06.11.2013 Views

Netverklaring Gemengde net 2013, initieel - ProRail

Netverklaring Gemengde net 2013, initieel - ProRail

Netverklaring Gemengde net 2013, initieel - ProRail

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong><br />

<strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong><br />

op basis van de Spoorwegwet<br />

bijgewerkt t/m aanvulling 1<br />

geldigheidsperiode: dienstregelingjaar <strong>2013</strong><br />

zondag 9 december 2012 t/m zaterdag 7 december <strong>2013</strong><br />

(inclusief de eerdere behandeling van capaciteitsaanvragen<br />

ten behoeve van die periode).<br />

Colofon<br />

Van <strong>ProRail</strong><br />

Kenmerk 2782585<br />

Versie 1.0<br />

Datum 9 december 2011<br />

Goedgekeurd ja


Versiebeheer<br />

Versiebeheer en verwerkte aanvullingen<br />

Versie Datum Aanvulling Omschrijving wijzigingen<br />

1.0 9 dec 2011 - initiële uitgave<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 2


Inhoudsopgave<br />

1 Algemene informatie 5<br />

1.1 Inleiding 5<br />

1.2 Doel 6<br />

1.3 Wettelijk kader 6<br />

1.4 Juridische status 6<br />

1.5 Structuur van de <strong>Netverklaring</strong> 7<br />

1.6 Geldigheid en wijzigingen 8<br />

1.7 Verspreiding 9<br />

1.8 Contactadres nadere informatie 9<br />

1.9 Samenwerking met andere beheerders van spoorweg<strong>net</strong>ten 9<br />

1.10 Begrippenlijst 11<br />

2 Toegangsvoorwaarden 13<br />

2.1 Inleiding 13<br />

2.2 Vereisten voor toegang 13<br />

2.3 Overeenkomsten en Algemene voorwaarden 14<br />

2.4 Operationele voorwaarden 16<br />

2.5 Buitengewoon vervoer 16<br />

2.6 Vervoer van gevaarlijke stoffen 17<br />

2.7 Eisen met betrekking tot spoorvoertuigen 17<br />

2.8 Eisen met betrekking tot bedrijfsvoering en personeel 18<br />

2.9 Eisen met betrekking tot informatielevering 18<br />

3 Spoorweginfrastructuur 21<br />

3.1 Inleiding 21<br />

3.2 Beheergebied 21<br />

3.3 Kenmerken van de railinfrastructuur van de hoofdspoorwegen 23<br />

3.4 Gebruiksbeperkingen 29<br />

3.5 Betrouwbaarheid, beschikbaarheid en operationele kwaliteit van de infrastructuur 33<br />

3.6 Stations voor reizigersvervoer 34<br />

3.7 Laad- en losplaatsen voor goederenvervoer 36<br />

3.8 Opstel- en rangeervoorzieningen 36<br />

3.9 Infra-ontwikkeling 38<br />

4 Capaciteitsverdeling 39<br />

4.1 Inleiding 39<br />

4.2 Procesbeschrijving capaciteitsverdeling 39<br />

4.3 Tijdschema voor aanvraag en capaciteitsverdelingsproces 41<br />

4.4 Het verdelingsproces: werkwijze aanvraag en verdeling van capaciteit 42<br />

4.5 Capaciteit voor werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen 53<br />

4.6 Niet gebruikte capaciteit 53<br />

4.7 Buitengewoon vervoer 53<br />

4.8 Treindienstleiding en bijsturing 53<br />

4.9 Capaciteitsverdeling voor opstel- en rangeervoorzieningen 56<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 3


5 Diensten 57<br />

5.1 Inleiding 57<br />

5.2 Dienstengroep ‘Netwerk en Treinpad’ 60<br />

5.3 Dienstengroep ‘Transfer’ 62<br />

5.4 Dienstengroep ‘Reisinformatie’ 63<br />

5.5 Dienstengroep ‘Emplacementen’ 65<br />

5.6 Dienstengroep ‘Informatie’ 72<br />

5.7 Diensten door andere leveranciers 84<br />

6 Gebruiksvergoeding 87<br />

6.1 Inleiding 87<br />

6.2 Principes van de gebruiksvergoeding 87<br />

6.3 Tarieven 90<br />

6.4 Prestatieregeling 92<br />

6.5 Wijzigingen van de gebruiksvergoedingsregelingen 92<br />

6.6 Facturering 93<br />

Overzicht van bijlagen<br />

bijlage 1 Algemene overzichtskaart met <strong>net</strong>werkconfiguratie (§ 3.2.1) 95<br />

bijlage 2 Lijst van begrippen (§ 1.10) 97<br />

bijlage 3 Consultatie (§ 1.4.1) 105<br />

bijlage 4 Algemene klachten- en geschillenregelingen (§ 1.4.3) 107<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden (§ 2.3.2) 109<br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden (§ 2.4) 123<br />

bijlage 7 Bedrijfs- en vervoervergunningen (§ 2.2.3) 135<br />

bijlage 8 Standaard informatieproducten treindienstafwikkeling (§ 5.5.15) 137<br />

bijlage 9 Rapportages (§ 2.9) 139<br />

bijlage 10 Baanvakken met gebruiksbeperkingen (§ 3.4.1) 143<br />

bijlage 11 Infrastructuurprojecten en –studieprojecten (§ 5.1.3) 145<br />

bijlage 12 Informatie omtrent niet-hoofdspoorwegen (§ 3.2.1) 153<br />

bijlage 13 Omgrenzingsprofielen per baanvak (§ 3.3.2.1) 155<br />

bijlage 14 Aslasten en tonmetergewichten (§ 3.3.2.2) 157<br />

bijlage 15 Treinbeïnvloedingssystemen (§ 3.3.3.4) 159<br />

bijlage 16 Treindetectie (§ 3.3.3.5) 161<br />

bijlage 17 Baanvaksnelheden (§ 3.3.2.4) 163<br />

bijlage 18 Geëlektrificeerde baanvakken; bovenleidingsspanning (§ 3.3.2.6) 165<br />

bijlage 19 Beweegbare spoorbruggen (§ 3.4.5) 167<br />

bijlage 20 Perronlengte (§ 3.6.1) 171<br />

bijlage 21 Openbare laad- en losplaatsen (§ 3.7.1) 173<br />

bijlage 22 Tankinstallaties (§ 3.8.4) 175<br />

bijlage 23 Ontwerpnormen dienstregeling (§ 4.4.1.3.2) 177<br />

bijlage 24 Herleidingstabel diensten (§ 5.1) 181<br />

bijlage 25 Stations (§ 5.3.1) 183<br />

bijlage 26 Prestatieregelingen (§ 6.4) 189<br />

bijlage 27 Compensatieregeling voor treindienstaanpassingen in verband met buitendienststellingen<br />

(§ 4.4.1.3.2) 191<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 4


1 Algemene informatie<br />

1.1 Inleiding<br />

Deze <strong>Netverklaring</strong> is opgesteld door <strong>ProRail</strong> 1 . <strong>ProRail</strong> is belast met het beheer van hoofdspoorwegen<br />

in Nederland op grond van de door de minister van Verkeer en Waterstaat verleende<br />

beheerconcessie 2 zoals bedoeld in artikel 16 van de Spoorwegwet.<br />

<strong>ProRail</strong> is een besloten vennootschap naar Nederlands recht. Enig aandeelhouder is de Staat der<br />

Nederlanden (via Railinfratrust BV).<br />

Het beheer door <strong>ProRail</strong> omvat de zorg 3 voor:<br />

• de kwaliteit, de betrouwbaarheid en de beschikbaarheid van de infrastructuur;<br />

• een eerlijke, niet-discriminerende verdeling van de capaciteit van de infrastructuur, zowel ten<br />

behoeve van spoorwegondernemingen en andere gerechtigden 4 als ten behoeve van <strong>ProRail</strong>;<br />

• het leiden van het verkeer over de infrastructuur,<br />

een en ander voor zover bepaald in de beheerconcessie hoofdspoorweginfrastructuur.<br />

<strong>ProRail</strong> voert in opdracht van derden ook werkzaamheden uit die samenhangen met bovenstaande<br />

beheertaken of met mobiliteitsvraagstukken in bredere zin.<br />

<strong>ProRail</strong> stelt zich ten doel:<br />

• te zorgen voor voldoende, betrouwbare en veilige spoorweginfrastructuur. Die infrastructuur moet<br />

in goede staat verkeren en geschikt zijn voor het gebruik waarvoor zij bestemd is. Ook moet de<br />

infrastructuur veilig en doelmatig bereden kunnen worden zonder overmatige slijtage aan<br />

spoorvoertuigen te veroorzaken;<br />

• passende treinpaden en andere gebruiksmogelijkheden beschikbaar te stellen aan gerechtigden,<br />

door te voorzien in capaciteitsverdeling en verkeersleiding;<br />

• transfercapaciteit op stations en informatie over het spoorverkeer te leveren;<br />

• de risico’s die verbonden zijn aan het gebruik en het beheer van de spoorweginfrastructuur te<br />

analyseren, en passende maatregelen te nemen om die risico’s voldoende te beheersen;<br />

• als partner in de spoorwegbranche mee te werken aan het oplossen van bestaande en<br />

toekomstige mobiliteitsvraagstukken.<br />

<strong>ProRail</strong> beschikt ten behoeve van het veilig beheer van de spoorweginfrastructuur over een<br />

veiligheidsmanagementsysteem zoals bedoeld in richtlijn 2004/49/EG, artikel 9. Op dit veiligheidsmanagementsysteem<br />

is door de Inspectie Verkeer en Waterstaat een erkenning verleend met<br />

geldigheid tot 21 april 2014.<br />

<strong>ProRail</strong> gaat zorgvuldig om met informatie. <strong>ProRail</strong> gebruikt gegevens alleen voor het doel waarvoor<br />

die gegevens gevraagd en beschikbaar gesteld zijn. <strong>ProRail</strong> stelt gegevens en andere informatie van<br />

relaties, medewerkers en derden niet zonder hun toestemming ter beschikking aan anderen, tenzij<br />

<strong>ProRail</strong> daartoe wettelijk verplicht is.<br />

Als het handelen van <strong>ProRail</strong> niet voor alle gerechtigden dezelfde uitwerking heeft, hanteert <strong>ProRail</strong><br />

steeds principes van non-discriminatie, transparantie en toetsbaarheid.<br />

<strong>ProRail</strong> wil de inhoud en de presentatie van de <strong>Netverklaring</strong> ieder jaar verder verbeteren. Voorstellen<br />

voor verbeteringen of aanvullingen van de <strong>Netverklaring</strong> worden dan ook steeds zeer op prijs gesteld.<br />

1<br />

2<br />

3<br />

4<br />

<strong>ProRail</strong> BV, ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel te Utrecht, onder nummer<br />

30 124 359.<br />

te raadplegen via de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > wettelijk kader)<br />

artikel 16 van de Spoorwegwet<br />

Onder gerechtigden worden in deze <strong>Netverklaring</strong> al diegenen verstaan die volgens de Spoorwegwet een<br />

Toegangsovereenkomst met <strong>ProRail</strong> kunnen sluiten; zie artikel 57 van de Spoorwegwet.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 5


1.2 Doel<br />

De <strong>Netverklaring</strong> verschaft spoorwegondernemingen en andere gerechtigden alle noodzakelijke<br />

informatie voor de toegang tot en het gebruik van de spoorweginfrastructuur. Daartoe behoort<br />

informatie over de spoorweginfrastructuur, over de capaciteitsverdelingsprocedures en over de<br />

gebruiksvergoedingen. Daarbij geeft de <strong>Netverklaring</strong> een omschrijving van de diensten die <strong>ProRail</strong><br />

aanbiedt.<br />

1.3 Wettelijk kader<br />

De <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> is een <strong>net</strong>verklaring zoals bedoeld in de Spoorwegwet, artikel 58, en in<br />

richtlijn 2001/14/EG 5 , artikel 3.<br />

1.4 Juridische status<br />

1.4.1 Algemene opmerkingen<br />

De <strong>Netverklaring</strong> is gebaseerd op de officieel bekendgemaakte regelgeving op 1 november 2011 en<br />

waarvan de inwerkingtreding ook vóór of op die datum officieel is bekendgemaakt. De <strong>Netverklaring</strong><br />

<strong>2013</strong> loopt niet vooruit op wet- en regelgeving die nog in ontwikkeling is.<br />

Betuweroute<br />

Binnen het kader van de beheerconcessie wordt de Betuweroute - de goederenspoorweg van<br />

Maasvlakte via Kijfhoek naar Zevenaar - geëxploiteerd door Keyrail, waarbij <strong>ProRail</strong> als houder van de<br />

beheerconcessie als enige verantwoordelijk is voor de nakoming van de wettelijke op de beheerder<br />

rustende verplichtingen met betrekking tot het beheer.<br />

De <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> wordt onder verantwoordelijkheid van <strong>ProRail</strong> uitgegeven in twee afzonderlijke<br />

delen, te weten een deel "<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> Betuweroute" met gegevens omtrent de Betuweroute en<br />

een deel "<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong>", dat de informatie bevat voor de overige door <strong>ProRail</strong><br />

beheerde spoorwegen, in het vervolg aangeduid met het gemengde <strong>net</strong>. Tezamen vormen deze twee<br />

delen de <strong>Netverklaring</strong> zoals bedoeld in de Spoorwegwet artikel 58 voor de hoofdspoorweginfrastructuur<br />

waarvoor <strong>ProRail</strong> op grond van de beheerconcessie het beheer voert.<br />

De <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> Betuweroute wordt namens <strong>ProRail</strong> opgesteld en bekendgemaakt door Keyrail,<br />

krachtens een door <strong>ProRail</strong> d.d. 12 december 2008 verleende volmacht volgens welke Keyrail de<br />

bevoegdheden van <strong>ProRail</strong> als houder van een concessie mag uitoefenen zoals in die volmacht<br />

omschreven. De tekst van de desbetreffende volmacht wordt op aanvraag kosteloos beschikbaar<br />

gesteld aan gerechtigden.<br />

Leeswijzer - informatie over het bindend karakter van bepalingen in de <strong>Netverklaring</strong>.<br />

De <strong>Netverklaring</strong> bevat bepalingen die verplichtingen voor gerechtigden weergeven. Die bepalingen<br />

zijn eenvoudig herkenbaar gemaakt in de opmaak. De volgende indeling wordt gehanteerd:<br />

• samenvattingen van publiekrechtelijke regelgeving.<br />

Deze samenvattingen staan steeds onder het kopje ‘Samenvatting van regelgeving’ (rood<br />

lettertype) en tussen ►rode driehoekjes◄. Let op: alleen de officieel bekendgemaakte teksten<br />

zijn doorslaggevend, ook als <strong>ProRail</strong> een onjuiste of onvolledige samenvatting geeft;<br />

• bepalingen met betrekking tot onderwerpen waarover <strong>ProRail</strong> met gerechtigden overeenstemming<br />

wil bereiken vóórdat de gerechtigde gebruik maakt van de infrastructuur (met voorstellen ter<br />

zake).<br />

Deze bepalingen zijn steeds vermeld opgenomen onder het kopje ‘Overeen te komen regeling’<br />

(blauw lettertype) en tussen ►blauwe driehoekjes◄. Verplichtingen daarover ontstaan uitsluitend<br />

bij het aangaan van de toegangsovereenkomst.<br />

• bepalingen over voor alle gerechtigden geldende procedurevoorschriften.<br />

Deze procedurevoorschriften zijn steeds opgenomen onder de aanduiding ‘Procedurevoorschrift’<br />

5<br />

Richtlijn 2001/14/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2001 inzake de toewijzing van<br />

spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 6


(in groen lettertype) tussen ►groene driehoekjes◄. <strong>ProRail</strong> heeft de procedurevoorschriften<br />

vastgesteld met het oog op de non-discriminatoire behandeling van alle gerechtigden, ná<br />

consultatie van de gerechtigden en met overweging van hun zienswijzen. De procedurevoorschriften<br />

zijn niet individueel onderhandelbaar en kunnen alleen via een aanvulling op de<br />

<strong>Netverklaring</strong> wordt gewijzigd. Binding aan de procedurevoorschriften ontstaat door het aanvragen<br />

van capaciteit.<br />

Gegevens van informatieve aard, waaraan geen verplichtingen voor gerechtigden verbonden zijn,<br />

worden zonder nadere specifieke aanduiding of opmaak in de <strong>Netverklaring</strong> opgenomen.<br />

Consultatie en verstrekking<br />

<strong>ProRail</strong> heeft de <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> opgesteld na overleg met de betrokken gerechtigden (zie bijlage<br />

3). De uitgave van de <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> is bekendgemaakt in de Staatscourant en in het Nieuwsblad<br />

Transport. De <strong>Netverklaring</strong> is toegezonden aan de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa).<br />

De <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> is ook toegezonden aan de gerechtigden die een toegangsovereenkomst met<br />

<strong>ProRail</strong> hebben gesloten alsmede aan alle bestuursinstanties die bevoegd zijn tot het verlenen van<br />

concessies voor openbaar personenvervoer per trein.<br />

1.4.2 Aansprakelijkheid<br />

<strong>ProRail</strong> heeft de <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> zorgvuldig opgesteld. <strong>ProRail</strong> aanvaardt echter geen<br />

aansprakelijkheid voor eventuele schade die voortvloeit uit kennelijke fouten en drukfouten in de<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong>.<br />

Bij verschillen tussen de Nederlandstalige en anderstalige uitgaven van deze <strong>Netverklaring</strong> is de<br />

Nederlandstalige uitgave bindend.<br />

1.4.3 Klachten, geschillen en conflictafhandeling<br />

<strong>ProRail</strong> neemt geschillen in de capaciteitsverdeling voor de jaardienst in behandeling op basis van de<br />

Geschillenregeling Capaciteitsverdeling (paragraaf 4.4.2).<br />

Klachten en geschillen over andere onderwerpen waaronder ook klachten over de <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong><br />

worden behandeld volgens de Algemene Klachten- en Geschillenregeling die in de <strong>Netverklaring</strong> is<br />

opgenomen (bijlage 4).<br />

Toepassing van deze klachten- en geschillenregelingen laat onverlet dat partijen bij een toegangsovereenkomst<br />

of kaderovereenkomst het recht 6 hebben om de NMa schriftelijk te verzoeken een<br />

oordeel te geven over het gedrag van <strong>ProRail</strong>.<br />

Alle belanghebbenden kunnen de NMa vragen om te onderzoeken of <strong>ProRail</strong> hen oneerlijk behandeld,<br />

gediscrimineerd of anderszins benadeeld heeft 7 .<br />

Klachten over het verloop en de uitkomst van capaciteitsverdeling op de hoofdspoorwegen in<br />

Nederland worden ook behandeld door de NMa.<br />

Meer informatie over de NMa is te vinden op www.nma<strong>net</strong>.nl.<br />

1.5 Structuur van de <strong>Netverklaring</strong><br />

<strong>ProRail</strong> heeft met andere infrastructuurbeheerders afspraken gemaakt over het hanteren van een<br />

uniforme hoofdstukindeling van de <strong>Netverklaring</strong>, teneinde de toegankelijkheid te vergroten.<br />

<strong>ProRail</strong> heeft de <strong>Netverklaring</strong> opgesteld als een zelfstandig leesbaar document. De <strong>Netverklaring</strong><br />

moet ook voor wie niet beschikt over de onderliggende documenten de nodige informatie verschaffen<br />

over de aard van de infrastructuur en over de voorwaarden voor toegang tot die infrastructuur.<br />

6<br />

7<br />

artikel 71 lid 2 van de Spoorwegwet<br />

artikel 71 lid 1 van de Spoorwegwet<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 7


1.6 Geldigheid en wijzigingen<br />

De <strong>Netverklaring</strong> betreft de spoorweginfrastructuur die <strong>ProRail</strong> beheert.<br />

1.6.1 Tijdvak van geldigheid<br />

De <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> is van toepassing op:<br />

• de toegang tot en het gebruik van de infrastructuur in het dienstregelingjaar <strong>2013</strong>;<br />

• de behandeling van capaciteitsaanvragen ten behoeve van de jaardienstregeling <strong>2013</strong>; dat geldt<br />

ook als die behandeling plaatsvindt vóór het begin van het dienstregelingjaar <strong>2013</strong>.<br />

Het dienstregelingjaar <strong>2013</strong> loopt van zondag 9 december 2012 tot en met zaterdag 7 december<br />

<strong>2013</strong>; deze data zijn vastgesteld volgens richtlijn 2001/14/EG.<br />

Gegevens in de <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> over de periode na 7 december <strong>2013</strong> zijn indicatief.<br />

1.6.2 Aanvullingen en wijzigingen<br />

Omstandigheden na de bekendmaking van deze <strong>Netverklaring</strong> kunnen aanleiding geven tot aanvulling<br />

of wijziging van de <strong>Netverklaring</strong>. <strong>ProRail</strong> zal bij gebleken noodzaak aanvullingen op de <strong>Netverklaring</strong><br />

<strong>2013</strong> bekendmaken.<br />

Een wijziging van een publiekrechtelijke regeling die in de <strong>Netverklaring</strong> is samengevat, wordt alleen<br />

via een aanvulling op de <strong>Netverklaring</strong> bekendgemaakt, als:<br />

• die wijziging niet wordt gepubliceerd in de Staatscourant, het Staatsblad of het Tractatenblad en<br />

• de wijziging beperkingen oplevert of kan opleveren voor het gebruik van de<br />

spoorweginfrastructuur volgens het minimumtoegangspakket volgens bijlage II bij richtlijn<br />

2001/14/EG (zie hoofdstuk 5).<br />

<strong>ProRail</strong> streeft voortdurend naar verbetering van de dienstverlening. Daarom is er voortgaand overleg<br />

met belanghebbenden over veel van de procedures die in deze <strong>Netverklaring</strong> omschreven zijn.<br />

Uitkomsten van dit overleg worden na consultatie van de gerechtigden ingevoegd in de<br />

<strong>Netverklaring</strong>en van komende jaren.<br />

1.6.3 Verschillen met voorgaande uitgave<br />

Hieronder is een opsomming gegeven van de belangrijkste onderwerpen waarover deze <strong>Netverklaring</strong><br />

<strong>2013</strong> verschilt ten opzichte van de <strong>Netverklaring</strong> 2012:<br />

• Een nieuwe paragraaf over goederencorridors volgens EU verordening 913/2010 (§ 1.9.3).<br />

• De toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden zijn in overeenstemming gebracht met de<br />

European General Terms and Conditions (§ 2.3.2 en bijlage 5).<br />

• Aanpassing van de wettelijke rente op basis van de handelsrente in plaats van de<br />

consumentenrente (Algemene Voorwaarden, bijlage 5).<br />

• Ingebruikname van de nieuwe spoorlijn Lelystad - Zwolle (diverse paragrafen).<br />

• De vermelding van de stations Westervoort en Wormerveer als stations met ontheffing (§ 3.6.1).<br />

• De vermelding dat de vaste tankinstallaties niet zijn ingericht voor tanken vanuit een tankauto<br />

(§ 3.8.4).<br />

• Diverse nieuwe uitgangspunten bij de processen van de capaciteitsverdeling (§ 4.4).<br />

• Herziening van de streefnormen en afkeurnormen als ontwerpnormen voor de dienstregeling<br />

(bijlage 23).<br />

• De, als in ontwikkeling, aangekondigde informatiedienst ‘RoutenLint’ is vervallen (§ 5.1.4).<br />

• De dienst ‘tankinstallaties‘ is opgedeeld in een dienst ‘gebruik tankinstallaties’ en een dienst<br />

‘exploitatie tankinstallatie’ (§ 5.5.3).<br />

• Een nieuwe paragraaf met de beschrijving van de dienst ‘Train Information System’ (Europtirails)<br />

(§ 5.6.9).<br />

• De productvorm Spoorwijzers is vervallen (§ 5.6.10).<br />

• Een nieuwe paragraaf met de beschrijving van de dienst ‘Quo Vadis’ (§ 5.6.18).<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 8


• De tarieven zijn geactualiseerd, waarbij de dienst ‘Treinpad’ een tariefstructuur kent op basis van<br />

gewichtklassen (§ 6.3, waarbij de tarieven vermeld zijn bij de omschrijving van de betreffende<br />

dienst in de paragrafen 5.2.1, 5.2.2, 5.3.1 en 5.5.1).<br />

• Een opsomming van baanvakken die als hoofdspoorweg zijn aangewezen, die echter niet in de<br />

kaarten van diverse bijlagen zijn weergegeven (bijlage 1).<br />

Een volledig overzicht van de verschillen ten opzichte van de initiële uitgave van de <strong>Netverklaring</strong><br />

2012 is op verzoek beschikbaar bij <strong>ProRail</strong>.<br />

1.7 Verspreiding<br />

De <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> en de daarop verschenen aanvullingen zijn toegankelijk via inter<strong>net</strong> 8 . Daar<br />

staat steeds een <strong>Netverklaring</strong> bijgewerkt met de tot dan toe verschenen aanvullingen, in zowel de<br />

Nederlandse als in de Engelse taal.<br />

De <strong>Netverklaring</strong> en de aanvullingen worden kosteloos toegezonden aan de gerechtigden die een<br />

toegangsovereenkomst met <strong>ProRail</strong> hebben gesloten.<br />

1.8 Contactadres nadere informatie<br />

<strong>ProRail</strong> verstrekt spoorwegondernemingen en andere gerechtigden op verzoek gaarne nadere<br />

informatie over de onderwerpen uit de <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong>. U kunt zich daarvoor wenden tot:<br />

<strong>ProRail</strong>, Vervoer en Dienstregeling, afdeling Accountmanagement<br />

postadres: Postbus 2038<br />

3500 GA Utrecht<br />

bezoekadres: Moreelsepark 3<br />

3511 EP Utrecht<br />

e-mail: <strong>net</strong>verklaring@prorail.nl<br />

inter<strong>net</strong>: www.prorail.nl<br />

1.9 Samenwerking met andere beheerders van spoorweg<strong>net</strong>ten<br />

Capaciteitsaanvragen voor treindiensten die de grens van het beheergebied van <strong>ProRail</strong> overschrijden<br />

worden gecoördineerd afgehandeld volgens de afspraken met Keyrail en de beheerders van<br />

aangrenzende spoorweg<strong>net</strong>ten, die <strong>ProRail</strong> in het samenwerkingsverband RailNetEurope heeft<br />

gemaakt. Daarnaast coördineert <strong>ProRail</strong> met Keyrail en de beheerders van aangrenzende<br />

spoorweg<strong>net</strong>ten de planning (jaardienst en ad hoc) van buitendienststellingen alsmede de bijsturing<br />

zoals beschreven in paragraaf 4.8.<br />

<strong>ProRail</strong> werkt samen met de beheerders van aangrenzende spoorweg<strong>net</strong>ten. Deze samenwerking<br />

betreft onder andere:<br />

• het beheer van de spoorweginfrastructuur: de onderlinge afstemming van de infra-ontwikkeling en<br />

van de planning van onderhouds- en beheeractiviteiten die uitwerking hebben op het<br />

grensoverschrijdend verkeer;<br />

• de capaciteitsverdeling: de samenwerking om doorgaande treinpaden voor internationaal verkeer<br />

aan te bieden;<br />

• de verkeersleiding: afspraken over de regeling en bijsturing van het grensoverschrijdend treinverkeer;<br />

daaronder valt ook de ontwikkeling van systemen voor de daarbij noodzakelijke<br />

gegevensuitwisseling.<br />

RailNetEurope<br />

RailNetEurope (RNE) werd opgericht in januari 2004. Als een non-profitorganisatie van<br />

infrastructuurbeheerders en spoorwegcapaciteitverdelende instanties, wijdt zij zich aan het faciliteren<br />

van internationaal verkeer op de Europese railinfrastructuur.<br />

8<br />

te raadplegen via de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > <strong>net</strong>verklaring)<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 9


RailNetEurope heeft als doelstellingen om ondersteuning te bieden aan spoorwegondernemingen in<br />

hun internationale activiteiten (zowel voor vracht als passagiers) en het verhogen van de efficiëntie<br />

van de processen van de infrastructuurbeheerders. De leden van RailNetEurope harmoniseren<br />

gezamenlijk de voorwaarden in het internationale spoorvervoer en introduceren een<br />

gemeenschappelijke aanpak ter bevordering van de Europese spoorwegbranche met profijt voor de<br />

gehele spoorwegindustrie in Europa.<br />

De werkzaamheden van RailNetEurope worden uitgevoerd door vier werkgroepen en door adhocprojectgroepen,<br />

en gecoördineerd door de Joint Office van RailNetEurope die gevestigd is in<br />

Wenen.<br />

Momenteel telt RailNetEurope 38 leden. Het gezamenlijke spoorweg<strong>net</strong>werk bedraagt circa<br />

230.000 km.<br />

RailNetEurope streeft naar vereenvoudiging, harmonisering en optimalisering van internationale<br />

processen zoals:<br />

• dienstregelingontwerp;<br />

• gezamenlijke marketing en sales aanpak (inclusief de <strong>net</strong>verklaring);<br />

• samenwerking tussen infrastructuurbeheerders op het gebied van dienstuitvoering;<br />

• uitwisseling van trein informatie in real time bij grenspassage;<br />

• dienstverlening na afloop van de dienstregeling, zoals verslaglegging.<br />

Zie ook de website van RailNetEurope (www.rne.eu).<br />

1.9.1 One-Stop-Shop<br />

De infrastructuurmanagers en spoorwegcapaciteitverdelende instanties in de lidstaten van de<br />

Europese Unie hebben One-Stop-Shops opgericht die functioneren als een <strong>net</strong>werk van<br />

klantcontactpunten in het kader van RNE. Om een internationaal treinpad aan te vragen behoeft een<br />

spoorwegonderneming alleen contact op te nemen met een van deze One-Stop-Shops, die daarna<br />

het gehele proces van internationale afstemming initieert.<br />

De One-Stop-Shop die door een spoorwegonderneming wordt benaderd zal na overleg met de<br />

betrokken beheerders:<br />

• De afhandeling van capaciteitsaanvragen voor elk aangevraagd internationaal treinpad binnen de<br />

RNE coördineren, zodat die aanvragen op de juiste manier worden betrokken in het jaarlijkse<br />

proces van dienstregelingvaststelling;<br />

• Voorstellen doen voor treinpaden over het gehele internationale traject; de coördinatie daarvan<br />

verloopt hoofdzakelijk via de RNE-applicatie ‘Path Coordination System’.<br />

Elke One-Stop-Shop is onderdeel van een internationaal <strong>net</strong> dat is opgezet om voor klanten de<br />

toegang tot het spoorweg<strong>net</strong> te vereenvoudigen. Een lijst met de contactgegevens van de One-Stop-<br />

Shops is beschikbaar op de website van RailNetEurope (www.rne.eu).<br />

De <strong>ProRail</strong> One-Stop-Shop is als volgt bereikbaar:<br />

<strong>ProRail</strong><br />

postadres: Postbus 2038<br />

3500 GA Utrecht<br />

bezoekadres: Moreelsepark 3<br />

3511 EP Utrecht<br />

telefoon: +31 (0) 88 231 3456<br />

fax +31 (0) 30 235 9474<br />

e-mail: oss@prorail.nl<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 10


1.9.2 Diensten en systemen van RNE<br />

Op de website van RailNetEurope (www.rne.eu) is informatie te raadplegen over de volgende<br />

systemen van RailNetEurope:<br />

Path Coordination<br />

System (PCS)<br />

PCS (voorheen Pathfinder) is een systeem voor het aanvragen en<br />

afstemmen van internationale dienstregelingen.<br />

Charging Information<br />

System (CIS)<br />

CIS (voorheen EICIS) is een systeem om prijsinformatie te<br />

verstrekken over de gebruiksvergoeding.<br />

Train Information<br />

System (TIS)<br />

TIS (voorheen Europtirails) is een systeem voor inzicht in de<br />

actuele uitvoering van de dienstregeling van internationale treinen.<br />

1.9.3 Goederencorridors<br />

Voor de goederencorridors werkt <strong>ProRail</strong> samen met andere beheerders van infrastructuur aan het<br />

opzetten van een Europees <strong>net</strong>werk voor goederenvervoer. In de navolgende tabel zijn de trajecten<br />

vermeld die deel uitmaken van het spoorweg<strong>net</strong> in Nederland en die onderdeel zijn van de daarbij<br />

vermelde goederencorridors zoals bedoeld in de Verordening (EU) Nr. 913/2010 van 22 september<br />

2010 inzake het Europese spoorweg<strong>net</strong> voor concurrerend goederenvervoer.<br />

Corridor nr.<br />

Traject in Nederland<br />

Hoofdtraject van de goederencorridor<br />

1 Maasvlakte - Kijfhoek<br />

-<br />

Zevenaar (grens)<br />

Zeebrugge - Antwerpen / Rotterdam - Duisburg - Bazel -<br />

Milaan - Genua<br />

2 Maasvlakte - Kijfhoek -<br />

Roosendaal (grens)<br />

Rotterdam - Antwerpen - Luxemburg - Metz - Dijon - Lyon /<br />

Bazel<br />

8 Maasvlakte - Kijfhoek -<br />

Zevenaar (grens)*<br />

Bremerhaven / Rotterdam / Antwerpen - Aken / Berlijn -<br />

Warschau - Terespol (Pools - Witrussische grens) / Kaunas<br />

* alternatieve routeringen nog in onderzoek<br />

Vanuit de corridororganisaties zal <strong>ProRail</strong>, in nauwe samenwerking met RNE als preferred supplier<br />

van werkwijzen en methodes, invulling geven aan de te nemen maatregelen. De noodzakelijke<br />

informatie zal door de corridororganisaties gepubliceerd worden in een corridorstatement.<br />

1.10 Begrippenlijst<br />

In bijlage 2 is een lijst opgenomen met verklaringen van specifieke begrippen die in deze<br />

<strong>Netverklaring</strong> worden gebruikt.<br />

Op de website van RailNetEurope (www.rne.eu) is een uitgebreide begrippenlijst te raadplegen met<br />

begrippen die gerelateerd zijn aan de <strong>net</strong>verklaring.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011<br />

blad 11


(lege bladzijde)<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 12


2 Toegangsvoorwaarden<br />

2.1 Inleiding<br />

De Spoorwegwet 9 is het juridisch kader voor de toegang tot en gebruik van de hoofdspoorwegen en<br />

voor het verdelen en reserveren van capaciteit op de hoofdspoorwegen.<br />

2.2 Vereisten voor toegang<br />

De vereisten voor toegang zijn vastgelegd in wettelijke voorschriften.<br />

Samenvatting van regelgeving<br />

► Spoorwegondernemingen hebben toegang tot de spoorweginfrastructuur. Met het begrip<br />

spoorwegonderneming wordt aangeduid elke privaat- of publiekrechtelijke onderneming waarvan<br />

de voornaamste activiteit bestaat in het leveren van spoorwegvervoerdiensten voor goederen<br />

en/of reizigers, waarbij die onderneming ook voor de tractie moet zorgen.<br />

In Nederland worden daarnaast ook ondernemingen die beschikken over tractie en die gebruik<br />

maken van de spoorweg zonder zich te richten op spoorwegvervoerdiensten voor goederen en/of<br />

reizigers aangemerkt als spoorwegonderneming; op dit punt hanteert de Nederlandse wetgeving<br />

een ruimere omschrijving dan het Europese recht. 10 ◄<br />

2.2.1 Vereisten voor aanvragers van capaciteit<br />

De vereisten voor aanvragers van capaciteit zijn vastgelegd in wettelijke voorschriften.<br />

Samenvatting van regelgeving<br />

► De volgende categorieën van (rechts)personen kunnen bij <strong>ProRail</strong> capaciteit aanvragen; zij zijn<br />

ook gerechtigd tot het sluiten van een toegangsovereenkomst of een kaderovereenkomst met<br />

<strong>ProRail</strong> 11 :<br />

• spoorwegondernemingen;<br />

• ondernemingen die een bedrijfsvergunning hebben aangevraagd;<br />

• verleners van concessies voor openbaar vervoer per trein;<br />

• iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die tegenover <strong>ProRail</strong> aantoont dat hij om<br />

commerciële redenen belang heeft bij de verwerving van capaciteit voor spoorvervoerdiensten<br />

12 .<br />

Gerechtigden die géén spoorwegonderneming zijn kunnen uitsluitend een beperkte toegangsovereenkomst<br />

aangaan; zo’n beperkte toegangsovereenkomst betreft uitsluitend de reservering<br />

van capaciteit, maar geeft geen recht op toegang tot of gebruik van de spoorweginfrastructuur. ◄<br />

Een beperkte toegangsovereenkomst met een gerechtigde die niet een spoorwegonderneming is,<br />

wordt in deze <strong>Netverklaring</strong> aangeduid met de term capaciteitsovereenkomst.<br />

2.2.2 Vereisten voor deelnemers aan het spoorverkeer<br />

De vereisten voor deelnemers aan het spoorverkeer op de hoofdspoorwegen zijn vastgelegd in<br />

wettelijke voorschriften.<br />

9<br />

10<br />

11<br />

12<br />

artikel 27 en artikel 57 van de Spoorwegwet<br />

artikel 1 sub f van de Spoorwegwet<br />

artikel 57 van de Spoorwegwet, in combinatie met artikel 2 van het Besluit capaciteitsverdeling<br />

hoofdspoorweginfrastructuur<br />

<strong>ProRail</strong> zal de uit de Spoorwegwet voortvloeiende restrictie tot “alleen voor goederenvervoerdiensten” niet<br />

toepassen.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 13


Samenvatting van regelgeving<br />

► Overeenkomstig de Spoorwegwet is de toegang tot de hoofdspoorwegen en de deelname aan het<br />

spoorverkeer voorbehouden aan spoorwegondernemingen die:<br />

• houder zijn van een geldige bedrijfsvergunning of een daarmee gelijkgesteld document;<br />

• houder zijn van een geldig veiligheidsattest of een proefattest;<br />

• verzekerd zijn tegen risico’s in verband met de wettelijke aansprakelijkheid;<br />

• een toegangsovereenkomst met de beheerder hebben afgesloten.<br />

Voorwaarde is, dat de voorgenomen verkeersdeelname wordt toegelaten door de bedrijfsvergunning,<br />

het veiligheids- of proefattest en de verzekering.<br />

<strong>ProRail</strong> wijst erop dat voor het leveren van vervoerdiensten per spoor wettelijke voorschriften<br />

gelden, die zijn samengevat in bijlage 7. ◄<br />

2.2.3 Bedrijfsvergunningen<br />

Samenvatting van regelgeving<br />

► Voor toegang tot de hoofdspoorwegen is een bedrijfsvergunning verplicht 13 . Bedrijfsvergunningen<br />

ten behoeve van in Nederland gevestigde ondernemingen worden afgegeven door de Inspectie<br />

Verkeer en Waterstaat (IVW). ◄<br />

In bijlage 7 is informatie opgenomen met betrekking tot de verschillende typen bedrijfsvergunningen<br />

met bijbehorende vereisten.<br />

2.2.4 Veiligheids- en proefattesten<br />

Samenvatting van regelgeving<br />

► Voor toegang tot en gebruik van de hoofdspoorwegen is een veiligheids- of een proefattest<br />

verplicht 14 . Veiligheidsattesten en proefattesten worden afgegeven door IVW. ◄<br />

2.2.5 Verzekering<br />

Samenvatting van regelgeving<br />

► Een spoorwegonderneming die van de hoofdspoorweg gebruik maakt, moet verzekerd zijn met<br />

betrekking tot de financiële risico’s in verband met de wettelijke aansprakelijkheid 15 ; de dekking<br />

moet tenminste € 10.000.000,- per gebeurtenis bedragen 16 .<br />

Voor ondernemingen die de hoofdspoorweginfrastructuur uitsluitend gebruiken voor overgave- of<br />

stationsfaciliteiten binnen een emplacement, of die uitsluitend rijden op buitendienstgestelde<br />

sporen ten behoeve van de uitvoering van werkzaamheden aan die sporen geldt een lagere<br />

dekkingseis, namelijk tenminste € 2.500.000,- per gebeurtenis 17 . ◄<br />

2.3 Overeenkomsten en Algemene voorwaarden<br />

De <strong>Netverklaring</strong> is civielrechtelijk gezien het aanbod van <strong>ProRail</strong> aan gerechtigden voor de toegang<br />

tot en het gebruik van de door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorwegen en daaraan verwante dienstverlening<br />

door <strong>ProRail</strong>. Op grond van specifieke wettelijk bepalingen 18 en non-discriminatie-overwegingen zijn<br />

niet alle onderdelen van dit aanbod individueel onderhandelbaar.<br />

13<br />

14<br />

15<br />

16<br />

17<br />

18<br />

artikel 27 lid 2 sub a van de Spoorwegwet<br />

artikel 27 lid 2 sub b van de Spoorwegwet<br />

artikel 55 van de Spoorwegwet<br />

artikel 7 van het Besluit bedrijfsvergunning en veiligheidsattest hoofdspoorwegen<br />

artikel 8 lid 3 van het Besluit bedrijfsvergunning en veiligheidsattest hoofdspoorwegen<br />

artikel 59 van de Spoorwegwet<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 14


2.3.1 Kaderovereenkomsten<br />

Een kaderovereenkomst wordt afgesloten tussen een gerechtigde en <strong>ProRail</strong> waarin capaciteitsafspraken<br />

voor meer dan één dienstregelingjaar worden vastgelegd. Een kaderovereenkomst kan ook<br />

afspraken omvatten over de ontwikkeling van de infrastructuur. Een kaderovereenkomst moet voldoen<br />

aan de voorwaarden die genoemd zijn in artikel 60 van de Spoorwegwet.<br />

<strong>ProRail</strong> neemt bij het opstellen van een kaderovereenkomst voorstellen van gerechtigden voor zo’n<br />

overeenkomst en de daaraan wederzijds te verbinden rechten en verplichtingen in overweging. In het<br />

bijzonder mogen de overeen te komen capaciteiten geen belemmering vormen voor andere te<br />

verwachten capaciteitsaanvragen.<br />

Een kaderovereenkomst moet passende voorzieningen bevatten om de overeenkomst te wijzigen als<br />

dat voor een beter gebruik van de capaciteit noodzakelijk is. Bij de capaciteitsverdeling hebben op<br />

wettelijke bepalingen gestoelde capaciteitsverdelingsregels steeds voorrang op regelingen in een<br />

kaderovereenkomst.<br />

2.3.2 Toegangsovereenkomsten<br />

Een toegangsovereenkomst wordt afgesloten tussen een gerechtigde en <strong>ProRail</strong>. Een toegangsovereenkomst<br />

moet voldoen aan de voorwaarden die vermeld zijn in artikel 59 van de Spoorwegwet.<br />

Toegangsovereenkomsten voor het gebruik van de Betuweroute worden namens <strong>ProRail</strong> afgesloten<br />

door Keyrail, die krachtens een door <strong>ProRail</strong> d.d. 12 december 2008 verleende volmacht de<br />

bevoegdheden van <strong>ProRail</strong> als houder van een concessie mag uitoefenen zoals in die volmacht<br />

omschreven. De tekst van de desbetreffende volmacht wordt op aanvraag kosteloos beschikbaar<br />

gesteld aan gerechtigden.<br />

Samenvatting van regelgeving<br />

► De toegangsovereenkomst moet bepalingen bevatten over de door <strong>ProRail</strong> geboden kwaliteit van<br />

de hoofdspoorweginfrastructuur, over het gebruik van capaciteit en over de gebruiksvergoedingen<br />

19 . ◄<br />

Voor de modeltekst van een toegangsovereenkomst met de daarbij behorende Algemene<br />

Voorwaarden wordt verwezen naar bijlage 5.<br />

<strong>ProRail</strong> wil in de Toegangsovereenkomsten algemene voorwaarden overeenkomen, die de<br />

administratieve, technische en financiële regelingen beschrijven die van toepassing zijn bij het gebruik<br />

van de door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorweginfrastructuur en bij de daarbij aangeboden dienstverlening.<br />

De Toegangsovereenkomst en de Algemene Voorwaarden zijn zodanig opgesteld dat ze in<br />

overeenstemming zijn met de European General Terms and Conditions zoals overeengekomen<br />

tussen CIT, CER en RNE. De European General Terms and Conditions kunnen worden geraadpleegd<br />

via de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > <strong>net</strong>verklaring).<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> wil in alle toegangsovereenkomsten de Algemene Voorwaarden van toepassing verklaren.<br />

◄<br />

De regelingen in de Algemene Voorwaarden sluiten aan op de Uniforme Regelen CUI. Voor zover de<br />

Uniforme Regelen CUI betrekking hebben op de rechtsverhouding tussen de spoorwegonderneming<br />

en de beheerder van de spoorweginfrastructuur worden de aan Uniforme Regelen CUI ontleende<br />

bepalingen impliciet via de Algemene Voorwaarden ook van toepassing op het gebruik van de<br />

infrastructuur waarop niet van rechtswege de Uniforme Regelen CUI van toepassing zijn.<br />

Kwaliteit en prestaties<br />

<strong>ProRail</strong> wil met de gerechtigden meerjarige afspraken maken over de kwaliteit van de diensten die<br />

<strong>ProRail</strong> aanbiedt aan gerechtigden. Elk jaar presenteert <strong>ProRail</strong> in de <strong>net</strong>verklaring een aanbod van<br />

de te bieden kwaliteit met bijbehorende grenswaarden ten behoeve van overleg met gerechtigden.<br />

19<br />

artikel 59 lid 1 van de Spoorwegwet<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 15


Daarnaast zal <strong>ProRail</strong> op basis van die afspraken een subsidieaanvraag voor het komende<br />

kalenderjaar indienen bij de Minister van Infrastructuur en Milieu.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> biedt aan, in de toegangsovereenkomst afspraken te maken over de te leveren kwaliteit<br />

van de diensten met bijbehorende grenswaarden binnen de kaders van de door <strong>ProRail</strong> aan te<br />

vragen en te ontvangen subsidie. Dit aanbod sluit niet uit dat met individuele gerechtigden<br />

aanvullende afspraken over kwaliteit van diensten kunnen worden overeengekomen. ◄<br />

Capaciteitsovereenkomst<br />

Een toegangsovereenkomst tussen <strong>ProRail</strong> en een gerechtigde die niet een spoorwegonderneming is,<br />

wordt in de <strong>Netverklaring</strong> aangeduid als een capaciteitsovereenkomst. Een capaciteitsovereenkomst<br />

betreft uitsluitend de verdeling en reservering van capaciteit, maar geeft geen recht op toegang tot of<br />

gebruik van de spoorweginfrastructuur. De reservering vervalt indien de gerechtigde niet uiterlijk 6<br />

weken vóór de verkeersdag aan <strong>ProRail</strong> heeft gemeld, welke spoorwegonderneming de treindienst zal<br />

verzorgen in de capaciteit van de gerechtigde.<br />

2.4 Operationele voorwaarden<br />

Samenvatting van regelgeving<br />

► De wettelijke regels voor het veilig en ongestoord gebruiken van de hoofdspoorwegen zijn vastgelegd<br />

in het Besluit spoorverkeer en de daarmee verbonden regelgeving. ◄<br />

In aanvulling op de wettelijke regels voor veilig en ongestoord gebruiken van de hoofdspoorwegen<br />

heeft <strong>ProRail</strong> een verzameling operationele regels opgesteld om het doelmatig gebruik van de<br />

hoofdspoorwegen en een doelmatige afwikkeling van de communicatie tussen <strong>ProRail</strong> en uitvoerend<br />

spoorwegpersoneel te bevorderen. Deze verzameling operationele regels is in de vorm van de<br />

Operationele Voorwaarden opgenomen in bijlage 6.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> wil in een toegangsovereenkomst afspraken maken over het doelmatig gebruik van de<br />

hoofdspoorwegen en een doelmatige afwikkeling van de communicatie tussen <strong>ProRail</strong> en<br />

uitvoerend spoorwegpersoneel door toepassing van de Operationele Voorwaarden overeen te<br />

komen zoals opgenomen in bijlage 6. ◄<br />

Voertaal<br />

<strong>ProRail</strong> gebruikt als voertaal zoals bedoeld in de TSI ‘Exploitatie en verkeersleiding’ de Nederlandse<br />

taal.<br />

2.5 Buitengewoon vervoer<br />

Treinen, voertuigen en ladingen die niet voldoen aan de wettelijke eisen of die niet voldoen aan de<br />

grenswaarden voor normaal verkeer zoals omschreven in onderdeel 1.2 van bijlage 6 ‘Operationele<br />

Voorwaarden’ kunnen in bepaalde gevallen -voor zover de wet dat toestaat en onverkort eventuele<br />

wettelijke verplichtingen met betrekking tot ontheffingen- toch gebruikt worden, onder de voorwaarden<br />

van een regeling voor Buitengewoon Vervoer.<br />

<strong>ProRail</strong> is gemandateerd 20 om een ontheffing te verlenen voor vervoer waarvan de lading buiten het<br />

omgrenzingsprofiel voor spoorvoertuigen uitsteekt 21 ; de ontheffingen van andere wettelijke<br />

voorschriften worden verleend door IVW.<br />

Indien lading zich in het Rode Meetgebied, zie bijlage 13, bevindt moet de spoorwegonderneming een<br />

melding doen aan <strong>ProRail</strong>; naar aanleiding van die melding kan <strong>ProRail</strong> aanwijzingen geven 22 .<br />

20<br />

21<br />

22<br />

artikel 1 van het Besluit mandaat en machtiging <strong>ProRail</strong> Spoorwegwet<br />

artikel 12 lid 1 van het Besluit spoorverkeer<br />

artikel 12 lid 2 van het Besluit spoorverkeer<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 16


2.6 Vervoer van gevaarlijke stoffen<br />

Voor vervoer van gevaarlijke stoffen per spoor gelden de bepalingen van de Wet vervoer gevaarlijke<br />

stoffen, het Besluit vervoer gevaarlijke stoffen en de Regeling vervoer over de spoorweg van<br />

gevaarlijke stoffen waarmee onder andere het RID 23 in de Nederlandse wetgeving is opgenomen.<br />

Voor een aantal als ‘bouwwerk in de zin van de Woningwet’ gekwalificeerde onderdelen van<br />

spoorwegen (zoals spoortunnels) zijn gebruiksbeperkingen van kracht op basis waarvan het vervoer<br />

van gevaarlijke stoffen over die onderdelen van de spoorwegen beperkt of uitgesloten is; zie verder<br />

paragraaf 3.4.1.<br />

De behandeling en het opstellen van (treinen met) wagens met gevaarlijke stoffen op emplacementen<br />

is alleen toegestaan onder de voorwaarden van de voor dat emplacement verleende<br />

omgevingsvergunning; zie verder paragraaf 3.4.2.1.<br />

Op grond van artikel 4 van het Besluit spoorverkeer moet de spoorwegonderneming vóór vertrek van<br />

een trein mededeling aan <strong>ProRail</strong> doen over de samenstelling van de trein door het indienen van een<br />

wagenlijst. Hiermee wordt <strong>ProRail</strong> onder meer geïnformeerd over de belading met gevaarlijke stoffen;<br />

de wijze van gegevenslevering is omschreven in onderdeel 4.2 van bijlage 6.<br />

2.7 Eisen met betrekking tot spoorvoertuigen<br />

Inzetcertificaat<br />

Samenvatting van regelgeving<br />

► Voor de inzet van een voertuig op een hoofdspoorweg is een inzetcertificaat 24 vereist. Dit<br />

inzetcertificaat is een aanvulling op het goedkeuringscertificaat 25 of de EG-keuringsverklaring 26 .<br />

Het inzetcertificaat wordt door de minister (IVW) afgegeven. <strong>ProRail</strong> adviseert IVW onder welke<br />

voorwaarden het voertuig kan worden ingezet, waarbij wordt gekeken of de inzet verenigbaar is<br />

met de betrokken infrastructuur. Op basis van dit advies kan de minister een inzetcertificaat<br />

afgeven.<br />

In de wet is omschreven welke onderzoeken moeten zijn uitgevoerd en aan welke eisen een<br />

voertuig moet voldoen om voor een EG-keuringsverklaring, een goedkeuringscertificaat en een<br />

inzetcertificaat in aanmerking te komen.<br />

Rijtuigen en goederenwagens zijn vrijgesteld van het inzetcertificaat 27 , als zij:<br />

• voldoen aan de technische voorschriften van de laatste versie van het RIC of het RIV en<br />

• zijn opgenomen in een nationaal voertuigregister van een andere staat.<br />

Het voertuig dat onder verantwoordelijkheid van de spoorwegonderneming op hoofdspoorwegen<br />

wordt ingezet, moet opgenomen zijn in een onderhoudssysteem dat waarborgt dat het voertuig<br />

blijft voldoen aan de toelatingseisen 28 .◄<br />

Inzet van spoorvoertuigen<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> wil in de toegangsovereenkomst opnemen:<br />

• Dat de spoorwegonderneming de inzetcertificaten beschikbaar stelt aan <strong>ProRail</strong>.<br />

• Dat de spoorwegonderneming die een spoorvoertuig heeft aangebracht na aankomst van het<br />

voertuig tegenover <strong>ProRail</strong> verantwoordelijk blijft voor dat voertuig. Deze verantwoordelijkheid<br />

vervalt pas als een andere spoorwegonderneming dat voertuig heeft vervoerd of verplaatst, of<br />

aan <strong>ProRail</strong> heeft medegedeeld de verantwoordelijkheid voor het voertuig over te nemen. ◄<br />

23<br />

24<br />

25<br />

26<br />

27<br />

28<br />

Reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen (RID), Aanhangsel C bij<br />

het Verdrag betreffende het internationale spoorvervoer (COTIF)<br />

artikel 36 lid 4 van de Spoorwegwet<br />

artikel 37 lid 2 van de Spoorwegwet<br />

artikel 37 lid 1 van de Spoorwegwet<br />

artikel 32 sub c van de Regeling keuring spoorvoertuigen<br />

artikel 47 van de Spoorwegwet<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 17


Wielbandkwaliteit<br />

Op bepaalde locaties heeft <strong>ProRail</strong> systemen geïnstalleerd om via de meting van de dynamische<br />

spoorstaafbelasting, wielbandonregelmatigheden te kunnen signaleren. Op basis daarvan kan <strong>ProRail</strong><br />

bij dreigend gevaar aanwijzingen 29 aan de machinist van de betrokken trein geven. De machinist is<br />

verplicht 30 om deze aanwijzingen op te volgen.<br />

2.8 Eisen met betrekking tot bedrijfsvoering en personeel<br />

Samenvatting van regelgeving<br />

► De spoorwegonderneming zorgt ervoor dat het personeel 31 en de (hulp)personen die onder haar<br />

verantwoordelijkheid worden ingezet of werkt zoals bedoeld in de Spoorwegwet, voldoende<br />

geïnstrueerd zijn over veiligheidsaspecten en de beheerste uitvoering van de bedrijfsprocessen.<br />

◄<br />

Overeen te komen regeling<br />

► De spoorwegonderneming ziet erop toe dat (hulp)personen die onder haar verantwoordelijkheid<br />

werken, overeenkomstig de bepalingen van de toegangsovereenkomst handelen. Als de<br />

betrokken personen hun werk uitvoeren op de spoorweginfrastructuur moeten zij kunnen<br />

aantonen, dat zij dat doen in opdracht van de spoorwegonderneming.<br />

De toegangsovereenkomst kan regelingen bevatten over de rechtstreekse informatie-uitwisseling<br />

tussen <strong>ProRail</strong> en (hulp)personen die door de spoorwegonderneming worden ingeschakeld.<br />

<strong>ProRail</strong> wil met spoorwegondernemingen afspraken maken over de navolgende onderwerpen op<br />

basis van de toepassing van de Operationele Voorwaarden:<br />

• het identificeren van treinen via een treinnummer (onderdeel 1.3 van bijlage 6);<br />

• het gebruik van niet-centraal bediende gebieden (onderdeel 2.2 van bijlage 6);<br />

• de te volgen procedures bij de communicatie van veiligheidsberichten en de daarbij te<br />

gebruiken formulieren (onderdeel 2.3 van bijlage 6);<br />

• de voorbereiding op en de afhandeling van calamiteiten en treinincidenten (onderdeel 4.1 van<br />

bijlage 6);<br />

• de bediening van infra-elementen (onderdeel 5.1 van bijlage 6).◄<br />

<strong>ProRail</strong> zal de spoorwegondernemingen erop aanspreken als bedrijfsprocessen die onder hun<br />

verantwoordelijkheid worden uitgevoerd onvoldoende worden beheerst en als daardoor het doelmatig<br />

gebruik van de infrastructuur wordt belemmerd of schade en hinder ontstaat voor <strong>ProRail</strong>, het overige<br />

verkeer of de omgeving.<br />

2.9 Eisen met betrekking tot informatielevering<br />

De spoorwegonderneming verstrekt aan <strong>ProRail</strong> steeds de voor <strong>ProRail</strong> benodigde informatie over het<br />

gebruik van de infrastructuur. Tot deze informatie behoort:<br />

• de informatie die de spoorwegonderneming opneemt in capaciteitsaanvragen (zie<br />

aanvraaginformatie in hoofdstuk 4);<br />

• de informatie die de spoorwegonderneming levert onmiddellijk voorafgaand en tijdens het feitelijk<br />

gebruik van de infrastructuur;<br />

• de informatie over het gerealiseerde gebruik, verkeer en vervoer in een tijdvak die de<br />

spoorwegonderneming na afloop van dat tijdvak levert (zie bijlage 9).<br />

Rapportages ten behoeve van statistiekverplichting voor spoorwegondernemingen<br />

Op spoorwegondernemingen rusten wettelijke verplichtingen met betrekking tot de levering van<br />

statistische gegevens over hun verkeer aan het Centraal Bureau voor de Statistiek.<br />

<strong>ProRail</strong> is bereid op basis van een daartoe door de spoorwegonderneming afgegeven machtiging de<br />

daarvoor bij <strong>ProRail</strong> beschikbare gegevens rechtstreeks aan het Centraal Bureau voor de Statistiek<br />

beschikbaar te stellen.<br />

29<br />

30<br />

31<br />

artikel 23 lid 1 en 2 van het Besluit spoorverkeer, artikel 15 lid 1 Algemene Voorwaarden<br />

artikel 23 lid 3 van het Besluit spoorverkeer<br />

artikel 22 lid 2 sub d en artikelen 49 tot en met 54 van de Spoorwegwet<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 18


Overeen te komen regeling<br />

► In de toegangsovereenkomst maken spoorwegonderneming en <strong>ProRail</strong> nadere afspraken over de<br />

modaliteiten van alle informatieoverdrachten, zowel die in het kader van wettelijke verplichtingen<br />

als die in het kader van de toegangsovereenkomst. Daarbij kan worden overeengekomen, dat een<br />

spoorwegonderneming informatie die meerdere doelen dient slechts eenmaal hoeft aan te<br />

leveren. ◄<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 19


(lege bladzijde)<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 20


3 Spoorweginfrastructuur<br />

3.1 Inleiding<br />

Dit hoofdstuk bevat een omschrijving van de functionele en technische kenmerken van de door<br />

<strong>ProRail</strong> beheerde spoorwegen en de daartoe behorende spoorweginfrastructuur.<br />

De omschrijving betreft die kenmerken van de infrastructuur die van belang zijn in het kader van de<br />

interoperabiliteit. <strong>ProRail</strong> verstrekt desgevraagd informatie over de overige functionele en technische<br />

kenmerken van de infrastructuur die van belang zijn voor het gebruik van de capaciteit, waaronder ook<br />

informatie over gebruiks- en omgevingsvergunningen die aan <strong>ProRail</strong> zijn verleend. In het kader van<br />

de toegangsovereenkomst maken de spoorwegonderneming en <strong>ProRail</strong> afspraken over het<br />

beschikbaar stellen van overige informatie die voor het gebruik van de infrastructuur van belang is.<br />

<strong>ProRail</strong> spant zich ervoor in om de technische en functionele kenmerken van de spoorwegen in<br />

overeenstemming te houden met de omschrijvingen in de <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong>. Bij wijziging van de<br />

technische of functionele kenmerken van de spoorwegen ten opzichte van de omschrijving daarvan in<br />

de <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> zal <strong>ProRail</strong> die wijziging via een aanvulling op de <strong>Netverklaring</strong> bekend maken,<br />

voor zover het wijzigingen betreft die van belang zijn voor het doorgaande treinverkeer volgens het<br />

minimumtoegangspakket volgens bijlage II bij richtlijn 2001/14/EG. Overige wijzigingen van technische<br />

en functionele kenmerken van de spoorwegen worden bekendgemaakt zoals overeengekomen in de<br />

toegangsovereenkomst.<br />

Betuweroute<br />

Gegevens over de Betuweroute zijn opgenomen in het deel <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> Betuweroute. In dit<br />

deel van de <strong>Netverklaring</strong> -het deel <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong>- zijn de gegevens met<br />

betrekking tot de overige door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorwegen opgenomen. Informatie over andere<br />

spoorwegen die om technische redenen in (dit deel van) de <strong>Netverklaring</strong> is weergegeven, wordt<br />

geacht daarvan geen deel uit te maken.<br />

3.2 Beheergebied<br />

Het beheergebied van <strong>ProRail</strong> wordt omschreven aan de hand van:<br />

• een opgave van de spoorwegen die binnen het beheer van <strong>ProRail</strong> vallen, met de tot die<br />

spoorwegen behorende infrastructuur en met inbegrip van de in onbruik geraakte spoorwegen;<br />

• een opgave van de overgang op aansluitende spoorwegen die buiten het beheer van <strong>ProRail</strong><br />

vallen.<br />

3.2.1 Spoorwegen in beheer bij <strong>ProRail</strong><br />

Het <strong>net</strong> van door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorwegen is op baanvakniveau 32 gestileerd weergegeven in de<br />

<strong>net</strong>werkoverzichtskaart in bijlage 1 33 . Deze bijlage bevat tevens een tabel met de als hoofdspoorweg<br />

aangewezen spoorwegen 34 die spooraansluitingen in haven- en industriegebieden ontsluiten.<br />

Het door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorweg<strong>net</strong> omvat:<br />

• de spoorwegen die in het Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen als hoofdspoorwegen zijn<br />

aangewezen en waarvan het beheer bij concessie aan <strong>ProRail</strong> is opgedragen;<br />

• de infrastructurele voorzieningen 35 die tot die hoofdspoorwegen behoren en die als spoorweginfrastructuur<br />

zijn aangewezen;<br />

32<br />

33<br />

34<br />

de spoorwegen als vermeld in bijlage 1 alsmede bijlage 2 onderdeel a bij het Besluit aanwijzing<br />

hoofdspoorwegen<br />

inclusief de niet in het Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen vermelde spoorweg Lelystad - Zwolle<br />

de spoorwegen als vermeld in bijlage 2 onderdeel b bij het Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 21


• een aantal andere infrastructurele voorzieningen die met het verkeer op de hoofdspoorwegen zijn<br />

gerelateerd en in beheer zijn bij <strong>ProRail</strong>, te weten de transfervoorzieningen in stations,<br />

tankinstallaties en fietsenstallingen;<br />

• een aantal in onbruik geraakte spoorwegen, lokaalspoorwegen en stamlijnen, nader omschreven<br />

in bijlage 12.<br />

Buiten gebruik genomen en in onbruik geraakte baanvakken en sporen<br />

Het baanvak tussen de stations Nijverdal en Nijverdal West is vanaf de aanvang van de<br />

geldigheidsperiode van deze <strong>net</strong>verklaring tot een nader te bepalen en bekend te maken datum in<br />

<strong>2013</strong> niet beschikbaar voor treinverkeer.<br />

<strong>ProRail</strong> beheert een aantal in onbruik geraakte spoorwegen, lokaalspoorwegen en raccordementen<br />

(‘stamlijnen’) (zie bijlage 12). In afwachting van nadere besluitvorming heeft <strong>ProRail</strong> conserverende<br />

maatregelen getroffen om de onderhoudsbehoefte te minimaliseren.<br />

Spoorverkeer over deze in onbruik geraakte spoorwegen is alleen mogelijk nadat er overeenstemming<br />

is over de bekostiging en uitvoering van reactiveringsmaatregelen en nadat <strong>ProRail</strong> die reactiveringsmaatregelen<br />

heeft uitgevoerd. Reactivering van in onbruik geraakte spoorwegen wordt via een<br />

aanvulling op de <strong>Netverklaring</strong> bekendgemaakt.<br />

<strong>ProRail</strong> kan na overleg met de belanghebbende spoorwegondernemingen besluiten om (delen van)<br />

sporen, die deel uitmaken van een tot de hoofdspoorwegen behorend emplacement, buiten gebruik te<br />

stellen. Reactiveringsmaatregelen zijn in dat geval steeds voor rekening van <strong>ProRail</strong>.<br />

Op aanvraag beschikbaar gestelde informatie<br />

• de exacte ligging van de grenzen van het beheergebied van <strong>ProRail</strong>.<br />

3.2.2 Aansluitende spoorwegen buiten beheer van <strong>ProRail</strong><br />

Via de onderstaande grensovergangen zijn de hoofdspoorwegen ten behoeve van doorgaand grensoverschrijdend<br />

verkeer verbonden met spoorwegen in aangrenzende staten:<br />

• met het door Infrabel beheerde spoorweg<strong>net</strong> in België, via de grensovergangen:<br />

- Sas van Gent – Zelzate<br />

- Roosendaal – Essen<br />

- Hazeldonk<br />

- Budel – Neerpelt<br />

- Maastricht – Lanaken 36<br />

- Eijsden – Visé<br />

• met het door DB Netze AG beheerde spoorweg<strong>net</strong> in Duitsland, via de grensovergangen:<br />

- Nieuweschans – Weener<br />

- Oldenzaal – Bad Bentheim<br />

- Enschede – Gronau<br />

- Zevenaar – Emmerich<br />

- Venlo – Kaldenkirchen<br />

- Haanrade – Herzogenrath<br />

Voorts zijn de hoofdspoorwegen op de volgende plaatsen ten behoeve van overgaveverkeer<br />

verbonden met door anderen beheerde en als lokaalspoorweg aangemerkte spoorwegen in<br />

Nederland: Veendam, Coevorden, Apeldoorn Zuid, Dieren, Kerkrade Centrum, Schin op Geul, Hoorn<br />

en Goes.<br />

Tal van industriële bedrijven en goederenoverslagbedrijven zijn via spooraansluitingen verbonden met<br />

de door <strong>ProRail</strong> beheerde hoofdspoorwegen. Deze spooraansluitingen vallen buiten het beheer van<br />

35<br />

36<br />

zie bijlage I, onderdeel A, bij Verordening (EG) nr. 851/2006 van de Commissie van 9 juni 2006 betreffende<br />

de vaststelling van de verschillende posten van de boekhoudkundige schema’s bedoeld in bijlage I bij<br />

Verordening (EEG) nr. 1108/70 van de Raad<br />

De spoorweg Maastricht – Lanaken verbindt het nabij de grens op Belgisch grondgebied gelegen<br />

industrieterrein met het spoorweg<strong>net</strong> in Nederland; de spoorweg biedt geen verbinding voor doorgaand<br />

verkeer van/naar het Belgische spoorweg<strong>net</strong>.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 22


<strong>ProRail</strong>; informatie over de gebruiksmogelijkheden en -voorwaarden van deze spooraansluitingen is te<br />

verkrijgen bij de bedrijven die door de spooraansluiting ontsloten worden.<br />

3.2.3 Nadere informatie<br />

De <strong>Netverklaring</strong> biedt gebruiksinformatie voor zover het aspecten van de infrastructuur betreft die van<br />

fundamenteel belang zijn voor de interoperabiliteit.<br />

Onder de kopjes “Op aanvraag beschikbaar gestelde informatie” wordt verwezen naar detailinformatie<br />

waaraan in de praktijk vaak behoefte is, maar die niet van onmiddellijk belang is voor de<br />

interoperabiliteit. In het kader van de toegangsovereenkomst maken de spoorwegonderneming en<br />

<strong>ProRail</strong> nadere afspraken over specifieke contactadressen en het beschikbaar stellen van overige<br />

informatie die voor het gebruik van de infrastructuur van belang is. De gebruiksmogelijkheden van de<br />

spoorweginfrastructuur kunnen plaatselijk of onder specifieke voorwaarden voor Buitengewoon<br />

Vervoer ruimer zijn dan in deze <strong>Netverklaring</strong> is omschreven. Ook daarover verstrekt <strong>ProRail</strong> in het<br />

kader van de toegangsovereenkomst inlichtingen. Voor het leveren van zulke inlichtingen gelden de<br />

vergoedingsregelingen zoals vastgelegd in de toegangsovereenkomst.<br />

Contactadres voor toegang tot informatie en levering van documentatie met betrekking tot de<br />

(gebruiksmogelijkheden van de) infrastructuur:<br />

<strong>ProRail</strong> Vervoer en Dienstregeling, afdeling Vervoeranalyse en<br />

Capaciteitontwikkeling<br />

postadres : Postbus 2038<br />

3500 GA Utrecht<br />

bezoekadres : Moreelsepark 3<br />

3511 EP Utrecht<br />

e-mail :<br />

gebruikswaardeinfo@prorail.nl<br />

3.3 Kenmerken van de railinfrastructuur van de hoofdspoorwegen<br />

Voor een volledig overzicht van de kenmerken van de infrastructuur, voor zover die bij of krachtens<br />

wettelijk voorschrift zijn bepaald, wordt verwezen naar de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur.<br />

De hieronder genoemde kenmerken van de hoofdspoorweginfrastructuur vormen een selectie uit die<br />

regeling. De selectie is gebaseerd op relevantie voor het verkeersgebruik. De selectie is aangevuld<br />

met gegevens uit andere voorschriften en met andere gegevens die <strong>ProRail</strong> in beheer heeft. Het<br />

systeem Infra Atlas, zie paragraaf 5.6.1, geeft (een selectie van) de kenmerken van de<br />

railinfrastructuur voor belanghebbende spoorwegondernemingen.<br />

De kenmerken van de railinfrastructuur met betrekking tot interoperabiliteit worden opgenomen in een<br />

infrastructuurregister als bedoeld in artikel 35 van richtlijn 2008/57/EG 37 . Dit register 38 bevat de<br />

kenmerken van hogesnelheidsinfrastructuur (HSL-Zuid), en zal uitgebreid worden met de kenmerken<br />

van conventionele infrastructuur.<br />

3.3.1 Geografische identificatie<br />

Met de geografische identificatie wordt de configuratie van het door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorweg<strong>net</strong><br />

omschreven, waarbij onderscheiden worden:<br />

• baanvakken<br />

• spoor- en baanvakgeometrie<br />

• stations en knooppunten.<br />

Tevens wordt een overzicht gegeven van de detailinformatie die in dit verband op aanvraag<br />

beschikbaar is.<br />

37<br />

38<br />

Richtlijn 2008/57/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 betreffende de<br />

interoperabiliteit van het spoorwegsysteem in de Gemeenschap<br />

te raadplegen via de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > infrastructuur)<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 23


3.3.1.1 Baanvakken<br />

• <strong>net</strong>werkconfiguratie: zie bijlage 1;<br />

• enkelsporige, dubbelsporige en meersporige baanvakken: zie bijlage 1;<br />

• afstanden tussen knooppunten (selectie): zie bijlage 1.<br />

3.3.1.2 Spoor- en baanvakgeometrie<br />

• spoorwijdte: over het gehele <strong>net</strong> bedraagt de spoorwijdte nominaal 1.435 mm, conform<br />

EN 13848-1 (minimaal 1.430 mm, maximaal. 1.450 mm) 39 .<br />

3.3.1.3 Stations en knooppunten<br />

• knooppunten in het spoorweg<strong>net</strong>: zie bijlage 1;<br />

• namen van de belangrijkste knooppunten: zie bijlage 1;<br />

• lengte van perronsporen op de knooppuntstations: zie bijlage 20.<br />

3.3.1.4 Op aanvraag beschikbaar gestelde informatie<br />

• sporenplan en rijwegmogelijkheden per emplacement, met identificatiekenmerk (letters/nummers)<br />

van sporen, seinen, wissels en andere inrichtingen; overloopvoorzieningen buiten<br />

emplacementen;<br />

• aansluitrichting van baanvakken op emplacementen;<br />

• kilometrering(en) per baanvak;<br />

• de voorkeursindeling voor functioneel gebruik van sporen op emplacementen zoals vastgesteld<br />

ten behoeve van de lokale planning (aankomst, vertrek, voorbijrijden, kopmaken, opstellen,<br />

verzorgen, rangeren, enzovoort);<br />

• de ligging en de volledige en verkorte benaming van alle emplacementen, stations, grenspunten<br />

en overige bijzondere punten;<br />

• nuttige lengte van aanwezige aankomst-, vertrek-, opstel- en inhaalsporen per emplacement;<br />

• ligging van aftakkingen naar spooraansluitingen;<br />

• realisatietermijnen van maatregelen voor de reactivering van in onbruik geraakte baanvakken,<br />

alsmede de voorwaarden waaronder die worden uitgevoerd; tot die voorwaarden kan behoren het<br />

doorlopen van procedures die in de wet zijn voorgeschreven;<br />

• de begrenzing van de sporen en spoorgedeelten die volgens het Besluit Spoorverkeer 40 als<br />

‘emplacement’ worden aangemerkt.<br />

3.3.2 Gebruiksmogelijkheden<br />

De gebruiksmogelijkheden van de spoorwegen worden beschreven via de volgende parameters:<br />

• omgrenzingsprofiel<br />

• aslast en tonmetergewicht<br />

• helling<br />

• snelheid<br />

• treinlengte<br />

• energievoorziening<br />

Tevens wordt een overzicht gegeven van de detailinformatie die in dit verband op aanvraag<br />

beschikbaar is.<br />

Het gebruik buiten de grenswaarden van de hiervoor genoemde parameters is alleen mogelijk onder<br />

overeen te komen regelingen voor Buitengewoon Vervoer; deze zijn omschreven in onderdeel 1.2 van<br />

bijlage 6.<br />

39<br />

40<br />

artikel 6 van de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

artikel 28 t/m 32 van het Besluit spoorverkeer; artikel 38 t/m 40 van de Regeling spoorverkeer<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 24


3.3.2.1 Omgrenzingsprofiel<br />

• Voertuigen waarvan het omgrenzingsprofiel voldoet aan GC 1500 V 41 zijn toegestaan op de<br />

1500 V tracés die in bijlage 13 als GC zijn aangemerkt.<br />

• Voertuigen waarvan het omgrenzingsprofiel voldoet aan GC 25 kV 42 zijn toegestaan op de 25 kV<br />

tracés die in bijlage 13 als GC zijn aangemerkt.<br />

• Voertuigen waarvan het omgrenzingsprofiel voldoet aan NL 43 zijn toegestaan op de tracés die in<br />

bijlage 13 als NL of GC zijn aangemerkt.<br />

• Voertuigen waarvan het omgrenzingsprofiel niet past binnen het omgrenzingsprofiel van het te<br />

berijden baanvak worden aangemerkt als Buitengewoon Vervoer, zie paragraaf 2.5. Hiervan is in<br />

ieder geval sprake wanneer de lading zich bevindt in het zogenaamde Rode Meetgebied, zie<br />

bijlage 13.<br />

• Voertuigen die worden ingezet op grensbaanvakken moeten ook voldoen aan de<br />

omgrenzingsprofielvereisten van het aangrenzende spoorweg<strong>net</strong>.<br />

3.3.2.2 Aslast en tonmetergewicht<br />

• Over het gehele <strong>net</strong> is tenminste beladingsklasse 44 C2 toegestaan, bij de maximumsnelheid die<br />

ter plaatse geldt of algemeen geldt voor de betrokken rijweg.<br />

Op grote delen van het <strong>net</strong> staat <strong>ProRail</strong> ook hogere beladingsklassen (codering van<br />

beladingsklassen volgens EN 15528) toe, zie bijlage 14, waarbij algemene en plaatselijke<br />

snelheidsbeperkingen gelden 45 .<br />

Het rijden met spoorvoertuigen met een zodanige belading dat daarbij de beladingsklasse C2<br />

wordt overschreden is alleen toegestaan als Buitengewoon Vervoer; daarbij moeten de<br />

voorwaarden die <strong>ProRail</strong> daarvoor heeft gegeven in acht worden genomen. Ook mag het voertuig<br />

niet zwaarder worden beladen dan de hoogste waarde die voor dat voertuig is toegelaten.<br />

3.3.2.3 Helling<br />

• De helling van opstelsporen is niet groter is dan 1:1000 46 .<br />

• De helling van andere sporen is in beginsel niet groter dan 1:200 47 ; wanneer hellingen met een<br />

grotere hoekverhouding voorkomen, biedt de seingeving voorzieningen om te voorkomen dat<br />

zware treinen op zulke hellingen tot stilstand moeten komen.<br />

3.3.2.4 Snelheid<br />

• De baanvaksnelheid is de hoogste snelheid die op een baanvak of een gedeelte daarvan is<br />

toegelaten; in bijlage 17 is voor elk baanvak weergegeven in welke snelheidsklasse de<br />

baanvaksnelheid valt.<br />

3.3.2.5 Treinlengte<br />

• De maximale treinlengte (inclusief locomotief) bedraagt 400 m (exclusief een tolerantie van 1%<br />

volgens de TSI ‘Rollend materieel’ van het trans-Europese hogesnelheidsspoorwegsysteem) voor<br />

hoge snelheidstreinen en 750 m voor goederentreinen.<br />

• Treinen die langer zijn dan deze maximale treinlengte mogen alleen rijden als Buitengewoon<br />

Vervoer, met toepassing van daarvoor door <strong>ProRail</strong> gegeven voorwaarden (aanvullende dienst).<br />

