AZ Sint-Lucas Brugge - nieuwsbrief voor artsen augustus 2011
AZ Sint-Lucas Brugge - nieuwsbrief voor artsen augustus 2011
AZ Sint-Lucas Brugge - nieuwsbrief voor artsen augustus 2011
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De Parkinsonschool,<br />
een filosofie<br />
De ziekte genoemd naar James Parkinson is iedereen bekend.<br />
Het is een bewegingstoornis onder vorm van bradykinesie,<br />
rigiditeit en rusttremor ( vaak in sterk individueel wisselende<br />
intensiteit aanwezig) ten gevolge van een progressieve degeneratie<br />
van de substantia nigra.<br />
Veel minder vertrouwd is men met het inzicht dat deze kern<br />
wel een cruciale rol vervult maar slechts een schakel is in de<br />
functie van de basale ganglia. Hun taak bestaat erin om door<br />
onderlinge wisselwerking, nu eens activerend dan weer inhiberend,<br />
een modulatie tot stand te brengen van onze aangeleerde<br />
bewegingspatronen.<br />
Zij functioneren als een soort poortwacht waarbij ze de bewegingen,<br />
gestuurd vanuit de hersenschors versoepelen door het<br />
optimaliseren van de motorische programma’s die naderhand<br />
weer worden teruggespeeld naar de primair motorische cortex,<br />
het cerebellum en de hersenstam.<br />
Het gaat dus in de eerste plaats niet over krachtsdaling of<br />
inzicht maar wel over een moeilijke mobilisatie van vroeger<br />
aangeleerde automatische bewegingspatronen enerzijds,<br />
terwijl de onnauwkeurige, wisselende en doorgaans versterkte<br />
inhibitie (agonisten versus antagonisten) alternerende bewegingen<br />
bemoeilijkt en rigiditeit bevordert.<br />
Voorlopig bestaat <strong>voor</strong> de ziekte van Parkinson geen geneesmiddel.<br />
De medicijnen zijn erg efficiënt maar blijven symptomatisch.<br />
Daarom kan een specifieke revalidatie, uitgaande van<br />
dit fysiopathologisch concept, essentieel zijn ter bevordering<br />
van de zelfredzaamheid en meteen ook veiligheid van de<br />
Parkinsonpatiënt.<br />
De basis ervan bestaat uit het leren omzeilen van de moeilijkheden<br />
door het toepassen van een doelgericht en strategisch<br />
denken, het bewust opsplitsen van de automatische bewegingspatronen<br />
en gebruik leren maken van een stimulus-respons<br />
mechanisme (visuele en auditieve cues).<br />
Dit betekent meteen dat het succes van deze aanpak gelinkt is<br />
aan het inzicht en de herkenning door de patiënt van de individuele<br />
eigen problematiek.<br />
De eerste stap van ons revalidatieprogramma bestaat dan<br />
Accrediteringsnieuws<br />
ook uit een evaluatie en inventarisatie van kinesitherapeutische,<br />
logopedische en ergotherapeutische aandachtspunten.<br />
We hebben er <strong>voor</strong> gekozen om pas nadien een specifiek<br />
gerichte doelstelling en planning op te maken, gespreid over<br />
een zestal sessies (kine, ergo, logo telkens beperkt tot ½ u per<br />
onderdeel, in totaal 1,5u). De aanpak is immers individueel<br />
gefocust en afgegrensd rekening houdend met de vermoeibaarheid<br />
van de patiënten en de hinder <strong>voor</strong> de begeleiders .<br />
Even essentieel <strong>voor</strong> het bestendigen van het gunstig resultaat<br />
is de zeer gewenste zo niet obligate aanwezigheid van een<br />
naaste (partner, familielid of begeleider) bij de oefensessies.<br />
