Jan Steenstraat 2 - Gemeente Woerden

36
bodemopbouw op deze plek niet erg afwijkt van de grond uit het ondergrondmengmonster dat
onderzocht is, is hier geen apart monster genomen. Ter plaatse van de overige vermoedelijke locaties
van de gedempte sloten zijn geen afwijkingen waargenomen die een verontreiniging doen vermoeden.
Mogelijke opslag olie
Door de gemeente werd vooraf aangegeven dat er nooit op olie is gestookt. Omdat dit vrij uitzonderlijk
is voor een school die in 1972 gebouwd is, is alsnog het bouwdossier van de school bekeken door het
bodemadviesbureau. In het dossier en ook tijdens de terreininspectie zijn geen aanwijzingen
gevonden voor de aanwezigheid van een olietank.
Omdat er geen verontreinigingen verwacht werden, is als onderzoekshypothese “onverdacht”
aangehouden.
Onderzoeksresultaten
Zintuiglijke waarnemingen:
- Er zijn geen asbestverdachte materialen op of in de bodem waargenomen;
- De bovengrond bestaat over het algemeen uit zand, met een dikte van tenminste 0,5 m en
zonder bodemvreemde bijmengingen;
- Op een diepte van 0,8 m –mv is een zwak puinhoudende kleilaag aangetroffen met een dikte
van ca. 0,2 meter. Plaatselijk is deze laag dikker, o.a. bij boring 02 en 06;
- Er zijn aan het grondwater visueel geen afwijkingen waargenomen.
Onderzochte kwaliteit:
- De bovengrond is niet verontreinigd met de onderzochte stoffen;
- De ondergrond is licht verontreinigd met zware metalen en polycyclische aromatische
koolwaterstoffen (PAK). Geen van de onderzochte stoffen overschrijdt de tussenwaarde (dit is
de toetsingswaarde voor nader onderzoek). Uit toetsing van de meetresultaten aan de
Maximale Waarden behorende bij de bodemfunctieklasse “Wonen”, uitgevoerd met de
risicotoolbox, is gebleken dat de ondergrond in de bodemkwaliteitsklasse “Wonen” valt;
- In het grondwater is een licht verhoogde concentratie aan barium gemeten.
Hoogstwaarschijnlijk heeft dit een natuurlijke oorsprong.
Aandachtspunten voor het vervolg:
- Wanneer er ten behoeve van het verdiepen/verbreden/dempen van de naastgelegen
waterpartij grond of bagger vrijkomt, zal de kwaliteit ervan vastgesteld moeten worden om de
toepassingsmogelijkheden te bepalen;
- Ter plaatse van het huidige schoolgebouw en op het noordelijk deel van het terrein zijn tijdens
het verkennend bodemonderzoek geen boringen verricht. Na de sloop van het gebouw zullen
hier aanvullende boringen moeten worden verricht om de Omgevingsvergunning te kunnen
verlenen;
- Omdat de bovengrond van de locatie schoon is en de gemeente nog niet beschikt over een
bodemkwaliteitskaart, mag er alleen schone grond (AW-grond) op de locatie toegepast
worden.
Naast het verkennend bodemonderzoek is er tevens een aanvullend bodemonderzoek uitgevoerd
door bureau Grondslag. Het onderzoek is opgenomen in bijlage IV. Uit dit aanvullende
bodemonderzoek blijkt dat ter plaatse van de voormalige bebouwing en de strook grond achter de
voormalige bebouwing lichte verhogingen aan kwik en lood zijn aangetoond. De resultaten komen
Bestemmingsplan Jan Steenstraat 2
Ontwerp, 22 mei 2013