• Reizigerstreinen mogen niet langer zijn dan de nuttige lengte van de perronsporen waarop zij<br />

volgens dienstregeling behandeld worden; in bijlage 20 is per baanvak en voor de belangrijkste<br />

stations aangegeven welke nuttige perronlengten aanwezig zijn.<br />

41<br />

42<br />

43<br />

44<br />

45<br />

46<br />

47<br />

bijlage 10 van de Regeling keuring spoorvoertuigen<br />

bijlage 11 van de Regeling keuring spoorvoertuigen<br />

bijlage 8 van de Regeling keuring spoorvoertuigen<br />

artikel 2 van de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

te raadplegen via de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > infrastructuur)<br />

artikel 8 sub m van de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

artikel 8 sub l en m van de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 25


• De treinlengte van goederentreinen moet zijn afgestemd op de gebruiksmogelijkheden die gelden<br />

voor de route waarop de trein volgens de dienstregeling is gepland. Indien er sprake is van een<br />

omleiding dan zijn de gebruiksmogelijkheden voor de omleidingsroute bepalend.<br />

3.3.2.6 Energievoorziening<br />

Op de door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorwegen zijn voorzieningen beschikbaar voor dieseltractie en voor<br />

elektrische tractie via de bovenleiding.<br />

• Ten behoeve van gebruikers van dieseltractie zijn tankinstallaties aanwezig; zie paragraaf 3.8.4.<br />

• De baanvakken die ten behoeve van tractie-energievoorziening zijn voorzien van bovenleiding zijn<br />

aangegeven in bijlage 18.<br />

• De bovenleidingspanning en eventuele beperking in de maximale stroomafname per baanvak is<br />

weergegeven in bijlage 18; spanning en stroomafname zijn conform EN 50367 48 .<br />

• De hoogte van de bovenleiding ten opzichte van de bovenzijde van de spoorstaaf bedraagt op<br />

baanvakken met profiel ‘GC’ of ’NL’ (zie bijlage 13) standaard +5,50 m; bij kunstwerken is<br />

afwijkende hoogte mogelijk, de bovenleiding bevindt zich echter steeds buiten het<br />

omgrenzingsprofiel dat ter plaatse van toepassing is.<br />

• De spanningssluizen ter plaatse van de overgang op andere bovenleidingspanningen zijn<br />

weergegeven in bijlage 18.<br />

• De contactdruk van de pantograaf tegen de bovenleiding moet liggen tussen de navolgende<br />

grenswaarden: opdrukkracht 40 N ≤ F max ≤ 300 N.<br />

• Op baanvakken die uitgerust zijn met een ontijzelcircuit kan onder bepaalde omstandigheden<br />

ijzelbestrijding van de bovenleiding worden toegepast.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► De contractuele voorwaarden voor gebruik van de bovenleiding worden overeengekomen in de<br />

toegangsovereenkomst voor de dienst ‘Bovenleiding’.<br />

<strong>ProRail</strong> verlangt van de spoorwegonderneming gegevens per type elektrische spoorvoertuigen<br />

zoals omschreven in onderdeel 3 van bijlage 9. ◄<br />

3.3.2.7 Op aanvraag beschikbaar gestelde informatie<br />

• hoekverhoudingen van wissels met toegestane snelheden;<br />

• plaatselijk geldende vaste snelheidsbeperkingen;<br />

• toegestane snelheid per rijweg;<br />

• nuttige perronlengte per station, per perronspoor en per rijrichting;<br />

• nuttige lengte van opstelsporen en wachtsporen;<br />

• toleranties bovenleidingspanning conform NEN EN 50163;<br />

• sporen die van bovenleiding zijn voorzien.<br />

3.3.3 Beveiligings- en communicatiesystemen<br />

Ten behoeve van de veilige en beheerste afwikkeling van het treinverkeer zijn de spoorwegen<br />

uitgerust met seinstelsels alsmede beveiligings- en communicatiesystemen.<br />

Alle baanvakken en sporen die zijn ingericht voor het snelheden groter dan 40 km/h zijn voorzien van<br />

een seinstelsel dat het verband tussen wisselstanden, spoorbezetting en seingeving bewaakt.<br />

Daarnaast worden beveiligingssystemen toegepast, die via treinbeïnvloeding de maximumsnelheid en<br />

de correcte opvolging van de opdrachten van de seingeving bewaken.<br />

De regelingen voor het gebruik van niet centraal bediende baanvakken zijn uitgewerkt in de ‘Lokale<br />

bedrijfsregels’, zie onderdeel 5.2 van bijlage 6.<br />

48<br />

artikel 20 van de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 26


3.3.3.1 Seinstelsels<br />

• Op de tracédelen Hoofddorp - Rotterdam Centraal en Rotterdam Lombardijen - Hazeldonk grens,<br />

(deel uitmakend van de HSL-Zuid) ERTMS level 2 versie 2.3.0 corridor, seingeving door<br />

cabinesignalering via ETCS.<br />

• Op overige baanvakken: seingeving met lichtseinen, ondersteund met cabinesignalering via ATB<br />

of ETCS.<br />

• Op de baanvakken Amsterdam Duivendrecht – Utrecht alsmede Lelystadopstelterrein aansluiting<br />

– Hattemerbroek aansluiting is een dubbel seinstelsel (dual-signalling) aanwezig. Naast<br />

seingeving met lichtseinen, ondersteund met cabinesignalering via ATB, is tevens een ERTMS<br />

level 2 versie 2.3.0d systeem beschikbaar met seingeving door cabinesignalering via ETCS.<br />

• Op de baanvakken Enschede - Enschede grens, Zutphen - Winterswijk - Doetinchem en<br />

Groningen - Leeuwarden - Harlingen/Stavoren is plaatselijke bediening van seinen door<br />

treinpersoneel mogelijk, via een infrarood-afstandbedieningssysteem.<br />

3.3.3.2 Verkeersleidingssystemen<br />

• Verkeersleiding-ondersteunende systemen worden gevoed met treinsamenstellingsgegevens voor<br />

zover die in de dienstregelingplanningssystemen zijn ingevoerd; de voorwaarden voor het gebruik<br />

van deze systemen door spoorwegondernemingen wordt nader overeengekomen.<br />

• Alle <strong>net</strong>werkverkeersleidingsposten, treindienstleidingsposten en de backoffice van de<br />

calamiteitenorganisatie zijn als regel doorlopend geopend; rond feestdagen kunnen na overleg<br />

afwijkende openingstijden worden toegepast.<br />

• Na vaststelling van de jaardienstregeling kan <strong>ProRail</strong> (na overleg met betrokken gerechtigden)<br />

besluiten, treindienstleidings- en <strong>net</strong>werkverkeersleidingsposten te sluiten gedurende de uren<br />

waarin volgens de jaardienstregeling geen verkeer plaatsvindt in hun verantwoordelijkheidsgebied;<br />

deze sluitingstijden worden bekend gemaakt in de ‘Lokale bedrijfsregels’, zie onderdeel<br />

5.2 van bijlage 6.<br />

• In de volgende gevallen moet voorafgaand aan het gebruik een regeling met <strong>ProRail</strong> worden<br />

getroffen over het veiligheidsbeheer en de uitwisseling van veiligheidsinformatie:<br />

- bij het gebruik van baanvakken die niet zijn uitgerust met centraal bediende beveiliging;<br />

- bij het gebruik van sporen en rijwegen naar, binnen en vanuit de niet-centraal bediende<br />

gebieden van stations, als dat gebruik plaats vindt buiten de tijdvakken waarin volgens de<br />

‘Lokale bedrijfsregels’, zie onderdeel 5.2 van bijlage 6, een treindienstleider niet-centraal<br />

bediend gebied (“treindienstleider met minimale bevoegdheid”) aanwezig is.<br />

3.3.3.3 Communicatiesystemen<br />

De door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorwegen zijn uitgerust met GSM-R. GSM-R is een internationaal<br />

gestandaardiseerd digitaal radiocommunicatiesysteem voor het gespreksverkeer tussen machinist en<br />

treindienstleiding alsmede datacommunicatie tussen ETCS systemen. Technische gegevens over het<br />

GSM-R <strong>net</strong>werk zijn te raadplegen via de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > GSM-<br />

R).<br />

Voor communicatie tussen machinist en treindienstleiding biedt <strong>ProRail</strong> de dienst ‘Communicatie<br />

spoorwegveiligheid’ aan, zie paragraaf 5.6.12 voor de details.<br />

3.3.3.4 Treinbeïnvloedingssystemen<br />

• Type treinbeïnvloedingssysteem per baanvak: zie bijlage 15.<br />

Op de grensbaanvakken Roosendaal – Roosendaal grens en Maastricht – Eijsden grens is bij de<br />

seinen gelegen tussen de rijksgrens en het begin/einde van het met ATB beveiligde gebied het<br />

(Belgische) treinbeïnvloedingssysteem Memor/krokodil geïnstalleerd. Informatie over de werking<br />

van dit systeem kan worden ontleend aan documentatie die de beheerder van het spoorweg<strong>net</strong> in<br />

België, Infrabel beschikbaar stelt.<br />

Op het emplacement van Venlo en het grensbaanvak Venlo – Venlo grens is bij een aantal seinen<br />

het (Duitse) treinbeïnvloedingssysteem PZB/Indusi geïnstalleerd. Informatie over de werking van<br />

dit systeem kan worden ontleend aan documentatie die de beheerder van het spoorweg<strong>net</strong> in<br />

Duitsland, DB-Netze beschikbaar stelt.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 27


• Op de baanvakken Amsterdam Duivendrecht – Utrecht alsmede Lelystadopstelterrein aansluiting<br />

– Hattemerbroek aansluiting is naast ATB-EG ook een ERTMS treinbeïnvloedingssysteem<br />

aanwezig. Tractievoertuigen uitgerust met ATB en/of compatibele ERTMS treinapparatuur kunnen<br />

van dit baanvak gebruik maken. Onder het ERTMS treinbeïnvloedingssysteem zijn de volgende<br />

snelheden toegestaan voor daarvoor geschikt en toegelaten materieel:<br />

- Amsterdam - Utrecht: 160 km/h;<br />

- Lelystadopstelterrein aansluiting - Hattemerbroek aansluiting: 200 km/h.<br />

Zonder ERTMS communicatie-encryptiesleutels kan met ETCS uitgerust materieel deze<br />

baanvakken berijden onder ATB.<br />

• Het treinbeïnvloedingssysteem ATB (zowel ATB-EG als ATB-NG) bewaakt de opdracht om de<br />

snelheid te verminderen tot de snelheid die het seinstelsel aangeeft. Op geselecteerde locaties<br />

heeft het ATB-EG systeem een extra functie (“ATB-Vv”) die voorziet in remcurvebewaking in het<br />

snelheidsgebied tussen 0 en 40 km/h. ATB-Vv beïnvloedt alleen materieel dat is voorzien van de<br />

ATB-Vv functionaliteit.<br />

• Een ETCS level transitie STM-ATB STM-PZB is aanwezig op de grensbaanvakken:<br />

- Nieuweschans – Weener (D),<br />

- Coevorden – Laarwald (D),<br />

- Oldenzaal – Bad Bentheim (D),<br />

- Zevenaar – Emmerich (D),<br />

- Venlo (emplacement) – Kaldenkirchen (D),<br />

- Landgraaf – Herzogenrath (D).<br />

• Een ETCS level transitie STM-ATB STM-Memor is aanwezig op de grensbaanvakken:<br />

- Roosendaal – Essen (B),<br />

- Weert – Budel – Neerpelt (B),<br />

- Maastricht Randwyck – Eijsden – Visé (B).<br />

Samenvatting van regelgeving<br />

► Relatie tussen Beveiliging/seinstelsel en de voor toelating relevante materieelvereisten 49 :<br />

• Tractievoertuigen die met ATB uitgeruste baanvakken berijden, moeten zijn voorzien van<br />

ATB-treinapparatuur of daarmee compatibel ETCS.<br />

• Tractievoertuigen die de hogesnelheidsbaanvakken Hoofddorp – Rotterdam West en<br />

Barendrecht – Belgische grens berijden moeten zijn voorzien van ETCS (omschakeling ETCS<br />

– ATB tijdens de rit).<br />

• Tractievoertuigen die het baanvak Amsterdam Duivendrecht – Utrecht berijden moeten zijn<br />

voorzien van ATB-treinapparatuur of ETCS voorzien van STM-ATB. Bij het berijden van dit<br />

baanvak onder ETCS, treedt de door ETCS-cabinesein aangegeven toegestane snelheid in<br />

de plaats van de aangegeven toegestane snelheid door seingeving met lichtseinen. 50 ◄<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> heeft de procedures voor het aanvragen en beheren van communicatie-encryptiesleutels<br />

die nodig zijn om te rijden op ERTMS level 2 baanvakken omschreven in onderdeel 5.1 van<br />

bijlage 6 ‘Operationele Voorwaarden’, en wil deze opnemen in de toegangsovereenkomst. ◄<br />

3.3.3.5 Detectiesystemen<br />

• Op het door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorweg<strong>net</strong> worden meerdere treindetectiesystemen toegepast<br />

om de beveiliging te voeden met informatie over spoorbezetting; sommige van die<br />

detectiesystemen maken gebruik van de kortsluitende werking van wielstellen, andere systemen<br />

werken met behulp van assentellers, detectielussen of pedalen.<br />

• Spoorvoertuigen moeten steeds compatibel zijn met de treindetectiesystemen op de baanvakken<br />

waar de spoorvoertuigen worden ingezet; de compatibiliteit omvat in ieder geval kortsluit- en<br />

EMC-gedrag (trein – baan).<br />

• <strong>ProRail</strong> heeft de compatibiliteitsvereisten die verbonden zijn met de verschillende<br />

detectiesystemen vertaald naar toelatingsvoorwaarden volgens ATIV 51 , waarbij per baanvak is<br />

49<br />

50<br />

51<br />

artikel 26 van de Regeling keuring spoorvoertuigen<br />

artikel 31 van de Regeling spoorverkeer<br />

Actuele Technische Inzichten Voertuigtoelating, te raadplegen via de website van IVW (www.ivw.nl ><br />

onderwerpen > rail > spoorwegen > wet en regelgeving > voertuigen)<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 28


aangegeven welke parametersets ten aanzien van kortsluitwaarde en/of elektromag<strong>net</strong>ische<br />

compatibiliteit buiten beschouwing kunnen blijven voor toelating op dat baanvak (zie bijlage 16).<br />

Nadere informatie over de relatie tussen treindetectiesystemen en voertuigkarakteristieken: zie de<br />

website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > infrastructuur).<br />

3.3.3.6 Op aanvraag beschikbaar gestelde informatie<br />

• Bedieningsvoorschriften: beschrijvingen van de plaatselijk aanwezige beveiligingssystemen, de<br />

werkingsgebieden van de beveiligingssystemen, blokindeling, mogelijke combinaties van<br />

rijweginstellingen, seinbeeld per sein en ter plaatse te verrichten bedieningshandelingen.<br />

• Werkzone-indelingen (de indeling van het spoorweg<strong>net</strong> in zones die steeds als geheel buiten<br />

dienst worden genomen).<br />

• Type seinstelsel per baanvak.<br />

• Ligging van de overgangen van centraal bediend gebied naar niet-centraal bediend gebied.<br />

• Indeling van het spoorweg<strong>net</strong> in <strong>net</strong>werkverkeersleidingsgebieden en treindienstleidingsgebieden.<br />

• Portofoonkanalen in gebruik voor lokale veiligheidscommunicatie, inclusief frequenties en<br />

tooncodes.<br />

• Aantal en hoedanigheid van gelijkvloerse kruisingen met verkeerswegen.<br />

• Baanvakken met afwijkende en/of aanvullende detectiemiddelen.<br />

3.4 Gebruiksbeperkingen<br />

De gebruiksmogelijkheden van de infrastructuur worden niet alleen beperkt door de eigen kenmerken<br />

van de infrastructuur maar ook door externe factoren.<br />

Tot die externe factoren behoren uitdrukkelijk -maar niet uitsluitend- de voorschriften van<br />

gebruiksvergunningen, omgevingsvergunningen en beschikkingen die vanwege de Woningwet en de<br />

Wet Milieubeheer aan <strong>ProRail</strong> zijn verleend voor het gebruik van de door <strong>ProRail</strong> beheerde<br />

infrastructuur.<br />

Beperkingen die voor het doorgaande treinverkeer volgens het minimumtoegangspakket volgens<br />

bijlage II bij richtlijn 2001/14/EG van toepassing zijn en die voortvloeien uit vergunningen of andere<br />

publiekrechtelijke regelingen waarvan de inhoud niet in Staatscourant, Staatsblad of Tractatenblad<br />

wordt bekendgemaakt, worden door <strong>ProRail</strong> steeds via de <strong>Netverklaring</strong> bekendgemaakt aan<br />

spoorwegondernemingen.<br />

3.4.1 Gespecialiseerde infrastructuur<br />

Beperkingen en uitsluitingen personenvervoer<br />

In bijlage 10 zijn baanvakken vermeld waarop het vervoer van reizigers is uitgesloten, bijvoorbeeld in<br />

verband met de afwezigheid van daarvoor ingerichte veiligheidsvoorzieningen in de tunnels en bij<br />

geluidsschermen.<br />

Op een aantal baanvakken die als regel niet voor personenvervoer worden gebruikt is in verband met<br />

het voorbereidingsniveau van de calamiteitenorganisatie personenvervoer alleen mogelijk na<br />

voorafgaande aanmelding bij <strong>ProRail</strong> (backoffice Verkeersleiding). Deze baanvakken zijn genoemd in<br />

bijlage 10.<br />

Hogesnelheidsbaanvakken<br />

De baanvakken Hoofddorp – Rotterdam Centraal (via Boortunnel Groene Hart) en Rotterdam<br />

Lombardijen – Hazeldonk zijn aangemerkt als baanvakken van het hogesnelheidsspoorwegsysteem<br />

zoals bedoeld in bijlage I bij Richtlijn 2008/57/EG. Voor zover voor het gebruik van deze baanvakken<br />

specifieke beperkingen gelden, zijn die vermeld in het infrastructuurregister.<br />

Gebruiksvergunningen<br />

Sommige onderdelen van de spoorweginfrastructuur zijn als bouwwerk te kwalificeren. Voor het<br />

gebruik van deze bouwwerken kan op grond van de Woningwet en gemeentelijke bouwverordeningen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 29


een gebruiksvergunning nodig zijn. Het bevoegd gezag kan in de gebruiksvergunning voorwaarden<br />

aan het gebruik stellen.<br />

Als uit een gebruiksvergunning beperkingen of voorwaarden voortvloeien die van belang zijn voor het<br />

gebruik van de infrastructuur door spoorwegondernemingen, maakt <strong>ProRail</strong> die beperkingen of<br />

voorwaarden in de <strong>Netverklaring</strong> bekend.<br />

De aan <strong>ProRail</strong> verleende gebruiksvergunningen, voor zover die bepalingen bevatten met betrekking<br />

tot het gebruik van de spoorweginfrastructuur, zijn onderdeel van de <strong>Netverklaring</strong>. De vergunningen<br />

liggen ter inzage ten kantore van <strong>ProRail</strong>. De beperkingen en voorwaarden vanwege thans van kracht<br />

zijnde gebruiksvergunningen zijn opgesomd in bijlage 10.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► Door het aangaan van de toegangsovereenkomst aanvaardt de spoorwegonderneming de<br />

verplichting om de gebruiksvergunningsvoorschriften na te leven en zich te onthouden van<br />

handelen dat overtreding van de vergunningsvoorschriften tot gevolg heeft. Tevens aanvaardt de<br />

spoorwegonderneming dat <strong>ProRail</strong> de naleving van deze verplichtingen controleert. ◄<br />

3.4.2 Milieugerelateerde gebruiksvoorschriften en -beperkingen<br />

3.4.2.1 Omgevingsvergunningen<br />

Algemeen<br />

Spoorwegondernemingen die van de door <strong>ProRail</strong> beheerde emplacementen gebruik maken, mogen<br />

dat alleen doen als voor de activiteiten, anders dan aankomen, vertrekken of doorrijden, een<br />

omgevingsvergunning is afgegeven. De aan <strong>ProRail</strong> verleende omgevingsvergunningen, voor zover<br />

die bepalingen bevatten met betrekking tot het gebruik van de spoorweginfrastructuur zijn onderdeel<br />

van de <strong>Netverklaring</strong>.<br />

Emplacementen zijn inrichtingen waar meerdere gebruikers (zoals <strong>ProRail</strong> en<br />

spoorwegondernemingen) tegelijkertijd en naast elkaar kunnen opereren, gebruikmakend van<br />

dezelfde omgevingsvergunning. Elke gebruiker is verantwoordelijk voor het naleven van de<br />

vergunning en de daaraan verbonden voorschriften. Elk van de gebruikers is daarop aanspreekbaar<br />

door het bevoegd gezag. <strong>ProRail</strong> heeft de coördinerende taak op zich genomen om er voor te zorgen<br />

dat de gebruikers van de inrichting zijn geïnformeerd over de verplichtingen en de<br />

gebruiksmogelijkheden die in de vergunning zijn bepaald.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► Door het aangaan van de toegangsovereenkomst verplicht de spoorwegonderneming zich tot het<br />

naleven van de vergunningvoorschriften; het niet naleven van deze voorschriften impliceert dan<br />

een toerekenbaar tekortkomen jegens <strong>ProRail</strong>. De Algemene Voorwaarden (bijlage 5) en de<br />

Operationele Voorwaarden (bijlage 6) bevatten nadere bepalingen hieromtrent. ◄<br />

Wanneer bij een spoorwegonderneming een wijziging in de vergunningplichtige handelingen (cf. Wet<br />

milieubeheer) op de inrichting of een wijziging van de capaciteitsbehoefte plaatsvindt licht deze<br />

vroegtijdig <strong>ProRail</strong> in.<br />

Aanvraag of wijziging van een omgevingsvergunning<br />

Wanneer besloten is tot aanvraag/wijziging van een vergunning, zal <strong>ProRail</strong> de relevante<br />

spoorwegondernemingen benaderen voor het verzamelen van de benodigde gegevens. In onderdeel<br />

3 van bijlage 6 is nader omschreven welke informatie van de spoorwegonderneming verwacht wordt.<br />

Daarbij is het volgende van belang:<br />

• <strong>ProRail</strong> berekent op basis van de gegevens van de spoorwegondernemingen de milieutechnische<br />

effecten van de aan te vragen activiteiten op de omgeving en stelt een rapport op. De<br />

milieutechnische rapporten samen met de aanvraagtekst worden met de relevante<br />

spoorwegondernemingen afgestemd. Bij het indienen van de definitieve aanvraag, het reageren<br />

op de ontwerpbeschikking, het indienen van zienswijzen op basis van de ontwerpbeschikking en<br />

het aantekenen van een beroep wordt tijdig met de spoorwegondernemingen afgestemd. Kopieën<br />

van de relevante documenten worden aan de spoorwegondernemingen gestuurd.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 30


• De milieukaders worden door <strong>ProRail</strong>, nadat de omgevingsvergunning van kracht is geworden,<br />

vertaald naar plannormen die de basis vormen voor de verdeling van de capaciteit (integraal<br />

capaciteitsmanagement, zie ook paragraaf 5.6.2).<br />

<strong>ProRail</strong> heeft naast een actieve rol bij het uitvoeren van vergunningvoorschriften als drijver, tevens<br />

een coördinerende rol bij de processen ten behoeve van het indienen van zienswijzen en<br />

beroepsschriften en, indien daartoe aangesproken door het bevoegd gezag, bij acties in het kader van<br />

toezicht en handhaving. In onderdeel 3 van bijlage 6 is omschreven welke informatie van de<br />

spoorwegondernemingen nodig is om de rol van <strong>ProRail</strong> goed te kunnen vervullen.<br />

Beheersing omgevingsvergunningen<br />

<strong>ProRail</strong> gaat ervan uit dat spoorwegondernemingen op de hoogte zijn van de bepalingen uit de<br />

vergunningen. Alle vigerende omgevingsvergunningen en plannormen voor emplacementen zijn te<br />

raadplegen via het vergunningenbeheerssysteem, ontwikkeld door <strong>ProRail</strong> (zie ook de dienst<br />

‘Vergunningen Beheer Systeem’ in paragraaf 5.6.14). De gebruikers (partijen die<br />

medeverantwoordelijk zijn voor het naleven van de vergunning en de vergunningvoorschriften) van<br />

een emplacement vinden hierin alle bepalingen, waaraan zij zich dienen te houden.<br />

De beperkingen en verplichtingen van de omgevingsvergunning kunnen onder andere betrekking<br />

hebben op:<br />

• de behandeling -inclusief het parkeren- van wagens met gevaarlijke stoffen, in het bijzonder<br />

gevaarlijke stoffen geladen in ketelwagens en ketelcontainers;<br />

• de uitvoering van activiteiten en handelingen die een geluidsbelasting voor de omgeving<br />

veroorzaken;<br />

• het veroorzaken van bodemverontreiniging; het opstellen van spoorvoertuigen die voor sloop<br />

bestemd zijn geldt daarbij als ‘opslag van afvalstoffen’;<br />

• de beschikbaarstelling van gegevens over de activiteiten en handelingen die op een emplacement<br />

uitgevoerd worden of zijn; voor de achteraf te leveren gegevens: zie bijlage 9;<br />

• het aanbrengen en gebruiken van voorzieningen op het emplacement;<br />

• verplichtingen te rapporteren over incidenten, maatregelen, doelvoorschriften, enzovoort.<br />

Bijzondere situaties<br />

Het kan voorkomen dat aan <strong>ProRail</strong> een omgevingsvergunning verleend wordt die ook van invloed is<br />

op sporen die buiten het beheer van <strong>ProRail</strong> vallen. In dat geval treft <strong>ProRail</strong> met de beheerder van<br />

die sporen regelingen om te kunnen voldoen aan de omgevingsvergunning.<br />

Het kan ook voorkomen dat sporen en terreinen die bij <strong>ProRail</strong> in beheer zijn binnen de werkingssfeer<br />

vallen van een omgevingsvergunning die aan een ander dan <strong>ProRail</strong> is verleend. In dat geval zal<br />

<strong>ProRail</strong> aan de spoorwegonderneming inlichtingen verstrekken over de beperkingen en verplichtingen<br />

van die vergunning die voor de spoorwegonderneming relevant zijn.<br />

3.4.2.2 Beheersing geluidemissies<br />

<strong>ProRail</strong> zal bij de verdeling van capaciteit de op wettelijke voorschriften gebaseerde regelingen voor<br />

beheersing van de geluidemissie door spoorverkeer respecteren en zo nodig een zodanige verdeling<br />

van de capaciteit vaststellen dat de grenswaarden die volgens die regelingen van kracht zijn niet<br />

worden overschreden. Met name voor baanvakken en emplacementen die in het recente verleden<br />

binnen een bepaald tijdvak (dag/avond/nacht) weinig spoorverkeer kenden moet ermee rekening<br />

gehouden worden, dat de toetsing aan de vereisten van de Wet geluidhinder en de Wet milieubeheer<br />

ook reeds een beperkte verkeersontwikkeling kan blokkeren.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> verlangt van elke spoorwegonderneming een opgave van de geluidemissiegegevens van<br />

hun reizigersmaterieel en hun locomotieven, en daarnaast een periodieke (jaarlijkse) opgave van<br />

het gerealiseerde treinverkeer per baanvak en per akoestische voertuigcategorie. <strong>ProRail</strong> heeft<br />

deze informatie nodig voor de uitvoering van de Wet geluidhinder en de Wet milieubeheer en voor<br />

beleidsvoorbereiding en -evaluatie. In bijlage 9 is deze opgave nader omschreven. ◄<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 31


3.4.2.3 Bodembescherming<br />

Bedrijfsprocessen van spoorwegondernemingen leveren risico’s op voor verontreiniging van de<br />

bodem en ballast met brandstoffen, koelvloeistoffen, smeermiddelen, enzovoort. Treinen kunnen bij<br />

normale bedrijfsvoering geringe hoeveelheden van deze middelen lekken op de ballast. Door goed en<br />

regelmatig onderhoud is dit tot een minimum te beperken. Verder kan ballast- en<br />

bodemverontreiniging optreden door incidenten.<br />

De Wet bodembescherming verplicht <strong>ProRail</strong> en de spoorwegondernemingen maatregelen te nemen<br />

die de kans op een bodemverontreiniging minimaliseren en, indien de bodem toch is aangetast, alle<br />

benodigde maatregelen te nemen om de gevolgen daarvan te beperken.<br />

Indien de ballast of bodem van de hoofdspoorweg blijkt te zijn verontreinigd, stelt <strong>ProRail</strong> een<br />

onderzoek in om na te gaan wat de oorzaak is (geweest). Indien wordt vermoed dat een<br />

spoorwegonderneming de verontreiniging heeft veroorzaakt, dan wel te veroorzaken, wordt deze<br />

onderneming direct op de hoogte gesteld van de verontreiniging. Ook betrekt <strong>ProRail</strong> die<br />

spoorwegonderneming bij het onderzoek. Op grond van de Wet bodembescherming meldt <strong>ProRail</strong><br />

een bodemverontreiniging bij het bevoegd gezag. Mede op aanwijzing van het bevoegd gezag wordt<br />

de verontreiniging ongedaan gemaakt. Indien de spoorwegonderneming veroorzaker blijkt te zijn<br />

(geweest), worden de kosten van de sanering op die onderneming verhaald.<br />

Tanken van materieel met diesel- of gasolie levert een verhoogd risico op voor bodemverontreiniging.<br />

Dit geldt ook voor andere vormen van overslag van bodembedreigende vloeistoffen. Tanken ten<br />

behoeve van tractie dient te geschieden op de daartoe bestemde tankinstallaties die in bijlage 22 zijn<br />

vermeld. Op emplacement Sloe bestaat de tankinstallatie uit een vloeistofdichte vloer met een<br />

verzamelput met olieafscheider en rioolaansluiting. Alleen op emplacement Sloe kan vanuit een<br />

tankauto worden getankt.<br />

Alleen in bijzondere gevallen wordt tanken buiten één van de in bijlage 22 vermelde tankinstallaties<br />

toegestaan. Deze gevallen zijn:<br />

a. een eilandbedrijf voor werktreinen die binnen de uitvoering van het project/instandhoudingswerkzaamheden<br />

niet in staat zijn een van de tankinstallaties te bezoeken doordat deze een lage<br />

eigen snelheid hebben;<br />

b. als een tankinstallatie door werkzaamheden aan de infrastructuur niet kan worden bereikt;<br />

c. overig materieel, zoals werktuigen en handgereedschappen kunnen op bouwplaatsen worden<br />

bijgetankt.<br />

Voor de gevallen onder a en b gelden de eisen voor tijdelijke, niet-stationaire opslaginstallaties en<br />

afleverinstallatie uit de PGS 30. Voor de gevallen onder c moeten de voorwaarden zoals genoemd in<br />

onderdeel B3 van de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB) worden gevolgd.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> wil de afspraken met betrekking tot bodembescherming (optreden bij gesignaleerde<br />

ballastverontreiniging respectievelijk het tanken) overeenkomen via de Algemene Voorwaarden<br />

(zie bijlage 5) en Operationele Voorwaarden (zie onderdeel 3.3 van bijlage 6) bij de<br />

toegangsovereenkomst. ◄<br />

3.4.3 Risicogerelateerde gebruiksbeperkingen<br />

Vervoer van gevaarlijke stoffen<br />

In bijlage 10 zijn de baanvakken aangegeven waarover het vervoer van gevaarlijke stoffen vanwege<br />

lokale omgevingsrisico’s niet is toegestaan.<br />

Voor de jaarlijkse rapportage met betrekking tot de externe veiligheid op baanvakken stelt <strong>ProRail</strong> de<br />

spoorwegondernemingen in de gelegenheid om de door <strong>ProRail</strong> verzamelde gegevens aan te vullen<br />

of te corrigeren. In bijlage 9 is deze procedure nader omschreven.<br />

Behandeling van gevaarlijke stoffen op emplacementen<br />

De behandeling van treinen met gevaarlijke stoffen op emplacementen moet voldoen aan de<br />

omgevingsvergunningen. In paragraaf 3.4.2.1 wordt ingegaan op de procedure van de aanvraag van<br />

een omgevingsvergunning op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo).<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 32


Procedurevoorschrift<br />

► Als spoorwegondernemingen samen meer capaciteit aanvragen dan ter plaatse is toegestaan,<br />

kan de vergunninghouder, als onderdeel van het integrale capaciteitsmanagement, zo nodig per<br />

aanvrager specifieke beperkende voorwaarden en voorschriften aan de capaciteitsverdeling<br />

verbinden, zodanig dat het totaal van de verdeelde capaciteit binnen die vergunning past (conform<br />

het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur). ◄<br />

Om aan wettelijke verplichtingen met betrekking tot de externe veiligheid op emplacementen te<br />

kunnen voldoen verlangt <strong>ProRail</strong> van de spoorwegondernemingen aanvullingen en correcties op de<br />

door <strong>ProRail</strong> verzamelde gegevens. In bijlage 9 is deze procedure nader omschreven.<br />

3.4.4 Gebruiksvoorschriften en –beperkingen voor spoorwegtunnels<br />

Gebruiksvoorschriften<br />

Spoorwegtunnels zijn veelal uitgerust met specifieke veiligheids- en vluchtvoorzieningen. Deze<br />

voorzieningen zijn ten behoeve van het rijdend personeel van spoorwegondernemingen beschreven in<br />

voorlichtingsmateriaal dat <strong>ProRail</strong> desgevraagd beschikbaar stelt. Het betreft de volgende tunnels:<br />

• Hemtunnel (Amsterdam Sloterdijk – Zaandam);<br />

• Velsertunnel (Santpoort Noord – Beverwijk);<br />

• Schipholtunnel (Hoofddorp – Amsterdam Riekerpolder aansluiting);<br />

• Rijswijktunnel (Den Haag Moerwijk – Delft);<br />

• Willemsspoortunnel (Rotterdam Centraal – Rotterdam Zuid);<br />

• Overkluizing Barendrecht (Rotterdam Lombardijen – Zwijndrecht);<br />

• Besttunnel (Boxtel – Eindhoven Beukenlaan);<br />

• Drontermeertunnel (Dronten – Kampen Zuid).<br />

Gebruiksbeperking<br />

Specifieke tunnelgerelateerde verkeers- en vervoerbeperkingen zijn opgenomen in bijlage 10.<br />

3.4.5 Gebruiksvoorschriften en –beperkingen voor bruggen<br />

In bijlage 19 zijn de spoorbruggen aangegeven die volgens een vaste dienstregeling of op afroep<br />

(“verzoekregeling”) worden geopend voor het scheepvaartverkeer. De openingstijden van de bruggen<br />

met een vaste dienstregeling worden voor de jaardienstregeling <strong>2013</strong> door de Minister 52 vastgesteld.<br />

en vervolgens gepubliceerd op de website van <strong>ProRail</strong> (www.spoorbruggen.nl).<br />

3.5 Betrouwbaarheid, beschikbaarheid en operationele kwaliteit van<br />

de infrastructuur<br />

Deze paragraaf geeft een beschrijving van de kwaliteit van de infrastructuur in termen van betrouwbaarheid,<br />

beschikbaarheid, onderhoudbaarheid, veiligheid, gezondheid en milieu (“RAMSHE”), van<br />

toepassing op het geheel van de door <strong>ProRail</strong> beheerde infrastructuur.<br />

Betrouwbaarheid en beschikbaarheid<br />

De beschikbaarheid is de mate waarin het spoor beschikbaar is voor treindiensten. De<br />

beschikbaarheid wordt verminderd door geplande (voor onderhoudswerkzaamheden) en ongeplande<br />

(ten gevolge van storingen) onttrekkingen. De geplande onttrekkingen zijn nodig om werkzaamheden<br />

aan of nabij de hoofdspoorwegen goed en veilig te kunnen uitvoeren. Hiertoe moeten spoorgedeelten<br />

veelal buiten dienst worden gesteld.<br />

Onderhoudbaarheid<br />

<strong>ProRail</strong> maakt zoveel mogelijk gebruik van de mogelijkheden om zonder hinder voor de gebruikers /<br />

voor het treinverkeer werkzaamheden aan de infrastructuur uit te voeren, met inachtneming van<br />

52<br />

artikel 25 van het Besluit spoorweginfrastructuur<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 33


andvoorwaarden met betrekking tot veiligheid en kosten. Bij ontwerp van infrastructuurwijzigingen zal<br />

<strong>ProRail</strong> steeds dit aspect inwegen.<br />

Veiligheid<br />

<strong>ProRail</strong> hanteert strikte procedures met betrekking tot het beheersen van de veiligheid van het<br />

treinverkeer bij bedieningshandelingen door de treindienstleiding en andere beheertaken, zodat<br />

<strong>ProRail</strong> aan spoorwegondernemingen een veilige, veilig bruikbare en veilig toegankelijke werkplek kan<br />

bieden voor de uitvoering van hun bedrijfsactiviteiten met betrekking tot het spoorverkeer.<br />

Voor zover ook de spoorwegondernemingen bijdragen aan de veiligheid en hun bijdragen niet zijn<br />

ingekaderd in wettelijke regelingen, wil <strong>ProRail</strong> in de toegangsovereenkomst afspraken vastleggen<br />

over de bijdragen die de spoorwegonderneming levert om het beoogde niveau van veiligheid te<br />

bereiken.<br />

Daarnaast voert <strong>ProRail</strong> nauwgezette analyses uit van alle meldingen van veiligheidsincidenten en<br />

hun afhandeling, teneinde het veiligheidsniveau te verbeteren.<br />

De veiligheidsambities van <strong>ProRail</strong> sluiten aan bij de kadernota “Veiligheid van het railvervoer”.<br />

De specifieke omgevingsveiligheidsrisico’s die verbonden zijn aan het vervoer van gevaarlijke stoffen<br />

worden door <strong>ProRail</strong> beheerst door het beschikbaar hebben van een organisatie die adequaat kan<br />

optreden bij incidenten met gevaarlijke stoffen. Voor zover langs publiekrechtelijke weg aan <strong>ProRail</strong><br />

maatregelen zijn voorgeschreven voor beheersing van de risico’s verbonden aan het vervoeren of het<br />

behandelen van zendingen gevaarlijke stoffen (bijvoorbeeld volumebeheersing) voert <strong>ProRail</strong> die uit,<br />

waar nodig ook via de toegangsovereenkomsten met spoorwegondernemingen.<br />

Na overleg met de overheid en de spoorwegondernemingen werkt <strong>ProRail</strong> mee aan acties gericht op<br />

het beheersen en verbeteren van de sociale veiligheid op stations. De bijdrage van <strong>ProRail</strong> omvat:<br />

• beveiligingsdiensten: op basis van beveiligingsafspraken (voor afgesloten / af te sluiten<br />

convenanten met gemeenten) draagt <strong>ProRail</strong> bij aan de invulling van de sociale veiligheid op en<br />

rondom stations; <strong>ProRail</strong> draagt ook bij aan de personele invulling;<br />

• openen / sluiten van stations: het openen en sluiten van wachtruimtes en van (delen van) stations<br />

in periodes dat die stations niet in gebruik zijn voor de treindienst, ter voorkoming van<br />

vernielingen;<br />

• camera ondersteunend toezicht; met als doelstelling verhoging van de veiligheidsbeleving van<br />

reizigers en het personeel werkzaam op het station, alsmede preventieve werking bij doelgroepen<br />

(vandalen, hangjongeren, junks, daklozen), terugdringen schades ten gevolge van vandalisme en<br />

vergroting van de pakkans van daders;<br />

• technische aanpassingen: noodzakelijke aanpassingen als gevolg van gewijzigde omstandigheden<br />

op stations (verplaatsen van camera’s, aanpassen van verlichting, enzovoort), alsmede<br />

analyses / enquêtes / audits gericht op sociale veiligheid.<br />

Gezondheid<br />

Via de relevante ARBO-wetgeving zorgt <strong>ProRail</strong> voor een gezonde werkomgeving voor de eigen<br />

medewerkers en het binnen de spoorweginfrastructuur werkzame personeel van spoorwegondernemingen<br />

en hun hulppersonen.<br />

Milieu<br />

<strong>ProRail</strong> richt de bedrijfsprocessen zo in, dat hinder en verontreinigingen worden beheerst en<br />

teruggedrongen, met inachtneming van desbetreffende wettelijke voorschriften. Voor zover de<br />

relevante milieubeschermingswetgeving zich niet rechtstreeks richt tot de spoorwegondernemingen<br />

die de door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorwegen gebruiken, zal <strong>ProRail</strong> via de toegangsovereenkomst<br />

bedingen, dat zij de adequate bijdragen leveren om het beoogde niveau van milieubescherming te<br />

waarborgen.<br />

3.6 Stations voor reizigersvervoer<br />

De kenmerken van de stationsinfrastructuur zijn, voor wat betreft de reizigersperrons, beschreven in<br />

de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur. Daarnaast beheert <strong>ProRail</strong> binnen het stationsgebied<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 34


(onder andere stationsgebouwen, perrons en voorpleinen) de transferruimte, inclusief bijbehorende<br />

voorzieningen en bewaakt de capaciteit van fietsenstallingen.<br />

3.6.1 Reizigersperrons<br />

Voor een volledig overzicht van de kenmerken van de reizigersperrons, voor zover die bij of krachtens<br />

wettelijk voorschrift zijn bepaald, wordt verwezen naar de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur. De<br />

hieronder genoemde kenmerken van de reizigersperrons vormen een selectie uit die regeling. De<br />

selectie is gebaseerd op relevantie voor het verkeersgebruik. De selectie is aangevuld met gegevens<br />

uit andere voorschriften en met andere gegevens die <strong>ProRail</strong> in beheer heeft.<br />

• het perron ligt nominaal op 1700 mm, minimaal op 1650 mm en maximaal op 1735 mm vanaf het<br />

hart van het spoor 53 ;<br />

• perronhoogte: tussen 0,76 m en 1,00 m +BS;<br />

• de helling van het perron is niet groter dan 1:1000 54 ;<br />

• de horizontale boogstraal bij perrons is niet kleiner dan R=15.000 m 55 ;<br />

• een verticale boog is bij perrons niet toegestaan 56 ;<br />

• langs reizigersperrons zijn hogere passeersnelheden dan 160 km/h niet toegestaan 57 ;<br />

• beschikbare nuttige perronlengte: zie bijlage 20.<br />

De perrons van de stations Heerlen de Kissel, Heerlen Woonboulevard, Eygelshoven Markt,<br />

Westervoort en Wormerveer voldoen voor wat betreft de helling van het perron, de perronhoogte<br />

alsmede de horizontale en verticale boogstralen van de daarlangs gelegen sporen, niet aan de<br />

daarvoor geldende eisen in de regeling hoofdspoorweginfrastructuur. Hiervoor is een ontheffing van<br />

de minister van Infrastructuur en Milieu verkregen. Om de specifieke daaraan verbonden risico's te<br />

mitigeren dient de spoorwegonderneming die deze stations bedient de nodige maatregelen ten<br />

behoeve van het veilig in- en uitstappen van reizigers te nemen.<br />

3.6.2 Transferruimte en bijbehorende voorzieningen<br />

De transferruimte omvat:<br />

• (loop- en wachtruimte op) perrons;<br />

• tunnels;<br />

• loopbruggen;<br />

• liften;<br />

• trappen en roltrappen;<br />

• hellingbanen en mechanische hellingbanen.<br />

Voor de betreffende dienst zie paragraaf 5.3.1.<br />

In de nota Basisstation 2005 zijn normen en richtlijnen ten aanzien van de toegankelijkheid en<br />

capaciteit van deze transferruimten voor nieuwe stations opgenomen.<br />

<strong>ProRail</strong> bewaakt de beschikbaarheid van voldoende transfercapaciteit op stations aan de hand van<br />

een inzichtelijke en objectieve indicator, die de transferdrukte op stations voor reizigers tijdens drukte<br />

meet.<br />

Het Implementatieplan Toegankelijkheid 58 beschrijft de maatregelen om te komen tot een verbeterde<br />

toegankelijkheid van het spoorvervoer. De maatregelen richten zich met name op het aanpassen van<br />

bestaande stations. De normen zijn ontleend aan bestaande documenten zoals het rapport<br />

Toegankelijke treinen, de nota Basisstation 2005 en (Europese) richtlijnen. De voortgang van het<br />

implementeren wordt vastgelegd in een KPI.<br />

53<br />

54<br />

55<br />

56<br />

57<br />

58<br />

artikel 4 lid 1 sub a van de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

artikel 4 lid 1 sub f van de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

artikel 4 lid 1 sub g van de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

artikel 4 lid 1 sub h van de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

artikel 4 lid 2 van de Regeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

te raadplegen via de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > thema’s > toegankelijkheid)<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 35


De voorzieningen in de transferruimte betreffen:<br />

• Infrastructurele voorzieningen (zoals omroepinstallaties, vertrekstaten en presentatiemiddelen)<br />

voor het verstrekken van informatie aan reizigers.<br />

• Meubilair (outillage) ten behoeve van wachten. De fysieke vorm hiervan wordt beschreven in de<br />

Railinfracatalogus van <strong>ProRail</strong> en is passend in het Spoorbeeld van de Spoorbouwmeester.<br />

• Wachtruimten.<br />

• Bewegwijzering.<br />

De kwaliteit van reinheid en sociale veiligheid in de transferruimte wordt vastgelegd in een KPI.<br />

3.6.3 Fietsenstallingen<br />

Op nagenoeg alle stations zijn fietsenstallingen aanwezig. Op kleinere stations in de vorm van<br />

overkapte klemmen en kluizen, op grotere stations meestal in de vorm van klemmen in combinatie<br />

met een bewaakte inpandige stalling.<br />

<strong>ProRail</strong> houdt de capaciteit aan stallingen bij. Indien de capaciteit onvoldoende is wordt middels het<br />

programma "Ruimte voor de Fiets" 59 in overleg met gemeenten en NS (exploitant bewaakte stallingen)<br />

bepaald op welke wijze de capaciteit uitgebreid kan worden.<br />

3.6.4 Op aanvraag beschikbaar gestelde informatie<br />

• toegankelijkheid en transfercapaciteit van stations;<br />

• beschikbare nuttige perronlengte en perronhoogte (per perronspoor);<br />

• aanwezigheid en hoedanigheid van informatie- en communicatiesystemen (waaronder<br />

treinaanwijssystemen en automatische omroepsystemen) op perrons en in het stationsgebouw;<br />

• aanwezigheid en hoedanigheid van voorzieningen voor fietsenstalling;<br />

• aanwezigheid van camera’s ten behoeve van security;<br />

• plaats en soort van aanwezige bedrijfshulpverleningsmiddelen.<br />

3.7 Laad- en losplaatsen voor goederenvervoer<br />

3.7.1 Locaties met laad- en losplaatsen voor goederenvervoer<br />

Locaties met openbare laad- en losplaatsen voor goederenvervoer: zie bijlage 21.<br />

<strong>ProRail</strong> levert alleen diensten met betrekking tot toegang en gebruik van de infrastructuur van de laaden<br />

losplaatsen.<br />

3.7.2 Terminals voor overslag voor goederenvervoer<br />

Gespecialiseerde overslagvoorzieningen voor goederenvervoer worden niet door <strong>ProRail</strong> beschikbaar<br />

gesteld; <strong>ProRail</strong> verstrekt desgevraagd contactadressen van ondernemingen die deze diensten<br />

leveren en die beschikken over een spooraansluiting. Overslag kan ook plaatsvinden op de openbare<br />

laad- en losplaatsen.<br />

3.8 Opstel- en rangeervoorzieningen<br />

3.8.1 Rangeeremplacementen<br />

Op veel locaties stelt <strong>ProRail</strong> rangeervoorzieningen beschikbaar, die te gebruiken zijn in het kader van<br />

de dienst ‘Opstel- en rangeersporen’.<br />

59<br />

voor meer informatie zie de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > publiek > ruimte voor de fiets)<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 36


Op aanvraag beschikbaar gestelde informatie<br />

• plaats en lengte van rangeervoorzieningen voor spoorvoertuigen voor reizigers- en<br />

goederenvervoer.<br />

3.8.2 Opstelterreinen<br />

Op veel locaties stelt <strong>ProRail</strong> opstelvoorzieningen beschikbaar, die te gebruiken zijn in het kader van<br />

de dienst ‘Opstel- en rangeersporen’.<br />

Op aanvraag beschikbaar gestelde informatie<br />

• plaats en lengte van opstelvoorzieningen voor spoorvoertuigen voor reizigers- en<br />

goederenvervoer.<br />

3.8.3 Materieelverzorgingsfaciliteiten<br />

De voor opstellen bedoelde sporen kunnen zijn uitgerust met door <strong>ProRail</strong> beheerde voorzieningen<br />

voor materieelverzorging:<br />

• Laad- en losplaatsen<br />

• Tankinstallaties<br />

• Depotvoedingen<br />

• Treinvoorverwarming<br />

• Vulhydranten<br />

• Servicekasten<br />

• Rembeproevingskasten<br />

• In- en uitstapvoorzieningen<br />

• Servicepaden en –wegen<br />

• Fecaliënafvoer<br />

<strong>ProRail</strong> biedt het gebruik van deze voorzieningen aan als dienst, zie paragraaf 5.4 Dienstengroep<br />

‘Emplacementen’.<br />

<strong>ProRail</strong> biedt geen diensten met betrekking tot de in- of uitwendige reiniging van spoorvoertuigen aan.<br />

<strong>ProRail</strong> verstrekt desgevraagd contactadressen van eigenaars/beheerders van installaties voor in- en<br />

uitwendige reiniging.<br />

Op aanvraag beschikbaar gestelde informatie<br />

• aanwezigheid en hoedanigheid van faciliteiten voor voertuigverzorging in beheer bij <strong>ProRail</strong>;<br />

• ontsluiting voor wegvoertuigen.<br />

3.8.4 Tankinstallaties<br />

• De tankinstallaties zijn aangegeven in bijlage 22.<br />

• De tankinstallaties zijn niet ingericht voor mobiel tanken, met uitzondering van de tankinstallatie op<br />

het emplacement Sloe.<br />

• De levering van brandstoffen via de tankinstallaties, met uitzondering van de tankinstallatie op het<br />

emplacement Sloe, is uitsluitend mogelijk op basis van een overeenkomst tussen de spoorwegonderneming<br />

en de exploitant van de tankinstallatie(s). De exploitant is, op basis van een<br />

overeenkomst met <strong>ProRail</strong>, verplicht om de levering van brandstoffen via die installaties op nietdiscriminerende<br />

wijze aan te bieden aan alle spoorwegondernemingen. VIVENS (zie paragraaf<br />

5.7) kan u informeren omtrent de diverse exploitanten.<br />

• De voorwaarden met betrekking tot bodembescherming zijn opgenomen in paragraaf 3.4.2.3.<br />

• <strong>ProRail</strong> wijst erop dat de tankinstallaties worden omgebouwd ten behoeve van morsvrij tanken. De<br />

tankinstallaties bieden elk steeds tenminste twee afleveringsaansluitingen, één laag-debietaansluiting<br />

met een vulpistool en één hoog-debiet-aansluiting met een morsvrije koppeling<br />

volgens STANAG-3756 (1”) met elektrische overvulbeveiliging.<br />

Het streven van <strong>ProRail</strong> is erop gericht om het gebruik van de vulpistoolaansluitingen te<br />

ontmoedigen en het aanbieden van deze vulpistoolaansluitingen op termijn te beëindigen.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 37


Het voornemen tot het buiten gebruik stellen van de vulpistoolaansluitingen op één of meerdere<br />

tankinstallaties zal, na overleg met de spoorwegondernemingen, steeds tenminste 2 jaar van te<br />

voren worden aangekondigd.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► De contractuele voorwaarden voor gebruik van de tankinstallaties worden overeengekomen in de<br />

toegangsovereenkomst voor de dienst ‘Gebruik tankinstallaties’. De contractuele voorwaarden<br />

voor het gebruik als exploitant van een tankinstallatie worden overeengekomen in de<br />

toegangsovereenkomst voor de dienst ‘Exploitatie tankinstallatie’. ◄<br />

3.8.5 Faciliteiten voor technisch onderhoud<br />

• technische faciliteiten voor onderhoud van spoorvoertuigen.<br />

Op de door <strong>ProRail</strong> beheerde infrastructuur zijn geen voorzieningen aanwezig voor het uitvoeren<br />

van onderhoud aan spoorvoertuigen. Onderhouds- en reparatiediensten worden door<br />

gespecialiseerde bedrijven geboden; <strong>ProRail</strong> verstrekt desgevraagd contactadressen.<br />

3.9 Infra-ontwikkeling<br />

Informatie over de ontwikkeling van infrastructuur is opgenomen in paragraaf 5.1.3.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 38


4 Capaciteitsverdeling<br />

4.1 Inleiding<br />

In dit hoofdstuk beschrijft <strong>ProRail</strong> de procedures, regels en tijdschema’s op het gebied van<br />

capaciteitsverdeling en treindienstleiding gericht op een ordentelijk en eerlijk verloop. Voor alle<br />

gerechtigden gelden daarom dezelfde procedures, regels en tijdschema’s. Besluiten van de NMa<br />

kunnen aanleiding geven tot wijzigingen van deze procedures, regels en tijdschema’s na de<br />

bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong>, via aanvullingen.<br />

Het capaciteitsverdelingsproces is ingericht als een onderhandelingstafel zoals bedoeld in het Besluit<br />

capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur. Aan deze tafel worden alle partijen met<br />

capaciteitswensen uitgenodigd met elkaar te zoeken naar de optimale verdeling van capaciteit.<br />

<strong>ProRail</strong> heeft de rol van voorzitter van dit proces en draagt oplossingen aan.<br />

Procedurevoorschrift<br />

► Degene die capaciteit voor de jaardienstregeling <strong>2013</strong> aanvraagt, verklaart zich akkoord met de in<br />

deze <strong>Netverklaring</strong> opgenomen procedures, regels en tijdschema’s voor de behandeling van alle<br />

capaciteitsaanvragen, met inbegrip van de geschilbeslechting. Door indiening van de jaardienstaanvraag<br />

komt een overeenkomst tot stand tussen aanvrager en <strong>ProRail</strong>, houdende het overeenkomstig<br />

voornoemde procedures, regels en tijdschema’s afhandelen van de aanvragen. ◄<br />

4.2 Procesbeschrijving capaciteitsverdeling<br />

4.2.1 Wettelijk kader<br />

Samenvatting van regelgeving<br />

► De Spoorwegwet en het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur geven een<br />

nadere uitwerking van de voorschriften van richtlijn 2001/14/EG om de capaciteit op een eerlijke,<br />

billijke en niet-discriminerende manier te verdelen:<br />

• de verdeelde capaciteit wordt overeengekomen tussen gerechtigden en <strong>ProRail</strong>; 60<br />

• per deelmarkt zijn minimumcapaciteitsniveaus vastgesteld; 61<br />

• voor overbelastverklaarde infrastructuur gelden door de wet gegeven prioriteringsregels; 62<br />

• er zijn voorschriften voor het verdelen van capaciteit voor werkzaamheden aan het spoor; 63<br />

• de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) is aangewezen om toezicht te houden op de<br />

naleving van de wettelijke voorschriften voor de capaciteitsverdeling en om klachten over het<br />

verdelingsproces of de uitkomst daarvan te behandelen. 64 ◄<br />

4.2.2 Processen op hoofdlijnen<br />

Er worden vier soorten processen onderscheiden:<br />

1. Bepalen basisuurpatronen<br />

In deze fase zitten gerechtigden en <strong>ProRail</strong> om tafel om tot overeenstemming te komen over in te<br />

dienen capaciteitsaanvragen voor de jaardienstverdeling. <strong>ProRail</strong> gebruikt de tussenresultaten<br />

voor de publicatie van cataloguspaden voor internationaal goederenverkeer.<br />

60<br />

61<br />

62<br />

63<br />

64<br />

artikel 59 van de Spoorwegwet<br />

artikel 8 van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

artikelen 10, 11 en 12 van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

artikelen 6 en 9 van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

artikel 70 van de Spoorwegwet<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 39


Voorbereiding van de capaciteitsverdeling<br />

Gewenste<br />

basisuurpatronen<br />

Cyclisch<br />

onderhoud<br />

en inspectie<br />

Ver<br />

Geplande<br />

werkzaamheden<br />

aan of nabij de<br />

infrastructuur<br />

Bepalen<br />

basisuurpatronen<br />

Sluitingsdatum capaciteitsaanvragen<br />

2e maandag in april<br />

Overeenkomsten<br />

t.a.v.<br />

capaciteitsaanvragen<br />

Bepalen benodigde<br />

capaciteit voor<br />

onderhoudsrooster<br />

Benodigde<br />

capaciteit voor<br />

onderhoudsrooster<br />

Capaciteitsverdeling<br />

Bepalen benodigde<br />

capaciteit voor<br />

geplande<br />

werkzaamheden<br />

aan of nabij de<br />

infrastructuur<br />

Benodigde<br />

capaciteit voor<br />

geplande<br />

werkzaamheden<br />

aan of nabij de<br />

infrastructuur<br />

Capaciteitsaanvragen<br />

Verkeer<br />

Verdelen<br />

jaardienst<br />

19 weken na sluitingsdatum<br />

voor capaciteitsaanvragen<br />

In<br />

toegangsovereenkomst<br />

op te nemen<br />

capaciteitsverdeling<br />

Overeengekomen<br />

capaciteit voor<br />

onderhoudsrooster<br />

en geplande<br />

werkzaamheden<br />

Ad hoc fase<br />

Capaciteitsaanvragen<br />

Verkeer<br />

Werkzaamheden buiten<br />

voor beheer verdeelde<br />

capaciteit<br />

Noodzakelijke<br />

werkzaamheden voor<br />

herstel van een veilig en<br />

ongestoord verloop van<br />

treinverkeer<br />

Verdelen ad hoc<br />

capaciteitsaanvragen<br />

Verkeer<br />

Verdelen ad hoc<br />

werkzaamheden<br />

Bepalen benodigde<br />

capaciteit voor<br />

noodzakelijke<br />

werkzaamheden<br />

Concretiseren<br />

uitvoeringsvariant en<br />

-datums voor geplande<br />

werkzaamheden en<br />

concretiseren<br />

treindienst<br />

Wijzigingen t.a.v.<br />

overeengekomen<br />

verdeling<br />

Wijzigingen t.a.v.<br />

overeengekomen<br />

verdeling<br />

Wijzigingen t.a.v.<br />

overeengekomen<br />

verdeling<br />

Wijzigingen t.a.v.<br />

overeengekomen<br />

verdeling<br />

Uitvoerbaar plan<br />

Schema 1<br />

Processen ten behoeve van de capaciteitsverdeling<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 40


2. Bepalen benodigde capaciteit voor onderhoudsrooster en bepalen benodigde capaciteit voor<br />

geplande werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen<br />

<strong>ProRail</strong> formuleert het capaciteitsbeslag dat nodig is in verband met geplande werkzaamheden<br />

aan of nabij de hoofdspoorwegen alsmede het onderhoudsrooster.<br />

3. Verdelen jaardienst<br />

Tijdens het jaardienstverdelingsproces worden de aanvragen van gerechtigden en het<br />

onderhoudsrooster verwerkt tot een dienstregeling voor 7 verkeersdagen van elk 24 uur in een<br />

standaardweek. Daar waar aanvragen van gerechtigden en/of het onderhoudsrooster met elkaar<br />

concurreren vindt coördinatie plaats. De jaardienstverdeling bevat naast deze standaardweek ook<br />

een opgave van afwijkingen ten opzichte van de standaardweek bijvoorbeeld als gevolg van<br />

geplande werkzaamheden, evenementen, enzovoort.<br />

4. Verdelen in de ad-hocfase<br />

De ad-hocfase betreft aanvullingen of wijzigingen van de overeengekomen jaardienstregeling.<br />

4.3 Tijdschema voor aanvraag en capaciteitsverdelingsproces<br />

Bepalen basisuurpatroon<br />

Dit proces start circa 19 maanden voor aanvang van de jaardienstregeling. Gerechtigden kunnen zich<br />

bij <strong>ProRail</strong> aanmelden tot twee weken na de uitgave van deze <strong>net</strong>verklaring. Deelnemende partijen<br />

beogen uiterlijk 8 weken voor sluiting van de jaardienstaanvragen overeenstemming te hebben bereikt<br />

teneinde een concrete capaciteitsaanvraag te kunnen opstellen. Uiterlijk 11 maanden voor aanvang<br />

van de dienstregeling publiceert <strong>ProRail</strong> cataloguspaden voor internationaal goederenverkeer. Op de<br />

website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > capaciteit / treinpaden) wordt te zijner tijd een link<br />

naar de desbetreffende RNE-publicatie geplaatst.<br />

Bepalen benodigde capaciteit voor onderhoudsrooster en bepalen benodigde capaciteit voor geplande<br />

werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen<br />

De benodigde capaciteit voor het onderhoudsrooster wordt uiterlijk 9 april 2012 vastgesteld, om mee<br />

te nemen in het jaardienstproces. Er is dan ook de capaciteit voor geplande werkzaamheden aan of<br />

nabij de hoofdspoorwegen bekend.<br />

Verdelen jaardienst<br />

Op 9 maart 2012 vindt de startbijeenkomst Jaardienst plaats. De specifieke werkwijze voor de<br />

Jaardienst wordt dan toegelicht.<br />

Indienen van aanvragen<br />

a) Sluitingsdatum voor jaardienstcapaciteitsaanvragen (nationaal & internationaal)<br />

en vaststelling benodigde capaciteit voor het onderhoudsrooster en geplande<br />

9-4-2012<br />

werkzaamheden<br />

b) Intake aanvragen van 10 t/m 16-4-2012<br />

Programmatie en coördinatie<br />

c) Start programmatie / coördinatie 17-4-2012<br />

d) RNE Technical Meeting van 18 t/m 21-6-2012<br />

e) Ontwerpdienstregeling gereed voor consultatie 2-7-2012<br />

f) Sluitingsdatum reacties op ontwerpdienstregeling 3-8-2012<br />

Vaststelling van de capaciteitsverdeling 20-8-2012<br />

Vastlegging<br />

g) Vastleggen vastgestelde capaciteitsverdeling in Donna/Radar 27-8-2012<br />

h) Afsluiten toegangsovereenkomsten met gerechtigden nov 2012<br />

De coördinatie verloopt parallel aan programmatie.<br />

Verdelen in ad-hocfase<br />

Aanvragen die na de sluitingsdatum voor jaardienstcapaciteitsaanvragen (vermeld onder a) worden<br />

ingediend, worden in volgorde van binnenkomst in behandeling genomen na vaststelling van de<br />

capaciteitsverdeling voor de jaardienstregeling. <strong>ProRail</strong> spant zich in die aanvragen voortvarend af te<br />

handelen. <strong>ProRail</strong> en de andere in RailNetEurope samenwerkende infrabeheerders waarborgen een<br />

reactietermijn van 5 werkdagen voor aanvragen ingediend na 9 oktober 2012.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 41


Gerechtigden die digitaal aanvragen, krijgen de aanvraag zonder nadere bevestiging gehonoreerd<br />

indien deze conflictvrij is van eerder verdeelde verkeer- en beheeraanvragen. Aan gerechtigden die<br />

via de One-Stop-Shop aanvragen, meldt de One-Stop-Shop voor enkelvoudige aanvragen, ingediend<br />

na 9 oktober 2012, binnen 5 werkdagen of de capaciteit voor verdeling beschikbaar is. Voor<br />

meervoudige vragen wordt over een specifieke antwoordtermijn bericht. Gerechtigden die via de One-<br />

Stop-Shop aanvragen, aanvaarden de mogelijkheid dat de door hen gewenste capaciteit in de periode<br />

tussen aanvraagindiening en verwerking wordt verdeeld ten gunste van een aanvraag via VPT/Donna.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> heeft de procedure voor capaciteitsaanvragen die worden ingediend binnen 36 uur voor<br />

uitvoering beschreven in onderdeel 2.1 van bijlage 6 ‘Operationele Voorwaarden’ en wil deze<br />

opnemen in de toegangsovereenkomst. ◄<br />

4.4 Het verdelingsproces: werkwijze aanvraag en verdeling van<br />

capaciteit<br />

In paragraaf 4.2 is een overzicht gegeven van de processen ten behoeve van de (voorbereiding van<br />

de) capaciteitsverdeling. Hieronder worden deze nader beschreven.<br />

Voor alle processen geldt het volgende:<br />

• Capaciteit wordt verdeeld voor het gebruik van baanvakken, perronsporen en emplacementen op<br />

de hoofdspoorweginfrastructuur.<br />

• De spitsperiode zoals genoemd in het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

wordt in het verdeelproces als volgt gedefinieerd: 6.30 tot 9.00 uur en 16.00 tot 18.30 uur.<br />

• De capaciteitsverdeling heeft betrekking op de volgende vormen van gebruik:<br />

- treinbewegingen voor binnenlands verkeer en internationaal verkeer, waarbij de capaciteit<br />

wordt verdeeld in de vorm van een treinpad conform de definitie uit de richtlijn 2001/14/EG; de<br />

specifieke rijweg wordt bepaald door <strong>ProRail</strong>;<br />

- rangeerbewegingen;<br />

- stilstaand gebruik voor opstellen;<br />

- tijdelijke onttrekkingen of functionaliteitbeperkingen die nodig zijn voor het onderhoudsrooster<br />

en werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen, alsmede het capaciteitsbeslag door<br />

bijzonder treinverkeer ten behoeve van het beheer van de infrastructuur, zoals meet- en<br />

inspectieritten;<br />

- activiteiten aan stilstaande treinen en spoorvoertuigen die beslag leggen op begrensde<br />

milieucapaciteit.<br />

• <strong>ProRail</strong> houdt bij de verdeling van capaciteit rekening met voorkeurgebruik van sporen 65 en met<br />

gebruiksbeperkingen. Tot de gebruiksbeperkingen behoren onder andere brugopeningen, geluid,<br />

spoorwegveiligheid en externe veiligheid. <strong>ProRail</strong> toetst regelmatig of planning en/of uitvoering<br />

passen binnen de grenzen van geluid, spoorwegveiligheid en externe veiligheid. De uitkomsten<br />

kunnen betekenis hebben voor de capaciteitsverdeling (minder of onder voorwaarden te verdelen)<br />

en reeds verkregen capaciteitsrechten (aanwijzingen geven of intrekken). De normen voor geluid<br />

en externe veiligheid zijn gebaseerd op de wettelijke bepalingen. Voor spoorwegveiligheid komen<br />

normen voort vanuit:<br />

- veranderingen ten opzichte van een voorgaand jaar in de capaciteitsverdeling mogen niet<br />

leiden tot een onveiliger situatie. Er wordt een risico analyse dienstregeling gemaakt, die<br />

onder meer ingaat op afwijkingen ten opzichte van de afkeurnormen zoals opgenomen in<br />

bijlage 23;<br />

- analyse van veiligheidsincidenten conform het Veiligheidsmanagementsysteem alsmede het<br />

oplossen van door de Inspectie en/of Onderzoeksraad geconstateerde tekortkomingen.<br />

• Door capaciteitsaanvragen in samenhang te bezien, beoordeelt <strong>ProRail</strong> of het samenstel van<br />

aanvragen past binnen de beschikbare capaciteit. Desgevraagd levert de aanvrager aanvullend<br />

de relevante informatie die nodig is om de inpassing te kunnen beoordelen.<br />

• Programmatie- en coördinatie overleg voor de jaardienst- en ad-hocfase vindt met<br />

gemandateerden plaats via de Tafel van Verdeling.<br />

65<br />

Voorkeurgebruik wordt door <strong>ProRail</strong> vastgesteld na overleg met gerechtigden.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 42


• Ten behoeve van de capaciteitsverdeling op knooppunten voert NSR werkzaamheden in opdracht<br />

en onder verantwoordelijkheid van <strong>ProRail</strong> uit (Lokaal Plan).<br />

• Op de hoofdroutes 66 kunnen goederenvervoerders alleen in termen van een patroonpad<br />

aanvragen. Voor treinen die niet kunnen voldoen aan de specificaties van het patroonpad wordt in<br />

de ad-hocfase een maatwerkoplossing gezocht. De hoofdroutes en patroonpaden worden uiterlijk<br />

1 maart op de Tafel van Verdeling vastgesteld op basis van het basisuurpatroon <strong>2013</strong>.<br />

• <strong>ProRail</strong> verdeelt op het niveau van treinpaden tussen aankomst- en vertrekstations inclusief<br />

sporen op de aankomst- en vertrekstations. De rijweg tussen aankomst- en vertrekstation op<br />

spoorniveau is geen onderdeel van de capaciteitsverdeling.<br />

• Daar waar in EMMA-sporen met de functionaliteit perronsporen zijn aangevraagd voor 24 uur per<br />

dag wordt de capaciteit (ten behoeve van opstellen, servicen en dergelijke) alleen verdeeld tussen<br />

einde en aanvang reizigersdienst. Voor de overige uren wordt de capaciteit op perronsporen door<br />

middel van dienst treinpad verdeeld. Tenzij er aanvullende afspraken zijn gemaakt met alle<br />

betrokken partijen.<br />

4.4.1 Nadere beschrijving van de processen<br />

4.4.1.1 Bepalen basisuurpatronen<br />

Door samen te werken in het maken van basisuurpatronen (BUP) is er voor de aanvrager eerder zicht<br />

op de (on-)mogelijkheden van uitvoering van de door hem gewenste bedrijfsproductie ten behoeve<br />

van contractering van eigen klanten, personeel- en materieelplanning, enzovoort. Het resultaat van dit<br />

proces bestaat uit één of meerdere basisuurpatronen. Hiermee komen de deelnemers de basis voor<br />

de in te dienen capaciteitsaanvragen voor het jaardienstproces overeen. In het jaardienstproces vindt<br />

dan de feitelijk en formele verdeling plaats.<br />

Het BUP-proces wordt door de betrokken deelnemers ingericht met inachtneming van het volgende:<br />

• Er wordt naar gestreefd om een inhoudelijk afgestemde set van in te dienen jaardienstaanvragen<br />

tot stand te brengen; leidend tot één basisuurpatroon. Daar waar commerciële behoeften<br />

concurreren vindt coördinatie plaats. Indien geen overeenstemming tussen gerechtigden wordt<br />

bereikt wordt dit als zodanig vastgesteld. Er vindt geen toepassing van prioriteringsregels plaats.<br />

Dit is voorbehouden voor het jaardienstproces. Aldus kunnen meerdere, niet noodzakelijkerwijs<br />

met elkaar verenigbare basisuurpatronen ontstaan.<br />

• Voor de concurrentie die opgenomen is in de overeengekomen basisuurpatronen wordt getracht<br />

vóór de sluitingsdatum van de aanvraagtermijn voor de jaardienstverdeling alsnog oplossingen te<br />

vinden. Deze oplossingen dienen dan als uitgangspunt voor de coördinatie voor de jaardienst,<br />

mits in de jaardienstfase dezelfde gerechtigden betrokken zijn bij het conflict als in het<br />

basisuurpatroon.<br />

• <strong>ProRail</strong> borgt dat op hoofdroutes voor goederentreinen er een basisuurpatroonpad wordt<br />

ingebracht in het BUP-proces.<br />

• <strong>ProRail</strong> voert de regie.<br />

Ter voorbereiding op de capaciteitsverdeling stellen de in Europa samenwerkende infrastructuurmanagers<br />

ook een voorlopig aanbod op van cataloguspaden. Dit vindt plaats in het kader van het<br />

trans-Europees <strong>net</strong>werk voor het goederenvervoer per spoor. Van/naar het door <strong>ProRail</strong> beheerde <strong>net</strong><br />

worden deze paden in het dienstregelingjaar <strong>2013</strong> aangeboden minimaal in de volgende relaties:<br />

• Rotterdam – Duisburg (– Basel – Milaan);<br />

• Rotterdam – Duisburg (– Berlijn – Warschau);<br />

• Rotterdam – Antwerpen (– Lyon – Marseille).<br />

De voorlopige dienstregelingen van deze paden worden gepubliceerd op de website van<br />

RailNetEurope (www.rne.eu).<br />

66<br />

Hoofdroutes zijn in beginsel die routes met meer dan 100 treinen per maand per richitng en worden door<br />

<strong>ProRail</strong> vastgesteld op basis van prognoses.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 43


4.4.1.2 Bepalen benodigde capaciteit voor onderhoudsrooster en bepalen benodigde<br />

capaciteit voor geplande werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen<br />

<strong>ProRail</strong> formuleert ten behoeve van de jaardienstverdeling de benodigde capaciteit voor geplande<br />

werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen alsmede het onderhoudsrooster. Voor geplande<br />

werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen wordt in (regionale) gebruikersoverleggen overlegd<br />

over de daarvoor benodigde capaciteit. Voor het onderhoudsrooster vindt tijdens de<br />

basisuurpatroonfase overleg plaats met deelnemers daaraan, met als doel afstemming te bereiken<br />

tussen de in te dienen jaardienstaanvragen en de capaciteitsvraag voor de geplande werkzaamheden,<br />

alsmede voor het onderhoudsrooster. De benodigde capaciteit wordt voor volume, frequentie en<br />

locatie (baanvak/emplacement) vastgelegd.<br />

De aldus door <strong>ProRail</strong> bepaalde capaciteitsbehoefte omvat:<br />

• het onderhoudsrooster met cyclisch onderhoud en inspectie alsmede de inzet van schouwtreinen<br />

en mobiele werkplaatsen, waarbij mogelijk is dat het onderhoudsrooster wordt opgezet in een vast<br />

deel (passend met de normale dienstregeling) en flexibel deel (nader te bepalen aantal keer per<br />

jaar) dat minimaal 16 weken van tevoren wordt geëffectueerd;<br />

• volume, frequentie en locatie van geplande werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen:<br />

• programma’s zoals slijpen en stoppen;<br />

• vervanging-/vernieuwingsprojecten zoals bovenbouwvernieuwing inclusief de daarvoor benodigde<br />

treinen;<br />

• functie uitbreidingsprojecten zoals nieuwbouw inclusief de daarvoor benodigde treinen;<br />

• werken voor derden zoals bij verandering van spoorse kruisingen.<br />

De consultatie voor geplande incidentele werkzaamheden vindt plaats via het (regionale)<br />

Gebruikersoverleg alsmede het Landelijk Platform Overleg.<br />

4.4.1.3 Verdelen jaardienst<br />

Tijdens het verdelen van de jaardienst is er sprake van de volgende processtappen:<br />

1 indienen van aanvragen;<br />

2 programmatie en coördinatie;<br />

3 vaststelling verdeling.<br />

4.4.1.3.1 Indienen van aanvragen<br />

In deze processtap dienen gerechtigden hun aanvraag in. De aanvraag voor capaciteit op baanvakken<br />

en perronsporen 67 wordt ingediend:<br />

• in de vorm van de specificatie van een nog te ontwerpen dienstregeling gebruikmakend van door<br />

RNE uitgegeven formats. <strong>ProRail</strong> kan u adviseren over welk type het meest geschikt is;<br />

• of in de vorm van een in een planningssysteem ontworpen dienstregeling (zie paragraaf 4.4.5);<br />

• of in een met <strong>ProRail</strong> overeen te komen andere vorm.<br />

Voor goederentreinen, die gebruik maken van de gehele route waarvoor patroonpaden dan wel<br />

cataloguspaden zijn vastgesteld, is de aanvraag alleen mogelijk in termen van een dergelijk treinpad.<br />

Voor capaciteit op emplacementen is de aanvraag in de vorm van tijd-/ruimteslots op spoor-<br />

(deel)niveau per emplacement inclusief een beschrijving van eventueel daarbij horende processen<br />

(rangeren, controles, reiniging, enzovoorts).<br />

Het indienadres is:<br />

<strong>ProRail</strong>, One-Stop-Shop<br />

postadres: Postbus 2038<br />

3500 GA Utrecht<br />

telefoon: +31 (0) 88 231 3456<br />

fax: +31 (0) 30 235 9474<br />

e-mail:<br />

oss@prorail.nl<br />

De One-Stop-Shop is u graag van dienst bij vragen over de capaciteitsverdeling.<br />

67<br />

inclusief direct met de dienstregeling van treinen samenhangende rangeerbewegingen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 44


Internationale aanvragen<br />

De spoorwegonderneming kan de benodigde capaciteit op deze spoorweg<strong>net</strong>ten in één keer<br />

aanvragen bij de One-Stop-Shop van het vertrekland of afzonderlijk bij de infrastructuurmanagers van<br />

de betrokken spoorweg<strong>net</strong>ten, desgewenst via een partner-spoorwegonderneming.<br />

Als spoorwegondernemingen bij de verschillende infrastructuurmanagers afzonderlijke aanvragen<br />

indienen, zijn zij zelf verantwoordelijk voor de onderlinge afstemming van die aanvragen. De<br />

inspanning van de betrokken infrastructuurmanagers is dan beperkt tot het signaleren van gebreken in<br />

de aansluitingen.<br />

Een internationale capaciteitsaanvraag dient te voldoen aan de voorwaarden die elk der betrokken<br />

infrastructuurmanagers stellen aan aanvragen voor capaciteit op hun <strong>net</strong>; zie daartoe hun<br />

<strong>net</strong>verklaringen. Indien één der betrokken infrastructuurmanagers een via <strong>ProRail</strong> ingediende<br />

internationale capaciteitsaanvraag niet in behandeling neemt, stelt <strong>ProRail</strong> de aanvrager in de<br />

gelegenheid de aanvraag aan te passen en te beperken tot een aanvraag voor capaciteit op<br />

uitsluitend de door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorweginfrastructuur.<br />