Slechts indien deze een even goed inzicht hebben in de typische<br />
Parkinsonproblematiek zullen ze de zieke beter gaan<br />
begrijpen, juister kunnen helpen en de aangeleerde training<br />
thuis verder zetten.<br />
De kinesitherapeutische doelstellingen<br />
kunnen probleemgericht<br />
zijn (gangrevalidatie, cueing<br />
om bewegingen op te starten<br />
of ritme te bewaren, houdingscorrectie,<br />
evenwichtstraining)<br />
maar ook niet probleemgericht<br />
(stretchoefeningen, isometrische<br />
spierversterking, ritmetraining of<br />
zelfs relaxatie).<br />
Logopedisch wordt <strong>voor</strong>al<br />
gewerkt rond articulatie, ademhalingstechniek,<br />
stemvolume,<br />
ritme evenals een vertraagd gecontroleerd formuleren van de<br />
gedachten. Bij slikmoeilijkheden gaat het <strong>voor</strong>al over bewust<br />
aandacht geven en de decompositie van de slikact.<br />
De ergotherapie leert de meer globale doelgerichte bewegingstrategie<br />
aan, het gebruik van hulpmiddelen en de specifieke<br />
trucs of hulpmiddelen die de patiënt toelaten meer te bereiken<br />
dan hij vermag. Indien echt nodig kan bij uitzondering in dit<br />
verband een huisbezoek worden geregeld.<br />
Praktisch wordt de specifieke nood tot een trainingsreeks<br />
(6 sessies) in de Parkinsonschool afgebakend door de<br />
neuroloog. Met zijn gerichte aanbevelingen worden de<br />
afspraken <strong>voor</strong> simultane (opeenvolgend kinesitherapeutische,<br />
ergotherapeutische, logopedische) training vastgelegd<br />
via het secretariaat fysiotherapie.<br />
De patiënt is begeleid door een familielid of naaste.<br />
Schriftelijke instructies worden als leidraad <strong>voor</strong> thuis aan<br />
de patiënt meegeven.<br />
Na het doorlopen van de sessies volgt een neurologische<br />
herevaluatie.<br />
Ons team:<br />
Dr. Philippe Maere<br />
Dr. Karen Verhaeghe<br />
Karolien Maes<br />
Debby Vermeulen<br />
Hanna Naeyaert<br />
arts neurologie<br />
arts fysische geneeskunde<br />
ergotherapeute<br />
kinesitherapeute<br />
logopediste<br />
Secretariaat Neurologie: 050 36 52 70<br />
Erkenningsnummer Datum Rubriek Titel Duur C.P.<br />
10009385 28-02-<strong>2011</strong> 2 Middelengebruik: performantie en effectiviteit 2 2<br />
11006522 29-03-<strong>2011</strong> 2 Behandeling van maligne huidtumoren: overleving en esthetiek 2 2<br />
10014574 24-05-<strong>2011</strong> 2 Met vallen en opstaan: 2 2<br />
gangstoornissen gezien door een neurologische bril<br />
Perioperatoir voedingsbeleid<br />
Traditioneel worden de patiënten <strong>voor</strong> een heelkundige ingreep<br />
nuchter gehouden. Men gaat er hierbij van uit dat in normale<br />
omstandigheden de maagontlediging 6 uur bedraagt en dit<br />
impliceert dat er minimum 6 uren dienen te verstrijken tussen<br />
een inname van voedsel of drank en het veilig toedienen van<br />
een anesthesie. Voor electieve heelkunde betekent dit concreet<br />
dat de patiënten op de dag van de ingreep vanaf middernacht<br />
niet meer mogen eten of drinken.<br />
Deze benadering is ingegeven door de vrees <strong>voor</strong> een volle<br />
maag en regurgitatie bij de inductie van de narcose met alle<br />
risico’s van dien. Bovendien werd ook lange tijd gedacht dat<br />
toediening van anesthetica op een volle maag één van de<br />
