Jaarverslag 2006 - IBR
Jaarverslag 2006 - IBR Jaarverslag 2006 - IBR
II tot de volledigheid) door de artikelen 96 en 119 van het Wetboek van vennootschappen vereiste inlichtingen in het jaarverslag over de (geconsolideerde) jaarrekening zijn opgenomen. De Richtlijn 2003/51/EG (1) , waarvan de omzetting naar Belgisch recht werd verzekerd door de wet van 13 januari 2006 die laatstgenoemde artikels inzake het jaarverslag en het commissarisverslag wijzigt, bepaalt in zijn artikel 46 dat het jaarverslag minstens dient te bevatten: “een getrouw overzicht van de ontwikkeling en de resultaten van het bedrijf en van de positie van de vennootschap, alsmede een beschrijving van de voornaamste risico’s en onzekerheden waarmee zij geconfronteerd wordt. Dit overzicht bevat een evenwichtige en volledige analyse van de ontwikkeling en de resultaten van het bedrijf en van de positie van de vennootschap die in overeenstemming is met de omvang en de complexiteit van dit bedrijf.”. Het probleem van de verklaring met betrekking tot de volledigheid van de vermeldingen bestaat in de omzetting van het artikel 51bis inzake het commissarisverslag over de jaarrekening, evenals van het artikel 37 met betrekking tot het commissarisverslag over de geconsolideerde jaarrekening. De Richtlijn voorziet inderdaad dat de controleverklaring dient te omvatten: “een oordeel over de samenhang, of het ontbreken daarvan, tussen het jaarverslag en de jaarrekening voor hetzelfde boekjaar”. De Richtlijn voorziet derhalve niet in de verplichting voor de commissaris om een verklaring af te leggen over de volledigheid van de verplichte vermeldingen in het jaarverslag. Deze studie besluit dat België het enige Europese land is waarin een wettelijke verplichting voor de commissaris bestaat (art. 144, 6° W. Venn.) om na te gaan of alle door de wet vereiste inlichtingen wel degelijk in het jaarverslag zijn opgenomen. In juni 2006 heeft de Raad hieromtrent contact opgenomen met de Hoge Raad voor de Economische Beroepen. De Raad is van mening dat (1) Cf. Richtlijn 2003/51/EG van het Europese Parlement en de Raad van 18 juni 2003 tot wijziging van de Richtlijnen 78/660/EEG, 83/349/EEG, 86/635/EEG en 91/674/EEG van de Raad betreffende de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen, banken en andere financiële instellingen, en verzekeringsondernemingen. De wet van 13 januari 2006 werd goedgekeurd door ondermeer de gestelde eisen aan te passen inzake de inhoud van jaarverslagen over de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening. 110 IBR – JAARVERSLAG 2006
een dergelijke visie niet in overeenstemming is met de bepalingen van de Vierde en Zevende Europese Richtlijn. De Raad zal deze problematiek verder onderzoeken in 2007 tijdens de omzetting van de Richtlijn 2006/46/EG van 14 juni 2006 betreffende de verhoging van de drempels (cf. infra, § 2.4.) en de verplichting voor de vennootschappen waarvan de effecten tot verhandeling op een gereglementeerde markt zijn toegelaten, om een jaarlijkse verklaring inzake corporate governance openbaar te maken als een onderdeel van het jaarverslag. II 2.2. Transparantie van de honoraria van de commissaris – Wijziging van artikel 134 van het Wetboek van vennootschappen De wet van 20 juli 2006 houdende diverse bepalingen heeft enkele belangrijke wijzigingen doorgevoerd aan het artikel 134 van het Wetboek van Vennootschappen. In dit verband kan verwezen worden naar supra § 1.4.1. 2.3. Koninklijk besluit van 1 mei 2006 inzake administratieve geldboetes als sanctie voor de laattijdige neerlegging van de jaarrekening Het koninklijk besluit van 1 mei 2006 (1) voegt een nieuw artikel 178bis toe in het koninklijk besluit van 30 januari 2001 tot uitvoering van het Wetboek van vennootschappen. Dit artikel 178bis inzake administratieve geldboetes is voor het eerst van toepassing op de neerlegging van de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening die vanaf 1 oktober 2005 is afgesloten (2) . Daarnaast heft dit koninklijk besluit het koninklijk besluit op van 12 oktober 2004 tot uitvoering van artikel 129bis van het Wetboek van vennootschappen tot invoering van administratieve geldboetes als sanctie (1) Koninklijk besluit van 1 mei 2006 tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 januari 2001 tot uitvoering van het Wetboek van vennootschappen, B.S., 4 mei 2006. (2) Artikel 7 van het koninklijk besluit van 1 mei 2006. IBR – JAARVERSLAG 2006 111
- Page 60 and 61: I laatste jaren (in het bijzonder i
- Page 62 and 63: I Op voorstel van confrater J.-F. C
- Page 64 and 65: I Op 19 oktober 2006 heeft de Voorz
- Page 66 and 67: I het beroepsgeheim, elke operatie
- Page 68 and 69: I De vraag te weten of in het model
- Page 70 and 71: I Bij die gelegenheid heeft de Voor
- Page 72 and 73: I 1.14.2. Beroepgeheim van een bedr
- Page 74 and 75: I Op basis van het voorgaande is de
- Page 76 and 77: I het feit dat de ondernemingsraad