Intake<br />

Na ontvangst worden de aanvragen gecontroleerd op volledigheid en andere kennelijke gebreken,<br />

zoals onderling conflicterende elementen, overschrijding van de gebruiksmogelijkheden van de<br />

infrastructuur of afwijkingen ten opzichte van in de BUP-fase overeengekomen in te dienen<br />

capaciteitsaanvragen. Zo nodig wordt de aanvrager in de gelegenheid gesteld de aanvraag binnen<br />

een aan te geven termijn te wijzigen / aan te vullen.<br />

Als de aanvrager in zijn aanvraag bepaalde gebruikskenmerken 68 van de gevraagde capaciteit niet<br />

expliciet vermeldt, kan de capaciteit nog wel worden verdeeld. Dit gebeurt dan onder voorbehoud dat<br />

de aanvrager de standaardwaarden voor die gebruikskenmerken toepast. De standaardwaarden<br />

worden, door <strong>ProRail</strong> vastgesteld, rekening houdend met de kenmerken of gebruiksbeperkingen van<br />

de infrastructuur.<br />

4.4.1.3.2 Programmatie en coördinatie<br />

In de programmatie worden alle aanvragen en het onderhoudsrooster geïntegreerd in één dienstregeling.<br />

<strong>ProRail</strong> heeft de mogelijkheid om geringe wijzigingen ten opzichte van de oorspronkelijke<br />

aanvraag te verwerken die de commerciële en logistieke samenhang van aanvragen niet aantasten<br />

(ter beoordeling door de gerechtigden) teneinde capaciteitsaanvragen zoveel mogelijk te honoreren.<br />

<strong>ProRail</strong> identificeert vervolgens de situaties waarin aanvragen met elkaar en/of met de benodigde<br />

capaciteit voor werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen alsmede het onderhoudsrooster<br />

concurreren. Voor die situaties start <strong>ProRail</strong> de coördinatie.<br />

Tijdens de programmatie en coördinatie heeft <strong>ProRail</strong> afstemming met de andere infrastructuurmanagers<br />

in Europa. Zo wordt geprobeerd om zoveel mogelijk doorgaande en hoogwaardige<br />

grensoverschrijdende dienstregelingspaden te realiseren. Deze maatregelen zijn uitgewerkt in het<br />

RNE-document “Process for international path requests” (te raadplegen via de website www.rne.eu).<br />

Procesregels<br />

Voor de programmatie- en coördinatieprocedures gelden de volgende procesregels:<br />

1 De geïdentificeerde concurrentiesituatie wordt bekend gemaakt aan alle betrokken aanvragers.<br />

2 De daarbij betrokken aanvragers worden uitgenodigd voor nader overleg over de situatie,<br />

eventueel op basis van een programmatievoorstel van <strong>ProRail</strong>.<br />

3 Elk van de betrokken aanvragers wordt uitgenodigd oplossingsvoorstellen te doen.<br />

4 Oplossingen moeten passen binnen de gebruiksmogelijkheden van de infrastructuur, met inbegrip<br />

van ontwerpnormen, gebruiksbeperkingen vanwege onder andere geluid, spoorwegveiligheid en<br />

externe veiligheid.<br />

5 Het onderhoudsrooster wordt opgenomen in de ontwerpdienstregeling.<br />

6 Gestreefd wordt naar oplossingen waarbij (in volgorde van prioriteit en met inachtneming van<br />

procesregel 4) zo veel mogelijk de aangevraagde capaciteiten worden gehonoreerd, de<br />

commerciële en operationele samenhang binnen de aangevraagde capaciteiten zo min mogelijk<br />

verbroken wordt en waarbij de bedrijfseconomische gevolgen van afwijkingen van de<br />

68<br />

bijvoorbeeld treinlengte, aanwezigheid van gevaarlijke stoffen, enzovoort<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 45


aangevraagde capaciteiten zo beperkt mogelijk zijn. De wettelijke prioriteringsregels worden bij<br />

het zoeken naar oplossingen niet toegepast.<br />

7 De in RNE-verband afgestemde grenspassagetijdstippen worden zoveel mogelijk gehandhaafd.<br />

8 De minimaal ter beschikking staande capaciteit voor ad-hocaanvragen van internationaal<br />

goederenverkeer en besloten personenvervoer worden opgenomen in de capaciteitsverdeling.<br />

Deze capaciteit volgt uit de wettelijke norm.<br />

9 De door <strong>ProRail</strong> te presenteren voorstellen sluiten aan op de dienstregelingstechnische<br />

maatregelen zoals opgenomen in capaciteitsvergrotingsplannen.<br />

10 <strong>ProRail</strong> bewaakt de robuuste uitvoerbaarheid van de dienstregeling op basis van de<br />

ontwerpnormen in bijlage 23 alsmede de doelmatige benutting van de infrastructuur.<br />

11 Voor afwijkingen op de ontwerpnormen ten aanzien van overkruistijden en opvolgtijden dient een<br />

veiligheidsbeoordeling aanwezig te zijn. De werkwijze hiervoor is beschikbaar via de website van<br />

<strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > capaciteit / treinpaden > dienstregeling).<br />

<strong>ProRail</strong> maakt een ontwerpdienstregeling waarin de uitkomsten van de programmatie en de<br />

coördinatie tot dan toe zijn opgenomen. Deze ontwerpdienstregeling ligt een maand ter consultatie<br />

voor en <strong>ProRail</strong> spant zich in met de gemaakte opmerkingen rekening te houden.<br />

Coördinatie<br />

Coördinatie is een proces van gelijkwaardig overleg. In geval van concurrerende aanvragen spannen<br />

betrokken partijen zich in om tot een oplossing te komen. Ze zijn daarbij transparant in de in het<br />

geding zijnde commerciële en bedrijfseconomische belangen. In het geval dat aanvragen van<br />

gerechtigden onderling concurreren kan <strong>ProRail</strong> trachten op basis van verhoging van de<br />

gebruiksvergoeding tot overeenstemming te komen 69 . De verhoging wordt berekend conform<br />

paragraaf 6.2 ‘toeslag voor schaarse capaciteit’.<br />

Indien betrokken aanvragers en/of <strong>ProRail</strong> dan niet tot overeenstemming komen, dan stelt <strong>ProRail</strong><br />

vast dat de aanvragen niet naar tevredenheid zijn afgehandeld waarna de betrokken infrastructuur<br />

overbelast wordt verklaard.<br />

De geschillenregeling kan voor of na toepassing van de verhoging ingeroepen worden om een<br />

oplossing te bereiken (zie paragraaf 4.4.2).<br />

De verdeling wordt door <strong>ProRail</strong> na overbelastverklaring vastgesteld met toepassing van de door de<br />

wet gestelde prioriteitsregels:<br />

1 Voor verkeer/verkeer situaties conform artikel 7, 8, 10, 11 en 12 van het Besluit<br />

capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur.<br />

2 Voor verkeer/beheer situaties conform artikel 9 van het Besluit capaciteitsverdeling<br />

hoofdspoorweginfrastructuur.<br />

3 Als de prioriteringsregels van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

onvoldoende onderscheidend zijn gelden aanvullend de volgende prioriteringsregels:<br />

- vervoer gaat boven verkeer;<br />

- leeg materieel verkeer gaat boven opstellen;<br />

- opstellen van materieel dat dagelijks wordt ingezet ten behoeve van vervoerend gebruik gaat<br />

boven materieel dat niet dagelijks wordt ingezet (bijvoorbeeld sloopmaterieel, nieuw in te<br />

zetten materieel);<br />

- kort opstellen gaat boven langer opstellen, waarbij voor conflicten tussen reizigerstreinen<br />

geldt, dat minder dan 12 uur opstellen gaat boven langer dan 12 uur opstellen; indien beide<br />

aanvragen binnen de 12 uur vallen, zal de eerste prioriteitsstelling gebaseerd worden conform<br />

artikel 8 van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur en indien nodig als<br />

tweede middels een bedrijfseconomische afweging;<br />

- binnen gegeven milieugerelateerde capaciteitsgrenzen (geluid en risico) een zo hoog<br />

mogelijke benutting (vervoer/verkeer/opstellen) accommoderen;<br />

- volledige benutting van de geluidsruimte gaat boven volledige benutting van de risicoruimte<br />

voor externe veiligheid.<br />

Capaciteit ten behoeve van werkzaamheden<br />

Voor werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen die (een combinatie van) incidentele<br />

onttrekkingen vragen geldt daarnaast het volgende:<br />

69<br />

conform artikel 7 lid 1 van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 46


1 Voor zover de werkzaamheden op de sluitingsdatum van de jaardienstaanvraag redelijkerwijs<br />

voorzienbaar en planbaar zijn, wordt de capaciteit voor de uitvoering van de werkzaamheden bij<br />

de jaardienstverdeling op datum gezet en verdeeld. Voor werkzaamheden welke niet redelijkerwijs<br />

voorzienbaar en planbaar zijn, is het mogelijk tijdens de jaardienstfase overeenstemming te<br />

bereiken over de dagsoort en uitvoeringsvariant. Deze worden geoormerkt in RADAR en dienen<br />

als basis voor de ad-hocfase.<br />

2 Voorafgaand aan de coördinatie van de capaciteitsverdeling voor de jaardienstregeling vindt een<br />

inventarisatie plaats van nader overeen te komen onttrekkingen op het <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong>, de<br />

Betuweroute en de grensbaanvakken van aangrenzende <strong>net</strong>ten, waarvoor wordt verwacht dat de<br />

daarvoor relevante omleidingsroutes onvoldoende restcapaciteit bieden voor de dan om te leiden<br />

treinen. Voor de onttrekkingen waarvoor in overleg wordt vastgesteld dat de totale capaciteit op de<br />

omleidingsroutes niet afdoende is, biedt <strong>ProRail</strong> de mogelijkheid om bij de jaardienstverdeling<br />

treinen aan te wijzen die in het VAB-proces (verkeersaanpassingen als gevolg van beheer) zoals<br />

opgenomen in paragraaf 4.4.1.4 te behandelen zijn met voorrang boven andere ad-hocaanvragen.<br />

3 Ten tijde en ter plaatse van de incidentele onttrekkingen en op de in verband daarmee gebruikte<br />

omleidingsroutes vervalt het onderhoudsrooster niet, tenzij expliciet vermeld. <strong>ProRail</strong> zal, mits<br />

haalbaar, bijdragen aan het oplossen van concurrentie middels aanpassingen aan het<br />

onderhoudsrooster.<br />

Vergoedingen bij buitendienststellingen<br />

<strong>ProRail</strong> kan in het kader van het jaardienstverdelingsproces voor capaciteit ten behoeve van<br />

werkzaamheden een financiële compensatie aan gerechtigde(n) overeenkomen anders dan gebruiksvergoedingen.<br />

Onder de voorwaarde dat het alternatief vervoerplan uitvoerbaar en maatschappelijk<br />

acceptabel is, wordt in combinatie met deze compensatieafspraken in beginsel de door <strong>ProRail</strong><br />

opgestelde voorkeursvariant van de buitendienststelling gekozen, met inachtneming van het volgende:<br />

1 Functiewijzigingswerken<br />

a. Voor geplande functiewijzigings- en omgevingswerken (‘nieuwbouw’) worden de out-ofpocket-kosten<br />

voor vervangend vervoer vergoed op basis van door <strong>ProRail</strong> goedgekeurde<br />

offertes die door de vervoerder met <strong>ProRail</strong> zijn overeengekomen.<br />

b. Er vindt voor geplande functiewijzigings- en omgevingswerken (‘nieuwbouw’) geen vergoeding<br />

plaats voor om te leiden treinen voor reizigers- en goederenvervoer. <strong>ProRail</strong> spant zich in om<br />

de omleidingsroutes zoals gedefinieerd in het Corridorboek vrij te houden van incidentele<br />

onttrekkingen.<br />

2 Functiehandhavingswerken<br />

a. Voor reizigersvervoerders kan bij geplande functiehandhavingswerken (‘groot onderhoud’ en<br />

‘vernieuwing’) sprake zijn van compensatie, en wel in de volgende gevallen en in de hieronder<br />

beschreven mate:<br />

i. geen compensatie wordt verleend in geval van buitendienststellingen in weekeinden,<br />

nachten, tussen de spitsen, in reizigersverkeerluwe perioden (zijnde schoolvakanties en<br />

officiële feestdagen) of als het doorgaande treinverkeer niet wordt geraakt;<br />

ii. wel wordt compensatie verleend als en voor zover een buitendienststelling (deels) op<br />

normale werkdagen (niet reizigersverkeerluw) valt en indien daarbij de ochtendspitsen<br />

en/of avondspitsen worden geraakt; de compensatie geldt dan voor de vervallen<br />

treinkilometers van de treinen gedurende die werkdagen;<br />

iii. het bedrag van de financiële compensatie wordt berekend via een bedrag per vervallen<br />

treinkilometer tengevolge van de buitendienststelling, ten opzichte van de in de<br />

jaardienst verdeelde situatie;<br />

iv. het compensatietarief voor reizigersvervoerders is afhankelijk van de categorie waarin<br />

het betrokken baanvak volgens bijlage 27 is ingedeeld en bedraagt:<br />

• voor categorie 1 baanvakken € 11,- per vervallen treinkilometer volgens de<br />

jaardienstverdeling;<br />

• voor categorie 2 baanvakken € 6,- per vervallen treinkilometer volgens de<br />

jaardienstverdeling;<br />

<strong>ProRail</strong> kan in voorkomend geval een hogere vergoeding overeenkomen, op basis van<br />

een offerte met betrekking tot de kosten van een te bieden servicelevel met<br />

vervangend vervoer.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 47


. Voor goederenvervoerders kan bij geplande functiehandhavingswerken (‘groot onderhoud’ en<br />

‘vernieuwing’) sprake zijn van compensatie, en wel in de volgende gevallen en in de hieronder<br />

beschreven mate:<br />

i. geen compensatie wordt verleend in geval van buitendienststellingen in weekeinden<br />

(zaterdag 0.00 uur tot maandag 6.00 uur) of in goederenverkeerluwe perioden (zijnde<br />

officiële feestdagen en de tussenliggende dag tussen een officiële feestdag en een<br />

weekeind), in het geval de buitendienststelling korter duurt dan 12 uur, of als het<br />

doorgaande treinverkeer niet wordt geraakt;<br />

ii. wel wordt compensatie verleend als en voor zover een buitendienststelling (deels) op<br />

normale werkdagen (niet goederenverkeerluw) valt en indien de duur meer bedraagt<br />

dan 12 uur; de compensatie geldt dan voor de niet via de oorspronkelijke geplande<br />

route gereden treinen gedurende die werkdagen;<br />

iii. het bedrag van de financiële compensatie wordt berekend via een bedrag per geraakte<br />

goederentrein tengevolge van de buitendienststelling. Voor een definitie van een<br />

“geraakte trein” zie bijlage 27;<br />

iv.<br />

het compensatietarief per goederentrein wordt bepaald volgens het gestelde onder<br />

‘tarief’ in bijlage 27.<br />

<strong>ProRail</strong> kan in voorkomend geval een hogere vergoeding overeenkomen, op basis van<br />

een offerte met betrekking tot de kosten van een te bieden servicelevel met aangepast<br />

vervoer.<br />

3 Combinaties van werkzaamheden<br />

Indien functiehandhavingswerkzaamheden worden gecombineerd met functiewijziging- en/of<br />

omgevingsprojecten (‘nieuwbouw’) wordt de compensatie berekend als het gemiddelde van de<br />

vergoedingen die zouden gelden indien er geen sprake zou zijn van gecombineerde<br />

werkzaamheden, gewogen naar de duur van het werk. Dit geldt voor reizigers- en<br />

goederenvervoerders.<br />

Capaciteit ten behoeve van evenementen<br />

Capaciteitsaanvragen ten behoeve van evenementen en ten behoeve van feestdagen in het<br />

buitenland volgen dezelfde procesgang als die voor incidentele onttrekkingen. Voor nader overeen te<br />

komen evenementen vindt tijdens de jaardienstfase en onder die procesregels een verdeling plaats<br />

van de extra treinen in combinatie met de reguliere jaardienstcapaciteitsaanvragen. <strong>ProRail</strong> voert<br />

regie. Het onderhoudsrooster vervalt niet, tenzij expliciet overeengekomen. <strong>ProRail</strong> zal, mits haalbaar,<br />

bijdragen aan het oplossen van concurrentie middels aanpassingen aan het onderhoudsrooster.<br />

Meerjarige capaciteitskaders<br />

<strong>ProRail</strong> voert bij bovenbouwvernieuwingswerkzaamheden en groot onderhoud meerjarige ordening<br />

van infrawerkzaamheden uit. Op basis van deze ordening bespreekt <strong>ProRail</strong> uitvoeringsvarianten met<br />

alle betrokken vervoerders en maakt voorkeursvarianten kenbaar. De uitvoeringsvarianten variëren<br />

qua duur en ruimtelijke omvang en moeten voor alle betrokken partijen maakbaar en maatschappelijk<br />

acceptabel zijn. Criteria hiervoor worden vastgelegd in het Corridorboek 70 .<br />

<strong>ProRail</strong> heeft een inspanningsverplichting om de capaciteitsbehoefte voor alle bekende projecten<br />

(functiehandhaving en functiewijziging) integraal te betrekken in de te maken meerjarige<br />

capaciteitskaders.<br />

Partijen beogen in consensus een uitvoeringsvariant te kiezen. De voorstellen worden in eventueel<br />

verbijzonderde gebruikersoverleggen met gerechtigden besproken. De uitkomst van het<br />

afstemoverleg wordt vastgelegd op de Tafel van Verdeling, met de aanvulling dat de afspraken<br />

betrekking kunnen hebben op meer dan één dienstregelingjaar. Met betrekking tot de geldigheid van<br />

de meerjarige capaciteitskaders komen partijen onttrekkingsvarianten overeen vooruitlopend op de<br />

jaardienstverdeling van het dienstregelingjaar dat één of enkele jaren in de toekomst ligt. <strong>ProRail</strong> kan<br />

op basis van deze afspraken verplichtingen aangaan. De gerechtigden, met wie <strong>ProRail</strong> de meerjarige<br />

afspraak aangaat, verplichten zich om voor de looptijd van de meerjarige afspraak hun capaciteiten in<br />

overeenstemming met het capaciteitskader aan te vragen.<br />

4.4.1.3.3 Vaststelling verdeling<br />

<strong>ProRail</strong> maakt een raming van te verwachten ad-hocaanvragen voor goederenverkeer en besloten<br />

personenvervoer, ook die ten gevolge van werkzaamheden aan de infrastructuur van <strong>ProRail</strong>, Keyrail<br />

70<br />

te raadplegen via de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > capaciteit / treinpaden)<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 48


en buitenlandse spoorwegbeheerders. Deze raming wordt omgezet in treinpaden. Daarbij geldt een<br />

principe van peak-shaving. Paden die voor meer dan 50% benut gaan worden en/of niet in conflict zijn<br />

met aanvragen van andere gerechtigden, worden opgenomen in de capaciteitsverdeling voor de<br />

normale dienstregeling (7 x 24 uur); met als ondergrens 10% van het minimumbedieningsniveau voor<br />

goederenverkeer.<br />

De jaardienstregeling wordt vastgelegd in Donna BD (treinpaden), Emma (opstelcapaciteit op<br />

emplacementen) en RADAR (onderhoudsrooster en incidentele onttrekkingen); het<br />

capaciteitsverdelingsdocument geeft de toepasselijke bestandsgegevens. Hierin staat vermeld welke<br />

capaciteit aan de aanvragers is verdeeld en welke capaciteit voor welk gebruik is voorbehouden<br />

(waaronder ook werkzaamheden). Dit document gaat deel uitmaken van de te sluiten<br />

toegangsovereenkomst. De gerechtigde verkrijgt dan het gebruiksrecht voor de capaciteit die in het<br />

capaciteitsverdelingsdocument aan die gerechtigde is toebedeeld.<br />

Spoorwegondernemingen die houder van verdeelde capaciteit zijn, mogen die capaciteit niet<br />

overdragen aan andere gerechtigden. De houder van capaciteit kan een andere<br />

spoorwegonderneming werkzaamheden laten uitvoeren aan opgesteld materieel, zonder dat er sprake<br />

is van overdracht van capaciteit aan die andere spoorwegonderneming.<br />

4.4.1.4 Verdelen in ad-hocfase<br />

Aanvragen van gerechtigden<br />

• Het indienen van ad-hocaanvragen gaat op dezelfde wijze als in het jaardienstverdelingsproces.<br />

Capaciteitsaanvragen die meer dan één beheerder betreffen, kunnen via de One-Stop-Shop<br />

worden aangevraagd. De One-Stop-Shop coördineert dan desgevraagd de afhandeling van die<br />

aanvragen bij de beheerders van de andere <strong>net</strong>ten. Het is ook mogelijk de aanpassingen in een<br />

internationale dienstregeling in verband met buitendienststellingen bij <strong>ProRail</strong> of elders door<br />

<strong>ProRail</strong> te laten coördineren.<br />

• Ad-hocaanvragen kunnen door gerechtigden op twee manieren worden ingediend:<br />

- Digitaal; voor digitale aanvragen ad-hoccapaciteit stelt <strong>ProRail</strong> twee applicaties beschikbaar,<br />

te weten VPT/Donna (voor aanvragen van alleen dienstregelingpaden >52/36 uur voor<br />

vertrek) en ISVL (voor aanvragen op kortere termijn, tot een half uur voor vertrek). Bij<br />

indiening via VPT/Donna geldt dat de aanvraag onmiddellijk en zonder nadere bevestiging is<br />

toegewezen, indien de gewenste capaciteit met inachtneming van de<br />

dienstregelingontwerpnormen kan worden ingepast tussen het eerder in VPT/Donna<br />

vastgelegde capaciteitsbeslag en indien de aanvrager de in de jaardienstverdeling<br />

respectievelijk in Radar vastgelegde buitendienststellingen respecteert (ook indien die nog<br />

niet in VPT/Donna zijn verwerkt).<br />

Bij aanvragen die via ISVL worden ingediend ontvangt de aanvrager na verwerking van<br />

<strong>ProRail</strong> een bevestiging dan wel een afwijzing. De verwerkingstijd kan onderwerp zijn van een<br />

prestatieregeling. Indien twee of meer via ISVL ingediende aanvragen om dezelfde capaciteit<br />

concurreren, wordt de capaciteit verdeeld aan de eerst-ingediende aanvraag.<br />

- Schriftelijk (per brief, fax of e-mail), bij <strong>ProRail</strong> One-Stop-Shop, tot 5 werkdagen vóór de dag<br />

waarop de capaciteit beschikbaar gesteld zou moeten worden. Deze termijn van 5 werkdagen<br />

stelt <strong>ProRail</strong> in staat de aanvragen te verwerken en komt overeen met de termijn waarbinnen<br />

<strong>ProRail</strong> volgens wettelijk voorschrift moet reageren op ingediende ad-hocaanvragen. Indien<br />

twee of meer schriftelijk ingediende aanvragen om dezelfde capaciteit concurreren wordt de<br />

capaciteit verdeeld aan de eerst-ingediende aanvraag. De aanvrager ontvangt binnen de<br />

gestelde termijn een bevestiging dan wel een afwijzing. Maatgevend voor acceptatie is, of de<br />

gevraagde capaciteit op het moment van aanvraagverwerking kan worden ingepast tussen het<br />

reeds VPT/Donna vastgelegde capaciteitsbeslag. De gerechtigde die gebruik maakt van de<br />

schriftelijke aanvraag aanvaardt de mogelijkheid dat de door hem gewenste capaciteit in de<br />

periode tussen aanvraagindiening en verwerking wordt verdeeld ten gunste van een digitaal<br />

ingediende VPT/Donna-aanvraag.<br />

• Ad-hocaanvragen kunnen concurreren met eerder overeengekomen capaciteit. In dat geval<br />

kunnen deze alleen na instemming van degene die de capaciteit oorspronkelijk verworven heeft<br />

worden verdeeld.<br />

• De ad hoc verdeelde capaciteit wordt vastgelegd in de databestanden. Periodiek kunnen de<br />

verwerkte ad-hocaanvragen worden opgenomen in een zogenaamd wijzigingsblad. Opname in<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 49


een wijzigingsblad is uitsluitend een administratieve verwerking, en impliceert geen wijziging van<br />

capaciteitsrechten. De ingangsdata van de wijzigingsbladen worden na overleg met<br />

spoorwegondernemingen en buitenlandse infrastructuurmanagers vastgesteld door <strong>ProRail</strong>.<br />

• Voor de in RNE-verband aangeboden cataloguspaden voor internationaal goederenverkeer en<br />

door <strong>ProRail</strong> bij de vaststelling van de jaardienstregeling aangewezen paden (patroonpaden),<br />

blijven tot aan levering aan de verkeersleiding voorbehouden voor daartoe bestemd gebruik.<br />

Verkeersaanpassingen als gevolg van beheer (VAB-proces)<br />

• <strong>ProRail</strong> voert de regie over het herplannen van verkeer als gevolg van beheer.<br />

• Het VAB-proces vindt plaats onder de ad hoc spelregels.<br />

• Tussen de 20 en 12 weken voor uitvoering van de werkzaamheden stemt <strong>ProRail</strong> met<br />

gerechtigden af om tot een specificatie te komen voor het aan te passen verkeer. Doel hierbij is<br />

om de omleidingbehoefte optimaal te kunnen verdelen gebruikmakend van de restcapaciteit (vrije<br />

ruimte) van de omleidingsbaanvakken.<br />

• Ontvangen specificaties worden door <strong>ProRail</strong> geïntegreerd in een totaal-specificatie voor een<br />

alternatieve dienstregeling (omstreeks 9 weken voor uitvoering beschikbaar).<br />

• <strong>ProRail</strong> heeft de mogelijkheid om geringe wijzigingen ten opzichte van de specificaties te<br />

verwerken (binnen mandaat vervoerders) die de commerciële en logistieke samenhang niet<br />

aantasten ten einde de restcapaciteit als gevolg van buitendienststellingen zo optimaal mogelijk te<br />

benutten.<br />

• Daar waar specificaties niet binnen randvoorwaarden verwerkt kunnen worden start <strong>ProRail</strong><br />

coördinatie met betrokken partijen.<br />

• Is er geen consensus dan verplichten betrokken gerechtigden en <strong>ProRail</strong> zich via een alsdan<br />

overeen te komen procedure binnen 10 dagen tot een vaststelling van verdeling te komen.<br />

• Na vaststelling van de verdeling door <strong>ProRail</strong> (6-9 weken voor uitvoering), kan de verwerking in de<br />

plansystemen starten.<br />

Capaciteit ten behoeve van werkzaamheden 71<br />

• <strong>ProRail</strong> kan gedurende het dienstregelingjaar capaciteit verkrijgen voor ongepland onderhoud. Dit<br />

is onderhoud dat redelijkerwijs niet planbaar is ten tijde van de sluiting van jaardienstaanvragen<br />

en dat redelijkerwijs niet kan wachten tot het volgende dienstregelingjaar. Eventuele wijziging van<br />

voor verkeer verdeelde capaciteit vindt plaats onder de regels van ad-hocaanvragen verkeer,<br />

derhalve alleen met instemming van de houder van die capaciteit.<br />

• Voor werkzaamheden waarvan de uitvoering voorzien is binnen het dienstregelingjaar, maar die<br />

op de sluitingsdatum van de jaardienstaanvraag nog niet planbaar zijn, wordt na overleg en<br />

steeds tenminste 26 weken voor de datum van uitvoering (de aanpassing van) de benodigde<br />

capaciteit binnen de jaardienstregeling <strong>2013</strong> nader overeengekomen.<br />

• Gerechtigden en <strong>ProRail</strong> kunnen na de jaardienstverdeling verzoeken om de programmering van<br />

werkzaamheden te wijzigen op grond van niet-voorziene omstandigheden (ten opzichte van het<br />

jaarplan) en onvoorziene werkzaamheden. De basisregel is dat wordt meegewerkt aan<br />

herprogrammering; medewerking kan alleen gemotiveerd vanuit de eigen bedrijfsbelangen<br />

afgewezen worden.<br />

• Bij het concretiseren van wijze van uitvoering en uitvoeringsdata is het mogelijk dat de nadere<br />

uitwerking niet past in de in de jaardienst verdeelde capaciteit. Ook kunnen er zich<br />

omstandigheden voordoen in de projectvoorbereiding en –uitvoering die niet als zodanig<br />

verondersteld zijn bij vaststelling van de benodigde capaciteit. <strong>ProRail</strong> maakt dit zichtbaar en<br />

overlegt met betrokken gerechtigden over aanpassingen aan de wijze van uitvoering en<br />

uitvoeringsdata. Is er geen consensus over de uitvoeringsvariant dan verplichten betrokken<br />

gerechtigden en <strong>ProRail</strong> zich via een alsdan overeen te komen procedure binnen 10 werkdagen<br />

tot een vast te stellen verdeling te komen. Randvoorwaarde is uitvoering van de betrokken<br />

werkzaamheden in het dienstregelingjaar <strong>2013</strong>.<br />

• Werkzaamheden aan het spoor vragen veelal een (enkele) grote onttrekking en meerdere kleinere<br />

onttrekkingen (ten behoeve van voor en nawerk). Deze kleinere onttrekkingen worden in het<br />

onderhoudsrooster uitgevoerd. Indien het onderhoudsrooster onvoldoende capaciteit levert, maakt<br />

<strong>ProRail</strong> dit zichtbaar en stelt uiterlijk 13 weken voor uitvoering de benodigde capaciteit voor<br />

71<br />

De detailwerkwijzen zijn beschreven in de procedure ‘capaciteitsverdeling Beheer – Verkeer’, te raadplegen<br />

via de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > capaciteit / treinpaden > procedure verdeling).<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 50


esterend voor- en nawerk vast. <strong>ProRail</strong> overlegt met betrokken gerechtigden over inpassing; als<br />

geen consensus kan worden bereikt dan geldt eveneens de in het voorgaande lid genoemde<br />

procedure voor de afhandeling van het geschil.<br />

Bovenstaande bepalingen zijn er op gericht om de - in de landelijke samenhang passende - grote<br />

onttrekkingen maximaal te benutten.<br />

• Gerechtigden of <strong>ProRail</strong> kunnen bij hun instemming als voorwaarde stellen dat het nadeel dat zij<br />

ondervinden door afwijking van de eerder verdeelde capaciteit wordt vergoed. De vergoeding<br />

betreft alleen directe bedrijfskosten, die middels een specificatie worden onderbouwd.<br />

• Als zich storingen of onregelmatigheden voordoen / dreigen 72 te gaan voordoen die een veilig en<br />

ongestoord treinverkeer in gevaar brengen of kunnen brengen 73 is onderhoud noodzakelijk en<br />

vervallen de capaciteitsrechten van gerechtigden om werkzaamheden (reparaties, spoedeisende<br />

vervangingen, enzovoort) voor herstel / borging van veilig en ongestoord treinverkeer uit te<br />

voeren. <strong>ProRail</strong> spant zich in om deze werkzaamheden zoveel mogelijk in het onderhoudsrooster<br />

uit te voeren.<br />

4.4.2 Geschilbeslechting<br />

Coördinatie is naar zijn aard een technisch overleg tussen deskundigen. Deskundigen kunnen van<br />

mening verschillen waardoor er een patstelling over conflicten kan ontstaan. Om het proces van<br />

capaciteitsverdeling zijn voortgang te laten houden is er een geschillenregeling die binnen<br />

10 werkdagen uitsluitsel geeft.<br />

Met de in deze paragraaf beschreven regeling voorziet <strong>ProRail</strong> in de in artikel 21 lid 6 van richtlijn<br />

2001/14/EG voorgeschreven geschilregeling.<br />

Een aanvrager of <strong>ProRail</strong> heeft de mogelijkheid het initiatief te nemen tot geschilbeslechting tijdens de<br />

coördinatiefase van de jaardienstregeling doch uiterlijk tot 10 werkdagen voor vaststelling van de<br />

capaciteitsverdeling van de jaardienstregeling.<br />

Een gerechtigde kan ook toepassing van de geschilbeslechtingsregeling inroepen in het geval dat hij<br />

meent benadeeld te worden door de wijze waarop <strong>ProRail</strong> bij de vaststelling van de capaciteitsverdeling<br />

is afgeweken van de eerder door <strong>ProRail</strong> gepresenteerde ontwerpdienstregeling; in zo’n<br />

geval moet de geschillenregeling worden ingeroepen binnen 5 werkdagen nadat de capaciteitsverdeling<br />

door <strong>ProRail</strong> is vastgesteld.<br />

De geschilbeslechtingsprocedure voorziet een gesprek tussen de betrokken partijen (hoor en<br />

wederhoor) met als doel het conflict op te lossen. Indien geen oplossing wordt bereikt, doet de<br />

voorzitter binnen 10 werkdagen na het schriftelijk – aan de Tafel van Verdeling – aanhangig maken<br />

van het geschil uitspraak. De uitspraak is vervolgens uitgangspunt voor de verdere coördinatie. Bij<br />

conflicterende aanvragen tussen gerechtigden (verkeer/verkeer) is <strong>ProRail</strong> voorzitter. Bij conflicten<br />

tussen een aanvraag van een gerechtigde en de benodigde capaciteit voor geplande werkzaamheden<br />

aan of nabij de hoofdspoorwegen of het onderhoudsrooster vindt de behandeling van het geschil<br />

plaats onder een van <strong>ProRail</strong> onafhankelijke voorzitter, die door <strong>ProRail</strong> wordt aangewezen met<br />

instemming van gerechtigden. De behandeling leidt in dat geval tot een advies waarvan <strong>ProRail</strong> bij de<br />

vaststelling van de capaciteitsverdeling alleen deugdelijk gemotiveerd mag afwijken. Deze motivatie<br />

maakt <strong>ProRail</strong> kenbaar aan de betrokken gerechtigden.<br />

4.4.3 Overbelaste infrastructuur<br />

Gedurende het jaardienstverdelingsproces of naar aanleiding van een prognose van capaciteitsaanvragen<br />

voor de nabije toekomst kunnen capaciteitsknelpunten worden gesignaleerd. Het knelpunt<br />

kan verbonden zijn aan zowel de fysieke als andere begrenzingen (onder andere geluid,<br />

spoorwegveiligheid en externe veiligheid) van de capaciteit. Dit kan leiden tot het door <strong>ProRail</strong><br />

overbelast verklaren van delen van de infrastructuur 74 . Na overbelastverklaring stelt <strong>ProRail</strong> binnen 6<br />

72<br />

73<br />

74<br />

Te constateren op basis van inspecties, meldingen, opgetreden storingen, enzovoort.<br />

Dit is een nadere definiëring van de situatie ‘’in geval van nood’’ uit artikel 8 lid 3 van de Algemene<br />

Voorwaarden.<br />

De overbelastverklaring is een bijlage van de capaciteitsanalyse en te raadplegen via de website van <strong>ProRail</strong><br />

(www.prorail.nl > vervoerders > capaciteit / treinpaden > capaciteitsanalyses).<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 51


maanden een capaciteitsanalyse 75 op. Binnen 6 maanden na afronding van de capaciteitsanalyse stelt<br />

<strong>ProRail</strong> na overleg met betrokken gerechtigden een capaciteitsvergrotingsplan 76 op. Voor het<br />

capaciteitsvergrotingsplan stelt <strong>ProRail</strong> met behulp van een kosten-batenanalyse de meest<br />

kosteneffectieve oplossing vast. Oplossingen kunnen zowel van infrastructurele als<br />

dienstregelingtechnische aard zijn.<br />

4.4.4 Toepassing van kaderovereenkomsten<br />

Ten tijde van uitgave van deze <strong>Netverklaring</strong> had <strong>ProRail</strong> geen kaderovereenkomsten afgesloten voor<br />

het dienstregelingjaar <strong>2013</strong>. <strong>ProRail</strong> is voornemens een type kaderovereenkomst te introduceren<br />

waaraan prioriteit in de verdeling van opstelcapaciteit op emplacementen kan worden verbonden. Dit<br />

type richt zich specifiek op de situatie waarin ontwikkeling en aanleg van voorzieningen voor rekening<br />

van de gerechtigde komen. Alvorens een dergelijke kaderovereenkomst af te sluiten zal <strong>ProRail</strong><br />

andere betrokken gerechtigden in de gelegenheid stellen hun zienswijze te geven op de voorgenomen<br />

kaderovereenkomst.<br />

4.4.5 Ondersteunende systemen<br />

Ten behoeve van (de voorbereiding van) de capaciteitsverdeling worden in de onderstaande tabel de<br />

ondersteunende systemen weergegeven met daarbij een korte beschrijving. De belangrijkste<br />

systemen ter ondersteuning van het verdeelproces zijn VPT/Donna en Radar.<br />

Spoorwegondernemingen kunnen hiervan gebruik maken. VPT wordt vervangen door Donna. Voor<br />

het basisuurpatroon- en jaardienstproces alsmede de ad-hocfase <strong>2013</strong> wordt gebruik gemaakt van<br />

Donna als leidend systeem. Indien het noodzakelijk is onverhoopt terug te moeten vallen op VPT,<br />

wordt dit via een aanvulling op de <strong>Netverklaring</strong> bekendgemaakt.<br />

Proces Systeem Korte uitleg<br />

Bepalen<br />

basisuurpatronen<br />

Donna BU<br />

Informatie- en communicatiesysteem ter ondersteuning van<br />

de planning en verdeling van de treindienst. In Donna BU<br />

wordt het basisuurpatroon vastgelegd.<br />

Verdelen jaardienst Donna BD Informatie- en communicatiesysteem ter ondersteuning van<br />

de planning en verdeling van de treindienst. In Donna BD<br />

wordt de uitwerking van de dienstregeling voor zeven<br />

verkeersdagen van 24 uur in een standaardweek vastgelegd.<br />

Verdelen in adhocfase<br />

‘Path Coordination<br />

System’ van RNE<br />

Radar<br />

Emma<br />

Donna BD update<br />

(wijzigingsbladen)<br />

VPT17/Donna SD<br />

ISVL<br />

Inter<strong>net</strong>applicatie waarmee in internationaal verband<br />

capaciteit wordt aangevraagd en de toegewezen capaciteit<br />

wordt gepubliceerd.<br />

Applicatie waarbij het verdelingproces onderhoud versus<br />

verkeer en de communicatie hierover met betrokken<br />

gerechtigden wordt ondersteund.<br />

Ondersteunt de programmatie en coördinatie ten behoeve van<br />

stationaire capaciteit en de communicatie over programmatie<br />

en coördinatie met betrekking tot verkeersaanvragen.<br />

Informatie- en communicatiesysteem ter ondersteuning van<br />

de planning en verdeling van de treindienst. In Donna BD<br />

wordt de uitwerking van de dienstregeling voor zeven<br />

verkeersdagen van 24 uur in een standaardweek vastgelegd.<br />

In VPT 17/Donna SD wordt de uitwerking van de<br />

dienstregeling voor specifieke dagen vastgelegd en<br />

treinpaden worden gepland.<br />

Applicatie voor het indienen van aanvragen tussen 52/36 en<br />

een half uur voor vertrek.<br />

75<br />

76<br />

te raadplegen via de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > capaciteit / treinpaden ><br />

capaciteitsanalyses)<br />

te raadplegen via de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > capaciteit / treinpaden ><br />

vergrotingsplannen)<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 52


4.5 Capaciteit voor werkzaamheden aan of nabij de<br />

hoofdspoorwegen<br />

De procedure voor verdeling van capaciteit voor werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen is<br />

beschreven in paragraaf 4.4.<br />

4.6 Niet gebruikte capaciteit<br />

Als een uur voor vertrek duidelijk is dat de capaciteit niet door de betrokken gerechtigde gebruikt gaat<br />

worden, is <strong>ProRail</strong> vrij om andere gerechtigden over die capaciteit te laten beschikken. Wanneer blijkt<br />

dat capaciteit die in catalogus-/patroonpaden gereserveerd is voor goederenvervoer, waarschijnlijk<br />

niet gebruikt zal worden, dan komt deze capaciteit na levering aan de verkeersleiding voor uitvoering<br />

beschikbaar voor andere marktsegmenten. <strong>ProRail</strong> kan specifieke paden aanwijzen die eerder<br />

beschikbaar komen.<br />

Wanneer een gerechtigde de in de jaardienst (inclusief wijzigingsbladen) beschikbaar gekregen<br />

capaciteit voor baanvakken en perronsporen gedurende tenminste 4 weken de capaciteit voor<br />

openbaar personenvervoer voor minder dan 80% of de capaciteit voor ander gebruik voor minder dan<br />

50% benut, dan kan <strong>ProRail</strong> de capaciteitsrechten terugnemen waarbij 1 week ervoor de gerechtigde<br />

geïnformeerd wordt.<br />

Om op emplacementen geen capaciteit ongebruikt te laten kan capaciteit op een of meerdere<br />

specifieke sporen verdeeld worden aan meerdere gerechtigden tegelijkertijd. Daarbij kunnen<br />

gerechtigden samenwerken en één van hen als coördinerend voor de dagelijkse logistieke<br />

afstemming aanwijzen. Daarnaast geldt in algemene zin dat voor capaciteit die gedurende tenminste 4<br />

weken voor minder dan de helft van de dagen is gebruikt, de capaciteitsrechten teruggenomen<br />

kunnen worden waarbij 1 week ervoor de gerechtigde geïnformeerd wordt.<br />

<strong>ProRail</strong> vergewist zich ervan – onder meer door navraag bij de betrokken gerechtigde – of het niet<br />

gebruiken van capaciteit te wijten is niet-economische redenen buiten de wil van de exploitant.<br />

4.7 Buitengewoon vervoer<br />

In onderdeel 1.2 van bijlage 6 zijn de regelingen voor Buitengewoon Vervoer vermeld.<br />

4.8 Treindienstleiding en bijsturing<br />

<strong>ProRail</strong> stelt sporen en rijwegen ter beschikking zoals vastgesteld in het proces van<br />

capaciteitsverdeling.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> heeft de verantwoordelijkheidsverdeling voor de keuze van rijwegen omschreven in<br />

onderdeel 1.1 van bijlage 6 ‘Operationele Voorwaarden’ en wil deze opnemen in de<br />

toegangsovereenkomst. ◄<br />

4.8.1 Beginselen van bijsturingsmaatregelen<br />

<strong>ProRail</strong> is op grond van het Besluit spoorverkeer 77 en de Algemene Voorwaarden bevoegd om in een<br />

aantal situaties af te wijken van de eerder overeengekomen capaciteitsverdeling en daarmee in te<br />

grijpen in de voorgenomen afwikkeling van de treindienst en van de overige bedrijfsprocessen van<br />

spoorwegondernemingen; de spoorwegonderneming dient de aanwijzingen die <strong>ProRail</strong> in verband<br />

hiermee geeft op te volgen. <strong>ProRail</strong> is bevoegd om bij incidenten, afwijkingen of verstoringen van de<br />

planmatige afwikkeling van het verkeer van deze bevoegdheid gebruik te maken, met name:<br />

77<br />

artikel 23 lid 1 van het Besluit spoorverkeer<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 53


• in het geval dat de treinenloop zodanig afwijkt van het plan dat daarmee de loop van andere<br />

treinen of de afwikkeling van bedrijfsprocessen aangetast wordt, dan wel een ‘out of control’-<br />

situatie ontstaat;<br />

• bij (dreigende) storingen of onvoorziene beperkingen van de beschikbaarheid van de<br />

infrastructuur;<br />

• op last van het openbaar gezag;<br />

• in geval van nood;<br />

• bij dreigend gevaar;<br />

• om de dreigende overschrijding te voorkomen van voorschriften die volgens wettelijke regeling<br />

voor <strong>ProRail</strong> gelden;<br />

• ter beëindiging van situaties waarin het gebruik de voorschriften overschrijdt die volgens wettelijke<br />

regeling voor <strong>ProRail</strong> gelden;<br />

• bij dreigende uitoefening van bestuursdwang en ter voorkoming van de gevolgen daarvan.<br />

De bijsturingsmaatregelen zijn erop gericht om de veiligheid te waarborgen en de planmatige<br />

afwikkeling van het verkeer op een beheerste manier en met zo weinig mogelijk bijkomende<br />

ontregeling te herstellen.<br />

Daarbij verdient het de voorkeur de in het jaarplan opgenomen routes/rijwegen - welke zijn beoordeeld<br />

op uitvoerbaarheid en veiligheid - zoveel mogelijk te handhaven, tenzij er sprake is van reguliere<br />

omleidingsroutes.<br />

4.8.2 Bijsturingsmaatregelen<br />

Bij een verstoring wordt onderscheid gemaakt tussen enerzijds situaties met verminderde<br />

beschikbaarheid van de infrastructuur en anderzijds situaties waarin één of meer treinen buiten de<br />

voor die trein(en) overeengekomen capaciteit komen zonder dat er sprake is van verminderde<br />

beschikbaarheid van de infrastructuur.<br />

1. Infra is versperd<br />

Door een versperring op de vrije baan of in een knooppunt is het mogelijk dat een<br />

spoorwegonderneming niet de infracapaciteit ter beschikking krijgt waarop zij volgens het<br />

verdelingsplan recht heeft. In zulke gevallen wordt de resterende (beschikbare) infracapaciteit zo<br />

veel mogelijk naar evenredigheid van het laatst actuele verdelingsplan herverdeeld onder de<br />

betrokken spoorwegondernemingen. Treinen die ten gevolge van versperring van de infra niet<br />

hebben kunnen rijden, worden beschouwd als vertraagde treinen, tenzij in afhandelingafspraken is<br />

overeengekomen dat die treinen definitief vervallen. Bij het opstellen van een nieuw plan past<br />

<strong>ProRail</strong> de versperringsmaatregelen toe die vooraf met betrokken vervoerders zijn<br />

overeengekomen.<br />

Wanneer <strong>ProRail</strong> door omstandigheden genoodzaakt is om van deze maatregelen af te wijken,<br />

geschiedt dit na overleg met betrokken spoorwegondernemingen.<br />

Als daartoe aanleiding is mag een vervoerder een aanpassing vragen op deze vooraf overeengekomen<br />

maatregel. <strong>ProRail</strong> honoreert deze aanpassing zolang deze aanpassing niet leidt tot<br />

verdringing van andere vervoerders. In het regieoverleg-OCCR of in het LBI (landelijk beleidsteam<br />

incidentmanagement) kunnen afwijkende afspraken gemaakt worden ten behoeve van een<br />

specifiek incident.<br />

2. Trein wijkt af van het verdelingsplan<br />

Een trein wijkt af van het verdelingsplan als de vertraging zodanig is dat de trein hierdoor beslag<br />

legt op andere infracapaciteit dan het verdelingsplan voorschrijft. Wanneer een trein de met<br />

spoorwegondernemingen overeengekomen vertragingsmarges overschrijdt, dan wordt de<br />

betrokken trein herpland op specificatie van de betrokken spoorwegonderneming. Daarbij wordt<br />

een pad vastgesteld, dat conflictvrij ligt ten opzichte van treinen van andere<br />

spoorwegondernemingen. Dit beginsel is uitgewerkt in afhandelingsafspraken die met de<br />

spoorwegondernemingen worden overeengekomen en vastgelegd.<br />

Indien sprake is van twee treinen die afwijken van het verdelingsplan dan worden deze herpland<br />

op specificatie van de betrokken spoorwegondernemingen. Concurreren deze treinen hier<br />

onderling om dezelfde ìnfracapaciteit, dan wordt de volgorde van de te verdelen infrapaden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 54


epaald op grond van het beginsel ‘first come first served’. Wanneer <strong>ProRail</strong> door<br />

omstandigheden genoodzaakt is om van dit beginsel af te wijken, geschiedt dit na overleg met<br />

betrokken spoorwegondernemingen. Ditzelfde geldt wanneer één of meer<br />

spoorwegondernemingen een dergelijk verzoek tot aanpassingen doen.<br />

<strong>ProRail</strong> informeert DB Netze en Infrabel over elke door <strong>ProRail</strong> gewijzigde grensoverschrijdende<br />

dienstregeling. Bij constatering van een (dreigend) dienstregelingconflict vindt afstemming plaats.<br />

Keyrail en <strong>ProRail</strong> informeren elkaar door gedeeld systeemgebruik van bijsturingsystemen. Bij te<br />

wijzigen – of bij nieuwe dienstregelingen vindt afstemming plaats door middel van toetsing in ISVL en<br />

in het dynamisch tijdwegdiagram en/of door middel van telefonisch contact.<br />

4.8.3 Voorziene bijsturingssituaties<br />

<strong>ProRail</strong> streeft ernaar om de bijsturingsmaatregelen zoveel mogelijk tevoren vast te leggen in<br />

afhandelingsafspraken met de spoorwegondernemingen.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> heeft de regeling met betrekking tot de afhandelingafspraken omschreven in onderdeel<br />

2.1.2 van bijlage 6 ‘Operationele Voorwaarden’, en wil deze opnemen in de<br />

toegangsovereenkomst. ◄<br />

4.8.4 Onvoorziene bijsturingssituaties<br />

Indien de ontregeling en de bijsturing daarvan uitsluitend één spoorwegonderneming betreft en niet<br />

raakt aan capaciteiten die aan andere spoorwegondernemingen zijn verdeeld, worden de<br />

bijsturingsmaatregelen zoveel mogelijk na overleg met de betrokken spoorwegonderneming<br />

vastgesteld. Uiteindelijk besluit <strong>ProRail</strong> welke afhandeling uitgevoerd wordt.<br />

<strong>ProRail</strong> hanteert geen naar treinsoort voorgeschreven voorrangsregels.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> heeft de regeling met betrekking tot de bijsturing voor onvoorziene bijsturingssituaties, met<br />

inbegrip van situaties waarin de afhandelingsafspraken niet toepasbaar zijn, omschreven in<br />

onderdeel 2.1.2 van bijlage 6 ‘Operationele Voorwaarden’ en wil deze opnemen in de<br />

toegangsovereenkomst. ◄<br />

4.8.5 Samenwerking spoorwegondernemingen en <strong>ProRail</strong><br />

Het Operationeel Controle Centrum Rail (OCCR) is een operationeel samenwerkingsverband van de<br />

spoorsector met een eigen identiteit en bijbehorende facilitaire voorzieningen waaronder een<br />

landelijke control room.<br />

In het OCCR werken spoorwegondernemingen en <strong>ProRail</strong> in een gedeelde werkruimte samen bij de<br />

afhandeling van storingen, calamiteiten en andere bijzondere situaties in de logistieke en<br />

infraprocessen (inclusief energie- en ICT-systemen), alsmede het anticiperen hierop. Bij die<br />

afhandeling hebben spoorwegondernemingen en <strong>ProRail</strong> elk hun eigen wettelijke taken en<br />

verantwoordelijkheden overeenkomstig de Spoorwegwet. Het OCCR staat open voor alle op het door<br />

<strong>ProRail</strong> beheerde spoorweg<strong>net</strong> opererende spoorwegondernemingen.<br />

Nadere informatie met betrekking tot de werkwijzen binnen OCCR alsmede met betrekking tot de<br />

aangeboden mogelijkheden om van de OCCR-faciliteiten gebruik te maken met de daaraan<br />

verbonden kosten is opgenomen in het document ‘Wegwijzer OCCR’ dat geraadpleegd kan worden<br />

via de publieke website van het OCCR (www.occr.nl > documenten).<br />

4.8.6 Waarborging detectie<br />

<strong>ProRail</strong> wijst sporen en rijwegen aan die bij de normale dienstuitvoering niet regelmatig worden<br />

bereden maar die voor de bijsturing van de verkeersafwikkeling van belang zijn. Ten behoeve van de<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 55


etrouwbare werking van de detectiesystemen op die sporen en rijwegen mag de periode tussen twee<br />

opeenvolgende ritten over die sporen en rijwegen bepaalde grenswaarden niet overschrijden. In<br />

verband daarmee kan <strong>ProRail</strong> treinen aanwijzen die via een alternatieve rijweg worden geleid<br />

teneinde die grenswaarde niet te overschrijden (“roestrijden”).<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> heeft de regelingen met betrekking tot het roestrijden omschreven in onderdeel 2.4 van<br />

bijlage 6 ‘Operationele Voorwaarden’ en wil deze opnemen in de toegangsovereenkomst. ◄<br />

4.9 Capaciteitsverdeling voor opstel- en rangeervoorzieningen<br />

De capaciteitsrechten voor het gebruik van de in paragraaf 3.8 opgenomen voorzieningen worden in<br />

het reguliere capaciteitverdelingsproces aangevraagd en behandeld. Het gebruik van deze faciliteiten<br />

wordt, voor zover zij door <strong>ProRail</strong> worden beheerd, in de vorm van diensten aangeboden (zie<br />

paragraaf 5.4).<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 56


5 Diensten<br />

5.1 Inleiding<br />

<strong>ProRail</strong> biedt een breed pakket van diensten aan. Dit hoofdstuk richt zich op de door <strong>ProRail</strong> ten<br />

behoeve van het dienstregelingjaar <strong>2013</strong> aangeboden diensten voor gebruik en ontwikkeling van de<br />

spoorweginfrastructuur en bijkomende voorzieningen 78 door spoorwegondernemingen en andere<br />

gerechtigden. Tevens biedt <strong>ProRail</strong> diensten aan met betrekking tot het plannen en uitvoeren van de<br />

dienstregeling alsmede met betrekking tot performance analyse.<br />

De tabel in bijlage 24 geeft de aansluiting aan tussen de diensten die <strong>ProRail</strong> aanbiedt en de diensten<br />

zoals die door andere in RailNetEurope samenwerkende beheerders van spoorweginfrastructuur en<br />

bijkomende voorzieningen worden aangeboden.<br />

5.1.1 Dienstenaanbod<br />

De door <strong>ProRail</strong> aangeboden diensten zijn ingedeeld in functioneel samenhangende dienstengroepen,<br />

zoals getoond in onderstaande tabel.<br />

Dienstengroep Beschrijving Paragraaf<br />

Netwerk en<br />

Treinpad<br />

Transfer<br />

Reisinformatie<br />

Emplacementen<br />

Informatie<br />

Diensten ten behoeve van het gebruik<br />

van de spoorweginfrastructuur voor het<br />

rijdend treinverkeer<br />

Diensten ten behoeve van toegang tot<br />

en gebruik van transfervoorzieningen op<br />

stations<br />

Dienst ten behoeve van voor reizigers<br />

bestemde informatie omtrent het<br />

treinverkeer<br />

Diensten ten behoeve van het gebruik<br />

van de spoorweginfrastructuur voor<br />

opstellen en rangeren van reizigers- en<br />

goederentreinen, alsmede het gebruik<br />

van de op emplacementen aanwezige<br />

bijkomende voorzieningen<br />

Ondersteunende/aanvullende<br />

informatiediensten aan<br />

spoorwegondernemingen<br />

In de beschrijving van de diensten, zie de paragrafen 5.2 tot en met 5.6, wordt, voor zover van<br />

toepassing, het tarief opgenomen en vermeld in welke categorie volgens bijlage II bij richtlijn<br />

2001/14/EG de dienst is ingedeeld. Deze indeling vormt de grondslag voor de tariefsbepaling. In<br />

paragraaf 6.2 worden de principes van de gebruiksvergoeding toegelicht, in paragraaf 6.3 zijn<br />

specifieke bepalingen met betrekking tot de tarieven vermeld.<br />

Alle diensten in dit hoofdstuk worden door <strong>ProRail</strong> aangeboden en beheerd, tenzij nadrukkelijk anders<br />

vermeld.<br />

Op alle diensten in dit hoofdstuk zijn de Algemene Voorwaarden (zie bijlage 5) van toepassing. Indien<br />

er specifieke voorwaarden aan een dienst verbonden zijn, wordt dit per dienst vermeld door middel<br />

van leverings- en/of gebruiksvoorwaarden.<br />

5.2<br />

5.3<br />

5.4<br />

5.5<br />

5.6<br />

78<br />

voorzieningen van infrastructurele aard, die niet vallen binnen de reikwijdte van de definitie van<br />

spoorweginfrastructuur volgens de Spoorwegwet, artikel 1, onderdeel c; in de Spoorwegwet, artikel 67,<br />

aangeduid als ‘bijkomende voorzieningen’<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 57


Onder leveringsvoorwaarden worden de voorwaarden verstaan die <strong>ProRail</strong> verbindt aan afname van<br />

de betreffende dienst. Onder gebruiksvoorwaarden wordt aangegeven waarover de<br />

spoorwegonderneming moet beschikken om gebruik te kunnen maken van de dienst respectievelijk<br />

welke voorwaarden de spoorwegonderneming bij het gebruikmaken van de dienst in acht moet<br />

nemen.<br />

Voor Informatiediensten (ondersteunende diensten, zoals bedoeld onder categorie 4 in bijlage II bij<br />

richtlijn 2001/14/EG) geldt, dat <strong>ProRail</strong> zich het recht voorbehoudt om nieuwe of extra autorisaties<br />

voor een dienst te beperken of de toegang (tijdelijk) te weigeren indien deze aanvraag of uitbreiding<br />

niet leverbaar is binnen de huidige capaciteit van de dienst.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► In de toegangsovereenkomst wordt vastgelegd welke diensten worden afgenomen door de<br />

spoorwegonderneming. ◄<br />

5.1.2 Proces van functiewijzigingen<br />

De spoorweginfrastructuur en bijkomende voorzieningen (dienstengroepen ‘Netwerk en Treinpad’,<br />

‘Emplacementen’ en ‘Transfer’) zijn voortdurend in ontwikkeling, om in de behoeften van<br />

spoorwegondernemingen en andere gerechtigden te voorzien. Deze ontwikkeling leidt tot<br />

functiewijzigingen van de spoorweginfrastructuur en bijkomende voorzieningen. De volgende<br />

categorieën van functiewijzigingen kunnen plaatsvinden:<br />

• vergroting; uitbreiding van de spoorweginfrastructuur en bijkomende voorzieningen,<br />

• wijziging; aanpassing aan de spoorweginfrastructuur en bijkomende voorzieningen,<br />

• verkleining; sanering van de spoorweginfrastructuur en bijkomende voorzieningen.<br />

Functiewijzigingen kunnen op verschillende manieren geïnitieerd worden.<br />

• Zo kan uit het capaciteitsverdelingsproces een overbelastverklaring volgen (zie paragraaf 4.4.3).<br />

Een dergelijk capaciteitsknelpunt kan van infrastructurele aard zijn, of voortvloeien uit de<br />

vigerende omgevingsvergunning voor bijvoorbeeld geluid of externe veiligheid. In dat geval zal<br />

<strong>ProRail</strong> via een capaciteitsanalyse en een capaciteitsvergrotingsplan bepalen welke maatregelen<br />

genomen zullen worden om de capaciteit te vergroten, inclusief een tijdschema voor de uitvoering<br />

ervan. Mogelijke maatregelen zijn procesaanpassing, infrastructurele maatregelen of het wijzigen<br />

van een omgevingsvergunning. Het capaciteitsvergrotingsplan wordt opgesteld na overleg met de<br />

gebruikers van de betrokken overbelaste infrastructuur. Het capaciteitsvergrotingsplan bevat een<br />

kosten-batenanalyse van de gevonden mogelijke oplossingen om het capaciteitsknelpunt op te<br />

heffen. De kosten-batenanalyse maakt de gevolgen van de kosten en baten voor elk van de<br />

betrokken partijen inzichtelijk. <strong>ProRail</strong> gebruikt een multicriteria analyse (MCA) om de meest<br />

kosteneffectieve maatregelen te bepalen en te prioriteren.<br />

• Het is ook mogelijk dat infrastructuur naar verwachting in de nabije toekomst met onvoldoende<br />

capaciteit te kampen zal hebben. In dat geval zal een overbelastverklaring volgen, waarna<br />

volgens het hierboven beschreven proces van capaciteitsanalyse en capaciteitsvergrotingsplan<br />

bepaald wordt welke maatregelen genomen zullen worden.<br />

• Vanuit de activiteiten en bedrijfsprocessen van klanten van <strong>ProRail</strong> (zoals het laten rijden van<br />

treinen, opstellen, reinigen, inspectie, laden en lossen) kan behoefte ontstaan het bestaande<br />

aanbod van spoorweginfrastructuur of voorzieningen te vergroten of te wijzigen. Deze behoefte<br />

kan als klantvraag via Accountmanagement kenbaar gemaakt worden, waarna <strong>ProRail</strong> na overleg<br />

met de klant een passende oplossing kan aanbieden. Indien de oplossing niet binnen het<br />

bestaande aanbod aanwezig is, kan maatwerk geboden worden, wederom na overleg met de<br />

klant.<br />

• Een klantvraag om een functiewijziging op emplacementen kan een aanpassing of uitbreiding van<br />

emplacementsvoorzieningen (vermeld in de paragrafen 5.5.2 tot 5.5.10) impliceren. Deze<br />

klantvragen moeten bij Accountmanagement kenbaar gemaakt worden. <strong>ProRail</strong> bepaalt middels<br />

een afwegingsmethodiek hoe tegemoet wordt gekomen aan een dergelijke aanvraag, en wie de<br />

kosten voor aanleg moet betalen.<br />

• Wanneer een gerechtigde de niet-treindienst afhankelijke kosten van een voorziening betaalt, dan<br />

kan deze gerechtigde met <strong>ProRail</strong> een kaderovereenkomst afsluiten waarmee de opstelcapaciteit<br />

die nodig is om die voorziening te gebruiken voor een langere periode dan één jaar wordt<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 58


toebedeeld. De voorwaarden voor het afsluiten van een kaderovereenkomst staan beschreven in<br />

paragraaf 4.4.4.<br />

• Veranderende wet- en regelgeving, saneringsverzoeken en productbeleid kunnen leiden tot<br />

ontwikkeling van spoorweginfrastructuur en bijkomende voorzieningen. Indien van toepassing,<br />

worden reeds geplande ontwikkelingen voor de nabije toekomst voor iedere dienstengroep apart<br />

beschreven in de desbetreffende paragraaf van dit hoofdstuk.<br />

Externe ontwikkelingen<br />

De gebruiksmogelijkheden van de spoorweginfrastructuur worden mede bepaald door voorwaarden<br />

die buiten de verantwoordelijkheid van <strong>ProRail</strong> tot stand komen. <strong>ProRail</strong> heeft bij de uitgave van deze<br />

<strong>Netverklaring</strong> rekening gehouden met de voorwaarden die op dat moment bekend waren.<br />

Het is niet uitgesloten dat zich binnen de periode van geldigheid van deze <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> nieuwe<br />

externe ontwikkelingen voordoen, die de gebruiksmogelijkheden van de infrastructuur beïnvloeden.<br />

Voorbeelden van externe ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op de gebruiksmogelijkheden:<br />

• introductie van een publiekrechtelijke regeling voor de begrenzing van de geluidsemissie door<br />

spoorverkeer op bestaande infrastructuur, waarbij de capaciteitsverdeling zo nodig wordt<br />

gehanteerd om de emissie te beheersen;<br />

• introductie van een publiekrechtelijke regeling voor de routering van het vervoer van gevaarlijke<br />

stoffen, op basis waarvan het vervoer van bepaalde klassen gevaarlijke stoffen over bepaalde<br />

baanvakken beperkt of uitgesloten kan worden;<br />

• wijziging van het Lozingenbesluit bodembescherming, waarbij voorwaarden worden gesteld aan<br />

het lozen van verontreinigd water zonder opvang- en afvoervoorzieningen; dit kan van invloed zijn<br />

op processen voor inwendige en uitwendige reiniging van spoorvoertuigen waarbij verontreinigd<br />

water in de bodem kan dringen.<br />

<strong>ProRail</strong> zal met de betrokken spoorwegondernemingen overleggen op welke wijze op deze<br />

ontwikkelingen geanticipeerd kan worden.<br />

5.1.3 Planningsoverzicht van functiewijzigingen<br />

<strong>ProRail</strong> voert projecten uit om de spoorweginfrastructuur uit te breiden of te verbeteren. In bijlage 11<br />

zijn de volgende onderdelen opgenomen:<br />

a) Een overzicht met uitbreidingen of verbeteringen die naar verwachting in de periode tot en met<br />

2017 beschikbaar zullen komen voor gebruik. Het overzicht geeft mutaties weer van zowel de<br />

omvang als de functionaliteit van het <strong>net</strong>. Het overzicht wordt gegeven onder voorbehoud van<br />

wijzigingen die het gevolg zijn van herprioritering door ontwikkelingen die buiten de invloed van<br />

<strong>ProRail</strong> liggen.<br />

b) Daarnaast is een overzicht gegeven van studies van <strong>ProRail</strong> naar veranderingen in de<br />

infrastructuur die nodig zijn voor het opvangen van de verkeersontwikkeling op middellange<br />

termijn (<strong>2013</strong>-2020).<br />

Het projectenoverzicht wordt regelmatig geactualiseerd. De meest recente versie is steeds te vinden<br />

op de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > infrastructuur).<br />

5.1.4 Nieuwe informatiediensten<br />

<strong>ProRail</strong> heeft geen nieuwe informatiediensten in ontwikkeling.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 59


5.2 Dienstengroep ‘Netwerk en Treinpad’<br />

Deze dienstengroep betreft alle diensten om capaciteit ten behoeve van treinverkeer op het hoofdspoorweginfrastructuur<br />

en overige spoorweginfrastructuur in beheer bij <strong>ProRail</strong> te reserveren en te<br />

benutten. De volgende diensten worden aangeboden:<br />

1. Treinpad<br />

2. Bovenleiding<br />

3. Buitengewoon Vervoer<br />

5.2.1 Treinpad<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Gebruik van treinpaden<br />

Het gebruik van treinpaden volgens het verkregen recht op treinpaden uit het<br />

capaciteitsverdelingsproces, plus de onderdelen van het minimumtoegangspakket<br />

zoals genoemd in bijlage II bij richtlijn 2001/14/EG:<br />

a. de behandeling van aanvragen voor infrastructuurcapaciteit 79 ; ten behoeve<br />

daarvan worden de diensten met betrekking tot de applicaties DONNA, EMMA,<br />

RADAR, ISVL en ‘Path Coordination System’ beschikbaar gesteld, zoals<br />

omschreven in § 5.6.2 t/m 5.6.6.<br />

b. de reservering van capaciteit volgens de overeengekomen capaciteitsverdeling;<br />

c. het gebruik van sporen op baanvakken en stations voor trein- en<br />

rangeerbewegingen en voor stilstaand gebruik voor zover dat nodig is in<br />

verband met de verkeersafwikkeling (voorbijrijding, rijrichtingwisseling,<br />

enzovoort) volgens de overeengekomen capaciteitsverdeling of de bijsturing<br />

daarvan; daarnaast ook het stilstaand gebruik van perronsporen voor zover<br />

nodig voor het in- of uitstappen van reizigers en/of het laden of lossen van te<br />

vervoeren goederen alsmede het stilstaand gebruik van sporen niet zijnde<br />

perronsporen gedurende ten hoogste 3 uren voorafgaand en/of volgend op een<br />

trein- of rangeerbeweging;<br />

d. de verkeersleiding voor zowel centraal als niet-centraal bediende gebieden,<br />

met inbegrip van het gebruik van de telecommunicatiediensten<br />

Spoorwegveiligheid, zoals omschreven als ‘primaire toepassing’ in § 5.6.12;<br />

e. de levering van informatie die nodig is om de treindienst waarvoor capaciteit is<br />

aangevraagd uit te voeren, via onder meer de dienst met betrekking tot Infra-<br />

Atlas, type 1/2 (zie § 5.6.1), de dienst met betrekking tot wegwijzers (zie §<br />

5.6.10), de dienst ‘Tijdelijke snelheidsbeperkingen’ (zie § 5.6.13) en de dienst<br />

‘Vergunningen Beheer Systeem’ (zie § 5.6.14);<br />

f. de levering van informatie over de lopende treindienstafwikkeling aan de<br />

spoorwegonderneming via onder meer de dienst Reis- en verkeersinformatie,<br />

type 1a/b (zie § 5.4.1) en de dienst met betrekking tot de applicatie ISVL (zie §<br />

5.6.5);<br />

g. de levering van informatie, standaard databestand, over de feitelijke realisatie<br />

van de treindienst via onder meer de dienst met betrekking tot realisatie / feiten<br />

(zie § 5.6.15) en de dienst met betrekking tot monitoring (zie § 5.6.16);<br />

h. de diensten van de calamiteitenorganisatie van <strong>ProRail</strong> voor de alarmering, de<br />

bereddering en het baanvrij maken na opgetreden ongevallen en<br />

onregelmatigheden, alsmede de hersporing van spoorvoertuigen en het<br />

overbrengen van beschadigde spoorvoertuigen naar een veilige plaats waar zij<br />

geen hinder voor het verkeer veroorzaken. Hieronder valt ook de integrale<br />

coördinatie van de activiteiten van spoorwegondernemingen daarbij, alsmede<br />

de afstemming met het bevoegd gezag en met de overheidshulpdiensten<br />

(inzetkosten zijn voor rekening veroorzaker). De kosten van instandhouding<br />

van de calamiteitenorganisatie zijn inbegrepen in het tarief per treinkilometer.<br />

De inzetkosten worden aan veroorzaker in rekening gebracht.<br />

Deze dienst wordt aangeboden op hoofdspoorwegen.<br />

79<br />

Treinen die vallen onder de regeling van vrijstelling van gebruiksvergoeding (i.v.m. opdrachten van <strong>ProRail</strong>)<br />

kunnen alleen worden aangevraagd op basis van een door de aanvrager in VPT/Donna ingevoerde<br />

dienstregeling dan wel op aanvraag via ISVL.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 60


Aanvraag<br />

EU-categorie 80<br />

Tarief<br />

via capaciteitsverdelingsproces<br />

categorie 1 (minimumtoegangspakket)<br />

Het tarief is afhankelijk van de gewichtsklasse van de trein en bedraagt per<br />

treinkilometer:<br />

Gewichtsklasse<br />

Tarief<br />

tot en met 160 ton € 0,7700<br />

tussen 161 en 320 ton € 1,0950<br />

tussen 321 en 600 ton € 1,5300<br />

tussen 601 en 1.600 ton € 2,4500<br />

tussen 1.601 en 3.000 ton € 2,9500<br />

vanaf 3.001 ton € 3,2000<br />

Levertijd<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Kwaliteit<br />

De HSL-heffing (zie paragraaf 6.2) bedraagt € xx,xx 81 per treinkilometer.<br />

De inzetkosten van de calamiteitenorganisatie: werkelijke inzetkosten, per geval.<br />

volgens besteltermijnen van het capaciteitsverdelingsproces<br />

Aan gerechtigden die niet als spoorwegonderneming gekwalificeerd zijn, biedt<br />

<strong>ProRail</strong> uitsluitend de onderdelen a en b van het onder ‘omschrijving’ aangegeven<br />

deel van deze dienst.<br />

De Operationele Voorwaarden (zie bijlage 6) zijn van toepassing.<br />

De dienst is beperkt tot gebruik met normaal verkeer, niet zijnde buitengewoon<br />

vervoer (zie onderdeel 1.2 van bijlage 6).<br />

Ter bevordering van doelmatig gebruik van de capaciteit van de hoofdspoorwegen<br />

kan toepassing van de prestatieregeling Stille Treinkilometers (zie bijlage 26)<br />

worden overeengekomen.<br />

Voor kwaliteit wordt een KPI gebruikt met de volgende grenswaarden:<br />

KPI 2012 <strong>2013</strong> 2014<br />

KPI Geleverde treinpaden door <strong>ProRail</strong><br />

voor alle reizigersvervoerders 98% 98% 98%<br />

5.2.2 Bovenleiding<br />

Dienst<br />

Gebruik van de bovenleiding<br />

Omschrijving<br />

Gebruik van de bovenleiding en alle andere door <strong>ProRail</strong> beheerde onderdelen van<br />

de tractie-energievoorziening.<br />

(voor de inkoop en afname van elektrische tractie-energie, zie paragraaf 5.7)<br />

Typen De tractie-energievoorzieningssystemen zijn vermeld in bijlage 18.<br />

Waar wordt de dienst Op geëlektrificeerde sporen, zie bijlage 18.<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

via Accountmanagement<br />

EU-categorie<br />

categorie 2 (toegang via het spoor tot voorzieningen)<br />

Tarief<br />

Het tarief is € 0,029029 per kWh.<br />

In het tarief zijn mede begrepen de transportkosten die <strong>net</strong>beheerders aan <strong>ProRail</strong><br />

in rekening brengen.<br />

80<br />

81<br />

conform bijlage II bij richtlijn 2001/14/EG<br />

voorlopig tarief wordt bepaald na vaststelling van de capaciteitsverdeling van de jaardienstregeling <strong>2013</strong><br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 61


Leveringsvoorwaarden De dienst wordt geleverd aanvullend op de dienst ‘Treinpad’.<br />

In het kader van de Elektriciteitswet 1998 is <strong>ProRail</strong> voor het beheer van het tractieenergie-voorzienings<strong>net</strong><br />

aangemerkt als “beheerder van een particulier <strong>net</strong>”. In die<br />

hoedanigheid verlangt <strong>ProRail</strong> van partijen die stroom afnemen van het tractieenergievoorzienings<strong>net</strong><br />

periodieke opgaven van het gerealiseerde en het verwachte<br />

elektriciteitsgebruik.<br />

Voorafgaand aan contractering van de dienst overlegt de spoorwegonderneming<br />

een prognose van de afname van elektrische tractie-energie voor de komende 5<br />

jaar, alsmede een verklaring conform de modelverklaring ‘verbruik en inkoop<br />

elektrische tractie-energie’ zoals nader beschreven in paragraaf 5.7 voor de inkoop<br />

en afname van elektrische tractie-energie.<br />

Gebruiksvoorwaarden Maximale stroomafname per baanvak zoals vermeld in bijlage 18.<br />

Kwaliteit<br />

Conform KPI treinpad.<br />

IJzelbestrijding is beperkt tot toepassing van beschikbare kortsluitschakelingen.<br />

5.2.3 Buitengewoon Vervoer<br />

Dienst<br />

Faciliteren van buitengewoon vervoer<br />

Omschrijving<br />

Standaardregelingen en maatwerkregelingen voor buitengewoon vervoer, zie<br />

paragraaf 2.5 en 4.7.<br />

Waar wordt de dienst Deze dienst wordt aangeboden op hoofdspoorwegen.<br />

geleverd<br />

Aanvraag via One Stop Shop (paragraaf 1.9.1)<br />

EU-categorie<br />

categorie 3 (aanvullende dienst)<br />

Tarief<br />

voor standaardregelingen: inbegrepen in de vergoeding voor de dienst ‘Treinpad’;<br />

voor maatwerkregelingen: werkelijke kosten, per geval overeen te komen<br />

Levertijd<br />

zie onderdeel 1.2 van bijlage 6 ‘Operationele Voorwaarden’<br />

Leveringsvoorwaarden zie onderdeel 1.2 van bijlage 6 ‘Operationele Voorwaarden’<br />

Gebruiksvoorwaarden zie onderdeel 1.2 van bijlage 6 ‘Operationele Voorwaarden’<br />

5.3 Dienstengroep ‘Transfer’<br />

Deze dienstengroep betreft de diensten die aangeboden worden om transfer van reizigers mogelijk te<br />

maken. In nauwere zin betreft deze dienstengroep de toegang tot en het gebruik van voorzieningen op<br />

stations.<br />

5.3.1 Transferruimte<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

EU-categorie<br />

Faciliteren van transferstromen en wachten op stations.<br />

<strong>ProRail</strong> biedt voldoende infrastructurele voorzieningen om de transfer van reizigers<br />

• van buiten het station naar de treinen en vice versa<br />

• tussen treinen (overstappen)<br />

op een comfortabele, snelle en veilige manier mogelijk te maken.<br />

Daarnaast biedt <strong>ProRail</strong> voldoende voorzieningen om comfortabel wachten op de<br />

aankomst van een trein mogelijk te maken.<br />

Onder comfortabel wordt tevens verstaan: in een schone en sociaal veilige<br />

omgeving.<br />

Op de stations zoals vermeld in bijlage 25 (met stationsklasse-indeling).<br />

categorie 2 (toegang per spoor tot voorzieningen)<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 62


Tarief<br />

Het tarief is afhankelijk van:<br />

• de stationsklasse; voor de definitie van de te onderscheiden stationsklassen<br />

(kathedraal / mega / plus / basis / halte) zie § 6.3.2, indeling per station volgens<br />

bijlage 25;<br />

• de treinhalteringscode; voor de definitie van de te onderscheiden<br />

treinhalteringscodes (A / B / C) zie § 6.3.2<br />

en bedraagt per haltering:<br />

Stationsklasse<br />

Tarief<br />

Treinhalteringscode<br />

A B C<br />

kathedraal € 4,19 € 5,58 € 6,98<br />

mega € 2,90 € 3,87 € 4,84<br />

plus € 2,22 € 2,97 € 3,71<br />

basis € 1,48 € 1,98 € 2,47<br />

halte € 0,67 € 0,89 € 1,11<br />

Kwaliteit<br />

Voor de kwaliteit van reinheid en sociale veiligheid worden KPI’s gebruikt met de<br />

volgende grenswaarden:<br />

KPI 2012 <strong>2013</strong> 2014<br />

KPI Sociale veiligheid transfer ovedag 90% ≥ 7 90% ≥ 7 90% ≥ 7<br />

KPI Sociale veiligheid transfer ’s avonds 59% ≥ 7 59% ≥ 7 59% ≥ 7<br />

KPI Reinheid transfer 55% ≥ 7 55% ≥ 7 55% ≥ 7<br />

Toelichting: 90% ≥ 7 betekent dat 90% van de reizigers een rapportcijfer van 7 of<br />

hoger geeft.<br />

5.4 Dienstengroep ‘Reisinformatie’<br />

5.4.1 Reis- en verkeersinformatie<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Het informeren van spoorwegondernemingen, reizigers en het publiek over de<br />

actuele status van de beschikbaarheid van het spoorweg<strong>net</strong> en over de uitvoering<br />

van de dienstregeling.<br />

<strong>ProRail</strong> kan diverse kanalen met informatie voeden over bijzonderheden op het<br />

spoorweg<strong>net</strong> en over de actuele treindienst. Voorbeelden zijn NOS-Teletekst,<br />

informatieproviders zoals ANWB en de Verkeersinformatiedienst.<br />

Ook biedt <strong>ProRail</strong> de mogelijkheid voor een datastroom met deze informatie,<br />

waarmee de spoorwegonderneming haar eigen systemen kan voeden.<br />

<strong>ProRail</strong> kan reizigers op de stations informeren over bijzonderheden op het<br />

spoorweg<strong>net</strong> en over de actuele treindienst. Dit geschiedt audiovisueel, in de<br />

stationshal en op de perrons via de in de stations aanwezige<br />

reisinformatiemiddelen.<br />

Op stations zijn, afhankelijk van de omvang, één of meer van de volgende<br />

reisinformatiemiddelen beschikbaar:<br />

• omroepinstallatie<br />

• presentatiemiddelen in stationshallen<br />

• presentatiemiddelen op perrons.<br />

De medewerkers reisinformatie van <strong>ProRail</strong> zijn speciaal opgeleid en geëquipeerd<br />

om reisinformatie om te roepen op stations en de presentatiemiddelen te bedienen.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 63


Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Levertijd<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Kwaliteit<br />

Standaard wordt bij deze dienst geleverd:<br />

1a. Het voeden van NOS-Teletekst en informatieproviders zoals ANWB en<br />

Verkeersinformatiedienst ten behoeve van spoorwegondernemingen, reizigers<br />

en het publiek.<br />

1b. Het verstrekken van managementrapportages over voor de<br />

verkeersafwikkeling relevante gebeurtenissen op het spoorweg<strong>net</strong>.<br />

De volgende opties zijn mogelijk (gericht op reizigersvervoerders):<br />

2. Het op verzoek van spoorwegonderneming verstrekken van reisinformatie aan<br />

reizigers op de stations door:<br />

• Het verstrekken van informatie over bestemmingen, treintypen,<br />

vertrektijden en perrons via de presentatiemiddelen in stationshallen en op<br />

de perrons.<br />

• Het omroepen van informatie over actuele vertrektijden en perrons in het<br />

geval van afwijkingen van de dienstregeling. <strong>ProRail</strong> levert dit onderdeel<br />

van deze dienst conform overeen te komen specificaties.<br />

3. Een dienstverlening op maat, waarvoor een offerte aangevraagd kan worden.<br />

Voorbeelden:<br />

• Een interface naar eigen systemen met actuele informatie omtrent het<br />

spoorweg<strong>net</strong> en/of de uitvoering van de dienstregeling.<br />

• De verzorging van informatieverstrekking over de dienstregeling via<br />

bepaalde kanalen, bijv. via Teletekst.<br />

• De uitbreiding van reisinformatiemiddelen op een station of de bediening<br />

hiervan.<br />

1a. Via de media zoals genoemd bij type 1.<br />

1b. Via e-mail.<br />

2. Audioberichten worden geleverd op alle stations in Nederland, visuele<br />

berichten worden geleverd op de stations met meer dan 1.000 in- en<br />

uitstappers per dag. Vorm en hoeveelheid presentatiemiddelen is afhankelijk<br />

van de grootte van het station.<br />

3. Op aanvraag.<br />

via Accountmanagement<br />

1a/b categorie 1 (minimumtoegangspakket)<br />

2. categorie 3 (aanvullende dienst)<br />

3. categorie 4 (ondersteunende dienst)<br />

1a/b onderdeel van treinkilometertarief van dienst ‘Treinpad’<br />

2. op aanvraag<br />

3. op aanvraag, maatwerk<br />

1a. per direct<br />

1b. binnen 1 maand<br />

2. binnen 1 maand op stations waar op dit moment geleverd wordt, in andere<br />

gevallen op aanvraag<br />

3. op aanvraag<br />

1a. Geen specifieke leveringsvoorwaarden.<br />

1b. Specifiek voor deze dienst:<br />

• De gegevens (of bewerkingen van deze gegevens) mogen alleen worden<br />

gebruikt voor het actueel informeren van klanten en medewerkers.<br />

• De gegevens mogen inhoudelijk niet worden aangepast.<br />

• De gegevens mogen niet worden gebruikt voor een ander doel dan<br />

waarvoor <strong>ProRail</strong> ze ter beschikking heeft gesteld; het competitief gebruik<br />

van deze gegevens is niet toegestaan.<br />

• Er moet een bronvermelding “Bron: <strong>ProRail</strong>” worden vermeld.<br />

2. Geen specifieke leveringsvoorwaarden.<br />

3. Leveringsvoorwaarden conform offerte.<br />

geen<br />

1a. niet van toepassing<br />

1b. op basis van behoefte<br />

2. conform overeen te komen specificaties<br />

3. conform offerte<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 64


5.5 Dienstengroep ‘Emplacementen’<br />

Deze dienstengroep betreft het opstellen van reizigers- en goederentreinen op emplacementen en het<br />

gebruik van de bijbehorende voorzieningen.<br />

De diensten die worden aangeboden op emplacementen betreffen toegang tot en het gebruik van:<br />

1. Opstel- en rangeersporen<br />

alsmede van:<br />

2. Laad- en losplaatsen<br />

3. Tankinstallaties<br />

4. Depotvoedingen<br />

5. Treinvoorverwarming<br />

6. Vulhydranten<br />

7. Servicekasten<br />

8. Rembeproevingskasten<br />

9. In- en uitstapvoorzieningen<br />

10. Servicepaden en -wegen<br />

11. Fecaliënafvoer<br />

Voorts zijn emplacementen uitgerust met voorzieningen om te voldoen aan de uit wet voortvloeiende<br />

eisen met betrekking tot verlichting, afsluiting en bereikbaarheid van sporen.<br />

5.5.1 Opstel- en rangeersporen<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Gebruik van opstel- en rangeersporen<br />

Deze dienst betreft het gebruik van sporen gedurende een aaneengesloten periode<br />

van 3 uur of meer, ten behoeve van het opstellen, rangeren, tanken, laden en<br />

lossen, inspecteren en verzorgen van materieel ten behoeve van reizigers- en<br />

goederentreinen.<br />

Er wordt onderscheid gemaakt tussen sporen die wel, respectievelijk die niet zijn<br />

opgenomen in de beveiliging van centraal bediende gebieden.<br />

op emplacementen en perronsporen<br />

via het capaciteitsverdelingsproces<br />

categorie 2 (toegang per spoor tot voorzieningen)<br />

Het basistarief bedraagt per meter opstelspoor per jaar:<br />

• € 52,38 voor in de beveiliging opgenomen opstelsporen in centraal bediend<br />

gebied<br />

• € 39,97 voor niet in de beveiliging opgenomen opstelsporen.<br />

Het basistarief wordt gebruiksduur-afhankelijk vermenigvuldigd met een factor:<br />

Staffel Tijdsduur<br />

Tarief<br />

1* voor alle dagen van het<br />

basistarief<br />

dienstregelingjaar<br />

2 voor een afzonderlijke dag basistarief * 250% / 365<br />

* Voor een periode tot het einde van het dienstregelingjaar, geldt het tarief naar<br />

rato van het aantal dagen in die periode.<br />

Er wordt voor verdeelde capaciteit een reserveringsvergoeding van 25% van de<br />

geraamde lasten in rekening gebracht. Deze wordt verrekend met de daadwerkelijk<br />

verschuldigde gebruiksvergoeding (indien hoger dan de reserveringsvergoeding).<br />

Verrekening vindt plaats per spoor. Er is geen verrekening mogelijk met andere<br />

sporen. Het is mogelijk capaciteit terug te geven; met inachtneming van een<br />

opzegtermijn van één maand.<br />

Wanneer het gebruiksrecht van een spoor aan meerdere spoorwegondernemingen<br />

wordt verdeeld (timesharing) wordt de gebruiksvergoeding over de betrokken<br />

ondernemingen in gelijke delen aangerekend. Dit geldt alleen voor<br />

jaardienstaanvragen die alle dagen van het dienstregelingjaar betreffen.<br />

Als door incidentele werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen c.q.<br />

calamiteiten gebruik moet worden gemaakt van opstelsporen waarvoor geen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 65


Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

gebruiksrecht is verworven dan wel opstelsporen waar wel een gebruiksrecht voor<br />

is verworven niet gebruikt kunnen worden, vindt geen verrekening plaats.<br />

Als bij concurrerende aanvragen tussen opstelcapaciteit en het onderhoudsrooster<br />

tijdens de coördinatie van de jaardienst vervangende capaciteit wordt<br />

overeengekomen dan wordt het tarief van het gebruiksrecht gebaseerd op de<br />

oorspronkelijke aanvraag.<br />

Het maandtermijnbedrag voor het gebruiksrecht opstellen wordt bepaald op basis<br />

van de jaardienstverdeling (“bedrag B”), gedeeld door 12. Bij wijziging van de<br />

overeengekomen opstelcapaciteit wordt het eerder berekende verschuldigde<br />

gebruiksvergoedingsbedrag over het gehele dienstregelingjaar (“bedrag A”)<br />

herberekend op basis van de fictie dat de informatie over de overeengekomen<br />

opstelcapaciteit reeds vóór het sluiten van de overeenkomst bekend zou zijn<br />

geweest. Een verschil tussen “bedrag A” en “bedrag B” wordt in één keer<br />

gefactureerd in de eerstvolgende maandfactuur.<br />

De gebruiksvergoeding voor de dienst omvat mede de gebruiksvergoeding voor de<br />

navolgende diensten met betrekking tot het gebruik van voorzieningen die bij<br />

uitgave van de <strong>Netverklaring</strong> beschikbaar zijn bij de sporen:<br />

• ‘Depotvoedingen’ (incl. levering van energie, zie § 5.5.4) en<br />

‘Treinvoorverwarming’ (zie § 5.5.5).<br />

• ‘Vulhydranten’ (zie § 5.5.6) en ‘Servicekasten’ ten behoeve van inwendige<br />

materieelreiniging (incl. levering van water en energie, zie § 5.5.7).<br />

• ‘Rembeproevingskasten’ (zie § 5.5.8).<br />

• ‘Laad- en losplaatsen’ (zie § 5.5.2) en ‘Servicepaden en –wegen’ (zie § 5.5.10).<br />

• ‘In- en uitstapvoorzieningen’ (zie § 5.5.9).<br />

NB de gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Fecaliënafvoer’ is NIET inbegrepen (zie<br />

§ 5.5.11).<br />

De dienst wordt alleen geleverd in combinatie met de dienst ‘Treinpad’.<br />

De Operationele Voorwaarden (zie bijlage 6) zijn van toepassing.<br />

<strong>ProRail</strong> kan voorwaarden stellen aan het uitvoeren van werkzaamheden in/aan<br />

spoorvoertuigen op de opstel- en rangeersporen; zulke voorwaarden komen voort<br />

uit :<br />

• eisen met betrekking tot de veiligheid;<br />

• het voorkomen van hinder voor andere gebruikers;<br />

• het beschermen van assets van <strong>ProRail</strong>;<br />

• de vigerende wettelijke bepalingen (waar onder omgevingsvergunning).<br />

Het gebruik van opstel- en rangeersporen met bepaalde categorieën voertuigen<br />

en/of ladingen kan onderworpen zijn aan beperkingen vanwege de milieuwetgeving.<br />

De op basis van de capaciteitsvraag verkregen omgevingsvergunning is het<br />

wettelijk kader waaraan de capaciteitsaanvragen worden getoetst. Alle vigerende<br />

omgevingsvergunningen voor emplacementen zijn te raadplegen via het<br />

vergunningenbeheerssysteem. De gerechtigde vindt hierin alle bepalingen,<br />

waaraan hij zich dient te houden.<br />

Op de laad- en losplaatsen en op de wegen op emplacementen mogen alleen<br />

wegvoertuigen en mobiele gereedschappen worden ingezet die zonder<br />

beperkingen op openbare wegen toegelaten zijn. Inzet van overige voertuigen en<br />

mobiele gereedschappen aldaar dient overeengekomen te worden met <strong>ProRail</strong>.<br />

5.5.2 Laad- en losplaatsen<br />

Dienst<br />

Gebruik van openbare laad- en losplaatsen<br />

Omschrijving<br />

Gebruik van openbare faciliteiten om goederen van vrachtauto naar trein over te<br />

slaan of omgekeerd; de faciliteit omvat tenminste een verhard en direct naast een<br />

spoor gelegen terrein met aansluiting aan de openbare weg.<br />

Typen • Laad- en losplaatsen zonder beperkingen<br />

• Laad- en losplaatsen met milieu-, fysieke of capacitaire beperkingen<br />

Waar wordt de dienst De voor gebruik beschikbare laad- en losplaatsen zijn vermeld in bijlage 21.<br />

geleverd<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 66


Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

via Accountmanagement<br />

categorie 2 (toegang per spoor tot voorzieningen)<br />

De vergoeding voor het gebruik van de bij bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong><br />

beschikbare laad- en losplaatsen is inbegrepen in de gebruiksvergoeding voor de<br />

dienst ‘Opstel- en rangeersporen’.<br />

<strong>ProRail</strong> behoudt zich het recht voor om het gebruik van andere dan de bij<br />

bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong> beschikbare laad- en losplaatsen aan te<br />

bieden tegen afwijkende (tarief)voorwaarden.<br />

Gebruik van de openbare laad- en losplaats vindt plaats met inachtneming van de<br />

plaatselijk toepasselijke omgevingsvergunning.<br />

Op de laad- en losplaats mogen alleen wegvoertuigen en mobiele gereedschappen<br />

worden ingezet die zonder beperkingen op openbare wegen toegelaten zijn. Inzet<br />

van overige voertuigen en mobiele gereedschappen dient overeengekomen te<br />

worden met <strong>ProRail</strong>.<br />

5.5.3 Tankinstallaties<br />

<strong>ProRail</strong> biedt diensten aan met betrekking tot tankinstallaties. Er is onderscheid gemaakt tussen:<br />

1. gebruik van tankinstallaties;<br />

2. exploitatie van een tankinstallatie.<br />

5.5.3.1 Gebruik tankinstallaties<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

Tarief<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Het gebruik van tankinstallaties<br />

Gebruik van tankinstallaties voor het innemen van brandstof in tractievoertuigen.<br />

(voor de levering van brandstof, zie paragraaf 5.7)<br />

niet van toepassing<br />

De tankinstallaties zijn vermeld in bijlage 22.<br />

via Accountmanagement<br />

De vergoeding voor het gebruik van de tankinstallatie Sloe is inbegrepen in de<br />

gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Opstel- en rangeersporen’; voor het gebruik van<br />

de overige tankinstallaties zie VIVENS-informatie, § 5.7.<br />

<strong>ProRail</strong> behoudt zich het recht voor om het gebruik van andere dan de bij<br />

bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong> beschikbare tankinstallaties aan te bieden<br />

tegen afwijkende (tarief)voorwaarden.<br />

De exploitant van de tankinstallatie(s) kan aanvullend voorwaarden stellen omtrent<br />

het gebruik van de tankinstallatie(s), met betrekking tot bijvoorbeeld<br />

vooraanmelding en tijdvakken waarin aflevering kan plaatsvinden.<br />

5.5.3.2 Exploitatie tankinstallatie<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

Tarief<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

De exploitatie van een tankinstallatie<br />

Gebruik van een tankinstallatie ten behoeve van brandstofbevoorrading in het<br />

bedrijfsproces van de exploitant, alsmede ten behoeve van de exploitatie van<br />

brandstoflevering aan derden.<br />

niet van toepassing<br />

De tankinstallaties die vermeld zijn in bijlage 22, met uitzondering van de<br />

tankinstallatie op het emplacement Sloe.<br />

via Accountmanagement<br />

Het gebruiksrecht ten behoeve van exploitatie van een tankinstallatie wordt tegen<br />

een nihil-vergoeding verleend, in combinatie met verplichtingen tot dagelijks beheer<br />

en tot het aanbieden van brandstoflevering via de tankinstallatie aan derden.<br />

De tankinstallaties worden geëxploiteerd door leden van VIVENS (zie paragraaf<br />

5.7). Per tankinstallatie kan steeds slechts één onderneming als exploitant<br />

optreden.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 67


Gebruiksvoorwaarden<br />

Het gebruiksrecht ten behoeve van exploitatie van een tankinstallatie wordt<br />

verleend onder voorwaarden met betrekking tot het dagelijks beheer en met<br />

betrekking tot levering via de tankinstallatie aan derden.<br />

5.5.4 Depotvoedingen<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

Tarief<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Gebruik van depotvoedingen<br />

Gebruik van energievoorziening voor niet-tractiegebonden elektrische<br />

treinsystemen inclusief de levering van energie.<br />

wandcontactdoos<br />

(overwegend type CEE 3-polig voor 230 V en type CEE 5-polig voor 400 V)<br />

<strong>ProRail</strong> biedt verschillende typen aan:<br />

• 230 V, 1-fase AC, diverse stroomsterkten;<br />

• 400 V, 3-fasen AC, diverse stroomsterkten.<br />

Gehele <strong>net</strong>. Per emplacement is op aanvraag informatie beschikbaar, bij welke<br />

sporen de dienst wordt geleverd.<br />

via Accountmanagement<br />

De vergoeding voor het gebruik van de bij bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong><br />

beschikbare depotvoedingen is inbegrepen in de gebruiksvergoeding voor de dienst<br />

‘Opstel- en rangeersporen’.<br />

Spoorwegondernemingen dienen zelf zorg te dragen voor de benodigde<br />

aansluitkabels en breekkoppelingen.<br />

<strong>ProRail</strong> behoudt zich het recht voor om het gebruik van andere dan de bij<br />

bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong> beschikbare depotvoedingen aan te bieden<br />

tegen afwijkende (tarief)voorwaarden.<br />

Gebruik van depotvoeding is exclusief aansluitkabels voor materieel.<br />

5.5.5 Treinvoorverwarming<br />

Dienst<br />

Gebruik van treinvoorverwarming<br />

Omschrijving<br />

Gebruik van energievoorziening ten behoeve van climatisering van materieel en<br />

niet-tractiegebonden elektrische treinsystemen.<br />

(voor de levering van elektrische energie, zie paragraaf 5.7)<br />

Voorziening<br />

contactdoos met 1500 V van de bovenleiding<br />

Typen • vaste wandcontactdoos, 1500 V<br />

• flexibele contactdoos, 1500 V<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Gehele <strong>net</strong>. Per emplacement is op aanvraag informatie beschikbaar, bij welke<br />

sporen de dienst wordt geleverd.<br />

Aanvraag<br />

via Accountmanagement<br />

Tarief<br />

De vergoeding voor het gebruik van de bij bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong><br />

beschikbare treinvoorverwarmingsaansluitingen is inbegrepen in de<br />

gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Opstel- en rangeersporen’.<br />

Leveringsvoorwaarden <strong>ProRail</strong> behoudt zich het recht voor om het gebruik van andere dan de bij<br />

bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong> beschikbare depotvoedingen aan te bieden<br />

tegen afwijkende (tarief)voorwaarden.<br />

Gebruiksvoorwaarden geen specifieke gebruiksvoorwaarden<br />

5.5.6 Vulhydranten<br />

Dienst<br />

Gebruik van vulhydranten<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 68


Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

Tarief<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Gebruik van wateraansluitingen voor het vullen van materieelreservoirs inclusief de<br />

levering van water.<br />

Tevens kan de vulhydrant benut worden om met een slang met borstelgarnituur de<br />

cabineruit te reinigen.<br />

hydrant (watervulpunt)<br />

Kraan met aansluiting voor een waterslang. Deze kunnen:<br />

• gelegen zijn in een verzonken put voorzien van een bovendeksel op<br />

looppadniveau;<br />

• geïntegreerd zijn in een kast, waarbij de aansluiting op heupniveau zit.<br />

Gehele <strong>net</strong>. Per emplacement is op aanvraag informatie beschikbaar, bij welke<br />

sporen de dienst wordt geleverd.<br />

via Accountmanagement<br />

De vergoeding voor het gebruik van de bij bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong><br />

beschikbare vulhydranten is inbegrepen in de gebruiksvergoeding voor de dienst<br />

‘Opstel- en rangeersporen’.<br />

<strong>ProRail</strong> behoudt zich het recht voor om het gebruik van andere dan de bij<br />

bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong> beschikbare vulhydranten aan te bieden tegen<br />

afwijkende (tarief)voorwaarden.<br />

Gebruik van vulhydranten is exclusief waterslangen.<br />

5.5.7 Servicekasten<br />

Dienst<br />

Gebruik van servicekasten<br />

Omschrijving<br />

Gebruik van warm water, koud water, spoelbak en wandcontactdoos ten behoeve<br />

van het inwendig reinigen van materieel, inclusief de levering van energie en water.<br />

Voorziening<br />

kranen voor warm en koud water, spoelbak en wandcontactdoos<br />

Typen • servicekasten met warm water (via ingebouwde boiler)<br />

• servicekasten met koud water<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Gehele <strong>net</strong>. Per emplacement is op aanvraag informatie beschikbaar, bij welke<br />

sporen de dienst wordt geleverd.<br />

Aanvraag<br />

via Accountmanagement<br />

Tarief<br />

De vergoeding voor het gebruik van de bij bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong><br />

beschikbare servicekasten is inbegrepen in de gebruiksvergoeding voor de dienst<br />

‘Opstel- en rangeersporen’.<br />

Leveringsvoorwaarden <strong>ProRail</strong> behoudt zich het recht voor om het gebruik van andere dan de bij<br />

bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong> beschikbare servicekasten aan te bieden tegen<br />

afwijkende (tarief)voorwaarden.<br />

Gebruiksvoorwaarden Afvalwater dient te voldoen aan vigerende milieuwetgeving. De<br />

spoorwegonderneming wordt geacht bij te dragen aan het vuilvrij houden van de<br />

spoelbak.<br />

5.5.8 Rembeproevingskasten<br />

Dienst<br />

Gebruik van rembeproevingskasten<br />

Omschrijving<br />

Gebruik van persluchtaansluitingen voor het testen van remsystemen van<br />

materieel.<br />

Voorziening<br />

afnamepunt voor perslucht, en luchtslangen<br />

Typen • op afstand bedienbaar<br />

• niet op afstand bedienbaar<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Gehele <strong>net</strong>. Per emplacement is op aanvraag informatie beschikbaar, bij welke<br />

sporen de dienst wordt geleverd.<br />

Aanvraag<br />

via Accountmanagement<br />

Tarief<br />

De vergoeding voor het gebruik van de bij bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong><br />

beschikbare rembeproevingskasten is inbegrepen in de gebruiksvergoeding voor de<br />

dienst ‘Opstel- en rangeersporen’.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 69


Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

<strong>ProRail</strong> behoudt zich het recht voor om het gebruik van andere dan de bij<br />

bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong> beschikbare rembeproevingskasten aan te<br />

bieden tegen afwijkende (tarief)voorwaarden.<br />

geen specifieke gebruiksvoorwaarden<br />

5.5.9 In- en uitstapvoorzieningen<br />

Dienst<br />

Gebruik van geleiding voor in- en uitstapvoorzieningen<br />

Omschrijving<br />

Gebruik van geleiding voor verrijdbare opstapbordessen.<br />

Typen • geleiding via molgoot<br />

• geleiding via buis<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Gehele <strong>net</strong>. Per emplacement is op aanvraag informatie beschikbaar, bij welke<br />

sporen de dienst wordt geleverd.<br />

Aanvraag<br />

via Accountmanagement<br />

Tarief<br />

De vergoeding voor het gebruik van de bij bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong><br />

beschikbare in- en uitstapvoorzieningen is inbegrepen in de gebruiksvergoeding<br />

voor de dienst ‘Opstel- en rangeersporen’.<br />

Leveringsvoorwaarden <strong>ProRail</strong> behoudt zich het recht voor om het gebruik van andere dan de bij<br />

bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong> beschikbare in- en uitstapvoorzieningen aan te<br />

bieden tegen afwijkende (tarief)voorwaarden.<br />

Gebruiksvoorwaarden Deze dienst omvat alleen de geleiding. <strong>ProRail</strong> kan voorwaarden stellen aan de<br />

vormgeving en maatvoering van verrijdbare opstapbordessen. De<br />

spoorwegonderneming wordt geacht bij te dragen aan het blad- en vuilvrij houden<br />

van de geleidingen.<br />

5.5.10 Servicepaden en -wegen<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

Tarief<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Gebruik van verharde servicepaden en -wegen<br />

Gebruik van verharde paden en wegen langs servicesporen ten behoeve van<br />

inwendige reiniging, vullen/legen reservoirs, inspectie en klein onderhoud van<br />

materieel.<br />

Vormen van verharding:<br />

• stelcon, minimum breedte 1 meter;<br />

• asfalt, minimum breedte 1,20 meter;<br />

• klinkers of stoeptegels, minimum breedte 1 meter<br />

• porfier.<br />

Servicepaden liggen overwegend op bovenkant dwarsligger hoogte, en<br />

voorkomend op bovenkant spoorstaaf hoogte.<br />

Gehele <strong>net</strong>. Per emplacement is op aanvraag informatie beschikbaar, bij welke<br />

sporen de dienst wordt geleverd.<br />

via Accountmanagement<br />

De vergoeding voor het gebruik van de bij bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong><br />

beschikbare servicepaden en -wegen is inbegrepen in de gebruiksvergoeding voor<br />

de dienst ‘Opstel- en rangeersporen’.<br />

<strong>ProRail</strong> behoudt zich het recht voor om het gebruik van andere dan de bij<br />

bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong> beschikbare servicepaden en -wegen aan te<br />

bieden tegen afwijkende (tarief)voorwaarden.<br />

<strong>ProRail</strong> kan voorwaarden stellen aan het gebruik van servicepaden en -wegen,<br />

bijvoorbeeld aslast en voertuigbreedte. De gebruiksmogelijkheden van<br />

servicepaden worden mede bepaald door het type verharding en de breedte.<br />

De spoorwegonderneming wordt geacht bij te dragen aan het begaanbaar houden<br />

(onder meer verwijderen van sneeuw, ijs en blad) van de servicepaden en -wegen.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 70


5.5.11 Fecaliënafvoer<br />

<strong>ProRail</strong> biedt diensten aan ten behoeve van fecaliënafvoer. Er is onderscheid gemaakt tussen:<br />

1. vaste fecaliënafvoer en<br />

2. mobiele fecaliënafvoer (trolleys).<br />

5.5.11.1 Vaste fecaliënafvoer<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

Tarief<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Gebruik van vaste fecaliënafvoer<br />

Gebruik van vaste fecaliënafvoer installatie voor het ledigen van gesloten<br />

toiletsystemen en het vullen met spoelwater.<br />

Afzuiginstallatie voor afvoer van fecaliën inclusief rioolaansluiting, en een<br />

wateraansluiting voor het vullen van het toiletsysteem.<br />

Vaste fecaliënafvoer installatie voor huishoudelijk afvalwater.<br />

op emplacementen Groningen en Leeuwarden<br />

via Accountmanagement<br />

De vergoeding voor het gebruik van de vaste fecaliënafvoervoorzieningen omvat<br />

(locatiespecifiek) de kosten in verband met beheer en instandhouding van de<br />

voorziening, alsmede (een deel van de) aanlegkosten. De hoogte van de<br />

vergoeding wordt mede bepaald door het aantal gebruikers van een voorziening.<br />

N.B. het gebruik van deze dienst is niet inbegrepen in de gebruiksvergoeding voor<br />

de dienst ‘Opstel- en rangeersporen’.<br />

<strong>ProRail</strong> behoudt zich het recht voor om het gebruik van andere dan de bij<br />

bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong> beschikbare fecaliënafvoer aan te bieden<br />

tegen afwijkende (tarief)voorwaarden.<br />

Afvalwater dient te voldoen aan vigerende milieuwetgeving.<br />

Tevens dient de spoorwegonderneming te zorgen voor een passende aansluiting<br />

van materieel op de afzuiginstallatie en wateraansluiting.<br />

5.5.11.2 Mobiele fecaliënafvoer<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

Tarief<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Gebruik van generieke voorzieningen voor mobiele fecaliënafvoer trolleys.<br />

Gebruik van door <strong>ProRail</strong> geboden voorzieningen voor fecaliënafvoer met<br />

servicetrolleys alsmede vullen met spoelwater.<br />

In de paragrafen 5.5.6 en 5.5.10 beschreven diensten (vulhydranten en<br />

servicepaden en –wegen), zo nodig aangevuld met rioolaansluiting en/of een<br />

containerplaats.<br />

zie voorziening<br />

Op emplacementen waar materieelservice wordt gefaciliteerd.<br />

via Accountmanagement<br />

De vergoeding voor het gebruik van een mobiele fecaliënafvoervoorziening omvat<br />

(locatiespecifiek) de kosten in verband met beheer en instandhouding van de<br />

voorziening, alsmede (een deel van de) aanlegkosten. De hoogte van de<br />

vergoeding wordt mede bepaald door het aantal gebruikers van een voorziening.<br />

Het gebruikstarief voor bestaande vulhydranten en servicepaden en –wegen is<br />

inbegrepen in de gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Opstel- en rangeersporen’.<br />

<strong>ProRail</strong> behoudt zich het recht voor om het gebruik van andere dan de bij<br />

bekendmaking van de <strong>Netverklaring</strong> beschikbare fecaliënafvoer aan te bieden<br />

tegen afwijkende (tarief)voorwaarden.<br />

Afvalwater dient te voldoen aan vigerende milieuwetgeving.<br />

Trolleys dienen te voldoen aan de lokaal toegestane afmetingen en aslasten.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 71


5.6 Dienstengroep ‘Informatie’<br />

De dienstengroep ‘Informatie’ kent verschillende diensten op het gebied van plannen dienstregeling,<br />

uitvoeren dienstregeling en performance analyse:<br />

1. Inzicht functionaliteit van spoorweginfrastructuur (Infra-Atlas)<br />

2. Planning en verdeling van infracapaciteit (Donna)<br />

3. Aanvragen en verdelen infracapaciteit op emplacementen en conflictafhandeling<br />

Jaardienstverdeling (EMMA)<br />

4. Verdeling buitendienststellingen (RADAR)<br />

5. Communicatiemiddel bij calamiteiten inclusief last-minute-verzoeken voor treinpaden (ISVL)<br />

6. Aanvragen en afstemmen internationale dienstregelingen (PCS)<br />

7. Inzicht actuele treinbewegingen (VIEW)<br />

8. Inzicht actuele treinbewegingen (VKL-IS)<br />

9. Inzicht actuele internationale treinbewegingen (TIS)<br />

10. Grafische weergave baanvakken voor machinist (Wegwijzers)<br />

11. Baanvideo’s voor opleiding machinisten<br />

12. Communicatie spoorwegveiligheid (GSM-R Voice)<br />

13. Tijdelijke snelheidsbeperkingen (TSB)<br />

14. Vergunningen Beheer Systeem (VBS)<br />

15. Inzicht realisatie treindienst: feiten (aantallen, punctualiteit, halteringen, enzovoort)<br />

16. Inzicht realisatie treindienst: oorzaken en impact van verstoringen (Monitoring)<br />

17. Inzicht realisatie treindienst: inzicht historische treinbewegingen (TOON)<br />

18. Het leveren van diverse meetgegevens (Quo Vadis)<br />

5.6.1 Inzicht functionaliteit van spoorweginfrastructuur (Infra-Atlas)<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Schematische weergave van de (toekomstige) infrastructuur van het spoor en<br />

de functionaliteiten hiervan (in Nederland)<br />

Deze dienst levert gegevens over de topologie en de railverkeerstechnische<br />

aankleding van het spoor. Onder topologie vallen objecten als wissels, stootjukken<br />

en spoortakken. Railverkeerstechnische aankleding bestaat onder andere uit<br />

seinen, spoorsecties, lassen en snelheidsborden.<br />

Het is ook mogelijk om de informatie visueel in te zien, door middel van kaarten op<br />

verschillend detailniveau (macro- of microniveau).<br />

Deze informatie biedt <strong>ProRail</strong> voor de actuele situatie, maar ook voor de<br />

toekomstige situatie, zodat in de lange termijnplanning geanticipeerd kan worden<br />

op wijzigingen in de infrastructuur.<br />

Voor een specifieke vraag kan <strong>ProRail</strong> ook gegevens op maat aanleveren.<br />

Voorziening<br />

Een of meerdere databestanden (tekstbestanden).<br />

De visuele weergave van de informatie verloopt door middel van autorisatie via<br />

inter<strong>net</strong>.<br />

Typen 1. Het ontvangen van data op basis van wensen van de spoorwegonderneming<br />

binnen de standaardlevering (zoals beschreven in IRS IAUF (Interface<br />

Requirement Specification Infra Atlas Uitwisselings formaat), de<br />

accountmanager kan hier meer informatie over verstrekken).<br />

2. Toegang tot een inter<strong>net</strong> applicatie ten behoeve van visuele weergave<br />

(kaarten).<br />

3. Daarnaast is maatwerk mogelijk, bijvoorbeeld een dwarsdoorsnede of een<br />

vraag die niet in de IRS IAUF beschreven staat.<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Deze dienst bevat al het spoor dat centraal bediend wordt door <strong>ProRail</strong> en diverse<br />

niet centraal bediende sporen (in Nederland).<br />

Aanvraag<br />

Typen 1 en 2 bij de Servicedesk Infra-informatie (infrainformatie@prorail.nl<br />

Type 3 via Accountmanagement.<br />

EU-categorie<br />

Typen 1 en 2: categorie 1 (minimumtoegangspakket)<br />

Type 3: categorie 4 (ondersteunende dienst).<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 72


Tarief<br />

Typen 1 en 2: inbegrepen in tarief treinpad (conform leveringsvoorwaarden van de<br />

dienst ‘Treinpad’, zie § 5.2.1)<br />

Type 3: op aanvraag.<br />

Levertijd<br />

op aanvraag, afhankelijk van specifieke wensen<br />

Leveringsvoorwaarden • Het vermenigvuldigen en/of openbaar maken aan, dan wel gebruik door of ten<br />

behoeve van derden of andere diensten of systemen is niet toegestaan.<br />

• De gegevens mogen niet inhoudelijk aangepast worden zodanig dat de<br />

aanpassingen strijdig zijn met de gegevens zoals deze zijn aangeleverd.<br />

• De gegevens mogen niet worden gebruikt voor een ander doel waarvoor<br />

<strong>ProRail</strong> ze beschikbaar stelt.<br />

Ten behoeve van de voorbereiding van de in te dienen aanvraag voor<br />

jaardienstcapaciteit wordt de dienst volgens type 1 en 2 ook beschikbaar gesteld in<br />

het kader van het capaciteitsverdelingsproces.<br />

Gebruiksvoorwaarden Type 1: De afnemer dient zelf zorg te dragen voor het inlezen van het databestand<br />

in zijn systeem.<br />

Type 2: Ms Office en Inter<strong>net</strong> Explorer.<br />

Type 3: nader overeen te komen.<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

Type 2: website 7 x 24 uur beschikbaar, 97% uptime tijdens kantooruren.<br />

De helpdesk is beschikbaar op werkdagen van 08.00 tot 17.00 uur. Service<br />

werkzaamheden vinden buiten kantooruren plaats.<br />

5.6.2 Planning en verdeling van infracapaciteit (Donna)<br />

Dienst<br />

Planning- en verdelingssysteem voor infracapaciteit<br />

Omschrijving<br />

Via deze dienst worden alle vormen van infragebruik (met uitzondering van<br />

stationair gebruik) gepland, aangevraagd en verdeeld voor zowel <strong>net</strong>werk- als<br />

knooppuntniveau.<br />

Donna wordt beschikbaar gesteld aan alle gerechtigden. In Donna kan de<br />

spoorwegonderneming zelf de planning maken en de capaciteit aanvragen, maar<br />

deze werkzaamheden kunnen ook uitbesteed worden aan een derde partij.<br />

Het verloop van de verdeling van capaciteitsaanvragen kan worden gevolgd en<br />

Donna geeft inzicht in de bezette of beschikbaar infracapaciteit tot afsluiting van de<br />

planning, 2 tot 4 etmalen vóór de verkeersdag.<br />

Daarnaast wordt een standaard interface aangeboden waarmee alle infragebruikers<br />

koppelingen tot stand kunnen brengen naar eigen systemen voor personeel,<br />

materieel inzet of management informatie.<br />

Voorziening<br />

Een autorisatie 82 (Donna UserAccount en een Citrix account, per gebruiker)<br />

waarmee toegang tot de applicatie verleend wordt, en de binnen de autorisatie<br />

geldende functionaliteiten gebruikt kunnen worden.<br />

Typen<br />

niet van toepassing<br />

Waar wordt de dienst niet van toepassing<br />

geleverd<br />

Aanvraag via de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > capaciteit / treinpaden ><br />

Donna > contact)<br />

EU-categorie • het behandelen van capaciteitsaanvragen exclusief het formuleren en<br />

inbrengen van capaciteitsaanvragen in het plansysteem: categorie 1<br />

(minimumtoegangspakket);<br />

• het formuleren en inbrengen van capaciteitsaanvragen in het plansysteem<br />

(facilitair plannen): categorie 3 (aanvullende dienst)<br />

Tarief • Toegang tot en gebruik van het systeem Donna en gebruik van standaard<br />

interface is inbegrepen in gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Treinpad’<br />

(conform leveringsvoorwaarden van de dienst ‘Treinpad’, zie § 5.2.1).<br />

• Het facilitair plannen wordt afgerekend tegen een nader overeen te komen op<br />

kosten gebaseerd tarief.<br />

Levertijd<br />

Voor de aanvraag van en toegang tot het planningssysteem is een maximale<br />

verwerkingtijd vastgesteld van 5 werkdagen.<br />

82<br />

Elke medewerker wordt voorzien in een RSA SecureID token zodat ingelogd kan worden op het <strong>ProRail</strong><br />

Netwerk.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 73


Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

Eventuele hardware aanpassingen: voor rekening gebruiker (bijvoorbeeld installatie<br />

van software voor Citrix, Adobe Acrobat Reader, eigen systemen geschikt maken<br />

voor standaard interface en/of uitbreiden van schijfruimte). Minimale hardware<br />

eisen: opvraagbaar via Functioneel Beheer <strong>ProRail</strong> (functioneel.beheer@prorail.nl).<br />

De dienst wordt ook beschikbaar gesteld in het kader van het capaciteitsverdelingsproces.<br />

Bij gebruik van Donna moet de door <strong>ProRail</strong> vastgestelde werkwijze worden<br />

gehanteerd.<br />

De applicatie is toegankelijk vanaf elke PC met een browser en een<br />

inter<strong>net</strong>verbinding.<br />

Beschikbaarheid applicatie: 7 x 24 uur (onder voorbehoud van nog te bepalen vaste<br />

momenten voor onderhoud).<br />

Beschikbaarheid ondersteunende diensten: tijdens werkdagen van 07:00 – 17:00<br />

uur.<br />

5.6.3 Aanvragen en verdelen infracapaciteit op emplacementen en<br />

conflictafhandeling Jaardienstverdeling (EMMA)<br />

Dienst<br />

Dienst voor het aanvragen en verdelen van infracapaciteit ten behoeve van het<br />

stationair gebruik op emplacementen en voor vastlegging van het proces van<br />

conflictafhandeling tijdens programmatie- en coördinatiefase van de<br />

Jaardienstverdeling en in de ad-hocfase.<br />

Omschrijving De dienst met betrekking tot EMMA wordt gebruikt voor de volgende 3<br />

toepassingen:<br />

1. Aanvragen van emplacementscapaciteit op CBG sporen en NCBG sporen. Het<br />

gaat hier om onder andere het gebruik van opstelsporen. Middels grafische<br />

weergaven wordt de spoorwegonderneming ondersteund in het aanvragen van<br />

de voor het productieproces benodigde emplacementscapaciteit.<br />

2. Vastleggen van conflicterende jaardienstaanvragen op emplacementen,<br />

baanvakken, verkeer/milieu en beheer/verkeer. De dienst geeft inzicht in het<br />

totaal van vastgestelde concurrentie op basis van het totaal van de jaardienst<br />

aanvragen.<br />

3. Vastlegging conflictafhandeling tijdens de programmatie en coördinatie: alle<br />

programmatievoorstellen worden vastgelegd in EMMA. Gedurende het hele<br />

proces van oplossing van conflicten kan de voortgang en de status hiervan<br />

gevolgd worden in EMMA. Tevens kunnen via EMMA eigen<br />

programmatievoorstellen voorgelegd worden aan betrokken partijen en de<br />

verdeler.<br />

Voorziening<br />

Toegang tot de applicatie EMMA door middel van een te verstrekken<br />

gebruikersnaam en wachtwoord.<br />

Typen<br />

niet van toepassing<br />

Waar wordt de dienst niet van toepassing<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

via: capaciteitsverdeling<strong>2013</strong>@prorail.nl<br />

EU-categorie<br />

categorie 1 (minimumtoegangspakket)<br />

Tarief<br />

Inbegrepen in vergoeding voor de dienst ‘Treinpad’ (conform leveringsvoorwaarden<br />

van de dienst ‘Treinpad’, zie § 5.2.1).<br />

Levertijd<br />

Voor de aanvraag van en toegang tot de applicatie is een maximale verwerkingtijd<br />

vastgesteld van 3 werkdagen.<br />

Leveringsvoorwaarden De dienst wordt ook beschikbaar gesteld in het kader van het capaciteitsverdelingsproces.<br />

Gebruiksvoorwaarden De applicatie is toegankelijk vanaf elke PC met een webbrowser.<br />

Beschikbaarheid / Beschikbaarheid applicatie: 7 x 24 uur (onder voorbehoud van nog te bepalen vaste<br />

Betrouwbaarheid momenten voor onderhoud. )<br />

Beschikbaarheid ondersteunende diensten: tijdens werkdagen van 08:00 – 17:00<br />

uur.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 74


5.6.4 Verdeling buitendienststellingen (RADAR)<br />

Dienst<br />

Verdeling buitendienststellingen<br />

Omschrijving<br />

In deze dienst worden alle vormen van buitendienststellingen aangevraagd en<br />

verdeeld voor zowel <strong>net</strong>werk- als knooppuntniveau. De geplande capaciteit wordt<br />

getoetst op conflicten met overige capaciteit, verdelingnormen.<br />

RADAR wordt beschikbaar gesteld aan alle Infragebruikers en de verdeler.<br />

In RADAR kan het verloop van de verdeling van de capaciteitsaanvragen van<br />

buitendienststellingen worden gevolgd en heeft de spoorwegonderneming te allen<br />

tijde inzicht in de verdeelde capaciteit ten behoeve van beheer.<br />

Daarnaast wordt een standaard interface aangeboden waarmee alle infragebruikers<br />

koppelingen tot stand kunnen brengen naar eigen systemen voor personeel,<br />

materieel inzet of management informatie.<br />

Voorziening<br />

Een autorisatie (RADAR inlognaam en wachtwoord per gebruiker of<br />

gebruikersgroep) waarmee toegang tot de applicatie verleend wordt, en de binnen<br />

de autorisatie geldende functionaliteiten gebruikt kunnen worden.<br />

Typen<br />

1 alleen meekijkfuncties<br />

2 inzage- en acceptatiefuncties<br />

Waar wordt de dienst niet van toepassing<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

via: cm-adhoc-beheer@prorail.nl<br />

EU-categorie<br />

categorie 1 (minimumtoegangspakket)<br />

Tarief<br />

Toegang tot en gebruik van het systeem RADAR : inbegrepen in<br />

gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Treinpad’ (conform leveringsvoorwaarden van<br />

de dienst ‘Treinpad’, zie § 5.2.1).<br />

Levertijd<br />

Voor de aanvraag van en toegang tot het planningssysteem is een maximale<br />

verwerkingtijd vastgesteld van 3 werkdagen.<br />

Leveringsvoorwaarden Eventuele hardware aanpassingen: voor rekening gebruiker. (bijv. installatie van<br />

software voor Visio, Inter<strong>net</strong> Explorer, Adobe Acrobat Reader, eigen systemen<br />

uitbreiden met extra schijfruimte).<br />

Gebruiksvoorwaarden De applicatie is toegankelijk vanaf elke PC met Microsoft Inter<strong>net</strong> Explorer versie 6<br />

of 7 via Inter<strong>net</strong>, VPN of NIS verbinding. Voor het bekijken van de grafische<br />

onttrekkingen is Microsoft Visio (versie 3.0 of hoger) en Acrobat Reader benodigd.<br />

Minimale hardware eisen: opvraagbaar via cm-adhoc-beheer@prorail.nl.<br />

Beschikbaarheid / Beschikbaarheid applicatie: 07:00 – 18:00 uur op werkdagen (onderhoud zal<br />

Betrouwbaarheid worden uitgevoerd in het onderhoudstijdvenster van 18:00 – 07:00 uur).<br />

Beschikbaarheid ondersteunende diensten: tijdens werkdagen van 08:00 – 17:00<br />

uur.<br />

5.6.5 Communicatiemiddel bij calamiteiten inclusief last-minute-verzoeken<br />

voor treinpaden (ISVL)<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Digitaal kunnen aanvragen, wijzigen en intrekken van treinpaden in de laatste<br />

dagen voor uitvoering.<br />

Digitaal communiceren over de afhandeling van calamiteiten.<br />

Spoorwegondernemingen krijgen toegang tot de <strong>ProRail</strong> applicatie ISVL.<br />

Spoorwegondernemingen kunnen hiermee treinpaden aanvragen, opheffen of<br />

wijzigen. Ook ontvangen spoorwegondernemingen bericht over toe- of afwijzing van<br />

het treinpad.<br />

In geval van calamiteiten communiceren <strong>ProRail</strong>, spoorwegondernemingen en<br />

andere betrokken partijen via de ISVL applicatie over de afhandeling. Op deze<br />

manier is alle belangrijke informatie over een calamiteit, zoals de geraakte<br />

infrastructuur, de prognose eindtijd, en informatie over vervallen en omgeleide<br />

treinen toegankelijk.<br />

toegang tot de ISVL applicatie<br />

Het gebruikstype (meekijken/muteren) is per medewerker instelbaar, volgens<br />

opgave van afnemer.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 75


Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

niet van toepassing<br />

via de servicedesk Infra-Informatie (infrainformatie@prorail.nl)<br />

categorie 1 (minimumtoegangspakket)<br />

Een aantal licenties is inbegrepen in de gebruiksvergoeding voor de dienst<br />

‘Treinpad’ (conform leveringsvoorwaarden van de dienst ‘Treinpad’, zie § 5.2.1)<br />

volgens onderstaande tabel:<br />

Begrote verkeersomvang per<br />

jaar (treinkilometers)<br />

Aantal licenties<br />

meer dan 5,0 miljoen 10<br />

tussen 2,5 en 5,0 miljoen 5<br />

tussen 1,0 en 2,5 miljoen 2<br />

minder dan 1,0 miljoen 1<br />

Levertijd<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

Voor meer licenties wordt een afzonderlijke vergoeding overeengekomen.<br />

indicatie: ca. 3 tot 4 weken<br />

<strong>ProRail</strong> verzorgt op verzoek aan nieuwe afnemers van de dienst eenmalig een<br />

instructie van maximaal één dagdeel.<br />

De spoorwegonderneming dient te beschikken over een door <strong>ProRail</strong><br />

goedgekeurde versie van zowel Citrix cliënt-server software als Windows en een<br />

VPN verbinding.<br />

Gebruik van de dienst met operating systems anders dan Windows alleen na<br />

overleg met <strong>ProRail</strong>.<br />

Actuele gebruiksvoorwaarden (waaronder informatiebeleid, beveiligingsbeleid en<br />

wachtwoordgebruik) kunnen worden opgevraagd via Accountmanagement.<br />

Beschikbaar 7 x 24 uur, met uitzondering van servicetijdvenster (zondag van 01.00<br />

– 05.00 uur) en calamiteiten.<br />

De helpdesk is 7 x 24 uur bereikbaar.<br />

5.6.6 Aanvragen en afstemmen internationale dienstregelingen (PCS)<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Levertijd<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

‘Path Coordination System’ (PCS) is een inter<strong>net</strong> gebaseerd systeem voor het<br />

aanvragen en afstemmen van internationale dienstregelingen<br />

PCS is een webapplicatie die beschikbaar wordt gesteld door RNE aan de<br />

inframanagers en alle capaciteitsaanvragers.<br />

PCS ondersteunt het communicatie en coördinatie proces van internationale<br />

capaciteitsvragen en aanbieden van capaciteit.<br />

Voorts ondersteunt de dienst spoorwegondernemingen en andere aanvragers in<br />

het proces voorafgaande aan aanvragen en studies.<br />

PCS reflecteert de OSS filosofie van ondersteuning van business processen en<br />

dagelijkse activiteiten.<br />

De spoorwegonderneming wordt in bezit gesteld van een username, password en<br />

matrixkaart om toegang te krijgen tot het systeem.<br />

In het systeem wordt de vrager als gerechtigde opgenomen.<br />

PCS is uitsluitend beschikbaar als Inter<strong>net</strong>applicatie.<br />

Niet locatie gebonden. Beschikbaar op elke plaats waar een PC op Inter<strong>net</strong><br />

voorhanden is.<br />

bij de OSS (OSS@<strong>ProRail</strong>.nl)<br />

categorie 1 (minimumtoegangspakket)<br />

Inbegrepen in gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Treinpad’ (conform<br />

leveringsvoorwaarden van de dienst ‘Treinpad’, zie § 5.2.1).<br />

Na aanvraag kan de dienst binnen 2 weken beschikbaar worden gesteld.<br />

De dienst wordt ook beschikbaar gesteld in het kader van het<br />

capaciteitsverdelingsproces.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 76


Gebruiksvoorwaarden<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

Gebruiker moet beschikken over een PC aan gesloten op Inter<strong>net</strong>, met minimaal<br />

Explorer 5.<br />

Beschikbaarheid applicatie: 7 x 24 uur (onder voorbehoud van nog te bepalen vaste<br />

momenten voor onderhoud en calamiteiten).<br />

Helpdesk RNE is beschikbaar op werkdagen van 08.00-16.00 uur.<br />

5.6.7 Inzicht actuele treinbewegingen (VIEW)<br />

Dienst<br />

Inzicht in actuele treinbewegingen van treinen van de spoorwegonderneming in<br />

Nederland d.m.v. een kijkfunctie (VIEW).<br />

Omschrijving<br />

Deze dienst levert een kijkfunctie op het verkeersleidingssysteem van <strong>ProRail</strong> en<br />

geeft daarmee realtime inzicht in treinbewegingen binnen Nederland. Er zijn twee<br />

manieren van weergave. Enerzijds is de afwijking ten opzichte van de planning in te<br />

zien. Anderzijds is inzage te krijgen in al het verkeer, waarbij ingezoomd kan<br />

worden op een deel daarvan (bijvoorbeeld regio, baanvakken).<br />

Voorziening<br />

ontsluiting via inter<strong>net</strong> of via een werkplek aangesloten op Post21 <strong>net</strong>werk<br />

Typen 1. inter<strong>net</strong><br />

2. Post 21<br />

Waar wordt de dienst 1. inter<strong>net</strong>: overal waar inter<strong>net</strong> aanwezig is<br />

geleverd<br />

2. Post 21: op werkplek die aangesloten is op het Post21 <strong>net</strong>werk<br />

Aanvraag<br />

via Accountmanagement.<br />

EU-categorie<br />

categorie 4 (ondersteunende dienst)<br />

Tarief<br />

op aanvraag<br />

Levertijd 1. inter<strong>net</strong>: binnen 5 werkdagen<br />

2. Post21: op aanvraag<br />

Leveringsvoorwaarden Het vermenigvuldigen en/of openbaar maken van de gegevens aan, dan wel<br />

gebruik door of ten behoeve van, derden of andere diensten of systemen is niet<br />

toegestaan.<br />

De gegevens mogen niet gebruikt worden voor een ander doel dan waarvoor<br />

<strong>ProRail</strong> ze ter beschikking stelt. Het competitief gebruik van de gegevens is<br />

derhalve niet toegestaan. Een spoorwegonderneming die uit het systeem VIEW<br />

beschikbaar komende gegevens over een andere spoorwegonderneming wil<br />

gebruiken, moet daarvoor een schriftelijk verzoek indienen bij <strong>ProRail</strong>. <strong>ProRail</strong> zal<br />

dit verzoek bij de betreffende spoorwegonderneming voorleggen. Alleen indien<br />

toestemming wordt verleend mag de aanvragende spoorwegonderneming de<br />

gegevens van de andere spoorwegonderneming gebruiken.<br />

Gebruiksvoorwaarden 1. inter<strong>net</strong>: eigen PC met inter<strong>net</strong>aansluiting<br />

2. Post21: een <strong>ProRail</strong> werkplek die aansluiting op het Post21 <strong>net</strong>werk heeft<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

7 x 24 uur beschikbaar, uitgezonderd calamiteiten en onderhoud. De helpdesk is<br />

beschikbaar, afhankelijk van het gekozen type:<br />

1. inter<strong>net</strong>: 10 x 5 werkdagen ma. t/m vr. van 8:00 tot 18:00 uur<br />

2. Post21: 7 x 24 uur.<br />

Een SLA maakt onderdeel uit van de overeenkomst; een concept daarvan wordt<br />

desgevraagd beschikbaar gesteld (via Accountmanagement).<br />

5.6.8 Inzicht actuele treinbewegingen (VKL-IS)<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Inzicht in de actuele uitvoering van de dienstregeling van reizigers- en<br />

goederentreinen in Nederland door middel van een abonnement op de interface<br />

met het verkeersleidingssysteem van <strong>ProRail</strong>. Door te abonneren op de interface<br />

worden eigen systemen gevoed met data over actuele uitvoering van de<br />

dienstregeling (VKL-IS).<br />

Deze dienst levert een koppeling met het verkeersleidingssysteem van <strong>ProRail</strong><br />

waardoor realtime inzicht gegeven wordt in de actuele uitvoering van de<br />

dienstregeling binnen Nederland. Eigen systemen worden gevoed met data via een<br />

abonnement op de interface.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 77


Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Levertijd<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

Via een Interface wordt een datastroom verstuurd, zodat de gegevens in eigen<br />

systemen gebruikt kunnen worden.<br />

Standaard bij deze dienst is de interface (tot aan de NIS: Network Interconnect<br />

Service).<br />

Er zijn geen varianten mogelijk.<br />

Tot aan de NIS.<br />

via Accountmanagement<br />

categorie 4 (ondersteunende dienst)<br />

op aanvraag<br />

op aanvraag (indicatie ca. 1 tot 2 maanden)<br />

Het vermenigvuldigen en/of openbaar maken aan, dan wel gebruik door of ten<br />

behoeve van, derden of andere diensten of systemen is niet toegestaan.<br />

De gegevens mogen niet inhoudelijk aangepast worden, zodanig dat de<br />

aanpassing(en) strijdig zijn met de gegevens zoals deze zijn aangeleverd.<br />

De gegevens uit de datastroom, of bewerkingen van deze gegevens, mogen niet<br />

gebruikt worden voor bekendmakingen, anders dan het actueel informeren van<br />

reizigers, medewerkers, enzovoort. Niet toegestaan zijn dus<br />

managementinformatie-uitingen, afleidingen over punctualiteit, enzovoort.<br />

De gegevens mogen niet gebruikt worden voor een ander doel dan waarvoor<br />

<strong>ProRail</strong> ze ter beschikking stelt. Het competitief gebruik van de gegevens is niet<br />

toegestaan. Een spoorwegonderneming die uit het systeem VKL-IS beschikbaar<br />

komende gegevens over een andere spoorwegonderneming wil gebruiken, moet<br />

daarvoor een schriftelijk verzoek indienen bij <strong>ProRail</strong>. <strong>ProRail</strong> zal dit verzoek bij de<br />

betreffende spoorwegonderneming voorleggen. Alleen indien toestemming wordt<br />

verleend mag de aanvragende spoorwegonderneming de gegevens van de andere<br />

spoorwegonderneming gebruiken.<br />

Indien de gegevens (deels) afgeleid zijn van de gegevensstroom uit VKL-IS en<br />

openbaar gemaakt worden, dan moet de afnemer als bronvermelding <strong>ProRail</strong><br />

opnemen.<br />

Licentie noodzakelijk op Corba Interface voor software die achter dit protocol zit.<br />

7 x 24 uur beschikbaar, uitgezonderd calamiteiten en onderhoud. <strong>ProRail</strong> heeft een<br />

inspanningsverplichting om een beschikbaarheid van 95% te behalen voor de<br />

gehele keten (vanaf het bronsysteem VKL tot aan de NIS).<br />

De helpdesk is 7 x 24 uur beschikbaar.<br />

Een SLA maakt onderdeel uit van de overeenkomst; een concept daarvan wordt<br />

desgevraagd beschikbaar gesteld (via Accountmanagement).<br />

5.6.9 Inzicht actuele internationale treinbewegingen (TIS)<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Inzicht in actuele uitvoering van de dienstregeling van internationale reizigers- en<br />

goederentreinen in grote delen van Europa door middel van een abonnement op<br />

een interface van een groot aantal aangesloten landen.<br />

‘Train Information System’ (TIS) is een webapplicatie die door RailNetEurope<br />

beschikbaar wordt gesteld aan inframanagers en spoorwegondernemingen. Deze<br />

dienst levert een koppeling met verkeersleidingssystemen waardoor realtime inzicht<br />

gegeven wordt in de actuele uitvoering van de dienstregeling. Het systeem biedt<br />

tevens de mogelijkheid managementrapportages te genereren en te leveren.<br />

De gebruiker wordt in bezit gesteld van een username en een password om<br />

toegang te krijgen tot TIS.<br />

TIS is uitsluitend beschikbaar als inter<strong>net</strong>applicatie.<br />

Niet locatie gebonden. Beschikbaar op elke plaats waar een PC op inter<strong>net</strong><br />

voorhanden is.<br />

Bij RailNetEurope (support.tis@rne.eu)<br />

categorie 4 (ondersteunende dienst)<br />

op aanvraag, afhankelijk van specifieke wensen van de spoorwegonderneming<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 78


Levertijd<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

afhankelijk van specifieke wensen van de spoorwegonderneming<br />

De spoorwegonderneming kan toegang tot gegevens van de eigen treinen krijgen<br />

van de inframanagers waarmee een toegangsovereenkomst gesloten is.<br />

Gebruiker moet beschikken over een PC aangesloten op inter<strong>net</strong>, met minimaal<br />

Explorer 8.<br />

beschikbaarheid applicatie: 7 x 24 uur (onder voorbehoud van calamiteiten en nog<br />

te bepalen vaste momenten voor onderhoud)<br />

5.6.10 Grafische weergave baanvakken voor machinist (Wegwijzers)<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Levertijd<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

Grafische weergave van het baanvak en alle objecten daarlangs, om de<br />

machinist zijn vak goed uit te kunnen laten oefenen.<br />

Wegwijzers geven een grafisch overzicht van de infrastructuur, afgestemd op de<br />

behoefte van de machinist van een trein, ten behoeve van veilige en efficiënte<br />

verkeersdeelname en doelgerichte communicatie met de treindienstleiding.<br />

De dienst omvat ook een attendering per e-mail op het beschikbaar komen van<br />

bijgewerkte versies van de overzichten.<br />

Een download via Extraweb; de overzichten worden geleverd in databestanden<br />

volgens een gangbaar grafisch format (pdf).<br />

Wijzigingen worden door middel van een e-mailbericht doorgegeven waarbij de<br />

nieuwe situatie op Extraweb te vinden is.<br />

Er zijn geen varianten mogelijk.<br />

Deze dienst bevat (minimaal) al het door <strong>ProRail</strong> centraal bediende spoor.<br />

bij de Servicedesk Infra-Informatie (infrainformatie@prorail.nl)<br />

categorie 1 (minimumtoegangspakket)<br />

Inbegrepen in gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Treinpad’ (conform<br />

leveringsvoorwaarden van de dienst ‘Treinpad’, zie § 5.2.1).<br />

Maximaal 24 uur voor het aanvragen van een account (tijdens werkdagen).<br />

geen specifieke leveringsvoorwaarden<br />

Ms Office, Inter<strong>net</strong> Explorer en Adobe Acrobat Reader.<br />

97% uptime (Extraweb)<br />

5.6.11 Baanvideo’s voor opleiding machinisten<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Levertijd<br />

Baanvideobeelden, opgenomen vanuit de cabine van een rijdende trein, ten<br />

behoeve van opleidings- en verkenningsdoeleinden<br />

Deze dienst geeft inzicht in de objecten die zich op en langs het baanvak bevinden,<br />

alsmede in de omgeving van de spoorweg. Dit wordt weergegeven door middel van<br />

videobeelden die zijn opgenomen vanuit een rijdende trein.<br />

De videobeelden kunnen hulpmiddel zijn voor de opleiding van machinisten en ook<br />

gebruik worden voor op afstand verkennen van plaatselijke situaties.<br />

2x per jaar wordt 90% van de beelden geactualiseerd.<br />

op dvd of harde schijf, in een gangbaar format (AVI)<br />

Standaard bij deze dienst is een abonnement met 2x per jaar een update.<br />

Daarnaast is maatwerk mogelijk.<br />

niet van toepassing<br />

via Accountmanagement<br />

categorie 4 (ondersteunende dienst)<br />

op aanvraag<br />

maximaal 1 werkweek.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 79


Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

De beelden mogen niet extern gekopieerd worden en ze mogen niet doorverkocht<br />

worden aan derden. Er kunnen geen rechten ontleend worden aan de beelden. De<br />

beelden zijn een momentopname, de werkelijke situatie kan wijzigen nadat de<br />

beelden gemaakt zijn.<br />

Alleen de meest recente beelden die beschikbaar zijn, worden geleverd.<br />

<strong>ProRail</strong> streeft naar kwalitatief goede beelden, maar kan hier geen garanties voor<br />

afgeven. Zo is bijvoorbeeld bekend dat het spoor in tunnels niet duidelijk zichtbaar<br />

is. In dergelijke gevallen kan geen aanspraak gedaan worden op vervangende<br />

beelden.<br />

Het auteursrecht blijft te allen tijde berusten bij <strong>ProRail</strong>.<br />

Een programma om AVI-files in af te spelen (bijvoorbeeld Mediaplayer).<br />

Niet al het spoor is gefilmd. 90% van het spoor dat bij <strong>ProRail</strong> in beheer is, is in de<br />

meest recente update gefilmd.<br />

5.6.12 Communicatie spoorwegveiligheid (GSM-R Voice)<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Levertijd<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Communicatie spoorwegveiligheid tussen machinist en treindienstleiding.<br />

Communicatie spoorwegveiligheid biedt de volgende mogelijkheden:<br />

• Gesprekken voeren tussen treindienstleiding en machinist(en) op basis van<br />

treinnummer.<br />

• Algemene oproepen van treindienstleiding naar machinist(en) ontvangen.<br />

• Alarmoproepen van machinist(en) naar treindienstleiding zenden en vice<br />

versa.<br />

Alle gesprekken worden om veiligheidsredenen opgenomen.<br />

Met een GSM-R aansluiting is het tevens mogelijk om van buitenlandse GSM-R<br />

<strong>net</strong>werken gebruik te maken. Ook kunnen spoorwegondernemingen met<br />

buitenlandse GSM-R SIM-kaarten gebruik maken van het <strong>ProRail</strong> GSM-R <strong>net</strong>werk.<br />

De dienst wordt gerealiseerd middels het GSM-R radio<strong>net</strong>werk van <strong>ProRail</strong>.<br />

Aansluiting op dit <strong>net</strong>werk geschiedt met een SIM-kaart. <strong>ProRail</strong> stelt SIM-kaarten<br />

beschikbaar.<br />

De primaire toepassing is communicatie met betrekking tot spoorwegveiligheid en<br />

spraakcommunicatie tussen machinist en treindienstleiding. Op verzoek kan<br />

<strong>ProRail</strong> daarvoor een GSM-R SIM-kaart leveren.<br />

Additionele toepassingen zijn bijvoorbeeld bellen buiten het GSM-R <strong>net</strong>werk, GPRS<br />

of SMS (op aanvraag).<br />

Voor additionele informatie met betrekking tot functionaliteit, gebruik (ook in het<br />

buitenland) en support is er een gebruikerscatalogus van GSM-R functionaliteit en –<br />

diensten ter beschikking. Deze wordt via het contactpunt One-Stop-Shop verstrekt.<br />

In heel Nederland, op het spoor dat bij <strong>ProRail</strong> in beheer is.<br />

De communicatie met een aantal treindienstleiders NCBG wordt niet ondersteund<br />

door GSM-R, maar wordt gevoerd via het openbare telefoon<strong>net</strong> (zie lokale<br />

bedrijfsregels).<br />

Via Accountmanagement<br />

Aanvragen SIM Kaart bij:<br />

One Stop Shop Servicedesk<br />

Tel.: +31 (0) 88 231 3456<br />

Fax: +31 (0) 30 235 7494<br />

E-mail: ossservicedesk@prorail.nl<br />

Primaire toepassing (inclusief levering GSM-R SIM-kaart): categorie 1 (minimumtoegangspakket).<br />

Additionele toepassingen: categorie 4 (ondersteunende dienst).<br />

Primaire toepassingen (incl. levering GSM-R SIM-kaart): inbegrepen in<br />

gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Treinpad’.<br />

Additionele toepassingen: op aanvraag.<br />

5 werkdagen voor levering GSM-R SIM-kaart<br />

<strong>ProRail</strong> behoudt zich het recht voor om de externe kosten te verrekenen in geval<br />

van misbruik van de GSM-R-dienst.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 80


Gebruiksvoorwaarden<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

De spoorwegonderneming dient te beschikken over daartoe geëigende apparatuur<br />

en er is een aansluiting middels een SIM-kaart op het GSM-R <strong>net</strong>werk noodzakelijk.<br />

Er dient typegoedgekeurde apparatuur te worden gebruikt. Een lijst met<br />

goedgekeurde apparatuur is beschikbaar op de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl<br />

> vervoerders > toegang tot het spoor > eisen aan spoorvoertuigen).<br />

Beschikbaarheid: 7 x 24 uur met een prestatieniveau van 99,8%.<br />

De bewaartermijn van gespreksopnamen is minimaal 7 dagen.<br />

5.6.13 Tijdelijke snelheidsbeperkingen (TSB)<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Levertijd<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

Informatie aan machinisten met betrekking tot tijdelijke snelheidsbeperkingen<br />

(TSB)<br />

De spoorwegonderneming ontvangt een weekpublicatie over de voor de komende<br />

week van kracht zijnde TSB’s. De spoorwegonderneming kan bij aanvraag van<br />

deze dienst kiezen voor een TSB op standplaats, regio of landelijk niveau. Er wordt<br />

informatie geleverd over baanvak, rijrichting, tijdvak en geldende snelheid. Tevens<br />

is het mogelijk om onderscheid te maken naar treintype, aanleiding en<br />

bijzonderheden (plaatsing van borden en/of seinen).<br />

De weekpublicatie wordt zo nodig op dagbasis aangevuld met noodzakelijke<br />

ongeplande aanvullingen.<br />

Een PDF-bestand (weekpublicatie of dagpublicatie) per e-mail. NSR verzorgt in<br />

opdracht van <strong>ProRail</strong> de productie en distributie.<br />

De weekpublicatie wordt verstuurd op donderdag om 09.00 uur voor de periode<br />

vanaf de eerstkomende maandag 04:00 uur tot de daaropvolgende maandag 04:00<br />

uur.<br />

De dagpublicatie wordt op dagelijks verstuurd om 12.00 uur en geldt voor de<br />

eerstkomende dag van 04:00 uur tot de daaropvolgende dag 04:00 uur.<br />

Er kan tevens per spoorwegonderneming een selectie van te rapporteren<br />

baanvakken worden opgesteld.<br />

op het gehele <strong>net</strong><br />

via het productiebureau IAM (NSR)<br />

categorie 1 (minimumtoegangspakket)<br />

Inbegrepen in gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Treinpad’ (conform<br />

leveringsvoorwaarden van de dienst ‘Treinpad’, zie § 5.2.1).<br />

maximaal 6 werkdagen<br />

geen specifieke leveringsvoorwaarden<br />

Inter<strong>net</strong>verbinding, faxapparaat en een softwareprogramma of PDF bestanden te<br />

kunnen openen.<br />

Er is een gewaarborgde verzending (via fax indien e-mail niet werkt), daarnaast is<br />

er een 24-uurs service (wachtdienst) aanwezig.<br />

5.6.14 Vergunningen Beheer Systeem (VBS)<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Inzicht in omgevingsvergunningen op emplacementen.<br />

Vergunningen Beheer Systeem (VBS) is een web based applicatie ter<br />

ondersteuning van het beheer van Wet milieubeheer vergunningen voor<br />

emplacementen die door <strong>ProRail</strong> verkregen zijn. Deze dienst geeft ondermeer<br />

inzicht in de van kracht zijnde omgevingsvergunningen van alle vergunningplichtige<br />

emplacementen.<br />

Toegang tot de webapplicatie VBS door middel van een te verstrekken<br />

gebruikersnaam en wachtwoord.<br />

Niet van toepassing.<br />

Overal waar inter<strong>net</strong> aanwezig is.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 81


Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Levertijd<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

Via de Servicedesk Infra-Informatie (infrainformatie@prorail.nl).<br />

categorie 1 (minimumtoegangspakket)<br />

Inbegrepen in gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Treinpad’ (conform<br />

leveringsvoorwaarden van de dienst ‘Treinpad’, zie § 5.2.1).<br />

Maximaal 1 werkweek.<br />

De gegevens mogen niet gebruikt worden voor een ander doel dan waarvoor<br />

<strong>ProRail</strong> ze ter beschikking stelt. De gegevens mogen niet extern gekopieerd<br />

worden en ze mogen niet doorgestuurd worden aan derden. De<br />

spoorwegonderneming is zelf verantwoordelijk voor het volgen van formele<br />

publicaties omtrent vergunningen.<br />

Inter<strong>net</strong>verbinding en een softwareprogramma om PDF bestanden te kunnen<br />

openen.<br />

• Beschikbaarheid: 95% uptime.<br />

• Betrouwbaarheid: De gegevens in VBS worden continu up to date gehouden.<br />

Ontwikkelingen op of rondom emplacementen, aanpassingen aan de<br />

hoofdspoorweginfrastructuur en dergelijke zorgen voor aanvullende meldingen<br />

of nieuwe omgevingsvergunningen. De informatie in VBS verandert dus<br />

continu. De mogelijkheid bestaat dat de laatste omgevingsvergunningen en<br />

meldingen nog niet in de applicatie beschikbaar zijn. <strong>ProRail</strong> streeft ernaar dat<br />

binnen 5 dagen na het onherroepelijk worden van de omgevingsgunning deze<br />

in VBS is verwerkt.<br />

Disclaimer: Voorschriften en verplichtingen volgend uit de omgevingsvergunning<br />

(incl. aanvraag) zijn te allen tijde bindend.<br />

5.6.15 Inzicht realisatie treindienst: feiten (aantallen, punctualiteit,<br />

halteringen, enzovoort)<br />

Dienst<br />

Rapportages over performance van de eigen treindiensten (onder andere<br />

punctualiteit, aansluitingen, opgeheven treinen, orders)<br />

Omschrijving<br />

Deze dienst biedt inzicht in de performance van de eigen treindienst met betrekking<br />

tot verkeersprestatie, punctualiteit en aansluitingen.<br />

Voor een gedetailleerde toelichting van de standaard cijfers, zie bijlage 8.<br />

Het is ook mogelijk om de gegevens in de vorm van een maatwerk rapportage te<br />

ontvangen, waarbij vergelijkingen gemaakt worden in bijvoorbeeld locatie of tijd.<br />

Voorziening<br />

Een dagelijks databestand in Text of Excel format per e-mail. De informatieproducten<br />

worden afgeleverd op een standaard aflevermailadres dat is opgegeven<br />

door de spoorwegonderneming. Vanuit dit mailadres kan de geautoriseerde<br />

afnemer de producten verspreiden binnen zijn/haar eigen organisatie.<br />

Typen standaard: data conform bijlage 8<br />

optioneel: rapportages (=maatwerk)<br />

Waar wordt de dienst gehele <strong>net</strong>, exclusief niet-centraal bediende gebieden<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

Standaard: via het Prestatie Analyse Bureau (PAB@prorail.nl).<br />

Vervolgens worden afspraken gemaakt over welke standaardproducten (conform<br />

bijlage 8) geleverd worden en de gewenste leveringsfrequentie.<br />

Maatwerk via de Accountmanager.<br />

EU-categorie<br />

Standaard databestand (conform bijlage 8): categorie 1 (minimumtoegangspakket)<br />

Rapportage/maatwerk: categorie 4 (ondersteunende dienst)<br />

Tarief<br />

Standaard: inbegrepen in gebruiksvergoeding voor dienst ‘Treinpad’ (conform<br />

leveringsvoorwaarden van de dienst ‘Treinpad’, zie § 5.2.1)<br />

Rapportage/maatwerk: op aanvraag<br />

Levertijd<br />

Standaard: binnen 24 uur (op werkdagen)<br />

Rapportage/maatwerk: op aanvraag<br />

Leveringsvoorwaarden geen specifieke leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden MS Office.<br />

Beschikbaarheid / Zowel het standaard bestand als de maatwerkrapportage worden steeds op de<br />

Betrouwbaarheid eerstvolgende werkdag aangeleverd. Maatwerk op basis van een SLA.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 82


5.6.16 Inzicht realisatie treindienst: oorzaken en impact van verstoringen<br />

(Monitoring)<br />

Dienst<br />

Rapportages over oorzaken van verstoringen van de eigen treindiensten,<br />

waaronder veiligheidsincidenten, vertragingen, opheffingen en omleidingen.<br />

Omschrijving<br />

Deze dienst geeft inzicht in de door <strong>ProRail</strong> geregistreerde te verklaren<br />

treinafwijking, ingedeeld naar:<br />

• Oorzaken van vertraging<br />

• Omvang van vertraging<br />

• Statusovergangen met toelichting<br />

• Treinafwijking gerelateerde gegevens.<br />

Voor een gedetailleerde toelichting van de standaard cijfers, zie bijlage 8.<br />

Voorziening<br />

Een dagelijks, wekelijks of maandelijks databestand in Text of Excel format.<br />

Via e-mail of een speciale, op maat gemaakte interface.<br />

Typen Standaard: data conform bijlage 8<br />

Optioneel: rapportages (=maatwerk)<br />

Waar wordt de dienst gehele <strong>net</strong>, exclusief niet-centraal bediende gebieden<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

Standaard: via het Centraal Verificatie Bureau (CVB@prorail.nl).<br />

Maatwerk: via Accountmanagement.<br />

EU-categorie<br />

Standaard databestand: categorie 1 (minimumtoegangspakket)<br />

Maatwerk: categorie 4 (ondersteunende dienst).<br />

Tarief<br />

Standaard databestand: inbegrepen in gebruiksvergoeding voor de dienst<br />

‘Treinpad’ (conform leveringsvoorwaarden van de dienst ‘Treinpad’, zie § 5.2.1)<br />

Rapportage/maatwerk: op aanvraag<br />

Levertijd<br />

Standaard: binnen 24 uur (op werkdagen)<br />

Maatwerk: op aanvraag<br />

Leveringsvoorwaarden Geen specifieke leveringsvoorwaarden.<br />

Gebruiksvoorwaarden MS Office.<br />

Beschikbaarheid / Het standaard bestand wordt steeds op de eerstvolgende werkdag aangeleverd.<br />

Betrouwbaarheid Maatwerk op basis van een SLA.<br />

5.6.17 Inzicht realisatie treindienst: inzicht historische treinbewegingen<br />

(TOON)<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Levertijd<br />

Het visueel weergeven van uitvoeringgegevens (waar en wanneer een trein in<br />

het verleden heeft gereden).<br />

Het weergeven van uitvoeringsgegevens van treinen (gekoppeld aan treinnummer):<br />

waar en wanneer heeft een trein gereden (op sectieniveau). Tevens worden<br />

toestanden van infra-elementen weergegeven.<br />

toegang tot de TOON-applicatie<br />

De dienst bevat informatie over treinen van individuele of alle posten, daarin kan<br />

een keuze gemaakt worden.<br />

niet van toepassing<br />

via Accountmanagement.<br />

categorie 4 (ondersteunende dienst)<br />

op aanvraag<br />

2 weken<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 83


Leveringsvoorwaarden • De gegevens mogen niet gebruikt worden voor een ander doel dan waarvoor<br />

<strong>ProRail</strong> ze ter beschikking stelt.<br />

• Het competitief gebruik van de gegevens is niet toegestaan. Een<br />

spoorwegonderneming die uit het systeem TOON beschikbaar komende<br />

gegevens over een andere spoorwegonderneming wil gebruiken, moet<br />

daarvoor een schriftelijk verzoek indienen bij <strong>ProRail</strong>. <strong>ProRail</strong> zal dit verzoek bij<br />

de betreffende spoorwegonderneming voorleggen. Alleen indien toestemming<br />

wordt verleend mag de aanvragende spoorwegonderneming de gegevens van<br />

de andere spoorwegonderneming gebruiken.<br />

Gebruiksvoorwaarden De spoorwegonderneming dient te beschikken over een door <strong>ProRail</strong><br />

goedgekeurde versie van Citrix cliënt-server software. Deze kan worden<br />

opgevraagd via Accountmanagement.<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