oorzaken is van postoperatief nausea of braken. Voor het<br />
verzorgend team tenslotte is “nuchter vanaf middernacht”<br />
een eenvoudige en gemakkelijk toe te passen regel.<br />
In de <strong>voor</strong>bije jaren heeft er zich evenwel evidentie opgestapeld<br />
om deze benadering <strong>voor</strong> de meeste patiënten die een electieve<br />
ingreep ondergaan als obsoleet en nadelig <strong>voor</strong> het herstel te<br />
kunnen beschouwen.<br />
Er is geen wetenschappelijk bewijs dat het routinematig<br />
nuchter houden van patiënten vanaf middernacht <strong>voor</strong>afgaand<br />
aan electieve operaties rechtvaardigt. Patiënten met een<br />
normale maagontlediging kunnen veilig heldere vloeistoffen<br />
drinken tot 2 uur <strong>voor</strong> operatie (Brady, 2003, A1). Toediening<br />
preoperatief van een koolhydraatrijke heldere drinkoplossing<br />
tot 2 uur <strong>voor</strong> de operatie leidt tot minder dorst, honger, onrust,<br />
zwakte en concentratiestoornissen preoperatief vergeleken<br />
<strong>nieuwsbrief</strong><br />
Viermaandelijks tijdschrift | Jaargang 15, nummer 46 - <strong>augustus</strong> <strong>2011</strong><br />
Afgiftekantoor <strong>Brugge</strong> 1, 2 e afdeling<br />
Nieuwe arts cardiologie: dr. Ann Neyrinck<br />
Mede namens de Raad van Bestuur en de Medische Raad, hebben de stafleden van de dienst<br />
inwendige geneeskunde in het <strong>AZ</strong> <strong>Sint</strong>-<strong>Lucas</strong>, het genoegen u mee te delen dat dr. Ann Neyrinck<br />
sinds 1 februari <strong>2011</strong> de medische staf heeft vervoegd.<br />
Zij heeft haar opleiding geneeskunde, evenals haar specialisatie inwendige geneeskunde – cardiologie,<br />
genoten aan de universiteit te Leuven. Samen met de reeds aanwezige stafleden zal zij zich<br />
in ons ziekenhuis toeleggen op de cardiologie. Naast de algemene cardiologie heeft ze een bijzondere<br />
interesse in de congenitale cardiale pathologie bij de volwassene. Hier<strong>voor</strong> is ze ook consulent<br />
in het UZ Leuven.<br />
Afspraken <strong>voor</strong> consultaties kunnen gemaakt worden via het secretariaat van de dienst inwendige<br />
geneeskunde op het nummer 050 36 51 55.<br />
Met vriendelijke groeten<br />
Prof. dr. Ph. Van Hootegem<br />
diensthoofd inwendige geneeskunde<br />
met placebo bij patiënten die een electieve operatie ondergaan<br />
(Hausel, 2001; A2). Dit vermindert ook de postoperatieve<br />
insulineresistentie bij patiënten die electieve chirurgie ondergaan<br />
(Soop, 2001 – 2204; A2). Bij geringere operatietraumata<br />
zoals een laparoscopische cholecystectomie, liesbreuk,<br />
arthroscopie etc lijkt een conclusie qua insulineresistentie<br />
op dit moment niet gerechtvaardigd (Hausel, 2005; Bisgaard<br />
2004; A2).<br />
De huidige wetenschappelijk onderbouwde richtlijn is dat<br />
patiënten preoperatief <strong>voor</strong> electieve operaties slechts 2 uur<br />
dienen nuchter gehouden te worden <strong>voor</strong> heldere dranken en<br />
6 uur <strong>voor</strong> vast voedsel. Het drinken van een koolhydraatrijke<br />
heldere drinkoplossing tot 2 uur <strong>voor</strong> de operatie verhoogt het<br />
comfort van de patiënt, neutraliseert de insulineresistentie en<br />
vermindert postoperatief braken en misselijkheid.<br />
