Halo #6 augustus - Maatschappij Linkerscheldeoever

Nieuwsbrief over de Waaslandhaven #6 • augustus - oktober 2011 • www.mlso.be
Nieuwe baseline — pag. 3
Maatschappij steunt sportclubs — pag. 5
Opleiding chemische procestechnieken — pag. 6
Vóór de zomer hebben de gemeenten Beveren
en Zwijndrecht, het Havenbedrijf
Antwerpen, Interwaas en de Maatschappij
Linkerscheldeoever bij de Vlaamse
Regering gezamenlijk aangedrongen op
een spoedige politieke besluitvorming
over het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan
voor de haven van Antwerpen
(GRUP).
Dit GRUP regelt de definitieve afbakening
van het havengebied. De procedure van het
GRUP liep al herhaaldelijk vertraging op,
wat uitermate nadelig is voor de verdere
havenontwikkeling wegens de huidige
onzekerheid over toekomstige haventerreinen,
natuurgebieden en infrastructuur. De
Vlaamse Regering is nu bezig met het
afronden van de procedure, met de onteigeningsplannen
en met een plan dat de
huidige bewoners en landbouwers bege-
Haven linker-Scheldeoever
Havenbegrenzing in
laatste rechte lijn
leidt. Het hele planningsproces voor de
opmaak van het GRUP voor de haven van
Antwerpen loopt al sinds het einde van de
jaren ’90. Toen keurde de Vlaamse Regering
de ‘Principes over het Strategisch Plan
voor de linker-Scheldeoever’ goed. Daarna
werden de planningsprocessen op rechter-
en linkeroever op elkaar afgestemd, zodat
de haven van Antwerpen zich verder kan
ontwikkelen tot één samenhangend geheel.
Op de rechteroever dient de bestaande
ruimte efficiënter gebruikt te worden. Op
de linkeroever wordt extra ruimte voorzien
voor de sterk groeiende containertrafiek en
voor logistieke en producerende bedrijven.
Saeftinghezone
Op 11 september 2009 nam de Vlaamse
Regering kennis van allerlei rapporten,
die de invloed van de havenuitbreiding op
de omgeving bestudeerden. Op basis van
deze rapporten koos de Vlaamse Regering
voor het ‘Maatschappelijk Meest Haalbaar
Alternatief ’, waarbij een meer dan 1.000
ha grote zone ten noorden van de huidige
Waaslandhaven, de ‘Saeftinghezone’, tot
havengebied zal worden ontwikkeld. Ter
compensatie besliste de Vlaamse Regering
tijdens de Ministerraad van 22 juli 2011 de
natuurgebieden verder te ontwikkelen.
De verdere procedure voorziet nu dat de
Vlaamse Regering dit ruimtelijk uitvoeringsplan
voorlopig vaststelt, waarna tot
de definitieve vaststelling kan worden
overgegaan. Pas dan komt er een einde
aan de aanhoudende rechtsonzekerheid in
het hele gebied, die zowel bewoners, landbouwers,
bestaande bedrijven, kandidaatinvesteerders
als overheidsinstanties
treft. Het voorbeeld bij uitstek van deze
onhoudbare situatie is Doel-centrum.
Daar escaleren de juridische procedures
en lopen de kosten voor de instandhouding,
onderhoud en beveiliging van de
leegstaande gebouwen en terreinen steeds
hoger op. Vanuit economisch oogpunt
is de beschikbaarheid van bijkomende
bedrijventerreinen in de Antwerpse haven
een absolute noodzaak. Door onvoldoende
ontwikkelingskansen dreigen belangrijke
investeringsplannen van bedrijven en
kandidaat-investeerders verloren te gaan.
Dit zou vergaande gevolgen kunnen hebben
voor de Vlaamse economie.
1

2
Woord vooraf
De Maatschappij Linkerscheldeoever
(MLSO) is één van de partners in het grote
verhaal van de Antwerpse haven. Samen met
onder meer het Gemeentelijk Havenbedrijf
Antwerpen (GHA) wordt er gewerkt aan
een sterke haven. Juni was een drukke periode
voor de hele havengemeenschap, met twee
belangrijke evenementen: de tweede Staten-
Generaal van de Antwerpse haven en de
Vlaamse Havendag.
Op 22 juni was er ruime belangstelling voor
de tweede Staten-Generaal. De eerste werd
één jaar eerder gehouden, als reactie op de
zware crisis die eind 2008 uitbrak. Het GHA
en Alfaport stelden toen hun Totaalplan voor
de haven voor. Dit Totaalplan voor een meer
concurrentiële haven, waarin toekomstplannen
werden gesmeed, werd tijdens de tweede
Staten-Generaal onder luid applaus van alle
betrokkenen in de haven, afgesloten.
