Van der Groe de laatste ziener? - Pentahof.nl
Van der Groe de laatste ziener? - Pentahof.nl
Van der Groe de laatste ziener? - Pentahof.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
3 <strong>Van</strong> <strong><strong>de</strong>r</strong> <strong>Groe</strong> <strong>de</strong> <strong>laatste</strong> <strong>ziener</strong>? No. 416<br />
overreding zich verzekerd houdt, dat God hem een toegenegen en<br />
goedgunstige Va<strong><strong>de</strong>r</strong> is, etc-“<br />
Dan schrijft <strong>Van</strong> <strong><strong>de</strong>r</strong> <strong>Groe</strong> dat Zanchius spreekt van verzekerdheid en<br />
vertrouwen als <strong>de</strong> grond en wortel, en niet in mate en trappen. Een<br />
verzekerdheid die alleen in het nieuwe <strong>de</strong>el <strong><strong>de</strong>r</strong> ziel huisvest."<br />
Wij zien hieruit dat <strong>de</strong> geest van Aristoteles, om <strong>de</strong> mens in diverse <strong>de</strong>len<br />
op te <strong>de</strong>len, het gehele roomse <strong>de</strong>nken, ook van veel reformatoren nog<br />
gevangen hield. <strong>Van</strong>daar dat zij een foute gedachte over <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> en nieuwe<br />
mens had<strong>de</strong>n, en een zekerheid. leer<strong>de</strong>n die wel in <strong>de</strong> nieuwe mens, maar<br />
niet in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> mens aanwezig was. Zie Kohlbrugge.<br />
p. 17. "Daarom brachten <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> theologanten alle beschrijvingen <strong>de</strong>s<br />
geloofs terug tot het ene punt van <strong>de</strong> verzekerdheid <strong>de</strong>s harten, om alzo het<br />
wezen <strong>de</strong>s geloofs te bewaren.<br />
Tot mijn leedwezen (zegt <strong>Van</strong> <strong><strong>de</strong>r</strong> <strong>Groe</strong>) moet ik bespeuren dat onze zon<br />
reeds zo ver gedaald is, dat men zelfs <strong>de</strong> geloofsbeschrijving <strong><strong>de</strong>r</strong> ou<strong>de</strong>n niet<br />
meer met enige stichting kan lezen, alsof zij geen waarachtige daad of<br />
han<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> mens insluit, welke aan<strong>de</strong>el aan Christus kan geven. Hoe<br />
bestaat het dat men mij van een werkeloos geloof wil beschuldig en.<br />
De ou<strong>de</strong>n hiel<strong>de</strong>n het voor een eeuwige onmogelijkheid en contradictie, dat<br />
iemand een verzekerd hart zou hebben van <strong>de</strong> vergeving <strong><strong>de</strong>r</strong> zon<strong>de</strong>n,<br />
zon<strong><strong>de</strong>r</strong> <strong>de</strong> werkzame geloofsda<strong>de</strong>n, die aan<strong>de</strong>el aan Christus geven.<br />
Integen<strong>de</strong>el, zij oor<strong>de</strong>el<strong>de</strong>n juist dat <strong>de</strong> verzekerdheid <strong>de</strong>s harten van <strong>de</strong><br />
vergeving <strong><strong>de</strong>r</strong> zon<strong>de</strong>n zelf een gelovige daad en werkzaamheid van ‘s<br />
mensen gemoed is door <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> Heilige Geest."<br />
p.119: "Was er ooit enig mens op <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m, die zon<strong><strong>de</strong>r</strong> een waar<br />
werkzaam geloof in <strong>de</strong> Heere Jezus, hetwelk <strong>de</strong> Heilige Geest in <strong>de</strong><br />
uitverkorene werkt, een verzekerdheid <strong><strong>de</strong>r</strong> harten bekomen heeft van Gods<br />