Een SLA maakt onderdeel uit van de overeenkomst. Een voorbeeld hiervan is op te<br />

vragen via de accountmanager.<br />

5.6.18 Het leveren van diverse meetgegevens (Quo Vadis)<br />

Dienst<br />

Omschrijving<br />

Voorziening<br />

Typen<br />

Waar wordt de dienst<br />

geleverd<br />

Aanvraag<br />

EU-categorie<br />

Tarief<br />

Levertijd<br />

Leveringsvoorwaarden<br />

Gebruiksvoorwaarden<br />

Beschikbaarheid /<br />

Betrouwbaarheid<br />

Leveren van diverse meetgegevens<br />

Deze dienst levert meetgegevens welke door spoorwegonderneming gebruikt<br />

kunnen worden voor controle & aansturing van bedrijfsprocessen en management<br />

informatie.<br />

Management informatie waar aan gedacht kan worden is:<br />

• dynamische krachten<br />

• wielkwaliteit<br />

• gewicht van de trein<br />

• aantal wagens van de trein<br />

• snelheid van de trein<br />

• temperatuur van de wielbanden/aspotten indien deze gemeten wordt.<br />

De dienst wordt gerealiseerd middels een abonnement op een FTP server waar de<br />

ruwe meetdata klaargezet worden in XML formaat.<br />

Treinen getagd: data beschikbaar binnen enkele minuten.<br />

Treinen niet getagd: binnen vier dagen data beschikbaar.<br />

Op het spoor dat bij <strong>ProRail</strong> in beheer is. Treinen worden op 45 punten in het <strong>net</strong><br />

gemeten. Op verzoek is een gedetailleerd locatie overzicht te verkrijgen.<br />

via Accountmanagement<br />

categorie 4 (ondersteunende dienst)<br />

op aanvraag<br />

2-3 maanden na aanvraag<br />

De gegevens mogen niet worden gebruikt voor een ander doel waarvoor <strong>ProRail</strong> ze<br />

beschikbaar stelt.<br />

De spoorwegonderneming dient te beschikken over een verbinding met Inter<strong>net</strong>.<br />

Spoorwegonderneming krijgt eigen FTP account met subdirectories waarop<br />

informatie te verkrijgen is.<br />

Beschikbaarheid: 7 x 24 uur.<br />

5.7 Diensten door andere leveranciers<br />

In deze paragraaf worden diensten beschreven die niet door <strong>ProRail</strong> worden geleverd c.q.<br />

aangeboden. De opgave beperkt zich tot diensten die door één leverancier worden verschaft.<br />

Inkoop en afname van gasolie alsmede van elektrische tractie-energie<br />

Inkoop en afname van gasolie alsmede van elektrische energie via het tractie-energiesysteem van de<br />

bovenleiding wordt gefaciliteerd door VIVENS (voluit: Coöperatief Verenigd Inkoop en Verbruik van<br />

Energie op het Nederlandse Spoorweg<strong>net</strong> U.A.).<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 84


Informatie over de tarieven en voorwaarden waaronder de gasolie wordt ingekocht en gefaciliteerd<br />

alsmede contactgegevens van de exploiterende ondernemingen kunnen worden geraadpleegd op de<br />

website van VIVENS (www.vivens.info).<br />

De levering van elektrische tractie-energie via de bovenleiding is op marktconforme en nietdiscriminerende<br />

voorwaarden beschikbaar voor iedere spoorwegonderneming, onder toepassing van<br />

een Europees aanbesteed contract dat hiertoe is gesloten met de betrokken energieleverancier(s).<br />

De spoorwegonderneming die gebruik wil maken van het tractie-energiesysteem van de bovenleiding<br />

dient vóór het contracteren van de dienst ‘gebruik van de bovenleiding’ zoals omschreven in paragraaf<br />

5.2.2 een verklaring conform de modelverklaring ‘verbruik en inkoop elektrische tractie-energie’ (zie<br />

www.vivens.info) te overleggen, uit welke verklaring blijkt dat de spoorwegonderneming een<br />

overeenkomst onder andere ter bepaling van de hoeveelheid verbruikte elektrische tractie-energie per<br />

elektrische tractie-energie afnemende spoorwegonderneming en met minimaal één energieleverancier<br />

een afnameovereenkomst heeft gesloten en dat aan alle daarmee verband houdende contractuele<br />

verplichtingen is voldaan.<br />

VIVENS kan spoorwegondernemingen die elektrische tractie-energie willen afnemen informeren over<br />

de te volgen processen.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 85


(lege bladzijde)<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 86


6 Gebruiksvergoeding<br />

6.1 Inleiding<br />

Dit hoofdstuk omschrijft de algemene regels voor de gebruiksvergoeding die gerechtigden aan <strong>ProRail</strong><br />

verschuldigd zijn in verband met de diensten die zij van <strong>ProRail</strong> afnemen voor het verwerven van<br />

capaciteitsrechten en de toegang tot en het gebruik van de door <strong>ProRail</strong> beheerde<br />

spoorweginfrastructuur. De tarieven van de gebruiksvergoeding zijn per dienst opgenomen in de<br />

beschrijving van de diensten in de paragrafen 5.2 tot en met 5.6. De systemen voor de registratie van<br />

de gebruiksomvang worden omschreven in de paragraaf 6.3.<br />

6.2 Principes van de gebruiksvergoeding<br />

De gebruiksvergoedingen worden tussen <strong>ProRail</strong> en de gerechtigde overeengekomen en vastgelegd<br />

in de toegangsovereenkomst, met inachtneming van de wettelijke bepalingen.<br />

samenvatting van regelgeving<br />

► In de Spoorwegwet zijn de volgende bepalingen opgenomen:<br />

• De begrote opbrengsten van de gebruiksvergoeding bedragen niet meer dan de begrote<br />

kosten ter zake van de desbetreffende hoofdspoorweginfrastructuur in dat jaar voor de<br />

beheerder. 83<br />

• <strong>ProRail</strong> kan een gebruiksvergoeding overeenkomen die mede strekt ter dekking van door een<br />

ander dan <strong>ProRail</strong> gedane uitgaven voor de aanleg van de infrastructuur (voor zover het<br />

hoofdspoorweginfrastructuur betreft die daartoe bij algemene maatregel van bestuur is<br />

aangewezen). 84<br />

• <strong>ProRail</strong> kan een verhoging overeenkomen voor het gebruik van overbelaste hoofdspoorweginfrastructuur<br />

gedurende periodes van overbelasting en voor de kosten van milieueffecten van<br />

het gebruik van hoofdspoorweginfrastructuur die niet in de begrote kosten van de beheerder<br />

zijn opgenomen. 85<br />

• <strong>ProRail</strong> kan een korting als bedoeld in artikel 9 van richtlijn 2001/14/EG overeenkomen. 86<br />

• <strong>ProRail</strong> kan een aftrek dan wel bijtelling overeenkomen in verband met optredende<br />

verstoringen en met het oog op verbetering van de prestaties van het spoorweg<strong>net</strong>. 87<br />

• <strong>ProRail</strong> kan overeenkomen dat de gebruiksvergoeding ook verschuldigd is voor<br />

overeengekomen capaciteit die niet wordt gebruikt. 88<br />

• De overeengekomen gebruiksvergoeding voldoet aan de artikelen 4, vierde en vijfde lid, 7 tot<br />

en met 12 en 26, derde lid, van richtlijn 2001/14/EG. 89 ◄<br />

<strong>ProRail</strong> waarborgt dat de tarifering voldoet aan de eisen van de Spoorwegwet. <strong>ProRail</strong> stelt informatie<br />

over de methode van kostentoerekening desgevraagd beschikbaar aan spoorwegondernemingen.<br />

<strong>ProRail</strong> geeft spoorwegondernemingen echter geen inzage in de bedrijfsadministratie van <strong>ProRail</strong>.<br />

Procedurevoorschrift<br />

► Met betrekking tot het overeenkomen van de gebruiksvergoedingen zijn de volgende regels van<br />

toepassing:<br />

• <strong>ProRail</strong> overlegt met betrokken gerechtigden voorafgaand aan de uitgave van de<br />

<strong>Netverklaring</strong> als <strong>ProRail</strong> uitgangspunten voor het gebruiksvergoedingenstelsel wil wijzigen<br />

(“tariferingsbeginselen”).<br />

83<br />

84<br />

85<br />

86<br />

87<br />

88<br />

89<br />

artikel 62 lid 1 van de Spoorwegwet<br />

artikel 62 lid 2 van de Spoorwegwet<br />

artikel 62 lid 3 van de Spoorwegwet<br />

artikel 62 lid 4 van de Spoorwegwet<br />

artikel 62 lid 5 van de Spoorwegwet<br />

artikel 62 lid 6 van de Spoorwegwet<br />

artikel 62 lid 7 van de Spoorwegwet<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 87


• In de laatste fase van het overleg presenteert <strong>ProRail</strong> een concepttekst van de <strong>Netverklaring</strong><br />

en/of een consultatiedocument met voldoende concrete, volledige en correcte informatie; de<br />

gerechtigden worden in de gelegenheid gesteld daarop schriftelijk te reageren.<br />

• <strong>ProRail</strong> stelt de <strong>Netverklaring</strong> vast, met verantwoording van de verwerking van de ontvangen<br />

reacties.<br />

• Na publicatie van de <strong>Netverklaring</strong> past <strong>ProRail</strong> die uitgangspunten non-discriminatoir toe in<br />

individuele gevallen. Tot de bedoelde uitgangspunten behoren in elk geval:<br />

- de toerekening van kosten aan de diverse diensten en dienstenpakketten;<br />

- de methode van splitsing van kosten in enerzijds rechtstreeks uit de exploitatie van de<br />

treindienst voortvloeiende kosten en anderzijds overige kosten;<br />

- de mate waarin kosten per onderscheiden onderdeel van de infrastructuur specifiek<br />

gemaakt kunnen worden;<br />

- het model dat <strong>ProRail</strong> hanteert om de uit de exploitatie van de treindienst voortvloeiende<br />

kosten te relateren aan gebruiksparameters;<br />

- de indexeringsregeling.<br />

• De in de <strong>Netverklaring</strong> vermelde tarieven van de gebruiksvergoedingen voor het<br />

minimumtoegangspakket en voor de toegang via het spoor tot voorzieningen (zoals bedoeld in<br />

bijlage II bij richtlijn 2001/14/EG) zijn gebaseerd op de kosten, behorend bij de daarvoor in<br />

deze <strong>Netverklaring</strong> omschreven kwaliteiten en prestaties. Die tarieven worden gewijzigd als in<br />

de toegangsovereenkomst met betrokken gerechtigden andere kwaliteiten en prestaties<br />

worden overeengekomen en daaruit andere kosten voor <strong>ProRail</strong> voortvloeien. ◄<br />

tariferingsbeginselen<br />

Het gebruiksvergoedingenstelsel in het jaar <strong>2013</strong> van <strong>ProRail</strong> is gebaseerd op de volgende<br />

tariferingsbeginselen:<br />

• De gebruiksvergoedingen van <strong>ProRail</strong> worden bepaald op basis van het uitgangspunt, dat zij<br />

samen met andere inkomsten uit het beheer van de hoofdspoorwegen de begrote, aan het beheer<br />

van de hoofdspoorweginfrastructuur verbonden kosten bij de begrote gebruiksomvang dekken,<br />

zonder winstoogmerk.<br />

• Aan de tarieven liggen normatieve kosten van <strong>ProRail</strong> ten grondslag.<br />

• Voor het minimumtoegangspakket en de toegang via het spoor tot voorzieningen (zoals bedoeld<br />

in bijlage II bij richtlijn 2001/14/EG) worden gebruiksvergoedingen bepaald die gelijk zijn aan de<br />

kosten die rechtstreeks uit de exploitatie van de treindienst voortvloeien, zonder gebruikmaking<br />

van de in richtlijn 2001/14/EG, artikel 8, eerste lid, bedoelde mogelijkheid van extra heffingen; voor<br />

de overige diensten worden gebruiksvergoedingen bepaald die de aan de betrokken dienst dan<br />

wel aan het gebruik van de betrokken voorziening toe te rekenen kosten dekken, op basis van het<br />

werkelijk gebruiksniveau.<br />

• Ter bepaling van de kosten die rechtstreeks uit de exploitatie van de treindienst voortvloeien<br />

maakt <strong>ProRail</strong> gebruik van een kostensplitsingsmodel; in dat model worden de kosten per dienst<br />

uitgesplitst in enerzijds rechtstreeks uit de exploitatie van de treindienst voortvloeiende kosten en<br />

anderzijds overige kosten, waarbij als uitgangspunt geldt, dat de kosten die samenhangen met het<br />

beschikbaar hebben van een goed berijdbare infrastructuur als overige kosten worden gerekend.<br />

• Ten behoeve van deze <strong>Netverklaring</strong> is gebruik gemaakt van het kostensplitsingsmodel d.d.<br />

augustus 2010. De tarieven voor het jaar <strong>2013</strong> zijn bepaald op basis van een actualisatie van de<br />

kosten en onderliggende (verkeers-)kwantiteiten.<br />

• Voor het bepalen van de tarieven voor het gebruik van wel respectievelijk niet in de beveiliging<br />

opgenomen opstel- en rangeersporen (CBG/NCBG) is gebruik gemaakt van een verdeelsleutel op<br />

basis van de kosten van instandhouding (klein onderhoud, groot onderhoud en beheer) van die<br />

sporen.<br />

• Wanneer het aandeel van de uit de exploitatie van de treindienst voortvloeiende kosten niet kan<br />

worden bepaald op basis van in de bedrijfsadministratie onderscheiden activiteiten die als geheel<br />

in de ene of de andere categorie kunnen worden ingedeeld, wordt dat aandeel bepaald op basis<br />

van expert judgements.<br />

• De gebruiksvergoedingen voor de dienstengroep ‘Informatie’, voor zover die niet deel uitmaken<br />

van de dienst ‘Treinpad’ worden gebaseerd op de werkelijke kosten.<br />

• <strong>ProRail</strong> toetst of de uitkomsten van de op bovenstaande beginselen gebaseerde tariefberekening<br />

leiden tot een tarief dat past binnen het Beleidskader voor de gebruiksvergoeding, zoals<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 88


opgenomen in het kabi<strong>net</strong>sstandpunt naar aanleiding van het eindrapport van de evaluatie van de<br />

spoorwetgeving dan wel een herziene uitgave van het Beleidskader. Zo nodig kan <strong>ProRail</strong> de<br />

tarieven naar aanleiding van deze toetsing bijstellen.<br />

De te leveren diensten worden overeenkomstig het werkelijk gebruik dan wel overeenkomstig het<br />

gepland gebruik of het overeengekomen gebruik afgerekend.<br />

Toeslag voor schaarse capaciteit<br />

<strong>ProRail</strong> kan een verhoging overeenkomen voor het gebruik van overbelaste<br />

hoofdspoorweginfrastructuur. Door toepassing van deze verhoging kunnen <strong>ProRail</strong> en betrokken<br />

gerechtigden tot overeenstemming komen zoals beschreven in artikel 7, lid 1 van het Besluit<br />

capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur. De verhoging wordt toegepast als geen<br />

overeenstemming kan worden bereikt tijdens de coördinatie ten aanzien van concurrerende<br />

aanvragen die betrekking hebben op vervoer. Door toepassing kan alsnog overeenstemming worden<br />

bereikt. De verhoging wordt niet doorberekend als de aanvragen alsnog tot tevredenheid van de<br />

betrokken aanvragers kunnen worden afgehandeld.<br />

De verhoging wordt als volgt berekend:<br />

• Treinpaden<br />

- De betrokken infrastructuur is dat gedeelte van de hoofdspoorweginfrastructuur waar de<br />

aanvragen met elkaar concurreren. Voorbeelden zijn: het baanvakgedeelte tussen twee<br />

dienstregelingspunten, een perronspoor, een aansluiting/kruising, een rangeerspoor.<br />

- De periode van “overbelasting” is de tijdspanne afgerond op hele minuten waarin de<br />

concurrerende aanvragen optreden. Dat kan zich meermaals herhalen in het<br />

dienstregelingjaar.<br />

- Elk treinpad dat gebruikt maakt van de betrokken infrastructuur tijdens de periode van<br />

overbelasting krijgt een toeslag van € 100,-.<br />

• Gebruik emplacementen<br />

- De betrokken infrastructuur is het opstelspoor waarvoor concurrerende aanvragen zijn.<br />

- De periode van “overbelasting” is de tijdspanne afgerond op hele dagen waarin de<br />

concurrerende aanvragen optreden. Dat kan zich meermaals herhalen in het<br />

dienstregelingjaar.<br />

- De toeslag betreft 300% van de gebruiksvergoeding die verschuldigd is op grond van de<br />

dienst ‘Opstel- en rangeersporen’ volgens staffel 1 voor betrokken infrastructuur tijdens de<br />

periode van overbelasting.<br />

HSL-heffing<br />

Voor het gebruik van de baanvakken Hoofddorp – Rotterdam West en Barendrecht – Belgische<br />

grens 90 is tevens een als HSL-heffing aangeduide gebruiksvergoeding verschuldigd die strekt ter<br />

dekking van de uitgaven van de aanleg van het hogesnelheids<strong>net</strong>. De HSL-heffing moet voldoen aan<br />

de voorschriften van het Besluit HSL-heffing. De HSL-heffing wordt berekend per treinkilometer over<br />

de afstanden tussen de navolgende dienstregelingspunten:<br />

• Hoofddorp Midden – Rotterdam Hogesnelheidslijn aansluiting (45,1 km);<br />

• Rotterdam Lombardijen – Hogesnelheidslijn Breda grens (48,6 km);<br />

• Rotterdam Lombardijen – Hogesnelheidslijn Zevenbergschenhoek aansluiting (richting Breda:<br />

29,5 km; richting Rotterdam: 29,2 km);<br />

• Hogesnelheidslijn Breda aansluiting – Hogesnelheidslijn Breda grens (16,5 km).<br />

De HSL-heffing wordt in rekening gebracht voor treinpaden die daadwerkelijk zijn gebruikt, alsmede<br />

voor treinpaden die bij het aangaan van de toegangsovereenkomst aan de spoorwegonderneming zijn<br />

verdeeld maar die de spoorwegonderneming niet heeft gebruikt, zonder dat die paden door <strong>ProRail</strong> op<br />

de voet van artikel 23 van het Besluit spoorverkeer zijn ingetrokken.<br />

De HSL-heffing wordt evenwel niet in rekening gebracht voor treinpaden die de<br />

spoorwegonderneming in verband met infrastructurele defecten aan de spoorweginfrastructuur<br />

behorend tot de hogesnelheidslijnen Hoofddorp – Rotterdam West en Barendrecht – Belgische grens<br />

slechts met een vertraging (of met een vertragingstoename) van meer dan 10 minuten heeft kunnen<br />

gebruiken.<br />

90<br />

artikel 2 van het Besluit HSL-heffing<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 89


6.3 Tarieven<br />

Voor diensten die tegen een vast tarief worden aangeboden is dat tarief vermeld bij de omschrijving<br />

van de afzonderlijke diensten in de paragrafen 5.2 tot en met 5.6. Deze tarieven zijn exclusief BTW.<br />

De tarieven zijn gebaseerd op het prijspeil 2012, tenzij anders aangegeven. Indexering van deze<br />

tarieven naar prijspeil <strong>2013</strong> zal plaatsvinden conform de prijsontwikkeling van de<br />

consumentenprijsindex (CPI), zoals opgenomen in het Centraal Economisch Plan van het Centraal<br />

Planbureau, bijlage 2.<br />

Voor de periode van 9 december 2012 tot en met 31 december 2012 gelden de tarieven die vermeld<br />

staan in de <strong>Netverklaring</strong> 2012 <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> en die gelden op 8 december 2012.<br />

Bij de vermelding van het tarief in de paragrafen 5.2 tot en met 5.6 zijn nadere bepalingen<br />

opgenomen. Eventuele aanvullende bepalingen zijn per dienstengroep in de volgende paragrafen<br />

vermeld..<br />

6.3.1 Dienstengroep ‘Netwerk en Treinpad’<br />

6.3.1.1 Treinpad<br />

<strong>ProRail</strong> stelt de dienst ‘Treinpad’ beschikbaar tegen een tarief per treinkilometer, op basis van<br />

werkelijk gebruik. Dit tarief verschilt per gewichtsklasse.<br />

Afgelegde afstanden worden door <strong>ProRail</strong> bepaald in de verkeersleidingssystemen en afgerond op<br />

0,1 km; afstanden kleiner dan 5,0 km alsmede afstanden afgelegd op buitendienstgesteld spoor<br />

blijven buiten beschouwing.<br />

De tonnages van treinen worden gemeten met behulp van meetsystemen van <strong>ProRail</strong>. Treinen die op<br />

hun rit meerdere tonnagemeetpunten passeren worden afgerekend op het gemiddelde van de<br />

tonnages die bij de diverse meetpunten zijn gemeten. De tonnages worden afgerond op 1 ton. Treinen<br />

die tijdens hun rit geen meetpunt passeren, worden afgerekend op een overeen te komen normtreingewicht.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> wil in de toegangsovereenkomst een tabel opnemen met per rijkarakteristiek een normtreingewicht.<br />

◄<br />

Treinen die rijden in verband met de uitvoering van door <strong>ProRail</strong> gegeven opdrachten in verband met<br />

het beheer van de spoorweginfrastructuur zijn vrijgesteld van de gebruiksvergoedingen voor de dienst<br />

‘Treinpad’. <strong>ProRail</strong> wijst daartoe specifieke reeksen van treinnummers aan, die uitsluitend gebruikt<br />

mogen worden voor verkeer dat in verband staat met de uitvoering van door <strong>ProRail</strong> gegeven<br />

opdrachten. Opdrachtnemers ontvangen bij hun opdracht de machtiging om voor dat verkeer van<br />

deze treinnummers gebruik te maken.<br />

Uitzonderingsregeling Enschede – Enschede grens<br />

De dienst ‘Treinpad’ voor het gebruik van het baanvak Enschede – Enschede grens (richting Gronau)<br />

zal, vanwege de afwezigheid van registrerende verkeersleidingssystemen, worden afgerekend op<br />

planningsbasis. Voor de bepaling van de gewichtsklasse wordt uitgegaan van het ledig gewicht van<br />

een treinstel van het type dat door de spoorwegonderneming als regel wordt ingezet. Om te<br />

compenseren voor eventuele niet-gereden treinen wordt 98,5% van het geplande aantal<br />

treinkilometers gefactureerd.<br />

HSL-heffing<br />

Na afloop van de maand factureert <strong>ProRail</strong> de HSL-heffing op basis van een voorlopige tarief per<br />

treinkilometer.<br />

De verschuldigde HSL-heffing wordt op basis van een definitief tarief gefactureerd binnen 2 maanden<br />

nadat het definitieve tarief van de HSL-heffing is berekend volgens de berekeningswijze zoals<br />

opgenomen in artikel 4 van het Besluit HSL-heffing, waarbij het verschil met de voorlopige factuur van<br />

de HSL-heffing wordt afgerekend.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 90


6.3.1.2 Bovenleiding<br />

De dienst ‘Bovenleiding’ wordt verrekend naar rato van het aantal via de bovenleiding geleverde<br />

kilowatturen. De gebruiksomvang per spoorwegonderneming wordt bepaald aan de hand van door de<br />

spoorwegonderneming te overleggen facturen voor de levering van elektrische energie via de<br />

bovenleiding.<br />

6.3.1.3 Buitengewoon Vervoer<br />

Voor de dienst ‘Buitengewoon Vervoer’ worden geen specifieke gebruiksvergoedingen in rekening<br />

gebracht indien gebruik wordt gemaakt van door <strong>ProRail</strong> aangeboden standaardregelingen.<br />

Voor maatwerkregelingen wordt een vergoeding in rekening gebracht op basis van de aan de<br />

maatwerkregelingen toe te rekenen werkelijk gemaakte kosten per aangevraagde maatwerkregeling.<br />

Het betreft een vergoeding van uren die <strong>ProRail</strong> heeft besteed en een vergoeding van de overige<br />

kosten die <strong>ProRail</strong> heeft gemaakt voor die regeling.<br />

6.3.2 Dienstengroep ‘Transfer’<br />

Voor de dienst ‘Transfervoorzieningen’ wordt een gebruiksvergoeding verlangd per haltering, met<br />

onderscheiding van 5 stationsklassen (halte, basis, plus, mega, kathedraal) en 3 treinhalteringscodes<br />

(A, B, C).<br />

De indeling in stationsklassen is opgenomen in bijlage 25 en is gebaseerd op begrote aantallen in- en<br />

uitstappers, met als drempelwaarden kleiner dan 1.000, 10.000, 25.000, 75.000, groter dan 75.000 inen<br />

uitstappers per dag; een station wordt evenwel ingedeeld in de klasse ‘halte’, als de oppervlakte<br />

van de aanwezige transferruimte kleiner is dan 2.000 m 2 waarvan minder dan 20% overkapt; een<br />

station waar liften en/of roltrappen aanwezig zijn wordt steeds ingedeeld in de klasse ‘basis’ of hoger.<br />

De toepasselijke treinhalteringscode wordt bepaald op basis van het treinnummer; voor de toepassing<br />

van de treinhalteringscodes gelden de volgende regels:<br />

• treinhalteringscode A: trein voor personenvervoer die op zijn route van begin- naar eindstation<br />

volgens dienstregeling (het traject onder één treinnummer) alle stations bedient of ten hoogste<br />

15% van de stations niet bedient;<br />

• treinhalteringscode B: trein voor personenvervoer die op zijn route van begin- naar eindstation<br />

volgens dienstregeling (het traject onder één treinnummer) ten hoogste 50% van de stations niet<br />

bedient of die deel uitmaakt van een treinserie waarvan tenminste 90% wordt gereden in een<br />

samenstelling met niet meer dan 150 zitplaatsen.<br />

• treinhalteringscode C: trein voor personenvervoer, zonder voorwaarden met betrekking tot<br />

percentages niet-bediende stations.<br />

Het aantal halteringen voor de gebruiksvergoeding wordt bepaald op basis van de activiteiten ‘vertrek’<br />

en ‘korte stop’ in de <strong>ProRail</strong>-verkeersleidingssystemen, voor elke trein waarvoor een rijkarakteristiek<br />

wordt opgegeven die een reizigerstrein indiceert; in de toegangsovereenkomst wordt<br />

overeengekomen, welke treinhalteringscode van toepassing is per treinnummerreeks. Vernummering<br />

van treinnummers (waaronder voorloopcijfers) heeft geen invloed op de oorspronkelijke<br />

treinhalteringscode.<br />

Uitzonderingsregeling Enschede – Enschede grens<br />

De dienst ‘Transfervoorzieningen’ voor treinen op het baanvak Enschede – Enschede grens (richting<br />

Gronau) zal, vanwege de afwezigheid van registrerende verkeersleidingssystemen, worden<br />

afgerekend op planningsbasis. Om te compenseren voor eventuele niet-gereden treinen wordt 98,5%<br />

van het geplande aantal halteringen gefactureerd.<br />

6.3.3 Dienstengroep ‘Reisinformatie’<br />

Als gebruiksvergoeding voor de delen van de dienst ‘Reis- en verkeersinformatie’ die niet zijn<br />

inbegrepen in de gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Treinpad’ wordt een separate verkoopprijs<br />

doorberekend, die op de werkelijke kosten gebaseerd is. Op aanvraag wordt een prijsvoorstel gedaan<br />

op basis van een specifiek en individueel serviceniveau.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 91


6.3.4 Dienstengroep ‘Emplacementen’<br />

De dienst ‘Opstel- en rangeersporen’ wordt verrekend naar rato van de hoeveelheid en tijdsduur van<br />

de op aanvraag verdeelde opstelcapaciteit. Afgerekend wordt de capaciteit van de gehele nuttige<br />

lengte van het betrokken opstelspoor in meters, met onderscheiding van wel/niet in de beveiliging<br />

opgenomen sporen (waarbij aanwezigheid van detectie in het spoordeel waar opgesteld wordt<br />

maatgevend is).<br />

Overeen te komen regeling<br />

► Bij constatering van opstelgebruik door een spoorwegonderneming op een spoor zonder dat de<br />

onderneming de opstelcapaciteit op dat spoor heeft verkregen wordt het dubbele van het tarief<br />

voor een afzonderlijke dag in rekening gebracht. ◄<br />

Als het gebruik van opstel- en rangeersporen nodig is in verband met de uitvoering van een door<br />

<strong>ProRail</strong> gegeven opdracht, is dat gebruik vrijgesteld van de gebruiksvergoedingen voor de dienst<br />

‘Opstel- en rangeersporen’. Een aanvrager die de vrijstellingsregeling toegepast wil zien, moet dat in<br />

zijn capaciteitsaanvraag vermelden; in dat geval kan geen beroep op enige voorrang bij de verdeling<br />

worden gedaan.<br />

6.3.5 Dienstengroep ‘Informatie’<br />

De gebruiksvergoeding voor (onderdelen van) enkele Informatiediensten is inbegrepen in de<br />

gebruiksvergoeding voor de dienst ‘Treinpad’; voor onderdelen die daarbuiten vallen wordt een<br />

separate verkoopprijs doorberekend, die op de werkelijke kosten gebaseerd is.<br />

Voor een aantal diensten is maatwerk mogelijk; op aanvraag wordt daarvoor een prijsvoorstel gedaan<br />

op basis van een specifiek en individueel serviceniveau.<br />

6.4 Prestatieregeling<br />

Een prestatieregeling dient erop gericht te zijn om storingen van de infrastructuur en verstoringen van<br />

het treinverkeer zo gering mogelijk te houden en de prestatie van het spoorweg<strong>net</strong> te verbeteren.<br />

<strong>ProRail</strong> biedt prestatieregelingen aan, zie bijlage 26. Dit aanbod sluit niet uit dat aanvullende of<br />

gewijzigde prestatieregelingen worden overeengekomen.<br />

Tot de prestatieregelingen kunnen ook regelingen behoren om de dienstverlening van <strong>ProRail</strong> te<br />

verbeteren. Daarnaast is <strong>ProRail</strong> aangesloten bij het in internationaal verband te ontwikkelen<br />

European Performance Regime.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► <strong>ProRail</strong> biedt aan, in de toegangsovereenkomst afspraken te maken over prestatieregelingen. ◄<br />

6.5 Wijzigingen van de gebruiksvergoedingsregelingen<br />

Als <strong>ProRail</strong> essentiële onderdelen van de in deze <strong>Netverklaring</strong> omschreven gebruiksvergoedingsregelingen<br />

wil wijzigen zal <strong>ProRail</strong> het concept van de gewijzigde regeling ter consultatie aan<br />

gerechtigden voorleggen; de gewijzigde regeling wordt van kracht tenminste drie maanden nadat die<br />

in een aanvulling op de <strong>Netverklaring</strong> bekendgemaakt is.<br />

<strong>ProRail</strong> kan tarieven onder meer wijzigen op grond van indexeringen volgens de consumentenprijsindex<br />

(CPI), zoals opgenomen in het Centraal Economisch Plan van het Centraal Planbureau,<br />

bijlage 2. Een dergelijke wijziging wordt van kracht tenminste één maand nadat die in een aanvulling<br />

op de <strong>Netverklaring</strong> bekendgemaakt is.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 92


6.6 Facturering<br />

<strong>ProRail</strong> factureert de gebruiksafhankelijke gebruiksvergoedingen per kalendermaand bij wijze van<br />

voorlopige factuur telkens op de 1 e van de desbetreffende maand. De voorlopige factuur wordt<br />

gebaseerd op een schatting van de voor die maand voorziene gebruiksomvang. De eindafrekening<br />

volgt na afloop van de desbetreffende maand.<br />

Vergoedingen die gebruiksonafhankelijk per jaar of gedeelte daarvan zijn bepaald worden in<br />

maandelijkse termijnen gefactureerd.<br />

Betaling voor de dienstengroep ‘Informatie’, voor zover geen onderdeel van de dienst ‘Treinpad’,<br />

geschiedt in principe achteraf en per maand, tenzij expliciet anders overeengekomen. Uitzondering<br />

hierop zijn betalingen onder € 100.000,- (per jaar), deze worden als volgt gefactureerd:<br />

• Bij initiële levering van de dienst wordt achteraf, direct na levering van de dienst, gefactureerd.<br />

• Bij jaarlijkse continuering van afname van de dienst wordt steeds in Q1 gefactureerd.<br />

In sommige gevallen zal <strong>ProRail</strong> een zekerstelling of betaling vragen voorafgaand aan de levering,<br />

ter hoogte van de geschatte verschuldigde gebruiksvergoeding over drie maanden. Bij schadeafhandeling<br />

kan <strong>ProRail</strong> een zekerheid verlangen, ter hoogte van het geschatte schadebedrag.<br />

De facturen en voorlopige facturen dienen uiterlijk dertig dagen na factuurdatum te worden betaald.<br />

Het is niet toegestaan om tegenvorderingen van spoorwegondernemingen te verrekenen met de<br />

gebruiksvergoeding.<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 93


(lege bladzijde)<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 94


ijlage 1 Algemene overzichtskaart met <strong>net</strong>werkconfiguratie (§ 3.2.1)<br />

Den Helder<br />

Harlingen<br />

Stavoren<br />

Leeuwarden<br />

26<br />

50<br />

Sauwerd<br />

54<br />

11<br />

Groningen<br />

66 77<br />

Eemshaven<br />

27<br />

27Delfzijl<br />

Weener (D)<br />

29 47<br />

Veendam<br />

35<br />

Emmen<br />

Enkhuizen<br />

18<br />

41<br />

Heerhugowaard<br />

Meppel<br />

23 17<br />

Hoorn<br />

27<br />

Laarwald (D)<br />

Kampen<br />

46<br />

Uitgeest<br />

13<br />

33<br />

Zwolle 34<br />

13<br />

Lelystad Centrum<br />

Marienberg<br />

19 Zaandam 40<br />

Haarlem 17 10<br />

30 47<br />

Zandvoort aan Zee<br />

Amsterdam Centraal<br />

Nijverdal<br />

8<br />

13<br />

Nijverdal West<br />

Wierden Almelo Bad Bentheim (D)<br />

Schiphol<br />

67<br />

18<br />

Deventer 15<br />

29<br />

15<br />

27<br />

39<br />

Enschede<br />

Hilversum Apeldoorn<br />

39<br />

Hengelo<br />

45 8<br />

45<br />

Leiden Centraal<br />

18 16<br />

Gronau (D)<br />

Alphen a/d Rijn<br />

44<br />

16<br />

Amersfoort<br />

Zutphen<br />

Den Haag Centraal<br />

19<br />

21<br />

Utrecht Centraal<br />

43<br />

18 16<br />

29<br />

Woerden 41<br />

Ede Wageningen<br />

Hoek van Holland Haven<br />

19 28 16<br />

24 Gouda<br />

16 Arnhem Winterswijk<br />

Rhenen Zevenaar 50<br />

24<br />

14<br />

Rotterdam Centraal<br />

10<br />

Maasvlakte 9<br />

49<br />

44<br />

42 11 Kijfhoek Noord<br />

17<br />

Geldermalsen<br />

Emmerich (D)<br />

47<br />

Nijmegen<br />

Dordrecht<br />

44<br />

45 15<br />

Lage Zwaluwe<br />

's-Hertogenbosch<br />

15<br />

23 Breda 22 12<br />

Boxtel<br />

Roosendaal<br />

22 21 17<br />

75<br />

8<br />

Tilburg 20 52<br />

Vlissingen<br />

61<br />

Sloehaven empl. Essen (B)<br />

Eindhoven<br />

Noorderkempen (B)<br />

Terneuzen<br />

29<br />

Venlo<br />

15<br />

Weert 24 Kaldenkirchen (D)<br />

Neerpelt (B)<br />

10<br />

Zelzate (B)<br />

24<br />

Roermond<br />

24<br />

Legenda<br />

22 14<br />

Heerlen<br />

Lanaken (B)<br />

9 Herzogenrath (D)<br />

Maastricht Kerkrade Centrum<br />

11 23 6<br />

Vise (B)<br />

Sittard<br />

Station/knooppunt<br />

1 sporig<br />

2 sporig<br />

3 sporig of meer<br />

75 Afstand in kilometers<br />

Hoofdspoorwegen<br />

situatie januari <strong>2013</strong><br />

inzicht november 2011<br />

Bron: Infra Atlas<br />

bijlage 1 Algemene overzichtskaart met <strong>net</strong>werkconfiguratie<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 95


In aanvulling op de in de overzichtskaart op de vorige bladzijde vermelde spoorwegen, zijn de<br />

volgende spoorwegen aangewezen als hoofdspoorweg:<br />

• Velperbroek Aansluiting – Arnhem Goederenstation<br />

• IJsselbrug Westzijde – Arnhem Goederenstation<br />

• Nootdorp Aansluiting – Leidschendam Werkplaats<br />

• Amersfoort – Leusden<br />

• Amsterdam Singelgracht Aansluiting – Amsterdam Westhaven<br />

• Amsterdam Sloterdijk – Amsterdam Westhaven<br />

• Apeldoorn – Apeldoorn Zuid<br />

• Lage Zwaluwe – Oosterhout<br />

• Lage Zwaluwe – Moerdijk<br />

• Sittard – Born<br />

De in onderstaande tabel vermelde stamlijnen zijn hoofdspoorwegen.<br />

Locatie Naam stamlijn Bijzonderheden<br />

Haven van Rotterdam Waalhaven<br />

Haven van Rotterdam Eemhaven<br />

Haven van Rotterdam Pernis<br />

Haven van Rotterdam Botlek<br />

Haven van Rotterdam Europoort<br />

Haven van Rotterdam Maasvlakte<br />

Haven van Amsterdam Westelijk havengebied<br />

Haven van Amsterdam Hemhaven<br />

Haven van Amsterdam Houtrakpolder<br />

Moerdijk<br />

Industrieschap<br />

Utrecht<br />

Industrieterrein Lage Weide<br />

Delfzijl<br />

stamlijn Havenschap<br />

Dordrecht<br />

Zeehaven<br />

Dordrecht Industrieterrein De Staart tot kruising met Grevelingenweg<br />

Maastricht<br />

Beatrixhaven<br />

Roodeschool Eemshaven<br />

Vlissingen<br />

Sloehaven<br />

Zwijndrecht<br />

Groote Lindt<br />

Oosterhout<br />

Industrieterrein Weststad<br />

Roosendaal Industrieterrein<br />

Roosendaal Borchwerf<br />

Alphen aan den Rijn Industrieterrein Rijnhaven uitsluitend stamlijntak langs Magazijnweg<br />

Tilburg<br />

De Loven<br />

Hengelo<br />

Zuid<br />

Born<br />

Franciscushaven<br />

Axel<br />

Axelse Vlakte<br />

Venlo<br />

Tradeport<br />

Almelo<br />

Bedrijvenpark Twente<br />

Arnhem<br />

gemeentelijke stamlijn<br />

Zwolle<br />

Katwolde<br />

Oss<br />

Elzenburg<br />

bijlage 1 Algemene overzichtskaart met <strong>net</strong>werkconfiguratie<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 96


ijlage 2 Lijst van begrippen (§ 1.10)<br />

Naam begrip<br />

Ad-hocaanvraag<br />

Aslast<br />

Baanvak<br />

Besloten<br />

personenvervoer<br />

Betuweroute<br />

Definitie<br />

Capaciteitsaanvraag voor infrastructuur ten behoeve van vervoer en voor beheer, als<br />

ook voor het afhandelen van verstoringen in de vorm van mutaties op het verdelingsplan<br />

dat binnen de ad-hocfase actueel is.<br />

Toelichting:<br />

Dit zijn aanvullingen op de capaciteitsverdeling die vastgelegd zijn in het verdelingsplan<br />

van de Jaardienst.<br />

Aslast is het gewicht (in tonnen) per as van een spoorvoertuig, incl. belading.<br />

Een baanvak is een opeenvolging van aaneengesloten dienstregelpunten en vrije<br />

banen, beginnend en eindigend in een dienstregelpunt.<br />

Toelichting:<br />

De begrippen baanvak en traject worden in de praktijk doorgaans beide en soms ook<br />

door elkaar gebruikt.<br />

Besloten personenvervoer is het vervoer van personen per trein, anders dan openbaar<br />

vervoer zoals bedoeld in de Wet personenvervoer.<br />

Onder de goederenspoorweg Betuweroute wordt verstaan:<br />

• de spoorweg Maasvlakte – Kijfhoek – Zevenaar en de daaraan gelegen<br />

emplacementen;<br />

• met inbegrip van de emplacementen Feijenoord en IJsselmonde en de sporen die<br />

die emplacementen verbinden met de genoemde spoorweg;<br />

• met inbegrip van de stamlijnen (niet-hoofdspoorwegen) die verbonden zijn aan de<br />

bedoelde emplacementen.<br />

De begrenzing van de sporen die onderdelen van de Betuweroute verbinden met het<br />

gemengde <strong>net</strong> ligt ter plaatse van de punten zoals vermeld in onderstaande tabel:<br />

locatie spoor-ID in verbinding punt<br />

IJsselmonde EF Brdv Rtst km 42.000<br />

wsl 135 -<br />

wsl 911A<br />

Brdv<br />

Rtst<br />

tussen wsl 135 en de kruising met<br />

het spoor tussen wsl 903 en wsl<br />

907B<br />

267e Rtz IJsm sein 960<br />

266c Rtz IJsm sein 962<br />

Zwijndrecht 37 Zwd Kfh km 33.700<br />

67 Kfhz Zwd sein 1380<br />

68 Kfhz Zwd sein 1382<br />

69 Kfhz Zwd sein 1384<br />

Meteren CC BRMet Gdm km 147.000<br />

DD Gdm BRMet km 247.000<br />

EE BRMet Zbm km 346.600<br />

FF Zbm BRMet km 346.600<br />

Elst KK CUP Nm km 290.000<br />

HH CUP Est km 190.000<br />

GG Est CUP km 190.000<br />

Zevenaar ZN BRValo Zv km 107.200<br />

ZM BRValo Zv km 107.200<br />

KL Zv BRValo km 107.200<br />

Buitengewoon<br />

Vervoer<br />

Buitengewoon vervoer is vervoer waarbij afmetingen, gewicht of aard van de lading of<br />

het materieeltype bijzondere technische of exploitatieve maatregelen vergen. Voor<br />

buitengewoon vervoer is een vervoersregeling vereist.<br />

bijlage 2 Lijst van begrippen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 97


Naam begrip<br />

Capaciteitsovereenkomst<br />

Centraal bediend<br />

gebied<br />

Dienstregeling<br />

Emplacement<br />

ERTMS<br />

ETCS<br />

Definitie<br />

Capaciteitsovereenkomst is een toegangsovereenkomst waarin alleen de capaciteit,<br />

waarop de gerechtigde aanspraak kan maken, is vastgelegd zonder recht op toegang<br />

en gebruik van de spoorweginfrastructuur.<br />

Toelichting:<br />

Een capaciteitsovereenkomst kan worden gesloten met een partij die volgens de wet<br />

gerechtigd is tot het sluiten van een toegangsovereenkomst (bijvoorbeeld een provincie<br />

die vervoerconcessies verleent, of een verlader), maar die niet beschikt over een<br />

bedrijfsvergunning.<br />

Een centraal bediend gebied is een gebied op het spoorweg<strong>net</strong>, waarbinnen de<br />

samenhang van rijweginstelling en spoorbezetting vanuit één systeem wordt bewaakt en<br />

waar de bediening van individuele infraobjecten en de rijweginstelling plaatsvindt vanuit<br />

één centraal punt.<br />

Een dienstregeling is een overzicht van het geplande railverkeersproduct van alle<br />

vervoerders in termen van vertrek-, doorkomst- en aankomsttijden van treinen op<br />

dienstregelpunten. Een dienstregeling heeft altijd een bepaalde geldigheid.<br />

Toelichting:<br />

Het blijkt dat de term dienstregeling voor van alles en nog wat wordt gebruikt: soms voor<br />

de productgerelateerde activiteiten, soms voor het totaal incl. procesgerelateerde<br />

activiteiten. Een dienstregeling/Infraplan geeft op het gebruik van het productiemiddel<br />

“Infra” invulling aan een dienstregeling.<br />

Een emplacement is een gebied van de railinfrastructuur dat bestemd en ingericht is om<br />

treinen te doen stoppen, beginnen, eindigen, inhalen, kruisen, opstellen of rangeren en<br />

voorzien van ten minste één wissel.<br />

In de Algemene Maatregel van Bestuur (Besluit)/Ministeriële Regeling Spoorverkeer<br />

wordt emplacement als volgt aangeduid: tot een emplacement behoren:<br />

a. alle sporen, aangeduid met een cijfer;<br />

b. de spoorgedeeltes van het wisselcomplex;<br />

c. alle aan de sporen als bedoeld sub a en b grenzende sporen tot een maximale<br />

afstand van 200 meter * voor het toegangssein van dat emplacement, tenzij door de<br />

beheerder is aangegeven middels een bord (SR 302) dat op dit spoor niet kan<br />

worden gerangeerd of beperkingen gelden ten aanzien van het rangeren.<br />

Toelichting:<br />

*) Bij sommige emplacementen wijkt dit af. Bijvoorbeeld voor het emplacement Hoorn<br />

geldt 275 m. en voor Amersfoort geldt 340 m.<br />

ERTMS is het Europese gestandaardiseerde beveiligingssysteem voor het treinverkeer.<br />

Toelichting:<br />

Zie ook ETCS en GSM-R<br />

ERTMS kent 3 niveaus<br />

1. Puntsgewijze treinbeveiliging met vaste blokken, en conventionele treindetectie.<br />

Deze is qua functionaliteit vrijwel gelijk met ATB-NG;<br />

2. Cabinesignalering gebaseerd op radiocommunicatie, conventionele treindetectie,<br />

vaste blokken;<br />

3. Cabinesignalering gebaseerd op radiocommunicatie, de trein geeft zelf zijn positie<br />

door, vaste of bewegende blokken.<br />

ETCS is een onlosmakelijk onderdeel van het ERTMS en heeft betrekking op de<br />

signalering, zowel naast het spoor als in de cabine.<br />

bijlage 2 Lijst van begrippen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 98


Naam begrip<br />

Gebruiksbeperking<br />

Gerechtigde<br />

Gevaarlijke stoffen<br />

GSM-R<br />

Knooppunt<br />

KPI<br />

Macro topologie<br />

Netwerkconfiguratie<br />

Niet-centraal bediend<br />

gebied<br />

Definitie<br />

Een gebruiksbeperking is een afwijking van de normale gebruikswaarde van de<br />

railinfrastructuur.<br />

Zoals:<br />

• tijdelijke snelheidsbeperkingen (TSB’s)<br />

• toelatingsnormen en vervoersregelingen<br />

• materieel-spooruitsluiting<br />

• materieel-wisseluitsluiting<br />

• belastingbeperking<br />

• beperking stroomafname<br />

• beperking omgevingsvergunning<br />

• vervoersbeperking<br />

• geluidbeperking<br />

Volgens de Spoorwegwet is een gerechtigde een natuurlijk persoon of een<br />

rechtspersoon die bevoegd is tot het sluiten van een toegangsovereenkomst met<br />

<strong>ProRail</strong>.<br />

Zie artikel 57 van de Spoorwegwet.<br />

Gevaarlijke stoffen zijn stoffen, die door hun eigenschappen in geringe hoeveelheid al<br />

gevaar opleveren voor mens, dier of milieu, zoals bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke<br />

stoffen.<br />

GSM-R is het draadloze telecommunicatie<strong>net</strong>werk voor de spoorsector.<br />

Toelichting:<br />

GSM-R wordt gebruikt als communicatiemedium zowel spraak (machinist en<br />

treindienstleider) als data (tussen de beveiligingssystemen aan wal en in de trein).<br />

Een knooppunt is een dienstregelpunt of een verzameling (naburige) dienstregelpunten<br />

die een rol spelen bij de processen van treindienst.<br />

Er zijn drie soorten knooppunten:<br />

• infraknooppunt: proces = planning, verdeling en vrijgeven van infra.<br />

Een infraknooppunt is ook een knooppunt, waar minimaal drie vrije banen<br />

samenkomen.<br />

• materieelknooppunt: proces = planning en uitvoering van materieelbehandelingen<br />

en rangeren.<br />

• personeelknooppunt: proces = planning en besturing van de personeelsdiensten.<br />

Een KPI (Key Performance Indicator of Kritische prestatie indicator) is een variabele om<br />

een bepaalde prestatie van een onderneming te analyseren. Het is een<br />

managementinstrument.<br />

De macro topologie is de weergave van het <strong>net</strong>werk van de railinfrastructuur op het<br />

niveau van dienstregelpunten (stations, haltes, aansluitingen, bruggen, enzovoort) en de<br />

vrije banen. Hierin fungeren de dienstregelpunten als knopen en de vrije banen als de<br />

takken.<br />

Hierin is een extra verfijning aan te brengen door de takken (hier de vrije banen) nader<br />

te preciseren tot de afzonderlijke vrijebaansporen. Deze verfijning is voor sommige<br />

plannings- en capaciteitsverdelingsfuncties nuttig wegens het iets verhoogde<br />

detailniveau, ter voorkoming van conflictsituaties.<br />

Zie ook de definitie van “vrije baan”.<br />

De <strong>net</strong>werkconfiguratie (macro topologie) is de weergave van het <strong>net</strong>werk van de<br />

railinfrastructuur op het niveau van dienstregelpunten (stations, haltes, aansluitingen,<br />

bruggen, enzovoort) en de vrije banen.<br />

Hierin fungeren de dienstregelpunten als knopen en de vrije banen als de takken.Hierin<br />

is een extra verfijning aan te brengen door de takken (hier de vrije banen) nader te<br />

preciseren tot de afzonderlijke vrijebaansporen. Deze verfijning is voor sommige<br />

plannings- en capaciteitsverdelingsfuncties nuttig wegens het iets verhoogde<br />

detailniveau, ter voorkoming van conflictsituaties.Zie ook de Definitie:van “vrije baan”.<br />

Een niet centraal bediend gebied (NCBG) is een gebied op het spoorweg<strong>net</strong>,<br />

waarbinnen de bediening van individuele infraobjecten en de rijweginstelling lokaal<br />

plaatsvindt onder de supervisie van de treindienstleider met minimale bevoegdheid.<br />

bijlage 2 Lijst van begrippen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 99


Naam begrip<br />

Opstelspoor<br />

Overloop<br />

Pad<br />

Perronspoor<br />

Definitie<br />

Opstelspoor<br />

Een opstelspoor is een spoor bedoeld voor het opstellen van materieel.<br />

Opstellen<br />

Opstellen is het tijdelijk laten staan van materieel dat tijdens die stilstand niet<br />

opgenomen is in de dienstregeling en geen rangeerbewegingen uitvoert.<br />

Een overloop is een voorziening om op een vrije baan van spoor te wisselen via<br />

(minimaal 2) wissels.<br />

Toelichting:<br />

De toepassing van een overloop is de Infratechnische Voorziening voor Onderhoud,<br />

deze wordt in de vervoersplanning gezien als een dienstregelpunt.<br />

Een pad is een beweging als conflictvrije invulling voor een slot.<br />

Volgens Richtlijn 2001/14/EG is een treinpad: de infrastructuurcapaciteit die nodig is om<br />

een trein in een bepaald tijdvak tussen twee plaatsen te laten rijden.<br />

Synoniem:<br />

Treinpad<br />

Toelichting<br />

Anders gezegd: De lijn voor een trein op de tijd-weggrafiek tussen begin- en eindpunt en<br />

de daarbij behorende vertrek- en aankomsttijdstippen, binnen de daarvoor beschikbare<br />

infracapaciteit (dus in die zin conflictvrij).<br />

Op dezelfde manier, maar op kleinere schaal, geldt dit ook voor een rangeerbeweging<br />

binnen een PPLG: het achtereenvolgens benutten van enkelvoudige routes in de tijd.<br />

Zie de tekening bij de toelichting van “slot”.<br />

Spoor langs het perron.<br />

Spoor<br />

Een spoor is een ononderbroken, benaamd deel van een spoortak, eenduidig begrensd<br />

door daarvoor geldige spoorgrenzen en bedoeld als van- of naar-locatie voor een<br />

beweging, dan wel als opstelplaats voor materieel.<br />

Toelichting:<br />

Een meer populaire definitie is:<br />

Twee (evenwijdige) spoorstaven, zodanig geconstrueerd, dat er railvoertuigen op<br />

kunnen rijden.<br />

Dit is echter eerder de omschrijving van “rails”.<br />

Prestatieregeling<br />

Rangeren<br />

Perron<br />

Een perron is een verhoging langs het spoor bij een station of halte, waar reizigers<br />

kunnen in- en uitstappen en/of goederen kunnen worden aangenomen en afgeleverd.<br />

Een regeling inzake de wederkerige prestaties van de infrabeheerder en de<br />

spoorwegonderneming; een vergoedingssysteem kan daarvan deel uitmaken.<br />

Rangeren is het uitvoeren van een rangeerbeweging.<br />

Besluit spoorverkeer:<br />

Rangeren: alle in hun geheel binnen een emplacement plaatsvindende<br />

verkeersbewegingen met treinen (of spoorvoertuigen).<br />

RNE<br />

Rangeerbeweging<br />

Een rangeerbeweging is een beweging zonder oogmerk van vervoer, waarbij de<br />

restrictie geldt dat geen vrije baan wordt bereden, dus binnen de grenzen van een<br />

emplacement of materieelknooppunt.<br />

RailNetEurope is een Europees samenwerkingsverband van beheerders van<br />

spoorweginfrastructuur op het gebied van capaciteitsverdeling en operatie. Binnen RNE<br />

worden onder andere de internationale dienstregelingsaanvragen gecoördineerd en<br />

afgestemd.<br />

(www.rne.eu)<br />

bijlage 2 Lijst van begrippen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 100


Naam begrip<br />

Slot<br />

Definitie<br />

Een slot is een in tijd en ruimte aaneengesloten samenstel van één of meer<br />

infracapaciteitseenheden, dat ruimte biedt aan een geldig infragebruiksdoel van de<br />

railinfrastructuur.<br />

Toelichting (figuur):<br />

Pad (lijn)<br />

= beweging als conflictvrije invulling voor een slot over een<br />

gedetermineerd deel van de railinfrastructuur.<br />

Slot (opp. in omhullende)<br />

= in tijd en ruimte aaneengesloten samenstel van 1 of meer<br />

infracapaciteitseenheden dat ruimte biedt aan een geldig<br />

gebruiksdoel van de infrastructuur.<br />

08<br />

T<br />

o<br />

p<br />

e<br />

i n<br />

g<br />

Localebezettingen<br />

(incl.marge)<br />

07<br />

x<br />

X<br />

1<br />

X<br />

X<br />

2<br />

3<br />

(weg = traject of PPLG-route)<br />

Infracapaciteitseenheid (opp. rechthoekje)<br />

= elementair ruimte-tijd deel, dat bepaald wordt door een<br />

gedetermineerd infradeel (ruimte) en een tijdsinterval, waarmee<br />

de toewijzing van infracapaciteit aan geldige gebruiksdoelen<br />

identificeerbaar en op maat kan worden verricht.<br />

X<br />

X<br />

X5 brug<br />

4 6<br />

Buitendienststelling sporen 14a,<br />

14b, 16a en 16b<br />

Vergelijkbaar: volume-infra-inzet<br />

. 30<br />

T<br />

.00<br />

Spooraansluiting<br />

Spoorwegonderneming<br />

Spoor- en<br />

baanvakgeometrie<br />

Stamlijn<br />

x<br />

14a<br />

14b 16a 16b<br />

Een spooraansluiting is een aansluiting van het terrein van één bedrijf door middel van<br />

een spoor en een wissel aan het spoorweg<strong>net</strong>.<br />

Volgens de Spoorwegwet: een spoorwegonderneming is een onderneming waarvan de<br />

(voornaamste) activiteit bestaat uit het leveren van spoorwegvervoerdiensten voor<br />

goederen of reizigers en die beschikt over tractie om de bedoelde diensten te verzorgen<br />

alsmede iedere andere onderneming die gebruik maakt of beoogt te maken van de<br />

spoorweg en ook beschikt over tractie.<br />

Synoniem:<br />

Vervoerder.<br />

Spoor- en baanvakgeometrie is de ligging van sporen en baanvakken uitgedrukt in<br />

meetkundige termen.<br />

Een stamlijn is een spoorweg ter ontsluiting van meerdere spooraansluitingen in een<br />

haven- of industriegebied.<br />

bijlage 2 Lijst van begrippen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 101


Naam begrip<br />

Station<br />

STM<br />

Storing<br />

Tankinstallatie<br />

Toelichting:<br />

Voor Nederland is de STM-ATB relevant, voor de grensovergang met België de STM-<br />

Memor en voor Duitsland de STM-PZB (Punktförmige Zugbeeinflussung).<br />

Niet- of niet juist werkende functionaliteit van de spoorweginfrastructuur.<br />

Een tankinstallatie is een installatie voor de opslag van brandstof, inclusief de<br />

mogelijkheden om spoorvoertuigen van brandstof te voorzien op een<br />

milieuverantwoorde wijze.<br />

Toegangsovereenkomst<br />

Tonmetergewicht<br />

Traject<br />

Treindienst- en<br />

verkeersleiding<br />

Treinpad<br />

Verkeersgebruik<br />

Definitie<br />

Een station is een gebouw of werk dat blijkens zijn constructie en inrichting geheel of<br />

gedeeltelijk is bestemd voor aankomst en vertrek van spoorvoertuigen met het oog op<br />

het in-, uit- of overstappen van reizigers.<br />

Een Specifieke Transmissie Module (STM) is treinapparatuur, die informatie uit een<br />

conventioneel lokaal beveiligingssysteem converteert naar voor het ETCS begrijpelijke<br />

informatie.<br />

Toelichting:<br />

Conform de vergunning Wet milieubeheer / Wet algemene bepalingen<br />

omgevingsvergunning.<br />

Een toegangsovereenkomst is een overeenkomst tussen <strong>ProRail</strong> en een gerechtigde<br />

over het gebruik van capaciteit en bevat in ieder geval bedingen over:<br />

a. de door <strong>ProRail</strong> te bieden kwaliteit van de hoofdspoorweginfrastructuur;<br />

b. de gebruiksvergoeding.<br />

Toelichting:<br />

Zie art. 59 van de Spoorwegwet<br />

Zie ook: Capaciteitsovereenkomst.<br />

Een tonmetergewicht is het gewicht in tonnen dat een trein gemiddeld per strekkende<br />

meter weegt.<br />

Verbinding tussen twee plaatsen met betrekking tot voer- of vaartuigen die die weg<br />

geregeld afleggen.<br />

Treindienstleiding<br />

Organisatie van mensen en systemen, die gericht is op het:<br />

• zorgen voor spoorwegveiligheid;<br />

• vrijgeven van rijwegen aan infragebruikers;<br />

• bij verschil tussen gevraagde en beschikbare rijwegen het procesplan rijwegen<br />

opnieuw vaststellen en hierover informatie verstrekken;<br />

• bij een calamiteit nemen van de juiste maatregelen en vervolgens melding maken<br />

van de calamiteit.<br />

Netwerkverkeersleiding<br />

Organisatie van mensen en systemen, die gericht is op het:<br />

• toedelen en verdelen van railinfracapaciteit in de operationele fase;<br />

• verstrekken van informatie van deze toedeling;<br />

• evalueren van de afhandeling van verstoring.<br />

Synoniem: zie pad<br />

Verkeersgebruik is het gebruik van de capaciteit van de infrastructuur voor verkeer. Dit<br />

in tegenstelling tot het gebruik van de infrastructuur voor beheer.<br />

Toelichting:<br />

Verkeer is te onderscheiden in rijdend en stilstaand verkeer.<br />

Beheer is het maken, onderhouden en vernieuwen van de infrastructuur.<br />

Binnen de spoorbranche:<br />

• Rijdend gebruik is het rijden van de trein, in- en uitstappen resp. laden en lossen,<br />

rangeerhandelingen ten behoeve van het samenstellen van treinen.<br />

• Stilstaand gebruik is het opstellen en verzorgen van spoorvoertuigen: inspecties,<br />

bevoorrading verbruiksmaterialen, hygiënische verzorging in- en uitwendig, kleine<br />

herstellingen.<br />

bijlage 2 Lijst van begrippen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 102


Naam begrip<br />

Verstoring<br />

Vervoer<br />

VPT-systeem<br />

Vrije baan<br />

Wielbandonregelmatigheid<br />

Definitie<br />

Een verstoring is een afwijking van een trein op het verdelingsplan op een<br />

dienstregelpunt boven een vastgestelde normwaarde. Er zijn drie soorten verstoringen:<br />

1. vertragingen groter dan of gelijk aan de onregelmatigheidvertragingsnorm;<br />

2. opheffing waarvoor geen order normale treindienst is ingediend;<br />

3. omleiding waarvoor geen order normale treindienst is ingediend.<br />

Toelichting:<br />

Zie artikel 23 lid 1 van het Besluit Spoorverkeer.<br />

Het gebruik van capaciteit waarbij daadwerkelijk passagiers of lading wordt vervoerd.<br />

Vervoer Per Trein (VPT) systeem is een Informatie- en communicatiesysteem ter<br />

ondersteuning van de planning, uitvoering en bijsturing van de treindienst.<br />

Een vrije baan is een gebied dat twee dienstregelpunten of twee PPLG´s met elkaar<br />

verbindt.<br />

Toelichting<br />

Binnen een vrije baan is voor een beweging geen afslagmogelijkheid; er bevinden zich<br />

geen door de procesleider rijwegen bedienbare wissels. Een vrije baan bestaat uit één<br />

of meer vrije baansporen.<br />

Er zijn twee zienswijzen op het vrije baan-begrip (zie ook "Macro topologie"):<br />

• De PPLG-zienswijze: hier zijn de PPLG´s de knopen, en is een vrije baan een<br />

verbindende pijp zonder afslagmogelijkheid.<br />

• De Dienstregelpunt-zienswijze: onderkent meer knopen dan de PPLG-zienswijze\;<br />

daarin zijn de dienstregelpunten de knopen, zodat een iets fijnmaziger <strong>net</strong>werk<br />

ontstaat.<br />

Een wielbandonregelmatigheid is een beschadiging in het loopvlak van een wiel van een<br />

spoorvoertuig.<br />

Verkorting<br />

ATB<br />

ATB-EG<br />

ATB-NG<br />

ATB-Vv<br />

BP<br />

BV<br />

CER<br />

CIT<br />

CUI<br />

ERTMS<br />

ETCS<br />

GSM-R<br />

IVW<br />

KPI<br />

NMa<br />

PPLG<br />

RIC<br />

RIV<br />

RNE<br />

STM<br />

TSI<br />

Betekenis<br />

Automatische treinbeïnvloeding<br />

Automatische treinbeïnvloeding eerste generatie<br />

Automatische treinbeïnvloeding nieuwe generatie<br />

Automatische treinbeïnvloeding verbeterde versie<br />

Buiten profiel<br />

Buitengewoon vervoer<br />

Community of European Railway and Infrastructure Companies<br />

International rail Transport Committee<br />

Uniform Rules concerning the Control of Use of Infrastructure in International Rail traffic.<br />

European Rail Traffic Management System<br />

European Traffic Control System<br />

Global System for Mobile Communications for Railways.<br />

Inspectie Verkeer en Waterstaat<br />

Key Performance Indicator of Kritische Prestatie Indicator<br />

Nederlandse Mededingingsautoriteit (www.nma<strong>net</strong>.nl).<br />

Primair procesleidinggebied<br />

Reglement voor het wederzijds gebruik van rijtuigen en bagagewagens in internationaal<br />

verkeer<br />

Reglement voor het wederzijds gebruik van goederenwagens in internationaal verkeer<br />

RailNetEurope<br />

Specifieke Transmissie Module<br />

Technische Specificatie inzake Interoperabiliteit<br />

bijlage 2 Lijst van begrippen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 103


(lege bladzijde)<br />

bijlage 2 Lijst van begrippen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 104


ijlage 3 Consultatie (§ 1.4.1)<br />

De <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> is door <strong>ProRail</strong> opgesteld na overleg met de betrokken gerechtigden. In deze<br />

bijlage is het proces van consultatie van betrokken gerechtigden beschreven over de <strong>Netverklaring</strong><br />

<strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong>, alsmede de uitkomst daarvan.<br />

Overleg met spoorwegondernemingen<br />

Onderwerpen voor aanpassing van de <strong>net</strong>verklaring zijn aan de orde geweest aan de tafels van<br />

overleg of in andere vormen van overleg waarvoor alle spoorwegondernemingen zijn uitgenodigd voor<br />

deelname. De uitkomsten van dit overleg, alsmede andere gegevens om de <strong>net</strong>verklaring te<br />

actualiseren en te verbeteren, zijn verwerkt in een conceptversie van de <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong>.<br />

Start van consultatie<br />

Een conceptversie van de <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> is op 9 september 2011 beschikbaar gesteld aan alle<br />

spoorwegondernemingen die op dat moment actief waren op het door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorweg<strong>net</strong>,<br />

alsmede aan alle bestuursinstanties die bevoegd zijn tot het verlenen van concessies voor openbaar<br />

personenvervoer per trein. De aanbiedingbrief waarin het beschikbaar zijn van de conceptversie van<br />

de <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> werd aangekondigd, ging in op de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de<br />

<strong>Netverklaring</strong> 2012, op het overleg dat voorafgaand aan de opstelling van de concept-<strong>Netverklaring</strong><br />

<strong>2013</strong> plaats vond en op de verdere consultatieprocedure.<br />

Advertentie<br />

Daarnaast heeft <strong>ProRail</strong> via advertenties in de Staatscourant en Nieuwsblad Transport andere<br />

gerechtigden geattendeerd op de mogelijkheid om bij te dragen aan de <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong>.<br />

Vragen en opmerkingen van gerechtigden<br />

Gerechtigden hebben tot 21 oktober 2011 de gelegenheid gekregen om schriftelijk te reageren op de<br />

(wijzigingen van de) concept-<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong>. <strong>ProRail</strong> heeft inhoudelijke reacties ontvangen van<br />

Arriva; ERS; KNV Spoorgoederenvervoer namens in KNV samenwerkende goederenvervoerders en<br />

spooraannemers; en een gecombineerde reactie van NS Reizigers, NedTrain en Hispeed.<br />

Reactie van <strong>ProRail</strong><br />

<strong>ProRail</strong> heeft de ontvangen vragen en opmerkingen opgenomen in een overzicht. In dat overzicht is<br />

tevens per vraag/opmerking gemotiveerd aangegeven, welk gevolg <strong>ProRail</strong> daaraan verbindt. Een<br />

deel van de ontvangen vragen en opmerkingen gaf <strong>ProRail</strong> aanleiding om wijzigingen en aanvullingen<br />

door te voeren ten opzichte van de conceptversie. Ook heeft <strong>ProRail</strong> nog wijzigingen doorgevoerd ten<br />

opzichte van de conceptversie vanwege het beschikbaar zijn van actuele gegevens, het verhelderen<br />

van de tekst en ter correctie van gebleken fouten. Alle inhoudelijke wijzigingen ten opzichte van de<br />

conceptversie zijn verantwoord in het overzicht.<br />

Alle inzenders die schriftelijk gereageerd hebben, hebben van <strong>ProRail</strong> een overzicht ontvangen van<br />

alle vragen en opmerkingen die de gerechtigden hebben ingezonden, met de reactie van <strong>ProRail</strong><br />

daarbij. <strong>ProRail</strong> stelt het overzicht op verzoek ook voor andere gerechtigden beschikbaar.<br />

bijlage 3 Consultatie<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 105


(lege bladzijde)<br />

bijlage 3 Consultatie<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 106


ijlage 4 Algemene klachten- en geschillenregelingen (§ 1.4.3)<br />

Artikel 1.<br />

1. Indien één der partijen meent dat de andere partij de Toegangsovereenkomst niet of niet juist nakomt en<br />

getracht is om het vermeende al dan niet nakomen van de Toegangsovereenkomst door mondeling overleg<br />

met de wederpartij te verhelpen, kan deze partij een schriftelijke klacht indienen bij de persoon van de<br />

wederpartij die verantwoordelijk is voor dat deel van de uitvoering van de Toegangsovereenkomst waarop de<br />

klacht betrekking heeft.<br />

2. Na ontvangst van de klacht als bedoeld in het vorige lid reageert de ontvangende partij schriftelijk binnen vijf<br />

werkdagen met, indien de klacht gegrond wordt geacht, een voorstel ter oplossing van de klacht waarbij<br />

tevens aangegeven wordt binnen welke termijn de klacht opgelost wordt.<br />

3. Een klacht is naar tevredenheid afgehandeld indien beide partijen instemmen met de gekozen oplossing van<br />

de klacht.<br />

4. Indien een klacht niet naar tevredenheid wordt opgelost is sprake van een geschil indien zulks schriftelijk aan<br />

de wederpartij gemeld wordt. In de schriftelijke melding van het geschil wordt het geschil en de<br />

ontstaansgeschiedenis van het geschil omschreven waarbij wordt aangegeven wat de standpunten van<br />

beide partijen met betrekking tot het geschil zijn.<br />

5. De partij die de melding als bedoeld in het vorige lid ontvangen heeft, dient binnen vijf werkdagen na<br />

ontvangst daarvan het geschil in behandeling te nemen.<br />

Afhandeling van geschillen geschiedt bij <strong>ProRail</strong> op het niveau van afdelingsmanagement en bij de<br />

Spoorwegonderneming op een daartoe door de Spoorwegonderneming gekozen managementniveau. Indien<br />

partijen ervoor kiezen kan een geschil aan een ander managementniveau worden voorgelegd.<br />

6. Een geschil is opgelost indien beide partijen kunnen instemmen met de gekozen oplossing.<br />

7. Indien sprake is van een klacht en/of geschil spannen beide partijen zich in om tot een oplossing van de<br />

klacht en/of het geschil te komen.<br />

Artikel 2.<br />

1. Alle geschillen, met uitzondering van de geschillen als bedoeld in de geschillenregeling capaciteitsverdeling,<br />

welke mochten ontstaan naar aanleiding van de Toegangsovereenkomst en die niet op grond van Artikel 1<br />

van deze Algemene Klachten- en Geschillenregeling minnelijk geschikt kunnen worden, worden beslecht<br />

overeenkomstig Artikel 28 van de Algemene Voorwaarden Toegangsovereenkomst.<br />

2. Deze klachten- en geschillenregeling laat het recht van partijen onverlet om in spoedeisende zaken een<br />

geschil direct aanhangig te maken bij de daartoe in Artikel 28 van de Algemene Voorwaarden aangewezen<br />

instantie.<br />

Artikel 3.<br />

1. Indien een belanghebbende meent, dat <strong>ProRail</strong> hem oneerlijk heeft behandeld, gediscrimineerd of<br />

anderszins heeft benadeeld bij de vaststelling van de <strong>Netverklaring</strong>, in het bijzonder bij de verwerking van de<br />

zienswijze, die hij naar aanleiding van het ontwerp van de <strong>Netverklaring</strong> aan <strong>ProRail</strong> heeft kenbaar gemaakt,<br />

kan deze belanghebbende een schriftelijke klacht indienen bij de Raad van Bestuur van <strong>ProRail</strong>.<br />

2. Na ontvangst van de klacht als bedoeld in het vorige lid reageert <strong>ProRail</strong> schriftelijk binnen vijf werkdagen<br />

met, indien de klacht gegrond wordt geacht, een voorstel ter oplossing van de klacht waarbij tevens<br />

aangegeven wordt binnen welke termijn de klacht opgelost wordt.<br />

3. Een klacht is naar tevredenheid afgehandeld indien klager en <strong>ProRail</strong> instemmen met de gekozen oplossing<br />

van de klacht.<br />

4. Indien een klacht niet naar tevredenheid wordt opgelost is sprake van een geschil indien zulks schriftelijk aan<br />

de wederpartij gemeld wordt. In de schriftelijke melding van het geschil wordt de het geschil en de<br />

ontstaansgeschiedenis van het geschil omschreven waarbij wordt aangegeven wat de standpunten van<br />

beide partijen met betrekking tot het geschil zijn.<br />

5. De partij die de melding als bedoeld in het vorige lid ontvangen heeft, dient binnen vijf werkdagen na<br />

ontvangst daarvan het geschil in behandeling te nemen.<br />

6. Een geschil is opgelost indien beide partijen kunnen instemmen met de gekozen oplossing.<br />

7. Indien sprake is van een klacht en/of geschil spannen beide partijen zich in om tot een oplossing van de<br />

klacht en/of het geschil te komen.<br />

Artikel 4.<br />

1. Alle geschillen omtrent de <strong>Netverklaring</strong>, welke niet op grond van artikel 3 minnelijk geschikt kunnen worden,<br />

kunnen overeenkomstig artikel 71, lid 1 Spoorwegwet worden voorgelegd aan de NMa.<br />

2. Deze klachten- en geschillenregeling laat het recht van partijen onverlet om in spoedeisende zaken een<br />

geschil direct aanhangig te maken bij de daartoe in artikel 71, lid 1 Spoorwegwet aangewezen NMa.<br />

bijlage 4 Algemene klachten- en geschillenregelingen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 107


(lege bladzijde)<br />

bijlage 4 Algemene klachten- en geschillenregelingen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 108


ijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden (§ 2.3.2)<br />

model-Toegangsovereenkomst <strong>2013</strong><br />

De model-Toegangsovereenkomst sluit aan op het aanbod van diensten in de <strong>net</strong>verklaring. De<br />

model-Toegangsovereenkomst <strong>2013</strong> (versie 1 september 2011) is te raadplegen via de website van<br />

<strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > <strong>net</strong>verklaring).<br />

In de model-Toegangsovereenkomst <strong>2013</strong> zijn de volgende inhoudelijke wijzigingen aangebracht ten<br />

opzichte van de model-toegangsovereenkomst 2012 (versie van 1 juli 2011):<br />

• het onderdeel met betrekking tot de reis- en verkeersinformatie is verwijderd in de artikelleden 3.2,<br />

5.2.1 en 6.3;<br />

• de dienst Quo Vadis is toegevoegd in artikel 3.2;<br />

• een optionele bepaling is opgenomen met betrekking tot een drempelwaarde voor<br />

aansprakelijkheid in artikellid 7.3.<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 109


(lege bladzijde)<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 110


Algemene Voorwaarden Toegangsovereenkomst <strong>ProRail</strong> <strong>2013</strong><br />

versie 1 september 2011<br />

Titel I.<br />

Algemene bepalingen<br />

Artikel 1.<br />

Definities<br />

Voor de toepassing van de Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder:<br />

1. “Algemene Voorwaarden”: deze algemene voorwaarden.<br />

2. “Bedrijfsvergunning”: de vergunning als bedoeld in artikel 28 Spoorwegwet.<br />

3. “Behandelingskosten”: extra bureau- en communicatiekosten, administratiekosten ter afhandeling van het<br />

Schadegeval, kosten van herplanning van de bedrijfsproductie en de kosten van personeel dat extra<br />

benodigd is gedurende de tijd dat het schadeveroorzakend voorval de normale bedrijfsproductie belemmert.<br />

De Behandelingskosten zijn –tenzij anders bepaald- gerelateerd aan het schadebedrag, dat voor de bepaling<br />

van de Behandelingskosten bestaat uit persoonsschade (letsel en overlijden), zaakschade, ladingschade,<br />

kosten voor berging en bereddering, deskundigenkosten alsmede Out of pocket kosten, en wel zoals in<br />

navolgende tabel is aangegeven:<br />

Schadebedrag<br />

Behandelingskosten<br />

van € 0,- tot € 100.000,-<br />

2,5% van het schadebedrag<br />

van € 100.000,- tot € 250.000,- 2,0% van het schadebedrag<br />

van € 250.000,- tot € 1.000.000,- 1,5% van het schadebedrag<br />

van € 1.000.000,- tot € 5.000.000,- 1,0% van het schadebedrag<br />

van € 5.000.000,-<br />

werkelijke kosten<br />

4. “Beheerder”: de houder van een concessie zoals bedoeld in artikel 16, eerste lid Spoorwegwet.<br />

5. “Concessie”: de concessie als bedoeld in artikel 16, eerste lid Spoorwegwet.<br />

6. “Derde”: elke andere natuurlijke – en/of rechtspersoon dan de Beheerder, de Spoorwegonderneming dan wel<br />

hun Hulppersonen.<br />

7. “Hulppersoon”: de ondergeschikte of andere natuurlijke – en/of rechtspersoon, van wier diensten de<br />

Spoorwegonderneming of de Beheerder gebruik maakt als bedoeld in boek 6 van het Burgerlijk Wetboek<br />

(hierna: BW).<br />

8. “Inzetcertificaat”: het certificaat als bedoeld in artikel 36 lid 4 Spoorwegwet.<br />

9. “Goedkeuringscertificaat”: het certificaat als bedoeld in de artikelen 36 en 37 Spoorwegwet juncto de<br />

artikelen 4 en 6 Besluit keuring spoorvoertuigen.<br />

10. “Minister”: de minister van Infrastructuur en Milieu.<br />

11. “<strong>Netverklaring</strong>”: de geldende <strong>net</strong>verklaring als bedoeld in artikel 58 Spoorwegwet, inclusief de Aanvullingen<br />

op die <strong>Netverklaring</strong> die zijn bekendgemaakt tot en met de dag vóór de dag van ondertekening van de<br />

Toegangsovereenkomst.<br />

12. “Operationele Voorwaarden ”: de Operationele Voorwaarden zoals opgenomen in bijlage 2 van de<br />

Toegangsovereenkomst.<br />

13. “Out of pocket kosten”: de kosten van de inzet van vervangend vervoer door Spoorwegondernemingen<br />

binnen Nederland ten behoeve van direct bij het Schadegeval betrokken reizigers en/of verladers. Onder<br />

direct bij het Schadegeval betrokken reizigers en/of verladers wordt verstaan de reizigers en/of verladers die<br />

gebruik maken van het spoorvoertuig dat bij het Schadegeval betrokken is en de reizigers en/of verladers die<br />

gebruik maken van spoorvoertuigen die een zelfde mate van hinder ondervinden van het schadegeval in die<br />

zin dat de gevolgen van het Schadegeval voor de betrokken reizigers en/of verladers van deze<br />

spoorvoertuigen dezelfde zijn en op een zelfde manier verholpen zijn.<br />

14. “Partij”: de Beheerder of de Spoorwegonderneming.<br />

15. “Partijen”: de Beheerder en de Spoorwegonderneming.<br />

16. “Proefattest”: het attest als bedoeld in artikel 34 Spoorwegwet.<br />

17. “Schadegeval”: een schade of een reeks van schades als gevolg van één en dezelfde oorzaak.<br />

