“maar wat deden de vrouwen dan? wat vonden de vrouwen ... - Vvlg
“maar wat deden de vrouwen dan? wat vonden de vrouwen ... - Vvlg
“maar wat deden de vrouwen dan? wat vonden de vrouwen ... - Vvlg
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De concrete eindtermen in <strong>de</strong> 1 ste graad stellen probleemstellingen<br />
voor die <strong>de</strong> keuzemogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>dan</strong><br />
weer beperken. De problemen die het dichtst aanleunen<br />
bij <strong>vrouwen</strong>geschie<strong>de</strong>nis zijn: “Het probleem van<br />
<strong>de</strong> verhouding tussen politiek mondigen en onmondigen<br />
en van <strong>de</strong> verhouding tussen vrijen en onvrijen.” en<br />
“Het probleem van <strong>de</strong> relaties tussen en binnen sociale<br />
groepen bij het streven naar maatschappelijke veran<strong>de</strong>ring.”.<br />
Een belangrijke historische vaardigheid lijkt ons<br />
dat “leerlingen aan <strong>de</strong> hand van een gelei<strong>de</strong> opdracht<br />
het on<strong>de</strong>rscheid tussen feit en mening kunnen toepassen<br />
op informatie.”<br />
De invulling van <strong>de</strong> eindtermen van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> graad<br />
gebeurt analoog met die van <strong>de</strong> eerste. De concrete<br />
eindtermen met betrekking tot <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n zijn<br />
veel uitgebrei<strong>de</strong>r. Een directe link met <strong>vrouwen</strong>geschie<strong>de</strong>nis<br />
vormt <strong>de</strong> doelstelling waarbij leerlingen<br />
“waar<strong>de</strong>ring opbrengen voor <strong>de</strong> manier waarop individuen<br />
en emancipatiebewegingen strijd voer(d)en tegen<br />
machtsstructuren en gevestig<strong>de</strong> or<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> realisatie<br />
van <strong>de</strong> rechten van <strong>de</strong> mens.”<br />
De eindtermen van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> graad zijn, in een analoge<br />
structuur, specifiek toegespitst op <strong>de</strong> vakinhou<strong>de</strong>n<br />
over <strong>de</strong> 19 <strong>de</strong> en 20 e eeuw. Net zoals in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />
graad vin<strong>de</strong>n we een doelstelling terug die werkt aan<br />
<strong>de</strong> attitu<strong>de</strong> van <strong>de</strong> leerlingen en die toepasselijk kan<br />
zijn voor <strong>vrouwen</strong>geschie<strong>de</strong>nis: “leerlingen aanvaar<strong>de</strong>n<br />
dat historische evoluties een verschei<strong>de</strong>nheid<br />
aan sociale i<strong>de</strong>ntiteiten genereren.”<br />
De eindtermen bie<strong>de</strong>n zelf weinig concrete aanzetten<br />
voor <strong>vrouwen</strong>geschie<strong>de</strong>nis. Maar door <strong>de</strong> algemene<br />
formuleringen is er toch ruimte voor <strong>vrouwen</strong> in <strong>de</strong><br />
geschie<strong>de</strong>nis. Het is vooral aan <strong>de</strong> leerkracht om hier<br />
voldoen<strong>de</strong> creativiteit aan <strong>de</strong> dag te leggen.<br />
Onontbeerlijk bij zo’n opdracht is een handboek dat<br />
hieraan op een evenwichtige manier aandacht<br />
schenkt. Daarom is het goed om een historisch handboek<br />
van na<strong>de</strong>rbij te bestu<strong>de</strong>ren.<br />
een handboek bekeken door een<br />
gen<strong>de</strong>rbril<br />
We hebben on<strong>de</strong>rzocht hoe één van <strong>de</strong> meest gebruikte<br />
handboeken (Storia), voor een ASO-richting geduren<strong>de</strong><br />
6 jaar, <strong>vrouwen</strong>geschie<strong>de</strong>nis in beeld probeert<br />
te brengen. De geschiedschrijving kent weinig voorbeel<strong>de</strong>n<br />
van <strong>vrouwen</strong> en we vroegen ons af hoe een<br />
schoolboek zijn waren aan <strong>de</strong> man (hetzij ‘vrouw’) probeert<br />
te brengen. Als <strong>de</strong> vrouw al ter sprake komt, zijn<br />
het dikwijls <strong>de</strong> politieke tenoren die in <strong>de</strong> schijnwerpers<br />
tre<strong>de</strong>n. Jeanne met <strong>de</strong> sjaal blijft in <strong>de</strong> coulissen.<br />
We wil<strong>de</strong>n nagaan of dit handboek zich zou beperken<br />
tot een summiere biografie van vrouwelijke hoofdrol-<br />
