27.09.2013 Views

boekbesprekingen - Historische vereniging Oud Leiden

boekbesprekingen - Historische vereniging Oud Leiden

boekbesprekingen - Historische vereniging Oud Leiden

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

BOEKBESPREKINGEN<br />

vieren. Daarna komen de ontwer pers aan bod, vervolgens de functie van de<br />

tekening in het ontwe rp- en bouwproces en het vierde hoofdstu k is gewijd<br />

aan de tekening als 'artefa ct', waarin ingegaan wo rdt op de ma nier van tekenen.<br />

Waar het de ontwer pers betreft wordt eerst nagegaan of architect in die<br />

tijd al een volwaardig beroep was (conclusie: eigenlijk niet) en wie er in de<br />

praktijk dan wel tekeningen maakten, zoals aannemers (voor eenvoudige<br />

klussen en vooral in de burgerbouw) en in stadsdienst zijnde steenho uwers<br />

(met name in de zestiende eeuw), timmerlieden (door de auteur steevast rirnmermannen<br />

genoemd), metselaars en een zeldzame landmeter. O verigens<br />

begint het al meteen met het begrip 'stadsd ienst' te knellen: zij maakt de lezer<br />

onvoldoende duidelijk dat in ieder geval in <strong>Leiden</strong> deze mensen niet ambtenaar<br />

met een vast salaris waren , maar zelfstandige aann emers die het privilege<br />

hadden om - waar het kon - als monopolist voor de stad te mogen<br />

werken op declaratiebasis. Dat die declaraties hoger waren dan bij werk voor<br />

derden, is logisch. Pas wanneer iemand zonder bedrijfaangesteld werd, zoals<br />

Arent van 's-Gravesande, kreeg die een vast salaris, maar mocht voor derd en<br />

blijven ontwerpen en toezicht houden, mits dat de stadszaken niet benadeelde.<br />

Toen Willem van der Helm hem min of meer opvolgde, moest die zijn<br />

bloeiend timmerbedri jf opgeven in ruil voor een vast salaris en de mogelijkheid<br />

om met werk voor derd en bij te verdienen. Na hem zouden er nog enkele<br />

vergelijkbare profession als zijn, maar aan het begin van de achtti ende eeuw<br />

ging men weer terug op de in wezen zestiende-eeuwse praktijk, waarbij de<br />

stadstimmerman en -m etselaar de ontwerpe n en tekeningen maakten. Alleen<br />

traden ze toen niet meer op als aannemer van werken voor derd en.<br />

Gra ag zou ik als het ware aan het handje meegenomen worden naar een<br />

kamer waar een tekenaar bezig was om over diens schouder toe te kijken. Wat<br />

voor soort papier gebruikte hij (als zelfs olifantsformaat te klein was, dan<br />

maar eindeloos vellen er aan vastplakken?), hoe berekende hij zijn schaal,<br />

begon hij met een passer gaatjes in het papier te prikken voor de hoofdstructuur,<br />

trok hij eerst lijnen met een griffel en daarna pas met potlood, wanneer<br />

gebruikte hij inkt en welke soort: gitzwarte, die goed in het papier drong, of<br />

een beetje waterige bruine inkt, die bij een foutje redelijk goed weg te wissen<br />

viel, wanneer gebruikte hij arceringen of aquarela chtige verf en welke<br />

(standaa rdrltinten waren daarbij favoriet? Zit er oo k een chron ologische ontwikkeling<br />

in de manier van tekenen en inkleuren, of is dat per architect te<br />

211

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!