de wantrouwige vlaming. de toestand van het ... - Ademloos
de wantrouwige vlaming. de toestand van het ... - Ademloos de wantrouwige vlaming. de toestand van het ... - Ademloos
Tabel 4. Institutioneel vertrouwen per electoraat, ISPO 2010 (gemiddelde, herschaald 0-10; N = 661) De politieke partijen Het parlement CD&V 4,2 a Groen! 5,1 a sp.a 4,1 a CD&V 4,6 ab Groen! 4,1 a sp.a 4,5 ab N-VA 3,8 a Open VLD 4,3 ab Open VLD 3,8 ab N-VA 3,9 bc Blanco - ongeldig - niet 2,8 bc Blanco - ongeldig - niet 3,2 cd Vlaams Belang 2,3 c Vlaams Belang 2,5 d De regering Gerecht CD&V 4,5 a Groen! 5,2 a Groen! 4,3 ab CD&V 4,8 a sp.a 4,3 ab Open VLD 4,8 a Open VLD 4,1 ab sp.a 4,3 ab N-VA 3,9 ab Blanco - ongeldig - niet 4,1 ab Blanco - ongeldig - niet 3,4 bc N-VA 3,7 b Vlaams Belang 2,7 c Vlaams Belang 2,3 c Politie De vakbonden CD&V 6,0 a sp.a 5,5 a sp.a 5,8 ab CD&V 4,7 ab Open VLD 5,5 ab Groen! 4,5 ab Groen! 5,5 ab N-VA 4,1 b N-VA 5,2 b Blanco - ongeldig - niet 4,1 b Blanco - ongeldig - niet 5,1 ab Open VLD 3,9 b Vlaams Belang 4,8 ab Vlaams Belang 3,8 b De koning De Kerk sp.a 5,2 a CD&V 3,8 a Groen! 4,9 ab Blanco - ongeldig - niet 2,9 ab CD&V 4,8 a Groen! 2,3 b Blanco - ongeldig - niet 4,7 ab sp.a 2,2 b Open VLD 4,7 a N-VA 2,2 b N-VA 3,6 bc Open VLD 2,2 b Vlaams Belang 2,8 c Vlaams Belang 1,7 b De bank- De pers: TV, radio, instellingen kranten CD&V 4,7 a sp.a 4,8 a Blanco - ongeldig - niet 4,4 a CD&V 4,3 ab Open VLD 4,4 a Groen! 4,1 ab sp.a 4,1 a Blanco - ongeldig - niet 4,0 ab N-VA 4,0 a N-VA 3,9 b Vlaams Belang 3,9 a Vlaams Belang 3,8 ab Groen! 3,8 a Open VLD 3,8 b De letters in de laatste kolom geven de significante verschillen (p
5. Structurele determinanten van institutioneel vertrouwen De vorige paragrafen toonden aan dat de Vlaamse kiezers gemiddeld relatief weinig vertrouwen hebben in hun instellingen. Deze gemiddelden verbergen echter een grote variatie tussen allerhande bevolkingsgroepen en sociale categorieën. Wie zijn nu de wantrouwende en de vertrouwende burgers? Deze vraag beantwoorden door na te gaan of een resem sociaalstructurele variabelen samenhangen met vertrouwen in de tien instellingen. Tabel 5. Frequentieverdelingen voor de structurele determinanten, ISPO 2010 (N=711) Aantal Percentage Geslacht Man 381 53.6 Vrouw 330 46.4 Leeftijd 18-34 169 23.8 35-54 241 33.9 55+ 301 42.3 Opleidingsniveau Lager secundair of minder 210 29.6 Hoger secundair 267 37.7 Hoger onderwijs Beroepssituatie 232 32.7 hoger kader, professioneel 234 33.1 bediende of ambtenaar 130 18.4 zelfstandige 70 9.9 arbeider 214 30.2 niet actief Kerkelijke betrokkenheid 60 8.5 ongelovig/vrijzinnig 170 23.9 andere religie 22 3.1 randkerkelijk 316 44.4 kerkelijk / kerks 203 28.6 In onze analyse nemen we volgende structurele determinanten op. Gender (man vs. vrouw). Leeftijd is opgedeeld in drie categorieën (jongeren: 18-34; middelbare leeftijd: 35-54; ouderen: 55+). Het opleidingsniveau van respondenten werd gemeten aan de hand van het hoogst behaalde diploma (lager secundair diploma of lager; hoger secundair diploma; hoger onderwijs). De beroepssituatie is opgedeeld in vijf categorieën: hogere kaders en professionals; ambtenaren en bedienden; zelfstandigen; arbeiders; niet-actieven. 