27.09.2013 Views

Bladspiegel 4 - Het Persmuseum

Bladspiegel 4 - Het Persmuseum

Bladspiegel 4 - Het Persmuseum

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

BladSpiegel<br />

No 4 ● NOVEMBER 2012 ● www.pERsMusEuM.Nl<br />

Kabinetsformatie<br />

van diep geheim tot<br />

ongekende openheid<br />

Pagina 3<br />

<strong>Het</strong> kabinet-Biesheuvel op de trappen.<br />

Een nieuw kabinet, een nieuwe bordesfoto. sinds 1971 een<br />

traditie. Maar de eerste keer, bij de installatie van het kabinet-<br />

Biesheuvel, was van een strakke regie nog geen sprake.<br />

door PAUL ArNoLdUSSEN<br />

Oorlog én humor<br />

domineren in cartoons<br />

arabische lente<br />

Pagina 5<br />

Kabinet op paleisbordes –<br />

fotograaf op keukentrap<br />

Barend Biesheuvel (1920-2001) schijnt niet<br />

alleen Mooie Barend te zijn genoemd, maar<br />

ook Open Barend. In 1970 pleitte de antirevolutionaire<br />

politicus voor meer openheid over<br />

het kabinetsberaad – daar kwam de wekelijkse<br />

persconferentie uit voort – en ook over de<br />

formatie: de adviezen van de fractievoorzitters<br />

aan de koningin werden op zijn initiatief<br />

gepubliceerd.<br />

Toen Biesheuvel dan zelf premier werd vond<br />

hij een groepsfoto – met koningin – ook prettig<br />

openbaar. Op 6 juli 1971 was het zover:<br />

de eerste bordesfoto, gemaakt op de trappen<br />

van Huis Ten Bosch. Een traditie werd daarmee<br />

ingeluid.<br />

De kleding toen: redelijk informeel. Netjes<br />

maar ingehouden. Tenue de ville noemen we<br />

het. Of wandelkostuum. We hebben dat aan<br />

koningin Juliana te danken. Ministers wilden<br />

zich voordien graag in jacquet presenteren,<br />

maar het staatshoofd wilde niet op de foto<br />

temidden van ‘een stelletje begrafenisondernemers’,<br />

zo klapte oud-minister Langman<br />

(Economische Zaken) vrolijk uit de school<br />

tegenover de NRC.<br />

uitgave voor vrienden van het<br />

Blauwe censuur<br />

in teheran<br />

Pagina 6<br />

In het midden<br />

Wat direct opvalt op die eerste foto: niet<br />

de koningin staat in het midden, maar<br />

Mooie Barend zelf. Daar moet intern wat<br />

over afgepiekerd zijn, want al snel was er<br />

sprake van een protocol. Bij het aantreden<br />

van het kabinet-Den Uyl in 1973 stond<br />

Juliana keurig in het midden. De ministers<br />

gingen voortaan staan naar anciënniteit van<br />

hun departement. En zo staat de minister<br />

van Binnenlandse zaken er altijd nogal<br />

prominent op, net als die van Defensie,<br />

Economische Zaken, Financiën, Justitie,<br />

Landbouw en Onderwijs.<br />

Modieuze ministeries komen ver weg terecht,<br />

dus stond Boy Trip van Wetenschapsbeleid<br />

in 1973 nogal decentraal. Overigens<br />

wordt aan die opstelling ook weer niet strikt<br />

de hand gehouden. Als je maar twee vrouwen<br />

hebt ga je die niet naast elkaar op de<br />

achterste rij zetten, hoe weinig betekenend<br />

hun ministeries ook zijn. Dan ga je een beetje<br />

Lees verder op pagina 2


2 BladSpiegel<br />

gezellig mêleren. Maar heb je vijf vrouwen<br />

ter beschikking, zoals Balkenende in zijn<br />

vierde kabinet, dan zet je een nieuwigheidje<br />

als Wonen en Wijken gewoon aan de buitenkant.<br />

Valt er voor fotografen nog eer te behalen<br />

aan zo’n bordesfoto? Werry Crone (1955),<br />

vooral werkzaam voor Trouw: “Ach, het is<br />

een aardig ritueeltje. Je staat met z’n veertigen<br />

een beetje zenuwachtig voor het hek te<br />

wachten tot je mag doorlopen. Je wilt in het<br />

midden staan, een symmetrische foto maken<br />

en daarvoor zijn pakweg acht plaatsen. Want<br />

je staat naast elkaar, maar ook boven elkaar.<br />

<strong>Het</strong> begon met het meenemen van keukentrapjes,<br />

nu zijn het al volwaardige trappen en<br />

forse trapleren. Je kunt met z’n vieren boven<br />

elkaar staan.”<br />

Bert Verhoeff (1949, o.m. de Volkskrant en<br />

<strong>Het</strong> Parool): “Ik ben het wel gewend dat collega’s<br />

vinden dat zij voor mij kunnen gaan<br />

staan, omdat ik zelf 1,95 meter ben.”<br />

Stellage ingestort<br />

De fotografen staan op een kluitje en moeten<br />

een minimumafstand tot de regering houden.<br />

Verhoeff maakte de eerste bordesfoto<br />

met Biesheuvel voor persbureau Anefo, maar<br />

herinnert zich van dat moment niets bijzonders<br />

meer: “Die afstand is niet zo gek. Hoe<br />

dichterbij hoe minder mensen een goede<br />

foto kunnen maken. En het zou wel een<br />

chaos worden.” Hij weet nog dat de Rijksvoorlichtingsdienst<br />

behulpzaam wilde zijn<br />

en een stellage voor de fotografen opbouwde.<br />

“Die is ingestort. Menig collega kwam pijnlijk<br />

terecht.”<br />

-De gedachte dat al die foto’s op hetzelfde<br />

neerkomen is typisch een indruk van leken.<br />

Verhoeff: “<strong>Het</strong> gaat vaak om een of twee momenten.<br />

Dat kan een blik van verstandhou-<br />

ding zijn tussen premier en koningin. Een<br />

boze blik is ook prettig, maar die kans is niet<br />

zo groot, iedereen doet geforceerd vrolijk.”<br />

Crone: “Zeker als je voor een bureau werkt<br />

en dus indirect voor meerdere opdrachtgevers<br />

maak je een zo’n neutraal mogelijke<br />

foto. Waarop wel goed de kleuren van de<br />

dassen tot hun recht komen, want dat is een<br />

gespreksonderwerp. Zoals de kapsels dat ook<br />

zijn. Iedere minister gaat speciaal naar de<br />

kapper natuurlijk.”<br />

Voor de bordesfoto is vier minuten uitgetrokken.<br />

De directeur van het Kabinet van de<br />

Koningin houdt dat op een stopwatch bij, die<br />

knikt dan naar de koningin en die maakt een<br />

begin met de terugtocht.<br />

Vanaf de zijkant<br />

Crone: “De ministersgroep scheidt zich als<br />

de Rode Zee. Want je denkt toch niet dat<br />

de achtersten als eersten weer naar binnen<br />

mogen? Men wijkt uiteen opdat de koningin,<br />

Bert Verhoeff Werry Crone<br />

“Ach, het is<br />

een aardig<br />

ritueeltje,<br />

iedereen doet<br />

geforceerd vrolijk”<br />

begeleid door de premier zich als eerste naar<br />

boven begeeft. Balkenende is die begeleiding<br />

een keer vergeten, toen moest Donner de<br />

honneurs waarnemen, dat was Donner wel<br />

toevertrouwd. Toch pijnlijk. Natuurlijk heb ik<br />

dat gefotografeerd. <strong>Het</strong> harde bewijs.”<br />

Verhoeff: “<strong>Het</strong> zal bij Lubbers-III zijn<br />

geweest dat ik aan het eind tegen de zijkant<br />

van de trap op holde en dus het kabinet en<br />

face op de terugweg kon fotograferen. Dat zal<br />

tegen alle afspraken in zijn geweest. Maar ik<br />

was wel de eerste die het deed.”<br />

De plaat naast de verplichte plaat, die is<br />

toch het leukste. Crone: “In 2002 heb ik een<br />

staatsiefoto gemaakt van de ministeriële<br />

dienstauto’s. Midden daar tussen in stond<br />

die Bentley van de LPF’er Herman Heinsbroek.<br />

Prettige foto was dat.”<br />

Gegevens voor dit artikel zijn ontleend aan de<br />

publicatie ‘De oudste mag dicht bij de koningin’<br />

van Cees Banning, NRC 22-02-2007.