De chirurgen en anesthesisten van <strong>Sint</strong> <strong>Lucas</strong> hebben afgesproken<br />
deze evidentie in de praktijk om te zetten. De afspraak is<br />
dat <strong>voor</strong> electieve ingrepen patiënten zonder comorbiditeit<br />
water (of, indien beschikbaar, een toegestane koolhydraatrijke<br />
heldere drank) mogen drinken tussen middernacht en 6 uur.<br />
Na hun opname krijgen ze verder koolhydraatrijke drank tot<br />
2 uur <strong>voor</strong> de geplande ingreep.<br />
Deze benadering wijkt af van het preoperatief protocol dat<br />
destijds onder de verschillende ziekenhuizen uit de regio is<br />
afgesproken. Deze variatie zal duidelijk op het protocol aangegeven<br />
worden maar we hielden eraan U ook langs deze weg<br />
hierover te informeren.<br />
Colofon<br />
Verantwoordelijke uitgever: dr. Daniël De Coninck, medisch directeur<br />
Redactieleden: dr. Joris Arts, dr. Griet De Brabanter, dr. Daniël De Coninck, dr. Kristof Ramboer, dr. Philippe Rogiers,<br />
dr. Wouter Vandewal, dr. Philippe Van Hootegem<br />
algemeen ziekenhuis sint-lucas vzw<br />
sint-lucaslaan 29, 8310 brugge › T 050 36 91 11 › F 050 37 01 27 › info@stlucas.be › www.stlucas.be
<strong>nieuwsbrief</strong><br />
Ondervoeding ofwel ongewenst gewichtsverlies ten gevolge van<br />
ziekte en/of behandeling is een veel <strong>voor</strong>komend probleem bij<br />
patiënten die opgenomen worden in de ziekenhuizen. Ondervoeding<br />
van patiënten kan leiden tot een vertraagde wondgenezing,<br />
meer risico op infecties door verminderde weerstand<br />
en daardoor tot verlengde opnameduur.<br />
Om het risico op ondervoeding op te sporen worden de patiënten<br />
in ons ziekenhuis vanaf 2010 bij opname gescreend. Als uit de<br />
screening blijkt, dat de patiënt een risico op ondervoeding heeft,<br />
zal de diëtist(e) in overleg met de patiënt een verrijkt voedingsadvies<br />
afspreken. Een volwaardige voeding met lekkere tussendoortjes,<br />
verrijkte hoofdmaaltijden en smakelijke desserts.<br />
En natuurlijk wordt ook rekening gehouden met dieetpatiënten, die<br />
een risico op ondervoeding hebben, ook zij kunnen uit een <strong>voor</strong> hen<br />
geschikt aanbod kiezen. Dit alles om de patiënten te stimuleren<br />
beter te gaan eten. En dat helpt mee aan de genezing.<br />
De noodklok wordt geluid <strong>voor</strong> het risico op ondervoeding bij<br />
patiënten in ziekenhuizen, rust- en verzorgingstehuizen en de<br />
eerstelijnsgezondheidszorg (thuiszorg). Het probleem is al jaren<br />
gekend en in 2003 werd er op Europees niveau afgesproken dat<br />
ondervoeding zou worden aangepakt met doeltreffende maatregelen.<br />
Inmiddels zijn al een aantal initiatieven ontwikkeld in<br />
België en ook ons ziekenhuis is ermee aan de slag.<br />
Volgens uitgebreid onderzoek wereldwijd en in Europa in het<br />
bijzonder, blijkt dat 1 op 3 patiënten bij opname ondervoed is.<br />
Dit percentage varieert en hangt onder meer af van de gebruikte<br />
methode en van de onderzochte populatie. De gegevens variëren<br />
meestal tussen 4 en 10% bij ambulante patiënten, tussen 20 en<br />
62% in het ziekenhuis en tussen 50 en 90% in rust- en verzorgingstehuizen.<br />
Het is bewezen dat patiënten die ondervoed zijn<br />
bij opname verder afvallen tijdens opname. Wanneer er geen actie<br />
