De magie als natuurwetenschap - The Alchemy Web Site
De magie als natuurwetenschap - The Alchemy Web Site De magie als natuurwetenschap - The Alchemy Web Site
langzaam op af. Als op commando neeg ze boven de doos naar beneden. Ik herhaalde dat ontelbare malen. Toen ik weer met hoofdman K. samen was, vroeg ik hem, zonder hem te zeggen dat ik met name deze proef had gedaan, of hij al gevallen had meegemaakt waarin de roede metalen had aangewezen. 'Onzin', zei hij. Er waren een paar heren bij ons. Er werd op aangedrongen de proef op de som te nemen. Men sneed een roede van de appelboom, aangezien er geen ander gewas in de buurt was. Ik nam hem op en prompt zakte ze boven mijn doos naar beneden. De hoofdman knipperde sluw met zijn ogen. 'Dat kan ik ook', meende hij. Jazeker, hij kon het, maar hij deed het heel onhandig. 'Nee hoofdman', zei ik, 'geen onzin tussen ons, u moet een ernstige poging doen.' 'Tja, serieus gaat het gewoon niet', antwoordde hij. Hij probeerde het nog eens, en het ging werkelijk niet. Toen ik daarop de roede ter hand nam, ging het ook niet. De volgende dag bezochten wij beiden alleen de plek. (...) Ikzelf sneed een roede, die van een wilg was. Ik legde mijn doos op de grond, trad ongeveer vijftien passen terug, ging van start met inachtneming van alle voorzorgsmaatregelen en mijn spieren en zenuwen van start, en de roede ging door de zwaartekracht naar de aarde toen ze boven de doos kwam. De hoofdman lachte, deed het ook, maar de roede ging niet naar beneden. Het ergerde me. Ik deed het nog een keer en de roede was nu ook weerspannig en deed het niet. Hoe vaak echter heeft ze het sindsdien gedaan! Wat is de verklaring?" Die kan zijn, dat niet alleen de objectieve invloed een variabele kan zijn, en dat bijvoorbeeld bij waterkoud en regenachtig weer - mogelijk vanwege de veranderde toestand van de atmosferische elektriciteit - de werking uitblijft, doch ook dat de subjectieve gesteldheid van de roedeloper een variabele is. Een van de oorzaken echter die deze dispositie veranderen, is van psychische aard en heet autosuggestie. Wie zich door twijfel laat aansteken, kan mislukkingen krijgen ondanks voorafgaand succes. Waarnemingen daaromtrent zijn reeds in 284
de middeleeuwen gedaan, doch werden fout geïnterpreteerd. Pater Lebrun trof aan het eind van de 17e eeuw in Grenoble en omgeving de wichelroede veelvuldig in gebruik aan. Hij loochende de resultaten niet, doch schreef ze aan satan toe, overeenkomstig de kerkelijke leer dat de magische vermogens niet in de mens zelf liggen, doch hetzij hemelse, hetzij demonische geschenken betreffen. Van dit oordeel kreeg mejuffrouw Olivet, een wichelroedeloopster, lucht, en in haar gewetensangst bezocht ze de pater. Hij ried haar aan, het gebruik te stoppen en God om de genade te bidden dat hij haar deze gave, mocht satan daaraan deel hebben, zou ontnemen. Ze bereidde zich door eenzaamheid en communie voor en sprak toen het gebed uit. In de namiddag verborg men verscheidene stukken metaal in de tuin. Zij ging er meermalen overheen, doch de roede bleef onbeweeglijk. Daarna bracht men de metalen in de nabijheid van de roede, vergeefs. Men ging naar een bron waar de roede eerder hevig aangeslagen had, doch ditmaal bleef die rustig. 710 De autosuggestie deed dus haar plicht. Lebrun had deze uitleg des te gemakkelijker kunnen vinden, nu hij zelf (p. 225) zegt, dat de roede boven metaal en water slechts dan zwenkt, wanneer men naar metaal en water zoekt, doch niet wanneer ze wel aanwezig zijn, maar men ander objecten zoekt. Toen men twee verschillende geldstukken op de aarde wierp, draaide de roede in de hand van een meisje slechts boven dat wat zij van een merkteken had voorzien, en niet boven het andere. Zeidler heeft soortgelijke ervaringen opgedaan, ook met betrekking tot suggestie van buitenaf. Toen bij een persoon de roede aansloeg en hij uitriep: "Ze moet niet aanslaan!", hield de beweging op. Met betrekking tot de autosuggestie zegt hij: "dat de gedachten en intentie van de mens er voor zorgen, dat de roede niet op allerlei dingen door elkaar 711 mag aanslaan, doch slechts op dat wat men zoekt en 710 Lebrun: Lettres qui découvrent l'illusion des philosophes sur la baguette, 229. 711 ["promiscue." vert.] 285
