Hypertensieve aandoeningen tijdens de zwangerschap ... - KNOV

Hypertensieve aandoeningen tijdens de zwangerschap ... - KNOV Hypertensieve aandoeningen tijdens de zwangerschap ... - KNOV

dutchmidwife.com
from dutchmidwife.com More from this publisher
28.09.2013 Views

aan het bestaan van een hypertensieve aandoening. Uit een onderzoek onder zwangeren met of zonder hypertensie blijkt dat kinderen van vrouwen met hypertensie aan het begin van het derde trimester minder beweeglijk zijn dan die van zwangeren zonder hypertensie 71. Rond de à terme datum zijn de foetussen van zwangeren met hypertensie juist beweeglijker. Opvallend is dat foetussen van zwangeren met chronische hypertensie even beweeglijk zijn als die van de zwangeren zonder hypertensie 71. Vraag daarom ook standaard bij ieder consult naar de beweeglijkheid van het kind, of het nu om (een vermoeden van) hypertensie gaat of niet. In samenwerking met de NVOG en de KNOV heeft de patiëntenvereniging ‘Stichting HELLP-syndroom’ een memoblokje ontwikkeld, waarin de meest voorkomende klachten staan. Het blokje spoort zwangeren aan om contact op te nemen met de verloskundige wanneer een of meer van die klachten zich voordoen. Dit memoblokje kunt u heel goed gebruiken bij uw voorlichting. Aanbevelingen • Vraag bij een verhoogde bloeddruk routinematig naar hoofdpijn, pijn in de bovenbuik of tussen de schouderbladen, visusklachten, oedeem, misselijkheid, braken. Vraag eventueel ook naar een gevoel van algehele malaise of een grieperig gevoel zonder koorts. • Geef voorlichting aan alle zwangeren rond de 23-26 weken over de lichamelijke klachten en verschijnselen die zich kunnen voordoen bij hypertensieve aandoeningen. Dit kunt u doen aan de hand van het HELLP-memoblokje. • Instrueer zwangeren met een bloeddruk ≥ 130/85 mmHg bij welke lichamelijke klachten en verschijnselen zij alert moeten zijn en direct contact moeten opnemen. • Wees ook alert op (pre-)eclampsie of HELLP-syndroom bij een zwangerschapshypertensie zonder lichamelijke klachten. 3.4 Bloeddruk, proteïnurie en lichamelijke klachten als voorspellers van complicaties Belangrijk bij alle bovenstaande diagnostische mogelijkheden is de vraag wat de voorspellende waarde is van de bloeddruk, proteïnurie of lichamelijke klachten voor het optreden van complicaties. Bloeddruk als voorspeller van complicaties Een kwart tot bijna de helft van de vrouwen met zwangerschapshypertensie krijgt pre-eclampsie 7;27;28. Overigens wordt bij eclampsie en HELLP regelmatig pas achteraf hypertensie vastgesteld, omdat het ziektebeeld zich zo snel ontwikkelt. In een laagrisico populatie blijkt de gemiddelde arteriële bloeddruk in het eerste en tweede trimester een betere voorspeller te zijn van pre-eclampsie later in de zwangerschap dan de diastolische of systolische bloeddruk alleen 6. Volgens onderzoekers is voor een ziekte als pre-eclampsie met een relatief lage prevalentie de voorspellende waarde toch te laag 6. Er werd altijd vanuit gegaan dat een forse stijging van de bloeddruk (SBD ≥ 30 en DBD ≥ 15 mmHg) ook een voorteken van pre-eclampsie is. Deze bloeddrukstijging was vroeger ook opgenomen in definities van pre-eclampsie 72;73. Een relatief grote bloeddrukstijging komt weliswaar bijna drie keer vaker voor bij vrouwen die later pre-eclampsie krijgen, maar is toch geen goede voorspeller van pre-eclampsie 48. Ook bij zwangeren die tot na de bevalling normotensief blijven, komt een dergelijke stijging voor. Blijft de bloeddruk ondanks de stijging onder de 140/90 mmHg, dan leidt dit niet tot complicaties 72. Dit laatste geldt alleen bij afwezigheid van proteïnurie en pre-eclamptische klachten. 26

