20.12.2013 Views

Jaarverslag 2006 - IBR

Jaarverslag 2006 - IBR

Jaarverslag 2006 - IBR

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

kel 1054 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt dat de gedaagde in hoger beroep<br />

te allen tijde incidenteel beroep kan instellen tegen alle partijen die in het geding<br />

zijn voor de rechter in hoger beroep.<br />

De bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek dienen te worden toegepast op de<br />

tuchtrechtspleging in de mate deze niet door bijzondere afwijkende voorschriften<br />

wordt beheerst. Inzake de termijn voor het instellen van hoger beroep tegen een<br />

beslissing van de Tuchtcommissie bevat de wet van 22 juli 1953 een specifiek<br />

voorschrift. Artikel 21, § 2 van de genoemde wet schrijft voor dat de bedrijfsrevisor,<br />

de Raad van het Instituut en de Procureur-generaal hoger beroep kunnen<br />

instellen binnen een termijn van dertig dagen. Artikel 1054 van het Gerechtelijk<br />

Wetboek betreft enkel het recht van de gedaagde in hoger beroep. Aangezien de<br />

Raad van het Instituut niet is gedaagd, kan hij enkel principaal hoger beroep<br />

instellen binnen de wettelijke termijn (1) .<br />

§3. FUNDAMENTELE DEONTOLOGISCHE VERPLICHTINGEN<br />

A. Verplichting tot naleving van de controlenormen<br />

1. Principe<br />

11. Ingeval van een bewezen schending van de controlenormen, kan een tuchtsanctie<br />

worden opgelegd. Artikel 19bis, 1° van de wet van 22 juli 1953 houdende oprichting<br />

van een Instituut der Bedrijfsrevisoren bepaalt dat tuchtsancties kunnen worden<br />

opgelegd aan de revisoren die in uitoefening van hun opdrachten van bedrijfsrevisor<br />

of van werkzaamheden die daarmee verenigbaar zijn, tekort gekomen zijn<br />

aan hun beroepsverplichtingen. Artikel 2 van het koninklijk besluit van 10 januari<br />

1994 betreffende de plichten van de bedrijfsrevisoren bepaalt dat de bedrijfsrevisor<br />

de wettelijke en reglementaire bepalingen moet naleven, evenals de<br />

gebruikelijke controlenormen van het Instituut (2) .<br />

In een tuchtdossier stelde een revisor de geldigheid van de controlenormen ter<br />

discussie wegens strijdigheid met de wet op de bescherming van de economische<br />

mededinging van 1 juli 1999. Volgens de betrokken revisor zou de restrictieve en<br />

ongenuanceerde interpretatie van de algemene controlenormen door het <strong>IBR</strong>,<br />

waarbij kwaliteit niet langer primeert en die opleggen van prijzen tot gevolg hebben,<br />

volstrekt in strijd met artikel 2, § 1 van de wet op de bescherming van de<br />

economische mededinging. Een dergelijke houding belemmert de vrije mededinging<br />

van de bedrijfsrevisoren in het algemeen gezien het hen onmogelijk maakt<br />

om op zelfstandige basis en in alle vrijheid en op de wijze die hij verkiest, zijn<br />

beroepsactiviteiten uit te oefenen. Teneinde het standpunt van de Raad van het<br />

<strong>IBR</strong> te kennen werden de debatten heropend teneinde de rechten van de verdediging<br />

van de Raad niet te schenden. Hiertoe werd de zaak voor onbepaalde tijd<br />

uitgesteld (3) .<br />

Bijl. 12<br />

(1) Nederlandstalige Kamer Commissie van Beroep <strong>IBR</strong>, 7 september <strong>2006</strong>, nr. 0285/05/N en<br />

0297/05/N.<br />

(2) Nederlandstalige Kamer Tuchtcommissie <strong>IBR</strong>, 10 januari <strong>2006</strong>, nr. 0298/05/N; Franstalige<br />

Kamer Commissie van Beroep <strong>IBR</strong>, 13 februari <strong>2006</strong>, nr. 0251/04/F.<br />

(3) Nederlandstalige Kamer Tuchtcommissie <strong>IBR</strong>, 5 december <strong>2006</strong>, nr. 0320/06/N.<br />

448<br />

<strong>IBR</strong> – JAARVERSLAG <strong>2006</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!