Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
106 EEN WOLF IN DE KLEM.<br />
Doch Feiko liet zich door deze woorden niet uit het<br />
veld slam.<br />
„'t Is waar, Heer Rechter, wat Jarich zegt. Hij kan<br />
niet op twee plaatsen gelijk geweest zijn, en daar hij op<br />
Waringha-state zijn snood bedrijf volvoerde, kan hij onmogelijk<br />
op dat tijdstip op het slagveld zijn geweest.<br />
Laat hij slechts de mannen opnoemen, naast en met wie<br />
hij ten strijde is getrokken, opdat zij voor hem getuigen<br />
kunnen."<br />
Jarich voldeed dadelijk aan dien eisch ; wel tien namen<br />
vloeiden hem van de lippen, loch niemand van hen<br />
beyond zich in den ommestand. Pat had de slimme Jarich<br />
wel gezien.<br />
Het was den Rechter dus onmogelijk, op dezen dag<br />
het onderzoek verder voort te zetten. Hij beval daarom,<br />
dat Jarich onder den toren zou worden opgesloten, en<br />
dat de door Jarich genoemde getuigen tegen den volgenden<br />
dag zouden worden opgeroepen. Inmiddels zou<br />
ook Jarichs hut worden onderzocht. Het rechtsgeding<br />
werd verdaagd tot den volgenden dag.<br />
In groote opgewondenheid verliet men de rechtzaal,<br />
en begeleid door eene tierende menigte, die slechts met<br />
moeite te bewegen was, om hem niet dadelijk aan den<br />
eersten boom den besten op to hangen, werd Jarich naar<br />
den toren gevoerd. En Coen een oogenblik later Heer<br />
Juw zich met schuwe blikken naar zijne schoone state<br />
begaf, was er niemand, die eerbiedig uitweek, zooals dat<br />
tegenover een Edelman betaamde, en geen hoofd werd<br />
er ontbloot, geen groet gehoord. Maar menige vuist werd<br />
tegen hem opgeheven.