Een belangrijke conclusie uit het Totaalplan
is dat verladers zich enkel laten leiden door de
voor hen beste logistieke keten. De logistieke
processen in de haven dienen dus optimaal
georganiseerd te worden. Het Antwerp Port
Community System werd opgestart als transparant
en open IT-platform om elektronische
communicatie in de logistieke keten vlot te
laten verlopen.
Een andere belangrijke conclusie stelt dat 1
op de 4 vacatures in de haven een knelpuntberoep
betreft. Er werd een werkgroep Talent
opgericht, waarvan de MLSO deel uitmaakt,
die deze knelpuntberoepen moet analyseren
en remediëren. De haven als dynamische,
boeiende en werkzekere werkgever kan de
studie- en jobkeuze sterker beïnvloeden.
Tijdens de Vlaamse Havendag van 25 juni
werd dan ook bewust gekozen om aan het
Eilandje een jobevent te organiseren. Bedrijven
boden de geïnteresseerde bezoekers meer
dan 300 vacatures aan. Achteraf spraken de
deelnemers van een succesvolle jobbeurs. In
de Waaslandhaven stelden enkele logistieke
bedrijven hun deuren open en werden vanuit
het stadion van Waasland-Beveren bussen
ingelegd. Hoogtepunt voor de Waaslandhaven
was het bezoek van Vlaams minister Crevits.
Tijdens de rondleiding in een logistiek bedrijf
kon een vijftigtal hoofdrolspelers uit de haven
met haar kennismaken.
Het allerbelangrijkste blijft natuurlijk dat bij
dergelijke opendeurdagen het grote publiek
kennismaakt met de haven. Er gaan nu al
stemmen op om een derde Vlaamse Havendag
te organiseren. Hopelijk mogen we u dan ook
ergens in de Waaslandhaven ontmoeten.
Peter Deckers – voorzitter
Peter Van de Putte - directeur
117 ton afval opgeruimd in Doel
Ondanks alle inspanningen van de
gemeente Beveren en de Maatschappij
Linkerscheldeoever (MLSO) om Doel
proper te houden, nam het sluikstorten er
de jongste tijd steeds toe. Het dorp wordt
meer en meer gebruikt als stortplaats en
tijdelijke bewoners vinden het vaak niet
nodig om na hun ‘bezoek’ ook hun afval
mee te nemen. Gemeente en Maatschappij
besloten daarom een grootse opruimactie
te houden, niet in het minst om
risico’s op ongedierte te voorkomen.
Van 27 april tot 7 mei 2011 voerden vier
sociale-economiebedrijven, nl. Jomi, Den
Azalee, Groep Intro en Wase Werkplaats,
een grondige schoonmaakactie uit in
Doel. De hele operatie werd gecoördineerd
door de dienst Milieubescherming
van de gemeente Beveren, Interwaas,
de sociale werkplaats Mo-Clean en de
MLSO.
In een periode van 8 werkdagen werd
maar liefst 117.489 kilogram afval ingezameld.
Dat is gemiddeld meer dan 14,5
ton per dag! Al het afval werd ter plaatse
gesorteerd, vooraleer het werd afgevoerd
naar erkende verwerkingscentra.
De balans van de hele actie gaf
volgende cijfers:
• 23 containers (40 m³) grofvuil:
91.420 kg
• Klein gevaarlijk afval: 7.179 kg
• 1 container autobanden: 4.700 kg
• 2 containers witgoed: 3.250 kg
• 3 containers oud ijzer: 8.700 kg
• 1 vrachtwagen bruingoed: 2.240 kg
Om nieuwe sluikstorten in leegstaande
panden te voorkomen, werden de gebouwen
onmiddellijk na de opruimactie
- voor de zoveelste keer - afgesloten.
De MLSO zal ook in de toekomst verder
consequent klacht neerleggen bij de politie
voor alle schade die aan haar patrimonium
berokkend wordt. Al enkele keren
leidde dit tot veroordelingen waarbij
effectieve straffen aan de daders werden
opgelegd.

#1
#3
#1 Synergie viert feest
In het kantoorgebouw ‘Burcht Singelberg’
aan de Ketenislaan in Kallo is het vijfjarig
bestaan gevierd van het filiaal van Synergie
Interim. De vestiging startte in 1998 met
drie medewerkers in een kantoor aan de
Oude Zandstraat in Beveren. Sindsdien is
het aantal medewerkers uitgebreid tot acht.