1 Als laatste kenmerk wordt kerkelijke 1 De groep niet-actieven omvat voornamelijk studenten, huismannen en vrouwen en gepensioneerden waarvoor we geen informatie beschikken over hun loopbaan. Gepensioneerden waarvoor we wel over loopbaangegevens beschikken werden opgedeeld naargelang het beroep dat ze vroeger uitoefenden. 17
- Page 1 and 2: DE WANTROUWIGE VLAMING. DE TOESTAND
- Page 3 and 4: Inhoudstafel Samenvatting 5 1. Inle
- Page 5 and 6: vertrouwensscores gezakt onder het
- Page 7 and 8: (anonieme) positiebekleders en inst
- Page 9 and 10: we hieraan te verhelpen door een we
- Page 11 and 12: Voor de negen van de tien instellin
- Page 13 and 14: Op basis van deze observaties hebbe
- Page 15: significant. N-VA kiezers en de gro
- Page 19 and 20: etrokkenheid. Ongelovigen en vrijzi
- Page 21 and 22: 6. De evolutie van institutioneel v
- Page 23 and 24: 1995 1999 2003 2007 2010 evolutie 1
- Page 25 and 26: Bibliografie Abts, K. (2005). De gr
- Page 27 and 28: Appendix: Vergelijking met het Euro
Tabel 4. Institutioneel vertrouwen per electoraat, ISPO 2010 (gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, herschaald 0-10; N =<br />
661)<br />
De politieke<br />
partijen<br />
Het parlement<br />
CD&V 4,2 a Groen! 5,1 a<br />
sp.a 4,1 a CD&V 4,6 ab<br />
Groen! 4,1 a sp.a 4,5 ab<br />
N-VA 3,8 a Open VLD 4,3 ab<br />
Open VLD 3,8 ab N-VA 3,9 bc<br />
Blanco - ongeldig - niet 2,8 bc Blanco - ongeldig - niet 3,2 cd<br />
Vlaams Belang 2,3 c Vlaams Belang 2,5 d<br />
De regering Gerecht<br />
CD&V 4,5 a Groen! 5,2 a<br />
Groen! 4,3 ab CD&V 4,8 a<br />
sp.a 4,3 ab Open VLD 4,8 a<br />
Open VLD 4,1 ab sp.a 4,3 ab<br />
N-VA 3,9 ab Blanco - ongeldig - niet 4,1 ab<br />
Blanco - ongeldig - niet 3,4 bc N-VA 3,7 b<br />
Vlaams Belang 2,7 c Vlaams Belang 2,3 c<br />
Politie De vakbon<strong>de</strong>n<br />
CD&V 6,0 a sp.a 5,5 a<br />
sp.a 5,8 ab CD&V 4,7 ab<br />
Open VLD 5,5 ab Groen! 4,5 ab<br />
Groen! 5,5 ab N-VA 4,1 b<br />
N-VA 5,2 b Blanco - ongeldig - niet 4,1 b<br />
Blanco - ongeldig - niet 5,1 ab Open VLD 3,9 b<br />
Vlaams Belang 4,8 ab Vlaams Belang 3,8 b<br />
De koning De Kerk<br />
sp.a 5,2 a CD&V 3,8 a<br />
Groen! 4,9 ab Blanco - ongeldig - niet 2,9 ab<br />
CD&V 4,8 a Groen! 2,3 b<br />
Blanco - ongeldig - niet 4,7 ab sp.a 2,2 b<br />
Open VLD 4,7 a N-VA 2,2 b<br />
N-VA 3,6 bc Open VLD 2,2 b<br />
Vlaams Belang 2,8 c Vlaams Belang 1,7 b<br />
De bank-<br />
De pers: TV, radio,<br />
instellingen<br />
kranten<br />
CD&V 4,7 a sp.a 4,8 a<br />
Blanco - ongeldig - niet 4,4 a CD&V 4,3 ab<br />
Open VLD 4,4 a Groen! 4,1 ab<br />
sp.a 4,1 a Blanco - ongeldig - niet 4,0 ab<br />
N-VA 4,0 a N-VA 3,9 b<br />
Vlaams Belang 3,9 a Vlaams Belang 3,8 ab<br />
Groen! 3,8 a Open VLD 3,8 b<br />
De letters in <strong>de</strong> laatste kolom geven <strong>de</strong> significante verschillen (p