Zeven verdedigingen en de doolhof van dwalingen der medici

Zeven verdedigingen en de doolhof van dwalingen der medici Zeven verdedigingen en de doolhof van dwalingen der medici

alchemywebsite.com
from alchemywebsite.com More from this publisher
30.09.2013 Views

zieken bewijst het, de ogen zien het, en de oren horen het. Over het begin en de herkomst bestaan dwaling en misleiding, tenzij men over het zaad theoretiseert en de humores aan de kant zet. Anders is alles vergeefs. Zijn er humores, dan zijn ze slechts vanuit ziekte ontstaan, en komt de ziekte niet van hen. Maar omdat ze predominant zijn, zouden ze de oorzaak van ziekte zijn. 266 Een voorbeeld. Stel, dat iemand last krijgt van diarree 267 en veel stoelgang heeft die bijna geel is en dergelijke. Wanneer gij het ziet, zegt ge, dat het door de cholera is veroorzaakt en dat de cholera het doet. Daarbij vergeet ge, dat er een zaad is wat ooit in dergelijke materie is opgegroeid. Het zaad is vanuit zichzelf neergeslagen in de gal en stimuleert de gal. Het is niet de gal zelf, maar de kleur ervan, en de materie van het zaad. Net zoals een wijn die naar aarde smaakt, daarom nog niet van de aarde stamt, doch van druiven, de druiven van het hout, het hout van zijn wortel, de wortel van zijn zaad. Waar is nu de cholera of de humor van de zwaarmoedige 268 ? Of iemand is een waterzuchtige 269 , en dan zegt gij, dat hij een koude lever heeft, et cetera, en dat hij neigt naar waterzucht. Zulke redeneringen schieten zwaar te kort. Zo gij echter zegt, dat het een meteorisch zaad is, dat tot een regen wordt, en dat de regen van bovenaf naar beneden valt, vanuit de tussenruimten 270 naar de onderste delen, zodat uit het zaad een water wordt, een poel, een meer, dan slaat ge de spijker op de kop. Want wanneer gij een louter heldere hemel ziet, waarin geen bewolking is, daar verheft zich in een oogwenk een klein wolkje, dat opgroeit en toeneemt, 266 “und darum, daß sie prädominieren, so sollen sie Causae Morbi sein”. Dit “so sollen sie” („moeten ze wel ...‟) lijkt in strijd te zijn met de voorgaande zin en met Paracelsus‟ stelling. Vandaar dat ik ervan ben uitgegaan dat Paracelsus bedoeld heeft, de tegenstellingen tussen beide visies weer te geven. 267 “Fluxum Ventris”. 268 “Humor melancholicus”. 269 “Hydropicus”. 270 “Mediis Interstitiis”. 126

zodat daaruit in een uur tijds een grote regen, hagel, stortregen, et cetera, gevormd wordt. Zo moeten wij ook theoretiseren over de basis der geneeskunde in de ziekte, zoals aangegeven is. Wie wil theoretiseren, moet goed de boeken der geneeskunde lezen. Niet van de ontelbaren 271 , van Galenus, Avicenna, Averroës 272 , Drusius 273 , Guidoni 274 , Roger 275 , et cetera, doch de boeken die God zelf geschreven heeft, en welke juist zijn, geheel, volmaakt en zonder fouten. Zalig is de arts die daarin wandelt en voortgaat, want hij wandelt in het licht en niet in de duisternis. Niet alleen is de geneeskunde in dergelijke boeken zo sterk vastgelegd als ik heb aangegeven, doch ook heeft de theologie haar boeken van God, die Hij zelf heeft geschreven en waarvan de theologie gebruikmaakt, net als de theologen. Er is geen fundament buiten wat er is inbegrepen in deze boeken, die uit Gods mond zijn gekomen. Ook de jurist moet op die manier uit de boeken die uit Gods mond zijn voortgekomen, zijn recht halen, en leren, en niet vanuit zichzelf. Wat niet in dat boek staat, staat in de wet der natuur. Daarom moeten zij hun boeken ook uit het licht der natuur halen. En wat de natuur, alsook het goddelijke betreft, moeten zij uit beide nemen, en niet uit henzelf. Zo blijft God in alle dingen de hoofdschrijver, de eerste, de hoogste, en de tekst van ons allen, alsook de exegese. 271 “Tantalorum”. 272 Ofwel Ibn Rushd, 1126-1198. Spaans jurist, arts, filosoof. 273 “Drusiani”. Bedoeld zal zijn Turisanus de Turisanis, ofwel Pietro Torrigiano de‟ Torrigiani, ?-1320. Arts, hoogleraar in Parijs en commentator op Galenus. Sudhoff plaats hier een voetnoot, waarin hij spreekt over “Trusianus (Pietro Torrigiano)”. Hij geeft als diens sterfdatum: “voor 1350”. Hij voegt eraan toe: “Stelde een commentaar samen op de Ars parva van Galenus.” 274 “Guidonis”. Hier zal bedoeld zijn, Guidoni Cauliaci, 1300?-1368. Chirurg. Dat blijkt ook uit de voetnoot van Sudhoff, die spreekt over “Guido von Chauliac (gestorven voor 1370), de beroemde Franse chirurg, geïnspireerd door Abulqasim.” 275 Sudhoff verwijst naar “Roger von Salerno (plm. 1170), de vader van de Italiaanse chirurgie der middeleeuwen.” 127