Ondertussen heeft Synergie Interim ook
al vestigingen in Sint-Niklaas, Lokeren,
Zwijndrecht en sinds vijf jaar dus ook in
de Burcht Singelberg, in het hartje van de
Waaslandhaven. “De groei in de Waaslandhaven
en de vele KMO-zones in het
Waasland, bieden ook aan de uitzendkantoren,
zoals het onze, heel wat mogelijkheden”,
zegt directeur Jan Verbeke. “De vestiging
in de Waaslandhaven kwam er omdat we
dichter bij onze klanten wilden zijn. De
voorbije vijf jaar heeft Synergie meer dan
7.600 mensen aan een baan geholpen.”
#2
Waaslandhaven
in beeld
#2 De Waaslandhaven wérkt!
Velen vragen zich af waar de Maatschappij
Linkerscheldeoever (MLSO) voor staat.
Daarom wil de Maatschappij haar werking
in een duidelijke slagzin samenvatten. ‘De
Waaslandhaven wérkt!’ houdt in dat alle
activiteiten van de MLSO gericht zijn op
‘werk’ en ‘welvaart’ in het Waasland. Vorig
jaar waren er in de Waaslandhaven 16.500
mensen aan het werk. Dit cijfer toont aan
dat de economische omschakeling van de
linker-Scheldeoever, ondanks de zware offers
van de inwoners uit de poldergemeenten,
een zegen is voor het Waasland. Haven en
industriële bedrijven op linkeroever hebben
de duizenden arbeidsplaatsen die de voorbije
decennia in de regio verloren gingen, meer
dan behoorlijk opgevangen. Een bewijs dat
‘De Waaslandhaven werkt!’. Deze slagzin zal
in de toekomst de naam van de Maatschappij
Linkerscheldeoever ondersteunen.
#3 Vlaamse Havendag
Na een succesvolle eerste editie in 2008
organiseerde de Vlaamse overheid, samen
met tal van havenbedrijven, op 25 juni
voor de tweede keer een opendeurdag in
vier Vlaamse havens. Ondanks het slechte
weer kwamen meer dan 50.000 mensen
opdagen. Onder het motto ‘Verruim je
kijk op de haven’ kregen de bezoekers
een unieke blik achter de schermen. Zo
stonden in de Waaslandhaven o. a. de
poorten van de Grensinspectiepost (GIP)
Linkeroever open. In dit gebouw, waar
verschillende douanediensten zijn ondergebracht,
kon men onder meer zien hoe
de inhoud van containers wordt gescand
met X-stralen. Tevens dat een nucleaire
meetpoort er voor zorgt dat radioactieve
straling wordt gedetecteerd. Verder waren
er ook nog mobiele teams en hondenbegeleiders
aanwezig.
3

4
Job in de kijker
Havenarbeider op
roroterminal
De Antwerp Euroterminal (AET) startte
in 2001 zijn activiteiten op aan het Verrebroekdok,
ter ondersteuning van de
Italiaanse rederij Grimaldi. Hoofdactiviteit
is het overzeese transport van nieuwe voertuigen
tussen Noord-Europa, Scandinavië,
Groot-Brittannië en het Middellandse
Zeegebied. Bekende merken als Fiat,
Lancia, Alfa Romeo, Opel, BMW, Ford,
Renault, e.a. worden hier geladen en gelost.
Vorig jaar passeerden er bij AET maar
liefst 633.000 voertuigen.
Het op- en afrijden van de wagens op de
grote roroschepen is een klus die exclusief
is voorbehouden aan havenarbeiders. Eén
van hen is Dominique Van den Houdt
(28) uit Temse. Hij is er bij vanaf het begin
maar werkte eerst in het magazijn. “In het
zogenaamde PDI-center (Automotive
Pre-Delivery Inspection) worden de auto’s
klaar gemaakt voor ze vertrekken op transport”,
legt Dominique uit. “De wagens zijn
bedekt met een wax als beschermingslaag
en moeten eerst door een ‘wasstraat’. Na de
reiniging worden de auto’s uitgerust met
onder meer brandblussers en instructieboekjes
in de juiste taal. Bepaalde modellen
ondergaan in dit magazijn een hele
metamorfose. In dit PDI-center gebeurt
ook het aanbrengen van de logo’s van de
bedrijven.”
Na twee jaar maakte Dominique de overstap
naar de kade en ging hij aan de slag als
havenarbeider. “Ik hou van vrijheid”, legt
hij uit. “Als dokwerker kan je overal aan
In elke nieuwsbrief zetten we een beroep uit de Waaslandhaven in de kijker. Deze
keer gingen we langs bij de Antwerp Euroterminal aan het Verrebroekdok. Havenarbeider
Dominique Van den Houdt (28) was er bij vanaf de start en werkt nu tien
jaar in het bedrijf. Zijn taak bestaat er vooral in voertuigen van en op het schip te
rijden. “We verschepen hier alles wat op wielen of rupsbanden staat. Dit gaat van
gewone personenwagens tot maaidorsers, van kranen tot legertanks.”