BladSpiegel<br />

“Heren, wacht maar rustig<br />

op mijn mededelingen”<br />

Kabinetsformatie: van diep geheim tot ongekende openheid<br />

In de regen staan<br />

blauwbekken, bedelen om<br />

nieuws, samen met collega’s<br />

van andere kranten proberen<br />

losse brokjes informatie tot<br />

een samenhangend geheel te<br />

smeden. Journalisten leden<br />

ook tientallen jaren terug<br />

al onder ‘radiostilte’ bij de<br />

onderhandelingen over een<br />

nieuwe regeringscoalitie.<br />

door MAX dE BoK<br />

Daar stond ik dan op een winterse<br />

avond, vlak voor Kerstmis 1958, te<br />

koukleumen bij het Paleisje aan<br />

het Lange Voorhout. Mijn eerste kabinetsformatie.<br />

Opletten wie er naar binnenging<br />

of uitkwam. Ga jij maar bij de achteruitgang<br />

staan want ik ken de politici beter, zei de<br />

collega van De Tijd, die al iets langer in Den<br />

Haag rondliep. Hij moet geweten hebben dat<br />

er nooit iemand achterlangs kwam of ging.<br />

Daar stond ik dan niks te doen, terwijl de<br />

gevestigde parlementaire redacteuren in een<br />

kroeg om de hoek informatie uitwisselden<br />

en speculeerden. Ik was een jonge assistent<br />

van hun kongsi, een noodzakelijk kwaad in<br />

een tijd die beheerst werd door regenten,<br />

met als onvermijdelijke aanvoerder Louis<br />

Beel, bijgenaamd ‘de Oester’ of ‘de Sfinx’.<br />

Openbaarheid stond niet in zijn vocabulaire,<br />

radiostilte evenmin, volstrekte stilte in<br />

hoofdletters, zoals ook zwijgplicht. Persconferenties?<br />

Nutteloze nieuwlichterij. Adviezen<br />

van de fractieleiders aan de koningin bleven<br />

geheim. Zelfs als we gezien hadden dat hij<br />

iemand had ontvangen zei Beel, als-ie ons al<br />

begroette, dat de heren maar rustig moesten<br />

wachten op een mededeling. Die bleef dan<br />

negen van de tien keer uit.<br />

Verzuiling<br />

Toch moest er , toen zoals nu onder de wet<br />

van de radiostilte, over de formatie bericht<br />

worden. Nieuws vinden, aan de weet komen<br />

hoe het verder zou kunnen gaan, was in de<br />

tijd van de verzuiling een nog moeizamer<br />

Louis Beel bezoekt Hare Majesteit<br />

proces dan nu. Omdat de contacten die een<br />

parlementair redacteur onderhield, beperkt<br />

werden door de politieke richting van zijn<br />

krant. De parlementair redacteur van Trouw<br />

bijvoorbeeld had uitstekende contacten in de<br />

ARP, die van <strong>Het</strong> Parool was kind aan huis bij<br />

de PvdA en mijn chef van De Gelderlander<br />

kon bij de KVP terecht. De kongsi was er om<br />

al die informatiekanalen te bundelen. De<br />

door de kongsileden verzamelde informatie<br />

werd uitgewisseld, de puzzelstukjes aan<br />

elkaar gelegd en de verhalen geschreven.<br />

Vaak ging het om heel basale informatie,<br />

zoals: wie is er bij de (in)formateur geweest?<br />

We gaven chauffeurs sigaren in ruil voor de<br />

onthulling wie de man was die hij zojuist<br />

had afgeleverd. We noteerden kentekens van<br />

de auto’s. In oude agenda’s vond ik reeksen<br />

autonummers met namen. Maar ook daarop<br />

vonden de politici iets op: ze ruilden van<br />

3<br />

auto. En die truc leverde dan de chauffeur<br />

weer een mooie sigaar op.<br />

Van mijn eerste formatie in 1958 tot 1967 – de<br />

vorming van het kabinet-De Jong – dwong<br />

Beel ons tot vindingrijkheid. Maar hij moest<br />

steeds meer terrein prijs geven. Eerst aan<br />

Cals, die bij zijn aantreden in 1965 als formateur<br />

een persconferentie gaf en ook toen hij<br />

de formatie succesvol afsloot. Hij liet via zijn<br />

woordvoerder ook per dag mededeling doen<br />

van zijn activiteiten.<br />

Oogkleppen<br />

Een grote doorbraak kwam er in 1971 dank<br />

zij informateur Steenkamp. Zijn wat naïeve<br />

ijdelheid was zeker van invloed op zijn<br />

besluit om de pers met regelmaat te komen<br />

vertellen over zijn vorderingen. Zijn persconferenties<br />

hadden vaak het karakter van<br />

discussiebijeenkomsten tussen de informa-


4 BladSpiegel<br />

teur en de pers. Rooie Piet, zoals hij genoemd<br />

werd, genoot ervan. Hét beeld dat daarvan is<br />

blijven hangen is uit het interview dat Hans<br />

Jacobs voor Vara’s Achter het Nieuws met<br />

Steenkamp maakte. Hoe hij ervoor zorgde<br />