- Page 78 and 79: I 1.14.4. Uitoefening van het beroe
- Page 80 and 81: I bedoeling zijn dat de procedure v
- Page 82 and 83: I weglating van een lid geen bezwaa
- Page 84 and 85: I Tenslotte wordt nog vermeld dat 7
- Page 86 and 87: I Bovendien kan het verschijnsel va
- Page 88 and 89: I aldus op initiatief van de Minist
- Page 90 and 91: I In het uiterste geval zal de verm
- Page 92 and 93: I 1.17.3. Inbeslagname van informat
- Page 94 and 95: I computer, harde schijf, diskette
- Page 96 and 97: Bladzijde 96 BLANCO
- Page 99 and 100: 2.1. Wijziging van het Wetboek van
- Page 101 and 102: melding opneemt, zoals voorgeschrev
- Page 103 and 104: Het Instituut is niet het bevoegde
- Page 105 and 106: “Het verslag van de commissarisse
- Page 107 and 108: wenst aan te stippen dat het in de
- Page 109: wat de door artikel 96, 1° bedoeld
- Page 113 and 114: artikelen 11 en 27 van de Vierde Ri
- Page 115 and 116: Bovendien is het argument van de ko
- Page 117 and 118: d) de Richtlijn 2002/87/EG van 16 d
- Page 119 and 120: Deze verplichting tot identificatie
- Page 121 and 122: - bij de omzetting van een coöpera
- Page 123 and 124: plaatst werd, is de bevoegde rechtb
- Page 125 and 126: De notaris (hierin gesteund door be
- Page 127 and 128: nome gemeentebedrijven opgedragen a
- Page 129: Hoofdstuk III JAARREKENINGRECHT
- Page 132 and 133: etekent dat de vennootschappen op v
- Page 134 and 135: 3.2.4. Publicaties van IAS- en IFRS
- Page 136 and 137: III - alle informatie met betrekkin
- Page 138 and 139: Bovendien komt aan de voorzitter va
- Page 140 and 141: Hij is van mening dat het punt met
- Page 143 and 144: 4.1. Bank- en financieel recht 4.1.
- Page 145 and 146: Op verzoek van de CBFA en dit in ui
- Page 147 and 148: In de omzendbrief (FMI/2003-02) met
- Page 149 and 150: inzake het deugdelijk bestuur van f
- Page 151 and 152: De Raad van het IBR is voorstander
- Page 153 and 154: Er werd beslist om een werkgroep op
- Page 155 and 156: door voornoemde contactverantwoorde
- Page 157 and 158: Bij wijze van conclusie is de Raad,
- Page 159 and 160: oekhouden met balans, resultatenrek
II<br />
tot de volledigheid) door de artikelen 96 en 119 van het Wetboek van<br />
vennootschappen vereiste inlichtingen in het jaarverslag over de (geconsolideerde)<br />
jaarrekening zijn opgenomen.<br />
De Richtlijn 2003/51/EG (1) , waarvan de omzetting naar Belgisch recht<br />
werd verzekerd door de wet van 13 januari <strong>2006</strong> die laatstgenoemde artikels<br />
inzake het jaarverslag en het commissarisverslag wijzigt, bepaalt in<br />
zijn artikel 46 dat het jaarverslag minstens dient te bevatten: “een getrouw<br />
overzicht van de ontwikkeling en de resultaten van het bedrijf en van de positie van<br />
de vennootschap, alsmede een beschrijving van de voornaamste risico’s en onzekerheden<br />
waarmee zij geconfronteerd wordt. Dit overzicht bevat een evenwichtige en volledige<br />
analyse van de ontwikkeling en de resultaten van het bedrijf en van de positie<br />
van de vennootschap die in overeenstemming is met de omvang en de complexiteit van<br />
dit bedrijf.”.<br />
Het probleem van de verklaring met betrekking tot de volledigheid<br />
van de vermeldingen bestaat in de omzetting van het artikel 51bis inzake<br />
het commissarisverslag over de jaarrekening, evenals van het artikel 37<br />
met betrekking tot het commissarisverslag over de geconsolideerde jaarrekening.<br />
De Richtlijn voorziet inderdaad dat de controleverklaring dient te<br />
omvatten: “een oordeel over de samenhang, of het ontbreken daarvan, tussen het<br />
jaarverslag en de jaarrekening voor hetzelfde boekjaar”.<br />
De Richtlijn voorziet derhalve niet in de verplichting voor de commissaris<br />
om een verklaring af te leggen over de volledigheid van de verplichte<br />
vermeldingen in het jaarverslag.<br />
Deze studie besluit dat België het enige Europese land is waarin een<br />
wettelijke verplichting voor de commissaris bestaat (art. 144, 6° W.<br />
Venn.) om na te gaan of alle door de wet vereiste inlichtingen wel degelijk<br />
in het jaarverslag zijn opgenomen.<br />
In juni <strong>2006</strong> heeft de Raad hieromtrent contact opgenomen met de<br />
Hoge Raad voor de Economische Beroepen. De Raad is van mening dat<br />
(1) Cf. Richtlijn 2003/51/EG van het Europese Parlement en de Raad van 18 juni 2003 tot<br />
wijziging van de Richtlijnen 78/660/EEG, 83/349/EEG, 86/635/EEG en 91/674/EEG<br />
van de Raad betreffende de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening van<br />
bepaalde vennootschapsvormen, banken en andere financiële instellingen, en verzekeringsondernemingen.<br />
De wet van 13 januari <strong>2006</strong> werd goedgekeurd door ondermeer<br />
de gestelde eisen aan te passen inzake de inhoud van jaarverslagen over de jaarrekening<br />
en de geconsolideerde jaarrekening.<br />
110<br />
<strong>IBR</strong> – JAARVERSLAG <strong>2006</strong>