“We rijden hier zowel met Porsches als met legertanks”
de slag. Als het je ergens niet bevalt, ben
je weg. Er is ook een grote collegialiteit
onder de dokwerkers. In het begin is het
wel wennen aan de mentaliteit. Dokwerkers
zetten graag een grote mond op maar
iedereen staat altijd klaar om te helpen.”
Eerst even handleiding lezen
Havenarbeider is een beschermd beroep.
Daarom mogen alleen dokwerkers de voertuigen
op en van het schip rijden. Dat leidt
soms tot vreemde situaties. “We hebben
hier bijvoorbeeld ook al tanks van het leger
moeten verschepen. Dan zit er wel een
militair naast de bestuurder want een dergelijke
tank is toch wel iets anders dan een
kleine Fiat”, lacht Dominique. “Bijzonder
zijn ook de voertuigen van Caterpillar. De
zogenaamde ‘dumptrucks’, die gebruikt
worden in de mijnbouw, zijn gigantisch
groot. Je hebt een ladder nodig om in de
stuurcabine te klauteren. We hebben ook al
rallywagens verscheept voor Paris-Dakar.
Humvees van het Belgische leger voor
Libanon en zelfs reusachtige maaidorsers
passeren hier eveneens. Toegegeven, voor
sommige voertuigen moeten we eerst de
handleiding lezen. Soms is er ook een lading
Porsches. Dan ben je natuurlijk extra
op je hoede.
In ieder geval geldt op het terrein van
AET een snelheidsbeperking van 30 km/u.
Veiligheid is heel belangrijk. We bezitten
hier een parking van één miljoen vierkante
meter. De regels zijn dezelfde als op de
openbare weg. De hoofdwegen hebben
altijd voorrang op de zijstraatjes. Ook al
rijden we bijna de hele dag rond in auto’s,
toch moeten we super geconcentreerd
blijven.”
Beste rijschool die er is
Dominique had nog maar een jaar zijn
rijbewijs op zak toen hij bij AET begon te
werken. “Dit is de beste rijschool die er is”,
verzekert hij. “Vooral parkeren leer je hier
snel. Een voertuig parkeren op een schip is
geen sinecure. Claustrofobie mag je zeker
niet hebben want een dek is meestal slechts
1,6 meter hoog. Het is millimeterwerk
maar gelukkig is er altijd hulp van de ‘foreman’
die instructies geeft. In de winter kan
het hier wel chaotisch zijn. Er mag slechts
weinig strooizout worden gebruikt, omdat
dit de carrosserie kan aantasten.”
Op een autoschip kunnen gemiddeld 4.500
voertuigen staan. Bij AET zijn dagelijks
20 tot 200 havenarbeiders aan de slag. Ze
werken in drie ploegen de klok rond. AET
behandelt ook containers en tweedehandswagens.
70 % van de rorolading voor het
Afrikaanse continent is tweedehands. “Die
wagens zijn meestal iets minder comfortabel
om mee te rijden”, geeft Dominique toe. “Ik
rij natuurlijk het liefst met nieuwe voertuigen
maar eigenlijk maakt het niet veel
verschil. Het werk is zo gevarieerd dat ik het
na tien jaar nog altijd even boeiend vind.”

Maatschappij
steunt
regionale
sportclubs
Nadat de voorbije jaren cultuur en
toerisme aan bod kwamen, besteedt
de Maatschappij Linkerscheldeoever
(MLSO) dit jaar een belangrijk deel van
haar promotiebudget aan sportsponsoring.
Tot de begunstigden behoren twee
topsportclubs met een sterk regionale
binding en met een positieve uitstraling:
voetbalclub Waasland-Beveren en
damesvolleybalclub Asterix Kieldrecht.
Maar ook de nieuwe tweedeklasser SK
Sint-Niklaas en Zwijndrecht Atletiek
Team (ZWAT) krijgen een deel uit de
subsidiepot van 110.000 euro.
Als één van de belangrijkste partners in
de economische ontwikkeling van de
linker-Scheldeoever en als gangmaker
van de groeiende welvaart in het Waasland,
heeft de MLSO ook een maatschappelijke
opdracht. De Maatschappij
wil alle Wase gemeenten en inwoners
uit de regio laten delen in de baten van
haven en industrie op de linkeroever.
In de komende jaren zal de MLSO haar
maatschappelijk engagement waarmaken
in het brede spectrum van de samenleving,
onder meer in de sport, waarvan de
impact op het dagelijkse leven bijzonder
groot is. De roep van diverse clubs en
Het Open Stadionteam van Waasland-Beveren
bezorgt heel wat kinderen leuke sport- en speldagen
verenigingen om sponsoring is groot. Er
dienen dus keuzes te worden gemaakt.
