Gezond vertrouwen - Het Liberaal Ziekenfonds Provincie Antwerpen

In de kijker
10
KBWB
Interview met
Laurent De Backer
Fietsen geniet een bijzondere populariteit in België. Niet alleen als een gezonde
vorm van beweging in onze vrije tijd, maar natuurlijk ook als professionele
sport met wielerwedstrijden zoals de Ronde van Vlaanderen en
Luik-Bastenaken-Luik. De Liberale Mutualiteit zocht de Koninklijke Belgische
Wielrijdersbond (KBWB) op en sprak met zijn voorzitter, Laurent De Backer.
De KBWB is een overkoepelende organisatie
voor wielersport in België.
Kunt u even kort uitleggen wat de
KBWB juist doet?
In 2002 hebben we de beslissing genomen
om de KBWB op te delen in 3
vzw’s, nl. de Wielerbond Vlaanderen, la
Fédération Cycliste Walonnie Bruxelles
en dan, overkoepelend, de KBWB. Wij coordineren
de twee vleugels en al de nationale
en internationale materie is onze
bevoegdheid nog: wedstrijden zoals de
Ronde van Vlaanderen en Luik-Bastenaken-Luik,
profploegen en –wedstrijden,
nationale en internationale kampioenschappen,
... Al de rest is regionale materie.
Dat is ook logisch, want de jeugd
opvoeden en opleiden gaat beter regionaal
dan nationaal.
De KBWB is ambassadeur van de
wielersport en van fi etsen in het algemeen
in België. Wat zijn volgens
u de grootste troeven van fi etsen als
sport?
Fietsen als recreatie is natuurlijk zeer
goed voor de gezondheid. Daarnaast
hebben we in België altijd zeer goede
renners gehad, over wie gesproken werd
over de hele wereld. Denk maar aan
Eddy Merckx, het boegbeeld, maar ook
anderen: Museeuw, Maes en noem maar
op. Belgïe is in veel landen bekend geworden
door de wielersport. Vaak blijft
de naam van een wielrenner in de gedachten
en het aanknopingspunt met
België is natuurlijk zeer gemakkelijk.
Het is verbazingwekkend hoeveel mensen
de wielersport volgen en altijd terug
naar België komen omdat wij de beste
renners hebben, of liever: hadden en
hebben.
De wielersport is altijd al enorm populair
geweest in België. Denkt u dat
de populariteit van het wielrennen en
van de Belgische wielrenners een invloed
heeft op het recreatief fi etsen
in België?
Zeker en vast. Hoeveel mensen willen
niet in het weekend in een wielertruitje
van Quickstep rijden om Museeuw of
Boonen te zijn. Vroeger was het dan een
truitje van Faema om Merckx te zijn. Het
zit een beetje in de genen in België: de
mensen fi etsen graag en het is gezond.
In de wielersport kan men de atleten ook
dicht benaderen. De renners zijn altijd
beschikbaar om een klopje op de schouder
te geven. Andere sporten daarentegen
zitten vaak op een afgesloten veld.
Wielersport is volkser en toegankelijker,
wat de mensen ook naar die sport stuurt.
Dit is ook het geval omdat iedereen kan
fi etsen. Van jongsaf aan tot 80 jaar kan
men fi etsen, ieder op zijn eigen tempo.
Denkt u dat er vandaag meer mensen
in de voetsporen treden van hun helden?
Ja zeker, trachten te treden, eerder. Velen
zijn geroepen, maar weinigen zijn uitverkoren.
Het recreatief wielrennen groeit
iedere dag, bij manier van spreken. Spijtig
dat de overheid hier niet op ingaat
voor wat de veiligheid van de fi etspaden
betreft. De fi etspaden zijn soms zeer
gevaarlijk, met als gevolg dat we op de
openbare weg moeten rijden in groep
en dan worden de autobestuurders soms
kwaad, met alle gevolgen van dien. In
Nederland bijv. zijn de fi etspaden 3 meter
breed en afgebakend van de hoofdweg,
dat is ideaal. Maar hier is er nog
veel werk op dat gebied.
Van jongsaf aan beginnen met sporten
is belangrijk om later een echte
sportmentaliteit te ontwikkelen.
Denkt u dat er in België voldoende
wordt ondernomen om de jeugd aan
te zetten tot fi etsen?
Er wordt meer gedaan dan vroeger, maar
het is nog niet genoeg. Dat ligt aan het
feit dat wielrennen geen schoolsport is.
Een leraar die met 20 kinderen uit zijn
klas met de fi ets op de baan gaat, dat
is immers veel te gevaarlijk. Voetbal,
volleybal, basketbal en atletiek kunnen
gemakkelijk op school beoefend worden,
want dat zijn sporten binnen een beperkte
ruimte. Een kind van 7 tot 9 jaar moet
spelenderwijs van alle sporten proeven
en op 13-14 jaar misschien kiezen wat hij
echt wil doen. Er moet een diversiteit zijn
van sporten, want wie begint met koersen
op een leeftijd van 7-8 jaar, die is het
snel beu. Het voordeel is ook dat iemand
die aan sport doet, soberder leeft. Hij
rookt meestal niet, drinkt niet veel, gaat
minder uit, enz. Voor de jeugd zijn alle
sporten dus een goede zaak, onder andere
ook wielrennen.
De wielersport is al sinds lang populair
in België, maar de laatste jaren zien
we dat het peloton steeds meer een internationaal
gezelschap wordt. Denkt u
dat dit een goede zaak is voor België?
Als we het echt voor België bekijken,
is het geen goede zaak, omdat we dan
meer concurrentie krijgen. Maar voor de
wielersport is het een goeie zaak. Kijk
maar naar het veldrijden, waar we heer
en meester zijn, maar waar ook maar
twee of drie landen deelnemen: dat is
niet goed. Wel goed is dat er in een wedstrijd
zoals de Ronde van Vlaanderen 8
nationaliteiten zijn in de top 10. Als er
dan nog 3 Belgen meedoen, dan kunnen
we zeggen: we spelen nog mee. Het is zo
dat de wielersport globaliseert en mondialiseert
en dat is een goede zaak: daar
moeten we aan meehelpen. Maar we
mogen niet vergeten om toch de beste
te blijven.