- Page 234 and 235: Brookes komt een betoverde jongeman
- Page 236 and 237: hij erop, en bij de derde keer ston
- Page 238 and 239: gewicht. Bij de dematerialisering v
- Page 240 and 241: eginsel is het verschijnsel identie
- Page 242 and 243: stoten. De komeetstaarten, de miner
- Page 244 and 245: Het tafeldansen, dat in de jaren vi
- Page 246 and 247: eschreven. 606 Ook aan de Joden is
- Page 248 and 249: invloed van één enkele persoon, t
- Page 250 and 251: Hij had het recht een nieuwe benami
- Page 252 and 253: tafel begon te knetteren en te krak
- Page 254 and 255: al" - zo staat het daar - "heeft uw
- Page 256 and 257: persoon dit, want hij voelde ogenbl
- Page 258 and 259: IX DE MYSTERIEUZE PROJECTIELEN Nu v
- Page 260 and 261: Een opsporingsambtenaar die thuis i
- Page 262 and 263: neerslaan, sloeg hij met groot gewe
- Page 264 and 265: gewond. 652 Toen bij het spook in T
- Page 266 and 267: stromende bergstroom. Doch steeds k
- Page 268 and 269: de projectielen heet aanvoelde. Dat
- Page 270 and 271: lijkbaar op de daarmee verbonden mo
- Page 272 and 273: lezer die de moeite neemt om de ber
- Page 274 and 275: scepticisme van de geleerden te kam
- Page 276 and 277: Zelf heb ik ooit gesproken met een
- Page 278 and 279: Deze gewaarwordingen zijn er veelvu
- Page 280 and 281: len. 697 Hier en daar is sprake van
- Page 282 and 283: magie werkende, dynamische agens bl
- Page 286 and 287: graag wil weten. (…) Bij deze en
- Page 288 and 289: vermeld, dat de proefnemingen die m
- Page 290 and 291: invloed vaak de natuurkundige domin
langzaam op af. Als op commando neeg ze boven de doos naar<br />
beneden. Ik herhaalde dat ontelbare malen. Toen ik weer met<br />
hoofdman K. samen was, vroeg ik hem, zonder hem te zeggen<br />
dat ik met name deze proef had gedaan, of hij al gevallen had<br />
meegemaakt waarin de roede metalen had aangewezen. 'Onzin',<br />
zei hij. Er waren een paar heren bij ons. Er werd op<br />
aangedrongen de proef op de som te nemen. Men sneed een<br />
roede van de appelboom, aangezien er geen ander gewas in de<br />
buurt was. Ik nam hem op en prompt zakte ze boven mijn doos<br />
naar beneden. <strong>De</strong> hoofdman knipperde sluw met zijn ogen. 'Dat<br />
kan ik ook', meende hij. Jazeker, hij kon het, maar hij deed het<br />
heel onhandig. 'Nee hoofdman', zei ik, 'geen onzin tussen ons, u<br />
moet een ernstige poging doen.' 'Tja, serieus gaat het gewoon<br />
niet', antwoordde hij. Hij probeerde het nog eens, en het ging<br />
werkelijk niet. Toen ik daarop de roede ter hand nam, ging het<br />
ook niet. <strong>De</strong> volgende dag bezochten wij beiden alleen de plek.<br />
(...) Ikzelf sneed een roede, die van een wilg was. Ik legde mijn<br />
doos op de grond, trad ongeveer vijftien passen terug, ging van<br />
start met inachtneming van alle voorzorgsmaatregelen en mijn<br />
spieren en zenuwen van start, en de roede ging door de<br />
zwaartekracht naar de aarde toen ze boven de doos kwam. <strong>De</strong><br />
hoofdman lachte, deed het ook, maar de roede ging niet naar<br />
beneden. Het ergerde me. Ik deed het nog een keer en de roede<br />
was nu ook weerspannig en deed het niet. Hoe vaak echter heeft<br />
ze het sindsdien gedaan! Wat is de verklaring?"<br />
Die kan zijn, dat niet alleen de objectieve invloed een variabele<br />
kan zijn, en dat bijvoorbeeld bij waterkoud en regenachtig weer<br />
- mogelijk vanwege de veranderde toestand van de<br />
atmosferische elektriciteit - de werking uitblijft, doch ook dat<br />
de subjectieve gesteldheid van de roedeloper een variabele is.<br />
Een van de oorzaken echter die deze dispositie veranderen, is<br />
van psychische aard en heet autosuggestie. Wie zich door<br />
twijfel laat aansteken, kan mislukkingen krijgen ondanks<br />
voorafgaand succes. Waarnemingen daaromtrent zijn reeds in<br />
284