De Maatschappij Linkerscheldeoever
poogt dit jaar de toegang tot sport voor
de jeugd en de sociaal zwakkeren te
vergroten.
Steun aan jeugd en
sociale projecten
Vooraan in de rij staat de dynamische
tweedeklasser Waasland-Beveren. Een
club met een sterk sociaal imago en een
uitgebreide jeugdwerking. “Het vroegere
Waasland behoort tot de pioniers van
het project Open Stadion dat de sociale
opdrachten van de voetbalclubs wil aanscherpen”,
bevestigt Bart Neve, community
manager van de fusieclub. “Dit engagement
willen we in de komende jaren
nog versterken door meer te investeren
in het begeleiden van kwetsbare groepen
De dames van Asterix Kieldrecht wonnen
afgelopen seizoen hun tiende Beker van België.
naar cultuur-, sport- en jeugdwerk en in
de organisatie van activiteiten die gericht
zijn op veiligheid, sociale verbondenheid,
sportiviteit en betrokkenheid van de supporters.
De subsidie van de Maatschappij
Linkerscheldeoever geeft ons daartoe de
mogelijkheid.”
Ook volleybalclub Asterix Kieldrecht,
kweekvijver van het Vlaamse volleybaltalent
en ambassadeur van de vrouwensport
in ons land, deelt in de prijzen. “Wij gaan
de toelage van de Maatschappij vooral
gebruiken om de getalenteerde spelers
binnen onze club nog beter en professioneler
te coachen”, weet Patrick Kehoe,
financieel manager van Asterix. “Wij
werken daarvoor intens samen met de
topsportschool van de Vlaamse Volleybalbond
en met de KU Leuven. Tegelijk
hebben we nu de garantie dat we onze
ruime internationale contacten kunnen
voortzetten. Ondertussen streven we ook
naar een brede samenwerking van onze
jeugd met die van Avo Melsele en bereiden
we de overstap voor van ons eredivisieteam
naar de sporthal in Beveren.”
Naast deze twee ‘tenoren’ ontvangt ook
de nieuwe tweedeklassevoetbalclub
SK Sint-Niklaas, die voor de toekomst
duidelijk de kar van de jeugd trekt, een
aanmoedigingsbedrag voor de organisatie
van een scholentornooi en een internationaal
jeugdtornooi.
Ten slotte kan ook Zwijndrecht Atletiek
Team (ZWAT), rekenen op een financiele
tegemoetkoming voor zijn Fundag op
zaterdag 10 september 2011. Doel van
deze initiatiedag voor de jeugd is vooral
kinderen te laten kennismaken met
atletiek en hen aan te zetten om meer
te bewegen. Iedere deelnemer krijgt een
atletiekshirt met logo van MLSO.
5

6
Sint-Carolus en VTS stomen jongeren klaar voor job in chemie
Achttien jongeren hebben het voorbije
jaar de opleiding Chemische Procestechnieken
gevolgd. Het gaat om een
uniek zevende specialisatiejaar voor het
beroep van procesoperator, in de technische
scholen Sint-Carolus en VTS uit
Sint-Niklaas. Een grote meerderheid
kan na de opleiding onmiddellijk aan
de slag. Dit is vooral te danken aan de
intensieve stage die de leerlingen krijgen.
Acht bedrijven uit de haven werken mee
aan het project. Wij gingen op bezoek bij
Kenneth Cockheyt die zijn stageplaats
bij Ineos verzilverd zag met een vast
contract.
Het zevende specialisatiejaar Chemische
Procestechnieken bestaat vijf jaar. Het
is een zogenaamde Se-n-Se-opleiding
(secundair na secundair). Dit soort opleidingen
is sterk arbeidsmarktgericht en
speelt in op de specifieke behoeften van
verschillende beroepssectoren. “De opleiding
Chemische Procestechnieken stoomt
jongeren klaar voor de job van procesoperator
in de chemische industrie”, verklaart
leerkracht en stagebegeleider Sofie Anné.
“De operator moet in de fabriek waken
over het goede verloop van de chemische
processen die hij stuurt vanuit de controlekamer.
Verder bestaat het werk vooral uit
controlerondes en monsters nemen voor
analyse. Maar hij of zij moet natuurlijk ook
kunnen ingrijpen als er iets fout loopt.”
In het lessenpakket zit een groot aantal
uren meet- en regeltechnieken, toegepaste
mechanica en chemie. Er is ook tien weken
stage en hiervoor wordt samengewerkt met
acht bedrijven uit de haven.
Tien weken stage is
beste sollicitatie
Wie slaagt, krijgt quasi zeker een jobaanbieding.
