schoolopdracht - Joods Historisch Museum

schoolopdracht - Joods Historisch Museum schoolopdracht - Joods Historisch Museum

30.09.2013 Views

Tenslotte De informatie die je hebt gevonden helpt je om een groot deel van je presentatie voor te bereiden. Belangrijk om te vertellen zijn de volgende punten: Wat is je onderwerp? Wat ben je te weten gekomen over je onderwerp? Wat heeft het museumvoorwerp, de oorkonde van Abraham Reens te maken met je onderwerp? Leg uit. Is er iets wat je aanspreekt in de oorkonde van Abraham Reens? Wat vind je mooi/leuk/bijzonder aan je onderwerp? In het museum krijg je nog een opdracht over jouw onderwerp. Je krijgt een paar vragen over je museumvoorwerp die je samen met je klasgenoot in het museum gaat beantwoorden. Je kan deze extra informatie nog gebruiken voor je presentatie. Na de opdracht wordt de klas in tweeën gesplitst, en ga je alléén je presentatie geven. Veel succes! 12

INFORMATIE over VREEMDELING IN AMSTERDAM Wat betekende het om jood te zijn in Nederland in de zeventiende en de achttiende eeuw? Pesachbord JHM nummer B0117 Hoe zou het zijn om op een plek te wonen waar je je niet thuis voelt? Je mag er niet doen wat je wilt, je mag niet wonen waar je wilt, je mag ook niet trouwen met wie je wilt. En dat alleen omdat je anders bent. Je hebt dan twee mogelijkheden. Je blijft en je probeert er het beste van te maken of je gaat naar een plek toe waar je wél mag zijn zoals je bent. Maar het is niet makkelijk een nieuw leven op te bouwen in een andere stad, dorp of land. Vanaf de zeventiende eeuw emigreerden veel joden naar Amsterdam. Vaak waren ze op de vlucht voor het antisemitisme (jodenhaat). Joden kwamen zowel uit Zuid-Europa (vooral uit Spanje en Portugal) als uit Midden- en Oost-Europa naar Amsterdam. Eenmaal in Amsterdam aangekomen, leek het leven beter. Joden mochten hier wonen en hoefden hun afkomst niet te verbergen; ze werden er niet om vervolgd. Toch bleef het voor de meeste joden in Amsterdam moeilijk om werk te vinden. Ze mochten namelijk geen lid worden van de gilden (beroepsverenigingen), waardoor de meeste beroepen voor joden verboden waren. Daardoor leefden de meesten van de straathandel en waren erg arm. In Amsterdam kwamen de eerste joden op het eiland Vlooyenburg wonen, in de buurt rondom het huidige Waterlooplein, samen met andere nieuwkomers. De groep joden werd steeds groter en daardoor werd de behoefte groter aan speciale joodse voorzieningen, zoals joods onderwijs, ritueel slachters, armenzorg en ook (grote) synagogen. Dat moesten ze zelf regelen, want de stad Amsterdam zorgde alleen voor de protestante (christelijke) burgers. Dit is zo gebleven tot 1796. In dat jaar werd er een wet werd aangenomen die alle mensen in Nederland, dus ook joden, gelijke rechten garandeerde. Maar toen waren joden al tweehonderd jaar ‘vreemdeling’ in eigen stad geweest. Ga verder op de volgende bladzijde 13

INFORMATIE over<br />

VREEMDELING IN AMSTERDAM<br />

Wat betekende het om jood te zijn in Nederland in de zeventiende en de achttiende eeuw?<br />

Pesachbord<br />

JHM nummer B0117<br />

Hoe zou het zijn om op een plek te wonen waar<br />

je je niet thuis voelt? Je mag er niet doen wat je<br />

wilt, je mag niet wonen waar je wilt, je mag ook<br />

niet trouwen met wie je wilt. En dat alleen<br />

omdat je anders bent. Je hebt dan twee<br />

mogelijkheden. Je blijft en je probeert er het<br />

beste van te maken of je gaat naar een plek toe<br />

waar je wél mag zijn zoals je bent. Maar het is<br />

niet makkelijk een nieuw leven op te bouwen in<br />

een andere stad, dorp of land.<br />

Vanaf de zeventiende eeuw emigreerden veel joden naar Amsterdam. Vaak waren ze op de vlucht voor<br />

het antisemitisme (jodenhaat). Joden kwamen zowel uit Zuid-Europa (vooral uit Spanje en Portugal) als<br />

uit Midden- en Oost-Europa naar Amsterdam. Eenmaal in Amsterdam aangekomen, leek het leven<br />

beter. Joden mochten hier wonen en hoefden hun afkomst niet te verbergen; ze werden er niet om<br />

vervolgd. Toch bleef het voor de meeste joden in Amsterdam moeilijk om werk te vinden. Ze mochten<br />

namelijk geen lid worden van de gilden (beroepsverenigingen), waardoor de meeste beroepen voor<br />

joden verboden waren. Daardoor leefden de meesten van de straathandel en waren erg arm. In<br />

Amsterdam kwamen de eerste joden op het eiland Vlooyenburg wonen, in de buurt rondom het huidige<br />

Waterlooplein, samen met andere nieuwkomers. De groep joden werd steeds groter en daardoor werd<br />

de behoefte groter aan speciale joodse voorzieningen, zoals joods onderwijs, ritueel slachters,<br />

armenzorg en ook (grote) synagogen. Dat moesten ze zelf regelen, want de stad Amsterdam zorgde<br />

alleen voor de protestante (christelijke) burgers. Dit is zo gebleven tot 1796. In dat jaar werd er een wet<br />

werd aangenomen die alle mensen in Nederland, dus ook joden, gelijke rechten garandeerde. Maar toen<br />

waren joden al tweehonderd jaar ‘vreemdeling’ in eigen stad geweest.<br />

Ga verder op de volgende bladzijde<br />

13

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!