Over het algemeen geldt: hoe vroeger in de zwangerschap de bloeddruk stijgt, hoe groter de kans op preeclampsie 27;28. Stijgt de bloeddruk al voor de 30 weken, dan is de kans dat zich pre-eclampsie ontwikkelt 42- 52% 27;28. Na 36 weken is die kans teruggelopen tot 10% 28. Hoe later de zwangerschapshypertensie zich manifesteert, des te sneller wordt de pre-eclampsie duidelijk 28. Voor de 32e week zit er gemiddeld een maand tussen de constatering van hypertensie en het tijdstip waarop de pre-eclampsie zich manifesteert. Na de 36e week zit tussen de vaststelling van hypertensie en preeclampsie nog maar zes dagen 28. Proteïnurie als voorspeller van complicaties De aanwezigheid van eiwit in de urine duidt op verergering van de hypertensieve aandoening. De kans op complicaties bij hypertensie met proteïnurie is groter dan bij alleen zwangerschapshypertensie 7;27;72 . Proteïnurie is een voorwaarde voor het stellen van de diagnose pre-eclampsie. Toch kan proteïnurie niet vastgesteld worden bij 10-15% van de zwangeren met HELLP en bij bijna 40% van de zwangeren met eclampsie. Dat kan liggen aan onbetrouwbare diagnostiek (dipstick). Soms ook loopt de ontwikkeling van proteïnurie niet altijd parallel aan de ontwikkeling van hypertensie 67. Lichamelijke klachten als voorspellers van complicaties Het merendeel van de zwangeren met hypertensie of pre-eclampsie heeft geen lichamelijke klachten. Zelfs wanneer de pre-eclampsie verergert of eclampsie ontstaat, rapporteert 20-40% van de vrouwen geen klachten 9. Zwangeren met het HELLP-syndroom die klachten hebben, ontwikkelen vaker eclampsie, maar lang niet altijd 74. Conclusies Studies Niveau De bloeddruk alleen is geen goede A Cnossen, 2008 voorspeller van (pre-)eclampsie. 6 C Zhang, 20017 1 De combinatie van hypertensie met C Zhang, 2001 proteïnurie resulteert in een grotere kans op slechte maternale en foetale uitkomsten dan alleen zwangerschapshypertensie. 7; Knuist, 19985; North, 199972; Barton, 200127 3 Hoe vroeger de zwangerschapshypertensie C Saudan, 1998 zich manifesteert, hoe groter de kans dat de vrouw pre-eclampsie ontwikkelt. 28, Barton, 200127 3 De ontwikkeling van hypertensie naar preeclampsie verloopt sneller naarmate de bloeddruk later in de zwangerschap stijgt. C Saudan, 199828 3 Hypertensie en/of proteïnurie zijn afwezig bij 10-15% van de zwangeren met het HELLP-syndroom en bij 38% van de zwangeren met eclampsie. D Airoldi, 200769 3 Van de zwangeren die met ernstige preeclampsie of eclampsie worden opgenomen, rapporteert 20-40% geen klachten. C Zwart, 20089 3 Overige overwegingen Er is nauwelijks onderzoek gedaan naar het onderlinge verband van de bloeddruk, proteïnurie en lichamelijke klachten bij het ontstaan van (pre-)eclampsie of het HELLP-syndroom. Ook ontbreekt onderzoek naar de gezamenlijke voorspellende waarde van deze drie factoren. 27

aan het bestaan van een hypertensieve aandoening. Uit een on<strong>de</strong>rzoek on<strong>de</strong>r zwangeren met of zon<strong>de</strong>r<br />

hypertensie blijkt dat kin<strong>de</strong>ren van vrouwen met hypertensie aan het begin van het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> trimester min<strong>de</strong>r<br />

beweeglijk zijn dan die van zwangeren zon<strong>de</strong>r hypertensie 71. Rond <strong>de</strong> à terme datum zijn <strong>de</strong> foetussen van<br />

zwangeren met hypertensie juist beweeglijker. Opvallend is dat foetussen van zwangeren met chronische<br />

hypertensie even beweeglijk zijn als die van <strong>de</strong> zwangeren zon<strong>de</strong>r hypertensie 71. Vraag daarom ook standaard<br />

bij ie<strong>de</strong>r consult naar <strong>de</strong> beweeglijkheid van het kind, of het nu om (een vermoe<strong>de</strong>n van) hypertensie gaat of<br />

niet.<br />

In samenwerking met <strong>de</strong> NVOG en <strong>de</strong> <strong>KNOV</strong> heeft <strong>de</strong> patiëntenvereniging ‘Stichting HELLP-syndroom’<br />