De haven omvat immers één
van ’s werelds grootste concentraties aan
chemische bedrijven. Jaarlijks staan er veel
vacatures voor procesoperator open die
slechts moeizaam ingevuld geraken. Dat
was ook Kenneth Cockheyt (18) uit Beveren
niet ontgaan. “Ik heb in het secundair
de opleiding mechanica aan het GTI in
Beveren gevolgd. Ik wilde enerzijds zo
snel mogelijk ergens aan de slag gaan, maar
anderzijds had ik het gevoel dat ik na zes
jaar secundair nog niet voldoende maturiteit
bezat. Dit zevende specialisatiejaar
leek me een geknipte overgang. Je leert er
heel praktijkgericht bij over een specifieke
job en tegelijk krijg je ook een pak ervaring
op de werkvloer dankzij de stage van tien
weken. Bovendien biedt de opleiding veel
werkzekerheid en zijn de lonen in de sector
heel goed.” Van chemie had Kenneth tot
vorig jaar nochtans niet veel kaas gegeten.
“Ik dacht vooral aan laboranten in witte
jassen die allerlei proeven uitvoeren”, lacht
hij. “Ik heb echter in snel tempo die mening
moeten bijsturen en op de werkvloer
zelf veel bijgeleerd.”
Begeleiding door
volledige ploeg
Danny Braeckman, productiesupervisor
en stagebegeleider van Kenneth bij Ineos
beaamt de woorden van zijn ‘leerling’. “Dat
is ook de reden waarom Kenneth na zijn
opleiding hier meteen aan de slag kon. Bij
Ineos moet iedereen in de ploeg eigenlijk
alles kunnen. Daarom dat het toch wel een
paar jaar duurt voor een nieuw personeelslid
alles onder de knie heeft. Nieuwkomers
worden begeleid door de volledige ploeg.
Doorgeven van ervaring is hierbij heel
belangrijk. Om veiligheidsredenen kunnen
we stagiairs natuurlijk niet voluit laten
meedraaien. Hij of zij moet wel meehelpen
en vooral veel vragen stellen bij elke
handeling.” Danny Braeckman is overtuigd
van het nut van de opleiding Chemische
Procestechnieken. “Twee ex-leerlingen van
Sint-Carolus zijn Kenneth al voorafgegaan
bij Ineos. Sommige vacatures raken
moeilijk ingevuld en dit soort opleidingen
is ideaal om die leemte op te vullen.”
Na vijf jaar kan Sofie Anné een positieve
balans opmaken van de opleiding. “Het
voorbije schooljaar telde de opleiding
achttien leerlingen. Die komen vooral uit
deze regio maar we hebben ook leerlingen
uit Gent tot zelfs uit Brugge. Gemiddeld
tachtig procent van onze leerlingen krijgt
na zijn stage een contract van het bedrijf
aangeboden, de overige twintig procent
vinden zonder problemen elders werk. Tien
weken stage is dan ook de beste sollicitatie
die er bestaat.”
Het zevende specialisatiejaar Chemische
Procestechnieken wordt aangeboden door
het Technisch Instituut Sint-Carolus in
samenwerking met de Vrije Technische
Scholen (VTS) in Sint-Niklaas. Voor meer
info: www.sint-carolus.be

Natuur in de haven
Linkeroever
jachtgebied voor
vleermuizen
De linker-Scheldeoever is meer dan haven
en industrie. Ook de natuur heeft er haar
plaats. In het linkeroevergebied zijn heel
wat speciale beschermingszones voorzien
die gericht zijn op het behoud van
planten en dieren. Dat is onder meer het
geval voor de vleermuizen die veelvuldig
TELEX WAASLANDHAVEN
De Maatschappij Linkerscheldeoever (MLSO)
werkt samen met haar partners verder aan
een stapsgewijze invulling van het linker-
Scheldeoevergebied. Zo werden onlangs twee
nieuwe bedrijventerreinen met een totale
oppervlakte van ± 13,6 ha, gelegen aan ‘het
Geslecht’ in Kallo, voor bevraging op de
markt gebracht. Bedrijven met industriële
of logistieke havengebonden activiteiten
konden zich tot 5 augustus kandidaat stellen
om een concessie te verkrijgen.
Het jaarverslag van de MLSO is als naslagwerk
uitgegroeid tot dé referentie voor de
Waaslandhaven. Dit verslag bundelt zowel de
jaargegevens van de Maatschappij als van de
Prijs
vraag!
De MaatschappijLinkerscheldeoever
sponsort
sinds kort onder meer
voetbalclub Waasland-Beveren.