18. “Spoorvoertuig”: een voertuig bestemd voor het verkeer over spoorwegen.<br />

19. “Spoorwegen”: spoorwegen en daartoe behorende spoorweginfrastructuur als bedoeld in artikel 1 onder c<br />

van de Spoorwegwet in beheer bij de Beheerder, alsmede andere infrastructurele voorzieningen die<br />

gerelateerd zijn aan het spoorverkeer en in beheer bij de Beheerder, omschreven in de <strong>Netverklaring</strong><br />

paragraaf 3.2.1.<br />

20. “Spoorwegonderneming”: een spoorwegonderneming als bedoeld in artikel 1 sub f Spoorwegwet zijnde de<br />

wederpartij van de Beheerder bij de Toegangsovereenkomst.<br />

21. “Spoorwegwet”: wet van 23 april 2003 houdende nieuwe algemene regels over de aanleg, het beheer, de<br />

toegankelijkheid en het gebruik van spoorwegen alsmede over het verkeer over spoorwegen (Staatsblad<br />

2003, 264) zoals nadien gewijzigd.<br />

22. “Toegangsovereenkomst”: de overeenkomst, inclusief de daarbij behorende bijlagen, als bedoeld in artikel 59<br />

Spoorwegwet.<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 111


23. “Toerekenbaar”: te wijten aan de schuld of aan een oorzaak die krachtens wet, rechtshandeling, regelgeving<br />

of aan in het verkeer geldende opvattingen voor rekening en risico komt van de schadeveroorzakende partij.<br />

24. “Veiligheidsattest”: het attest als bedoeld in artikel 32 Spoorwegwet.<br />

25. “Wet personenvervoer 2000”: wet van 6 juli 2000, houdende nieuwe regels omtrent het openbaar vervoer,<br />

besloten busvervoer en taxivervoer (Staatsblad 2000, 314) zoals nadien gewijzigd.<br />

26. “Wettelijke vergoedingen”: vergoedingen die de Spoorwegonderneming uit hoofde van wettelijke,<br />

europeesrechtelijke of verdragsrechtelijke regelingen gehouden is uit te keren aan reizigers en/of verladers in<br />

geval van uitval of vertraging van vervoerdiensten.<br />

Artikel 2.<br />

Toegangsovereenkomst, Algemene Voorwaarden, Operationele Voorwaarden en<br />

<strong>Netverklaring</strong><br />

1. De contractuele rechtsverhouding tussen Partijen betreffende de toegang tot en het gebruik van de<br />

Spoorwegen is vastgelegd in de Toegangsovereenkomst, de Algemene Voorwaarden en de Operationele<br />

Voorwaarden .<br />

2. Door Partijen overeengekomen aanvullingen en/of afwijkingen op de Algemene Voorwaarden en/of op de<br />

Operationele Voorwaarden, binden Partijen slechts voor zover deze schriftelijk in de Toegangsovereenkomst<br />

zijn vastgelegd.<br />

3. In de Toegangsovereenkomst wordt opgenomen wie namens de Spoorwegonderneming en wie namens de<br />

Beheerder optreedt als contractbeheerder. Partijen kunnen in de Toegangsovereenkomst tevens categorieën<br />

van functionarissen benoemen die bevoegd zijn namens hen uitvoering te geven aan de<br />

Toegangsovereenkomst.<br />

4. In de Toegangsovereenkomst kan de wijze waarop wordt omgegaan met klachten over operationele<br />

aangelegenheden nader overeengekomen worden.<br />

Artikel 3.<br />

Wijzigingsprocedure Toegangsovereenkomst, Operationele Voorwaarden en/of<br />

Algemene Voorwaarden<br />

1. Een verzoek tot wijziging van de Toegangsovereenkomst, Algemene Voorwaarden en/of Operationele<br />

Voorwaarden welk wijzigingsvoorstel niet dwingend voortvloeit uit wet- en/of regelgeving dan wel een<br />

gerechtelijke of arbitrale uitspraak, wordt schriftelijk gedaan en bevat in ieder geval een beschrijving van de<br />

voorgestelde wijziging(en) en de gevolgen van de wijziging(en) voor de rechten en plichten van Partijen.<br />

De Beheerder beoordeelt in ieder geval of door de Spoorwegonderneming voorgestelde wijziging(en)<br />

non-discriminatoir is (zijn) jegens andere gerechtigden als bedoeld in artikel 57 Spoorwegwet.<br />

2. Partijen spannen zich in om uiterlijk binnen dertig kalenderdagen na ontvangst van een wijzigingsvoorstel tot<br />

overeenstemming te komen.<br />

3. Wijziging van de Toegangsovereenkomst, Algemene Voorwaarden en/of Operationele Voorwaarden kan<br />

uitsluitend plaatsvinden door middel van een door Partijen ondertekende schriftelijke aanvulling op de<br />

Toegangsovereenkomst.<br />

4. Indien krachtens wet- of regelgeving, de Concessie of gerechtelijke of arbitrale uitspraak de<br />

Toegangsovereenkomst, de Algemene Voorwaarden en/of de Operationele Voorwaarden dienen te worden<br />

gewijzigd, zal de Beheerder, indien daartoe in staat gesteld, vooraf overleg voeren met de wet- of regelgever<br />

of de concessieverlener, c.q. verweer voeren in de gerechtelijke of arbitrale procedure, en zich daarbij<br />

inspannen om de voor Partijen mogelijk nadelige gevolgen zoveel als mogelijk te voorkomen of te beperken.<br />

In geval van een wijziging doet de Beheerder daarvan schriftelijk mededeling aan de<br />

Spoorwegondernemingen onder toevoeging van een voorstel voor wijziging. De Beheerder doet dit voorstel<br />

met inachtneming van de redelijke belangen van de Spoorwegondernemingen en spant zich in om eventuele<br />

voor de Spoorwegondernemingen nadelige gevolgen van de wijziging zoveel als mogelijk te voorkomen of te<br />

beperken. Indien de Spoorwegondernemingen niet instemmen met de voorgestelde wijziging is de Beheerder<br />

desondanks gerechtigd de voorgestelde wijziging eenzijdig vast te stellen.<br />

5. In spoedeisende gevallen kan bij toepassing van het voorafgaande lid het in dit lid voorgeschreven overleg<br />

en voorstel tot wijziging achterwege blijven.<br />

Artikel 4.<br />

Vernietiging bepalingen<br />

Bij een rechtens onaantastbare vernietiging van één of meerdere bepalingen uit de Toegangsovereenkomst, de<br />

Algemene Voorwaarden, dan wel de Operationele Voorwaarden door een daartoe bevoegde instantie, dien(en)t<br />

deze bepaling(en) te worden vervangen door een bepaling of bepalingen die zoveel mogelijk overeenkom(en)t<br />

met de oorspronkelijke bedoeling van Partijen. Vernietiging van één of meerdere bepalingen tast de geldigheid<br />

van de overige bepalingen niet aan.<br />

Titel II.<br />

Informatie en geheimhouding<br />

Artikel 5.<br />

Informatieverstrekking<br />

1. Partijen stellen elkaar in kennis van elke gebeurtenis die nakoming van de essentiële verplichtingen uit de<br />

Toegangsovereenkomst zou kunnen verhinderen, waaronder in elk geval moet worden verstaan iedere<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 112


elevante wijziging, schorsing en intrekking van de Beheerconcessie van de Beheerder dan wel het<br />

Veiligheidsattest en/of de Bedrijfsvergunning van de Spoorwegonderneming.<br />

2. Partijen komen in de Toegangsovereenkomst overeen op welke wijze (waaronder mede begrepen tijdstip en<br />

frequentie) de Spoorwegonderneming de gegevens levert als bedoeld in paragraaf 2.9 van de <strong>Netverklaring</strong><br />

alsmede welke overige informatie en/of gegevens zij elkaar leveren in het kader van de uitoefening van hun<br />

werkzaamheden.<br />

3. Partijen informeren elkaar tijdig indien zij over andere informatie dan bedoeld in het vorige lid beschikken en<br />

waarvan zij weten of in redelijkheid behoren te weten dat de Spoorwegonderneming dan wel de Beheerder<br />

deze informatie nodig heeft voor het naar behoren uitvoeren van de Toegangsovereenkomst.<br />

4. Indien één der Partijen schade lijdt als gevolg van gedragingen van een Derde of een Hulppersoon verlenen<br />

Partijen elkaar, indien mogelijk en voor zover redelijkerwijs te verlangen, medewerking bij het achterhalen<br />

van de identiteit van deze Derde of Hulppersoon.<br />

5. De Spoorwegonderneming verstrekt aan de Beheerder om niet informatie die de Beheerder nodig heeft:<br />

a. voor het opstellen van een ontwerp-geluidbelastingkaart als bedoeld in artikel 7 van richtlijn<br />

2002/49/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 25 juni 2002<br />

inzake de evaluatie en de beheersing van omgevingslawaai (Pb EG L 189) met betrekking tot de<br />

geluidsbelasting vanwege de hoofdspoorwegen;<br />

b. om de voor Nederland geldende verplichtingen na te leven van Verordening (EG) nr. 91/2003 van<br />

het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 16 december 2002 betreffende de<br />

statistieken van het spoorvervoer (PbEG L 14).<br />

Artikel 6.<br />

Geheimhouding<br />

1. Partijen zijn verplicht tot geheimhouding van de van elkaar ontvangen gegevens die als vertrouwelijk zijn<br />

medegedeeld of waarvan het vertrouwelijke karakter begrepen moest worden.<br />

2. In het kader van de uitvoering van de Toegangsovereenkomst ontvangen informatie dient alleen gebruikt te<br />

worden voor de doeleinden waarvoor zij werd verstrekt.<br />

3. Partijen verstrekken de Toegangsovereenkomst, een deel daarvan of daaruit voortvloeiende gegevens, niet<br />

aan Derden zonder toestemming van de wederpartij.<br />

4. Onverminderd het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van dit artikel, kan vertrouwelijke informatie zonder<br />

toestemming van de wederpartij aan een Derde verstrekt en door deze gebruikt worden indien dit bij of<br />

krachtens wettelijke regeling, de Concessie of een gerechtelijke of arbitrale uitspraak, bepaald is. Eveneens<br />

mogen Partijen vertrouwelijke informatie gebruiken ten behoeve van hun operationele bedrijfsvoering en voor<br />

verzekeringsdoeleinden.<br />

5. Voor zover de Spoorwegonderneming via informatiesystemen van de Beheerder toegang krijgt tot informatie<br />

met betrekking tot capaciteitsaanvragen en/of tot de treindienstafwikkeling van andere gerechtigden<br />

behandelt de Spoorwegonderneming die informatie vertrouwelijk en onthoudt de Spoorwegonderneming zich<br />

van het verzamelen, bewerken, doorleveren of anderszins gebruiken van die informatie. Onder voorwaarde<br />

van toepassing van een overeenkomstige vertrouwelijkheidclausule verzet de Spoorwegonderneming zich<br />

niet tegen het via informatiesystemen van de Beheerder beschikbaar komen bij andere gerechtigden van<br />

informatie over capaciteitsaanvragen of over treindienstafwikkeling van de Spoorwegonderneming.<br />

6. Partijen nemen gepaste maatregelen voor de bescherming van vertrouwelijke gegevens die zijn opgenomen<br />

in informatiesystemen.<br />

7. Na beëindiging van de Toegangovereenkomst blijven de verplichtingen ingevolge dit artikel bestaan.<br />

Titel III.<br />

Rechten en verplichtingen van de Beheerder en de Spoorwegonderneming<br />

Artikel 7.<br />

Toegang tot en gebruik van de Spoorwegen door de Spoorwegonderneming<br />

1. De Spoorwegonderneming heeft toegang tot de Spoorwegen en het recht tot gebruik daarvan onder de<br />

voorwaarden en op de wijze als bepaald in:<br />

a. de toepasselijke nationale en internationale wettelijke bepalingen en de daaruit voortvloeiende aan<br />

de Beheerder opgelegde voorschriften en gerechtelijke en/of arbitrale uitspraken;<br />

b. de Toegangsovereenkomst.<br />

2. Voorafgaand aan de ondertekening van de Toegangsovereenkomst heeft de Spoorwegonderneming de<br />

hierna vermelde documenten aan de Beheerder overgelegd:<br />

a. een geldige Bedrijfsvergunning of elk gelijkwaardig document als bedoeld in artikel 30, eerste lid,<br />

Spoorwegwet;<br />

b. een geldig Veiligheidsattest of Proefattest;<br />

c. een bewijs dat is voldaan is aan het gestelde in artikel 55 Spoorwegwet.<br />

De Spoorwegonderneming doet onverwijld, doch in elk geval binnen 14 dagen, schriftelijk melding aan de<br />

Beheerder van elke gebeurtenis die de geldigheid van de genoemde documenten beperkt of beëindigt.<br />

3. Het is de Spoorwegonderneming niet toegestaan de Spoorwegen te wijzigen, te beschadigen, te<br />

verontreinigen of op een andere manier te gebruiken dan waarvoor zij bedoeld, ingericht of beschikbaar<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 113


gesteld zijn. Onder verontreinigen als bedoeld in dit lid wordt niet verstaan het storten of doen storten van<br />

vaste stoffen of vloeistoffen die vrijkomen bij de normale bedrijfsvoering van Spoorvoertuigen als bedoeld in<br />

artikel 19 eerste lid onder b van de Spoorwegwet.<br />

4. Partijen dragen er zorg voor dat hun Hulppersonen voor zover zij betrokken zijn bij de uitvoering van de<br />

Toegangsovereenkomst, daaromtrent voldoende geïnstrueerd zijn en dat zij over de daarvoor benodigde<br />

kennis en vaardigheden beschikken. Hulppersonen die blijken niet te beschikken over de benodigde kennis<br />

en vaardigheden worden –al dan niet op verzoek van een der Partijen- onverwijld van de aan hen<br />

opgedragen werkzaamheden ontheven.<br />

5. De Spoorwegonderneming is jegens de Beheerder verantwoordelijk voor gedragingen van afzenders en<br />

geadresseerden als bedoeld in het vervoerrecht die werkzaamheden (doen) verrichten op openbare laad- en<br />

losplaatsen en/of emplacementen voor zover de Spoorwegonderneming in staat is om de gedragingen<br />

feitelijk dan wel juridisch te beïnvloeden.<br />

6. Indien door gedragingen als bedoeld in het vorige lid schade wordt veroorzaakt, is de Spoorwegonderneming<br />

hiervoor slechts aansprakelijk als de schadeveroorzakende gebeurtenis te wijten is aan het gedrag van een<br />

Derde en de Spoorwegonderneming feitelijk en/of juridisch in staat was om de schadeveroorzakende<br />

gebeurtenis te vermijden en de gevolgen daarvan te verhinderen. Deze bepaling laat de aansprakelijkheid<br />

van geadresseerden en afzenders voor de door hen te verrichten activiteiten op deze openbare laad- en<br />

losplaatsen en/of emplacementen onverlet.<br />

Artikel 8.<br />

Verdeling van capaciteit<br />

1. De Beheerder draagt zorg voor de verdeling van capaciteit conform de daartoe in de <strong>Netverklaring</strong>, paragraaf<br />

4.4. en in de Toegangsovereenkomst opgenomen procedures en met inachtneming van het gestelde in het<br />

besluit als bedoeld in artikel 61, eerste lid, van de Spoorwegwet.<br />

2. Voor zover de capaciteit in de vorm van paden wordt verdeeld, worden zulke paden voor maximaal de duur<br />

van één dienstregelingperiode verdeeld.<br />

3. Het is de Spoorwegonderneming niet toegestaan de met haar overeengekomen capaciteit over te dragen<br />

aan of te laten gebruiken door een Derde.<br />

4. In geval van nood en indien dit absoluut noodzakelijk is ten gevolge van een storing die de Spoorwegen<br />

tijdelijk onbruikbaar maakt, vervalt de verdeelde capaciteit. Op korte termijn dreigende storingen worden<br />

daarbij gelijkgesteld met storingen. In geval van een op korte termijn dreigende storing dient de Beheerder<br />

deze concreet aan te duiden en te motiveren dat herstel op korte termijn noodzakelijk is om te voorkomen dat<br />

daadwerkelijk een storing optreedt die de veilige berijdbaarheid van de Spoorwegen en/of een ongestoord<br />

verloop van het treinverkeer zou kunnen aantasten.<br />

5. Indien de Spoorwegonderneming gedurende een periode van tenminste acht weken binnen één<br />

dienstregelingjaar voor minder dan de in de <strong>Netverklaring</strong> paragraaf 4.6. te noemen drempelwaarde een<br />

treinpad heeft gebruikt, levert de Spoorwegonderneming dit treinpad in gedurende de resterende looptijd van<br />

dat dienstregelingjaar, tenzij dit te wijten is aan niet economische redenen buiten de wil van de Spoorwegonderneming.<br />

De Beheerder neemt hierbij een opzegtermijn van twee weken in acht.<br />

6. De Beheerder behoudt zich het recht voor verdeelde capaciteit te onttrekken of te wijzigen:<br />

a. op last van het bevoegd overheidsgezag dan wel ter voorkoming van een dergelijke last indien de<br />

last schriftelijk aan de Beheerder is medegedeeld voor een voldoende concreet aangeduide situatie;<br />

b. in het belang van de openbare orde;<br />

c. naar aanleiding van een melding als bedoeld in artikel 7, tweede lid, van deze<br />

Algemene Voorwaarden;<br />

d. voor zover het capaciteit betreft die benodigd is voor de uitvoering van diensten voor<br />

personenvervoer per trein, en de Spoorwegonderneming niet langer overeenkomstig de Wet<br />

personenvervoer 2000 gerechtigd is die diensten te verrichten.<br />

7. Indien de Beheerder gebruik maakt van de bevoegdheid bedoeld in het vorige lid, spant de Beheerder zich in<br />

om de nadelige gevolgen daarvan zoveel als mogelijk in duur en omvang voor de Spoorwegonderneming te<br />

beperken. Indien de Beheerder van de bevoegdheid bedoeld in het vorige lid gebruik wenst te maken ter<br />

voorkoming van een last van een bevoegd gezag, zal hij daarover vooraf overleg voeren met de<br />

Spoorwegonderneming.<br />

Artikel 9.<br />

Gebruik Spoorvoertuigen door de Spoorwegonderneming<br />

1. De Beheerder is gerechtigd in verband met de aan de Beheerder op grond van de relevante nationale en<br />

internationale wettelijke bepalingen opgelegde voorschriften en/of de uitvoering van de Concessie en/of een<br />

gerechtelijke dan wel arbitrale uitspraak een aanvullende beoordeling van (herstelde) Spoorvoertuigen uit te<br />

voeren ten aanzien van die aspecten die in het onderzoek voor het Goedkeurings- en Inzetcertificaat buiten<br />

beschouwing zijn gebleven.<br />

2. De Beheerder kan naar aanleiding van de in het eerste lid bedoelde aanvullende beoordeling aanwijzingen<br />

geven en/of voorwaarden en/of beperkingen verbinden aan het gebruik van Spoorwegen of het gebruik van<br />

Spoorwegen door de betreffende Spoorvoertuigen uitsluiten. Het resultaat van de beoordeling wordt<br />

schriftelijk aan de Spoorwegonderneming meegedeeld.<br />

3. Tot de in het tweede lid bedoelde voorwaarden en beperkingen kunnen o.a. behoren:<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 114


a. het stellen van een herbeoordelingstermijn;<br />

b. een herbeoordeling bij wijziging van het Spoorvoertuig;<br />

c. het (tijdelijk) toepassen van een klassenindeling;<br />

d. het (tijdelijk) toepassen van redelijkerwijs noodzakelijke maatregelen aan de infrastructuur op kosten<br />

van de betreffende Spoorwegonderneming.<br />

4. De Spoorwegonderneming stelt aan de Beheerder de gegevens beschikbaar met betrekking tot identificatie<br />

en inzetmogelijkheden en –beperkingen van de door de Spoorwegonderneming ingezette Spoorvoertuigen.<br />

5. Op eerste verzoek van de Beheerder toont de Spoorwegonderneming van het door haar te gebruiken<br />

Spoorvoertuig een geldige EG-keuringsverklaring als bedoeld in artikel 36 Spoorwegwet of een geldig<br />

Goedkeuringscertificaat, een geldig Inzetcertificaat als bedoeld in artikel 36 lid 4 Spoorwegwet en/of een<br />

ontheffing als bedoeld in artikel 46 Spoorwegwet.<br />

6. De Spoorwegonderneming die een Spoorvoertuig heeft aangebracht blijft na aankomst van het voertuig<br />

tegenover de Beheerder verantwoordelijk voor dat voertuig. Deze verantwoordelijkheid vervalt pas als een<br />

andere Spoorwegonderneming dat voertuig heeft vervoerd of verplaatst, of aan de Beheerder heeft<br />

medegedeeld de verantwoordelijkheid voor het voertuig over te nemen.<br />

7. Indien een Spoorwegonderneming, behoudens een verkregen ontheffing als bedoeld in artikel 46 van de<br />

Spoorwegwet, het verbod als bedoeld in artikel 36, eerste lid, van de Spoorwegwet of de voorschriften of<br />

beperkingen als bedoeld in artikel 46 lid 2 van de Spoorwegwet overtreedt of niet in het bezit is van een<br />

geldig Inzetcertificaat en/of de Spoorwegen niet gebruikt overeenkomstig de beoordeling als bedoeld in dit<br />

artikel, is de Beheerder gerechtigd de Spoorwegonderneming terstond het gebruik van het desbetreffende<br />

Spoorvoertuig op de Spoorwegen te ontzeggen en daadwerkelijk te beëindigen. De hiermee verband<br />

houdende kosten komen voor rekening van de Spoorwegonderneming. De Beheerder is eveneens<br />

gerechtigd tot gebruiksontzegging ten aanzien van Spoorvoertuigen die voor wat betreft de aspecten waarop<br />

zij in het kader van de toelating zijn beoordeeld, niet meer voldoen aan de daarbij toepasselijke technische<br />

specificaties. Zulke Spoorvoertuigen mogen, indien verblijvend op de Spoorwegen, uitsluitend na verkregen<br />

toestemming van de Beheerder en onder daarbij te stellen voorwaarden worden verplaatst door de<br />

Spoorwegonderneming.<br />

Artikel 10.<br />

Milieu en veiligheid<br />

1. De Spoorwegonderneming die op een emplacement andere activiteiten wil uitvoeren dan voor aankomend,<br />

vertrekkend of doorrijdend treinverkeer, mag dat alleen doen als voor die activiteiten een milieuvergunning is<br />

afgegeven. De Spoorwegonderneming moet de vergunninghouder in de gelegenheid stellen om vooraf te<br />

beoordelen of voorgenomen activiteiten op emplacementen passen binnen de verplichtingen van de Wet<br />

Milieubeheer en de milieuvergunning. De Spoorwegonderneming die op emplacementen activiteiten uitvoert<br />

of wil uitvoeren die vallen onder de vergunningsverplichting, moet zich op de hoogte stellen van de<br />

beperkingen en voorschriften die uit de vergunning voortvloeien en deze in acht nemen.<br />

2. De Spoorwegonderneming neemt bij het gebruik van de Spoorweginfrastructuur de in paragraaf 3.4.1 en<br />

bijlage 10 van de <strong>Netverklaring</strong> vermelde gebruiksbeperkingen en –voorschriften in acht.<br />

3. De Spoorwegonderneming aanvaardt dat de Beheerder de naleving door de Spoorwegonderneming van<br />

gebruiksbeperkingen en –voorschriften vanwege aan de Beheerder verleende milieu- en<br />

gebruiksvergunningen controleert.<br />

4. Indien het gevaar bestaat dat schade door de Spoorwegonderneming aan de Spoorwegen en/of het milieu<br />

wordt toegebracht of reeds is toegebracht en/of de veiligheid van Derden en/of het spoorwegverkeer in<br />

gevaar komt of reeds is gekomen door de Spoorwegonderneming, dient de Spoorwegonderneming zodra zij<br />

hiermee bekend is, de Beheerder daarvan zo spoedig mogelijk in kennis te stellen. De inkennisstelling laat<br />

de wettelijke en contractuele verplichtingen van de Spoorwegonderneming onverlet.<br />

5. De Beheerder is bevoegd om op grond van relevante nationale en internationale wettelijke bepalingen, de<br />

daaruit voortvloeiende aan de Beheerder opgelegde voorschriften en gerechtelijke en/of arbitrale uitspraken<br />

te bepalen, dat op de Spoorwegen of op een gedeelte daarvan, door de Beheerder aangewezen<br />

spoorgebonden bedrijfsprocessen van de Spoorwegonderneming niet, dan wel uitsluitend op door hem<br />

daarvoor aangewezen plaatsen en/of onder door hem te geven voorwaarden en/of met gebruikmaking van<br />

de daarvoor ter plaatse aanwezige voorzieningen, mogen worden uitgevoerd.<br />

Onder bedrijfsprocessen wordt onder meer verstaan:<br />

a. in- en uitwendige reiniging van Spoorvoertuigen;<br />

b. beproeving van Spoorvoertuigen;<br />

c. innemen van brandstoffen;<br />

d. opstellen van Spoorvoertuigen;<br />

e. afvoer van afval van bedrijfsprocessen en van afval uit Spoorvoertuigen;<br />

f. het plegen van inspectie, onderhoud en/of herstellingen aan Spoorvoertuigen.<br />

6. De Spoorwegonderneming onthoudt zich van handelen dat overschrijding van de krachtens de<br />

Wet geluidhinder geldende grenswaarden of overtreding van de van belang zijnde voorschriften behorende<br />

bij de krachtens de Wet milieubeheer verleende vergunningen tot gevolg heeft.<br />

7. Bij dreigende overschrijding van de in het vorige lid bedoelde grenswaarden of dreigende overtreding van de<br />

in vorige lid bedoelde voorschriften, kan de Beheerder aanwijzingen geven aan de Spoorwegonderneming.<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 115


Artikel 11.<br />

Overslaan vloeistoffen ten behoeve van het laten rijden van Spoorvoertuigen<br />

1. Het is de Spoorwegonderneming -buiten de situaties zoals omschreven in de Operationele Voorwaarden -<br />

uitsluitend toegestaan voor het milieu schadelijke vloeistoffen ten behoeve van de tractie van<br />

Spoorvoertuigen en het in werking stellen en hebben van werktuigen, over te slaan op de daartoe bestemde<br />

en door de Beheerder aangewezen plaatsen, zoals genoemd in bijlage 22 van de <strong>Netverklaring</strong><br />

(tankinstallaties).<br />

Artikel 12.<br />

Maatregelen voor herstel van het treinverkeer<br />

1. Bij een verstoring van het treinverkeer stellen Partijen alles wat redelijkerwijs verwacht kan worden in het<br />

werk om zo spoedig mogelijk de verstoring op te heffen en de nadelige gevolgen daarvan zoveel als mogelijk<br />

te beperken.<br />

2. Met het oog hierop kan de Beheerder onder andere treinen ophouden, langzamer of sneller laten doen rijden,<br />

omleiden, inleggen of paden opheffen. De Beheerder past daarbij de in de Toegangsovereenkomst<br />

vastgelegde regelingen zoals vermeld in onderdeel 2.1 van de Operationele Voorwaarden toe.<br />

3. Indien de Beheerder in gevallen zoals bedoeld in het tweede lid en in artikel 8, zesde lid een vervangend<br />

treinpad aanbiedt, is de gebruiksvergoeding voor het vervangende pad niet hoger dan die voor het<br />

oorspronkelijke treinpad.<br />

Artikel 13.<br />

Medewerking van de Spoorwegonderneming<br />

1. Op aanwijzing van de Beheerder is de Spoorwegonderneming gehouden tot het verlenen van bijstand bij het<br />

opheffen van een verstoring ongeacht de oorzaak daarvan. Indien naar het oordeel van de Beheerder<br />

noodzakelijk, stelt de Spoorwegonderneming hem daarvoor geschikt materieel en/of daartoe geschikte<br />

ondergeschikte Hulppersonen ter beschikking.<br />

2. De kosten van de in het eerste lid bedoelde bijstand die worden gemaakt door de Spoorwegonderneming die<br />

de verstoring niet zelf heeft veroorzaakt, komen ten laste van de Beheerder.<br />

3. De Spoorwegonderneming voor wiens rekening en risico de verstoring komt, is gehouden om de in het<br />

tweede lid bedoelde kosten en andere kosten die de Beheerder ter opheffing van de verstoring heeft moeten<br />

maken, op eerste verzoek aan de Beheerder te vergoeden.<br />

4. Indien de bijstand verlenende Spoorwegonderneming, ondanks het in acht nemen van de benodigde<br />

zorgvuldigheid bij het verlenen van bijstand, schade veroorzaakt bij de bijstand ontvangende<br />

Spoorwegonderneming en/of de Beheerder of zelf schade lijdt, komt deze schade voor rekening en risico van<br />

de Partij voor wiens rekening en risico de verstoring komt.<br />

5. Indien de bijstand verlenende Spoorwegonderneming, ondanks het in acht nemen van de benodigde<br />

zorgvuldigheid bij het verlenen van bijstand, schade veroorzaakt bij een Derde niet zijnde de andere bij de<br />

verstoring betrokken partijen dan komt deze schade voor rekening en risico van de veroorzaker van de<br />

verstoring. De veroorzaker van de storing vrijwaart, indien noodzakelijk, de andere bij de verstoring<br />

betrokken partijen voor aanspraken tot schadevergoeding van deze Derde(n).<br />

6. De Spoorwegonderneming is gehouden tot deelname aan de calamiteitenorganisatie overeenkomstig de in<br />

de Toegangsovereenkomst vastgelegde regelingen zoals vermeld in onderdeel 4.1 van de Operationele<br />

Voorwaarden .<br />

Artikel 14.<br />

Betreden Spoorwegen<br />

1. Voor zover de Spoorwegonderneming (Hulp)personen toestaat de Spoorwegen te betreden, geschiedt dit<br />

voor risico van de Spoorwegonderneming.<br />

2. De Spoorwegonderneming draagt er zorg voor dat de in het eerste lid bedoelde (Hulp)personen voldoende<br />

geïnstrueerd zijn met het oog op het ordentelijk en veilig betreden van de Spoorwegen.<br />

3. De Hulppersonen van de Spoorwegonderneming die werkzaam zijn op de Spoorwegen dienen zich via<br />

dienstkaart of schriftelijke opdracht te kunnen legitimeren als medewerker of Hulppersoon van de<br />

Spoorwegonderneming.<br />

Artikel 15.<br />

Controle en aanwijzingen<br />

1. De Beheerder is gerechtigd om, met het oog op de door hem uit te voeren taken en zijn<br />

verantwoordelijkheden ingevolge toepasselijke nationale en internationale wettelijke bepalingen, de daaruit<br />

voortvloeiende aan de Beheerder opgelegde voorschriften en gerechtelijke en/of arbitrale uitspraken,<br />

controles uit te voeren en/of noodzakelijke aanwijzingen te geven aan de (Hulppersoon van de)<br />

Spoorwegonderneming die deze aanwijzingen onverwijld dient op te volgen. In de Toegangsovereenkomst<br />

worden de categorieën van functionarissen van de Beheerder aangeduid aan wie de uitoefening van de hier<br />

bedoelde bevoegdheid toekomt.<br />

2. De bevoegdheid van de Beheerder als bedoeld in het eerste lid kan uitsluitend worden gebruikt met het oog<br />

op de bescherming van Spoorwegen, het voorkomen dan wel beheersen van hinder die andere gebruikers<br />

van Spoorwegen en de omgeving ondervinden en het veilig en doelmatig gebruik van Spoorwegen.<br />

3. De controles en aanwijzingen dienen de normale bedrijfsvoering van de Spoorwegonderneming zo min<br />

mogelijk te hinderen en, indien mogelijk, voor de Spoorwegonderneming op de minst bezwarende wijze<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 116


worden uitgevoerd respectievelijk gegeven. De Beheerder heeft uitsluitend toegang tot de voor controle<br />

relevante Spoorvoertuigen, installaties en uitrustingen van de Spoorwegonderneming.<br />

4. De Spoorwegonderneming is gehouden gevolg te geven aan door de Beheerder gegeven aanwijzingen als<br />

bedoeld in deze Algemene Voorwaarden. Bij het niet onverwijld opvolgen van een rechtmatig gegeven<br />

aanwijzing als bedoeld in deze Algemene Voorwaarden, verbeurt de Spoorwegonderneming een direct<br />

opeisbare boete van € 5.000,- per overtreding, onverminderd het recht van de Beheerder om<br />

schadevergoeding te vorderen. Indien een serie van overtredingen bestaat uit het niet opvolgen van één en<br />

dezelfde aanwijzing, dan is het recht van de Beheerder om een direct opeisbare boete van € 5.000,- per<br />

overtreding te vorderen beperkt tot maximaal € 25.000,- voor die serie van overtredingen.<br />

5. Indien de Spoorwegonderneming geen gevolg geeft aan een door de Beheerder gegeven aanwijzing en het<br />

direct opvolgen van de aanwijzing door de Beheerder noodzakelijk wordt geacht in verband met het<br />

voorkomen van schade, dreigend gevaar, beëindigen van een onrechtmatige situatie, overlast en/of spoedige<br />

herstel van het treinverkeer als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van deze Algemene Voorwaarden, kan de<br />

Beheerder de uit de aanwijzing voortvloeiende handelingen en/of werkzaamheden voor rekening en risico<br />

van de Spoorwegonderneming zelf uitvoeren.<br />

Titel IV.<br />

Aansprakelijkheid<br />

Artikel 16.<br />

Aansprakelijkheid Beheerder jegens de Spoorwegonderneming<br />

1. Indien de Beheerder ten gevolge van enig handelen of nalaten van hemzelf of van een door hem gebruikte<br />

Hulppersoon Toerekenbaar schade veroorzaakt aan eigendommen van de Spoorwegonderneming, of aan<br />

eigendommen van of aan Hulppersonen of eigendommen van of aan Derden waarvoor de Spoorwegonderneming<br />

krachtens enigerlei rechtsverhouding aansprakelijk is, is de Beheerder aansprakelijk voor de<br />

door de Spoorwegonderneming, Derde of Hulppersoon tijdens het gebruik van de infrastructuur geleden<br />

schade.<br />

2. Op grond van het eerste lid komt geleden omzet- of winstderving, tenzij in geval van opzet of bewust<br />

roekeloos handelen, niet voor vergoeding in aanmerking. De volgende schadecomponenten komen voor<br />

vergoeding in aanmerking:<br />

a. persoonsschade (letsel en overlijden);<br />

b. zaakschade;<br />

c. ladingschade;<br />

d. kosten voor berging en bereddering;<br />

e. deskundigenkosten;<br />

f. Out of pocket kosten;<br />

g. Behandelingskosten;<br />

h. Wettelijke vergoedingen;<br />

i. redelijke kosten voor de vaststelling van de aansprakelijkheid en de hoogte van de schade.<br />

3. De Beheerder is, behoudens opzet en bewust roekeloos handelen, niet aansprakelijk voor schade als<br />

bedoeld in het eerste lid indien de schade minder dan € 5.000,- per Schadegeval bedraagt.<br />

4. De Beheerder is niet aansprakelijk voor schade die de Spoorwegonderneming lijdt vanwege een door de<br />

Beheerder op grond van de Toegangsovereenkomst rechtmatig en met inachtneming van het bepaalde in<br />

artikel 15 van deze Algemene Voorwaarden gegeven aanwijzing en voor de gevolgen van toepassing van<br />

artikel 8, vijfde lid, van deze Algemene Voorwaarden .<br />

5. Indien door een aan de Beheerder Toerekenbare oorzaak de Spoorwegonderneming gedurende een tijdvak<br />

van tenminste 8 aaneengesloten uren gerekend vanaf het begin van het optreden van die oorzaak geen<br />

gebruik kan maken van de aan haar toegedeelde capaciteit dan wel slechts gedeeltelijk vergoedt de<br />

Beheerder de daaruit voor de Spoorwegonderneming voortvloeiende de kosten van railvervangend vervoer<br />

in Nederland en Behandelingskosten, waarbij de Behandelingskosten naar keuze van de<br />

Spoorwegonderneming worden bepaald volgens de in artikel 1, derde lid, van deze Algemene Voorwaarden<br />

opgenomen tabel of op basis van de werkelijk gemaakte behandelingskosten met inachtneming van het<br />

zesde lid.<br />

6. Indien bij een Schadegeval als bedoeld in het vijfde lid de Spoorwegonderneming ervoor kiest de<br />

Behandelingskosten te bepalen op basis van werkelijk gemaakte kosten worden de administratiekosten ter<br />

afhandeling van het Schadegeval aan de hand van de volgende tabel vastgesteld waarbij de<br />

referentieschade bestaat uit extra bureau- en communicatiekosten, kosten van herplanning van de<br />

bedrijfsproductie en de kosten van personeel dat extra benodigd is gedurende de tijd dat het<br />

schadeveroorzakend voorval zoals bedoeld in dit lid de normale bedrijfsproductie belemmert:<br />

referentieschade<br />

administratiekosten<br />

€ 5.000,- tot € 10.000,- € 350,-<br />

€ 10.000,- tot € 30.000,- € 375,-<br />

€ 30.000,- tot € 50.000,- € 475,-<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 117


€ 50.000,- tot --------- 1% van de referentieschade<br />

Indien de aansprakelijkheid voor het Schadegeval prompt zonder discussie wordt erkend door de Beheerder<br />

en prompt betaling van de schade volgt, worden de administratiekosten beperkt tot 50% van de in<br />

bovenstaande tabel genoemde bedragen.<br />

7. De Beheerder is, behoudens opzet of bewuste roekeloosheid en behoudens het bepaalde in het vijfde en<br />

zesde lid van dit artikel, niet aansprakelijk voor schade wegens het niet, niet juist of niet tijdig kunnen<br />

gebruiken van Spoorwegen of delen daarvan en wegens tijdens het gebruik opgetreden vertragingen,<br />

uitgezonderd de component Wettelijke vergoedingen in die schade.<br />

8. Van het bepaalde in het vijfde, zesde en zevende lid kan in de Toegangsovereenkomst afgeweken worden in<br />

gevallen waarin de Beheerder en de Spoorwegonderneming prestatieafspraken met betrekking tot het<br />

gebruik van de Spoorwegen overeenkomen.<br />

Artikel 17.<br />

Aansprakelijkheid Spoorwegonderneming jegens de Beheerder<br />

1. Indien de Spoorwegonderneming ten gevolge van enig handelen of nalaten van haarzelf of van een door<br />

haar gebruikte Hulppersoon tijdens het gebruik van de infrastructuur Toerekenbaar schade veroorzaakt aan<br />

eigendommen van de Beheerder, of aan eigendommen van of aan Hulppersonen of van of aan Derden<br />

waarvoor de Beheerder krachtens enigerlei rechtsverhouding aansprakelijk is, is de Spoorwegonderneming<br />

aansprakelijk voor de door de Beheerder, de Derde of Hulppersoon geleden schade .<br />

2. Op grond van het eerste lid komt geleden omzet- of winstderving, tenzij in geval van opzet of bewust<br />

roekeloos handelen, niet voor vergoeding in aanmerking. De volgende schadecomponenten komen voor<br />

vergoeding in aanmerking:<br />

a. persoonsschade (letsel en overlijden);<br />

b. zaakschade;<br />

c. kosten voor berging en bereddering;<br />

d. deskundigenkosten;<br />

e. Behandelingskosten;<br />

f. redelijke kosten voor de vaststelling van de aansprakelijkheid en de hoogte van de schade.<br />

3. De Spoorwegonderneming is, behoudens opzet en bewuste roekeloosheid, niet aansprakelijk voor schade<br />

als bedoeld in het eerste lid indien de schade minder dan € 5.000,- per Schadegeval bedraagt.<br />

4. In geval van vervoer van gevaarlijke stoffen is de Spoorwegonderneming op grond van artikel 6:175 BW jo.<br />

8:1670 e.v. BW aansprakelijk voor door de Beheerder geleden schade. Het eerste en tweede lid van dit<br />

artikel zijn van overeenkomstige toepassing en het derde lid niet. Indien een Derde en/of een Hulppersoon<br />

van de Spoorwegonderneming de Beheerder aanspreekt op grond van artikel 8:1670 e.v. vrijwaart de<br />

Spoorwegonderneming de Beheerder van alle door de Beheerder te lijden schade, behoudens geheel of<br />

gedeeltelijke eigen schuld van de Beheerder.<br />

5. De Spoorwegonderneming is jegens de Beheerder aansprakelijk indien de Spoorwegonderneming de aan<br />

het gebruik van de door de Beheerder beheerde Spoorwegen door de overheid verbonden voorschriften in<br />

welke vorm dan ook Toerekenbaar overtreedt. De Spoorwegonderneming is alsdan gehouden de Beheerder<br />

te vrijwaren van alle door de Beheerder te lijden schade in welke vorm dan ook, waarbij het bepaalde in het<br />

derde lid niet van toepassing is.<br />

6. De Spoorwegonderneming is jegens de Beheerder tevens aansprakelijk voor de door de Beheerder geleden<br />

schade veroorzaakt door een aan de Spoorwegonderneming Toerekenbare oorzaak, indien daardoor het<br />

verkeer over Spoorwegen of delen daarvan gedurende een tijdvak van tenminste 8 aangesloten uren<br />

gerekend vanaf het begin van het optreden van die oorzaak niet of slechts gedeeltelijk kan plaatsvinden.<br />

Artikel 18.<br />

Onderlinge aansprakelijkheid Spoorwegonderneming<br />

1. Indien de Spoorwegonderneming ten gevolge van enig handelen of nalaten van haarzelf of van een door<br />

haar gebruikte Hulppersoon of een Derde tijdens het gebruik van de infrastructuur Toerekenbaar schade<br />

veroorzaakt aan eigendommen van een andere Spoorwegonderneming, aan eigendommen van of aan<br />

Hulppersonen of eigendommen van of aan Derden waarvoor een andere Spoorwegonderneming krachtens<br />

enigerlei rechtsverhouding aansprakelijk is, is de Spoorwegonderneming aansprakelijk voor de door de<br />

andere Spoorwegonderneming, de Derde of de Hulppersoon geleden schade.<br />

2. Op grond van het eerste lid komt geleden omzet- of winstderving, tenzij in geval van opzet of bewust<br />

roekeloos handelen, niet voor vergoeding in aanmerking. De volgende schadecomponenten komen voor<br />

vergoeding in aanmerking:<br />

a. persoonsschade (letsel en overlijden);<br />

b. zaakschade;<br />

c. ladingschade;<br />

d. kosten voor berging en bereddering;<br />

e. deskundigenkosten voor het bepalen van de hoogte van de schade;<br />

f. Out of pocket kosten;<br />

g. Behandelingskosten;<br />

h. Wettelijke vergoedingen;<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 118


i. redelijke kosten voor de vaststelling van de aansprakelijkheid en de hoogte van de schade.<br />

3. De Spoorwegonderneming is, behoudens opzet en bewuste roekeloosheid, niet aansprakelijk voor schade<br />

als bedoeld in het eerste lid indien de schade minder dan € 5.000,- per Schadegeval bedraagt.<br />

4. In geval van vervoer van gevaarlijke stoffen is de Spoorwegonderneming op grond van artikel 6:175 BW jo.<br />

8:1670 e.v. BW aansprakelijk voor de door de andere Spoorwegonderneming geleden schade. Het eerste en<br />

tweede lid van dit artikel zijn van toepassing.<br />

5. Indien door een aan een Spoorwegonderneming Toerekenbare oorzaak een andere Spoorwegonderneming<br />

niet in staat is om gedurende een tijdvak van tenminste 8 aaneengesloten uren gerekend vanaf het begin van<br />

het optreden van die oorzaak geen gebruik kan maken van aan haar toegedeelde capaciteit dan wel slechts<br />

gedeeltelijk is de Spoorwegonderneming die het gebruik van de Spoorwegen belemmert aansprakelijk voor<br />

de daaruit voor de andere Spoorwegondernemingen voortvloeiende de kosten van railvervangend vervoer in<br />

Nederland en Behandelingskosten, waarbij de Behandelingskosten naar keuze van de schadelijdende<br />

Spoorwegonderneming worden bepaald volgens de in artikel 1, derde lid, van deze Algemene Voorwaarden<br />

opgenomen tabel of op basis van de werkelijk gemaakte Behandelingskosten.<br />

6. De Spoorwegonderneming aanvaardt dat een andere Spoorwegonderneming die deze Algemene<br />

Voorwaarden eveneens heeft aanvaard zich jegens haar rechtstreeks op het bepaalde, voor zover relevant<br />

voor de relatie tussen Spoorwegonderneming, in deze Algemene Voorwaarden kan beroepen. Dit artikel is<br />

een derdenbeding als bedoeld in artikel 6:253 BW.<br />

Artikel 19.<br />

Toerekenbaar tekortschieten<br />

Onverminderd het in deze titel IV bepaalde is een Partij in geval van een Toerekenbare niet-nakoming van zijn<br />

verplichtingen, waarbij hij eerst in gebreke is gesteld waarbij een, gegeven de feitelijke omstandigheden, redelijke<br />

termijn is gesteld om verplichtingen alsnog na te komen, maar nakoming desondanks geheel of gedeeltelijk<br />

uitbleef, aansprakelijk voor de door de andere Partij geleden schade, met dien verstande dat, behoudens in geval<br />

van opzet of bewuste roekeloosheid, de door de andere Partij geleden omzet- of winstderving niet voor<br />

vergoeding in aanmerking komt. De artikelen 16, derde lid, en 17, derde lid, van de Algemene Voorwaarden zijn<br />

van overeenkomstige toepassing.<br />

Artikel 20.<br />

Beperking aansprakelijkheid, verjaring en overmacht<br />

1. De aansprakelijkheid van Partijen in welke vorm dan ook is beperkt tot de in titel IV opgenomen bepalingen<br />

onverlet het recht van Partijen om nakoming van het bepaalde in Toegangsovereenkomst en/of deze<br />

Algemene Voorwaarden te vorderen.<br />

2. Op de Toegangsovereenkomst en/of deze Algemene Voorwaarden gebaseerde rechtsvordering(en) van de<br />

Spoorwegonderneming of de Beheerder verjaart/verjaren door verloop van drie jaren na de gebeurtenis die<br />

de rechtsvordering(en) heeft doen ontstaan.<br />

3. In het geval van overlijden van personen bedraagt de verjaringstermijn drie jaar vanaf de dag volgend op de<br />

dag van het overlijden, maar niet meer dan vijf jaar vanaf de dag volgend op de dag van het ongeval.<br />

4. Indien de rechtsvordering van de Beheerder ziet op een gebeurtenis, ter zake waarvan de Spoorwegonderneming<br />

regres kan nemen op de wederpartij bij een door de Spoorwegonderneming gesloten<br />

vervoerovereenkomst, verjaart de vordering van de Beheerder op de Spoorwegonderneming één maand<br />

vóór het verstrijken van de verjaringstermijn die krachtens wettelijke en/of verdragsrechtelijke regeling van<br />

kracht is ten aanzien van de vordering van de Spoorwegonderneming op de wederpartij bij de door de<br />

Spoorwegonderneming gesloten vervoerovereenkomst.<br />

5. Indien de rechtsvordering van de Spoorwegonderneming ziet op een gebeurtenis die wordt beheerst door<br />

een door de Spoorwegonderneming gesloten vervoerovereenkomst ter zake van welke vordering de<br />

Spoorwegonderneming regres neemt op de Beheerder verjaart de vordering van de Spoorwegonderneming<br />

op de Beheerder één maand na het verstrijken van de verjaringstermijn die krachtens wettelijke en/of<br />

verdragsrechtelijke regeling van kracht is ten aanzien van de vordering die wordt beheerst door de<br />

vervoerovereenkomst.<br />

6. De Beheerder en/of de Spoorwegonderneming zijn in geval van overmacht niet aansprakelijk voor schade in<br />

welke vorm dan ook. Onder overmacht in de zin van deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan hetgeen<br />

daaromtrent in wet en jurisprudentie wordt begrepen. Tevens wordt onder overmacht begrepen niet door de<br />

Beheerder veroorzaakte stroomstoringen, zelfdodingen of pogingen daartoe, gedragingen van dieren,<br />

landelijke of regionale, al dan niet georganiseerde, stakingen of werkonderbrekingen in het bedrijf van de<br />

Beheerder en/of in het bedrijf van de Spoorwegonderneming.<br />

7. Het bepaalde in lid 5 laat de verplichting van Beheerder voortvloeiende uit artikel 7, lid 2, van de<br />

Spoorwegwet onverlet.<br />

Titel V.<br />

Financiële bepalingen<br />

Artikel 21.<br />

Gebruiksvergoeding en reserveringsvergoeding<br />

1. De gebruiksvergoedingen worden berekend met inachtneming van het daaromtrent bepaalde in de<br />

<strong>Netverklaring</strong>.<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 119


2. Voor het gebruik van de spoorweginfrastructuur in verband met de uitvoering van door de Beheerder<br />

gegeven opdrachten ten behoeve van het beheer van de Spoorwegen wordt een gebruiksvergoeding van<br />

nihil toegepast. Voor treinen waarvoor op basis van deze bepaling een gebruiksvergoeding van nihil<br />

verschuldigd is wordt door de One-Stop-Shop van de Beheerder geen ondersteuning geboden bij het<br />

dienstregelingontwerp.<br />

3. Ten behoeve van de vaststelling van de gebruiksvergoeding voor de dienst als bedoeld in artikel 2,<br />

onderdeel a, van bijlage II van richtlijn 2001/14/EG verschaft de Spoorwegonderneming de Beheerder de<br />

facturen waaruit de door de Spoorwegonderneming ingekochte hoeveelheid tractiestroom blijkt en het<br />

bijbehorende betalingsbewijs. De Spoorwegonderneming machtigt de Beheerder om bij de leverancier<br />

tractie-energie te verifiëren of met de aangeboden facturen het totaal van alle door die leverancier geleverde<br />

tractie-energie bestreken is.<br />

4. De Beheerder factureert de gebruiksvergoeding en de eventuele reserveringsvergoedingen per<br />

kalendermaand. Indien de Beheerder een voorlopige factuur zendt wordt deze binnen 6 maanden gevolgd<br />

door een definitieve factuur. De eindafrekening van verschuldigde bedragen op grond van een<br />

prestatieregeling wordt gefactureerd binnen 6 maanden na afloop van de periode waarop de<br />

prestatieregeling betrekking heeft.<br />

5. De eindafrekening van verschuldigde bedragen op grond van een prestatieregeling wordt gefactureerd<br />

binnen twee maanden na verzending van de factuur over de laatste termijn van de periode waarop de<br />

prestatieregeling betrekking heeft.<br />

6. De verschuldigde gebruiksvergoeding is niet vatbaar voor verrekening als bedoeld in artikel 6:127, tweede<br />

lid BW, met uitzondering van de verrekening van onbetwiste vorderingen en van vorderingen op grond van<br />

een gerechtelijke of arbitrale uitspraak.<br />

Artikel 22.<br />

Betalingsvoorwaarden<br />

1. De Spoorwegonderneming en de Beheerder voldoen de op grond van de Toegangsovereenkomst en deze<br />

Algemene Voorwaarden verschuldigde bedragen uiterlijk 30 dagen na ontvangst van de factuur. Bij girale<br />

betalingen geldt als datum van betaling de datum waarop het bedrag is ontvangen bij de bank van de<br />

ontvanger.<br />

2. Indien de Beheerder of de Spoorwegonderneming ingevolge de Toegangsovereenkomst en deze<br />

Algemene Voorwaarden verschuldigde betalingen niet, niet tijdig of niet volledig verricht en de vertraging het<br />

gevolg is van een omstandigheid waarvoor de Beheerder of de Spoorwegonderneming verantwoordelijk is, is<br />

tevens verschuldigd de wettelijke rente volgens artikel 6:119a BW over het verschuldigde bedrag met ingang<br />

van de dag na de dag waarop de betaling uiterlijk had moeten geschieden.<br />

3. Alle bedragen welke op grond van de Toegangsovereenkomst en/of deze Algemene Voorwaarden<br />

verschuldigd zijn, zijn exclusief BTW en uitgedrukt in Euro.<br />

4. De Spoorwegonderneming dient eventuele bezwaren tegen de hoogte van een definitieve factuur schriftelijk<br />

en binnen twee maanden na ontvangst van de factuur in te dienen bij de Beheerder. Na voornoemde termijn<br />

vervalt de mogelijkheid op beroep tegen de hoogte van de factuur waarmee de hoogte van de door<br />

Beheerder gestuurde factuur in rechte vaststaat. Systematische gebreken die bij de behandeling van een<br />

tijdig ingediend bezwaar tegen een factuur aan het licht komen worden echter ook verrekend voor eerdere<br />

facturen waarvoor de bezwaartermijn reeds is verstreken.<br />

Artikel 23.<br />

Zekerheidstelling<br />

1. De Beheerder kan bij gerede twijfel aan de financiële gegoedheid van de Spoorwegonderneming te allen<br />

tijde verlangen dat de Spoorwegonderneming een bankgarantie of een vergelijkbare zekerheid stelt om te<br />

garanderen dat de Spoorwegonderneming aan haar uit de Toegangsovereenkomst en<br />

Algemene Voorwaarden voortvloeiende betalingsverplichtingen met betrekking tot de vergoedingen als<br />

bedoeld in artikel 21 van deze Algemene Voorwaarden zal voldoen.<br />

2. De kosten van de in het vorige lid bedoelde zekerheidsstelling zijn voor rekening van de<br />

Spoorwegonderneming.<br />

Titel VI.<br />

Opschorting en beëindiging Toegangsovereenkomst<br />

Artikel 24.<br />

Opschorting Toegangsovereenkomst<br />

1. De Beheerder dan wel de Spoorwegonderneming kan de uitvoering van de Toegangsovereenkomst op grond<br />

van artikel 6:52 BW geheel of gedeeltelijk opschorten.<br />

2. In geval van betaling door de Spoorwegonderneming na de in artikel 22, eerste lid van deze Algemene<br />

Voorwaarden bedoelde termijn kan de Beheerder het recht tot opschorting van de uitvoering van de<br />

Toegangsovereenkomst slechts uitoefenen indien de Spoorwegonderneming voor twee achtereenvolgende<br />

periodieke betalingen of voor twee betalingen binnen twaalf maanden de betalingstermijn heeft<br />

overschreden.<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 120


3. Gedurende de termijn van opschorting is de Spoorwegonderneming dan wel de Beheerder verplicht gepaste<br />

maatregelen te nemen ter voorkoming en beperking van schade.<br />

4. De Spoorwegonderneming kan weer volledig aanspraak maken op de overeengekomen capaciteiten vanaf<br />

de vierde dag na beëindiging van de opschorting.<br />

Artikel 25.<br />

Beëindiging door de Beheerder<br />

1. De Beheerder kan door een aangetekend schrijven de Toegangsovereenkomst zonder voorafgaande<br />

ingebrekestelling en zonder rechterlijke tussenkomst, onverwijld beëindigen indien:<br />

a. de Beheerder de Concessie, voor zover relevant voor de dienstverlening door de Beheerder aan de<br />

Spoorwegonderneming, geheel of gedeeltelijk verliest;<br />

b. de Spoorwegonderneming in staat van faillissement wordt verklaard;<br />

c. de Spoorwegonderneming surseance van betaling wordt verleend;<br />

d. de Spoorwegonderneming gedurende tenminste één jaar geen gebruik heeft gemaakt van aan haar<br />

verdeelde capaciteitsrechten.<br />

e. de Spoorwegonderneming niet langer bevoegd is aan het spoorverkeer deel te nemen;<br />

f. de Spoorwegonderneming betalingsachterstanden heeft, ter grootte van:<br />

i. gedurende twee opeenvolgende betalingstermijnen en voor een bedrag groter dan de<br />

gebruiksvergoeding over één maand;<br />

ii.<br />

voor meer dan twee betalingstermijnen en voor een bedrag ter grootte van de<br />

gebruiksvergoeding over twee maanden.<br />

g. de Spoorwegonderneming in verzuim is van een wezenlijke contractuele verplichting, wanneer deze<br />

verplichting betrekking heeft op de veiligheid van personen of zaken waaronder ladingen.<br />

2. Bij aangetekend schrijven kan de Beheerder de Toegangsovereenkomst met inachtneming van een<br />

opzegtermijn van twee maanden beëindigen indien:<br />

a. een dwingende verandering in de relevante Regelgeving, waarvan de gevolgen niet konden worden<br />

voorzien, die de verplichtingen van de Beheerder aantast en die de Beheerder verhindert om zijn<br />

verplichtingen uit te voeren;<br />

b. de Spoorwegonderneming in opzettelijk verzuim of grove nalatigheid is ten aanzien van andere<br />

essentiële contractuele verplichtingen dan bedoeld onder lid 1 sub g.<br />

3. Indien op grond van artikel 24, eerste lid, van deze Algemene Voorwaarden de uitvoering van de<br />

Toegangsovereenkomst is opgeschort, kan de Beheerder, na een redelijke termijn gesteld te hebben<br />

waarbinnen de Spoorwegonderneming het verzuim kon zuiveren, de Toegangsovereenkomst beëindigen als<br />

de Spoorwegonderneming hiermee in gebreke is gebleven.<br />

Artikel 26.<br />

Beëindiging door de Spoorwegonderneming<br />

1. De Spoorwegonderneming kan door een aangetekend schrijven de Toegangsovereenkomst zonder<br />

voorafgaande ingebrekestelling en zonder rechterlijke tussenkomst, onverwijld beëindigen indien:<br />

a. de Beheerder de Concessie voor zover relevant voor de dienstverlening door Beheerder aan de<br />

Spoorwegonderneming geheel of gedeeltelijk verliest;<br />

b. de Beheerder in staat van faillissement wordt verklaard;<br />

c. de Beheerder surseance van betaling wordt verleend;<br />

d. de Beheerder in verzuim is van een wezenlijke contractuele verplichting, wanneer deze verplichting<br />

betrekking heeft op de veiligheid van personen of zaken waaronder ladingen.<br />

2. De Spoorwegonderneming kan de Toegangsovereenkomst beëindigen met een opzegtermijn van twee<br />

maanden indien:<br />

a. een dwingende verandering in de relevante Regelgeving, waarvan de gevolgen niet konden worden<br />

voorzien, de verplichtingen van de Spoorwegonderneming aantasten en deze de<br />

Spoorwegonderneming verhinderen om haar verplichtingen uit te voeren;<br />

b. de Beheerder in opzettelijk verzuim of grove nalatigheid is ten aanzien van andere essentiële<br />

contractuele verplichtingen.<br />

3. In gevallen anders dan bedoeld in het eerste en tweede lid kan de Spoorwegonderneming de Toegangsovereenkomst<br />

bij aangetekend schrijven en met inachtneming van de in de Toegangsovereenkomst<br />

opgenomen opzegtermijn beëindigen.<br />

4. Indien op grond van artikel 24, eerste lid, van de Algemene Voorwaarden de uitvoering van de<br />

Toegangsovereenkomst is opgeschort, kan de Spoorwegonderneming, na een redelijke termijn gesteld te<br />

hebben waarbinnen de Beheerder het verzuim kon zuiveren, de Toegangsovereenkomst beëindigen als de<br />

Beheerder hiermee in gebreke is gebleven.<br />

5. Indien de Beheerder de Toegangsovereenkomst en/of Algemene Voorwaarden wijzigt, kan de<br />

Spoorwegonderneming, in het geval de Spoorwegonderneming het niet met de wijziging eens is, de<br />

Toegangsovereenkomst met inachtneming van 3 maanden na het moment van wijziging beëindigen.<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 121


Artikel 27.<br />

Schadevergoeding bij beëindiging Toegangsovereenkomst<br />

Bij beëindiging van de Toegangsovereenkomst op grond van titel VI is, behalve bij beëindiging vanwege<br />

surseance van betaling, faillissement en Toerekenbaar tekortschieten, geen schadevergoeding in welke vorm dan<br />

ook verschuldigd.<br />

Artikel 28.<br />

Toepassingsbereik, toepasselijk recht en beslechting geschillen<br />

1. Deze Algemene Voorwaarden zijn van toepassing op Toegangsovereenkomsten.<br />

2. Op de Toegangsovereenkomst en de Algemene Voorwaarden is Nederlands recht van toepassing, met<br />

inbegrip van de volgens de Nederlands recht geldende internationale verdragen waaronder ook in het<br />

bijzonder het COTIF 1999 en de daaraan verbonden Aanhangsels.<br />

3. Alle geschillen, met uitzondering van geschillen voortkomend uit artikel 61 Spoorwegwet en de op dat artikel<br />

gebaseerde Algemene Maatregel van Bestuur, voortvloeiende uit de Toegangsovereenkomst en/of deze<br />

Algemene Voorwaarden, worden beslecht door de daartoe bevoegde burgerlijke rechter te Utrecht indien<br />

deze geschillen niet in der minne geschikt kunnen worden door Partijen zelf dan wel een door Partijen<br />

daartoe benoemde commissie waarin elk der Partijen een gelijk aantal leden benoemt en die beproeft of<br />

tussen Partijen een minnelijke schikking tot stand kan komen.<br />

4. In afwijking van het derde lid kunnen Partijen nader overeenkomen dat de in dit lid bedoelde geschillen<br />

worden beslecht overeenkomstig het alsdan geldende reglement van het Nederlands Arbitrage Instituut. Het<br />

scheidsgerecht, dat beslist naar de regelen des rechts, kan uit één of drie arbiters bestaan. De plaats van<br />

arbitrage is Utrecht.<br />

5. De leden 1 tot en met 4 van dit artikel laten artikel 71 Spoorwegwet onverlet.<br />

bijlage 5 Model-Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 122


ijlage 6 Operationele Voorwaarden (§ 2.4)<br />

Operationele Voorwaarden Toegangsovereenkomst <strong>ProRail</strong> <strong>2013</strong><br />

versie 1 december 2011<br />

1 Capaciteitsplanning<br />

1.1 Verantwoordelijkheidsverdeling bij rijwegplanning 91<br />

De opsteller (of aanpasser) van een treinplanning is verantwoordelijk voor het voldoen aan de door de<br />

Beheerder in de <strong>Netverklaring</strong> vastgelegde planning- en belastingnormen en eventueel geldende<br />

inzetbeperkingen voor spoorvoertuigen.<br />

Indien de Spoorwegonderneming gebruik maakt van de diensten van de <strong>ProRail</strong> One-Stop-Shop (OSS)<br />

voor het ontwerpen van dienstregelingen moeten eventuele inzetbeperkingen opgegeven worden aan<br />

<strong>ProRail</strong> OSS en NSR Lokale Planning. De voorkeursrijwegen worden dan gepland rekening houdend met<br />

de opgegeven inzet en door Spoorwegondernemingen opgegeven beperkingen uit het inzetcertificaat of de<br />

regeling voor Buitengewoon Vervoer.<br />

De Spoorwegonderneming die een pad plant of laat plannen voor een trein met specifieke kenmerken<br />

(zoals lengte, profiel, aslast, tractievorm) toetst of het hem aangeboden pad bepaalde gebruiksbeperkingen<br />

kent (zoals max. treinlengte, profiel, wel of geen bovenleiding) en waarborgt (onder andere via instructies<br />

aan het betrokken uitvoerend personeel) dat de trein die van dat pad gebruik maakt past bij de<br />

beperkingen.<br />

De Spoorwegonderneming maakt van de overeengekomen capaciteiten gebruik met<br />

treinsamenstellingen die passen binnen de gebruiksmogelijkheden van die treinpaden en sporen.<br />

1.2 Buitengewoon vervoer 92<br />

In de volgende gevallen is een regeling voor Buitengewoon Vervoer noodzakelijk 93 :<br />

• Het rijden met hogesnelheidstreinen langer dan 400 meter 94 ;<br />

• Het rijden met goederentreinen langer dan 750 meter 95 ;<br />

• Het rijden met treinen, die niet geschikt zijn om te rijden met een snelheid van tenminste 60 km/h<br />

op baanvakken met een baanvaksnelheid ≥ 80 km/h 96 ;<br />

• Het rijden met spoorvoertuigen waarvan het omgrenzingsprofiel niet past binnen het<br />

voertuigomgrenzingsprofiel van het te berijden baanvak 97 ;<br />

• Het rijden met treinen waarin spoorvoertuigen zijn opgenomen, die de beladingsklasse C2 98<br />

overschrijden;<br />

• Het rijden met treinen of spoorvoertuigen onder een onder de Spoorwegwet verleende ontheffing<br />

waarin in de ontheffingsvoorwaarden een nadere regeling met de beheerder is voorgeschreven 99 ;<br />

• Het rijden met spoorvoertuigen welke in de UIC regelgeving (Fiche 502-1) 100 als Buitengewoon<br />

Vervoer gekenmerkt worden;<br />

• Het rijden met treinen waarvan het laatste spoorvoertuig onberemd is.<br />

De Beheerder laat geen spoorvoertuigen toe als Buitengewoon Vervoer als de daarvoor geldende<br />

voorwaarden als opgenomen in de regeling voor Buitengewoon Vervoer niet worden toegepast. De<br />

91<br />

92<br />

93<br />

94<br />

95<br />

96<br />

97<br />

98<br />

99<br />

zie <strong>Netverklaring</strong> § 4.8<br />

zie <strong>Netverklaring</strong> § 2.5 en § 3.3.2<br />

zie <strong>Netverklaring</strong> § 2.5<br />

zie <strong>Netverklaring</strong> § 3.3.2.5<br />

zie <strong>Netverklaring</strong> § 3.3.2.5<br />

zie <strong>Netverklaring</strong> § 3.3.2.4 en bijlage 17<br />

zie <strong>Netverklaring</strong> § 3.3.2.1; een ontheffing van de minister van Infrastructuur en Milieu ex artikel 46<br />

Spoorwegwet is in sommige gevallen nodig.<br />

zie <strong>Netverklaring</strong> § 3.3.2.2<br />

artikel 46 van de Spoorwegwet<br />

100 fiche op te vragen bij de One-Stop-Shop van <strong>ProRail</strong><br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 123


egelingen voor Buitengewoon Vervoer, voor het <strong>Gemengde</strong> Net en de Betuweroute 101 kunnen<br />

worden aangevraagd bij <strong>ProRail</strong> One-Stop-Shop. De Beheerder spant zich in om binnen 14 dagen<br />

een regeling Buitengewoon Vervoer met de Spoorwegonderneming overeen te komen. De additionele<br />

kosten die de Beheerder maakt in verband met de voorbereiding en uitvoering van Buitengewoon<br />

Vervoer komen ten laste van de aanvrager.<br />

Algemene uitgangspunten Buitengewoon Vervoer:<br />

• De Spoorwegonderneming zorgt ervoor dat in de bedrijfsvoering de voorwaarden uit de regeling<br />

Buitengewoon Vervoer worden toegepast en nageleefd.<br />

• De Spoorwegonderneming moet nagaan of route, rijwegkeuze, snelheid van de voor het vervoer<br />

beoogde trein in overeenstemming zijn met de regeling. Zo niet, dan moet de reeds bestaande<br />

dienstregeling van de trein worden aangepast of indien niet mogelijk moet er ad hoc capaciteit<br />

voor een trein met aangepaste dienstregeling worden gevraagd. In beide gevallen verwijst de<br />

Spoorwegonderneming naar de toepasselijke regeling.<br />

• Bij wijziging van de treinkarakteristiek van een reeds bestaande trein naar Buitengewoon Vervoer,<br />

moet de Spoorwegonderneming voor de betreffende trein opnieuw een order “wijzigen trein”<br />

indienen.<br />

Standaardregeling zwaar vervoer<br />

Op de website van de Beheerder (www.prorail.nl > vervoerders > infrastructuur) is een aantal<br />

standaardklassen vermeld, refererend aan beladingsklasse C3, C4, D2, D4, E5 volgens UIC Fiche<br />

700 102 (EN 15528), alsmede een aantal specifieke spoorvoertuigtypen, met voor elk klasse/type de<br />

daarvoor toegelaten baanvakken en bijbehorende snelheidsbeperkingen.<br />

De Spoorwegonderneming kan, ten behoeve van vervoer van spoorvoertuigen passend binnen één<br />

van deze klassen/typen, op de daarvoor vrijgegeven baanvakken en met inachtneming van de<br />

bijbehorende snelheidsbeperkingen, zonder specifieke toestemming van <strong>ProRail</strong> gebruik maken van<br />

deze standaardregeling zwaar vervoer.<br />

Wel dient de Spoorwegonderneming in dat geval in de dienstregelingdocumenten, ten behoeve van<br />

alle bij het vervoer betrokkenen, door de toevoeging ZWV aan het treinnummer en een verwijzing naar<br />

de beladingklasse de toepassing van een standaardregeling kenbaar te maken (voorbeeld: “45109<br />

ZWV-D4”).<br />

Standaardregeling overschrijding laadprofiel<br />

Speciaal gecodificeerde wagens, welke gecodificeerde intermodale laadeenheden vervoeren en/of<br />

door de Beheerder nader aan te wijzen transporten kunnen gebruik maken van de verdeelde<br />

capaciteit voor zover de voorwaarden, vermeld op de website van de Beheerder (www.prorail.nl ><br />

vervoerders > capaciteit / treinpaden > dienstregeling), genoemd in de Standaardvoorwaarden BP<br />

worden nageleefd. De Spoorwegonderneming maakt in de dienstregelingdocumenten ten behoeve<br />

van alle bij het vervoer betrokkenen door middel van de toevoeging BP1, BP2, BP3 aan het<br />

treinnummer kenbaar dat het een trein betreft waarop een standaardregeling Buitengewoon Vervoer<br />

vanwege profieloverschrijding van toepassing is.<br />

Specifieke regeling<br />

Voor de overige Buitengewone Vervoeren kunnen Spoorwegondernemingen een specifieke regeling<br />

Buitengewoon Vervoer met de Beheerder overeenkomen. De regeling omvat een opgave van de<br />

toegelaten route, periode van geldigheid, uitvoeringsvoorwaarden, verkregen ontheffingen en indien<br />

van toepassing toegelaten afmeting en/of gewicht. Het verstrekken van een specifieke regeling<br />

Buitengewoon Vervoer gaat gepaard met een reguliere orderaanvraag (binnen de 36 uurs termijn in<br />

ISVL). De Spoorwegonderneming maakt in de dienstregelingdocumenten ten behoeve van alle bij het<br />

vervoer betrokkenen door middel van de toevoeging “BV” aan het treinnummer kenbaar dat het een<br />

trein betreft waarop een specifieke regeling Buitengewoon Vervoer van toepassing is, met verwijzing<br />

naar de betreffende Buitengewoon Vervoer regeling.<br />

101 <strong>ProRail</strong> adviseert Keyrail met betrekking tot BV-treinbewegingen op de Betuweroute<br />

102 fiche op te vragen bij de One-Stop-Shop van <strong>ProRail</strong><br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 124


1.3 Treinnummering 103<br />

Om misverstanden in de communicatie over treinen te voorkomen, worden alle treinen geïdentificeerd<br />

door middel van een treinnummer dat binnen één dag uniek is. Dezelfde treinnummers worden tussen<br />

de Beheerder respectievelijk Keyrail (exploitant van de Betuweroute die in opdracht van de Beheerder<br />

belast is met de uitvoering van de beheertaken van de Beheerder met betrekking tot de Betuweroute)<br />

en de Spoorwegondernemingen gebruikt bij het aanvragen voor capaciteitsverdeling, de vastlegging<br />

van de capaciteitsverdeling, alsmede voor administratieve toepassingen (bijvoorbeeld facturering van<br />

gebruiksvergoedingen).<br />

De Beheerder maakt per dienstregelingjaar afspraken met Keyrail en met elk van de<br />

Spoorwegondernemingen over de te gebruiken nummers. Deze afspraken omvatten tevens de<br />

internationale afstemming van de nummering en de verwerking van aanvullingen en wijzigingen<br />

gedurende de looptijd van een dienstregelingjaar. De Beheerder en Keyrail hanteren de treinnummers<br />

in de Toegangsovereenkomsten met Spoorwegondernemingen.<br />

De procedures voor de verwerking van treinnummers ten aanzien van het internationaal treinverkeer<br />

is vastgelegd in fiche UIC 419 104 .<br />

De Beheerder informeert de betrokken partijen uiterlijk op 1 februari over de concept-treinnummerlijst<br />

voor het erop volgende dienstregelingjaar. Deze lijst is gebaseerd op de dan geldende lijst. Publicatie<br />

vindt plaats via de website van de Beheerder (www.prorail.nl > vervoerders > capaciteit / treinpaden ><br />

dienstregeling). Keyrail en Spoorwegondernemingen kunnen in geval van wijzigingen ten opzichte van<br />

het vorig dienstregelingjaar, binnen 2 weken na de publicatie op de website van de Beheerder hierop<br />

reageren. De Beheerder publiceert binnen 4 weken na uitgifte van het concept een definitieve<br />

treinnummerlijst.<br />

Gerechtigden kunnen wijzigingsvoorstellen indienen via capaciteitsverdeling.toetsing@prorail.nl.<br />

De Beheerder verwerkt binnen drie werkdagen tussentijdse mutaties van Spoorwegondernemingen<br />

betreffende de actuele dienstregeling. Deze mutaties zijn 5 dagen na verwerking en wederzijdse<br />

goedkeuring, van kracht. Hernummering vormt geen aantasting van capaciteitsrechten.<br />

De meest actuele treinnummerlijst zoals die is gepubliceerd op de website van de Beheerder<br />

(www.prorail.nl > vervoerders > capaciteit / treinpaden > dienstregeling) zal door de Beheerder en de<br />

betrokken partijen worden gebruikt.<br />

Bij een nieuw toetredende Spoorwegonderneming publiceert de Beheerder een nieuwe<br />

treinnummerlijst.<br />

1.4 Bijstelling capaciteitsverdeling rond werkzaamheden<br />

Tussentijdse wijziging of intrekking van de aan de Spoorwegonderneming verdeelde capaciteit door<br />

de Beheerder is mogelijk in de gevallen en onder de voorwaarden zoals omschreven in de<br />

<strong>Netverklaring</strong>, paragraaf 4.4.1.4.<br />

De Beheerder kan ten behoeve van beheerwerkzaamheden waarvoor niet in de jaardienstregeling<br />

capaciteit is verdeeld, voorts gebruik maken van beschikbare capaciteit of van capaciteit die op basis<br />

van overeenstemming met de Spoorwegonderneming beschikbaar wordt gesteld.<br />

2 Verkeersafwikkeling<br />

2.1 Orderacceptatie en bijsturing 105<br />

Onderstaand worden drie deelprocessen beschreven, namelijk:<br />

1. het verwerken van orders,<br />

2. de bijsturing van treinen die om wat voor reden dan ook buiten hun verdeelde pad geraakt zijn,<br />

3. de vertrekprocedure.<br />

Bij orderaanvragen van een Spoorwegonderneming verdeelt de Beheerder extra capaciteit binnen de<br />

beschikbare ruimte.<br />

103 zie <strong>Netverklaring</strong> § 2.8<br />

104 fiche op te vragen bij One-Stop-Shop<br />

105 zie <strong>Netverklaring</strong> § 4.3, 4.4.1.4, 4.8.2 t/m 4.8.4<br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 125


Tijdens en na ontregelingen herverdeelt de Beheerder de (beperkte) capaciteit over de betrokken<br />

Spoorwegondernemingen. Hiertoe maakt de Beheerder gebruik van vooraf vastgestelde afspraken<br />

voor operationele verdeling (verdelingsregels).<br />

2.1.1 Orderverwerking<br />

Het betreft de verdeling van (extra) capaciteit alsmede andere planwijzigingen in het tijdvak vanaf de<br />

overdracht van dagplan naar verkeersleidingsplan tot het moment van vertrek.<br />

Orderverwerking van 36 uur tot 1 uur voor uitvoering<br />

Het verwerkingsvenster voor ingediende orders omvat dagelijks de periode tot 12.00 uur op de<br />

volgende dag. De verwerking van orders die betrekking hebben op capaciteit ná die venstertijd wordt<br />

aangehouden totdat zij in het verwerkingsvenster vallen. De Beheerder neemt orders in en verwerkt<br />

de order zo spoedig mogelijk. In de orderaanvraag is een bandbreedte van minimaal 60 minuten op<br />

de gevraagde vertrek- en aankomsttijd inbegrepen. Deze marge geeft de Beheerder de gelegenheid<br />

om een dienstregeling volgens de beschikbare goederenpaden te maken.<br />

Inhoud orderaanvraag<br />

De orderaanvraag dient voorzien te zijn van de volgende gegevens:<br />

• Aanvrager;<br />

• Treinnummer;<br />

• Ordersoort (inleggen, wijzigen of opheffen);<br />

• Tractievorm;<br />

• Treinlengte;<br />

• Gewicht;<br />

• Vertrekstation;<br />

• Aankomststation;<br />

• Voorkeursroute;<br />

• Datum en tijdstip vertrek (eventuele marge);<br />

• Datum en tijdstip aankomst (eventuele marge);<br />

• Gevaarlijke stoffen;<br />

• Afwijkingen aan materieel gerelateerd aan beperkingen infragebruik;<br />

• Indien Buitengewoon vervoer: ZWV, BP1, BP2, BP3 of BV met het kenmerk van de betreffende<br />