wordt ondernomen, zullen 1 op 2 patiënten ondervoed raken.<br />
Omdat al herhaaldelijk werd aangetoond dat de prognose verbetert<br />
wanneer ondervoede patiënten aangepaste voedingsondersteuning<br />
krijgen, is het vroegtijdig opsporen van ondervoede<br />
patiënten meer dan de moeite waard. Maar <strong>voor</strong>komen is beter dan<br />
genezen. Met andere woorden, niet alleen patiënten die ondervoed<br />
zijn, maar ook patiënten met een verhoogd risico op ondervoeding<br />
dienen vroegtijdig te worden opgespoord.<br />
Voor onze staatskas is onbehandelde ondervoeding potentieel<br />
een flinke kostenpost en met de toenemende vergrijzing neemt<br />
die verder toe. De Belgische overheid wil derhalve ondervoeding<br />
aanpakken en ons ziekenhuis is daar sinds maart 2010 mee<br />
gestart.<br />
Hoe pakken wij in het <strong>AZ</strong> <strong>Sint</strong>-<strong>Lucas</strong> het risico op ondervoeding<br />
aan?<br />
Rian van Schaik is <strong>voor</strong> de duur van 2 jaar als voedingsdeskundige<br />
aangesteld. Zij leidt het project “invoering van screening op ondervoeding<br />
bij opname van patiënten en aanpak van ondervoeding”.<br />
Beter eten = sneller beter!<br />
De ondervoede patiënt wordt vanaf nu extra verwend.<br />
Rian heeft een <strong>voor</strong>stel <strong>voor</strong> screening en aanpak van ondervoeding<br />
in het <strong>AZ</strong> <strong>Sint</strong>-<strong>Lucas</strong> aan de Stuurgroep Voedingsbeleid<br />
gepresenteerd. Na goedkeuring heeft het directiecomité toestemming<br />
verleend <strong>voor</strong> de uitvoering ervan.<br />
De opzet is als volgt:<br />
We voeren screening op ondervoeding en snelle behandeling ervan<br />
op de klinische afdelingen één <strong>voor</strong> één gefaseerd in. We zijn<br />
gestart op de afdelingen inwendige geneeskunde en oncologie<br />
vanwege het hoge risico op ondervoeding en daarna volgt de rest.<br />
De keuken draagt zorg <strong>voor</strong> de extra tussenmaaltijden en verrijkte<br />
voeding.<br />
Om patiënten met een risico op ondervoeding snel te kunnen opsporen<br />
zijn diverse screeningsinstrumenten ontwikkeld. Die zijn<br />
uitgebreid getest en gevalideerd en de meest aangewezen methode<br />
<strong>voor</strong> ziekenhuizen, de NRS 2002 screeningsmethode, zal in ons<br />
ziekenhuis gebruikt worden. Daar<strong>voor</strong> is een screeningsformulier<br />
ontwikkeld, waarop de diëtist aan de achterzijde zijn of haar interventies<br />
rapporteert aan de behandelend arts.<br />
De verpleegkundige voert de initiële screening uit. Op een snelle<br />
en eenvoudige manier worden patiënten bij opname geëvalueerd.<br />
Zij/hij weegt en meet de patiënt, noteert de BMI, informeert naar<br />
onbedoeld gewichtsverlies en naar de eetlust <strong>voor</strong> opname.<br />
Als patiënten bij deze screening een risico op ondervoeding<br />
blijken te hebben, zal de diëtist het tweede deel van de screening<br />
uitvoeren. De diëtist brengt dan de voedingstoestand verder<br />
gedetailleerd in kaart. Aan de hand van de medische gegevens en<br />
de voedingsanamnese, waarin de diëtist informeert naar voedingsgebruik<br />
en voedingsgewoonten, wordt met de Harris and Benedict<br />
formule (1984) berekend wat de voedingsbehoefte <strong>voor</strong> die<br />