dat hij de nodige rust kreeg, zo luidde de<br />

vraag. Piet Steenkamp strekte zich uit op z’n<br />

hotelbed in het Kurhaus, zette twee oogkleppen<br />

op en sprak: die heb ik van de KLM en zo<br />

rust ik dan een tijdje.<br />

Ongekend werd de openheid tijdens de (journalistiek)<br />

meest interessante, spannende,<br />

bizarre , drankovergoten – en ook daarom<br />

doodvermoeiende, nooit meer vertoonde<br />

formaties van de jaren zeventig. De formaties<br />

van het (eerste) kabinet-Den Uyl (1973)<br />

en die van ‘dat tweede kabinet-Den Uyl dat<br />

komt er toch’ tot die overging in de bij wijn<br />

en kaarslicht formatie van het kabinet-Van<br />

Agt-Wiegel (1977-1978). Never a dull moment,<br />

het nieuws voor het oprapen. Mee-formeren<br />

avond-aan-avond in Nieuwspoort.<br />

De eerste formatie was die van Ruppert en<br />

Burger en kende als inzet de vorming van het<br />

eerste in meerderheid progressieve kabinet.<br />

Vooral in de 64 dagen waarin Burger alleen<br />

de regie voerde was het spannender dan ooit.<br />

Hoe Burger de drie confessionele partijen<br />

uiteindelijk op de knieën kreeg, was van dag<br />

tot dag te volgen in de openbare briefwisseling<br />

tussen hem en de confessionelen.<br />

Al tijdens de formatie werden de ‘ Brieven<br />

van Burger’ klassiek. Geschreven in een<br />

hoekige stijl, de taal hanterend als instrument<br />

om zo precies mogelijk te zeggen wat<br />

hij wil zeggen. Dat was ook het geval in zijn<br />

persconferenties. Brommende bonhommie<br />

die hij inzette voor wat hij ermee wilde bereiken.<br />

En dat was niet, zoals bij Steenkamp,<br />

om aardig te zijn voor de pers maar om het<br />

formatieproces te sturen in de richting die<br />

hij voor ogen had. Zelden had VVD-leider<br />

Van Agt en Wiegel smeden een coalitie<br />

Piet Steenkamp geeft een persconferentie<br />

Politieke<br />

verslaggevers<br />

wisselden onderling<br />

uit wat zij hadden<br />

gehoord<br />

Wiegel meer gelijk dan toen hij de formatie<br />

van het kabinet-Den Uyl kenmerkte als een<br />

werkstuk van ‘macabere schoonheid’.<br />

Gezangen<br />

<strong>Het</strong> waren slopende avonden van het lange<br />

wachten, van toepen en pokeren en daarna<br />

nog een glas want het was toch al laat. Op<br />

één van die avonden zitten we in de – toen<br />

nog grote – fractiekamer van de KVP. <strong>Het</strong><br />

wachten is op Andriessen. <strong>Het</strong> duurt en het<br />

duurt. Meligheid troef. We heffen gezangen<br />

aan. Op het moment dat de katholieken onder<br />

ons de ode ‘Aan u o Koning der Eeuwen’<br />

aanheffen, komt bij de tweede zin : ‘aan u<br />

zij de zegekroon’ Andriessen binnen, het<br />

gezicht op onweer. Op het volgende moment<br />

schieten zijn ogen vuur als in de hoge deur<br />

een kleine man verschijnt, een collega van<br />

Trouw, die uitroept: “Valt hier nog wat te<br />

neuken, anders ga ik naar huis…”<br />

Openheid zonder enige grens is er tijdens<br />

de formatie die in 1977 begon om dat tweede<br />

kabinet-Den Uyl tot stand te brengen maar<br />

die eindigde met het kabinet-Van Agt-Wiegel.<br />

Geen dag ging voorbij of de onderhandelaars<br />

zelf of hun woordvoerders kwamen verslag<br />

doen van het verloop van de gesprekken.<br />

Al verslag doende, onderhandelden ze<br />

over onze hoofden heen met elkaar verder.<br />

Voor zover we konden nagaan, bleef niets<br />

verborgen.<br />

Joop den Uyl nam jaren later afstand van<br />

deze door niemand beheerste openheid. Ook<br />

Ed van Thijn was er in zijn ‘Dagboek van een<br />

onderhandelaar’ kritisch over. Ik denk dat<br />

dit theater in de open lucht bijgedragen heeft<br />

tot het failliet van deze formatie. Van Agt en<br />

Wiegel regelden hun aantreden in beslotenheid<br />

– de beroemde foto van het tweetal aan<br />

de dinertafel in een Haags restaurant was<br />

een toevalstreffer. En daarna werd het steeds<br />

stiller rond de kabinetsformaties. Eerst in<br />

Beetsterzwaag om ver van de pers weg te zijn<br />

en daarna, in 2012 , gewoon in het centrum<br />

van de politiek mond houden, alleen maar<br />

‘radiostilte’ of ‘het r- woord’ mompelen, dag<br />

in dag uit. Dat is nog altijd meer dan Beel<br />

bereid was te zeggen.


