download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ewaard, en zelfs uitgegeven zoals <strong>de</strong> brieven van<br />
Lipsius, door hemzelf gepubliceerd.<br />
De komst van Scaliger naar <strong>de</strong> jonge Universiteit<br />
Lei<strong>de</strong>n viel in een perio<strong>de</strong> van verplaatsing van het<br />
zwaartepunt van wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoek van<br />
Frankrijk naar <strong>Holland</strong>. Scaliger, die in <strong>de</strong> late Renaissance<br />
met Lipsius en Isaac Casaubon het triumviraat<br />
vorm<strong>de</strong> van het West-Europese humanisme,<br />
wil<strong>de</strong> men graag contracteren. Zodoen<strong>de</strong><br />
werd in een twee<strong>de</strong> verzoek toegezegd dat hij geen<br />
college hoef<strong>de</strong> te geven. Dat viel wat tegen voor het<br />
Leidse leergierige publiek. Wel gaf hij privé-colleges<br />
aan on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>ren Hugo Grotius en Daniel<br />
Heinsius. Hij publiceer<strong>de</strong> ‘maar’ <strong>de</strong>rtien titels bij<br />
<strong>de</strong> drukkerij Officina Platiniana Raphelengii, zodat<br />
R. Breugelmans conclu<strong>de</strong>ert over <strong>de</strong>ze productie: “<br />
...dat die niet groot is geweest: of onbedui<strong>de</strong>nd, of<br />
herzieningen van eer<strong>de</strong>r werk, of vertalingen, of<br />
werk van kleine omvang” (p. 99). Eén boek is echter<br />
van bijzon<strong>de</strong>re kwaliteit: het Opus <strong>de</strong> emendatione<br />
temporum van 1598, een bewerking van een uitgave<br />
uit 1583. Samen met <strong>de</strong> Thesaurus temporum (Lei<strong>de</strong>n,<br />
1606) vorm<strong>de</strong> het <strong>de</strong> wetenschappelijke fun<strong>de</strong>ring<br />
van <strong>de</strong> tijdrekenkun<strong>de</strong>. In ‘Scaliger en Lei<strong>de</strong>n’ (p.<br />
23-29) van Henk Jan <strong>de</strong> Jonge, valt te lezen wat een<br />
opgave dit was. Scaliger probeer<strong>de</strong> historische data<br />
uit <strong>de</strong> oudheid te or<strong>de</strong>nen, verzamel<strong>de</strong> en reconstrueer<strong>de</strong><br />
ou<strong>de</strong> kalen<strong>de</strong>rstelsels en trachtte er vaste<br />
punten uit af te lei<strong>de</strong>n. Ook maakte hij een reconstructie<br />
van <strong>de</strong> verloren gegane Tijdtabellen van <strong>de</strong><br />
kerkva<strong>de</strong>r Eusebius.<br />
Toch ontbreekt er iets in <strong>de</strong> informatie. In Historiography<br />
van Ernst Breisach (1983) leest men dat<br />
Scaliger met <strong>de</strong> nieuwste inzichten <strong>de</strong> schepping<br />
van <strong>de</strong> wereld plaatste rond 4713 voor Christus. De<br />
problemen waar hij zich mee bezig hield, verdwenen<br />
op <strong>de</strong>n duur door <strong>de</strong> invoering van een simpeler<br />
chronologisch systeem (Breisach, p. 177). Veelzeggend<br />
is ook <strong>de</strong> titel van een lezing van Anthony<br />
Grafton, georganiseerd door het Scaliger Instituut<br />
op 10 februari 2006: Chronology. The Rise and fall of<br />
an Early Mo<strong>de</strong>rn Discipline. Een <strong>de</strong>rgelijke plaatsbepaling<br />
in <strong>de</strong> wetenschapsgeschie<strong>de</strong>nis zou <strong>de</strong> catalogus<br />
A<strong>de</strong>laar in <strong>de</strong> wolken kunnen completeren.<br />
Martha Catania-Peters<br />
John Dehé, Een slaafsch en ongezond bedrijf. De geschie<strong>de</strong>nis<br />
van het openbaar vervoer in Waterland, 1630-1880<br />
(Hilversum: Verloren, 2005). 490 blz., isbn 90-<br />
6550-853-8.<br />
Boekbesprekingen 133<br />
