28.09.2013 Views

De nieuwe opleidingscao zorgt voor continuïteit, met een extra troef ...

De nieuwe opleidingscao zorgt voor continuïteit, met een extra troef ...

De nieuwe opleidingscao zorgt voor continuïteit, met een extra troef ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Anderen vinden de informele communicatie tussen autochtonen en allochtonen belangrijker. “Tiruneh, onze<br />

Ethiopische arbeider, speelt mee <strong>met</strong> onze voetbalploeg. Dat is integratie”, zegt Kurt Vandenbroeke. “Maar Tiruneh is<br />

ook aanwezig op personeelsfeesten. En bij de geboorte van zijn kindje stonden zijn collega’s naast de wieg. Dat soort<br />

contacten zet <strong>een</strong> teneur. Als we <strong>nieuwe</strong> mensen aanwerven, worden hij en onze ingenieur van Marokkaanse afkomst<br />

ingeschakeld in het onthaal.”<br />

Grote en kleine bedrijven vullen ‘integratie’ elk anders in. Die tweedeling wordt bevestigd wanneer gevraagd wordt<br />

<strong>een</strong> inschatting te maken van de integratiekansen van allochtonen in respectievelijk <strong>een</strong> groot bedrijf en <strong>een</strong> KMO. <strong>De</strong><br />

gesprekspartners uit grote bedrijven denken dat integratie vlotter verloopt bij hen dan bij KMO’s, terwijl de vertegenwoordigers<br />

van de KMO’s net het tegenovergestelde vermoeden. Misschien hebben beiden gelijk. Afhankelijk van het<br />

relatieve gewicht dat toegekend wordt aan productiviteit en welzijn in de definitie van integratie, komen andere<br />

bedrijfsprofielen als gunstig naar voren.<br />

arbeidsintegratie van allochtonen: hulpmiddelen en oplossingsstrategieën<br />

“Tiruneh, onze Ethiopische arbeider, speelt mee <strong>met</strong> onze voetbalploeg:<br />

dat is integratie”<br />

Ondanks hun positieve ervaringen <strong>met</strong> allochtonen, zijn de meeste gesprekspartners tegenstanders van opgelegde<br />

quota <strong>voor</strong> het aanwerven van allochtonen. <strong>De</strong>nis Adang is echter niet principieel tegen quota. “Als die regelgeving<br />

redelijk is en tot stand kwam na grondig overleg <strong>met</strong> de sociale partners, moet dat haalbaar zijn. Het gaat er <strong>voor</strong>al<br />

over dat kleine ondernemingen g<strong>een</strong> verplichting opgelegd krijgen om <strong>extra</strong> allochtonen aan te werven. Maar <strong>voor</strong><br />

grote bedrijven is dat misschien wel haalbaar. Veel grote bedrijven werken bijna uitsluitend <strong>voor</strong> overheden. Een<br />

quotum is <strong>voor</strong> die bedrijven gewoon <strong>een</strong> verwachting van <strong>een</strong> klant. Als <strong>een</strong> goede Waalse klant me vraagt om ook<br />

zijn huis in Gent te renoveren, dan doe ik dat. Ook al werk ik normaal niet in Vlaanderen. Dat is <strong>een</strong> kwestie van<br />

wederzijds belang. <strong>De</strong> overheid heeft er baat bij dat allochtonen werk vinden, de grote bedrijven dat ze overheidsopdrachten<br />

mogen uitvoeren. Voor wat, hoort wat.”<br />

<strong>De</strong> vier andere gesprekspartners willen niet van quota weten en wijzen opgelegde verplichtingen af. <strong>De</strong> integratie<br />

van allochtonen is volgens hen <strong>voor</strong>eerst <strong>een</strong> verantwoordelijkheid van de leidinggevenden in het bedrijf. Dat<br />

wordt breed gezien: niet all<strong>een</strong> de directeur of personeelsdienst moet <strong>voor</strong>op lopen, maar ook de ploegbaas heeft<br />

HET FVB IN 2004-2005 ALLOCHTONEN IN DE BOUWSECTOR ONDERZOCHT<br />

67

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!