Bijzondere expositie in Pop Up Press Museum<br />

In het zogeheten Pop-up Press Museum<br />

ging op 21 september de expositie<br />

Chouf! Qra! (Kijk! Lees!) open, met<br />

cartoons en strips van Arabische tekenaars.<br />

“<strong>Het</strong> <strong>Persmuseum</strong> laat zien gevoel voor de<br />

bal te hebben”, stelde Broertjes vast, “door<br />

nu een tentoonstelling te bieden over de Arabische<br />

Lente, en dan nog een met een grote<br />

zeggingskracht.”<br />

<strong>Het</strong> was een gezellige drukte in de nieuwe<br />

vestiging, waar niet alleen tekenaars en<br />

vrienden van het <strong>Persmuseum</strong> op af waren<br />

gekomen, maar ook vertegenwoordigers van<br />

de Arabische gemeenschap in ons land.<br />

Joost Pollmann, samensteller van de tentoonstelling<br />

en auteur van het bijbehorende<br />

boek, noemt deze expositie vooral van groot<br />

belang om onjuiste opvattingen te ontkrachten.<br />

“Arabisch en islam – dat is niet zomaar<br />

inwisselbaar”, zei hij. “<strong>Het</strong> beeld daarover in<br />

BladSpiegel<br />

Oorlog én humor domineren<br />

in cartoons Arabische Lente<br />

“In het hart, in het centrum<br />

van Amsterdam, bij de andere<br />

musea!” pieter Broertjes,<br />

voorzitter van het bestuur van<br />

het persmuseum, was duidelijk<br />

opgetogen bij de feestelijke<br />

opening van de tijdelijke<br />

vestiging aan het Museumplein.<br />

door BErt StEiNMEtz<br />

het Westen wordt nog te vaak geblokkeerd<br />

door eindeloze vooroordelen.”<br />

Hij wijst erop dat bij de tekeningen van Arabische<br />

cartoonisten de onderwerpen oorlog<br />

en humor overheersen. “Daaruit blijkt dat er<br />

niet alleen grote verschillen zijn tussen ‘zij’<br />

en ‘wij’, maar ook veel overeenkomsten.”<br />

Dat werd toegelicht door de hoofdgast, de<br />

Irakese tekenaar Kifah al Reefi, die na jaren<br />

onderdrukking zijn land is ontvlucht en nu<br />

in Amsterdam woont. Maar zijn cartoons<br />

verschijnen nog steeds in Irak, Koeweit en<br />

Jordanië.<br />

5<br />

Kritiek taboe<br />

“Een journalist vroeg mij of ik een karikatuur<br />

zou kunnen tekenen van de profeet Mohammed”,<br />

vertelt hij. “Een vreemde vraag voor<br />

iemand die niet eens een tekening van een<br />

corrupte leider mag maken! In Irak is kritiek<br />

verboden op de president, op de familie van<br />

de president, op al zijn medewerkers, op alles<br />

wat met veiligheid te maken heeft, en zo zou<br />

ik nog wel de hele avond door kunnen gaan.”<br />

“Religie wordt gebruikt als middel om de<br />

onderdrukking in de Arabische wereld te<br />

rechtvaardigen,” legt Al Reefi uit. “Maar<br />

gelukkig is er nu de Arabische Lente. Al is het<br />

wel om moedeloos te worden, als vervolgens<br />

radicale religieuze partijen de verkiezingen<br />

winnen en de Syrische revolutie wordt<br />

bedreigd doordat groepen als Al-Qaida zich<br />

daar tussen wringen.”<br />

Daarom is het zo van belang dat er in tal van<br />

Arabische landen tekenaars zijn als Kifah al<br />

Reefi die hun kritische prenten blijven maken,<br />

ondanks alle risico’s die zij lopen. “En<br />

niet alleen beroemde cartoonisten”, benadrukt<br />

hijzelf, “maar ook tekenaars op straat,<br />

makers van graffiti, die niemand kent.”<br />

De tentoonstelling ‘Chouf Qra’ is te zien tot<br />

30 december. Gabriël Metsustraat 2-6.


6 BladSpiegel<br />

Blauwe censuur in Teheran<br />

Eén zaal in de tijdelijke vestiging<br />

van het persmuseum aan het<br />

Museumplein geeft wel een heel<br />

speciale kijk op de omgang met<br />

de media in een islamitisch land.<br />

Aan de muur hangen pagina’s<br />

uit NRC Handelsblad die<br />

correspondent Thomas Erdbrink<br />

in Iran kreeg toegestuurd.<br />

door BErt StEiNMEtz<br />

Als zijn krant in onberispelijke staat in<br />

Teheran op de deurmat ploft, blijkt hij niet<br />

de eerste lezer te zijn. De Iraanse autoriteiten<br />

hebben de inhoud al geïnspecteerd. En<br />

gecensureerd. Alle foto’s die onwelgevallig<br />

werden bevonden, bleken zorgvuldig met<br />

brede stroken blauw tape te zijn afgeplakt.<br />

Een actiefoto van tennisster Maria Sjarapova<br />

toonde kennelijk een te kort rokje en te veel<br />

blote benen – daar wist de censor/plakker<br />

wel raad mee. Of de foto van de Charly<br />

Hebdo met Mohammed-cartoons: helemaal<br />

afgeplakt. De mooiste wellicht: een foto<br />

waarop Floyd Landis in Stiphout de plaatselijke<br />

rondemiss in haar (blauw afgeplakte)<br />

decolleté kijkt.<br />

Zo werd foto na foto behandeld. <strong>Het</strong> was<br />

nog een heel karwei om een foto met blote<br />

mensen rondom een standbeeld goed af<br />

te dekken; daar bleef zelfs nog een piemel<br />

zichtbaar.<br />

Jan Dirk van der Burg, fotograaf en goede<br />

vriend van Erdbrink, trof bij hem in Teheran<br />

de oude kranten aan in de papierbak. “Dat<br />

begon al in 2008, en ik vond het zo curieus<br />

dat ik die pagina’s ben gaan verzamelen.”<br />

“<strong>Het</strong> idee dat de krant, netjes in cellofaan<br />

verpakt, eerst wordt bezorgd bij het Ministerie<br />

voor Informatie, en dat daar dan mensen<br />

alles door zitten te speuren – tenminste, dat<br />

stel me zo voor – en noest zitten te knippen<br />

en te plakken, om vervolgens weer minutieus<br />

het cellofaan om de krant dicht te vouwen.”<br />

Van der Burg heeft er nog steeds plezier van<br />

als hij daaraan denkt.<br />

“Maar ze voegen op die manier ook iets toe.<br />

Ze hadden die kranten gewoon kunnen weggooien.<br />

En het mooiste is natuurlijk dat ze<br />

foutjes maken, en kennelijk steeds moeten<br />

John van Miltenburg en Leen de Ruiter<br />

Afscheid<br />

Bestuurders en oud-bestuurders van de<br />

Vrienden van het <strong>Persmuseum</strong> hebben in<br />

kleine kring afscheid genomen van John<br />

van Miltenburg en Leen de Ruiter. Beiden<br />

waren al tien jaar, sinds de opening van<br />

het <strong>Persmuseum</strong> aan de Zeeburgerkade,<br />

actief in het bestuur van de Vrienden. Van<br />

Miltenburg verzette veel werk voor het<br />

denken: wat plak ik wel af en wat niet.”<br />

Vorig jaar zijn de autoriteiten in Iran, tot<br />

groot verdriet van Van der Burg, gestopt met<br />

hun blauwe stickers. Maar de fotograaf had<br />

toen al een mooie verzameling opgebouwd<br />

van door de censor bewerkte krantenpagina’s,<br />

en er in eigen beheer een boek van<br />

samengesteld: Censorship Daily, Netherlands-Iran.<br />

De collectie is tot 30 december te zien in het<br />

Pop-up Press Museum. <strong>Het</strong> boek is daar ook te<br />

koop voor € 10,-.<br />

werven van fondsen en donaties; De Ruiter<br />

verzorgde de uitgaven van het <strong>Persmuseum</strong>Nieuws.<br />

In het Pop-up Press Museum aan het Museumplein<br />

werd de vertrekkende bestuurders<br />

onder andere een ingelijste historische<br />

tijdschriftvoorpagina uit de archieven<br />

van het <strong>Persmuseum</strong> cadeau gedaan.


