Bijlagen bij toelichting - Gemeente Oss

Bijlagen bij toelichting - Gemeente Oss Bijlagen bij toelichting - Gemeente Oss

bestemmingsplan.oss.nl
from bestemmingsplan.oss.nl More from this publisher
28.09.2013 Views

Daarnaast hebben ingrepen in het landschap ook negatieve gevolgen doordat foerageergebieden en vliegroutes, waar vleermuizen jaren achtereen gebruik van maken, verdwijnen. De impact die een ingreep kan hebben verschilt sterk per situatie en per soort waardoor meestal gedetailleerde gegevens nodig zijn om een passend advies te geven. 4.3 Algemene zorgplicht De algemene zorgplicht (artikel 2 van de Flora- en faunawet) houdt in dat een ieder die redelijkerwijs kan vermoeden dat door zijn handelen nadelige gevolgen voor de fauna kunnen ontstaan, verplicht is dergelijk handelen achterwege te laten of maatregelen te nemen om de nadelige gevolgen te voorkomen. Zo kan er bijvoorbeeld rekening worden gehouden met amfibieën en kleine zoogdieren worden wanneer materialen en houtstapels, waaronder de dieren verblijven, worden verwijderd. De algemene zorgplicht is in de meeste gevallen voornamelijk van toepassing op beschermde soorten, die staan vermeld in Tabel 1 van de Flora- en faunawet. Dit betreffen algemeen voorkomende soorten, waarvoor bij ruimtelijke ontwikkeling een vrijstelling geldt. Indien er aanleiding is maatregelen te nemen ten aanzien van de zorgplicht, zal dat voor de betreffende soortgroep worden aangegeven. 4.4 Gebiedsbescherming De quickscan flora en fauna toetst voornamelijk aan de Flora- en faunawet. Indien een plangebied in of nabij een gebied is gelegen dat tot de EHS behoort of onder de Natuurbeschermingswet valt, dient te worden bepaald of er een effect valt te verwachten. Bij een toetsing aan de Natuurbeschermingswet spelen vaak andere facetten mee, zoals de aanwezige doelsoorten en kernwaarden van het betreffende beschermde gebied. 5. ONDERZOEKSRESULTATEN 5.1 Broedvogels Steenuil (beschermingscategorie 1) De aanwezige oude schuren op deellocatie B, tezamen met het kleinschalig landschap bestaande uit onder andere knotwilgen, ruige graslanden en akker/weilanden, biedt geschikt leefgebied voor steenuil. Het aanwezige habitat op de onderzoekslocatie is potentieel geschikt als onderdeel van een foerageergebied voor steenuil door de aanwezigheid van onder andere fruitbomen, houtopstand en begraasde weides. Door het ontbreken van sporen als braakballen, ruiveren en uitwerpselen van steenuil, is het niet te verwachten dat op de onderzoekslocatie een vaste rust- en verblijfplaats voor steenuil aanwezig is. Echter kan het op basis van de huidige onderzoeksinspanning niet op voorhand worden uitgesloten dat de onderzoekslocatie deel uitmaakt van essentieel leefgebied van steenuil die mogelijk in de directe omgeving van de onderzoekslocatie broedt. Gezien het geschikte habitat op de onderzoekslocatie en de directe omgeving, tezamen met de grootte van de onderzoekslocatie, is het niet uit te sluiten dat de ingreep effect kan hebben op het leefgebied van steenuil. Door de onderzoekslocatie steenuilvriendelijk in te richten, door onder andere het behouden of nieuwe aanplant van de fruitbomen op deellocatie A en B (voor tips zie www.steenuil.nl) en het plaatsen van een steenuilkast op een geschikte locatie is mogelijke overtredingen van de Flora- en faunawet ten aanzien van steenuil te voorkomen. Deze plaatsing kan worden uitgevoerd in overleg met een ter zake kundige op het gebied van steenuilen. Zijn deze maatregelen niet mogelijk, dan is aanvullend onderzoek naar de aanwezigheid van steenuil in de directe omgeving noodzakelijk. 10083614_V2 OSS.GEM.ECO1 Pagina 5 van 12