ziek<strong>en</strong> bewijst het, <strong>de</strong> og<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> het, <strong>en</strong> <strong>de</strong> or<strong>en</strong> hor<strong>en</strong> het. Over<br />

het begin <strong>en</strong> <strong>de</strong> herkomst bestaan dwaling <strong>en</strong> misleiding, t<strong>en</strong>zij<br />

m<strong>en</strong> over het zaad theoretiseert <strong>en</strong> <strong>de</strong> humores aan <strong>de</strong> kant zet.<br />

An<strong>de</strong>rs is alles vergeefs. Zijn er humores, dan zijn ze slechts<br />

<strong>van</strong>uit ziekte ontstaan, <strong>en</strong> komt <strong>de</strong> ziekte niet <strong>van</strong> h<strong>en</strong>. Maar<br />

omdat ze predominant zijn, zoud<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> oorzaak <strong>van</strong> ziekte<br />

zijn. 266 E<strong>en</strong> voorbeeld. Stel, dat iemand last krijgt <strong>van</strong> diarree 267<br />

<strong>en</strong> veel stoelgang heeft die bijna geel is <strong>en</strong> <strong>de</strong>rgelijke. Wanneer<br />

gij het ziet, zegt ge, dat het door <strong>de</strong> cholera is veroorzaakt <strong>en</strong><br />

dat <strong>de</strong> cholera het doet. Daarbij vergeet ge, dat er e<strong>en</strong> zaad is<br />

wat ooit in <strong>de</strong>rgelijke materie is opgegroeid. Het zaad is <strong>van</strong>uit<br />

zichzelf neergeslag<strong>en</strong> in <strong>de</strong> gal <strong>en</strong> stimuleert <strong>de</strong> gal. Het is niet<br />

<strong>de</strong> gal zelf, maar <strong>de</strong> kleur er<strong>van</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> materie <strong>van</strong> het zaad. Net<br />

zoals e<strong>en</strong> wijn die naar aar<strong>de</strong> smaakt, daarom nog niet <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

aar<strong>de</strong> stamt, doch <strong>van</strong> druiv<strong>en</strong>, <strong>de</strong> druiv<strong>en</strong> <strong>van</strong> het hout, het hout<br />

<strong>van</strong> zijn wortel, <strong>de</strong> wortel <strong>van</strong> zijn zaad. Waar is nu <strong>de</strong> cholera<br />

of <strong>de</strong> humor <strong>van</strong> <strong>de</strong> zwaarmoedige 268 ? Of iemand is e<strong>en</strong><br />

waterzuchtige 269 , <strong>en</strong> dan zegt gij, dat hij e<strong>en</strong> kou<strong>de</strong> lever heeft,<br />

et cetera, <strong>en</strong> dat hij neigt naar waterzucht. Zulke red<strong>en</strong>ering<strong>en</strong><br />

schiet<strong>en</strong> zwaar te kort. Zo gij echter zegt, dat het e<strong>en</strong> meteorisch<br />

zaad is, dat tot e<strong>en</strong> reg<strong>en</strong> wordt, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong> reg<strong>en</strong> <strong>van</strong> bov<strong>en</strong>af<br />

naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> valt, <strong>van</strong>uit <strong>de</strong> tuss<strong>en</strong>ruimt<strong>en</strong> 270 naar <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rste<br />

<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, zodat uit het zaad e<strong>en</strong> water wordt, e<strong>en</strong> poel, e<strong>en</strong> meer,<br />

dan slaat ge <strong>de</strong> spijker op <strong>de</strong> kop. Want wanneer gij e<strong>en</strong> louter<br />

hel<strong>de</strong>re hemel ziet, waarin ge<strong>en</strong> bewolking is, daar verheft zich<br />

in e<strong>en</strong> oogw<strong>en</strong>k e<strong>en</strong> klein wolkje, dat opgroeit <strong>en</strong> to<strong>en</strong>eemt,<br />

266 “und darum, daß sie prädominier<strong>en</strong>, so soll<strong>en</strong> sie Causae Morbi<br />

sein”. Dit “so soll<strong>en</strong> sie” („moet<strong>en</strong> ze wel ...‟) lijkt in strijd te zijn met<br />

<strong>de</strong> voorgaan<strong>de</strong> zin <strong>en</strong> met Paracelsus‟ stelling. Vandaar dat ik er<strong>van</strong><br />

b<strong>en</strong> uitgegaan dat Paracelsus bedoeld heeft, <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

bei<strong>de</strong> visies weer te gev<strong>en</strong>.<br />

267 “Fluxum V<strong>en</strong>tris”.<br />

268 “Humor melancholicus”.<br />

269 “Hydropicus”.<br />

270 “Mediis Interstitiis”.<br />

126

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!