20.12.2013 Views

Jaarverslag 2006 - IBR

Jaarverslag 2006 - IBR

Jaarverslag 2006 - IBR

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

15.10. Injunctie en tuchtverwijzing – onderscheiden<br />

begrippen<br />

Eind 2005 heeft de Tuchtcommissie (1) , in strijd met een standvastige<br />

rechtspraak, geoordeeld dat, bij gebrek aan een voldoende wettelijke basis,<br />

het niet respecteren door een bedrijfsrevisor van een injunctie van de Raad<br />

die hem werd betekend niet het voorwerp kon uitmaken van een tuchtsanctie<br />

op basis van artikel 18quater van de wet van 22 juli 1953.<br />

De Tuchtcommissie heeft in dezelfde zaak eveneens geoordeeld dat het<br />

feit dat een confrater geen gevolg heeft gegeven aan een injunctie, niet<br />

aanzien kon worden als een gebrek aan waardigheid ten aanzien van het<br />

Instituut en zijn organen.<br />

De Raad heeft bij de Commissie van Beroep van het Instituut beroep<br />

aangetekend tegen deze beslissing.<br />

Geen gevolg geven aan een injunctie, die overigens herhaaldelijk via<br />

aangetekend schrijven en zelfs bij gerechtsdeurwaardersexploot aan de<br />

betrokken bedrijfsrevisor was betekend, is volgens de Raad te bestempelen<br />

als een inbreuk op artikel 18quater, tweede lid van de wet van 22 juli 1953.<br />

Zelfs wanneer de bedrijfsrevisor na negen maanden uiteindelijk de omstreden<br />

toestand regulariseert door ontslag te nemen als bestuurder, is er<br />

volgens de Raad duidelijk sprake van een gebrek aan waardigheid en<br />

respect tegenover zijn confraters (artikel 3 van het koninklijk besluit van<br />

10 januari 1994).<br />

De Commissie van Beroep (2) heeft deze beslissing in eerste aanleg<br />

vernietigd en heeft bevestigd dat het niet naleven, binnen de vastgestelde<br />

termijn, van een injunctie van de Raad een tuchtsanctie, overeenkomstig<br />

artikel 18quater van de wet van 22 juli 1953, kan rechtvaardigen die<br />

onderscheiden is van de inbreuk die ten gronde werd vastgesteld.<br />

De Commissie van Beroep motiveert haar beslissing met wettelijke elementen<br />

maar tevens met opportuniteitsargumenten; zij is van mening dat<br />

het ondenkbaar is om een confrater die hardnekkig, binnen de vastgestelde<br />

XV<br />

(1) Franstalige Kamer van de Tuchtcommissie van het <strong>IBR</strong>, 28 november 2005,<br />

nr. 0254/04/F, beschikbaar op de website van het <strong>IBR</strong>; beroep aangetekend.<br />

(2) Franstalige Kamer van de Commissie van Beroep, 25 september <strong>2006</strong>, nr. 0254/04/F,<br />

beschikbaar op de website van het <strong>IBR</strong>; beslissing in kracht van gewijsde getreden.<br />

372<br />

<strong>IBR</strong> – JAARVERSLAG <strong>2006</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!