maatregelen nemen met het oog op de uitvoering van de verplichtingen die voortvloeien uit de verordeningen en richtlijnen die uitgevaardigd zijn in toepassing van artikel 44.2., g), van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, goedgekeurd bij de wet van 10 augustus 1998.”. 1.3. Andere Europese Richtlijnen 1.3.1. Europese Richtlijn omtrent de erkenning van de beroepskwalificaties De Richtlijn 2005/36/EG (zogenaamd RPQ Richtlijn) van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties werd in de P.B. L. 255, 30 september 2005, p. 22 gepubliceerd. Deze Richtlijn betreft de erkenning van de beroepskwalificaties verkregen in de staat van oorsprong bij de beroepsuitoefening in een andere Lidstaat. De erkenning van de beroepskwalificaties door de staat van ontvangst laat de begunstigde toe om dezelfde beroepstitel in deze staat te dragen als deze waarvoor hij erkend is in de staat van oorsprong en om het beroep onder dezelfde voorwaarden als de onderdanen te kunnen uitoefenen. De Richtlijn 2005/36/EG is voor de bedrijfsrevisoren van toepassing voor alle materies die niet de wettelijke controle van de jaarrekening betreffen. Ze beoogt bijgevolg niet de wederzijdse erkenning van de wettelijke 46 IBR – JAARVERSLAG 2006
controleurs van de jaarrekening in de mate dat ze onder het toepassingsgebied van de Richtlijn 2006/43/EG valt. Het weerhouden principe is dat de beroepskwalificatie die in het land van oorsprong werd verkregen, erkend wordt in het land van ontvangst waar de beroepsbeoefenaar zich wenst te vestigen of diensten wil verlenen. De Richtlijn betreft zowel de vrije vestiging als de vrije dienstverlening. I Wat de vrije vestiging betreft, in geval dat er substantiële verschillen zouden bestaan inzake beroepsopleiding, zouden compenserende maatregelen voorzien kunnen worden, met name of een aanpassingsperiode of een bekwaamheidstest over de kennis van lokale wetten en reglementeringen van de staat van ontvangst. De Richtlijn bepaalt dat voor de beroepen waarvoor de uitoefening een specifieke kennis van het nationaal recht vereist is en waarvan een essentieel en constant element in het verlenen van adviezen en/of bijstaan betreffende nationaal recht, het mogelijk is om van de keuze tussen één van de twee compenserende maatregelen af te wijken en er bijgevolg maar één te voorzien. Deze afwijking wordt gebruikt door de auditrichtlijn (2006/43/EG) die als enige compenserende maatregel het slagen voor een bekwaamheidstest voorziet. Wat de vrije dienstverlening betreft, moeten deze diensten verstrekt worden onder de titel van beroepsbeoefenaar van de staat van oorsprong en moeten zij het voorwerp van een pro forma verklaring uitmaken in de staat van ontvangst. Het Instituut onderhoudt regelmatig contacten met de FOD Economie teneinde problemen inzake de omzetting in het Belgisch recht van de Richtlijn audit en de Richtlijn erkenning van de beroepskwalificaties te analyseren. 1.3.2. Richtlijn 2006/123/EG (zogenaamd Dienstenrichtlijn) De Richtlijn 2006/123/EG van 12 december 2006, zogenaamd Dienstenrichtlijn, werd in de PB. L. 376, 27 december 2006, p.36 gepubliceerd. Deze Richtlijn heeft tot doel bij te dragen aan de oprichting van een ruimte zonder binnenlandse grenzen in dewelke het vrije verkeer van diensten verzekerd kan worden. IBR – JAARVERSLAG 2006 47
- Page 1 and 2: INSTITUUT DER BEDRIJFSREVISOREN Kon
- Page 3 and 4: INSTITUUT DER BEDRIJFSREVISOREN Kon
- Page 5 and 6: Effectieve leden COMMISSIE VAN BERO
- Page 7 and 8: INHOUDSTAFEL Samenstelling van de o
- Page 9 and 10: 1.17. Beroepsgeheim ...............
- Page 11 and 12: 4.1.6. Koninklijk besluit inzake de
- Page 13 and 14: 5.14.4. Analyse van het profiel van
- Page 15 and 16: 8.2.6. Reacties op de discussie-ont
- Page 17 and 18: 11.3. Interinstitutencomité ......
