2008, jaargang 4, nummer 2 - Driessen

Ontslag bij gemeenten (deel 2):
Functie-ongeschiktheidsontslag
Regelmatig krijgen wij vragen rondom het onderwerp ontslag. Welke stappen moet de werkgever doorlopen
voordat tot ontslag overgegaan kan worden? In het vorige magazine bespraken we het Arbeids -
ongeschiktheidsontslag. Dit maal aandacht voor het Functie-ongeschiktheidsontslag.
Let op: Hoewel dit artikel is geschreven op basis van de rechtspositie van gemeenten, is de
inhoud grotendeels ook van toepassing bij andere overheidssectoren.
Functie-ongeschiktheidsontslag is één van de lastigere
ontslaggronden. Dezelfde vragen keren steeds weer
terug: Heeft u voldoende dossier om de medewerker
te kunnen ontslaan wegens disfunctioneren? En wanneer
is er sprake van de spreekwoordelijke ‘laatste
drup pel’?
Het lastige is dat iedere situatie waarin een medewerker
niet of minder functioneert feitelijk weer anders is.
Het is dus moeilijk om in algemene termen aan te
geven wat ‘voldoende dossieropbouw’ is. Daarom gaan
wij in onderstaand artikel in op de vraag: “Hoe kom ik
tot een goed dossier?” en geven we enkele praktijkvoorbeelden.
Dossieropbouw
Een functie-ongeschiktheidsoordeel moet zo veel
mogelijk worden onderbouwd met concrete feiten,
omstandigheden en voorbeelden. Om deze reden is
10 tips voor goede dossieropbouw:
het belangrijk dat u vanaf het eerste moment van
indiensttreding begint met het bijhouden van een dossier.
Mocht na verloop van tijd blijken dat er meer en
meer sprake is van verminderd functioneren, dan wordt
het vastleggen van zaken steeds belangrijker. Als een
functie-ongeschiktheidsontslag door de rechter niet in
stand wordt gehouden is dit namelijk meestal niet omdat
de aangedragen feiten en gedragingen on voldoende zijn
voor functie-ongeschiktheidsontslag, maar omdat deze
onvoldoende aangetoond kunnen worden.
Onderstaand 10 tips voor een goede dossieropbouw.
Hierbij moet worden opgemerkt dat er helaas geen
enkele tip bestaat die u de volledige garantie biedt dat
u een goed en voldoende dossier heeft voor een ontslag
wegen onbekwaamheid of ongeschiktheid op
andere gronden. Uiteraard richt de dossieropbouw
zich in eerste instantie op het verbeteren van het functioneren,
en niet op ontslag.
1 Een goed dossier begint al in de fase van het aannemen van een nieuwe medewerker. Besteed hier voldoende tijd en
aandacht aan.
2 Bedenk goed of u een tijdelijke aanstelling wel of niet wilt verlengen.
3 Ken geen bonussen of extra periodieken toe als u twijfelt over het functioneren. Dit kan namelijk bij een procedure
alleen maar in uw nadeel werken.
4 Tussen u en de medewerker moet overeenstemming bestaan over wat onder goed functioneren wordt verstaan.
5 In het verlengde daarvan moet u, wanneer u van mening bent dat er sprake is van onvoldoende functioneren, uw stand-
punt kunnen onderbouwen, bij voorkeur met schriftelijke stukken. De volgende stukken zijn onder andere bruikbaar:
taak-/functieomschrijving waaruit de taken en verantwoordelijkheden blijken en/of een verslag van functionerings- en
beoordelingsgesprekken waarin de medewerker duidelijk is gemaakt wat van hem wordt verwacht.
6 U moet kunnen aantonen dat u de medewerker meerdere malen heeft gewezen op zijn onvoldoende functioneren.
7 U moet de medewerker aantoonbaar in de gelegenheid stellen zijn functioneren te verbeteren. Van de werkgever mag
verwacht worden dat hij hiertoe ook inspanningen verricht.
8 U moet kunnen aantonen dat u de medewerker er op een gegeven moment uitdrukkelijk op heeft gewezen dat zijn
functioneren moet verbeteren op straffe van ontslag of overplaatsing.
9 U moet de voorgaande punten aantoonbaar kunnen maken door bijvoorbeeld schriftelijk vastgelegde functioneringsen
beoordelingsgesprekken, gespreksverslagen, mailwisselingen, voorbeelden, brieven, etc.
10 U moet het bestaan van een eventuele medische oorzaak onderzoeken, als ziekte meespeelt. Is er een medische oorzaak
voor het disfunctioneren van de medewerker, dan is functie-ongeschiktheidsontslag niet toegestaan.