Harde Lessen van Gerard MuLder<br />

Gerard Mulder (1947) werkte voor diverse dag- en opiniebladen, waaronder<br />

NRC Handelsblad, Vrij Nederland, HP/De Tijd en uiteraard <strong>Het</strong> Vrije Volk<br />

(wie niet?). In een serie met terugblikken trekt hij daar de harde lessen uit.<br />

Van De Journalist, het blad dat gedurende<br />

mijn vierenhalfjarig verblijf in<br />

West-Duitsland mijn venster op de Nederlandse<br />

journalistiek zou zijn, heb ik zojuist<br />

de jaargang 1963-‘64 in de kelder teruggevonden.<br />

Ingebonden zelfs, zo groot was<br />

de betekenis die ik aan het vakblad annex<br />

orgaan van de Federatie van Nederlandse<br />

Journalisten, de paraplu boven de neutrale,<br />

katholieke en christelijke journalistenzuil,<br />

dacht te gaan hechten. Als een soort journalistieke<br />

bijbel in tweewekelijkse afleveringen.<br />

Ik spelde elk nummer als was het Gods<br />

Woord. Tot mijn eigen verbazing, moet ik<br />

achteraf zeggen nu ik de jaargang na bijna<br />

een halve eeuw weer eens heb doorgebladerd.<br />

Welke diepe inzichten over het<br />

vak haalde ik ooit uit deze nog steeds niet<br />

vergeelde pagina’s? Waar is de romantiek<br />

die me zo aansprak? .<br />

Ja, ik kom een verhaaltje tegen over een<br />

groepje Nederlandse journalisten dat samen<br />

een vliegtuig huurt om ‘de ramp bij Longarone’<br />

(wat voor ramp dat was, wordt bekend<br />

verondersteld) te verslaan, maar strandt<br />

in München met een verbogen neuswiel<br />

(foto van het neuswiel). Na veel reisellende<br />

bereikt de groep de omgeving van Venetië,<br />

blijkbaar het epicentrum van de ramp, en<br />

slaagt er met bovenmenselijke inspanning<br />

in nog net op tijd een stukje naar het thuisfront<br />

door te bellen.<br />

Helaas, het zal nooit worden afgedrukt,<br />

want de drukkers in Nederland staken. Ten<br />

minste één coll. – de standaardaanduiding<br />

in De Journalist – beleeft een zenuwinzinking,<br />

een andere coll. stort fysiek in. Namen<br />

worden uit kiesheid niet genoemd. Maar<br />

in de journalistiek maak je wat mee, dat is<br />

duidelijk.<br />

Terugkijkend blijkt het neuswiel de spannendste<br />

illustratie in de jaargang te leveren,<br />

want voor zo ver er foto´s in staan, tonen<br />

ze coll.’s op spreekgestoelten of achter vergadertafels.<br />

Er wordt wat afvergaderd in het<br />

vak, en de verslagen van die vergaderingen<br />

vreten pagina’s. Ook andere journalistieke<br />

hoogtepunten, jubilea, pensioneringen en<br />

in memoriams, krijgen buitensporig veel<br />

ruimte.<br />

Fenomeen<br />

Geen wonder: iedere jubilerende, afscheid<br />

nemende en gestorven coll. blijkt een fenomeen<br />

van extreem formaat te zijn (geweest);<br />

zijn (naderend) wegvallen zal het vak een<br />

klap toedienen waarvan het zich niet meer<br />

zal herstellen. Voeg daarbij nog het pijnlijk<br />

gevoelde gemis aan een goede vakopleiding<br />

en de het gejammer over de zorgwekkende<br />

rentabiliteit van de dagbladen – binnen het<br />

bestek van een paar nummers van De Journalist<br />

sneuvelen het katholieke Gronings<br />

dagblad Ons Noorden en twee kopbladen<br />

van <strong>Het</strong> Parool – en het wordt duidelijk<br />

waarom er uit die jaargang een tamelijk<br />

zenuwachtige geur opstijgt. Maar er is één<br />

lichtpunt.<br />

Vraag me niet hoe dit valt te rijmen met het<br />

bovenstaande, maar het aantal personeelsadvertenties<br />

per nummer is voor huidige<br />

begrippen onvoorstelbaar groot; geregeld<br />

loopt het op naar veertien of vijftien, van<br />

opmaakredacteur tot parlementair verslaggever.<br />

Misschien is het een wanhoopsoffensief<br />

om de vele giganten die ons aan de lopende<br />

band ontvallen, te kunnen vervangen. Of<br />

misschien is de werkelijkheid wat rooskleuriger<br />

dan het Cassandra-geroep op congressen<br />

doet vermoeden. Feit is dat er af en toe<br />

zelfs een leerling-journalist wordt gevraagd.<br />

Op deze categorie advertenties zette ik<br />

mijn kaarten. Zo zou het abonnement op<br />

De Journalist, dat Wiedergutmachungsgeschenk<br />

van mijn vader om mij met mijn<br />

lot als onvrijwillig emigrant te verzoenen,<br />

uiteindelijk zijn praktisch nut bewijzen.<br />

Titaan<br />

Mijn eindexamen gymnasium, in Duitsland<br />

‘Abitur’ genoemd, kwam in zicht, en ik wilde<br />

op het juiste moment toeslaan. Een maand<br />

of vier voor de examentijd, in 1966, was<br />

het zo ver: de Provinciale Overijsselsche<br />

BladSpiegel<br />

Zou jonge ‘streber’ de giganten in<br />

het vak ooit kunnen vervangen?<br />

7<br />

en Zwolsche Courant adverteerde voor een<br />

leerling. Ik schreef een brief, met een koe<br />

van een germanisme (‘begaving’) erin, maar<br />

werd toch uitgenodigd voor een gesprek.<br />

En zo zag ik even later voor het eerst het tot<br />

de verbeelding sprekende gebouw van de<br />

Zwolsche, aan de Melkmarkt van de stad<br />

waarnaar de krant vernoemd was. Precies<br />

zoals het hoorde draaide achter een enorme<br />

etalageruit de pers; voor de ruit dromden<br />

oude mannetjes samen om van het technisch<br />

wonder te genieten.<br />

Een wirwar van trapjes en opstapjes bracht<br />

mij naar de kamer van de hoofdredacteur.<br />

C.L. Menschaar had ik nog nooit ontmoet,<br />

maar ik wist bij voorbaat al dat hij een<br />

journalistieke titaan moest zijn. Niet omdat<br />

De Journalist hem zo had getypeerd, maar<br />

omdat hij vroeger bij de Haagsche Courant<br />

had gewerkt, de New York Times van Den<br />

Haag en omgeving (waaronder mijn geboortestad<br />

Delft).<br />

Menschaar nam mij aan, enigszins geïmponeerd,<br />

geloof ik, door mijn veteranenverleden<br />

als abonnee van De Journalist. Dat deze<br />

reputatie ook tegen mij kon werken, hoorde<br />

ik pas maanden later. Door de gangen van<br />

de Zwolsche had het gerucht gespookt dat<br />

de hoofdredactie een enorme Streber uit<br />

Duitsland had ingehuurd, die erop pochte<br />

het vakblad te lezen nog voordat hij ooit een<br />

letter in een krant had geschreven. Ergens<br />

was het nog waar ook.<br />

Les 3: “de journalistiek hangt van de schone<br />

schijnen aan elkaar”.<br />

[In eerdere afleveringen leerde Mulder ons:<br />

“Als je je eigen geheugen al niet kunt vertrouwen,<br />

reken dan maar niet op dat van<br />

anderen”(<strong>Bladspiegel</strong> 1) en ”Geen vragen<br />

zonder antwoorden” (nr.2).]