Huismus (beschermingcategorie 2) Tijdens het veldbezoek zijn huismussen waargenomen in de schuur op deellocatie A. Het betreft de bergschuur waarvan het achterste gedeelte in gebruik is als stal en kippenhok. Naar verwachting zijn huismussen buiten het broedseizoen, tijdens het veldbezoek, op deellocatie A waargenomen wegens het voedselaanbod (in de vorm van kippenvoer). Huismus maakt vooral buiten het broedseizoen gebruik van gemeenschappelijke slaapplaatsen. Vanwege het seizoen waarin het veldbezoek heeft plaatsgevonden en de hoeveelheid huismussen in de schuur is het mogelijk dat deze schuur een gemeenschappelijke slaapplaats is voor deze soort. In de directe omgeving zijn dichte begroeiing en hoge bomen aanwezig welke tevens kunnen fungeren als gemeenschappelijke slaapplaats. De woning op deellocatie A is geschikt als broedlocatie voor huismus door de aanwezigheid van een dakpannen dak waarvan de ruimte onder de onderste rand dakpannen toegankelijk is voor huismus. Het woonhuis blijft gehandhaafd. Op deellocatie A zijn overtredingen van de Flora- en faunawet ten aanzien van huismus uit te sluiten. Op deellocatie B zijn nestresten in de ruimte onder de onderste dakpanrand aangetroffen. Deze nestresten zijn vermoedelijk van huismus. Door de nieuwbouwwoningen geschikt te maken als broedlocatie voor deze soort en de werkzaamheden te starten buiten het broedseizoen (eind maartaugustus) zijn mogelijke overtredingen van de Flora- en faunawet te voorkomen. Hierdoor wordt het verlies van mogelijk broedlocaties van huismus opgevangen. Dit kan onder andere door de nieuwbouwwoningen te voorzien van vogelvides onder de laagste rij pannen van een dak. Indien de initiatiefnemer niet bereid is op voorhand de nieuwbouw geschikt te maken, dient alsnog aanvullend onderzoek binnen het broedseizoen naar huismus te worden uitgevoerd. Hieruit zal blijken of er sprake is van verstoring van huismusnesten en overtreding van de Flora- en faunawet. Kerkuil (beschermingscategorie 3) In alle bebouwing op deellocatie B zijn braakballen van kerkuil aangetroffen. De braakballen betreffen zowel oude als verse kerkuilbraakballen. De kleinere formaat kerkuilbraakballen zijn vermoedelijk afkomstig van jonge kerkuilen. De onderzoekslocatie wordt naar verwachting gebruikt door kerkuilen om te roesten. Een nestplaats van kerkuil is tijdens het veldbezoek niet aangetroffen. Het traceren van een (oud) nest in de oude boerenschuren buiten het broedseizoen is echter lastig. Gezien de omvang van de onderzoekslocatie tezamen met de periode waarin het veldbezoek is uitgevoerd, is een nestplaats van kerkuil op de onderzoekslocatie niet volledig uit te sluiten. Door op voorhand aan de binnenzijde van de nieuwe open kapschuur, op deellocatie A, een nestkast voor kerkuil te plaatsen is mogelijke overtredingen van de Flora- en faunawet ten aanzien van kerkuil te voorkomen. Deze plaatsing kan worden uitgevoerd in overleg met een ter zake kundige op het gebied van kerkuilen. Indien deze maatregel niet wordt uitgevoerd dient aanvullend onderzoek binnen het geschikte seizoen meer uitsluitsel te geven over het gebruik en belang de onderzoekslocatie voor kerkuilen. Overige vogelsoorten waarvan het nest jaarrond beschermd is (categorie 1 t/m 4) zijn niet te verwachten op de onderzoekslocatie door het ontbreken van verblijfsindicaties of het ontbreken van geschikt habitat. Broedvogels (beschermingscategorie 5) Op de onderzoekslocatie kunnen enkele soorten uit de beschermingscategorie 5, zoals koolmees, pimpelmees, zwarte roodstaart en boerenzwaluw nestgelegenheid vinden. Daarnaast zijn op de onderzoekslocatie spreeuw en zwarte kraai waargenomen en is een eksternest aangetroffen. Het gaat hierbij om “algemeen” voorkomende soorten, die in dit geval ook in de directe omgeving voldoende broedgelegenheid hebben. De aanwezige bomen zijn gecontroleerd op nestholtes; deze zijn niet aangetroffen. Er zijn derhalve geen bijzondere ecologische omstandigheden die rechtvaardigen dat de nesten van genoemde soorten op de onderzoekslocatie een jaarrond beschermde status zouden moeten hebben. 10083614_V2 OSS.GEM.ECO1 Pagina 6 van 12