patiënt zal zijn.<br />
Dat zogenaamde nutritional assessment vormt de basis <strong>voor</strong> het<br />
voedingsplan dat door de diëtist zal worden uitgewerkt. De diëtist<br />
geeft allereerst uitleg over het belang van extra voeding,<br />
spreekt vervolgens in overleg met de patiënt het voedingsadvies<br />
door en plant een evaluatiebezoek.<br />
Door het opvolgen van het advies kan de patiënt zelf een bijdrage<br />
leveren aan verbetering van zijn voedingstoestand.<br />
Dat draagt bij aan de genezing en is belangrijk <strong>voor</strong> het welbevinden.<br />
Bij ontslag van deze patiëntengroep is het van belang, dat de arts<br />
ondervoeding als diagnose vermeldt in de ontslagbrief, zodat<br />
dit ook na het ontslag door de huisarts opgevolgd kan worden.<br />
De ondervoede patiënt wordt extra verwend.<br />
Mensen die ziek zijn, hebben meestal minder eetlust en eten kleinere<br />
maaltijden. In het ziekenhuis worden doorgaans geen tussenmaaltijden<br />
verstrekt en als de patiënt dan ook nog eens maaltijden<br />
mist, omdat hij nuchter moet zijn <strong>voor</strong> onderzoek, is de conclusie<br />
snel getrokken. De patiënt valt tijdens opname verder af.<br />
Wat gaan we daar aan doen?<br />
Allereerst zullen we de patiënt met een risico op ondervoeding<br />
vaker per dag maaltijden aanbieden. En de broodmaaltijden<br />
worden verrijkt. Bij het ontbijt is er de keuze van fruityoghurt<br />
extra.<br />
Tussendoor krijgt men een gevarieerd gamma aan koek zoals cake<br />
naturel of met fruitvulling, diverse soorten zachte (granen)koeken,<br />
wafels en biscuit met vanille-vulling. De warme maaltijd levert al<br />
een smakelijke en goede basis en blijft daarom zoals hij is. In de<br />
loop van de middag krijgt de patiënt zonodig drinkvoeding met extra<br />
eiwit en vitamines. De avondmaaltijd zal bestaan uit brood met<br />
beleg, verrijkt met een ruime portie gevarieerde toespijs van vis-,<br />
vlees-, kaas- of kippensalade, eventueel aangevuld met een dessert<br />
dat later op de avond gebruikt kan worden.<br />
Op deze wijze krijgt de patiënt met (risico op) ondervoeding keuze<br />
uit een ruimer assortiment en vaker maaltijden aangeboden. Dit<br />
levert extra energie (kcalorieën) en meer eiwit op. De diëtist<br />
houdt daarbij volwaardigheid van de dagvoeding in het oog.<br />
Als de patiënt desondanks onvoldoende blijft eten?<br />
Als blijkt dat de patiënt minder eet dan hij volgens de berekende<br />
behoefte nodig heeft en door variatie verbetering uitblijft, bestaan<br />
er meer mogelijkheden om het doel te bereiken. Dat kan door<br />
toevoeging van medische drinkvoeding en/of sondevoeding.<br />
Medische drinkvoeding is evenwichtige eiwit-, energieverrijkte<br />
drinkbare (bij)voeding met extra vitamines en mineralen. Voor<br />
diverse diëten bestaat aangepaste drinkvoeding, bij<strong>voor</strong>beeld<br />
verdikte verrijkte drinkvoeding <strong>voor</strong> patiënten met slikklachten en<br />
eiwitbeperkte calorieverrijkte drinkvoeding <strong>voor</strong> patiënten met een<br />
eiwitbeperking.<br />
In bepaalde situaties waarbij het niet mogelijk is <strong>voor</strong> de patiënt<br />
om zelf (voldoende) te kunnen eten, kan sondevoeding een uitkomst<br />
zijn. En als sondevoeding niet geïndiceerd is, bij<strong>voor</strong>beeld na<br />