gena<strong>de</strong> en van <strong>de</strong> vergeving zijner zon<strong>de</strong>n? Dat zijn ongehoor<strong>de</strong> zaken."<br />
4 <strong>Van</strong> <strong><strong>de</strong>r</strong> <strong>Groe</strong> <strong>de</strong> <strong>laatste</strong> <strong>ziener</strong>? No. 416<br />
p.124: "Gij moet weten dat ik met Teellinck en met <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> gereformeer<strong>de</strong><br />
kerk volkomen eens ben, dat het ware zaligmaken<strong>de</strong> geloof, wat betreft het<br />
vertrouwen, eige<strong>nl</strong>ijk is een verzekerdheid <strong>de</strong>s harten, steunen<strong>de</strong> op <strong>de</strong><br />
beloften <strong>de</strong>s Evangelies, welke een christen heeft, dat al zijn zon<strong>de</strong>n om<br />
Christus wil vergeven zijn.<br />
Dit neem ik niet an<strong><strong>de</strong>r</strong>s dan in <strong>de</strong> bedoeling <strong><strong>de</strong>r</strong> ou<strong>de</strong> gereformeer<strong>de</strong>n, te<br />
weten, dat het wezen is <strong>de</strong> verzekerdheid als grond en wortel, en niet in<br />
bijzon<strong><strong>de</strong>r</strong>e mate en trappen. Het is een verzekerdheid die alleen in het<br />
we<strong><strong>de</strong>r</strong>geboren <strong>de</strong>el aanwezig is, niet in het onwe<strong><strong>de</strong>r</strong>geboren <strong>de</strong>el. En dat dit<br />
een waarachtige, heilige en geestelijk werkzame verzekerdheid is, die altijd<br />
en volstrekt noodzakelijk vergezeld gaat met een oprecht gelovig omhelzen<br />
en da<strong>de</strong>lijk aannemen van Christus”.<br />
Dan geeft <strong>Van</strong> <strong><strong>de</strong>r</strong> <strong>Groe</strong> een stuk van W. Teellinck over het aannemen van<br />
Christus, waarin Teellinck spreekt over een zondaar die uit zichzelf<br />
uitgedreven is en hijgt en verlangt naar geloofszekerheid in Christus <strong>de</strong><br />
Verlosser, zodat zijn ziel zich uitstrekt en Christus aangrijpt. Dit<br />
uitstrekken <strong><strong>de</strong>r</strong> ziel ziet Teellinck als een werk van het ware geloof.<br />
Wanneer, zegt Teellinck, <strong>de</strong> zondaar in <strong>de</strong> beloften van het Evangelie van<br />
<strong>de</strong> Verlosser heeft gehoord, zo grijpt <strong>de</strong> zondaar Christus aan, en legt Hem<br />
aan zijn eigen gewon<strong>de</strong> hart en maakt een sluitre<strong>de</strong> op namelijk dat ie<strong><strong>de</strong>r</strong><br />
die van zijn zon<strong>de</strong>n verslagen is en zijn zaligheid alleen in Christus zoekt,<br />
die behoort Hem toe. Dit dus vastgesteld zijn<strong>de</strong> uit het Woord, zo gaat <strong>de</strong><br />
gelovige ziel voort, zegt Teellinck, te conclu<strong><strong>de</strong>r</strong>en, dat <strong>de</strong>ze <strong>de</strong> gena<strong>de</strong><br />
Gods in hem gewerkt ziet, dat hij zich bekeerd heeft en tot God heeft<br />
gewend, en waaruit <strong>de</strong> ziel besluit opmaakt, dat Christus met al Zijn<br />
verdiensten ook hem toebehoort. Dit noemt Teellinck <strong>de</strong> “toe-eigening”<br />
<strong>de</strong>s geloofs.<br />
<strong>Van</strong> <strong><strong>de</strong>r</strong> <strong>Groe</strong> wil op die wijze Jakob <strong>Groe</strong>newegen weerleggen, door te<br />
stellen dat dit het waarachtig gelovig aangrijpen en aannemen van Christus<br />
is, zoals dit was bij al <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> gereformeer<strong>de</strong>n, hetwelk altijd