een memoblokje ontwikkeld, waarin <strong>de</strong> meest voorkomen<strong>de</strong> klachten staan. Het blokje spoort zwangeren aan<br />

om contact op te nemen met <strong>de</strong> verloskundige wanneer een of meer van die klachten zich voordoen. Dit<br />

memoblokje kunt u heel goed gebruiken bij uw voorlichting.<br />

Aanbevelingen<br />

• Vraag bij een verhoog<strong>de</strong> bloeddruk routinematig naar hoofdpijn, pijn in <strong>de</strong> bovenbuik of tussen <strong>de</strong><br />

schou<strong>de</strong>rbla<strong>de</strong>n, visusklachten, oe<strong>de</strong>em, misselijkheid, braken. Vraag eventueel ook naar een gevoel van<br />

algehele malaise of een grieperig gevoel zon<strong>de</strong>r koorts.<br />

• Geef voorlichting aan alle zwangeren rond <strong>de</strong> 23-26 weken over <strong>de</strong> lichamelijke klachten en<br />

verschijnselen die zich kunnen voordoen bij hypertensieve <strong>aandoeningen</strong>. Dit kunt u doen aan <strong>de</strong> hand<br />

van het HELLP-memoblokje.<br />

• Instrueer zwangeren met een bloeddruk ≥ 130/85 mmHg bij welke lichamelijke klachten en<br />

verschijnselen zij alert moeten zijn en direct contact moeten opnemen.<br />

• Wees ook alert op (pre-)eclampsie of HELLP-syndroom bij een <strong>zwangerschap</strong>shypertensie zon<strong>de</strong>r<br />

lichamelijke klachten.<br />

3.4 Bloeddruk, proteïnurie en lichamelijke klachten als voorspellers van complicaties<br />

Belangrijk bij alle bovenstaan<strong>de</strong> diagnostische mogelijkhe<strong>de</strong>n is <strong>de</strong> vraag wat <strong>de</strong> voorspellen<strong>de</strong> waar<strong>de</strong> is van<br />

<strong>de</strong> bloeddruk, proteïnurie of lichamelijke klachten voor het optre<strong>de</strong>n van complicaties.<br />

Bloeddruk als voorspeller van complicaties<br />

Een kwart tot bijna <strong>de</strong> helft van <strong>de</strong> vrouwen met <strong>zwangerschap</strong>shypertensie krijgt pre-eclampsie 7;27;28.<br />

Overigens wordt bij eclampsie en HELLP regelmatig pas achteraf hypertensie vastgesteld, omdat het<br />

ziektebeeld zich zo snel ontwikkelt.<br />

In een laagrisico populatie blijkt <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> arteriële bloeddruk in het eerste en twee<strong>de</strong> trimester een<br />

betere voorspeller te zijn van pre-eclampsie later in <strong>de</strong> <strong>zwangerschap</strong> dan <strong>de</strong> diastolische of systolische<br />

bloeddruk alleen 6. Volgens on<strong>de</strong>rzoekers is voor een ziekte als pre-eclampsie met een relatief lage prevalentie<br />

<strong>de</strong> voorspellen<strong>de</strong> waar<strong>de</strong> toch te laag 6.<br />

Er werd altijd vanuit gegaan dat een forse stijging van <strong>de</strong> bloeddruk (SBD ≥ 30 en DBD ≥ 15 mmHg) ook<br />

een voorteken van pre-eclampsie is. Deze bloeddrukstijging was vroeger ook opgenomen in <strong>de</strong>finities van<br />

pre-eclampsie 72;73. Een relatief grote bloeddrukstijging komt weliswaar bijna drie keer vaker voor bij vrouwen<br />

die later pre-eclampsie krijgen, maar is toch geen goe<strong>de</strong> voorspeller van pre-eclampsie 48. Ook bij zwangeren<br />

die tot na <strong>de</strong> bevalling normotensief blijven, komt een <strong>de</strong>rgelijke stijging voor. Blijft <strong>de</strong> bloeddruk ondanks <strong>de</strong><br />

stijging on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> 140/90 mmHg, dan leidt dit niet tot complicaties 72. Dit laatste geldt alleen bij afwezigheid<br />

van proteïnurie en pre-eclamptische klachten.<br />

26

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!