Hypertensieve aandoeningen tijdens de zwangerschap ... - KNOV

Hypertensieve aandoeningen tijdens de zwangerschap ... - KNOV Hypertensieve aandoeningen tijdens de zwangerschap ... - KNOV

dutchmidwife.com
from dutchmidwife.com More from this publisher
28.09.2013 Views

• Verwijs een zwangere tussen de 20 en 36 weken met een SBD ≥ 140 en/of DBD ≥ 90 voor een consult naar de tweede lijn. • Verwijs een zwangere vanaf 36 weken met een SBD ≥ 150 en/of DBD ≥ 95 voor een consult naar de tweede lijn. • Volg opnieuw bovenstaande aanbevelingen bij terugverwijzing na beoordeling door de tweede lijn. 5.2 Beleid tijdens de bevalling 36 Zie tevens de bijbehorende praktijkkaart Er bestaat een kans dat vrouwen tijdens de baring (pre-)eclampsie ontwikkelen. Meet daarom tijdens de bevalling de bloeddruk, want dat kan extra waardevolle informatie opleveren. Conclusies Studies Niveau Van de (4796) vrouwen die tijdens de zwangerschap steeds een diastolische bloeddruk ≤ 90 mmHg hadden, blijft 66% normotensief tijdens de bevalling, 26% heeft hypertensie (diastolische bloeddruk 90-110 mmHg) en 8% ontwikkelt pre-eclampsie. C Zhang, 20017 3 Wanneer hypertensie (diastolische bloeddruk ≥ 90 mmHg) en pre-eclampsie tijdens de bevalling voor het eerst optreden is dit niet geassocieerd met slechte perinatale uitkomsten. C Zhang, 20017 3 32.4% van de eclamptische insulten vindt tijdens de bevalling plaats. C Zwart, 20089 3 De helft van alle eclamptische insulten die postpartum optreden, vindt plaats binnen vijf uur na de bevalling. C Zwart 20089 3 Overige overwegingen Uit routinematige bloeddrukmetingen bij bevallingen in het ziekenhuis is bekend dat de bloeddruk tijdens de bevalling iets, maar niet veel stijgt ten opzichte van de bloeddruk aan het einde van de zwangerschap. Het niet meten van de bloeddruk tijdens de bevalling wordt in perinatale audits aangemerkt als een ‘substandard care’ factor 94. Door mogelijke vervuiling van de urine met bloed of vruchtwater is tijdens de bevalling katheterurine nodig voor een eventuele bepaling van proteïnurie. Aanbevelingen voor tijdens de bevalling • Meet de bloeddruk tijdens de bevalling twee keer: - tijdens de ontsluitingsfase; - een uur na de geboorte van de placenta. • Bepaal bij een SBD ≥ 140 en/of DBD ≥ 90 na een uur opnieuw de bloeddruk. • Betrek de volgende factoren bij het bepalen van het verwijsbeleid: - de actuele bloeddrukwaarde; - eventuele lichamelijke klachten passend bij (pre-)eclampsie;

- eventuele proteïnurie; - eventuele risicofactoren. • Verwijs in ieder geval bij een SBD ≥ 150 en/of DBD ≥ 95 en/of bij pre-eclamptische klachten en/of bij proteïnurie. 5.3 Beleid tijdens de kraamperiode Zie tevens de bijbehorende praktijkkaart Na een bevalling is het risico op (pre-)eclampsie of het HELLP-syndroom nog niet verdwenen. Zo’n dertig procent van de diagnoses pre-eclampsie, eclampsie en HELLP-syndroom wordt in de kraambedperiode (1-10 dagen na de bevalling) gesteld 9;13;21. Conclusies Studies Niveau Van alle eclamptische insulten vindt 28-33% C Zwart, 2008 na de bevalling plaats. Ook het HELLPsyndroom wordt in 30% van de gevallen postpartum geconstateerd. 9 Chames, 200221 D Steegers, 201013 3 Eclamptische insulten die postpartum optreden, vinden binnen acht dagen na de partus plaats. C Zwart, 20089 3 Vrouwen die een ernstige hypertensieve C Rep, 200733 aandoening hebben gehad, rapporteren tot een jaar na de bevalling meer lichamelijke klachten en psychosociale problemen. Roes, 200595 3 Overige overwegingen Door mogelijke vervuiling van de urine met lochia is tijdens de kraamperiode katheterurine nodig voor een eventuele bepaling van proteïnurie. Borstvoeding verlaagt zowel de systolische als de diastolische bloeddruk 96. Dit effect treedt zowel tijdens een borstvoeding op als in de periode van zes maanden waarin de borstvoeding werd gegeven. Bij vrouwen die kunstvoeding geven, treedt dit effect niet op 96. Aanbevelingen voor tijdens de kraamperiode • Meet de bloeddruk tijdens de kraamperiode bij alle vrouwen tenminste twee keer: - 24-48 uur postpartum, - op de achtste dag postpartum. • Meet de bloeddruk tevens bij ieder consult bij: - vrouwen met een hypertensieve aandoening op enig moment tijdens de zwangerschap, - vrouwen met twee of meer risicofactoren. • Bevestig een eenmalig gevonden hypertensie altijd met een nameting na tenminste vier uur (of langer) om wittejashypertensie uit te sluiten, behalve bij een systolische bloeddruk (SBD) ≥ 160 en/of een diastolische bloeddruk (DBD) ≥ 100. • Bepaal eventueel proteïnurie in katheterurine bij een SBD ≥ 140 en/of DBD ≥ 90. • Betrek de volgende factoren bij het bepalen van het verwijsbeleid: - actuele bloeddrukwaarde, 37

