Publication ( PDF , 981.92 KB ) - Gezondheidsraad

More documents

Recommendations

Info

3 KENNISINFRASTRUCTUUR 3.1 H ET BELANG VAN GEHOORONDERZOEK Onder gehooronderzoek wordt in dit advies verstaan het onderzoek naar hoorproblemen en de gevolgen daarvan, dat kan bijdragen aan oplossing van de problemen rond gehoorverlies. Biomedisch onderzoek is van belang voor het opsporen van oorzaken van gehoorverlies of doofheid en voor het vinden van mogelijke behandelingen van specifieke aandoeningen. Sommige van de biomedische bevindingen hebben grote sociaal-maatschappelijke gevolgen, zoals de neonatale gehoorscreening op basis van de oto-acoustic emissions. Cochleaire implantaten hebben grote gevolgen voor de ontwikkeling van dove kinderen. Naast het biomedische onderzoek is psychosociaal onderzoek nodig om de gevolgen van de nieuwe technologische interventies te kunnen vaststellen. Onderzoek naar aanpassingen in de omgeving van doven en slechthorenden en naar aanpassing van de maatschappij kan in belangrijke mate bijdragen aan activiteiten en participatie van doven en slechthorenden in de (horende) maatschappij (bijv. visuele informatie van de NS op de perrons en in de treinen). 3.2 I NVENTARISATIE De Raad heeft een inventarisatie gemaakt van het gehooronderzoek in Nederland. In bijlage 6 wordt de indeling nader toegelicht en worden gebruikte begrippen nader verklaard. Bijlage 3 geeft een overzicht van de geraadpleegde instellingen c.q. deskundigen. 3.2.1 O NDERWERPEN VAN ONDERZOEK Functie en structuur van het gehoor Het meeste onderzoek op het gebied van de functie en structuur van het gehoor, meestal fundamenteel van aard, vindt plaats aan de universiteiten, bij afdelingen KNO en/of Audiologie. In tabel 1 staan de belangrijkste onderwerpen per universiteit vermeld. De doelgroep betreft over het algemeen alle leeftijden, zij het dat sommige aandoeningen min of meer gebonden zijn aan een bepaalde leeftijd (otitis media meestal bij kinderen, presbyacusis alleen bij ouderen). Opvallend is dat gehooronderzoek op geen enkele universiteit een speerpunt of apart onderzoeksprogramma is. Het gehooronderzoek valt in het gunstigste geval onder een programma als Neurozintuigsystemen. Soms wordt het onder gebracht in de categorie ‘Overig Onderzoek’, maar soms ook is het nergens ingebed. Het 33
gehooronderzoek uit Utrecht en Rotterdam en deels ook van het AMC te Amsterdam is ondergebracht in het Helmholtz Instituut, een onderzoeksinstituut gericht op humaan zintuigonderzoek. Tabel 1 Onderwerpen van gehooronderzoek aan de Nederlandse universitaire medische centra Universitair Medisch Centrum AMC VUMC AZG LUMC azM UMC St Radboud Erasmus MC UMCU Onderwerpen Otologie: middenoorchirurgie, otosclerose Audiologie: psychofysica, modelvorming, signaalbewerking, aanpastechnieken Vestibulologie: dierexperimenteel onderzoek in hypo- en hypergraviteit Revalidatie, spraak-verstaan in lawaai, binauraal gehoor Menière, evenwicht, regulatie binnenoorvloeistoffen, sudden deafness, functionele beeldvorming, implantaten bij middenoorreconstructies Klinisch wetenschappelijk onderzoek: cochlear implants, reconstructieve oorchirurgie Fundamenteel: pathogenese van otitis media Otitis media met effusie, OME gerelateerd gedrag, otoakoestische emissies (fundamentele aspecten en klinische toepassingen), ouderen en slechthorendheid, functionele beeldvorming, plotsdoofheid Genetica, cochlear implants en andere (speciale) hoortoestellen, middenooraandoeningen, chirurgische en technische revalidatie Vroege opsporing en optimale correctie slechthorendheid, cochleair implantaat Binnenoorstoornissen, cochlear implants, pediatrische KNO 34
Page 1 and 2: RAAD VOOR GEZONDHEIDSONDERZOEK Advi
Page 6 and 7: INHOUD Samenvatting 1 Summary 5 1 I
Page 8 and 9: SAMENVATTING In april 2002 ontving
Page 10: projecten gefinancierd. De derde ge
Page 13 and 14: Most of the research in non-academi
Page 16 and 17: 1 INLEIDING 1.1 A DVIESAANVRAAG Op
Page 18: 1.3 WERKWIJZE Ter voorbereiding van
Page 21 and 22: In Nederland is nooit gericht onder
Page 23 and 24: de trilhaarcellen in het gehoor. Ou
Page 25 and 26: 2.3.3 PRELINGUAAL DOVEN Bij preling
Page 27 and 28: Voortdurende geluiden in het hoofd
Page 29 and 30: structuren, activiteiten en partici
Page 31 and 32: In het onderwijs voor doven en slec
Page 33 and 34: Doordat de plasticiteit van het sys
Page 35 and 36: verzorgers in staat moeten zijn op
Page 37 and 38: Ministerie van SZW Gehoor en geluid
Page 42 and 43: Activiteiten en participatie Het on
Page 44 and 45: Op grond van de impact factors van
Page 46 and 47: saties als de FENAC (Federatie Nede
Page 48 and 49: Alleen het iRV vond een volledige s
Page 50 and 51: 3.6 ENKELE BUITENLANDSE INSTITUTEN
Page 52 and 53: kunnen vallen. Overigens was er in
Page 54 and 55: 4 TE VERSTERKEN ONDERZOEK IN EEN MA
Page 56 and 57: Een mogelijk gevaar bij de neonatal
Page 58 and 59: 5 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN In di
Page 60 and 61: effect van interventies noodzakelij
Page 62 and 63: onderzoek in de arbeids- en bedrijf
Page 64: Voor de opzet en facilitering van h
Page 67 and 68: NIGZ Nivel NmG NMP NOAH NSDSK NVVS
Page 69 and 70: 14. Dreschler WA, Boymans M, Rozebo
Page 71 and 72: 35. Cremers CW, Mylanus EA, Snik AF
Page 76: BIJLAGE 2 S AMENSTELLING C OMMISSIE
Page 80: BIJLAGE 4 G ECONSULTEERDE PERSONEN
Page 84 and 85: BIJLAGE 6 I NDELING EN BEGRIPPEN He
Page 86: Toegepast: Dierexperimenteel onderz
Page 89 and 90:
P ROGRAMMA:ARBEID EN G EZONDHEID -
Page 91 and 92:
- Prenatale genetische screening, I
Page 93 and 94:
verlengde daarvan blijft onderzoek
Page 95 and 96:
Activiteiten en participatie De te
Page 110 and 111:
BIJLAGE 10 H IATEN IN KENNIS EN OND
Page 112 and 113:
werknemers en lawaai op de werkplek
show all

Publication ( PDF , 981.92 KB ) - Gezondheidsraad

Create successful ePaper yourself

Delete template?

Save as template?