8<br />
Hermes | Jaargang 11 | nr. 41 | maart 2007<br />
speelsters à la Cleopatra, Jeanne d’Arc en Marie-<br />
Antoinette of dat <strong>de</strong> auteurs zou<strong>de</strong>n stilstaan bij pakweg<br />
<strong>de</strong> bijdrage van <strong>de</strong> Parijse <strong>vrouwen</strong> aan <strong>de</strong> Franse<br />
revolutie of het zogenaamd gelijkheidsbeginsel van<br />
<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> revolutie en <strong>wat</strong> <strong>de</strong> sociale en economische<br />
gevolgen daarvan waren. Laten we u direct waarschuwen:<br />
ons on<strong>de</strong>rzoek was beperkt. We beschikten niet<br />
over <strong>de</strong> tijd (we hebben ook nog onze voltijdse job en<br />
een huishou<strong>de</strong>n met kin<strong>de</strong>ren te bestieren) om er nog<br />
an<strong>de</strong>re handboeken bij te betrekken. Maar misschien<br />
opent dit perspectieven voor een interessante oefening<br />
binnen <strong>de</strong> lerarenopleiding.<br />
Vooraleer we van start gaan met onze analyse verdui<strong>de</strong>lijken<br />
we - voor diegene die niet bekend zijn met het<br />
handboek Storia - <strong>de</strong> structuur. Elke les bestaat uit een<br />
lestekst, een aantal bronnen (met opdrachten) en een<br />
didactisch besluit met het te verwachten kennen en<br />
kunnen. In het begin van elke les situeert men het<br />
behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong> thema in een referentieka<strong>de</strong>r : een tijd<br />
(tijdlijn), <strong>de</strong> ruimte (kaart) en een bepaald domein<br />
(politiek, sociaal, economisch of cultureel). Men werkt<br />
chronologisch <strong>de</strong> 7 tij<strong>de</strong>n af: 1 ste jaar prehistorie en<br />
stroomculturen (tot 800 v. Chr.), 2 <strong>de</strong> jaar klassieke oudheid<br />
(800 v. Chr. tot 500), 3 <strong>de</strong> jaar mid<strong>de</strong>leeuwen (500<br />
–1450), 4 <strong>de</strong> jaar nieuwe tijd (1450-1750), 5 <strong>de</strong> jaar nieuwste<br />
tijd (1750-1945) en 6 <strong>de</strong> jaar eigen tijd (na 1945). Vanaf<br />
het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> jaar probeert men aandacht te beste<strong>de</strong>n aan<br />
een thema die verschillen<strong>de</strong> tij<strong>de</strong>n doorloopt (<strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong><br />
doorloper) en een niet-westerse cultuur.<br />
In het eerste jaar ASO besteedt Storia 1 veel aandacht<br />
aan <strong>de</strong> vaardighe<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> lessen geschie<strong>de</strong>nis. De<br />
illustratieve voorbeel<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong>ze vaardighe<strong>de</strong>n gaan<br />
zel<strong>de</strong>n over <strong>vrouwen</strong>. Eén enkele keer komen <strong>vrouwen</strong><br />
ter sprake bij het “kritisch ontle<strong>de</strong>n en vergelijken van<br />
bronnen”. De leerling wordt kond gedaan dat we nu<br />
geacht wor<strong>de</strong>n om niet meer in heksen te geloven,<br />
maar dat <strong>vrouwen</strong> die 400 jaar gele<strong>de</strong>n van hekserij<br />
verdacht wer<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> brandstapel terecht kwamen.<br />
Eigenlijk telt hier meer het thema ‘heksen’ <strong>dan</strong> het feit<br />
dat het <strong>vrouwen</strong> betreft.<br />
Het stereotiepe rondborstige venusbeeld van<br />
Willendorf en <strong>de</strong> vermelding van een moe<strong>de</strong>rgodin<br />
zijn zo<strong>wat</strong> <strong>de</strong> enige verwijzingen naar <strong>vrouwen</strong> in <strong>de</strong><br />
Prehistorie. Dit beeldje is bijzon<strong>de</strong>r populair in Storia<br />
en duikt elk jaar in het respectievelijke handboek weer<br />
op. In het hoofdstuk over <strong>de</strong> se<strong>de</strong>ntaire samenlevingen<br />
in het Nabije Oosten is er in <strong>de</strong> tekst geen sprake<br />
van <strong>vrouwen</strong> op sociaal economisch vlak. Toch zijn ze<br />
wel afgebeeld op een illustratie. Een expliciete en interessante<br />
verwijzing is terug te vin<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> Kelten, die<br />
geen “<strong>vrouwen</strong>discriminatie” ken<strong>de</strong>n en zelfs een<br />
vrouw tot stamhoofd kozen. Dit wordt niet ver<strong>de</strong>r uitgewerkt.