- Page 19 and 20: HOOFDSTUK XIV OVERIGE DIENSTVERLENI
- Page 21 and 22: MARKANTE FEITEN 1. Europese Richtli
- Page 23 and 24: 3. Toepassing van de nieuwe regels
- Page 25 and 26: 4. Onafhankelijkheid van de commiss
- Page 27 and 28: 4.4. Ontwerpnormen met betrekking t
- Page 29 and 30: 7. Vertaling van de internationale
- Page 31 and 32: maakt. Dit onderzoek had tot doel d
- Page 33 and 34: 13. Vice-Voorzitter FEE De Algemene
- Page 35 and 36: HREB IAASB IAB IAPS IAS IASB IASC I
- Page 37: HET BEROEP IHoofdstuk I
- Page 40 and 41: I troles in de Europese Unie. De go
- Page 42 and 43: I De groepsauditor voert een beoord
- Page 44 and 45: I • Hoofdstuk XI. behandelt de in
- Page 48 and 49: I Dit nieuwe instrument van Gemeens
- Page 50 and 51: I C. Samenvatting van de wijziginge
- Page 52 and 53: I D. Informatiesessie van 26 septem
- Page 54 and 55: I - Advies van 20 januari 2006 over
- Page 56 and 57: I c) een nieuw punt 3 voorziet, in
- Page 58 and 59: I b) Voorstel MASSIN Het wetsvoorst
- Page 60 and 61: I laatste jaren (in het bijzonder i
- Page 62 and 63: I Op voorstel van confrater J.-F. C
- Page 64 and 65: I Op 19 oktober 2006 heeft de Voorz
- Page 66 and 67: I het beroepsgeheim, elke operatie
- Page 68 and 69: I De vraag te weten of in het model
- Page 70 and 71: I Bij die gelegenheid heeft de Voor
- Page 72 and 73: I 1.14.2. Beroepgeheim van een bedr
- Page 74 and 75: I Op basis van het voorgaande is de
- Page 76 and 77: I het feit dat de ondernemingsraad
- Page 78 and 79: I 1.14.4. Uitoefening van het beroe
- Page 80 and 81: I bedoeling zijn dat de procedure v
- Page 82 and 83: I weglating van een lid geen bezwaa
- Page 84 and 85: I Tenslotte wordt nog vermeld dat 7
- Page 86 and 87: I Bovendien kan het verschijnsel va
- Page 88 and 89: I aldus op initiatief van de Minist
- Page 90 and 91: I In het uiterste geval zal de verm
- Page 92 and 93: I 1.17.3. Inbeslagname van informat
- Page 94 and 95: I computer, harde schijf, diskette
I<br />
1.2. Omzetting van de Europese Richtlijn betreffende<br />
de wettelijke controle van de rekeningen<br />
(Richtlijn <strong>2006</strong>/43/EG)<br />
De artikelen 102 en 103 van de wet van 20 juli <strong>2006</strong> houdende diverse<br />
bepalingen (B.S., 28 juli <strong>2006</strong>) machtigen de Koning om Richtlijn<br />
<strong>2006</strong>/43/EG om te zetten naar Belgisch recht.<br />
Artikel 102, § 1, stipuleert:<br />
Ҥ 1. De Koning kan, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad,<br />
de maatregelen nemen met het oog op de uitvoering van de verplichtingen die voortvloeien<br />
uit de verordeningen en richtlijnen die uitgevaardigd zijn in toepassing van<br />
artikel 44.2., g), van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,<br />
goedgekeurd bij de wet van 10 augustus 1998.”.<br />
1.3. Andere Europese Richtlijnen<br />
1.3.1. Europese Richtlijn omtrent de erkenning van de beroepskwalificaties<br />
De Richtlijn 2005/36/EG (zogenaamd RPQ Richtlijn) van het Europees<br />
Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van<br />
beroepskwalificaties werd in de P.B. L. 255, 30 september 2005, p. 22<br />
gepubliceerd.<br />
Deze Richtlijn betreft de erkenning van de beroepskwalificaties verkregen<br />
in de staat van oorsprong bij de beroepsuitoefening in een andere<br />
Lidstaat.<br />
De erkenning van de beroepskwalificaties door de staat van ontvangst<br />
laat de begunstigde toe om dezelfde beroepstitel in deze staat te dragen als<br />
deze waarvoor hij erkend is in de staat van oorsprong en om het beroep<br />
onder dezelfde voorwaarden als de onderdanen te kunnen uitoefenen.<br />
De Richtlijn 2005/36/EG is voor de bedrijfsrevisoren van toepassing<br />
voor alle materies die niet de wettelijke controle van de jaarrekening<br />
betreffen.<br />
Ze beoogt bijgevolg niet de wederzijdse erkenning van de wettelijke<br />
46<br />
<strong>IBR</strong> – JAARVERSLAG <strong>2006</strong>