Hiermee steunt zij vooral de sterk uitgebreide
jeugdwerking van de club. Daarenboven
gaat een deel van het sponsorbedrag
naar projecten waarmee Waasland-Beveren
zijn steentje bijdraagt aan een samenleving
waarin niemand buitenspel staat. Sportclubs
brengen vele mensen in vervoering en
kunnen vanuit deze kracht van hun stadion
méér dan een infrastructuur maken en van
hun werking méér dan een sportvereniging.
Geef ons de naam van de vzw die onder-
worden aangetroffen in de rand van de
Waaslandhaven. Zij jagen er vooral boven
de aanwezige plassen en kanalen, waar ze
op zoek gaan naar insecten, vooral muggen.
De Verrebroekse Plassen en de Nieuwe
Watergang zijn belangrijke gebieden voor
deze dieren. Maar de voorbije jaren zijn ze
ook waargenomen in de ‘nieuwe’ natuurgebieden
Zoetwaterkreek en Brakke Kreek.
Wie meer wil weten over de aanwezigheid
van de vleermuizen in het haven- en industriegebied
op de linker-Scheldeoever, kan
Waaslandhaven. U vindt er onder meer cijfers
over trafieken en tewerkstelling. Het
jaarverslag 2010 is terug te vinden op de
website: www.mlso.be. Een gedrukte versie
kan aangevraagd worden via: info@maatschappijlso.be.
De tunnelboormachine ‘Schanulleke’ heeft
zaterdag 23 juli de bouwput van de tweede
tunnel onder de Schelde, op rechteroever,
bereikt. Het boorschild, genoemd naar de
stripfiguur uit Suske en Wiske, kreeg enkele
dagen vooraf, op slechts een halve meter
van zijn einddoel, nog af te rekenen met
een technisch defect. De eerste tunnelpijp
werd eerder al met succes gegraven door
Wiske. Daarmee zijn de twee tunnelkokers
van elk 6 km lang, klaar. Zij vormen een
tussen al met 26 voetbalclubs samenwerkt
om deze activiteiten op touw te zetten?
WAT IS ER TE WINNEN?
Tien winnaars ontvangen ieder een puzzel
over de haven, in een leuke verpakking.
Stuur of mail uw antwoord, naam, adres en
telefoonnummer naar Maatschappij Linkerscheldeoever,
Sint-Paulusplein 27, 9120
Kallo of e-mail: info@maatschappijlso.be
met de vermelding ‘Prijsvraag’ in het onderwerp.
De antwoorden dienen ons ten laatste
op vrijdag 21 oktober 2011 te bereiken.
© Vilda – Yves Adams
o.a. de laatvlieger (zie foto) jaagt in de
Verrebroekse Plassen op insecten.
terecht op de website van de Maatschappij
Linkerscheldeoever: www.mlso.be.
belangrijk deel van de Liefkenshoekspoorverbinding,
de nieuwe rechtstreekse spoorverbinding
voor het goederenverkeer tussen
de linker- en de rechteroever. Infrabel
hoopt midden 2014 de nieuwe spoorlijn te
kunnen openstellen.
In de eerste zes maanden van dit jaar zijn
in de haven van Antwerpen bijna 96 miljoen
ton goederen (95.869.516 ton) behandeld.
Dat betekent een stijging van 10,4 procent
in vergelijking met de eerste jaarhelft van
2010, toen 87 miljoen ton goederen werden
overgeslagen. Vooral de containers en het
vloeibaar massagoed ontpoppen zich tot de
groeimotoren van de haven. Voor meer informatie:
zie www.havenvanantwerpen.be.
Winnares Sarah Roggeman uit Kallo met
voorzitter Peter Deckers
Antwoord vorige prijsvraag: de enige windmolen
in de Waaslandhaven staat op het terrein van GRC
Kallo (Grondrecyclagecentrum).
De 5 winnaars zijn: W. Heyndrickx, Deurne –
A. De Waele, Zele – N. Staes, Nieuwkerken-Waas –
S. Roggeman, Kallo – A. Gaudeus, Lebbeke
7

8
Waaslandhaven
stelt zich voor
“We streven naar volledig
recycleerbare producten ”
Gyproc kiest voor duurzaamheid
Het is weinig bedrijven gegeven: een merknaam hebben die quasi synoniem staat voor
de productnaam. Gyproc is daar het perfecte voorbeeld van. De gipskartonplaten van
Gyproc worden sinds 2000 gefabriceerd in de Waaslandhaven. Het bedrijf heeft een capaciteit
van 45 miljoen m 2 platen op jaarbasis. “We rusten echter niet op onze lauweren”,
verzekert directeur Rini Quirijns. “Continu zijn we bezig met innovatie. We trekken nu
voluit de kaart van duurzaamheid en streven naar volledig recycleerbare producten.” Die
inspanning zag het bedrijf dit jaar bekroond met een ‘Cradle to Cradle’-certificaat.