Huismus (beschermingcategorie 2)<br />

Tijdens het veldbezoek zijn huismussen waargenomen in de schuur op deellocatie A. Het betreft de<br />

bergschuur waarvan het achterste gedeelte in gebruik is als stal en kippenhok. Naar verwachting zijn<br />

huismussen buiten het broedseizoen, tijdens het veldbezoek, op deellocatie A waargenomen wegens<br />

het voedselaanbod (in de vorm van kippenvoer). Huismus maakt vooral buiten het broedseizoen gebruik<br />

van gemeenschappelijke slaapplaatsen.<br />

Vanwege het seizoen waarin het veldbezoek heeft plaatsgevonden en de hoeveelheid huismussen in<br />

de schuur is het mogelijk dat deze schuur een gemeenschappelijke slaapplaats is voor deze soort. In<br />

de directe omgeving zijn dichte begroeiing en hoge bomen aanwezig welke tevens kunnen fungeren<br />

als gemeenschappelijke slaapplaats. De woning op deellocatie A is geschikt als broedlocatie voor<br />

huismus door de aanwezigheid van een dakpannen dak waarvan de ruimte onder de onderste rand<br />

dakpannen toegankelijk is voor huismus. Het woonhuis blijft gehandhaafd. Op deellocatie A zijn overtredingen<br />

van de Flora- en faunawet ten aanzien van huismus uit te sluiten.<br />

Op deellocatie B zijn nestresten in de ruimte onder de onderste dakpanrand aangetroffen. Deze nestresten<br />

zijn vermoedelijk van huismus. Door de nieuwbouwwoningen geschikt te maken als broedlocatie<br />

voor deze soort en de werkzaamheden te starten buiten het broedseizoen (eind maartaugustus)<br />

zijn mogelijke overtredingen van de Flora- en faunawet te voorkomen. Hierdoor wordt het<br />

verlies van mogelijk broedlocaties van huismus opgevangen. Dit kan onder andere door de nieuwbouwwoningen<br />

te voorzien van vogelvides onder de laagste rij pannen van een dak. Indien de initiatiefnemer<br />

niet bereid is op voorhand de nieuwbouw geschikt te maken, dient alsnog aanvullend onderzoek<br />

binnen het broedseizoen naar huismus te worden uitgevoerd. Hieruit zal blijken of er sprake<br />

is van verstoring van huismusnesten en overtreding van de Flora- en faunawet.<br />

Kerkuil (beschermingscategorie 3)<br />

In alle bebouwing op deellocatie B zijn braakballen van kerkuil aangetroffen. De braakballen betreffen<br />

zowel oude als verse kerkuilbraakballen. De kleinere formaat kerkuilbraakballen zijn vermoedelijk<br />

afkomstig van jonge kerkuilen. De onderzoekslocatie wordt naar verwachting gebruikt door kerkuilen<br />

om te roesten. Een nestplaats van kerkuil is tijdens het veldbezoek niet aangetroffen. Het traceren<br />

van een (oud) nest in de oude boerenschuren buiten het broedseizoen is echter lastig. Gezien de<br />

omvang van de onderzoekslocatie tezamen met de periode waarin het veldbezoek is uitgevoerd, is<br />

een nestplaats van kerkuil op de onderzoekslocatie niet volledig uit te sluiten. Door op voorhand aan<br />

de binnenzijde van de nieuwe open kapschuur, op deellocatie A, een nestkast voor kerkuil te plaatsen<br />

is mogelijke overtredingen van de Flora- en faunawet ten aanzien van kerkuil te voorkomen. Deze<br />

plaatsing kan worden uitgevoerd in overleg met een ter zake kundige op het gebied van kerkuilen.<br />

Indien deze maatregel niet wordt uitgevoerd dient aanvullend onderzoek binnen het geschikte seizoen<br />

meer uitsluitsel te geven over het gebruik en belang de onderzoekslocatie voor kerkuilen.<br />

Overige vogelsoorten waarvan het nest jaarrond beschermd is (categorie 1 t/m 4) zijn niet te verwachten<br />

op de onderzoekslocatie door het ontbreken van verblijfsindicaties of het ontbreken van geschikt<br />

habitat.<br />

Broedvogels (beschermingscategorie 5)<br />

Op de onderzoekslocatie kunnen enkele soorten uit de beschermingscategorie 5, zoals koolmees,<br />

pimpelmees, zwarte roodstaart en boerenzwaluw nestgelegenheid vinden. Daarnaast zijn op de onderzoekslocatie<br />

spreeuw en zwarte kraai waargenomen en is een eksternest aangetroffen. Het gaat<br />

hier<strong>bij</strong> om “algemeen” voorkomende soorten, die in dit geval ook in de directe omgeving voldoende<br />

broedgelegenheid hebben. De aanwezige bomen zijn gecontroleerd op nestholtes; deze zijn niet<br />

aangetroffen. Er zijn derhalve geen <strong>bij</strong>zondere ecologische omstandigheden die rechtvaardigen dat<br />

de nesten van genoemde soorten op de onderzoekslocatie een jaarrond beschermde status zouden<br />

moeten hebben.<br />

10083614_V2 OSS.GEM.ECO1 Pagina 6 van 12

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!