8 BladSpiegel<br />

De Geer: journalist en verguisd politicus<br />

Bvd-barkeeper<br />

luisterde mee<br />

scheltema had de naam, maar er<br />

waren en zijn wel meer journalistencafé’s.<br />

In deze serie: De schouw aan<br />

de witte de withstraat in Rotterdam.<br />

door JiM PoStMA<br />

Wie als journalist van enige naam en faam<br />

nooit van zijn leven in De Schouw was<br />

geweest, telde in de Rotterdamse regio niet<br />

mee. Dan bleef je voor de cafévakbroeders<br />

een vreemde eend in de bijt. Wij praten hier<br />

over de jaren vijftig tot en met tachtig van<br />

de vorige eeuw. De Schouw (bijgenaamd ‘De<br />

Nieuwspub’ of ’t Schouwtje’) was strategisch<br />

gelegen in de voormalige ‘Fleetstreet’<br />

van Rotterdam, in de directe omgeving<br />

van destijds de redactiekantoren van NRC<br />

Handelsblad, het Algemeen Dagblad, De<br />

Rotterdammer en <strong>Het</strong> Vrije Volk.<br />

De Schouw fungeerde als een zoemende<br />

bijenkorf van journalisten, kunstenaars,<br />

zeelieden en zakenmensen. Een mooiere<br />

mix van kruisbestuiving kon je niet<br />

bedenken. Sommige journalisten, onder wie<br />

ondergetekende, beschouwden het roemruchte<br />

café als een laagdrempelig filiaal van<br />

het feitelijke redactielokaal. Eenieder uit de<br />

door JoHN VAN MiLtENBUrG<br />

Oud-premier Dirk de Geer (1870-<br />

1960) is de geschiedenis ingegaan<br />

als een slapjanus en defaitist die de<br />

bezetting van Nederland in mei 1940 door de<br />

Duitse troepen gelaten heeft geaccepteerd.<br />

Negen maanden nadat hij met het kabinet<br />

naar Londen was uitgeweken zette hij, met<br />

instemming van de bezetter, weer voet op<br />

Nederlandse bodem.<br />

De terugkeer van De Geer naar bezet gebied<br />

kwam hem na de oorlog op een veroordeling<br />

te staan. <strong>Het</strong> wierp een zwarte schaduw<br />

over zijn rijke politieke carrière als lid van<br />

de Tweede Kamer voor de Christelijk-Historische<br />

Unie (CHU), minister van financiën<br />

in vooroorlogse kabinetten en ministerpresident.<br />

De journalist Meindert van der Kaaij, die<br />

onlangs promoveerde op een biografie van<br />

stad of de regio die een verhaal kwijt wilde<br />

aan de krant stapte er naar binnen, wetende<br />

dat daar altijd wel een journalist te vinden<br />

was, het liefst één die ze kenden met naam<br />

en foto uit de krant.<br />

Als vakman leerde je al snel het kaf van<br />

het koren te scheiden. Een ‘lulverhaal’ van<br />

een aangeschoten kletsmajoor verwees je<br />

onmiddellijk naar de prullenbak. Gingen<br />

je oortjes echter bij een bepaald gesprek<br />

gloeien dan nam je nooit het verhaal of<br />

het interview af in De Schouw zelf. Je zou<br />

wel gek zijn. ‘Feind hört mit’, zo luidde dan<br />

je eigen alarmbel. De primeur sleepte ik<br />

in zo’n geval aan de haren mee naar een<br />

veiliger plek, in veel gevallen de kamer van<br />

de hoofdredacteur (als die afwezig was, en<br />

baas Herman Wigbold van ons toenmalige<br />

<strong>Het</strong> Vrije Volk was dat regelmatig).<br />

Bolle Frans<br />

De Schouw – voor ons dus een waar persinstituut<br />

– werd bemand door ‘Bolle Frans’<br />

en ‘Kale Willem.’ Een paar apart, zeker als<br />

komisch duo. Toen in het begin van de jaren<br />

negentig alle kranten uit de Witte de With<br />

waren verdwenen, verloor ook de nieuwspub<br />

voorgoed zijn functie. <strong>Het</strong> café bestaat<br />

nog steeds en wordt nog hooguit uit pure<br />

nostalgie bezocht door enkele collega’s.<br />

Zoals toen ik er geruime tijd geleden een<br />

biertje dronk met mijn goede collega<br />

Geert-Jan Laan (ooit geprezen onderzoeks-<br />

De Geer, zet vraagtekens bij het strafproces<br />

tegen De Geer in 1947. Diens opvolger Pieter<br />

Gerbrandy en koningin Wilhelmina hebben<br />

zich ingespannen om De Geer veroordeeld te<br />

krijgen. Hij zou daardoor geen eerlijk proces<br />

hebben gekregen.<br />

Minder bekend is dat De Geer zijn loopbaan<br />

begon als journalist bij het CHU-dagblad<br />

De Nederlander. Van der Kaaij schetst in de<br />

biografie de ontstaansgeschiedenis van dit<br />

partijorgaan en de harde confrontaties van<br />

het blad met De Standaard van de antirevolutionaire<br />

voorman Abraham Kuyper.<br />

De biografie werpt licht op een interessant<br />

stukje persgeschiedenis van voor de Eerste<br />

Wereldoorlog.<br />

Meindert van der Kaaij, ‘Een eenzaam<br />

staatsman, Dirk de Geer (1970-1960)’. ISBN<br />