Buitengewoon Vervoer regeling;<br />

• Maximumsnelheid;<br />

• Bijzonderheden ten behoeve van uitvoering door de Beheerder (zie onder het kopje ‘Informatie<br />

aankomstspoor’).<br />

Informatie aankomstspoor<br />

Om voor treinen die op hun bestemmingsstation aankomen het optimale aankomstspoor te kunnen<br />

kiezen is het van belang dat de treindienstleider beschikt over gegevens over de vervolgbehandeling<br />

van de trein na aankomst. Bij de orderaanvraag voor het inleggen/wijzigen van een trein dient dit in<br />

het veld “Bijzonderheden uitvoering Verkeersleiding” ingevuld te zijn. De Beheerder spant zich in<br />

om aan de gevraagde specificaties te voldoen. Voorbeelden van door Spoorwegondernemingen<br />

gewenste activiteiten tijdens of na de treinrit:<br />

• machinistwissel, duur x minuten te Y;<br />

• locomotiefwissel, duur x minuten te Y;<br />

• rangeren, duur x minuten te Y;<br />

• opstellen, te Y voor de tijdsduur van x minuten na aankomst;<br />

• materieel bestemd voor trein nnnnn d.d. dd-mm-jjjj;<br />

• trein bestemd voor belading op spooraansluiting xxx;<br />

• materieel op te stellen in spoorbundel yy.<br />

Opgeheven treinen<br />

Voor het opheffen van treinen geldt het volgende:<br />

• De Spoorwegonderneming geeft ruim van tevoren via ISVL aan de Beheerder te kennen dat een<br />

trein kan worden opgeheven.<br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 126


• Slechts bij calamiteiten kan een Spoorwegonderneming kort voor vertrek de annulering melden. In<br />

deze melding is ook opgenomen wat de Spoorwegonderneming met het materieel van de op te<br />

heffen trein wil.<br />

• De verkeersleider heft zo spoedig mogelijk de trein op en overlegt met de treindienstleider wat met<br />

het materieel moet gebeuren. De Beheerder spant zich in om tegemoet te komen aan de wens<br />

van de Spoorwegonderneming.<br />

• De Spoorwegonderneming dient ter bevestiging van de telefonische order achteraf alsnog een<br />

order in ISVL in.<br />

Adressen<br />

Orders voor in te leggen treinen of voor treinen die vanaf vertrek (of passage grensstation) verlegd<br />

moeten worden, zijn (tenzij uitdrukkelijk anders is overeengekomen) steeds in te dienen bij de<br />

verkeersleidingspost van het gebied waarin het station gelegen is waar de trein vertrekt,<br />

respectievelijk waarin het grensstation gelegen is. Orders voor te wijzigen treinen worden ingediend bij<br />

de decentrale verkeersleiding, van waaraf de wijziging dient plaats te vinden.<br />

2.1.2 Bijsturing<br />

Bestaat over de afhandeling van een bepaalde ontregeling geen afspraak met de<br />

Spoorwegondernemingen of kan hierover vooraf geen consensus worden bereikt, dan wordt de<br />

capaciteit verdeeld volgens de afspraken voor operationele verdeling, zoals genoemd in paragraaf<br />

4.8.2 – 4.8.4 van de <strong>Netverklaring</strong>. Er wordt principieel onderscheid gemaakt tussen enerzijds<br />

verdelingsregels en anderzijds afhandelingstrategieën of –afspraken. Afhandelingstrategieën zijn<br />

afspraken met individuele Spoorwegondernemingen of combinaties daarvan over de afhandeling van<br />

hun treindiensten in geval van bepaalde, voorziene ontregelingen.<br />

Regels voor operationele verdeling<br />

Regels voor operationele verdeling (verdelingsregels) stellen de Beheerder in staat de betrokken<br />

Spoorwegondernemingen bij ontregelingen en orderaanvragen inzichtelijk en non-discriminatoir<br />

capaciteit toe te delen.<br />

2.1.3 Vertrekprocedure<br />

Herbevestiging van goederentreinen door de Spoorwegonderneming, uiterlijk een uur voor vertrek<br />

De Spoorwegonderneming herbevestigt het gebruik van het laatst overeengekomen treinpad uiterlijk 1<br />

uur voor vertrek bij <strong>ProRail</strong> Verkeersleiding. Daarbij geeft de Spoorwegonderneming aan:<br />

• Het tijdstip van vertrek op 5 minuten nauwkeurig.<br />

• Dat de trein gaat rijden conform of beter dan de verkeerstechnische specificaties van het treinpad.<br />

• Treinlengte, nodig voor het managen van een optimaal infrastructuurgebruik.<br />

• Gewicht.<br />

• Trekkracht.<br />

Herbevestiging of actieve uurmelding vindt plaats, door de Spoorwegonderneming, door rechtstreekse<br />

communicatie. De vorm van communicatie is nog onderwerp van onderzoek.<br />

De Beheerder beschouwt het niet op tijd herbevestigen van een treinpad als het opheffen (annuleren)<br />

van dat treinpad door de Spoorwegonderneming. De Beheerder gebruikt het vrijgevallen treinpad<br />

vervolgens voor bijsturing. Extra aangevraagde treinen binnen een uur voor vertrek worden als<br />

herbevestigd beschouwd.<br />

Melding van onvoorziene omstandigheden door de Spoorwegonderneming<br />

De Beheerder kent geen actieve gereedmelding (5 minuten voor vertrek). Indien na herbevestiging<br />

(uiterlijk 1 uur voor vertrek) de trein door onvoorziene omstandigheden niet kan vertrekken, meldt de<br />

machinist dit zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 5 minuten na constatering aan de treindienstleider van<br />

het vertrekstation.<br />

Levering treinpad door de Beheerder (30 seconden voor vertrek)<br />

Van levering van een treinpad is sprake als de Beheerder uiterlijk 30 seconden voor het laatstelijk<br />

overeengekomen vertrektijdstip het sein uit de stand ‘stop’ zet.<br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 127


Daadwerkelijk vertrek door de Spoorwegonderneming<br />

De Spoorwegonderneming is verplicht om binnen drie minuten, na levering van het treinpad door de<br />

Beheerder, daadwerkelijk te vertrekken. Indien de trein niet binnen 3 minuten vertrekt is de Beheerder<br />

gerechtigd om het sein te herroepen.<br />

Bijzondere omstandigheden<br />

De Beheerder mag/ moet het sein terugbrengen in de stand stop (herroepen):<br />

• bij gevaar;<br />

• in geval van bijsturing, nadat er contact is geweest met de machinist;<br />

• wanneer de treindienstleider er zeker van is dat er geen machinist aanwezig is op of bij de trein.<br />

In het laatste geval dient de Spoorwegonderneming een nieuwe capaciteitsvraag in te dienen.<br />

Indien de trein door onvoorziene omstandigheden niet kan vertrekken, en de Beheerder dat vraagt,<br />

laat de Spoorwegonderneming de trein bemenst.<br />

2.2 Gebruik van niet-centraal bediende gebieden 106<br />

Onmiddellijk voorafgaand aan de uitvoering van rangeer- of treinbewegingen moet de bestuurder van<br />

een trein zich via een gelogde spreekverbinding melden bij de treindienstleider om hiervoor<br />

toestemming te vragen en regelingen te treffen over de uitwisseling van veiligheidsinformatie. De<br />

treindienstleider kan daarbij aan de bestuurder aanwijzingen omtrent het gebruik geven. De<br />

bestuurder dient deze aanwijzingen op te volgen. Ook voor het parkeren van spoorvoertuigen op<br />

sporen in niet-centraal bediende gebieden is voorafgaande toestemming van de treindienstleider<br />

vereist. De toestemming om sporen in een niet-centraal bediend gebied te gebruiken kan worden<br />

aangevraagd:<br />

• als aanvraag van een enkelvoudige rijweg waarbij begin, einde en eventuele tussengelegen<br />

punten worden opgegeven via sein-, spoor- of wisselnummers;<br />

• als aanvraag voor gebruik van een tijd-ruimteslot voor meerdere opeenvolgende bewegingen,<br />

waarbij de ruimtelijke grenzen van het gebied waarbinnen die bewegingen plaatsvinden worden<br />

opgegeven via sein-, spoor- of wisselnummers, en de tijdgrenzen via gewenste begin- en<br />

eindtijdstippen.<br />

Nadat een aangevraagde enkelvoudige en geheel binnen een niet-centraal bediend gebied gelegen<br />

rijweg is afgelegd, meldt de bestuurder zich bij de treindienstleider met de mededeling dat het<br />

aangevraagde gebruik beëindigd is, en of de rijweg (incl. beginpuntspoor, excl. eindpuntspoor) na<br />

gebruik conform aanvraag weer vrij en onbelemmerd is. Nadat een aangevraagde enkelvoudige rijweg<br />

is afgelegd, beginnend in een niet-centraal bediend gebied en eindigend in centraal bediend gebied,<br />

behoeft de bestuurder zich bij de treindienstleider van het niet-centraal bediende gebied alleen af te<br />

melden indien in afwijking van de aanvraag spoorvoertuigen op het beginpuntspoor zijn<br />

achtergebleven of indien in afwijking van de aanvraag geen spoorvoertuigen op het beginpunt spoor<br />

zijn achtergebleven.<br />

Na beëindiging van het gebruik van het tijd-ruimteslot meldt de bestuurder zich bij de treindienstleider<br />

met de mededeling of het slot conform aanvraag is gebruikt, op welk spoor de bestuurder met zijn<br />

trekkracht zich bevindt, alsmede welke sporen in het slot vrij en onbelemmerd beschikbaar zijn, en op<br />

welke sporen spoorvoertuigen zijn opgesteld.<br />

2.3 Onderlinge communicatie veiligheidsberichten tussen machinist en<br />

treindienstleider 107<br />

Spoorwegonderneming en Beheerder passen bij de communicatie tussen machinist en<br />

treindienstleider van veiligheidsberichten zoals bedoeld in de TSI ‘Exploitatie en verkeersleiding’ de<br />

regels toe die zijn opgenomen in de ‘Regeling Communicatieprocedures veiligheidsberichten’; deze<br />

regeling kan worden geraadpleegd via de website van de Beheerder (www.prorail.nl > vervoerders ><br />

toegang tot het spoor > operationele voorwaarden).<br />

Het in de TSI ‘Exploitatie en verkeersleiding’ bedoelde Formulierenboek is, voor wat betreft de door de<br />

Beheerder opgestelde formulieren, onder de titel ‘Formulierenboek’ te raadplegen via de website van<br />

de Beheerder (www.prorail.nl > vervoerders > toegang tot het spoor > operationele voorwaarden).<br />

106 zie <strong>Netverklaring</strong> § 2.8 en 3.3.3<br />

107 zie <strong>Netverklaring</strong> § 2.8<br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 128


2.4 Roestrijden 108<br />

Roestvorming op spoorstaven tast de betrouwbare werking van het detectiesysteem aan. Ter<br />

voorkoming hiervan worden door de Beheerder treinen aangewezen waarmee roest wordt gereden,<br />

waarbij de volgende werkwijze wordt toegepast:<br />

• De Beheerder bepaalt voor welke sporen en infra-elementen permanente beschikbaarheid vanuit<br />

bijsturingsoverwegingen nodig is.<br />

• De Beheerder houdt op de posten bij dat deze sporen en infra-elementen regelmatig worden<br />

bereden. Registratie vindt plaats (onder meer schrapstaten).<br />

• Het aanwijzen van roestrijdende treinen vindt niet planmatig plaats, maar wordt in de<br />

bijsturingsfase vastgesteld door de Beheerder na overleg met de betrokken vervoerder(s) (soort<br />

trein, actuele situatie van verkeersafwikkeling, enzovoort).<br />

• Spoorwegondernemingen aanvaarden dat hun treinen in beperkte mate over ongebruikelijke<br />

rijwegen worden geleid en dat wellicht met aanwijzing moet worden gereden wanneer het<br />

tijdsverloop sinds het voorgaande gebruik van die rijweg de normwaarde overschreden heeft.<br />

• De Beheerder streeft er naar het roestrijden met reizigerstreinen niet in de brede spits uit te<br />

voeren.<br />

• De Beheerder streeft ernaar het roestrijden met goederentreinen zwaarder dan 3.000 ton en met<br />

goederentreinen die stofcategorie A (tot vloeistof verdichte brandbare gassen herkenbaar aan de<br />

cijfercombinatie 23 in de GEVI-code) vervoeren waar mogelijk te vermijden.<br />

3 Milieu<br />

3.1 Samenwerkingsregels<br />

Bij afspraken voor informatielevering in het kader van de aanvraag of wijziging van c.q. het opereren<br />

onder een omgevingsvergunning wordt van de Spoorwegonderneming verwacht dat die binnen de per<br />

geval gestelde termijnen de gevraagde informatie gaat leveren. Deze informatie betreft de voor<br />

omgevingsvergunning relevante processen en activiteiten die de Spoorwegonderneming op het<br />

betreffende emplacement 109 uitvoert, c.q. wil gaan uitvoeren. Dit is inclusief het gebruik van<br />

(was)installaties en werkplaatsen, laad- en losplaatsen, opslag (milieu)gevaarlijke stoffen,<br />

onderhoudswerkzaamheden aan materieel e.d.; activiteiten die vergunningplichtig zijn.<br />

3.2 Informatielevering<br />

De Spoorwegonderneming levert de Beheerder:<br />

• de geluidemissiegegevens van reizigersmaterieel en locomotieven zoals omschreven in onderdeel<br />

3 van bijlage 9 bij de <strong>Netverklaring</strong>;<br />

• de gegevens met betrekking tot de geluidemissie van treinverkeer op baanvakken en<br />

emplacementen zoals omschreven in onderdeel 2.4 en 2.5 van bijlage 9 bij de <strong>Netverklaring</strong>;<br />

• informatie ter onderbouwing van zienswijze, beroepsschrift, aanvraag voorlopige voorziening naar<br />

aanleiding van een verkregen (ontwerp)beschikking omgevingsvergunning;<br />

• voor de emplacementen waarvoor een omgevingsvergunning is afgegeven die een rapportage<br />

van aantallen handelingen voorschrijft: een opgave per voorgeschreven rapportageperiode van de<br />

aantallen in overeenstemming met de vergunning te onderscheiden handelingen die de<br />

Spoorwegonderneming aldaar heeft uitgevoerd, zoals omschreven in onderdeel 2.2 en 2.3 van<br />

bijlage 9 bij de <strong>Netverklaring</strong>.<br />

3.3 Gedragsregels<br />

1. Het is de Spoorwegonderneming toegestaan om te tanken, op andere plaatsen dan de daarvoor<br />

ingerichte plaatsen bedoeld in artikel 11 van de Algemene Voorwaarden, in de volgende<br />

gevallen:<br />

a. Zelfrijdende werktreinen, aanwezig en actief voor de uitvoering van werkzaamheden op de<br />

spoorwegen, die door de aard van de spoorwerkzaamheden niet in staat zijn om een van de<br />

door de Beheerder aangewezen plaatsen, zoals bedoeld in artikel 11 van de Algemene<br />

Voorwaarden te bereiken, waaronder in de situatie van eilandbedrijf.<br />

108 zie <strong>Netverklaring</strong> § 4.8.6<br />

109 Zijnde een inrichting als bedoeld in artikel 1.1 lid 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.<br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 129


. Niet zelfrijdende werktuigen, aanwezig en actief voor de uitvoering van werkzaamheden op<br />

de spoorwegen, die worden ingezet op een bouwplaats.<br />

c. Als de tankinstallatie waar een geplande tankbeurt zou plaatsvinden, door stremming van de<br />

infrastructuur niet kan worden bereikt.<br />

2. Bij toepassing van de uitzonderingen gelden de volgende voorwaarden:<br />

a. Voor aanvang van de werkzaamheden met de werktreinen en werktuigen moet de<br />

brandstoftank van de werktreinen en werktuigen geheel zijn gevuld.<br />

b. Bij het tanken van een werktuig is niet van belang of het werktuig direct wordt voorzien van<br />

brandstof of dat de brandstof wordt getankt in een aggregaat teneinde het werktuig te<br />

voorzien van elektriciteit.<br />

c. Bij het tanken op andere plaatsen dan de plaatsen bedoeld in artikel 11 van de Algemene<br />

Voorwaarden, moeten de desbetreffende bepalingen van de Nederlandse Richtlijn<br />

Bodembescherming (NRB) en/of de PGS 30 110 worden toegepast.<br />

d. Indien tanken plaatsvindt op een emplacement waarvoor een omgevingsvergunning van<br />

kracht is dient overeenkomstig de daartoe strekkende voorschriften te worden gehandeld.<br />

4 Calamiteiten en externe veiligheid<br />

4.1 Calamiteiten en treinincidenten 111<br />

4.1.1 Algemene verantwoordelijkheden en afspraken spoorwegonderneming<br />

1. De Beheerder en de Spoorwegonderneming beschikken over een operationele, tactische en<br />

strategische wachtdienstorganisatie die actueel, geoefend en 7 x 24 bereikbaar en beschikbaar is:<br />

a. bij calamiteiten;<br />

b. bij het operationeel uitvoeren van preventie en preparatie op calamiteiten in het kader van het<br />

verhogen van de weerbaarheid van de spoorsector (zoals bij verhoogde dreiging terreur,<br />

winterweer of extreme weersomstandigheden). De Spoorwegonderneming stelt in overleg<br />

personeel en materieel beschikbaar voor de calamiteitenoefeningen die de Beheerder<br />

organiseert.<br />

2. De Spoorwegonderneming en de Beheerder richten de noodzakelijke overleggen in voor<br />

afstemming op operationeel, tactisch en strategisch niveau.<br />

3. De Spoorwegonderneming is verantwoordelijk voor het leveren van gegevens aan de Beheerder<br />

die van belang zijn voor een effectieve hulpverlening conform artikel 4.2.3.7 van de TSI<br />

‘Exploitatie en verkeersleiding’ en artikel 4 van het Besluit spoorverkeer. Welke gegevens precies<br />

noodzakelijk zijn wordt in overleg met de Beheerder vastgesteld. Het gaat in ieder geval om de<br />

volgende gegevens:<br />

a. ter voorbereiding op de bestrijding van een calamiteit: technische materieelgegevens, of<br />

voertuigspecifieke instructie, met name ten behoeve van het bergen of hersporen van treinen<br />

en bereikbaarheidsgegevens;<br />

b. ter evaluatie van een calamiteit.<br />

4. Overeenkomstig artikel 13 van de Algemene Voorwaarden worden de kosten voor de inzet van de<br />

calamiteitenorganisatie in rekening gebracht bij de partij die de inzet van de<br />

calamiteitenorganisatie heeft veroorzaakt dan wel toegerekend kan worden. Onder kosten wordt<br />

in dit verband verstaan de kosten die de calamiteitenorganisatie heeft moeten maken ten gevolge<br />

van een inzet. Onder kosten wordt in dit verband verstaan: - out of pocket kosten (kosten die de<br />

calamiteitenorganisatie heeft moeten maken in het kader van een inzet door bijvoorbeeld het<br />

huren van materieel en of personeel):<br />

a. verbruikskosten;<br />

b. vergoedingen aan personeel van de calamiteitenorganisatie ter zake van een inzet buiten de<br />

reguliere werktijden van de calamiteitenorganisatie (maandag tot en met vrijdag van 09.00 uur<br />

tot 17.00 uur).<br />

110 “PGS 30”: Richtlijn voor, buitenopslag van vloeibare aardolieproducten in kleine installaties (opslag tot 150<br />

m 3 van brandbare vloeistoffen met een vlampunt van 55 tot 100 ºC in bovengrondse tanks en aanvullende<br />

richtlijnen voor opslag in dubbelwandige tanks, opslag in milieubeschermingsgebieden voor grondwater<br />

inpandige opslag en tijdelijke niet-stationaire opslag en aflevering).<br />

111 zie <strong>Netverklaring</strong> § 2.8 en 3.4.1<br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 130


4.1.2 Calamiteitenafhandeling<br />

Scenario’s<br />

Calamiteiten zijn onderverdeeld in twintig treinincidentscenario’s (TIS). Deze alarmeringsclassificatie<br />

onderscheidt vijf categorieën van calamiteiten die ieder onderverdeeld zijn in vier gradaties van<br />

gevolgen voor de vervoersprocessen en de hulpverlening.<br />

Scenario nummer<br />

Scenario categorie<br />

TIS 1<br />

TIS 2<br />

TIS 3<br />

TIS 4<br />

TIS 5<br />

Verstoring treindienst, ontsporing zonder slachtoffers<br />

Brand<br />

Aanrijding, botsing en ontsporing met slachtoffers<br />

Gevaarlijke stoffen<br />

Verdacht gedrag, verdacht voorwerp en bom<br />

De uitgebreide treinincidentscenario’s zijn te raadplegen via de website van de Beheerder<br />

(www.prorail.nl > vervoerders > toegang tot het spoor > operationele voorwaarden).<br />

Deelaspecten<br />

De afhandeling van calamiteiten kent tien zogenoemde deelaspecten<br />

(calamiteitbestrijdingsprocessen). Deze deelaspecten worden toegewezen aan een of meerdere<br />

partijen. Deze partijen stellen een deelaspectleider aan voor het betreffende deelaspect.<br />

Nr. Deelaspect<br />

Verantwoordelijkheid<br />

1 Algemene leiding en Verantwoordelijkheid van de Beheerder ten aanzien van de spoorsector.<br />

coördinatie<br />

2 Alarmering Beheerder bepaalt het scenario en doet op basis van het scenario en de<br />

plaats van de calamiteit een alarmoproep aan Spoorwegonderneming.<br />

3 Redding en bestrijding Verantwoordelijkheid van de Openbare Orde en Veiligheidsdiensten, tevens<br />

hebben zij vanuit dit deelaspect de algemene leiding. Alsook een gedeelde<br />

verantwoordelijk van de Beheerder.<br />

4 Opvang<br />

De Spoorwegonderneming is verantwoordelijk voor de opvang van:<br />

a. Opvang personeel a. haar personeel;<br />

b. Opvang reizigers b. haar goederen of eigen reizigers in trein op of station,<br />

c. Opvang goederen en treft hiervoor de nodige voorbereidingen.<br />

5 Herstel verkeersfunctie Verantwoordelijkheid van de Beheerder.<br />

6 Herstel vervoersfunctie De Spoorwegonderneming is verantwoordelijk voor het herstel van de<br />

vervoersfunctie en treft hiervoor de nodige voorbereidingen.<br />

7 Alternatief vervoer De Spoorwegonderneming is verantwoordelijk voor het regelen van alternatief<br />

vervoer voor reizigers (conform artikel 16 van de<br />

Passagiersrechtenverordening) en goederen, zowel op de calamiteitenplek<br />

als elders en treft hiervoor de nodige voorbereidingen.<br />

8 Vrijbaan maken Verantwoordelijkheid van de Beheerder. De Spoorwegonderneming is<br />

verantwoordelijk voor het gedeelte:<br />

• veilig kunnen hersporen en wegslepen van het materieel waar zij mee<br />

rijdt;<br />

• indien nodig binnen redelijke termijn aanleveren van specifieke<br />

hulpmiddelen;<br />

• uitvoeren van vervolgprocedure van het herspoorde materieel na<br />

aankomst op het bestemmingsspoor, of na overname op de<br />

calamiteitenplek.<br />

9 Herstel infrastructuur Verantwoordelijkheid van de Beheerder.<br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 131


Nr. Deelaspect<br />

Verantwoordelijkheid<br />

10 Communicatie De Spoorwegonderneming is, binnen de eigen taakstelling verantwoordelijk<br />

voor de communicatie omtrent een calamiteit en treft hiervoor de nodige<br />

voorbereidingen.<br />

De woordvoering van de betrokken Spoorwegondernemingen stemmen de<br />

communicatie onderling en met de woordvoering van de Beheerder af. Bij<br />

calamiteiten waarbij de overheidshulpdiensten actief zijn, bepaalt de overheid<br />

wie wanneer voorlichting over slachtoffers en zaken betreffende de<br />

volksgezondheid. De Spoorwegonderneming zorgt voor:<br />

• leveren verkeersinformatie over de feitelijke situatie op het spoor waarin<br />

de alarmering van de diverse woordvoerders wordt georganiseerd en<br />

afgestemd wie wanneer welke informatie levert;<br />

• leveren informatie over opvang, alternatief vervoer en herstel van de<br />

vervoersfunctie;<br />

• woordvoering tijdens en na calamiteit en benodigde afstemming met<br />

overheden.<br />

4.2 Aanleveren beladingsgegevens 112<br />

4.2.1 Aanleveren informatie goederentreinen<br />

Voordat een goederentrein vertrekt, is de (goederen-)Spoorwegonderneming verplicht de Beheerder<br />

een wagenlijst te sturen.<br />

Deze verplichting geldt bij:<br />

• het eerste vertrek op de door de Beheerder beheerde spoorwegen;<br />

• de passage van de beheergrens tussen een door de Beheerder beheerde spoorweg en een<br />

andere spoorweg (= grenspassage).<br />

Het overzicht wordt uiterlijk 5 minuten vóór vertrek (respectievelijk passage van een beheergrens) van<br />

een trein aan het OVGS (‘Online registratiesysteem Vervoer Gevaarlijke Stoffen’) geleverd waarbij<br />

conform de Handleiding aanleveren beladinggegevens gewerkt wordt. Op deze manier kan de<br />

Beheerder de wagenlijst correct verwerken en doorsturen aan de overheidshulpdiensten wanneer zich<br />

een calamiteit met de betreffende trein voordoet.<br />

De ‘Handleiding aanleveren beladinggegevens’ is te raadplegen via de website van de Beheerder<br />

(www.prorail.nl > vervoerders > toegang tot het spoor > operationele voorwaarden).<br />

4.2.2 Aanleveren informatie van rangeerdelen of (een groep) overstaande goederenwagens<br />

op emplacementen<br />

De Beheerder is op grond van specifieke voorschriften uit omgevingsvergunningen gehouden tot het<br />

zo spoedig mogelijk leveren van beladinggegevens van gevaarlijke stoffen, die op het moment van<br />

opvragen van het bevoegd gezag of op het moment van optreden van een incident, aanwezig zijn op<br />

het emplacement.<br />

Bij een calamiteit op een emplacement of bij opvraag van bevoegd gezag in relatie tot de verleende<br />

omgevingsvergunning is de (goederen-)Spoorwegonderneming verplicht om binnen 5 minuten na<br />

oproep van <strong>ProRail</strong>, de informatie over beladinggegevens op het in de oproep betreffende<br />

emplacement te leveren. Deze verplichting geldt voor:<br />

• rangeerdelen (hieronder wordt tevens verstaan een voor vertrek gereedstaande trein, waarvan de<br />

wagenlijst nog niet in OVGS is aangeleverd);<br />

• (een groep) overstaande wagens.<br />

<strong>ProRail</strong> voegt daar de in OVGS aangeleverde wagenlijsten van halterende treinen aan toe en draagt<br />

zorg voor de informatieverstrekking aan de overheidshulpdiensten en of bevoegd gezag.<br />

De (goederen-)Spoorwegonderneming levert periodiek een overzicht op welke emplacementen zij<br />

mogelijk handelingen verrichten met gevaarlijke stoffen of waar zij mogelijk wagens met gevaarlijke<br />

stoffen parkeren.<br />

112 zie <strong>Netverklaring</strong> § 2.6<br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 132


De procedure staat beschreven in het document ‘Handleiding aanleveren beladinggegevens’ en is te<br />

raadplegen via de website van de Beheerder (www.prorail.nl > vervoerders > toegang tot het spoor ><br />

operationele voorwaarden).<br />

5 Overig<br />

5.1 Procedure voor bediening infra-elementen (incl. bediening ERTMS)<br />

Alle Spoorwegondernemingen dienen er voor te zorgen dat in voorkomende situaties het bedienen<br />

van infra-elementen door het betrokken personeel (rechtmatige gebruikers) van de<br />

Spoorwegondernemingen plaatsvindt op oordeelkundige wijze. De wijze van bediening is vastgelegd<br />

in zogenaamde gebruiksvoorschriften. Spoorwegondernemingen dienen er daarom voor te zorgen dat<br />

de betreffende medewerkers de betrokken gebruiksvoorschriften kennen en leven deze voorschriften<br />

na. Deze gebruiksvoorschriften zijn te raadplegen via de website van de Beheerder (www.prorail.nl ><br />

vervoerders > toegang tot het spoor > operationele voorwaarden). Het betreft hier bijvoorbeeld de<br />

bediening van een medewerkingskastje op het perron, een wisselgrendel of een infrarood<br />

afstandsbedieningsysteem, maar ook procedures rondom ERTMS zoals ERTMS Keymanagement.<br />

De gebruiksvoorschriften richten zich tot de directe en indirecte gebruikers, en omvatten ook de<br />

maatregelen ter waarborging van de veiligheid en de vertrouwelijkheid van de specifiek informatie die<br />

bij het gebruik van bepaalde infrastructuurelementen wordt gewisseld.<br />

5.2 Lokale bedrijfsregels 113<br />

De Beheerder hanteert op regionaal niveau specifieke bedrijfsregels ter bevordering van een veilige<br />

en efficiënte afwikkeling van het treinverkeer rekening houdend met lokale omstandigheden. Deze<br />

lokale bedrijfsregels zijn gebundeld en te raadplegen via de website van de Beheerder (www.prorail.nl<br />

> vervoerders > toegang tot het spoor > operationele voorwaarden). Spoorwegondernemingen dienen<br />

deze regels na te leven.<br />

5.3 Informatielevering<br />

De Spoorwegonderneming levert de Beheerder gegevens van reizigersmaterieel en locomotieven die<br />

de Beheerder nodig heeft voor:<br />

• capaciteitsverdelingssystemen 114<br />

• analyse van het tractie-energievoorzieningssysteem 115<br />

zoals omschreven in onderdeel 3 van bijlage 9 bij de <strong>Netverklaring</strong>.<br />

113 zie <strong>Netverklaring</strong> § 3.3.3<br />

114 zie <strong>Netverklaring</strong> bijlage 23<br />

115 zie <strong>Netverklaring</strong> § 3.3.2.6<br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 133


(lege bladzijde)<br />

bijlage 6 Operationele Voorwaarden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 134


ijlage 7 Bedrijfs- en vervoervergunningen (§ 2.2.3)<br />

Bedrijfsvergunningen<br />

Op grond van de Spoorwegwet 116 moeten ondernemingen die gebruik wil maken van de<br />

hoofdspoorwegen beschikken over een bedrijfsvergunning. Afhankelijk van de aard van de<br />

bedrijfsactiviteiten van de betrokken spoorwegonderneming kunnen bij de verlening van de<br />

bedrijfsvergunning bepaalde vereisten buiten toepassing blijven, zoals in onderstaande tabel<br />

weergegeven.<br />

Type bedrijfsvergunning<br />

Van toepassing zijnde vereisten met betrekking tot:<br />

beroepsbekwaamheid<br />

goede naam<br />

financiële<br />

draagkracht<br />

bedrijfsvergunning, geldend als vergunning zoals<br />

bedoeld in richtlijn 95/18/EG<br />

ja ja ja<br />

beperkte bedrijfsvergunning ten behoeve van<br />

uitsluitend:<br />

• lokale rangeerwerkzaamheden, of<br />

• het verrichten van eigen vervoer, of<br />

• verkeersdeelname zonder vervoer te verrichten<br />

beperkte bedrijfsvergunning ten behoeve van<br />

uitsluitend:<br />

• gebruik van hoofdspoorweg voor uitsluitend<br />

stationsfaciliteiten of overgavefaciliteiten binnen<br />

station, of<br />

• gebruik van buitendienstgestelde hoofdspoorweg<br />

met voertuigen voor het verrichten van<br />

werkzaamheden aan of nabij de<br />

hoofdspoorwegen<br />

ja nee nee<br />

nee nee nee<br />

Voor inlichtingen met betrekking tot vergunningen kunt u zich wenden tot:<br />

Inspectie Verkeer en Waterstaat<br />

Toezichteenheid Rail<br />

postadres: Postbus 1511<br />

3500 BM Utrecht<br />

bezoekadres: Europalaan 40<br />

3526 KS Utrecht<br />

telefoon: +31 (0) 88 489 0000<br />

website: www.ivw.nl<br />

116 artikel 57 lid a van de Spoorwegwet<br />

bijlage 7 Bedrijfs- en vervoervergunningen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 135


Vervoervergunningen<br />

Op basis van wettelijke voorschriften zijn voor het aanbieden en leveren van vervoerdiensten per<br />

spoor markttoegangsbepalingen van kracht. In onderstaande tabel zijn deze bepalingen per<br />

vervoermarktsegment samengevat. Gezien de geografische ligging van Nederland is de opgave voor<br />

grensoverschrijdend vervoer beperkt tot vervoer van/naar andere EG-lidstaten.<br />

Marktsegment<br />

spoorvervoer<br />

Vervoerrelatie<br />

Vereiste<br />

vervoervergunning<br />

Aanvullende bepalingen<br />

Binnenlands openbaar<br />

personenvervoer<br />

Grensoverschrijdend<br />

openbaar<br />

personenvervoer<br />

Grensoverschrijdend<br />

goederenvervoer<br />

Binnenlands<br />

goederenvervoer<br />

Besloten<br />

personenvervoer<br />

Niet-vervoerend<br />

verkeer, w.o.<br />

materieeloverbrengingen,<br />

meetritten,<br />

enzovoort<br />

tussen stations in<br />

Nederland<br />

tussen stations in<br />

Nederland en stations in<br />

een andere EG-lidstaat<br />

tussen stations in twee<br />

andere EG-lidstaten, met<br />

transitroute door<br />

Nederland, met uitsluiting<br />

van vervoer van of naar<br />

stations in Nederland<br />

tussen stations in<br />

Nederland en stations in<br />

een andere EG-lidstaat<br />

tussen stations in<br />

Nederland<br />

tussen stations in<br />

Nederland<br />

tussen stations in<br />

Nederland<br />

vervoerconcessie<br />

conform Wet<br />

personenvervoer<br />

2000 117 , zoals gewijzigd<br />

door de Concessiewet<br />

personenvervoer per<br />

trein 118<br />

vervoerconcessie omvat opgave<br />

van de vervoerrelaties waarvoor<br />

de concessie geldig is<br />

-- samenwerkingsverband vereist<br />

van de in Nederland gevestigde<br />

spoorwegonderneming met een in<br />

de andere EG-lidstaat gevestigde<br />

spoorwegonderneming<br />

-- samenwerkingsverband vereist<br />

van spoorwegondernemingen die<br />

zijn gevestigd in de herkomstresp.<br />

de bestemmings-EG-lidstaat<br />

-- --<br />

-- --<br />

-- voorwaarden voor internationaal<br />

verkeer niet geïnventariseerd<br />

-- voorwaarden voor internationaal<br />

verkeer niet geïnventariseerd<br />

117 Wet personenvervoer 2000<br />

118 Concessiewet personenvervoer per trein<br />

bijlage 7 Bedrijfs- en vervoervergunningen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 136


ijlage 8 Standaard informatieproducten treindienstafwikkeling (§ 5.5.15)<br />

<strong>ProRail</strong> levert aan spoorwegondernemingen, als onderdeel van de dienst ‘Treinpad’ een aantal<br />

standaard informatieproducten over de treindienstafwikkeling.<br />

De spoorwegonderneming kan kiezen uit een aantal mogelijkheden voor de leveringsfrequentie en de<br />

variatie (het detaillering- en aggregatieniveau van de gegevens).<br />

In onderstaande tabel zijn de standaard informatieproducten nader omschreven ten aanzien van de<br />

onder 5.6.15 beschreven dienst ‘Inzicht realisatie treindienst: feiten (aantallen, punctualiteit,<br />

halteringen, enzovoort)’.<br />

Producten Toelichting Frequentie Variatie<br />

punctualiteit<br />

aansluitingen<br />

vertragingen<br />

vertragingstellingen<br />

opgeheven<br />

treinactiviteiten<br />

orders<br />

aankomst- en vertrekactiviteiten op<br />

dienstregelpunten per treinserie binnen<br />

een door de afnemer gespecificeerde<br />

normtijd<br />

de door de spoorwegonderneming<br />

benoemde overstapmogelijkheden<br />

binnen een gespecificeerde<br />

overstapnorm<br />

aankomst- en vertrekactiviteiten op<br />

dienstregelpunten per treinnummer bij<br />

overschrijding van de door de afnemer<br />

gespecificeerde normtijd<br />

aantal aankomst- en vertrekvertragingen<br />

op een dienstregelpunt in een periode<br />

aankomst- en vertrekactiviteiten van<br />

treinen die opgeheven zijn en waarvoor<br />

geen vervangende trein is ingelegd<br />

door spoorwegondernemingen<br />

ingediende aanvragen voor<br />

treinactiviteiten<br />

dag / week / maand /<br />

kwartaal / jaar<br />

dag / week / maand /<br />

kwartaal / jaar<br />

serie / activiteit /<br />

dienstregelpunt<br />

treinnummer / serie /<br />

overstapstation<br />

dag / week treinnummer /<br />

activiteit / dienstregelpunt<br />

week / maand /<br />

kwartaal / jaar<br />

dag / week / maand /<br />

kwartaal / jaar<br />

week / maand<br />

dagverslag high-lights van de dag van gisteren dagelijks (vrijdag,<br />

zaterdag en zondag<br />

worden op maandag<br />

geleverd)<br />

detailactiviteiten<br />

plan- en realisatietijden op<br />

treinnummerniveau<br />

treinnummer /<br />

activiteit / dienstregelpunt<br />

treinnummer /<br />

treinserie / activiteit /<br />

dienstregelpunt<br />

regio / spoorwegonderneming<br />

dag / week treinnummer /<br />

treinserie / activiteit /<br />

dienstregelpunt<br />

In onderstaande tabel zijn de standaard informatieproducten nader omschreven ten aanzien van de<br />

onder 5.6.16 beschreven dienst ‘Inzicht realisatie treindienst: oorzaken en impact van verstoringen<br />

(Monitoring)’.<br />

Producten Toelichting Frequentie Variatie<br />

treinafwijkingen<br />

door <strong>ProRail</strong> geregistreerde te verklaren<br />

treinafwijkingen, ingedeeld naar oorzaak<br />

dag / week / maand /<br />

kwartaal / jaar<br />

oorzaak / treinserie /<br />

spoorwegonderneming<br />

/<br />

rubrieken / VL-post<br />

bijlage 8 Standaard informatieproducten treindienstafwikkeling<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 137


(lege bladzijde)<br />

bijlage 8 Standaard informatieproducten treindienstafwikkeling<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 138


ijlage 9 Rapportages (§ 2.9)<br />

1 Algemeen<br />

Om te voldoen aan wettelijke verplichtingen alsmede ten behoeve van de uitvoering van de beheerconcessie<br />

stelt <strong>ProRail</strong> rapportages op van de geluidbelasting en de externe veiligheidsrisico’s die<br />

samenhangen met het gebruik van de spoorweginfrastructuur. spoorwegondernemingen moeten<br />

daartoe de op hun bedrijfsactiviteiten betrekking hebbende gegevens beschikbaar stellen aan <strong>ProRail</strong>.<br />

In onderdeel 2 van deze bijlage zijn deze gegevens nader omschreven.<br />

Ter beperking van de administratieve lasten voor spoorwegondernemingen zal <strong>ProRail</strong> daarbij voor de<br />

rapportages zoveel mogelijk gebruik maken van gegevens die reeds voor andere doeleinden zijn<br />

verzameld en opgenomen in <strong>ProRail</strong>-systemen. Alleen voor gegevens die <strong>ProRail</strong> niet zelf heeft<br />

kunnen verzamelen zal <strong>ProRail</strong> afzonderlijk en schriftelijk een aanvullende opgave van de<br />

spoorwegondernemingen vragen.<br />

<strong>ProRail</strong> zal de spoorwegondernemingen, in alle gevallen waarin het gaat om rapportages die op grond<br />

van wettelijke voorschriften verplicht zijn, in de gelegenheid stellen om gegevens die <strong>ProRail</strong> zelf<br />

verzameld heeft en die betrekking hebben op hun bedrijfsactiviteiten, te corrigeren of aan te vullen. De<br />

spoorwegonderneming die binnen de daarbij gestelde reactietermijn geen gebruik maakt van de<br />

mogelijkheid om die gegevens te corrigeren of aan te vullen wordt geacht geen bezwaar te hebben<br />

tegen het aangegeven gebruik van de gegevens.<br />

In onderdeel 3 van deze bijlage zijn de gegevens van typen spoorvoertuigen omschreven die<br />

spoorwegondernemingen aan <strong>ProRail</strong> beschikbaar moeten stellen.<br />

2 Rapportages over externe veiligheid en geluidemissie<br />

De rapportageverplichtingen waarvoor <strong>ProRail</strong> aanvullende gegevens van de<br />

spoorwegondernemingen zal vragen, omvatten:<br />

1. rapportages met betrekking tot de externe veiligheidsrisico’s op baanvakken;<br />

2. rapportages met betrekking tot de externe veiligheidsrisico’s op emplacementen<br />

(standaardsituatie);<br />

3. rapportages met betrekking tot de externe veiligheidsrisico’s op emplacementen<br />

(uitzonderingssituatie);<br />

4. rapportages met betrekking tot de geluidemissies op baanvakken;<br />

5. rapportages met betrekking tot de geluidemissies op emplacementen (uitzonderingssituaties).<br />

2.1 Externe veiligheid op baanvakken<br />

Voor de jaarlijkse rapportage met betrekking tot de externe veiligheid vanwege het vervoer van<br />

zendingen gevaarlijke stoffen op baanvakken maakt <strong>ProRail</strong> gebruik van de gegevens die de<br />

spoorwegondernemingen in het kader van hun verplichtingen vanwege het Besluit spoorverkeer,<br />

artikel 4, aan <strong>ProRail</strong> beschikbaar stellen via het systeem OVGS (‘Online registratiesysteem Vervoer<br />

Gevaarlijke Stoffen’).<br />

In de rapportage zal <strong>ProRail</strong> gebruik maken van rubriceringen naar risico-categorieën overeenkomstig<br />

indelingen in het RID.<br />

Voordat de rapportage definitief wordt gemaakt zal <strong>ProRail</strong> de spoorwegondernemingen, elk voor hun<br />

vervoer, in de gelegenheid stellen de verzamelde gegevens aan te vullen of te corrigeren.<br />

2.2 Externe veiligheid op emplacementen (standaardsituaties)<br />

Voor de emplacementen waarop volgens de vigerende omgevingsvergunning de behandeling van<br />

zendingen gevaarlijke stoffen is toegestaan schrijft de vergunning een jaarlijkse rapportage voor.<br />

<strong>ProRail</strong> maakt voor deze rapportages gebruik van de gegevens die de spoorwegondernemingen in het<br />

kader van hun verplichtingen vanwege het Besluit spoorverkeer, artikel 4, aan <strong>ProRail</strong> beschikbaar<br />

stellen via het systeem OVGS.<br />

bijlage 9 Rapportages<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 139


<strong>ProRail</strong> verlangt van de spoorwegonderneming aanvulling met specifieke gegevens betrekking<br />

hebbend op de uitgevoerde behandelingen per emplacement per jaar:<br />

• Rangeerhandelingen: het aantal ketelwagens/containers, waarmee een rangeerbehandeling is<br />

uitgevoerd (splitsen/samenvoegen van treindelen, verplaatsingen op het emplacement);<br />

• Laden/lossen: het aantal ketelwagens/containers die geladen / gelost zijn op het emplacement;<br />

• Kopmaken: per emplacement het aantal ketelwagens/containers in treinen die kop hebben<br />

gemaakt;<br />

• Locwissel: per emplacement het aantal ketelwagens/containers in treinen die een locwissel<br />

hebben gehad;<br />

• Overstand: het aantal ketelwagens/containers met overstand.<br />

Aan de spoorwegondernemingen die op een dergelijk emplacement volgens de registraties in OVGS<br />

aankomst- en/of vertrekbehandelingen hadden van treinen met beladen wagens/containers<br />

gevaarlijke stoffen stelt <strong>ProRail</strong> een opgave beschikbaar van de aantallen beladen wagens/containers<br />

gevaarlijke stoffen die waren opgenomen in hun treinen aankomend op of vertrekkend van het<br />

betrokken emplacement. De spoorwegonderneming dient dat overzicht –na eventuele correcties of<br />

aanvullingen– te completeren met de gegevens over de behandelingen.<br />

In deze opgave zal <strong>ProRail</strong> gebruik maken van rubriceringen naar risico-categorieën overeenkomstig<br />

indelingen in het RID.<br />

De spoorwegonderneming moet de bedrijfsprocessen zo inrichten dat de gevraagde gegevens<br />

beschikbaar kunnen worden gesteld.<br />

De spoorwegonderneming dient deze informatie te leveren binnen een maand nadat <strong>ProRail</strong> de<br />

opgave beschikbaar heeft gesteld.<br />

2.3 Externe veiligheid op emplacementen (uitzonderingssituaties)<br />

De hiervoor omschreven regeling met betrekking tot de rapportage externe veiligheid op<br />

emplacementen is niet van toepassing voor de emplacementen waarvoor een omgevingsvergunning<br />

van kracht is waarin een striktere rapportage is voorgeschreven. Dit betreft thans de emplacementen<br />

Sittard, Venlo en (buiten het gemengde <strong>net</strong>) Kijfhoek.<br />

Daar zijn specifieke rapportage verplichtingen van toepassing waarbij de spoorwegondernemingen de<br />

gevraagde informatie op een hogere frequentie dan jaarlijks moeten leveren. Ook dienen de<br />

spoorwegondernemingen die voornemens zijn op de bedoelde emplacementen vergunningplichtige<br />

handelingen met zendingen gevaarlijke stoffen uit te voeren een prognose te leveren van<br />

voorgenomen handelingen.<br />

Meer informatie over de rapportageverplichtingen per emplacement is beschikbaar op de website van<br />

<strong>ProRail</strong> (zie www.prorail.nl > vervoerders > capaciteit / treinpaden > milieuvergunningen).<br />

2.4 Geluidemissies door spoorverkeer op baanvakken<br />

Op grond van de Beheerconcessie en in het kader van de EU-richtlijn omgevingslawaai moet <strong>ProRail</strong><br />

jaarlijks inzicht bieden in de geluidemissies op baanvakken. Daartoe combineert <strong>ProRail</strong> gegevens<br />

over het verkeer per baanvak met de gegevens die de spoorwegondernemingen in hun<br />

planningsgegevens via de Vervoergegevensbank beschikbaar stellen over de samenstelling van hun<br />

treinen.<br />

Spoorwegondernemingen die niet via hun planningsgegevens de treinsamenstellingsgegevens in de<br />

Vervoergegevensbank beschikbaar stellen moeten de noodzakelijke gegevens voor de bepaling van<br />

de geluidemissie jaarlijks aanvullend beschikbaar stellen. <strong>ProRail</strong> stelt daarvoor aan de<br />

spoorwegonderneming gegevens over de verkeersomvang per uur per baanvak beschikbaar. De<br />

aanvullend te leveren gegevens, met toepassing van de voertuigcategorieën die ten behoeve van<br />

geluidemissieklasse-bepaling worden onderscheiden:<br />

• voor treinen met reizigersmaterieel: een opgave per voertuigcategorie van het aantal rijtuigbakken<br />

per tijdvak gemiddeld per uur per baanvak van de regionale vervoerders;<br />

• voor treinen met goederenmaterieel: een opgave van het aantal goederenwagens per<br />

voertuigcategorie per tijdvak gemiddeld per uur per baanvak.<br />

bijlage 9 Rapportages<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 140


De spoorwegonderneming dient deze informatie te leveren binnen 2 weken nadat <strong>ProRail</strong> gegevens<br />

beschikbaar heeft gesteld.<br />

2.5 Geluidemissie door spoorverkeer (rangeren) op emplacementen<br />

(uitzonderingssituatie)<br />

Voor emplacement Oss – Elzenburg is een specifieke rapportageverplichtingen voorgeschreven in de<br />

omgevingsvergunning. De spoorwegonderneming dient een registratie bij te houden van de<br />

rangeerhandelingen.<br />

3 Rapportages over reizigersmaterieel en locomotieven<br />

De rapportages over reizigersmaterieel en locomotieven die de spoorwegondernemingen aan <strong>ProRail</strong><br />

leveren, omvatten gegevens van materieeltypen die voor het eerst worden ingezet op de infrastructuur<br />

die door <strong>ProRail</strong> wordt beheerd, alsmede gegevens van materieeltypen die gereviseerd zijn waardoor<br />

de (oorspronkelijke) gegevens veranderd zijn.<br />

Op de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > toegang tot het spoor > operationele<br />

voorwaarden) is een format opgenomen met een specificatie van de te leveren gegevens. Op deze<br />

website zijn tevens de materieeltypen te raadplegen waarover <strong>ProRail</strong> de gegevens reeds<br />

beschikbaar heeft.<br />

Het betreffen gegevens ten behoeve van:<br />

1. capaciteitsverdelingssystemen<br />

De capaciteitsverdelingssystemen maken gebruik van een materieeldatabase. De<br />

materieeldatabase wordt onder meer gebruikt voor het berekenen van rijtijden.<br />

2. analyse van het tractie-energievoorzieningssysteem<br />

Het tractie-energievoorzieningssysteem moet afgestemd zijn op het elektrisch rijdende materieel.<br />

Hiertoe worden analyses uitgevoerd waarbij gegevens van dit materieel nodig zijn.<br />

3. beheersing van de geluidemissie<br />

Wanneer nieuw of gereviseerd reizigersmaterieel of locomotieven op het Nederlandse<br />

hoofdspoorweg<strong>net</strong> zijn toegelaten, overleggen de spoorwegondernemingen die dit materieel in<br />

willen zetten binnen drie maanden na ingebruikname de geluidemissiegegevens van dit materieel<br />

aan <strong>ProRail</strong>. Dit geldt:<br />

• voor materieel waarvoor per 1 januari 2008 geen typegoedkeuring en inzetcertificaat is<br />

afgegeven en<br />

• voor materieel waaraan na 1 januari 2008 fysieke wijzigingen zijn aangebracht met<br />

significante gevolgen voor de geluidemissie van dat materieel.<br />

Voor reizigersmaterieel en locomotieven die op de vrije baan worden ingezet dienen de<br />

emissiegetallen bepaald en gerapporteerd te worden conform procedure A van de CROWpublicatie<br />

Technische Regeling Emissiemethoden 2006 119 .<br />

Voor reizigersmaterieel en locomotieven die op emplacementen en/of rangeerterreinen worden<br />

ingezet dienen de emissiegetallen bepaald en gerapporteerd te worden conform het in opdracht<br />

van <strong>ProRail</strong> door TNO opgestelde Meetprotocol Emplacementen versie 10-11-2005 120 . In afwijking<br />

van de in hoofdstuk 7 van het Meetprotocol Emplacementen beschreven te leveren gegevens<br />

hoeft niet gemeten te worden voor de onderdelen “Afremmen tot stilstand” en “Booggeluid in<br />

wissels”. Voor deze bronnen wordt gebruik gemaakt van standaardwaarden, gebaseerd op<br />

metingen aan diverse materieeltypen.<br />

119 Naar deze publicatie wordt verwezen vanuit bijlage IV van de Regeling Reken- en Meetvoorschrift<br />

Geluidhinder 2006.<br />

120 Dit meetprotocol is opgesteld zodanig dat de resultaten van de metingen voldoen aan de Handleiding Meten<br />

en Rekenen Industrielawaai 1999 waarnaar verwezen wordt in de Regeling Reken- en Meetvoorschrift<br />

Geluidhinder 2006.<br />

bijlage 9 Rapportages<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 141


(lege bladzijde)<br />

bijlage 9 Rapportages<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 142


ijlage 10 Baanvakken met gebruiksbeperkingen (§ 3.4.1)<br />

In deze bijlage zijn alle situaties vermeld, waarin, in afwijking van het interoperabiliteitsprincipe, een<br />

bepaalde soort verkeer of vervoer op een baanvak is uitgesloten. Daarnaast kunnen bij het gebruik<br />

van baanvakken ook nog andere –niet in deze bijlage vermelde- beperkingen van toepassing zijn<br />

(zoals snelheidsbeperkingen of beperkingen in rijwegkeuze) die evenwel geen uitsluitend karakter<br />

hebben. <strong>ProRail</strong> verschaft spoorwegondernemingen op verzoek nadere informatie over alle geldende<br />

functionele/capacitaire beperkingen voor het gebruik van baanvakken en emplacementen.<br />

Nr. Baanvak Object Gebruiksbeperking<br />

1 Riekerpolder<br />

aansluiting –<br />

Hoofddorp<br />

2 Den Haag Moerwijk –<br />

Delft aansluiting<br />

3 Rotterdam<br />

Lombardijen – Kijfhoek<br />

aansluiting Noord<br />

Schipholtunnel<br />

tunnel Rijswijk<br />

reizigerssporen (HJ,<br />

JJ, KJ en LJ) in<br />

overkluizing<br />

Barendrecht<br />

Lokale beperking goederenvervoer:<br />

goederenvervoer niet toegestaan, met uitzondering van<br />

werk- en onderhoudstreinen die nodig zijn voor beheer<br />

en onderhoud in en rond de Schipholtunnel.<br />

Lokale beperking goederenvervoer:<br />

vervoer van gevaarlijke stoffen is niet toegestaan.<br />

Uitzondering: het vervoer van accu’s van en naar de<br />

werkplaats Leidschendam-Voorburg is wel toegestaan.<br />

Sporen alleen te gebruiken door treinen ten behoeve<br />

van:<br />

• personenvervoer;<br />

• het overbrengen van ledig reizigersmaterieel;<br />

• losse-loc-ritten;<br />

• overbrenging van onderhoudsmachines (zonder<br />

goederenwagens);<br />

• meetritten;<br />

• werktreinen voor plaatselijke werkzaamheden.<br />

4 Haarlem – Beverwijk Velsertunnel Reizigers- en goederentreinen mogen zich niet<br />

tegelijkertijd in de tunnel bevinden. Het XG-regime is<br />

van toepassing.<br />

5 Wierden – Raalte<br />

(vanaf<br />

wederingebruikname<br />

van het baanvak)<br />

tunnel Nijverdal<br />

Lokale beperking goederenvervoer:<br />

goederenvervoer niet toegestaan, met uitzondering van<br />

treinen ten behoeve van beheer en onderhoud van het<br />

baanvak Wierden – Raalte, inclusief de aan- en afvoer<br />

van materieel en materialen daarvoor.<br />

bijlage 10 Baanvakken met gebruiksbeperkingen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 143


Beperkingen personenvervoer<br />

De onderstaande spoorwegen kunnen alleen na voorafgaand overleg met <strong>ProRail</strong> worden gebruikt<br />

voor treinen ten behoeve van (besloten) personenvervoer; de betrokken spoorwegen leiden niet naar<br />

of langs stations die voor personenverkeer zijn geopend. Het overleg dient tenminste 14 dagen<br />

tevoren plaats te vinden.<br />

Spoorwegen tussen de locaties<br />

Haren – Waterhuizen<br />

Amersfoort – Leusden<br />

Nootdorp – Leidschendam werkplaats<br />

Lage Zwaluwe – Moerdijk<br />

Lage Zwaluwe – Oosterhout Weststad<br />

Lewedorp – Sloehaven<br />

Terneuzen – Sas van Gent grens<br />

Terneuzen aansluiting – Axel aansluiting<br />

Sluiskil aansluiting – Sluiskil<br />

Weert – Budel grens<br />

Sittard – Born<br />

Spoorwegen gelegen op de volgende locaties<br />

Haven van Amsterdam, Westelijk havengebied<br />

Haven van Amsterdam, Hemhaven<br />

Haven van Amsterdam, Houtrakpolder<br />

Utrecht, Industrieterrein Lage Weide<br />

Delfzijl, stamlijn Havenschap<br />

Dordrecht, Zeehaven<br />

Dordrecht, Industrieterrein De Staart<br />

Maastricht, Beatrixhaven<br />

Roodeschool, Eemshaven<br />

Vlissingen, Sloehaven<br />

Zwijndrecht, Groote Lindt<br />

Roosendaal, Industrieterrein<br />

Roosendaal, Borchwerf<br />

Alphen aan den Rijn, Industrieterrein Rijnhaven<br />

Tilburg, De Loven<br />

Hengelo, Zuid<br />

Venlo, Tradeport<br />

Almelo, Bedrijvenpark Twente<br />

Arnhem, gemeentelijke stamlijn<br />

Zwolle, Katwolde<br />

Oss, Elzenburg<br />

bijlage 10 Baanvakken met gebruiksbeperkingen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 144


ijlage 11 Infrastructuurprojecten en –studieprojecten (§ 5.1.3)<br />

Deze bijlage omvat twee onderdelen (zie voettekst van de pagina’s).<br />

a. een overzicht van de infrastructuurprojecten;<br />

b. een overzicht van de infrastructuurstudieprojecten die <strong>ProRail</strong> uitvoert of gaat uitvoeren, naar de<br />

nodig te achten infrastructurele ontwikkeling in verband met de op middellange en lange termijn te<br />

verwachten verkeersontwikkeling, onder andere in het kader van het Meerjarenprogramma<br />

Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) van het ministerie van Infrastructuur en Milieu.<br />

Het projectenoverzicht wordt regelmatig geactualiseerd. De meest recente uitgave is steeds te vinden<br />

op de website van <strong>ProRail</strong> (www.prorail.nl > vervoerders > infrastructuur). Nadere informatie is ook op<br />

te vragen bij <strong>ProRail</strong>. De uitgave van een geactualiseerde versie geldt niet als een aanvulling van de<br />

<strong>Netverklaring</strong> zoals bedoeld in paragraaf 1.6 van de <strong>Netverklaring</strong>.<br />

Toelichting<br />

De betekenis van de kolomtitels in de tabellen van de infrastructuurprojecten is als volgt:<br />

• omschrijving: overzicht van projecten gesorteerd op corridors;<br />

• goedkeuring realisatie: realisatiebudget beschikbaar gesteld;<br />

• datum gepland: oorspronkelijk geplande indienststellingsdatum (exploitatief gereed);<br />

• herziene datum: eventueel een aangepaste geplande indienststellingsdatum (exploitatief gereed);<br />

• haalbaarheid indienststelling: de kans op het realiseren van de geplande datum voor<br />

indienststelling waarbij de volgende zekerheidsbegrippen worden gehanteerd:<br />

- risicovol : van 50% tot 80%;<br />

- waarschijnlijk : van 80% tot 95%;<br />

- zeker : vanaf 95%.<br />

bijlage 11 Infrastructuurprojecten en –studieprojecten<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 145


Overzicht planningsdata functionaliteitswijzigingen infraprojecten t/m 2017<br />

Omschrijving<br />

Goedkeuring<br />

realisatie<br />

Datum<br />

gepland<br />

Herziene<br />

datum<br />

Haalbaarheid<br />

indienststelling<br />

Amsterdam - Den Haag - Rotterdam - Dordrecht<br />

Rijswijk - Delft, Spoorzone Delft (4 sporige situatie) Ja 2017 Risicovol<br />

Rijswijk - Delft, Spoorzone Delft (2 sporige tunnel) Ja I 2015 Waarschijnlijk<br />

Rotterdam/Den Haag - Utrecht<br />

VleuGel; Utrecht (Amsterdam-Rijnkanaal) – Utrecht<br />

Centraal<br />

Nee 2017 2018 Risicovol<br />

Amsterdam - Utrecht - Maastricht/Heerlen<br />

Doorstroom Station Utrecht (DSSU) Nee IV 2015 Risicovol<br />

VleuGel: Houten-Houten Castellum; keermogelijkheid Ja IV 2012 Risicovol<br />

langs perron<br />

VleuGel; Utrecht Centraal - Utrecht Lu<strong>net</strong>ten (4 Ja 2015 Risicovol<br />

sporigheid)<br />

VleuGel; Utrecht Lu<strong>net</strong>ten – Houten (4 sporigheid) Ja 2015 Risicovol<br />

VleuGel; ter hoogte van Utrecht OZ:verlagen Ja dec 2012 Risicovol<br />

snelheid van 80 km/h naar 60 km/h (tijdelijke<br />

maatregel)<br />

VleuGel; ter hoogte van Utrecht OZ:verhogen Ja 2016 2015 Risicovol<br />

snelheid van 60 km/h naar 80 km/h<br />

Eindhoven, snelheidsverbetering zuidzijde (2e fase Ja jan2012 Waarschijnlijk<br />

HPS)<br />

Den Bosch, vrije kruising Noordzijde + aanp layout<br />

emplacement<br />

Ja III 2014 Risicovol<br />

Amsterdam/Amersfoort - Zwolle - Groningen<br />

Zwolle, aanleg 4e perron en perrontunnel (beperkte Ja dec 2012 Waarschijnlijk<br />

functionaliteit)<br />

Zwolle, aanleg 4e perron en perrontunnel (totale Ja juli <strong>2013</strong> Waarschijnlijk<br />

functionaliteit)<br />

Hanzelijn: dubbelsporige verbinding Lelystad - Zwolle Ja dec 2012 Waarschijnlijk<br />

Deventer: nieuw zijperron; definitieve oplossing Ja II <strong>2013</strong> IV <strong>2013</strong> Risicovol<br />

Amersfoort; aanleg vrije kruising westzijde Ja IV 2012 Risicovol<br />

Goederen<br />

Kijfhoek; opheffen 1500V / ATB eilanden Nee IV <strong>2013</strong> Waarschijnlijk<br />

Maasvlakte West, capaciteitsuitbreiding Nee IV <strong>2013</strong><br />

Tilburg Loven NedTrain aansluiting Ja IV 2012 Risicovol<br />

Zevenaar; realisatie 3 e spoor Zevenaar-Emmerich _ Nee 2017 Risicovol<br />

energievoorziening<br />

Zevenaar: realisatie van ERTMS tussen Zevenaar Nee IV <strong>2013</strong> 2015 Risicovol<br />

en Zevenaar grens<br />

Zevenaar; vervanging van 1500V naar 25kV Nee III 2014 2015 Risicovol<br />

Kijfhoek Zuidzijde; capaciteitsvergroting Ja IV 2012 sept 2012 Waarschijnlijk<br />

Perronverlengingen<br />

Arnhem-Winterswijk, perronverlengingen en Nee <strong>2013</strong> dec 2012 Risicovol<br />

snelwissel bij Didam<br />

Almere Buiten; perronverlenging tot 275 m Ja dec 2012 Waarschijnlijk<br />

Almere Muziekwijk, perronverlenging tot 275 m Ja dec 2012 Waarschijnlijk<br />

Almere Oostvaarders, perronverlenging tot 275 m Ja dec 2012 Waarschijnlijk<br />

bijlage 11 Infrastructuurprojecten en –studieprojecten - onderdeel a: infrastructuurprojecten<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 146


Overzicht planningsdata functionaliteitswijzigingen infraprojecten t/m 2017<br />

Omschrijving<br />

Goedkeuring<br />

realisatie<br />

Datum<br />

gepland<br />

Herziene<br />

datum<br />

Haalbaarheid<br />

indienststelling<br />

Randstadspoor<br />

Woerden Molenvliet keergelegenheid Ja IV 2012 Risicovol<br />

Regionale lijnen<br />

Rijn Gouwe Lijn: partieel dubbelspoor en opening<br />

nieuwe halten<br />

Ja 2017 p.m.<br />

Regio<strong>net</strong><br />

Asd Westhaven; verlengen 3 of 4 aank.-en Ja aug 2012 Waarschijnlijk<br />

vertreksporen tot 750 meter+optimalisatie in-en<br />

uitrijden naar Westtak+Zaanlijn<br />

Hoofddorp: extra gelijktijdigheid vanuit opstelterrein Ja IV 2012 Risicovol<br />

naar tunnelsporen.<br />

Beverwijk, keerspoor uit richting Haarlem naar 750 Ja IV 2014 Risicovol<br />

meter en een extra opstelspoor<br />

Wormerveer; snelheidsverhoging inhaling Nee II <strong>2013</strong> Risicovol<br />

Halfweg/Zwanenburg; nieuwe halte Ja juni 2012 Waarschijnlijk<br />

Almere Poort; nieuwe halte Ja dec 2012 Waarschijnlijk<br />

Amsterdam: Vrije Kruising Transformatorweg Nee p.m.<br />

SAAL corridor<br />

Cluster A: Almere Centrum; keersporen Nee 2016 Risicovol<br />

Cluster A: Almere Oostvaarders; keersporen Nee <strong>2013</strong> Risicovol<br />

Cluster A: Flevolijn; snellere wissels Nee 2016 Risicovol<br />

Cluster A: Flevolijn; verkorten opvolging Nee 2016 Risicovol<br />

Cluster A: Almere Centrum; perronverlenging Ja 2012 Risicovol<br />

Cluster C: Riekerpolder; vrije kruising Ja 2016 Risicovol<br />

Cluster C: Riekerpolder-Amsterdam Zuid; 4 sporig Ja 2016 Risicovol<br />

Cluster C: Amsterdam Zuid-Utrechtboog; 4 sporig Ja 2016 Risicovol<br />

Cluster C: Duivendrecht (Zuidas); verkorten<br />

opvolging<br />

Nee 2016 Risicovol<br />

Stations en stationsaanpassingen<br />

NSP Rotterdam: spoor 9/10/11 + aanliggende<br />

perrondelen weer in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 13/14 + aanliggende<br />

perrondelen buiten dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 13/14 + aanliggende<br />

perrondelen weer in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 12/13 + aanliggende<br />

perrondelen buiten dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 12/13 + aanliggende<br />

perrondelen weer in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 3/4 + aanliggende<br />

perrondelen buiten dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 3/4 + aanliggende<br />

perrondelen weer in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 15/16/17/18 + aanliggende<br />

perrondelen buiten dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 15/16/17/18 + aanliggende<br />

perrondelen weer in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 1 en 2 + aanliggende<br />

perrondelen buiten dienst<br />

Ja feb 2012 Zeker<br />

Ja feb 2012 Zeker<br />

Ja april 2012 Waarschijnlijk<br />

Ja april 2012 Waarschijnlijk<br />

Ja juli 2012 Waarschijnlijk<br />

Ja juli 2012 Waarschijnlijk<br />

Ja aug 2012 sept 2012 Waarschijnlijk<br />

Ja nov 2012 Waarschijnlijk<br />

Ja april <strong>2013</strong> Waarschijnlijk<br />

Ja sept 2012 Waarschijnlijk<br />

bijlage 11 Infrastructuurprojecten en –studieprojecten - onderdeel a: infrastructuurprojecten<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 147


Overzicht planningsdata functionaliteitswijzigingen infraprojecten t/m 2017<br />

Omschrijving<br />

Goedkeuring<br />

realisatie<br />

Datum<br />

gepland<br />

Herziene<br />

datum<br />

Haalbaarheid<br />

indienststelling<br />

NSP Rotterdam: spoor 1 en 2 + aanliggende Ja okt 2012 Waarschijnlijk<br />

perrondelen weer in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 4/5/6 + deel aanliggende Ja april <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen uit dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 4/5/6 + deel aanliggende Ja mei <strong>2013</strong> april <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 7/8 + deel aanliggende Ja mei <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen uit dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 7/8 + deel aanliggende Ja mei <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 3/4 + aanliggende<br />

Ja juni <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen uit dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 3/4 + aanliggende<br />

Ja juli <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 6/7 + aanliggende<br />

Ja juli <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen uit dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 6/7 + aanliggende<br />

Ja aug <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 8/9 + aanliggende<br />

Ja aug <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen uit dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 8/9 + aanliggende<br />

Ja sept <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 12 + aanliggende perrondelen Ja sept <strong>2013</strong> Risicovol<br />

uit dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 12 + aanliggende perrondelen Ja okt <strong>2013</strong> Risicovol<br />

in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 13/14 + aanliggende Ja okt <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen uit dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 13/14 + aanliggende Ja nov <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen in dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 15/16 + aanliggende Ja nov <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen uit dienst<br />

NSP Rotterdam: spoor 15/16 + aanliggende Ja dec <strong>2013</strong> Risicovol<br />

perrondelen in dienst<br />

NSP Rotterdam (Transfer deel) Ja dec 2012 Waarschijnlijk<br />

Utrecht Centraal aanpassen perrons/kappen: spoor 8 Ja dec 2011 Zeker<br />

incl. perron in dienst<br />

Utrecht Centraal aanpassen perrons/kappen: spoor 5 Ja dec 2011 Zeker<br />

incl. perron buiten dienst (2e fase)<br />

Utrecht Centraal aanpassen perrons/kappen: spoor 5 Ja feb 2012 Waarschijnlijk<br />

incl. perron in dienst en spoor 7 incl. perron buiten<br />

dienst (2e fase)<br />

Utrecht Centraal aanpassen perrons/kappen: spoor 7 Ja apr 2012 Waarschijnlijk<br />

incl. perron in dienst (2e fase)<br />

Utrecht Centraal aanpassen perrons/kappen: spoor 5 Ja mei 2012 Waarschijnlijk<br />

en 7 incl. perron uit dienst (2e fase)<br />

Utrecht Centraal aanpassen perrons/kappen: spoor 5 Ja juni 2012 Waarschijnlijk<br />

en 7 incl. perron in dienst (2e fase)<br />

NSP Utrecht: spoor 18 en 19 buiten dienst Ja III 2012 Risicovol<br />

NSP Utrecht: spoor 18 en 19 weer in dienst Ja III 2012 Risicovol<br />

NSP Utrecht: spoor 8, 9 en 10 buiten dienst Ja III 2012 Risicovol<br />

NSP Utrecht: spoor 8, 9 en 10 weer in dienst Ja III 2012 Risicovol<br />

NSP Utrecht: spoor 14 en 15 buiten dienst Ja III 2012 Risicovol<br />

bijlage 11 Infrastructuurprojecten en –studieprojecten - onderdeel a: infrastructuurprojecten<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 148


Overzicht planningsdata functionaliteitswijzigingen infraprojecten t/m 2017<br />

Omschrijving<br />

Goedkeuring<br />

realisatie<br />

Datum<br />

gepland<br />

Herziene<br />

datum<br />

Haalbaarheid<br />

indienststelling<br />

NSP Utrecht: spoor 14 en 15 weer in dienst Ja IV 2012 Risicovol<br />

NSP Utrecht: spoor 11, 12 en 13 buiten dienst Ja IV 2012 Risicovol<br />

NSP Utrecht: spoor 11, 12 en 13 buiten dienst Ja IV 2012 Risicovol<br />

NSP Utrecht: fase 3, perronspoor 2 niet beschikbaar Ja IV 2012 I <strong>2013</strong> Waarschijnlijk<br />

NSP Utrecht: fase 3, perronspoor 2 weer beschikbaar Ja IV <strong>2013</strong> I 2014 Waarschijnlijk<br />

NSP Utrecht: fase 5, perronspoor 3 niet beschikbaar Ja IV <strong>2013</strong> I 2014 Waarschijnlijk<br />

NSP Utrecht: fase 5, perronspoor 3 weer beschikbaar Ja III 2014 IV 2014 Waarschijnlijk<br />

NSP Utrecht Ja 2015 2016 Risicovol<br />

NSP Den Haag (totaal) Ja IV 2014 Waarschijnlijk<br />

Den Haag CS, Ombouw emplacement (spoor 11 en Nee IV 2012 III 2014 Risicovol<br />

12 weer geschikt voor heavy-rail)<br />

Den Haag CS, Ombouw emplacement sporen 11 en Nee 2015 2017 Risicovol<br />

12 (totaal)<br />

NSP Arnhem (transferhal) (OVT fase 2) Ja IV <strong>2013</strong> Risicovol<br />

NSP Breda Ja II 2015 Risicovol<br />

Station Tilburg (incl. verbreden perrontunnel) Nee 2015 Risicovol<br />

Eindhoven Transferknelpunt Nee 2016 Risicovol<br />

Nieuwe haltes<br />

Barneveld Zuid; nieuw Halte Nee III 2014 Risicovol<br />

Nijverdal: Raalte – Nijverdal weer in dienst en halte Ja <strong>2013</strong> Risicovol<br />

Nijverdal West weer buiten dienst<br />

Merwede-Lingelijn (Ddr-Gdm): opening 3 halten en Ja dec 2011 Zeker<br />

dubbelspoor Dordrecht-Stadspolders en bij Boven<br />

Hardinxveld<br />

Merwede-Lingelijn (Ddr-Gdm): opening 2 halten Ja <strong>2013</strong> Waarschijnlijk<br />

Knooppunt Arnhem - Nijmegen; opening halte Ja dec 2011 Zeker<br />

Westervoort<br />

Maastricht Noord; nieuwe halte Ja II 2012 Dec 2012 Waarschijnlijk<br />

VleuGel; Harmelen aansl.-Utrecht (Amsterdam Ja IV 2012 Waarschijnlijk<br />

Rijnkanaal); halte Utrecht Leidsche Rijn<br />

Vleugel; Vaartse Rijn nieuwe halte Ja 2015 Risicovol<br />

Sassenheim; nieuwe halte Ja dec 2011 Zeker<br />

Nijkerk, aanleg nieuwe halte Hoevelaken Ja IV 2012 Risicovol<br />

Hengelo Gezondheidspark; nieuwe halte Ja II 2012 Dec 2012 Risicovol<br />

Groningen Europapark; definitieve halte incl. extra Ja dec 2012 Waarschijnlijk<br />

bereikbaarheden<br />

Nijmegen, aanleg halte Nijmegen Goffert Nee IV 2014 Waarschijnlijk<br />

Nijmegen Lent; definitieve halte Nee dec <strong>2013</strong> Risicovol<br />

Station Bleiswijk-Zoetermeer Nee 2015 Risicovol<br />

Utrecht - Arnhem - Zevenaar<br />

Maarsbergen; Opheffen overweg N226 d.m.v. tunnel Nee juni 2014 juni 2015 Risicovol<br />

Bunnik; opheffen overweg d.m.v. tunnel(s) Nee 2016 Risicovol<br />

Vertramming Zwolle - Kampen<br />

Zwolle-Kampen; reguliere treindienst op traject Nee dec 2012 Waarschijnlijk<br />

Zwolle-Kampen komt te vervallen<br />

Kampen Oost; nieuwe halte Nee III <strong>2013</strong> III 2014 Waarschijnlijk<br />

Zwolle Werkeren; nieuwe halte Nee III <strong>2013</strong> III 2014 Waarschijnlijk<br />

Voorsterpoort; nieuwe halte Nee III <strong>2013</strong> III 2014 Waarschijnlijk<br />

bijlage 11 Infrastructuurprojecten en –studieprojecten - onderdeel a: infrastructuurprojecten<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 149


Overzicht planningsdata functionaliteitswijzigingen infraprojecten t/m 2017<br />

Omschrijving<br />

Goedkeuring<br />

realisatie<br />

Datum<br />

gepland<br />

Herziene<br />

datum<br />

Haalbaarheid<br />

indienststelling<br />

Zwolle Stadshagen; nieuwe halte incl.<br />

inhaalgelegenheid<br />

Nee III <strong>2013</strong> III 2014 Waarschijnlijk<br />

Overige projecten<br />

Acht emplacement, aanbrengen depotvoeding (2 Ja apr <strong>2013</strong> Waarschijnlijk<br />

stuks)<br />

Amsterdam Aziehavenweg, electrificatie<br />

Ja apr 2012 Waarschijnlijk<br />

emplacement<br />

Arnhem-Winterswijk, spoorverdubbeling en Nee 2015 Risicovol<br />

snelwissel bij Wehl<br />

Barneveld Noord; spoorverdubbeling en aanleg extra Nee p.m. Risicovol<br />

zijperron<br />

Emmen Zuid; dubbelsporigheid Nee 2016 Risicovol<br />

Geldermalsen; aanpassen seingeving te Culemborg, Nee IV 2012 Jul <strong>2013</strong> Risicovol<br />

Geldermalsen en Meteren<br />

Groningen-Nieuweschans, snelheidsverhoging van Nee <strong>2013</strong> Risicovol<br />

100 km/h naar 120/140 km/h<br />

Groningen-Roodeschool, snelheisverhoging van Nee 2014 Risicovol<br />

70/80 km/h naar 100 km/h<br />

Haarlem, Opstel- en Servicecapaciteit Nee <strong>2013</strong> Risicovol<br />

Harderwijk; Keervoorziening Nee IV 2015 Risicovol<br />

Hengelo gelijktijdigheidvertrek naar Oldenzaal- Nee IV 2012 Risicovol<br />

Enschede<br />

Hoofddorp Opstelterrein, verlengen spoor 211 Nee IV 2014 Risicovol<br />

Hoofddorp, Opstelterrein, uitbreiden opstelcapaciteit Nee II 2014 II 2016 Risicovol<br />

en verlengen wisselstraat<br />

Hoorn, aanleg lage servicepaden Nee II <strong>2013</strong> Risicovol<br />

Maastricht, aanleg depotvoeding (2 stuks) Nee apr 2012 Waarschijnlijk<br />

Ombouw emplacement Enschede, incl perron Nee 2012 IV <strong>2013</strong> Risicovol<br />

Aanpassing<br />

Tilburg, perronopvolging spoor 1 Nee III 2012 IV 2012 Waarschijnlijk<br />

Tilburg, verhogen aankomstsnelheid vanuit Boxtel Nee III 2012 IV 2012 Risicovol<br />

Tilburg; spooraansluiting Loven Nee IV 2012 Risicovol<br />

Tilburg; wijzigen spoorlayout emplacement Loven Nee IV 2012 Risicovol<br />

Zutphen, aanpassen infrastructuur tbv opstellen Nee mrt <strong>2013</strong> IV <strong>2013</strong> risicovol<br />

Rotterdam Noord Goederen; aanpassen<br />

nee IV 2012 Risicovol<br />

opstelsporen tbv EECT<br />

Binckhorst, opstelterrein tranche 2 en 3 (exclusief Ja dec 2011 Waarschijnlijk<br />

wisselbediening op afstand)<br />

Heerlen-Herzogenrath, inhaalspoor te Landgraaf Nee I <strong>2013</strong> Risicovol<br />

Wijchen, aanleg keerspoor Nee IV 2014 dec <strong>2013</strong> Waarschijnlijk<br />