• Verwijs een zwangere tussen <strong>de</strong> 20 en 36 weken met een SBD ≥ 140 en/of DBD ≥ 90 voor een consult<br />

naar <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> lijn.<br />

• Verwijs een zwangere vanaf 36 weken met een SBD ≥ 150 en/of DBD ≥ 95 voor een consult naar <strong>de</strong><br />

twee<strong>de</strong> lijn.<br />

• Volg opnieuw bovenstaan<strong>de</strong> aanbevelingen bij terugverwijzing na beoor<strong>de</strong>ling door <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> lijn.<br />

5.2 Beleid <strong>tij<strong>de</strong>ns</strong> <strong>de</strong> bevalling<br />

36<br />

Zie tevens <strong>de</strong> bijbehoren<strong>de</strong> praktijkkaart<br />

Er bestaat een kans dat vrouwen <strong>tij<strong>de</strong>ns</strong> <strong>de</strong> baring (pre-)eclampsie ontwikkelen. Meet daarom <strong>tij<strong>de</strong>ns</strong> <strong>de</strong><br />

bevalling <strong>de</strong> bloeddruk, want dat kan extra waar<strong>de</strong>volle informatie opleveren.<br />

Conclusies Studies Niveau<br />

Van <strong>de</strong> (4796) vrouwen die <strong>tij<strong>de</strong>ns</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>zwangerschap</strong> steeds een diastolische bloeddruk ≤<br />

90 mmHg had<strong>de</strong>n, blijft 66% normotensief<br />

<strong>tij<strong>de</strong>ns</strong> <strong>de</strong> bevalling, 26% heeft hypertensie<br />

(diastolische bloeddruk 90-110 mmHg) en 8%<br />

ontwikkelt pre-eclampsie.<br />

C Zhang, 20017 3<br />

Wanneer hypertensie (diastolische bloeddruk ≥ 90<br />

mmHg) en pre-eclampsie <strong>tij<strong>de</strong>ns</strong> <strong>de</strong> bevalling<br />

voor het eerst optre<strong>de</strong>n is dit niet geassocieerd<br />

met slechte perinatale uitkomsten.<br />

C Zhang, 20017 3<br />

32.4% van <strong>de</strong> eclamptische insulten vindt <strong>tij<strong>de</strong>ns</strong><br />

<strong>de</strong> bevalling plaats.<br />

C Zwart, 20089 3<br />

De helft van alle eclamptische insulten die<br />

postpartum optre<strong>de</strong>n, vindt plaats binnen vijf uur<br />

na <strong>de</strong> bevalling.<br />

C Zwart 20089 3<br />

Overige overwegingen<br />

Uit routinematige bloeddrukmetingen bij bevallingen in het ziekenhuis is bekend dat <strong>de</strong> bloeddruk <strong>tij<strong>de</strong>ns</strong> <strong>de</strong><br />

bevalling iets, maar niet veel stijgt ten opzichte van <strong>de</strong> bloeddruk aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> <strong>zwangerschap</strong>.<br />

Het niet meten van <strong>de</strong> bloeddruk <strong>tij<strong>de</strong>ns</strong> <strong>de</strong> bevalling wordt in perinatale audits aangemerkt als een<br />

‘substandard care’ factor 94.<br />

Door mogelijke vervuiling van <strong>de</strong> urine met bloed of vruchtwater is <strong>tij<strong>de</strong>ns</strong> <strong>de</strong> bevalling katheterurine nodig<br />

voor een eventuele bepaling van proteïnurie.<br />

Aanbevelingen voor <strong>tij<strong>de</strong>ns</strong> <strong>de</strong> bevalling<br />

• Meet <strong>de</strong> bloeddruk <strong>tij<strong>de</strong>ns</strong> <strong>de</strong> bevalling twee keer:<br />

- <strong>tij<strong>de</strong>ns</strong> <strong>de</strong> ontsluitingsfase;<br />

- een uur na <strong>de</strong> geboorte van <strong>de</strong> placenta.<br />

• Bepaal bij een SBD ≥ 140 en/of DBD ≥ 90 na een uur opnieuw <strong>de</strong> bloeddruk.<br />

• Betrek <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> factoren bij het bepalen van het verwijsbeleid:<br />

- <strong>de</strong> actuele bloeddrukwaar<strong>de</strong>;<br />

- eventuele lichamelijke klachten passend bij (pre-)eclampsie;

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!