97 890 87042936; 518 bladz., € 45. Uitgeverij<br />

Verloren, Hilversum.<br />

journalist en adjunct-hoofdredacteur van<br />

HVV). Een neef van de inmiddels overleden<br />

barkeeper Bolle Frans was er toevallig ook<br />

aanwezig. Geheimzinnig vroeg hij aan ons<br />

waarom deze Frans daar al die jaren werkte.<br />

Laan en ik konden dit onmogelijk raden.<br />

Totdat hij ons de hint gaf dat deze goedlachse<br />

uitbater met zijn perfecte horeca-oortjes<br />

tevens werkte als BVD-agent.<br />

In de suggestie van de neef zat wel een<br />

keiharde logica. Bij de erfopvolger AIVD<br />

hebben Laan en ik daarna onmiddellijk het<br />

‘Dossier De Schouw’ opgevraagd. En inderdaad,<br />

het bevat bijzonder pikante details<br />

over collega’s uit die tijd! Daarover later<br />

wellicht meer…


Uitgebreide biografie over Gerrit Paape<br />

KOrtinG in de weBsHOp!<br />

Sinds kort heeft het <strong>Persmuseum</strong><br />

een eigen webshop, waarin<br />

onder andere prints van politieke<br />

tekeningen te bestellen zijn. Verder<br />

zijn er leuke hebbedingen bij onze<br />

tentoonstellingen, zoals nu Peter van<br />

Straaten-tafelkleden en -kalenders<br />

en alle boeken uit onze winkel.<br />

Vrienden van het <strong>Persmuseum</strong><br />

krijgen in de webshop korting<br />

op prints on demands en eigen<br />

uitgaven van het <strong>Persmuseum</strong>. De<br />

kortingscode krijgt u thuisgestuurd.<br />

Neem snel een kijkje op www.<br />

persmuseum.nl.<br />

Poster<br />

eppo doeve<br />

Burkababes<br />

peter de Wit<br />

BladSpiegel<br />

Bataafs patriot hanteerde pen als wapen<br />

De Nijmeegse neerlandicus<br />

peter Altena promoveerde in<br />

2011 op het veelzijdig leven<br />

van de revolutionair en patriot<br />

Gerrit paape (1752-1803). De<br />

monumentale biografie is nu in<br />

een handelseditie verschenen.<br />

paape werd vooral bekend als<br />

journalist met een vlijmscherpe<br />

pen.<br />

door JoHN VAN MiLtENBUrG<br />

Gerrit Paape (1752-1803) begon zijn<br />

loopbaan als journalist in 1785<br />

bij de Hollandsche Historische<br />

Courant, destijds een van de meest radicale<br />

dagbladen van het land. Een prima uitvalsbasis<br />

voor de pamflettist die in zijn geboortestad<br />

Delft op jonge leeftijd al veel gezag had<br />

opgebouwd als dichter, schrijver en lokaal<br />

politicus.<br />

Zoals zoveel tijdgenoten gebruikte Paape<br />

de krant vooral voor zijn politieke idealen.<br />

De pen was zijn wapen. Hij schreef venijnige<br />

stukken over misstanden en hield zijn<br />

omgeving onbarmhartig een spiegel voor.<br />

Zijn reportages en satirische romans zijn van<br />

zo’n uitzonderlijke kwaliteit dat het werk van<br />

deze achttiende-eeuwse schrijver tot op de<br />

dag van vandaag imponeert.<br />

De titel van de biografie,‘Gerrit Paape,<br />

Levens en Werken’ geeft al aan dat de in een<br />

arm gezin opgegroeide kleermakerszoon zich<br />

in veel gedaanten heeft onderscheiden.<br />

Bij de plaatselijke aardewerkfabriek in Delft<br />

leerde hij op jonge leeftijd – hij kon goed<br />

tekenen – het ambacht van plateelschilder.<br />

Tafelkleed<br />

peter van straaten<br />

9<br />

In 1782 sloot Paape zich aan bij de patriotten<br />

die zich in veel Nederlandse steden begonnen<br />

te roeren.<br />

<strong>Het</strong> kon bijna niet anders dan dat de<br />

opstandige Paape, die zich steeds meer<br />

ging manifesteren als de ideoloog van de<br />

patriotten, talloze malen in conflict kwam<br />

met het gezag. In 1789 werd hem wegens<br />

majesteitsschennis voor eeuwig de toegang<br />

tot de gewesten Holland, Zeeland, Friesland<br />

en Utrecht ontzegd. Paape kwam terecht<br />

in Duinkerken waar hij zeven jaar woonde<br />

totdat hij in 1794 achter het Franse leger van<br />

Pichegru aan terugkeerde naar zijn vaderland.<br />

In Den Bosch werd hij als secretaris van<br />

de patriottengeneraal Daendels bij dienstbevel<br />

benoemd tot redacteur van de ’s-Hertogenbossche<br />

Vaderlandsche Courant. Onder<br />

leiding van Gerrit Paape was Den Bosch<br />

volgens Peter Altena korte tijd ‘perscentrum<br />

van de revolutie’.<br />

De biografie van Gerrit Paape geeft niet alleen<br />

inzicht in de fluwelen revolutie van de<br />

Bataafse republiek maar ook in de gang van<br />

zaken bij Nederlandse kranten die in deze<br />

roerige periode zijn opgericht.<br />

Peter Altena, ‘Gerrit Paape. Levens en werken’.<br />

ISBN 97 894 60040641. 850 pagina’s,<br />

€ 39,95. Uitgeverij Vantilt, Nijmegen.