Alkmaar; aanleg van lage servicepaden Nee II <strong>2013</strong> Risicovol<br />

KAN: Elst; vrijleggen verbinding Elst – Tiel Nee 2016 Risicovol<br />

KAN: Elst; spooronderdoorgang Aamsestraat Nee 2016 Risicovol<br />

voorzien van opgangen naar de perrons<br />

Uitgeest; uitbreiden opstelgelegenheid met minimaal Nee p.m.<br />

44 bakken<br />

Venlo, aanleg keer- en reinigingsspoor van 340m Ja p.m.<br />

bijlage 11 Infrastructuurprojecten en –studieprojecten - onderdeel a: infrastructuurprojecten<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 150


) Infrastructuurstudieprojecten<br />

<strong>ProRail</strong> identificeert potentiële toekomstige capaciteitsknelpunten op het hoofdspoorweg<strong>net</strong> en doet<br />

studies die uitmonden in voorstellen om overbelasting in de toekomst te voorkomen. Deze activiteit<br />

vloeit voort uit de beheerconcessie, waarin staat: “Onder deze zorg wordt mede verstaan het<br />

voorbereiden en uitvoeren van de uitbreiding van hoofdspoorweginfrastructuur die een nauwe<br />

samenhang heeft met de bestaande hoofdspoorweginfrastructuur” 121 .<br />

MIRT-studies<br />

Voor lopende studies in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu in het kader van het<br />

Meerjarenprogramma Infrastructuur Ruimte en Transport (MIRT) wordt verwezen naar de<br />

Rijksbegroting 2012 (MIRT, planstudies- en realisatietabel).<br />

Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS)<br />

Door het Kabi<strong>net</strong> en de spoorsector is de ambitie geformuleerd om hoogfrequent spoorvervoer te<br />

realiseren op de drukste reizigerscorridors en een toekomstvaste routering van het<br />

spoorgoederenvervoer. Hiertoe heeft <strong>ProRail</strong>, in nauwe samenwerking met NS en KNV, een<br />

capaciteitsanalyse uitgevoerd. Deze capaciteitsanalyse PHS heeft de basis gevormd voor de<br />

Voorkeursbeslissing van het Kabi<strong>net</strong>.<br />

Voor PHS is € 3 miljard opgenomen in het MIRT, te realiseren in de periode 2012 – 2020. Circa de<br />

helft hiervan is voor uitbreiding van de spoorinfrastructuur, de andere helft voor overige maatregelen<br />

om de groei van het spoorvervoer mogelijk te maken: geluidmaatregelen, overwegen, transfer,<br />

opstelterreinen, goederenemplacementen, energievoorziening, bijsturingsvoorzieningen,<br />

fietsenstallingen, externe veiligheid, trillingen en extra onderhoud.<br />

Dit pakket maatregelen wordt nu in zeven planuitwerkingsstudies uitgewerkt:<br />

1. Reizigers Alkmaar – Amsterdam,<br />

2. Reizigers Amsterdam – Eindhoven,<br />

3. Reizigers Schiphol – Nijmegen,<br />

4. Reizigers Den Haag – Breda,<br />

5. Reizigers Breda – Eindhoven,<br />

6. Goederen Oost (Elst – Bentheim),<br />

7. Goederen Zuid (Meteren – Venlo).<br />

Schiphol – Amsterdam – Almere – Lelystad (SAAL)<br />

Hoogfrequent spoorvervoer is ook voorzien op de SAAL-corridor: Schiphol – Lelystad. Hiervoor is<br />

€ 1,6 miljard opgenomen in het MIRT. Ook voor SAAL 2020 heeft <strong>ProRail</strong> een capaciteitsanalyse<br />

uitgevoerd. Besluitvorming hierover is voorzien eind 2012, in samenhang met een besluit over de<br />

verbinding Amsterdam – Almere op de lange termijn (2030), een en ander in relatie tot de<br />

Schaalsprong Almere.<br />

Voor de kortere termijn (2016) is voor deze corridor reeds tot een eerste pakket capaciteitsvergrotingsmaatregelen<br />

besloten ad circa € 900 miljoen. Dit pakket omvat onder meer viersporigheid van de<br />

Zuidtak Amsterdam tussen Riekerpolder en de aansluiting van de Utrechtboog, diverse kleinschalige<br />

maatregelen op de Flevolijn en de introductie van “Kort Volgen”.<br />

121 artikel 2 lid 3 van de Beheerconcessie hoofdspoorweginfrastructuur<br />

bijlage 11 Infrastructuurprojecten en –studieprojecten - onderdeel b: infrastructuurstudieprojecten<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 151


(lege bladzijde)<br />

bijlage 11 Infrastructuurprojecten en –studieprojecten - onderdeel b: infrastructuurstudieprojecten<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 152


ijlage 12 Informatie omtrent niet-hoofdspoorwegen (§ 3.2.1)<br />

Spoorwegen onder het regime van de Spoorwegwet 1875.<br />

<strong>ProRail</strong> beheert in afwachting van nadere besluitvorming de navolgende in onbruik geraakte<br />

spoorwegen 122 :<br />

• Roermond – Vlodrop grens (richting Dalheim (D));<br />

• Nijmegen – Nijmegen grens (richting Kranenburg (D)).<br />

Spoorwegen onder het regime van de Lokaalspoor- en Tramwegwet.<br />

<strong>ProRail</strong> beheert de in onbruik geraakte lokaalspoorwegen 123 :<br />

• Boxtel – Veghel;<br />

• Nieuw Amsterdam – Schoonebeek.<br />

Stamlijnen onder het regime van het Reglement op de Raccordementen 1966<br />

<strong>ProRail</strong> beheert de navolgende in onbruik geraakte spoorwegen waarop het Reglement op de<br />

Raccordementen 1966 van toepassing is.<br />

Locatie Naam stamlijn Bijzonderheden<br />

Dordrecht Industrieterrein De Staart vanaf kruising met Grevelingenweg<br />

Alphen aan den Rijn Industrieterrein Rijnhaven uitsluitend de stamlijntakken langs Bedrijfsweg en<br />

Industrieweg<br />

Almelo<br />

Dollegoor<br />

Spooraansluitingen<br />

Spoorverbindingen op de bedrijfsterreinen en de toeleidende sporen die de sporen op bedrijfsterreinen<br />

verbinden met de hoofdspoorweg vallen buiten de door <strong>ProRail</strong> beheerde spoorwegen.<br />

Toestemming tot het berijden van de spoorverbindingen op bedrijfsterreinen en de toeleidende sporen<br />

wordt steeds verleend door of via het aangesloten bedrijf, onder daarbij te stellen voorwaarden, die<br />

mede een gebruiksvergoeding kunnen omvatten.<br />

Daarbij kunnen tevens beperkende voorwaarden gesteld worden die gerelateerd zijn aan de<br />

kenmerken van de betrokken sporen, zoals aslast-, snelheids- en profielbeperkingen, alsmede<br />

beperkingen gerelateerd aan de boogstralen van de betrokken sporen.<br />

122 zie ook het Besluit houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van bepalingen van de<br />

Spoorwegwet (enz), Nota van Toelichting bij artikel 2 sub b onder 1e<br />

123 Besluit aanwijzing spoorwegen als locaalspoorweg<br />

bijlage 12 Informatie omtrent niet-hoofdspoorwegen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 153


(lege bladzijde)<br />

bijlage 12 Informatie omtrent niet-hoofdspoorwegen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 154


ijlage 13 Omgrenzingsprofielen per baanvak (§ 3.3.2.1)<br />

Eem<br />

Dz<br />

Hlg<br />

Lw<br />

Swd<br />

Gn<br />

Wr(D)<br />

Vdm<br />

Hdr<br />

Stv<br />

Emn<br />

Utg<br />

Hwd<br />

Hn<br />

Ekz<br />

Lls<br />

Kpn<br />

Zl<br />

Mp<br />

Mrb<br />

Lar (D)<br />

Mvt<br />

Hld<br />

Zvt Hlm<br />

Zd<br />

Asd<br />

Shl<br />

Ledn<br />

Apn<br />

Gvc<br />

Wd<br />

Gd<br />

Ut<br />

Rtd<br />

Kfhn<br />

Ddr<br />

Hvs<br />

Gdm<br />

Amf<br />

Rhn<br />

Ed<br />

Apd<br />

Ah<br />

Nm<br />

Zv<br />

Nvd<br />

Nvdw<br />

Dv<br />

Zp<br />

Em (D)<br />

Aml<br />

Hgl<br />

Ww<br />

Es<br />

Bh (D)<br />

G (D)<br />

Rsd<br />

Zlw<br />

Bd<br />

Tb<br />

Ht<br />

Btl<br />

Sloe<br />

Vs<br />

Tnz<br />

Fsz (B)<br />

Esn (B)<br />

Ndkp (B)<br />

Ehv<br />

Lnp (B)<br />

Wt<br />

Rm<br />

Vl<br />

Kn (D)<br />

Legenda<br />

Std<br />

Glk (B)<br />

Mt<br />

Fvs (B)<br />

Hrl<br />

Hz (D)<br />

Krd<br />

omgrenzingsprofiel<br />

GC<br />

NL<br />

Station / Knooppunt<br />

Omgrenzingsprofiel<br />

situatie januari <strong>2013</strong><br />

inzicht november 2011<br />

Bron: Infra Atlas<br />

bijlage 13 Omgrenzingsprofielen per baanvak<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 155


Toelichting<br />

Voertuigomgrenzingsprofielen NL en GC<br />

De maten behorende de voertuigomgrenzingsprofielen NL en GC zijn opgenomen in de bijlagen 10<br />

resp. 13 behorende bij artikel 16 van de Regeling keuring spoorvoertuigen.<br />

Bijzonder ladingomgrenzingsprofiel<br />

Het bijzondere ladingomgrenzingsprofiel 124 , het zogenaamde Rode Meetgebied (RM, in onderstaande<br />

figuur) vindt alleen toepassing op de baanvakken (exclusief Roosendaal – Roosendaal grens en<br />

Maastricht – Eijsden grens) waar het omgrenzingsprofiel NL van toepassing is.<br />

124 zoals bedoeld in artikel 12 lid 2 sub a van het Besluit spoorverkeer en is opgenomen in bijlage 8 bij de<br />

Regeling spoorverkeer<br />

bijlage 13 Omgrenzingsprofielen per baanvak<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 156


"<br />

2<br />

"<br />

"<br />

"<br />

"<br />

"<br />

"<br />

"<br />

"<br />

"<br />

"<br />

"<br />

"<br />

"<br />

"<br />

bijlage 14 Aslasten en tonmetergewichten (§ 3.3.2.2)<br />

Eem<br />

Swd<br />

Dz<br />

Hlg<br />

Lw<br />

Gn<br />

Wr(D)<br />

Vdm<br />

Hdr<br />

Stv<br />

Emn<br />

Hwd<br />

Hn<br />

Ekz<br />

Mp<br />

Lar (D)<br />

Utg<br />

Lls<br />

Kpn<br />

Zl<br />

Mrb<br />

Hld<br />

Mvt<br />

Zd<br />

Zvt Hlm Asd<br />

Shl<br />

Ledn<br />

Apn<br />

Gvc<br />

Wd<br />

Gd<br />

Rtd<br />

Kfhn<br />

Ddr<br />

Ut<br />

Hvs<br />

Amf<br />

Gdm<br />

Ed<br />

Rhn<br />

Ah<br />

Nm<br />

Apd<br />

Dv<br />

Zp<br />

Zv<br />

Em (D)<br />

NvdwNvd<br />

Aml<br />

Hgl<br />

Es<br />

Ww<br />

Bh (D)<br />

G (D)<br />

Zlw<br />

Ht<br />

Rsd<br />

Bd<br />

Tb<br />

Btl<br />

Vs<br />

Sloe<br />

Tnz<br />

Esn (B)<br />

Ndkp (B)<br />

Ehv<br />

Vl<br />

Kn (D)<br />

Fsz (B)<br />

Lnp (B)<br />

Wt<br />

Rm<br />

Legenda:<br />

Beperkingen<br />

Std<br />

E5/120 km/h<br />

D4/100 km/h<br />

1 = kunstwerk<br />

= bovenbouw<br />

Glk (B)<br />

Mt<br />

Hrl<br />

Krd<br />

Hz (D)<br />

D4/80 km/h<br />

Fvs (B)<br />

D4/60 km/h<br />

D2/100 km/h<br />

D2/80 km/h<br />

D2/60 km/h<br />

C2<br />

Aslasten en asconfiguratie<br />

volgens EN 15528<br />

situatie januari <strong>2013</strong><br />

inzicht november 2011<br />

Bron: Infra Atlas<br />

bijlage 14 Aslasten en tonmetergewichten<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 157


(lege bladzijde)<br />

bijlage 14 Aslasten en tonmetergewichten<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 158


ijlage 15 Treinbeïnvloedingssystemen (§ 3.3.3.4)<br />

Swd<br />

Eem<br />

Dz<br />

Hlg<br />

Lw<br />

Gn<br />

Vdm<br />

Wr(D)<br />

Hdr<br />

Stv<br />

Emn<br />

Hwd<br />

Utg<br />

Ekz<br />

Hn<br />

Lls<br />

Kpn<br />

Zl<br />

Mp<br />

Mrb<br />

Lar (D)<br />

Hld<br />

Mvt<br />

Zd<br />

Zvt Hlm Asd<br />

Shl<br />

Ledn<br />

Apn<br />

Gvc<br />

Wd<br />

Gd<br />

Rtd<br />

KfhnDdr<br />

Hvs<br />

Amf<br />

Ut<br />

Gdm<br />

Ed<br />

Rhn<br />

NvdwNvd<br />

Dv<br />

Apd<br />

Zp<br />

Ah<br />

Zv<br />

Em (D)<br />

Nm<br />

Aml<br />

Hgl<br />

Es<br />

Ww<br />

Bh (D)<br />

G (D)<br />

Zlw<br />

Ht<br />

Rsd<br />

Bd<br />

Tb<br />

Btl<br />

Sloe<br />

Vs<br />

Tnz<br />

Fsz (B)<br />

Esn (B)<br />

Ndkp (B)<br />

Ehv<br />

Lnp (B)<br />

Wt<br />

Rm<br />

Vl<br />

Kn (D)<br />

Legenda:<br />

ERTMS<br />

ATB EG<br />

ATB NG<br />

GEEN ATB<br />

Buitenlands systeem<br />

Station / Knooppunt<br />

Std<br />

Glk (B)<br />

Mt<br />

Fvs (B)<br />

Hrl<br />

Krd<br />

Hz (D)<br />

Treinbeïnvloedingssystemen<br />

situatie januari <strong>2013</strong><br />

inzicht november 2011<br />

Bron: Infra Atlas<br />

bijlage 15 Treinbeïnvloedingssystemen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 159


(lege bladzijde)<br />

bijlage 15 Treinbeïnvloedingssystemen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 160


ijlage 16 Treindetectie (§ 3.3.3.5)<br />

Eem<br />

Swd<br />

Dz<br />

Hlg<br />

Lw<br />

Gn<br />

Wr(D)<br />

Vdm<br />

Hdr<br />

Stv<br />

Emn<br />

Hwd<br />

Hn<br />

Ekz<br />

Mp<br />

Lar (D)<br />

Utg<br />

Lls<br />

Kpn<br />

Zl<br />

Mrb<br />

Mvt<br />

Zd<br />

Zvt Hlm Asd<br />

Shl<br />

Ledn<br />

Apn<br />

Gvc<br />

Wd<br />

Gd<br />

Rtd<br />

KfhnDdr<br />

Hvs<br />

Amf<br />

Ut<br />

Gdm<br />

Ed<br />

Rhn<br />

NvdwNvd<br />

Dv<br />

Apd<br />

Zp<br />

Ah<br />

Zv<br />

Em (D)<br />

Nm<br />

Aml<br />

Hgl<br />

Es<br />

Ww<br />

Bh (D)<br />

G (D)<br />

Zlw<br />

Ht<br />

Rsd<br />

Bd<br />

Tb<br />

Btl<br />

Vs<br />

Sloe<br />

Tnz<br />

Esn (B)<br />

Ndkp (B)<br />

Ehv<br />

Vl<br />

Kn (D)<br />

Fsz (B)<br />

Lnp (B)<br />

Wt<br />

Rm<br />

Std<br />

Voor station en emplacementen zie OR bladen<br />

Glk (B)<br />

Mt<br />

Hrl<br />

Krd<br />

Hz (D)<br />

Legenda<br />

Fvs (B)<br />

Stations / Knooppunt<br />

Buitenland<br />

EMC met JADE en FTGS niet van toepassing<br />

EMC met JADE en FTGS niet van toepassing en wijkt af voor GRS<br />

Treindetectie<br />

EMC met FTGS niet van toepassing<br />

EMC met JADE niet van toepassing<br />

Kortsluitkwaliteit toelatingsmodel en EMC met JADE en FTGS niet van toepassing<br />

situatie januari <strong>2013</strong><br />

inzicht november 2011<br />

Bron: Infra Atlas<br />

bijlage 16 Treindetectie<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 161


(lege bladzijde)<br />

bijlage 16 Treindetectie<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 162


ijlage 17 Baanvaksnelheden (§ 3.3.2.4)<br />

Eem<br />

Dz<br />

Hlg<br />

Lw<br />

Swd<br />

Gn<br />

Wr(D)<br />

Vdm<br />

Stv<br />

Emn<br />

Utg<br />

Hwd<br />

Hn<br />

Ekz<br />

Lls<br />

Kpn<br />

Zl<br />

Mp<br />

Mrb<br />

Lar (D)<br />

Zvt<br />

Hlm<br />

Shl<br />

Zd<br />

Asd<br />

Hvs<br />

Apd<br />

Dv<br />

Nvd<br />

Nvdw<br />

Aml<br />

Hgl<br />

Es<br />

Bh (D)<br />

G (D)<br />

Mvt<br />

Hld<br />

Apn<br />

Wd<br />

Gd<br />

Rtd<br />

Kfhn<br />

Ut<br />

Gdm<br />

Amf<br />

Rhn<br />

Ed<br />

Ah<br />

Nm<br />

Zv<br />

Zp<br />

Rsd<br />

Zlw<br />

Bd<br />

Tb<br />

Ht<br />

Btl<br />

Sloe<br />

Vs<br />

Tnz<br />

Fsz (B)<br />

Ndkp (B)<br />

Ehv<br />

Lnp (B)<br />

Wt<br />

Rm<br />

Vl<br />

Kn (D)<br />

Legenda:<br />

>220 km/h<br />

161/220 km/h<br />

Glk (B)<br />

Fvs (B)<br />

Mt<br />

Hrl<br />

Krd<br />

Hz (D)<br />

140/160 km/h<br />

125/139 km/h<br />

80/124 km/h<br />

Baanvaksnelheid<br />


(lege bladzijde)<br />

bijlage 17 Baanvaksnelheden<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 164


ijlage 18 Geëlektrificeerde baanvakken; bovenleidingsspanning (§ 3.3.2.6)<br />

Eem<br />

Dz<br />

Hlg<br />

Lw<br />

Swd<br />

Gn<br />

Wr(D)<br />

Vdm<br />

Hdr<br />

Stv<br />

Emn<br />

Utg<br />

Hwd<br />

Hn<br />

Ekz<br />

Lls<br />

Kpn<br />

Zl<br />

Mp<br />

Mrb<br />

Lar (D)<br />

Mvt<br />

Hld<br />

Zvt Hlm<br />

Zd<br />

Asd<br />

Shl<br />

Ledn<br />

Apn<br />

Gvc<br />

Wd<br />

Gd<br />

Ut<br />

Rtd<br />

Kfhn<br />

Ddr<br />

Hvs<br />

Gdm<br />

Amf<br />

Rhn<br />

Ed<br />

Apd<br />

Ah<br />

Nm<br />

Nvd<br />

Nvdw<br />

Dv<br />

Zp<br />

Zv<br />

Em (D)<br />

!<br />

Aml<br />

Hgl<br />

Ww<br />

Es<br />

Bh (D)<br />

!<br />

G (D)<br />

Rsd<br />

Zlw<br />

Bd<br />

Tb<br />

Ht<br />

Btl<br />

Sloe<br />

Vs<br />

Tnz<br />

Fsz (B)<br />

Esn (B)<br />

Ndkp (B)<br />

Ehv<br />

Lnp (B)<br />

Wt<br />

Rm<br />

Vl<br />

!<br />

Kn (D)<br />

Legenda:<br />

3 kV<br />

15 kV<br />

1500V, < 4000 A<br />

25 kV<br />

spanningsluis<br />

! Omschakelbaar<br />

Vast<br />

Station / Knooppunt<br />

Std<br />

Glk (B)<br />

Mt<br />

Fvs (B)<br />

Hrl<br />

Hz (D)<br />

Krd<br />

Elektrificatie & stroomafname<br />

1500V, 4000 A<br />

Geen elektrficatie<br />

situatie januari <strong>2013</strong><br />

inzicht november 2011<br />

Bron: Infra Atlas<br />

bijlage 18 Geëlektrificeerde baanvakken; bovenleidingsspanning<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 165


Spanningssluizen Betuweroute<br />

Ten behoeve van de overgang tussen het 25 kV tractie-energiesysteem op de BetuweRoute en het<br />

1500 V tractie-energiesysteem te Kijfhoek en op de aansluitende spoorwegen zijn spanningssluizen<br />

voorzien op de volgende plaatsen:<br />

• spanningssluizen met een lengte van de tractieloze zone van 186 m:<br />

- in de sporen tussen Barendrecht Vork en Waalhaven Zuid, ter hoogte van km 202,1;<br />

- in de sporen tussen Kijfhoek en Papendrecht, ter hoogte van km 3,5;<br />

- in de sporen tussen Duiven en Zevenaar, ter hoogte van km 103,8;<br />

• spanningssluizen met een lengte van de tractieloze zone van 30 m:<br />

- in de sporen van de verbindingsboog Geldermalsen/Meteren v.v.;<br />

- in de sporen van de verbindingsboog Zaltbommel/Meteren v.v.;<br />

- in de sporen van de verbindingsboog Valburg/Elst v.v.;<br />

- in het spoor van de verbindingsboog Valburg/Nijmegen Lent v.v.<br />

Beperking stroomafname<br />

Onderstaande tabel vermeldt de maximale stroomafname per trein op een aantal baanvakken waar<br />

een beperking geldt ten aanzien van de stroomafname van het 1500 V tractieenergievoorzieningssysteem.<br />

Baanvak<br />

Zwolle – Emmen<br />

Barneveld Noord – Ede Wageningen<br />

Dordrecht – Geldermalsen<br />

Leiden Centraal – Woerden<br />

Alphen aan den Rijn – Gouda<br />

Baarn – Den Dolder<br />

Maximale<br />

stroomafname<br />

2.500 A<br />

2.500 A<br />

2.700 A<br />

3.200 A<br />

3.200 A<br />

3.000 A<br />

bijlage 18 Geëlektrificeerde baanvakken; bovenleidingsspanning<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 166


ijlage 19 Beweegbare spoorbruggen (§ 3.4.5)<br />

De nummers verwijzen naar de tabel op de volgende bladzijde.<br />

Eem<br />

8<br />

Sloe<br />

Vs<br />

Tnz<br />

88<br />

Fsz (B)<br />

9<br />

Rsd<br />

Zlw<br />

Hdr<br />

Bd<br />

Tb<br />

Hlg<br />

47<br />

Stv<br />

Ht<br />

Btl<br />

Ehv<br />

Lw<br />

45<br />

21<br />

20<br />

Wt<br />

Rm<br />

Vl<br />

Kn (D)<br />

Swd<br />

59 Gn<br />

16<br />

71 Hwd<br />

Ekz<br />

Mp<br />

39<br />

40<br />

70<br />

Lar (D)<br />

Hn<br />

Kpn<br />

Utg<br />

69<br />

75<br />

Lls<br />

Zl Mrb<br />

Zvt<br />

74<br />

73<br />

Hlm ZdAsd<br />

Nvd<br />

1<br />

Aml<br />

22<br />

Shl<br />

Nvdw<br />

Bh (D)<br />

83<br />

33<br />

Dv<br />

82<br />

Hvs<br />

Es<br />

Apd<br />

Hgl G (D)<br />

Ledn<br />

28 29<br />

Zp<br />

Apn<br />

Amf<br />

Gvc 3<br />

30 31Wd<br />

62<br />

Ut<br />

Gd<br />

Ed<br />

Hld<br />

Ah<br />

Ww<br />

27<br />

Rhn<br />

64<br />

85 76 Rtd<br />

Zv<br />

77<br />

Mvt 4<br />

81 Gdm<br />

Em (D)<br />

86<br />

87<br />

Nm<br />

Kfhn 84<br />

80<br />

6 Ddr<br />

7<br />

Esn (B)<br />

72<br />

Ndkp (B)<br />

Lnp (B)<br />

19<br />

18<br />

5058<br />

Dz<br />

56<br />

Vdm<br />

Emn<br />

57<br />

56a<br />

Wr(D)<br />

Std<br />

Glk (B)<br />

89 Mt<br />

Fvs (B)<br />

Hrl<br />

Hz (D)<br />

Krd<br />

Legenda<br />

Brug<br />

Station / Knooppunt<br />

Beweegbare bruggen<br />

situatie januari <strong>2013</strong><br />

inzicht november 2011<br />

Bron: Infra Atlas<br />

bijlage 19 Beweegbare spoorbruggen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 167


Overzicht beweegbare spoorbruggen<br />

Nr. Brugnaam Afkorting Waterweg Plaatsnaam Baanvak<br />

1 Singelgracht SGBR Westerkanaal Amsterdam Asd - Ass<br />

2 Spaarnebrug SPBR Spaarne Haarlem Asd - Hlm<br />

3 Vinkbrug VKBR Oude Rijn Leiden Gv - Ledn<br />

4 Schiebruggen DHS Delfshavense Schie Rotterdam Rtd - Sdm<br />

6 Oude Maas GRBR Oude Maas Dordrecht Ddr - Rtd<br />

7 Markbrug MABR Markkanaal Zevenbergen Rsd - Zlw<br />

8 Arnekanaalbrug ABR Arnekanaal Arnemuiden Rsd - Vs<br />

9 Vlakebrug VLK Kanaal door Zuid- Vlake<br />

Rsd - Vs<br />

Beveland<br />

16 Drentse hoofdvaart brug SMVRT Smildevaart Meppel Lw - Mp<br />

18 Deelsbrug BRDL Deel Akkrum Lw - Mp<br />

19 Boorne BOBR Boorne Akkrum Lw - Mp<br />

20 Pr. Margrietkanaal PMK Prinses Margrietkanaal Grouw Lw - Mp<br />

21 Harinxma kanaal (Mp-Lw) HRMK Van Harinxmakanaal Leeuwarden Lw - Mp<br />

22 Oosterdoksluis ODS Oosterdoksluis Amsterdam Asd - Asdm<br />

27 Hoge Gouwebrug HGWBR Gouwe Gouda Gd - Gv/Rtd<br />

Lage Gouwebrug GWBR Gouwe Gouda Gd - Ledn<br />

28 Galgewater GWT Galgewater Leiden Apn - Ledn<br />

29 Rijn-Schiekanaal RSKBL Rijn-Schiekanaal Leiden Apn - Ledn<br />

30 Gouwsluis GWB Gouwe Alphen aan de Apn - Wd<br />

Rijn<br />

31 Dubbele Wiericke DWB Dubbele Wiericke Bodegraven Apn - Wd<br />

33 Vechtbrug VTBR Vecht Weesp Alm/Ndb - Wp<br />

39 Coevorder Stadsgracht COSB Stadsgracht Coevorden Emn - Mrb<br />

40 Hoogeveense vaart HVVB Verlengde<br />

Nieuw<br />

Emn - Mrb<br />

Hogeveensevaart Amsterdam<br />

42 Klifrak KR Klifrak Workum Lw - Stv<br />

43 Wijmerts WMB Wijmerts Oudega Lw - Stv<br />

45 Harinxma (Lw-Hlg/Stv) HRM Van Harinxmakanaal Leeuwarden Hlg/Stv - Lw<br />

47 Zuidergracht HLG Zuidergracht Harlingen Hlg - Lw<br />

49 Greuns GRS Greuns Leeuwarden Gn - Lw<br />

50 Hoendiep HDP Hoendiep Hoogkerk- Gn - Lw<br />

Vierverlaten<br />

56 Wildervanckkanaal AG WDVB Wildervanckkanaal AG Zuidbroek Gn - Nsch<br />

56a Rensel RSL Rensel Winschoten Gn - Nsch<br />

57 Westerwoldse Aa WWAB Westerwoldse AA Nieuweschans Nscg - Nsch<br />

58 NoordWillemsKanaal NRDWIL Noordwillemskanaal Groningen Gn - Lw/Swd<br />

59 Reitdiep RDP Reitdiep Groningen Gn - Swd<br />

60 Boterdiep BTD Boterdiep Bedum Dz - Swd<br />

62 IJsselbrug IJBZ IJssel Zutphen Ah/Apd - Zp<br />

64 Oude IJssel OIJ Oude IJssel Doetinchem Zv - Ww<br />

69 Nauernaschevaart NNVBR Nauernaschevaart Krommenie- Utg - Zd<br />

Assendelft<br />

70 Noordhollands kanaal NHKBR Noordhollands kanaal Alkmaar Amr - Hwd<br />

71 Bolbrug BOL Ringvaart Heerhugowaard Amr - Hwd<br />

bijlage 19 Beweegbare spoorbruggen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 168


Overzicht beweegbare spoorbruggen<br />

Nr. Brugnaam Afkorting Waterweg Plaatsnaam Baanvak<br />

72 Koegrasbrug KGS Noordhollands kanaal Koegras Ana - Hdr<br />

73 Zaanbrug ZDB Zaan Zaandam Pmr - Zd<br />

74 Noordhollands kanaal NHK Noordhollands kanaal Purmerend Pmr - Zd<br />

75 Where WHE Where Purmerend Hn - Pmr<br />

76 De Haven HVBR Haven Maassluis Hld - Rtd<br />

77 De Haven VDGBR Oude haven Vlaardingen Hld - Rtd<br />

80 Wantijbrug WIJB Wantij Dordrecht Ddr - Gdm<br />

81 Merwedekanaalbrug MKBR Merwedekanaal Arkel Ddr - Gdm<br />

82 Ringvaartbrug RVBR Ringvaart Nieuw Vennep Ledn - Shl<br />

83 Schinkelbrug SKBR Schinkel Amsterdam Asra - Dvd<br />

84 Baanhoekbrug BMBR Beneden Merwede Baanhoek Ddr - Gdm<br />

85 Suurhoffbrug SHB Hartelkanaal Rotterdam Havenspoor<br />

86 Calandbrug CLB Callandkanaal Rotterdam Havenspoor<br />

87 Botlekbrug BOTBR Oude Maas Rotterdam Havenspoor<br />

88 Sluiskilbrug SLUB Kanaal van Gent naar Sluiskil Svg - Tnz<br />

Terneuzen<br />

89 Maasbrug MSBR Maas Maastricht Mt - Glk (B)<br />

bijlage 19 Beweegbare spoorbruggen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 169


(lege bladzijde)<br />

bijlage 19 Beweegbare spoorbruggen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 170


ijlage 20 Perronlengte (§ 3.6.1)<br />

Rd<br />

Eem<br />

Swd<br />

Dz<br />

Hlg<br />

Fn<br />

Lw<br />

Gn<br />

Gerp<br />

Nsch<br />

Vdm<br />

Wr(D)<br />

Hdr<br />

Stv<br />

Sk<br />

Mvt<br />

Ekz<br />

Hwd<br />

Hn<br />

Amr<br />

Utg<br />

Bv Hk<br />

Lls<br />

Zd<br />

Sptz<br />

Zvt Hlm Asd<br />

Assp<br />

Had Shl Wp<br />

Asb<br />

Hfd<br />

Hvs<br />

Ledn<br />

Dld<br />

Amf<br />

Apn<br />

Gvc Bdg Wd Ut<br />

Ypb<br />

Db<br />

Klp Edc<br />

Vb Gd<br />

Ed<br />

Dt<br />

Gdg<br />

Rhn<br />

Rtd<br />

Rta<br />

Nwl Rtz<br />

Gdm<br />

Kfhn<br />

Tl<br />

Ddr<br />

Ddrz<br />

Ddrs<br />

O<br />

Zlw<br />

Ht<br />

Emn<br />

Emnb<br />

Mp<br />

Na<br />

Lar (D)<br />

Kpn<br />

Hdb<br />

Zl Omn Mrb<br />

Hno<br />

NvdwNvd<br />

Aml<br />

Rat<br />

Bh (D)<br />

Hon Rsn<br />

Dv<br />

Hgl<br />

Es<br />

Apd Dvc<br />

G (D)<br />

Ah<br />

Nm<br />

Zp<br />

Dr<br />

Dtch<br />

Zv GdrVsv<br />

Em (D) Tbg<br />

Wdn<br />

Www<br />

Ww<br />

Mdb<br />

Vss Vs<br />

Gs<br />

Sloe<br />

Tnz<br />

Bgn<br />

Bdpb<br />

Bd<br />

Rsd<br />

Esn (B)<br />

Ndkp (B)<br />

Tb<br />

Btl<br />

Ehv<br />

Dn<br />

Hrt<br />

Tg<br />

Vl<br />

Kn (D)<br />

Fsz (B)<br />

Lnp (B)<br />

Wt<br />

Rm<br />

Legenda:<br />

station/baanvak met tenminste één<br />

perron in meters met een lengte<br />

groter of gelijk dan:<br />

n.v.t.<br />

90<br />

120<br />

170<br />

220<br />

270<br />

340<br />

n.v.t.<br />

90<br />

120<br />

170<br />

220<br />

270<br />

340<br />

Station / Knooppunt<br />

Std<br />

Gln<br />

Glk (B) Hrl<br />

Mt Krd<br />

Vk Hz (D)<br />

Fvs (B)<br />

Perronlengte<br />

situatie januari <strong>2013</strong><br />

inzicht november 2011<br />

Bron: Infra Atlas<br />

bijlage 20 Perronlengte<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 171


(lege bladzijde)<br />

bijlage 20 Perronlengte<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 172


ijlage 21 Openbare laad- en losplaatsen (§ 3.7.1)<br />

Eem<br />

Dz<br />

Hlg<br />

Lw<br />

Swd<br />

Gn<br />

Wr(D)<br />

Vdm<br />

Hdr<br />

Stv<br />

Swk<br />

Emn<br />

Utg<br />

Hwd<br />

Hn<br />

Ekz<br />

Lls<br />

Kpn<br />

Zl<br />

Mp<br />

Mrb<br />

Lar (D)<br />

Sloe<br />

Vs<br />

Tnz<br />

Fsz (B)<br />

Zvt Hlm<br />

Zd<br />

Asd<br />

Ahwv<br />

Shl<br />

Ledn<br />

Apn<br />

Gvc<br />

Wd<br />

Gd<br />

Ut<br />

Hld<br />

Rtd<br />

Vdg<br />

Mvt<br />

Bot Whz<br />

Kfhn<br />

Ddr<br />

Zlw<br />

Mdk Otw<br />

Bd<br />

Rsd<br />

Tb<br />

Tbg<br />

Esn (B)<br />

Ndkp (B)<br />

Hvs<br />

Amf<br />

Ed<br />

Rhn<br />

Gdm<br />

Ht<br />

Btl<br />

Ehv<br />

Wt<br />

Lnp (B)<br />

Apd<br />

Ah<br />

Ahg Zv<br />

Nm<br />

Rm<br />

Nvd<br />

Nvdw<br />

Dv<br />

Zp<br />

Em (D)<br />

Vl<br />

Kn (D)<br />

Aml<br />

Hgl<br />

Ww<br />

Es<br />

Bh (D)<br />

G (D)<br />

Std<br />

Glk (B)<br />

Fvs (B)<br />

Mt<br />

Hrl<br />

Hz (D)<br />

Krd<br />

Legenda<br />

Beperkte bruikbaarheid<br />

Zonder beperking<br />

Station / Knooppunt<br />

Laad - en losplaatsen<br />

situatie januari <strong>2013</strong><br />

inzicht november 2011<br />

Bron: Infra Atlas<br />

bijlage 21 Openbare laad- en losplaatsen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 173


(lege bladzijde)<br />

bijlage 21 Openbare laad- en losplaatsen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 174


ijlage 22 Tankinstallaties (§ 3.8.4)<br />

Gegevens over de tankinstallaties zijn vermeld op de volgende pagina.<br />

Swd<br />

Eem<br />

Dz<br />

Hlg<br />

Lw<br />

Gn<br />

Vdm<br />

Wr(D)<br />

Hdr<br />

Stv<br />

Emn<br />

Hwd<br />

Utg<br />

Ekz<br />

Hn<br />

Lls<br />

Kpn<br />

Zl<br />

Mp<br />

Mrb<br />

Lar (D)<br />

Hld<br />

Mvt<br />

Bot<br />

Zd<br />

Zvt Hlm<br />

Awhv<br />

Asd<br />

Shl<br />

Wgm<br />

Hvs<br />

Ledn<br />

Apn<br />

Amf<br />

Gvc<br />

Wd Ut<br />

Gd<br />

Rtd<br />

Gdm<br />

Whz<br />

Kfhn<br />

Ddr<br />

Ed<br />

Rhn<br />

NvdwNvd<br />

Dv<br />

Apd<br />

Zp<br />

Ah<br />

Zv<br />

Em (D)<br />

Nm<br />

Aml<br />

Hgl<br />

Es<br />

Ww<br />

Bh (D)<br />

G (D)<br />

Zlw<br />

Ht<br />

Rsd<br />

Bd<br />

Tb<br />

Btl<br />

Sloe<br />

Vs<br />

Tnz<br />

Fsz (B)<br />

Esn (B)<br />

Ndkp (B)<br />

Ehv<br />

Lnp (B)<br />

Wt<br />

Rm<br />

Vl<br />

Kn (D)<br />

Std<br />

Glk (B)<br />

Mt<br />

Fvs (B)<br />

Hrl<br />

Krd<br />

Hz (D)<br />

Legenda<br />

Tankinstallatie<br />

Tankinstallatie zonder afleverinstallatie<br />

Station / Knooppunt<br />

Tankinstallatie<br />

situatie januari <strong>2013</strong><br />

inzicht november 2011<br />

Bron: Infra Atlas<br />

bijlage 22 Tankinstallaties<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 175


Informatie met betrekking tot opslagcapaciteit en debiet van tankinstallaties<br />

Locatie Opslagcapaciteit in m 3 Debiet in l/min<br />

(via vulpistool)<br />

Debiet in l/min<br />

(via morsvrije<br />

aansluiting)<br />

Groningen 3*80 90 200<br />

Leeuwarden 2*40 90 200<br />

Zwolle 3*100 90 200<br />

Hengelo 2*60 90 200<br />

Zutphen 2*40 90 200<br />

Winterswijk 1*50 90 200<br />

Arnhem 2*50 90 200<br />

Amersfoort 2*30 90 200<br />

Watergraafsmeer 1*20 70 200<br />

Amsterdam Westhaven 1*100 90 200<br />

Maasvlakte<br />

zie <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> Betuweroute<br />

Botlek<br />

zie <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> Betuweroute<br />

Waalhaven Zuid<br />

zie <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> Betuweroute<br />

Kijfhoek<br />

zie <strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> Betuweroute<br />

Roosendaal 2*50 90 200<br />

Terneuzen 1*30 90 200<br />

Nijmegen 2*30 90 200<br />

Venlo 2*100 90 200<br />

Heerlen 1*40 130 200<br />

bijlage 22 Tankinstallaties<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 176


ijlage 23 Ontwerpnormen dienstregeling (§ 4.4.1.3.2)<br />

De normen in deze bijlage zijn uitgangspunt voor het ontwerp van een dienstregeling 125 . De normen<br />

gelden voor alle fases van het dienstregelingontwerpproces en de capaciteitsanalyse en bestaan uit 2<br />

categorieën: streefnormen en afkeurnormen.<br />

De streefnormen bevatten extra speling om een soepele en robuuste uitvoering te bevorderen.<br />

<strong>ProRail</strong> kan hiervan afwijken naar een lagere waarde op eigen initiatief of op verzoek van één of<br />

meerdere gerechtigden onder de volgende voorwaarden:<br />

• het dient een doel: betere invulling van marktwensen en/of betere uitvoerbaarheid;<br />

• eventueel hierdoor ontstane vertraging dempt snel uit: het buffertekort wordt gecompenseerd door<br />

speling in het volgende proces (rijden, halteren, opvolgen, overstappen of keren);<br />

• er is een uitvoerbare afhandelingstrategie voorhanden: check op ongewenste/spontane<br />

volgordewisseling bij kruisende bewegingen, bij voorkeur geen structurele noodzaak tot<br />

handmatig ingrijpen door verkeersleiding.<br />

De afkeurnormen zijn gebaseerd op minimale technische tijden van de infrastructuur ter plekke.<br />

<strong>ProRail</strong> kan afwijking daarvan naar een lagere waarde alleen toestaan als alle andere<br />

belanghebbenden hiermee instemmen en er een expliciete veiligheidsbeoordeling is gemaakt.<br />

1 Categorie afkeurnormen<br />

1.1 Afkeurnorm rijtijd<br />

De afkeurnorm voor de rijtijd is de technisch minimale rijtijd tussen blokpunten (inclusief eventuele<br />

minimale stationnementen) zoals berekend door VPT/Donna. Van de afkeurnorm rijtijd kan afgeweken<br />

worden op basis van praktijkmetingen na accordering door de vervoerder en <strong>ProRail</strong>.<br />

<strong>ProRail</strong> draagt zorg voor een actuele database Infrastructuur. <strong>ProRail</strong> heeft gegevens van de<br />

spoorwegonderneming nodig voor de database Materieel.<br />

Overeen te komen regeling<br />

► Voor de vulling van de database Materieel verlangt <strong>ProRail</strong> van de spoorwegonderneming<br />

gegevens per type spoorvoertuigen zoals omschreven in onderdeel 3 van bijlage 9. ◄<br />

Reizigers<br />

Voor het berekenen van de rijtijd van een treinserie wordt de door de vervoerder geplande maximale<br />

treinsamenstelling in de spits gebruikt.<br />

Goederen<br />

<strong>ProRail</strong> definieert, na overleg met de goederenvervoerders, standaard paden op basis van<br />

inlegsnelheid 95 km/h met een gemiddelde aanzet- en remvertraging op basis van BR189 met<br />

2500 ton. Goederenvervoerders moeten bij het aanvragen van treinen voldoen aan de<br />

verkeerstechnische specificaties van de paden. Indien niet aan de standaard specificaties van de<br />

paden voldaan kan worden, dient een maatwerkpad aangevraagd te worden. In voorkomende<br />

gevallen kan <strong>ProRail</strong> in overleg met de sector in specifieke relaties andere verkeerstechnische<br />

specificaties toepassen.<br />

1.2 Opvolgings- en overkruistijden<br />

De afkeurnormen voor opvolgingstijden en overkruistijden tussen twee treinen zijn situatie- en<br />

locatiespecifiek en bestaan uit de ter plaatse geldende technisch minimale ongehinderde opvolgingsdan<br />

wel overkruistijd naar boven afgerond op de hele minuut. Voor het garanderen van een robuuste<br />

uitvoering van de dienstregeling geldt bovendien dat de afkeurnorm op zijn minst de technisch<br />

minimale gehinderde opvolgings- en overkruistijd plus 1 minuut buffer moet zijn, afgerond naar de<br />

dichtstbijzijnde hele minuut. Bij situaties aankomst na vertrek geldt dat er 2 minuten buffer nodig is.<br />

125 De normen in deze bijlage zijn geen uitgangspunt voor het ontwerp van infrastructuur.<br />

bijlage 23 Ontwerpnormen dienstregeling<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 177


1.3 Opvolgings- en overkruistijden na niet-structurele capaciteitsclaims<br />

Bij capaciteitsclaims die minder dan 5x per dag benut worden (internationale treinen, spitstreinen,<br />

sommige goederentreinen, brugopeningen) kan het acceptabel zijn om direct erop volgend een<br />

kortere opvolg- of overkruistijd te hanteren dan de afkeurnorm aangeeft. Enkele keren per dag wordt<br />

dan een kleine vertraging geaccepteerd, maar het grootste deel van de dag ontstaat extra ruimte. De<br />

eventuele vertraging dient voldoende gecompenseerd te worden door speling, zoals dat geldt voor<br />

andere niet-structurele oorzaken van vertragingen. In situaties met een krappe planning achter een<br />

niet-structurele trein moet aan de voorwaarden voor afwijken van normen worden voldaan en is<br />

instemming nodig van de gerechtigde(n) bij wie de hinder terechtkomt.<br />

2 Categorie streefnormen<br />

2.1 Streefnorm rijtijd<br />

Reizigerstreinen:<br />

De streefnorm rijtijd is de technisch minimale rijtijd tussen blokpunten (inclusief eventuele minimale<br />

stationnementen) plus 5% toeslag. Blokpunten worden in overleg met vervoerders vastgelegd in<br />

VPT/Donna en betreffen de volgende typen dienstregelpunten:<br />

• knooppuntstations,<br />

• kruisingsplaatsen op enkelsporige baanvakken, maar alleen voor treinen die er daadwerkelijk<br />

kruisen,<br />

• inhaalvoorzieningen.<br />

Verdeling van de speling “onderweg”: volg de door VPT/Donna geadviseerde tijden op één decimaal,<br />

op basis van standaardtoeslag 5%. Bij doorrijdpunten en minimale stationnementen worden deze in<br />

principe naar beneden afgerond. Op deze manier wordt voorkomen dat een trein moet wachten op zijn<br />

vertrekmoment. Het zwaartepunt van de speling ligt kort voor het blokpunt. Uitbuigen eerder op de lijn<br />

telt niet mee als speling.<br />

Goederentreinen:<br />

De streefnorm rijtijd is gelijk aan de afkeurnorm rijtijd. Er wordt 0% toeslag gegeven op de technisch<br />

minimale rijtijden. Speling ontstaat door het verschil tussen de geplande inlegsnelheid en de haalbare<br />

snelheid in de praktijk. De door VPT/Donna geadviseerde doorkomsttijden worden in principe<br />

afgerond naar de dichtstbijzijnde hele minuut.<br />

2.2 Opvolgings- en overkruistijden van patroontreinen<br />

De streefnormen voor opvolgingstijden en overkruistijden tussen twee treinen die elk uur rijden (zowel<br />

reizigers als goederen) zijn specifiek en bestaan uit de ter plaatse geldende technisch minimale tijd<br />

afgerond naar de dichtstbijzijnde hele minuut plus 1 minuut buffertijd. Bij vertrek – aankomst geldt<br />

echter de technisch minimale tijd plus 2 minuten buffertijd afgerond op de dichtstbijzijnde hele minuut,<br />

omdat de vertrekkende trein alleen te laat kan zijn en de aankomende trein ook te vroeg.<br />

Als de technisch minimale opvolgingstijd onbekend is, dan kan als vuistregel worden gebruikt:<br />

• vertrek – vertrek van verschillend spoor naar hetzelfde spoor 3 minuten<br />

• doorkomst – doorkomst<br />

3 minuten<br />

• aankomst – aankomst van hetzelfde spoor naar verschillend spoor 3 minuten<br />

• vertrek – aankomst op hetzelfde spoor 4 minuten<br />

• vertrek – vertrek van hetzelfde spoor (in geval van korte stop) 4 minuten<br />

• vertrek – doorkomst op hetzelfde spoor (bijvoorbeeld stoptrein –<br />

IC op halte voor knoop)<br />

4 minuten<br />

• aankomst – doorkomst bij inhaling 2 minuten<br />

• doorkomst – vertrek bij inhaling 2 minuten<br />

bijlage 23 Ontwerpnormen dienstregeling<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 178


Als de technisch minimale overkruistijd onbekend is, dan kan als vuistregel worden gebruikt:<br />

• op een splitsing<br />

3 minuten<br />

• aankomst – vertrek in tegengestelde richting 1 minuut<br />

• vertrek – aankomst in tegengestelde richting 6 minuten<br />

2.3 Vervoerderspecifieke normen<br />

Verschillende vervoerders hanteren in hun procesvoering en -planning verschillende normen voor<br />

halteringen, combineren en splitsen, kopmaken en keren en voor overstaptijden. De<br />

capaciteitsaanvragen voor de jaardienst en ad-hocfase moeten vergezeld gaan van een opgave van<br />

gehanteerde normen, een specificatie van activiteiten binnen die norm en de randvoorwaarden<br />

waarbinnen de vervoerder de norm haalbaar acht. Aan de hand van deze specificatie toetst <strong>ProRail</strong><br />

de ingediende capaciteitsvraag. In het geval de capaciteit conform de capaciteitsaanvraag onder<br />

voorwaarden wordt verdeeld is de vervoerder gehouden aan deze voorwaarden te voldoen.<br />

2.4 Brugopeningen<br />

Bij een planning moet voor wat betreft een brugopening rekening worden gehouden met de bestaande<br />

openingstijden. Voor niet structureel gebruikte openingen, zie Opvolgings- en overkruistijden na niet<br />

structurele capaciteitsclaims. Mocht een vervoerder (water of spoor) behoefte hebben aan een nieuw<br />

brugopeningregime, dan moet dat in het daarvoor gebruikelijke overleg (met onder andere de<br />

waterwegbeheerder) worden voorgelegd.<br />

2.5 Enkelspoor<br />

Op enkelsporige lijnen is het niet doelmatig om speling in elk proces apart te plannen. In plaats van de<br />

standaard streefnorm (5% rijtijdtoeslag en 1 minuut overkruistijd) geldt op enkelspoor een<br />

afzonderlijke methode voor reizigersvervoerders met eenmansbediening. Omdat het uitvoeren van de<br />

vertrekprocedure door de machinist tot minder spreiding in de uitvoering leidt, kan met minder speling<br />

worden volstaan.<br />

In een dienstregeling op enkelspoor zijn circuits te onderscheiden: reeksen afhankelijke processen<br />

waarvan treinen in beide richtingen deel uitmaken. Zo’n circuit vormt in een tijdwegdiagram een ruit of<br />

een driehoek en herhaalt zichzelf één of enkele malen per uur. Voldoende speling in een circuit zorgt<br />

voor een uitvoerbare dienstregeling in de praktijk. Een circuit ligt doorgaans tussen twee<br />

opeenvolgende kruisings- of eindstations. Door het cyclisch karakter eindigt het circuit bij het proces<br />

waarmee het begint. De totale technisch minimale tijd is de optelsom van:<br />

• rijtijd (kaal) van eind/kruisingsstation tot volgende eind/kruisingsstation;<br />

• minimale stationnementstijd op tussengelegen stations (niet op kruisingsstations);<br />

• kruistijd (lokale technische tijd is te meten of te berekenen; als deze onbekend is, dan kan als<br />

vuistregel worden gebruikt: 0,5 minuten);<br />

• rijtijd (kaal) in de tegenrichting tot oorspronkelijke eindpunt/kruisingsstation;<br />

• minimale stationnementstijd op tussengelegen stations (niet op kruisingsstations);<br />

• kruistijd of keertijd (als de keertijd onbekend is, dan kan als vuistregel worden gebruikt: 4<br />

minuten).<br />

De intervaltijd (meestal 15, 30 of 60 minuten) minus de totale technisch minimale tijd is de speling in<br />

het circuit. De streefnorm is 2 minuten speling in circuits tot en met 30 minuten, of 5% van de<br />

technisch minimale rijtijd in grotere circuits.<br />

Relatie met andere normen<br />

Voor de planning van een individuele trein geldt op enkelspoor nog steeds dat de rijtijd 5% speling<br />

moet bevatten. De vuistregel van 1 minuut overkruistijd vervalt, want de robuustheid wordt afgedekt<br />

door de speling per circuit. Niet-structurele capaciteitsclaims maken (per definitie) geen deel uit van<br />

een circuit.<br />

bijlage 23 Ontwerpnormen dienstregeling<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 179


(lege bladzijde)<br />

bijlage 23 Ontwerpnormen dienstregeling<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 180


ijlage 24 Herleidingstabel diensten (§ 5.1)<br />

In hoofdstuk 5 worden de diensten beschreven die <strong>ProRail</strong> aanbiedt aan spoorwegondernemingen en<br />

andere gerechtigden tot het gebruik van de spoorweginfrastructuur. Deze diensten zijn ingedeeld in<br />

dienstengroepen. In onderstaande tabel is, uitgaande van de indeling volgens bijlage II bij richtlijn<br />

2001/14/EG en nummering volgens de standaard-inhoudsopgave voor de <strong>Netverklaring</strong> volgens<br />

RailNetEurope (RNE), aangegeven waar de dienst in hoofdstuk 5 vermeld staat.<br />

Nummering (volgens RNE) en benaming van<br />

diensten (volgens bijlage II bij richtlijn 2001/14/EG)<br />

Nummering en benaming van diensten in de<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> van <strong>ProRail</strong><br />

5.2 Minimumtoegangspakket<br />

(EU-categorie 1)<br />

5.2.1<br />

5.6.1<br />

5.6.2<br />

5.6.3<br />

5.6.4<br />

5.6.5<br />

5.6.6<br />

5.6.10<br />

5.6.12<br />

5.6.13<br />

5.6.14<br />

5.6.15<br />

5.6.16<br />

Treinpad<br />

Infra-Atlas, type 1 & 2<br />

DONNA<br />

EMMA<br />

RADAR<br />

ISVL<br />

PCS<br />

Wegwijzers<br />

GSM-R Voice (primair)<br />

Tijdelijke Snelheidsbeperkingen<br />

Vergunningen Beheersysteem<br />

Rapport realisatie treindienst (standaard)<br />

Monitoring (standaard)<br />

5.3 Toegang tot voorzieningen (EU-categorie 2)<br />

5.3.1 Gebruik bovenleiding 5.2.2 Bovenleiding<br />

5.3.2 Gebruik tankinstallaties 5.5.3.1 Gebruik tankinstallaties<br />

5.3.3 Gebruik stations 5.3.1 Transferruimte<br />

5.3.4 Gebruik goederenoverslagfaciliteiten 5.5.2 Laad- en losplaatsen<br />

5.3.5 Goederenrangeerstations 5.5.1 opgenomen in: Opstel- en rangeersporen<br />

5.3.6 Vormingsstations 5.5.1 opgenomen in: Opstel- en rangeersporen<br />

5.3.7 Opstelsporen 5.5.1 opgenomen in: Opstel- en rangeersporen<br />

5.3.8 Materieelonderhouds- en verzorgingssporen 5.5.1 opgenomen in: Opstel- en rangeersporen<br />

5.4 Aanvullende diensten (EU-categorie 3)<br />

5.4.1 Tractie-energie -- dienst wordt door <strong>ProRail</strong> niet geleverd<br />

5.4.2 Brandstoflevering -- dienst wordt door <strong>ProRail</strong> niet geleverd<br />

5.4.3 Materieelverzorgingsdiensten -- dienst wordt door <strong>ProRail</strong> niet geleverd<br />

5.4.4 Rangeerdiensten -- dienst wordt door <strong>ProRail</strong> niet geleverd<br />

5.4.5 Buitengewoon vervoer 5.2.3 Buitengewoon Vervoer<br />

5.4.6 Andere aanvullende diensten 5.6.2 DONNA (facilitair plannen)<br />

5.5 Ondersteunende diensten (EU-categorie 4)<br />

5.5.1 Gebruik van telecomvoorzieningen -- dienst wordt door <strong>ProRail</strong> niet geleverd<br />

5.5.2 Levering van aanvullende informatie 5.6.1<br />

5.6.7<br />

5.6.8<br />

5.6.9<br />

5.6.11<br />

5.6.12<br />

5.6.15<br />

5.6.16<br />

5.6.17<br />

5.6.18<br />

Infra-Atlas, type 3<br />

VIEW<br />

VKL-IS<br />

TIS<br />

Baanvideo’s<br />

GSM-R Voice (additioneel)<br />

Rapport realisatie treindienst (maatwerk)<br />

Monitoring (maatwerk)<br />

TOON<br />

Quo Vadis<br />

5.5.3 Technische controles van materieel -- dienst wordt door <strong>ProRail</strong> niet geleverd<br />

5.5.4 Andere ondersteunende diensten -- --<br />

bijlage 24 Herleidingstabel diensten<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 181


ijlage 25 Stations (§ 5.3.1)<br />

Onderstaande tabel vermeldt de bij aanvang van het dienstregelingjaar <strong>2013</strong> aangeboden stations in<br />

alfabetische volgorde, met ten behoeve van de bepaling van de gebruiksvergoeding de indeling in één<br />

van de stationsklassen ‘kathedraal’, ‘mega’, ‘plus’, ‘basis’ of ‘halte’. Eventuele niet in onderstaande lijst<br />

vermelde nieuw te openen stations worden standaard ingedeeld in de klasse ‘basis’.<br />

Naam van het station<br />

Stationsklasse<br />

Naam van het station<br />

Stationsklasse<br />

Aalten<br />

Abcoude<br />

Achter de Hoven<br />

Akkrum<br />

Alkmaar<br />

Alkmaar Noord<br />

Almelo<br />

Almelo de Riet<br />

Almere Buiten<br />

Almere Centrum<br />

Almere Muziekwijk<br />

Almere Oostvaarders<br />

Almere Parkwijk<br />

Almere Poort<br />

Almere Strand<br />

Alphen a/d Rijn<br />

Amersfoort<br />

Amersfoort Schothorst<br />

Amersfoort Vathorst<br />

Amsterdam Amstel<br />

Amsterdam Arena<br />

Amsterdam Bijlmer ArenA<br />

Amsterdam Centraal<br />

Amsterdam Holendrecht<br />

Amsterdam Lelylaan<br />

Amsterdam Muiderpoort<br />

Amsterdam RAI<br />

Amsterdam Science Park<br />

Amsterdam Sloterdijk<br />

Amsterdam Zuid<br />

Anna Paulowna<br />

Apeldoorn<br />

Apeldoorn De Maten<br />

Apeldoorn Osseveld<br />

Appingedam<br />

Arkel<br />

Arnemuiden<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

mega<br />

basis<br />

plus<br />

basis<br />

plus<br />

mega<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

mega<br />

basis<br />

basis<br />

plus<br />

halte<br />

plus<br />

kathedraal<br />

basis<br />

plus<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

mega<br />

mega<br />

basis<br />

plus<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

Arnhem<br />

Arnhem Presikhaaf<br />

Arnhem Velperpoort<br />

Arnhem Zuid<br />

Assen<br />

Baarn<br />

Baflo<br />

Barendrecht<br />

Barneveld Centrum<br />

Barneveld Noord<br />

Barneveld Zuid<br />

Bedum<br />

Beek-Elsloo<br />

Beesd<br />

Beilen<br />

Bergen op Zoom<br />

Best<br />

Beverwijk<br />

Bilthoven<br />

Bleiswijk-Zoetermeer<br />

Blerick<br />

Bloemendaal<br />

Bodegraven<br />

Borne<br />

Boskoop<br />

Boskoop Snijdelwijk<br />

Boven-Hardinxveld<br />

Bovenkarspel Flora<br />

Bovenkarspel-Grootebroek<br />

Boxmeer<br />

Boxtel<br />

Breda<br />

Breda Prinsenbeek<br />

Breukelen<br />

Brummen<br />

Buitenpost<br />

Bunde<br />

mega<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

mega<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

bijlage 25 Stations<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 183


Naam van het station<br />

Stationsklasse<br />

Naam van het station<br />

Stationsklasse<br />

Bunnik<br />

Bussum Zuid<br />

Capelle Schollevaar<br />

Castricum<br />

Chevremont<br />

Coevorden<br />

Cuijk<br />

Culemborg<br />

Daarlerveen<br />

Dalen<br />

Dalfsen<br />

De Vink<br />

Deinum<br />

Delden<br />

Delft<br />

Delft Zuid<br />

Delfzijl<br />

Delfzijl West<br />

Den Dolder<br />

Den Haag Centraal<br />

Den Haag HS<br />

Den Haag Laan van NOI<br />

Den Haag Mariahoeve<br />

Den Haag Moerwijk<br />

Den Haag Ypenburg<br />

Den Helder<br />

Den Helder Zuid<br />

Deurne<br />

Deventer<br />

Deventer Colmschate<br />

Didam<br />

Diemen<br />

Diemen Zuid<br />

Dieren<br />

Doetinchem<br />

Doetinchem de Huet<br />

Dordrecht<br />

Dordrecht Stadspolders<br />

Dordrecht Zuid<br />

Driebergen-Zeist<br />

Driehuis<br />

Dronrijp<br />

Dronten<br />

Duiven<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

mega<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

kathedraal<br />

mega<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

plus<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

plus<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

Duivendrecht<br />

Echt<br />

Ede Centrum<br />

Ede-Wageningen<br />

Eindhoven Beukenlaan<br />

Eindhoven<br />

Eindhoven Stadion<br />

Elst<br />

Emmen<br />

Emmen Zuid<br />

Enkhuizen<br />

Enschede<br />

Enschede De Eschmarke<br />

Enschede Drienerlo<br />

Ermelo<br />

Etten-Leur<br />

Eygelshoven<br />

Eygelshoven Markt<br />

Franeker<br />

Gaanderen<br />

Geerdijk<br />

Geldermalsen<br />

Geldrop<br />

Geleen Oost<br />

Geleen-Lutterade<br />

Gilze-Rijen<br />

Glanerbrug<br />

Goes<br />

Goor<br />

Gorinchem<br />

Gorinchem Noord<br />

Gouda<br />

Gouda Goudse Poort<br />

Gouda Goverwelle<br />

Gramsbergen<br />

Grijpskerk<br />

Groningen<br />

Groningen Europapark<br />

Groningen Noord<br />

Grou-Jirnsum<br />

Haarlem<br />

Haarlem Spaarnwoude<br />

Halfweg-Zwanenburg<br />

Harde 't<br />

plus<br />

halte<br />

halte<br />

plus<br />

basis<br />

mega<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

plus<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

plus<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

mega<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

mega<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

bijlage 25 Stations<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 184


Naam van het station<br />

Stationsklasse<br />

Naam van het station<br />

Stationsklasse<br />

Hardenberg<br />

Harderwijk<br />

Hardinxveld Blauwe Zoom<br />

Hardinxveld-Giessendam<br />

Haren<br />

Harlingen<br />

Harlingen Haven<br />

Heemskerk<br />

Heemstede-Aerdenhout<br />

Heerenveen<br />

Heerenveen IJsstadion<br />

Heerhugowaard<br />

Heerlen<br />

Heerlen de Kissel<br />

Heerlen Woonboulevard<br />

Heeze<br />

Heiloo<br />

Heino<br />

Helmond<br />

Helmond Brandevoort<br />

Helmond Brouwhuis<br />

Helmond 't Hout<br />

Hemmen-Dodewaard<br />

Hengelo<br />

Hengelo Gezondheidspark<br />

Hengelo Oost<br />

Hertogenbosch 's<br />

Hertogenbosch 's Oost<br />

Hillegom<br />

Hilversum<br />

Hilversum Noord<br />

Hilversum Sportpark<br />

Hindeloopen<br />

Hoek van Holland Haven<br />

Hoek van Holland Strand<br />

Hoensbroek<br />

Hoevelaken<br />

Hollandsche Rading<br />

Holten<br />

Hoofddorp<br />

Hoogeveen<br />

Hoogezand-Sappemeer<br />

Hoogkarspel<br />

Hoorn<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

plus<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

plus<br />

basis<br />

halte<br />

mega<br />

basis<br />

basis<br />

mega<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

plus<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

plus<br />

Hoorn Kersenboogerd<br />

Horst-Sevenum<br />

Houten<br />

Houten Castellum<br />

Houthem - St.Gerlach<br />

Hurdegaryp<br />

IJlst<br />

Kampen<br />

Kampen Oost<br />

Kampen Zuid<br />

Kapelle-Biezelinge<br />

Kerkrade Centrum<br />

Kesteren<br />

Klarenbeek<br />

Klimmen-Ransdaal<br />

Koog Bloemwijk<br />

Koog-Zaandijk<br />

Koudum-Molkwerum<br />

Krabbendijke<br />

Krommenie-Assendelft<br />

Kropswolde<br />

Kruiningen-Yerseke<br />

Lage Zwaluwe<br />

Landgraaf (Schaesberg)<br />

Leerdam<br />

Leerdam Broekgraaf<br />

Leeuwarden<br />

Leeuwarden Camminghaburen<br />

Leiden Centraal<br />

Leiden Lammenschans<br />

Lelystad Centrum<br />

Lichtenvoorde-Groenlo<br />

Lochem<br />

Loppersum<br />

Lunteren<br />

Maarheeze<br />

Maarn<br />

Maarssen<br />

Maassluis<br />

Maassluis West<br />

Maastricht<br />

Maastricht Noord<br />

Maastricht Randwyck<br />

Mantgum<br />

basis<br />

basis<br />

plus<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

plus<br />

halte<br />

mega<br />

halte<br />

plus<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

plus<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

bijlage 25 Stations<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 185


Naam van het station<br />

Stationsklasse<br />

Naam van het station<br />

Stationsklasse<br />

Marienberg<br />

Martenshoek<br />

Meerssen<br />

Meppel<br />

Middelburg<br />

Mook Molenhoek<br />

Naarden-Bussum<br />

Nieuw Amsterdam<br />

Nieuw Vennep<br />

Nieuwerkerk a/d IJssel<br />

Nieuweschans<br />

Nijkerk<br />

Nijmegen<br />

Nijmegen Dukenburg<br />

Nijmegen Heijendaal<br />

Nijmegen Lent<br />

Nijverdal<br />

Nijverdal West<br />

Nunspeet<br />

Nuth<br />

Obdam<br />

Oisterwijk<br />

Oldenzaal<br />

Olst<br />

Ommen<br />

Onze Lieve Vrouwe ter Nood<br />

Oosterbeek<br />

Opheusden<br />

Oss<br />

Oss West<br />

Oudenbosch<br />

Overveen<br />

Purmerend<br />

Purmerend Overwhere<br />

Purmerend Weidevenne<br />

Putten<br />

Raalte<br />

Ravenstein<br />

Reuver<br />

Rheden<br />

Rhenen<br />

Rijssen<br />

Rijswijk<br />

Rilland-Bath<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

plus<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

mega<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

Roermond<br />

Roodeschool<br />

Roosendaal<br />

Rosmalen<br />

Rotterdam Alexander<br />

Rotterdam Blaak<br />

Rotterdam Centraal<br />

Rotterdam Lombardijen<br />

Rotterdam Noord<br />

Rotterdam Stadion<br />

Rotterdam Zuid<br />

Ruurlo<br />

Santpoort Noord<br />

Santpoort Zuid<br />

Sappemeer Oost<br />

Sassenheim<br />

Sauwerd<br />

Schagen<br />

Scheemda<br />

Schiedam Centrum<br />

Schiedam Kethel<br />

Schiedam Nieuwland<br />

Schin op Geul<br />

Schinnen<br />

Schiphol<br />

Sittard<br />

Sliedrecht<br />

Sliedrecht Baanhoek<br />

Sneek<br />

Sneek Noord<br />

Soest<br />

Soest Zuid<br />

Soestdijk<br />

Spaubeek<br />

Stavoren<br />

Stedum<br />

Steenwijk<br />

Susteren<br />

Swalmen<br />

Tegelen<br />

Terborg<br />

Tiel<br />

Tiel Passewaaij<br />

Tilburg<br />

plus<br />

halte<br />

plus<br />

basis<br />

plus<br />

plus<br />

kathedraal<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

plus<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

mega<br />

plus<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

mega<br />

bijlage 25 Stations<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 186


Naam van het station<br />

Stationsklasse<br />

Naam van het station<br />

Stationsklasse<br />

Tilburg Reeshof<br />

Tilburg Universiteit (West)<br />

Twello<br />

Uitgeest<br />

Uithuizen<br />

Uithuizermeeden<br />

Usquert<br />

Utrecht Centraal<br />

Utrecht Leidsche Rijn<br />

Utrecht Lu<strong>net</strong>ten<br />

Utrecht Overvecht<br />

Utrecht Terwijde<br />

Utrecht Vaartsche Rijn<br />

Utrecht Zuilen<br />

Valkenburg<br />

Varsseveld<br />

Veendam<br />

Veenendaal - de Klomp<br />

Veenendaal Centrum<br />

Veenendaal West<br />

Veenwouden<br />

Velp<br />

Venlo<br />

Venray<br />

Vierlingsbeek<br />

Vlaardingen Centrum<br />

Vlaardingen Oost<br />

Vlaardingen West<br />

Vleuten<br />

Vlissingen<br />

Vlissingen-Souburg<br />

Voerendaal<br />

Voorburg<br />

Voorhout<br />

Voorschoten<br />

Voorst - Empe<br />

Voorsterpoort<br />

Vorden<br />

Vriezenveen<br />

Vroomshoop<br />

Vught<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

kathedraal<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

Waddinxveen<br />

Waddinxveen Noord<br />

Waddinxveen Zuid<br />

Warffum<br />

Weert<br />

Weesp<br />

Wehl<br />

Westervoort<br />

Wezep<br />

Wierden<br />

Wijchen<br />

Wijhe<br />

Winschoten<br />

Winsum<br />

Winterswijk<br />

Winterswijk West<br />

Woerden<br />

Wolfheze<br />

Wolvega<br />

Workum<br />

Wormerveer<br />

Zaandam<br />

Zaandam Kogerveld<br />

Zaltbommel<br />

Zandvoort aan Zee<br />

Zetten-Andelst<br />

Zevenaar<br />

Zevenbergen<br />

Zoetermeer<br />

Zoetermeer Oost<br />

Zuidbroek<br />

Zuidhorn<br />

Zutphen<br />

Zwaagwesteinde<br />

Zwijndrecht<br />

Zwolle<br />

Zwolle Stadshagen<br />

Zwolle Werkeren<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

halte<br />

basis<br />

plus<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

plus<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

plus<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

basis<br />

halte<br />

halte<br />

plus<br />

halte<br />

basis<br />

mega<br />

halte<br />

halte<br />

bijlage 25 Stations<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 187


(lege bladzijde)<br />

bijlage 25 Stations<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 188


ijlage 26 Prestatieregelingen (§ 6.4)<br />

<strong>ProRail</strong> biedt de volgende prestatieregeling aan:<br />

1. toename stille kilometers.<br />

1 Toename stille kilometers<br />

<strong>ProRail</strong> komt met de spoorwegonderneming overeen dat de spoorwegonderneming deelneemt aan de<br />

prestatieregeling voor meer stille wagen/bakkilometers. Deze regeling houdt in dat de<br />

spoorwegonderneming een bonus krijgt voor het verminderen van de geluidemissie door spoorverkeer<br />

door te rijden met stilgemaakt materieel.<br />

De bonus bedraagt € 0,04 per bakkilometer/per wagenkilometer gereden met materieel dat is<br />

stilgemaakt, met een maximum van 120.000 kilometer totaal per bak/wagen gedurende de looptijd van<br />

de regeling. Onder stilgemaakt materieel wordt verstaan: materieel dat reeds voor 1-1-2008 in dienst<br />

gesteld is en dat na 1-1-2008 blijvend is omgebouwd naar een stil remsysteem. Onder stil<br />

remsysteem wordt verstaan een remsysteem dat gebruik maakt van K-blokken, LL-blokken, of<br />

minstens gelijkwaardig. Deelnemende bakken/wagens moeten vooraf op materieelnummer worden<br />

aangemeld bij <strong>ProRail</strong>. Bonussen worden gedurende maximaal 2 aaneengesloten jaren aan een<br />

specifieke bak/wagen toegekend.<br />

De bonus wordt verrekend met de gebruiksvergoedingsfactuur. De spoorwegonderneming verstrekt<br />

de informatie die nodig is om de bonus te kunnen bepalen, te weten: per vooraf aangemelde<br />

bak/wagen een opgave van het aantal in Nederland gereden kilometers, met een specificatie naar rit<br />

met datum, treinnummer en aantal kilometers in Nederland of een andere, met <strong>ProRail</strong><br />

overeengekomen gelijkwaardige specificatie. <strong>ProRail</strong> zal steekproefsgewijs controle op ombouw en<br />

opgegeven kilometers uitvoeren.<br />

bijlage 26 Prestatieregelingen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 189


(lege bladzijde)<br />

bijlage 26 Prestatieregelingen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 190


ijlage 27<br />

Compensatieregeling voor treindienstaanpassingen in verband<br />

met buitendienststellingen (§ 4.4.1.3.2)<br />

1 Regeling ten behoeve van treinen voor reizigersvervoer<br />

Ten behoeve van de toepassing van de compensatieregeling voor reizigerstreinen die vervallen in<br />

verband met in de jaardienstregeling aangevraagde capaciteit voor de uitvoering van<br />

functiehandhaving, zoals omschreven in paragraaf 4.4.1.3.2 van de <strong>Netverklaring</strong> worden de<br />

baanvakken ingedeeld in twee categorieën, en wel als volgt:<br />

In categorie 1 worden ingedeeld de navolgende baanvakken:<br />

• Den Helder – Alkmaar – Amsterdam Centraal – Eindhoven – Maastricht / Heerlen<br />

• Woerden – Leiden – Haarlem – Amsterdam Centraal<br />

• Rotterdam Centraal / Den Haag Centraal – Utrecht – Zwolle – Groningen / Leeuwarden<br />

• Amsterdam Centraal – Amersfoort – Deventer – Enschede / Oldenzaal grens<br />

• Amsterdam Centraal – Schiphol – Den Haag HS – Rotterdam Centraal – Roosendaal – Vlissingen<br />

/ Roosendaal grens<br />

• Schiphol – Duivendrecht – Lelystad – Zwolle<br />

• Hilversum – Utrecht Centraal – Arnhem – Zevenaar grens / Nijmegen<br />

• Zwolle – Arnhem – ‘s-Hertogenbosch<br />

• Roosendaal / Lage Zwaluwe – Breda – Tilburg – Boxtel / ’s-Hertogenbosch<br />

• Eindhoven – Venlo<br />

In categorie 2 worden ingedeeld de overige, niet in categorie 1 ingedeelde baanvakken.<br />

2 Regeling ten behoeve van treinen voor goederenvervoer<br />

In aanvulling op de compensatieregeling voor goederentreinen zoals omschreven in paragraaf<br />

4.4.1.3.2, gelden de volgende definities en tarieven.<br />

Bepaling van het aantal te compenseren treinen (definitie “geraakte treinen”)<br />

De compensatie wordt berekend over het gemiddelde aantal treinen dat in dezelfde periode als de<br />

buitendienststelling (qua duur, dagsoort en tijdstip) één en twee weken voorafgaand en één en twee<br />

weken na de buitendienststelling werkelijk heeft gereden op het buitendienst te stellen baanvak.<br />

Daarbij wordt uitgegaan van als “goederentrein” geregistreerde treinen in NVGB (Nieuwe Vervoers<br />

Gegevens Bank).<br />

In geval van een niet-versperrende buitendienststelling wordt hiervan het aantal goederentreinen dat<br />

wél heeft gereden tijdens de buitendienststelling afgetrokken.<br />

Tarief<br />

Het compensatietarief voor goederentreinen is afhankelijk van het baanvak waarop de<br />

buitendienststelling plaatsvindt en wordt uitgedrukt in een bedrag per geraakte trein (zie definitie<br />

hierboven).<br />

De tarieven voor meest gebruikte goederenroutes zijn opgenomen in onderstaande tabel. In geval van<br />

buitendienststellingen die meerdere baanvakken raken, waardoor niet de gebruikelijke<br />

omleidingsroutes kunnen worden gehanteerd, wordt op maat een specifiek compensatietarief bepaald.<br />

Baanvak<br />

Compensatietarief<br />

Amersfoort – Deventer € 500<br />

Amersfoort – Zwolle € 300<br />

Amersfoort – Duivendrecht Aansluiting € 700<br />

Amersfoort – Utrecht € 500<br />

Almelo – Mariënberg € 100<br />

Alphen a/d Rijn – Gouda € 300<br />

bijlage 27 Compensatieregeling voor treindienstaanpassingen in verband met buitendienststellingen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 191


Baanvak<br />

Compensatietarief<br />

Amsterdam Centraal – Breukelen € 500<br />

Breda – Roosendaal € 500<br />

Breda – Tilburg € 500<br />

Breukelen – Utrecht € 100<br />

Boxtel – Eindhoven € 700<br />

Boxtel – Vught Aansluiting € 300<br />

Beverwijk – Haarlem € 700<br />

Eindhoven – Roermond € 300<br />

Eindhoven – Venlo grens € 700<br />

Gouda – Harmelen Aansluiting € 300<br />

Herfte Aansluiting – Mariënberg € 900<br />

Haarlem – Amsterdam Sloterdijk € 700<br />

Harmelen Aansluiting – Breukelen € 700<br />

Harmelen Aansluiting – Utrecht € 100<br />

’s-Hertogenbosch – Lu<strong>net</strong>ten € 500<br />

Kijfhoek – Lage Zwaluwe € 500<br />

Leeuwarden – Groningen € 1.100<br />

Leeuwarden – Meppel € 500<br />

Meppel – Onnen € 500<br />

Roermond – Sittard € 1.100<br />

Gouda – Rotterdam Zuid € 300<br />

Deventer – Oldenzaal grens € 700<br />

Sittard – Eijsden grens € 500<br />

Tilburg – Boxtel € 500<br />

Tilburg – Vught Aansluiting € 300<br />

Utrecht – Zevenaar Oost € 100<br />

Lage Zwaluwe – Breda € 300<br />

Lage Zwaluwe – Roosendaal € 1.100<br />

bijlage 27 Compensatieregeling voor treindienstaanpassingen in verband met buitendienststellingen<br />

<strong>Netverklaring</strong> <strong>2013</strong> <strong>Gemengde</strong> <strong>net</strong> - versie 1.0 d.d. 9 december 2011 blad 192

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!