In <strong>de</strong> ‘geschiedwetenschappelijke’ publicaties<br />
over <strong>de</strong> Gou<strong>de</strong>n Eeuw is lange tijd onevenredig<br />
veel aandacht besteed aan <strong>de</strong> zee. Allereerst aan <strong>de</strong><br />
“hel<strong>de</strong>n als daar zijn: Tromp, De Ruyter en Piet<br />
Hein”. En waar het <strong>de</strong> economische en sociale geschie<strong>de</strong>nis<br />
van die eeuw betrof, richtte het historisch<br />
on<strong>de</strong>rzoek zich vrijwel uitsluitend op <strong>de</strong><br />
spectaculaire ontwikkeling van <strong>de</strong> buitenlandse<br />
han<strong>de</strong>l en zeescheepvaart. Maar <strong>de</strong> nijverheid, het<br />
vervoer en het verkeer van <strong>de</strong> binnenlandse markt<br />
zijn nauwelijks on<strong>de</strong>rzocht.<br />
Gelukkig zijn in <strong>de</strong> laatste jaren interessante<br />
pogingen on<strong>de</strong>rnomen om <strong>de</strong>ze eenzijdige gerichtheid<br />
te doorbreken. Zo verrichtte Arjan Poelwijk<br />
pionierswerk met zijn dissertatie “In dienste<br />
vant suyckerbacken” (Verloren, 2003), over <strong>de</strong> Amsterdamse<br />
suikerbakkerij en haar on<strong>de</strong>rnemers.<br />
Poelwijks proefschrift was <strong>de</strong> eerste grote studie<br />
op het gebied van <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> nijverheid<br />
in Ne<strong>de</strong>rland in <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> 1580-1630.<br />
Het proefschrift van John Dehé behan<strong>de</strong>lt eveneens<br />
een belangrijk maar evenzeer in <strong>de</strong> historiografie<br />
verwaarloosd aspect van het sociale en economische<br />
leven: het openbaar vervoer en dan<br />
vooral <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> trekschuitendienst.<br />
Die verwaarlozing is <strong>de</strong>s te opmerkelijker omdat<br />
<strong>de</strong> trekschuitennetwerken een voor Europa uniek<br />
vervoerssysteem vorm<strong>de</strong>n van hoge kwaliteit. De<br />
dienstregeling was regelmatig, stipt en zeer betrouwbaar,<br />
<strong>de</strong> schuiten en wachtplaatsen waren<br />
comfortabel ingericht en het vervoer was bovendien<br />
goedkoop en snel voor die tijd. Buitenlan<strong>de</strong>rs<br />
waren dan ook vol lof over “ons” geriefelijke openbaar<br />
vervoer.<br />
De auteur beperkt zich in zijn studie tot Waterland.<br />
Daar gingen in 1660 <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>n Amsterdam,<br />
Hoorn, Edam, Monnickendam en Purmerend een<br />
samenwerkingsverband aan om een systeem van<br />
trekvaarten en jaagpa<strong>de</strong>n aan te leggen, waardoor<br />
een in alle opzichten goe<strong>de</strong> trekschuitendienst<br />
“tot gerijff van <strong>de</strong>n reisen<strong>de</strong>n man” kon wor<strong>de</strong>n<br />
opgezet. In het westen en noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Republiek<br />
gebeur<strong>de</strong> dat in die tijd veel. Maar het samenwerkingsverband<br />
in Waterland was uitzon<strong>de</strong>rlijk<br />
voor wat betreft <strong>de</strong> grootschaligheid en <strong>de</strong> enorme<br />
investeringen die het project verg<strong>de</strong>.<br />
Twee eeuwen lang functioneer<strong>de</strong> het trekschuitensysteem<br />
in Waterland. Zeer ge<strong>de</strong>tailleerd en levendig<br />
verhaalt Dehé hoe dit geschied<strong>de</strong>. Daarbij<br />
richt hij <strong>de</strong> aandacht eerst op <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke bestuur<strong>de</strong>rs<br />
en daarna, in het schitteren<strong>de</strong> vier<strong>de</strong><br />
hoofdstuk, op <strong>de</strong> schippers.