Rapport - Bureau Waardenburg
Rapport - Bureau Waardenburg
Rapport - Bureau Waardenburg
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
62<br />
dat meer vogels de lijnen op het laatste moment zien en nog kunnen ontwijken<br />
waardoor een aanvaring voorkomen wordt. Zowel het aangetoonde verschil in<br />
aanvlieghoogte tussen gemarkeerde en ongemarkeerde lijnsegmenten als het lagere<br />
percentage reacties bij gemarkeerde segmenten, duiden erop dat vogels de draden door<br />
toedoen van vogelflappen waarschijnlijk al op grotere afstand waarnemen en daardoor al<br />
op grotere afstand hun vlucht aan de naderende hoogspanningslijn aanpassen.<br />
Het positieve effect van de vogelflappen voor eenden en met name de smient is niet te<br />
verklaren door een verschil in passagefrequentie tussen gemarkeerde en ongemarkeerde<br />
lijnsegmenten. Er is aangetoond dat eenden de gemarkeerde lijnsegmenten niet<br />
ontwijken door er links of rechts omheen te vliegen. Het is daarom aannemelijk dat voor<br />
eenden de aanvaringskans bij de gemarkeerde segmenten lager is door een aanpassing<br />
van de vlieghoogte, al dan niet in combinatie met uitwijkingsgedrag op korte afstand<br />
van de hoogspanningslijn.<br />
Van zowel de kleine zwaan (n=1) als de smient (n=58) zijn in het onderzoeksgebied<br />
draadslachtoffers gevonden. Het is duidelijk dat de aanwezigheid van de bestaande 150<br />
kV hoogspanningslijn voor beide soorten leidt tot sterfte. Voor de kleine zwaan gaat het<br />
hierbij enkel om incidenten. Ook voor de smient is de sterfte niet dusdanig groot van<br />
omvang dat het een gevaar oplevert voor de lokaal overwinterende populatie. Voor deze<br />
soort is daarnaast aangetoond dat de bevestiging van vogelflappen leidt tot een sterke<br />
reductie van het aantal draadslachtoffers. Daarom zouden de vogelflappen in de<br />
bestaande 150 kV hoogspanningslijn en in de toekomst in de Randstad 380 kV en<br />
andere nieuwe hoogspanningsverbindingen toegepast kunnen worden ter mitigatie van<br />
de negatieve effecten voor deze soort.<br />
De effectiviteit van de draadmarkeringen kan mogelijk nog verder vergroot worden door<br />
de onderlinge afstand tussen de vogelflappen te verkleinen. Een andere te onderzoeken<br />
mogelijkheid, die voornamelijk de effectiviteit voor nachtactieve soorten zou kunnen<br />
vergroten, is het aanbrengen van lichtgevende elementen in de markeringen. Daarnaast<br />
zijn voor soorten die ’s nachts de hoogspanningslijn passeren naast de bliksemdraad ook<br />
de fasedraden erg gevaarlijk, aangezien deze in het donker net als de bliksemdraad niet<br />
of nauwelijks zichtbaar zijn. De fasedraden zijn echter niet gemarkeerd en het zou<br />
daarom interessant zijn om te onderzoeken of het mogelijk is om een spanningsloze met<br />
vogelflappen gemarkeerde draad tussen of vlak onder de fasedraden aan te brengen, om<br />
de in het donker passerende vogels te waarschuwen voor de fasedraden. De<br />
positionering van zo’n eventuele lijn vereist veel aandacht, aangezien het aanbrengen<br />
van een extra lijn ook weer kan leiden tot extra draadslachtoffers.<br />
Op basis van dit onderzoek kan geconcludeerd worden dat de vogelflappen in hun<br />
huidige staat (zonder bovengenoemde aanpassingen) een effectieve vorm van<br />
draadmarkering zijn. Met name op trajecten waar veel eenden de hoogspanningslijn<br />
passeren zal de toepassing van vogelflappen kunnen leiden tot een grote reductie van<br />
het aantal draadslachtoffers.