sommige complexe maag-darm operaties, dan kan parenterale<br />
voeding de oplossing zijn. Ook die voeding is gebalanceerd en<br />
volwaardig. Maar omdat het de <strong>voor</strong>keur verdiend te voeden via het<br />
maag-darmkanaal, tenzij dat niet mogelijk is én omdat parenterale<br />
voeding duur is, zal alleen bij bepaalde indicaties parenterale<br />
voeding aangewezen zijn.<br />
Wat is er nog meer nieuw in onze aanpak?<br />
Naast de patiënten die opgenomen worden met een risico op<br />
ondervoeding, dient er ook meer aandacht besteed te worden aan<br />
de voedingstoestand van patiënten van het oncologisch dagcentrum,<br />
die behandeld worden met chemo (en radiotherapie). Deze<br />
patiënten kunnen klachten ervaren ten gevolge van de ziekte en/<br />
of behandeling zoals slikklachten, pijn door ontsteking van het<br />
mondslijmvlies, passageklachten t.g.v. radiotherapie en onbedoeld<br />
gewichtsverlies. Bij chronische aandoeningen als kanker treedt<br />
bovendien een verhoogde spiereiwitafbraak op en dat op zich is<br />
weer een oorzaak <strong>voor</strong> slikklachten, vermoeidheid en verminderd<br />
welbevinden. Via een project gerealiseerd met de steun van Kom<br />
op tegen Kanker, de campagne van de Vlaamse Liga tegen Kanker<br />
VZW maakt vanaf oktober 2010 Nele Derluyn, als diëtiste oncologie<br />
deel uit van het oncologisch behandelteam. Zij staat in <strong>voor</strong> de<br />
voedingsbegeleiding van de patiënten van het oncologisch dagcentrum<br />
die starten met chemotherapie.<br />
Nele geeft deze patiënten zorg op maat en volgt hen poliklinisch<br />
op. Ook bij opname zorgt Nele <strong>voor</strong> hun voedingsbegeleiding.<br />
Op deze wijze blijft de voedingsondersteuning in één hand.<br />
Boven vlnr: Peter Schepens; Nele Claeys, diëtist Interne Liaison;<br />
Bernadette Vlaemynck; Maria Devisch, diëtist Geriatrie;<br />
Rian van Schaik voedingsdeskundige<br />
Onder vlnr: Ann van Tuyckom, diabetes educator;<br />
Nele Derluyn, diëtist oncologie; Tine De Splentere<br />
Dankzij de financiering van de Vlaamse Liga tegen Kanker is deze<br />
zorg zowel klinisch als poliklinisch goed geregeld en zijn er ook<br />
geen extra kosten aan verbonden in de vorm van remgeld.<br />
Wat gebeurt er na afloop van dit project?<br />
De minister van Sociale Zaken Volksgezondheid Laurette Onkelinx<br />
heeft inmiddels de aanstelling van ruim 160 diëtisten oncologie<br />
via de federale overheid toegezegd aan instellingen of centra waar<br />
multidisciplinaire oncologische zorg wordt verleend. Het is de bedoeling<br />
dat dit in <strong>2011</strong> gerealiseerd wordt. Op die manier blijven<br />
deze patiënten tijdens hun behandeling verzekerd van voedingszorg<br />
op maat door een gespecialiseerde diëtist oncologie.<br />
Wij, als medewerkers van het <strong>AZ</strong> <strong>Sint</strong>-<strong>Lucas</strong>, willen goede zorg<br />
leveren, goede medische zorg en daar hoort goede voedingszorg<br />
bij.<br />
Elke patiënt, ook de dieetpatiënt, heeft recht op goede, smakelijke<br />
voeding.<br />
Als de patiënt een risico op ondervoeding heeft, moet (verrijkte)<br />
voeding op maat worden geleverd. Dus wordt de ondervoede<br />
patiënt extra verwend.<br />
Want beter eten = sneller beter!<br />
Rian van Schaik, voedingsdeskundige