persMuseuM<br />

Zeeburgerkade 10, 1019 ha amsterdam<br />

t 020-692 88 10<br />

F 020-468 05 05<br />

e info@persmuseum.nl<br />

W www.persmuseum.nl<br />

pOp-up pressMuseuM<br />

a: Metsustraat 2-6, 1071 ea amsterdam<br />

OpeninGstijden persMuseuM<br />

dinsdag – vrijdag 10.00 –17.00 uur<br />

Zondag12.00 –17.00 uur<br />

het museum is gesloten op zaterdag,<br />

maandag en op feestdagen.<br />

rOuteBesCHrijvinG: persMuseuM ZeeBurGerKade<br />

Zeeburgerkade 10<br />

Bus<br />

Beste verbinding:<br />

Bus 48 vanaf Centraal Station richting<br />

Borneo eiland, halte Cruquiusweg<br />

Bus 65 vanaf Station Zuid via amstel Station, richting<br />

KnSM-eiland, halte Cruquiusweg (ieder kwartier)<br />

traM<br />

tram 14 naar het Javaplein (5 minuten lopen), tram 10<br />

naar de van eesterenlaan (5 minuten lopen) of tram<br />

7 naar de Molukkenstraat (10 minuten lopen)<br />

autO<br />

vanaf de rondweg (a10) afslag Zeeburg (S114). de borden<br />

Zeeburg volgen. voor de Piet heintunnel linksaf, richting<br />

indische Buurt. Bij de eerste stoplichten na de brug<br />

rechtsaf. vervolgens de tweede rechts. Bij de rotonde<br />

de tweede afslag nemen (= doodlopend) om op de<br />

Zeeburgerkade te komen. deze geheel uitrijden (ca. 400<br />

m.), aan het einde bevindt zich het <strong>Persmuseum</strong>.<br />

Word<br />

Vriend<br />

Van het<br />

persmuseum!<br />

en STeun De<br />

AAnDAcHT VOOr<br />

perSVrIjHeID,<br />

VrIjHeID VAn<br />

menInGSuITInG<br />

en HeT BeHOuD<br />

VAn HeT<br />

jOurnALISTIeK<br />

erFGOeD<br />

Bezoekersinformatie COLOfOn<br />

OpeninGstijden pOp-up press<br />

MuseuM Metsustraat<br />

dinsdag –zondag 11.00 – 18.00 uur<br />

het Pop-up Press Museum is gesloten<br />

op maandag en op feestdagen<br />

tOeGanGsprijZen persMuseuM<br />

volwassenen € 4,50<br />

13 - 18 jaar, 65+ € 3,25<br />

Groepen vanaf 10 personen<br />

Stadspas € 2,50<br />

Cultuurkaart / CJP € 2,75<br />

Studenten met collegekaart € 2,25<br />

0 - 12 jaar, Museumkaart gratis<br />

iCoM, vrienden<br />

de Stichting vrienden van het<br />

<strong>Persmuseum</strong> stelt zich ten doel de<br />

bloei en de naamsbekendheid van het<br />

<strong>Persmuseum</strong> te bevorderen en extra<br />

inkomsten te verwerven ten behoeve<br />

van collectieaankopen en activiteiten.<br />

u bent al vriend met een bijdrage<br />

van minimaal € 25,00 per jaar!<br />

Een vriend van het <strong>Persmuseum</strong> krijgt:<br />

• gratis toegang tot het <strong>Persmuseum</strong><br />

• 10% korting op uitgaven<br />

van het <strong>Persmuseum</strong><br />

• uitnodigingen voor openingen en<br />

andere speciale activiteiten<br />

• 10 x per jaar het digitale<br />

blad <strong>Bladspiegel</strong><br />

OnderwijsprOGraMMa’s<br />

en rOndLeidinGen<br />

informatie over en prijzen van onze<br />

onderwijsprogramma’s en rondleidingen<br />

vindt u op www.persmuseum.nl<br />

tOeGanKeLijKHeid<br />

het <strong>Persmuseum</strong> is goed toegankelijk voor<br />

rolstoelgebruikers. het museum beschikt<br />

over een aangepast toilet en de expositieruimte<br />

bevindt zich op 0-niveau.<br />

rOuteBesCHrijvinG: pOp-up press MuseuM<br />

Metsustraat 2-6 (aan het Museumplein)<br />

traM<br />

Lijn 16 of 24 vanaf CS, uitstappen voor de deur van het museum<br />

Lijn 12 vanaf amstelstation, uitstappen bij Concertgebouw,<br />

van Baerlestraat oversteken<br />

Lijn 5 vanaf Station Zuid, idem<br />

Lijn 3 vanaf Station Muiderpoort, idem<br />

Bus<br />

vanaf CS: Bus 170, uitstappen halte Museumplein<br />

autO<br />

vanaf de snelweg (a10) neemt u afslag S108 en gaat u<br />

onderaan de afslag rechtsaf de amstelveenseweg op. Bij het<br />

Stadionplein met de bocht naar rechts en dan bij de stoplichten<br />

linksaf. Bij de rotonde bij het haarlemmermeerstation de<br />

2de rechtsaf, de Cornelis Krusemanstraat in. deze straat<br />

gaat over in de Lairessestraat. deze straat uitrijden tot aan<br />

het Museumplein, waar het museum aan gelegen is.<br />

Parkeren is mogelijk in de parkeergarage naast<br />

de albert heijn op Museumplein.<br />

voor minimaal € 50,- per<br />

jaar krijgt u tevens:<br />

• een gratis publicatie/catalogus<br />

u kunt ook vriend voor het leven<br />

worden door eenmalig een bedrag<br />

van € 500,- te doneren. u geniet<br />

dan altijd van alle voordelen die een<br />

vriend(in) van het <strong>Persmuseum</strong> heeft.<br />

wOrd Of MaaK nu een vriend!<br />

vul het aanvraagformulier in op<br />

www.persmuseum.nl onder<br />

het kopje ‘vrienden’.<br />

u kunt telefonisch (020-6928810),<br />

of per e-mail (info@persmuseum.<br />

nl) het aanvraagformulier ‘Word<br />

of maak een vriend’ opvragen.<br />

BladSpiegel is als elektronische<br />

krant de voortzetting van<br />

<strong>Persmuseum</strong>Nieuws. Een<br />

uitgave van het <strong>Persmuseum</strong>,<br />

die mede wordt mogelijk<br />

gemaakt door de Stichting<br />

Vrienden van het <strong>Persmuseum</strong>.<br />

Redactie:<br />

Paul Arnoldussen, Sjoukje<br />

Posthuma, Henk Schaaf, Bert<br />

Steinmetz, Marcella van der<br />

Weg<br />

Vormgeving:<br />

Bildermann.nl<br />

Redactieadres:<br />

<strong>Persmuseum</strong><br />

Zeeburgerkade 10<br />

1019 HA Amsterdam<br />

T 020-6928810<br />

info@persmuseum.nl<br />

Aan dit nummer werkten mee:<br />

Max de Bok, John van<br />

Miltenburg, Gerard Mulder,<br />

Jim Postma<br />

BladSpiegel verschijnt ca. 10<br />

maal per jaar. Deze krant wordt<br />

per e-mail kosteloos verstrekt<br />

aan Vrienden en relaties van<br />

het <strong>Persmuseum</strong>. Vrienden die<br />

prijs stellen op een papieren<br />

editie, kunnen deze aanvragen.<br />

Bij de balie van het museum<br />

zijn ook geprinte exemplaren te<br />

verkrijgen.<br />

© <strong>Persmuseum</strong><br />

Op gesigneerde artikelen berust<br />

het auteursrecht. Overname<br />

is slechts toegestaan na<br />

toestemming van de redactie.<br />

een donatie is ook altijd welkom!<br />

Postbank 5761042 t.n.v.<br />

Stichting vrienden van het<br />

<strong>Persmuseum</strong> o.v.v. ‘donatie’<br />

<strong>Het</strong> <strong>Persmuseum</strong> is hét levendige en<br />

herkenbare landelijke centrum van<br />

de Nederlandse pers en de politieke<br />

prent, met een breed scala aan<br />

activiteiten. <strong>Het</strong> <strong>Persmuseum</strong> is uniek<br />

in Nederland. Al meer dan honderd<br />

jaar beijvert het <strong>Persmuseum</strong> zich<br />

om de geschiedenis, het heden en de<br />

toekomstige ontwikkelingen van de<br />

Nederlandse pers te documenteren, te<br />

bestuderen en toegankelijk te maken.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!