Gyproc is sinds vijf jaar in handen van de internationale
groep Saint-Gobain maar heeft
wel degelijk Belgische roots. De bekende gipskartonplaat
zag in 1957 het levenslicht nadat
twee bedrijven – Eternit en British Plaster
Boards – de handen in elkaar sloegen. Jarenlang
werden de gyprocplaten geproduceerd
in Wijnegem. In 2000 werd een nagelnieuwe
fabriek geopend in de Waaslandhaven en verhuisde
een groot deel van het personeel mee.
Intussen zijn ook de kantoren naar de Sint-
Jansweg in Kallo overgebracht. In totaal werken
er nu 220 mensen, maar er worden nog
altijd werknemers aangeworven. Momenteel
staan er acht tot tien vacatures open. “Onze
fabriek heeft een capaciteit van 45 miljoen
m 2 platen op jaarbasis”, legt marketing manager
Herman Van der Schoepen uit. “Maar
gyprocplaten worden niet
alleen in Kallo gemaakt.
Saint Gobain heeft een
heel netwerk aan fabrieken.
Het volume dat we in
Kallo produceren is afhankelijk
van vraag en aanbod
en van de economische
situatie. Het gips komt toe
per schip en wordt vervolgens
gecalcineerd (tot
poeder gemaakt), vooraleer
het in het productieproces
terecht komt. In de
productie werken uiteraard de meeste mensen
maar daarnaast is er ook een aanzienlijke
groep die instaat voor de expeditie en het laden
en lossen van vrachtwagens. Tot slot zijn
er ook veel arbeiders bezig met onderhoud.
Veiligheid is belangrijk bij Gyproc. Het bedrijf
werkt al 1.300 dagen zonder ongevallen.”
“We werken
al 1.300 dagen
zonder
ongevallen”
Oude platen tot gips en karton
Gyproc is in de bouw- en de doe-hetzelfsector
gemeengoed geworden, al wil het
bedrijf niet op die faam blijven teren. Vandaag
wordt voluit de kaart van duurzaamheid
getrokken. Dit jaar ontving Gyproc als
eerste bedrijf in de bouwsector een zilveren
‘Cradle to Cradle’-certificaat (C2C). “Een
zeldzaamheid”, zegt directeur Rini Quirijns
trots. “Kort geschetst staat dit certificaat
voor een kringloop waarbij grondstoffen
eindeloos gerecycleerd kunnen worden. Veel
fabrieken recycleren hun eigen afval, maar
wij recycleren ook het particulier afval dat
wordt ingezameld via containerparken. De
oude gipskartonplaten in het sloopafval
worden opgehaald en gerecycleerd door
New West Gipsum Recycling en daarna gescheiden
in gips en karton. Wij nemen het
herwonnen gipspoeder af en gebruiken het
in nieuwe gipsplaten. Het karton komt na
verwijdering van eventuele verontreinigingen,
zoals verf, terecht in een biologische
cyclus waarbij het gecomposteerd wordt. De
recyclage biedt vele voordelen. Er is immers
een schaarste aan grondstoffen. Tegelijk is
het ook een vorm van maatschappelijk verantwoord
ondernemen. Dit afval wordt immers
niet meer gestort.” De label werd in
februari dit jaar in Brussel overhandigd aan
Gyproc in aanwezigheid van de Duitse professor
Michael Braungart, de cobedenker
van Cradle to Cradle. Gyproc liet intussen
haar standaardplaat van 12,5 mm dik certificeren,
meteen goed voor 30 % van de productie.
Tegen 2015 moet 15 tot 20 % van het
gebruikte gips van recyclage afkomstig zijn.
De platen zijn in de winkel herkenbaar aan
het C2C-label aan de achterkant en je kunt
ze kopen met ecocheques.
Niet alleen duurzaamheid is tegenwoordig
een sleutelwoord maar
ook leefcomfort, ener-
giebesparing en isolatie
worden bij Gyproc
steeds belangrijker. Zo
zijn er gipskartonplaten
die de lucht zuiveren en
is er de ‘Gyproc Sound-
Block’ om het probleem
van geluidsoverlast aan
te pakken. Dit is nu allemaal
gebundeld onder
de noemer ‘Gyproc Infinito’.
Eerstdaags start
een grote promotiecampagne om het grote
publiek hiervoor warm te maken. “We zijn
er immers van overtuigd dat de innovaties
die we nu op de markt brengen, in de toekomst
de standaard zullen worden”, klinkt
het vastberaden.
Voor meer info: www.gyproc.be
Verschijnt 3 maal per jaar | V.U. Peter Deckers, Maatschappij Linkerscheldeoever, Sint-Paulusplein 27 - 9120 Kallo | T 03 766 41 89 | F 03 776 79 13 | E info@maatschappijlso.be