Jan Steenstraat 2 - Gemeente Woerden

30
7.2.2 Onderzoek
Voor de beoordeling van de geluidsbelasting langs 30 km/h-wegen kan de normstelling in de Wgh.
voor gezoneerde wegen worden gehanteerd als toetsingskader. Hierbij bedraagt de
voorkeursgrenswaarde 48 dB (inclusief aftrek artikel 110g Wgh) en bedraagt in binnenstedelijk gebied
de uiterste grenswaarde 63 dB (inclusief aftrek artikel 110g Wgh).
Teneinde de geluidsbelasting ten gevolge van het verkeer op de Jan Steenstraat te berekenen is een
akoestisch onderzoek uitgevoerd op basis van de Standaard Rekenmethode I (SRM I) uit het Reken-
en Meetvoorschrift Geluid 2012 (RMG 2012).
Door het ontbreken van verkeerstellingen zijn de verkeersintensiteiten gebaseerd op het
Verkeersmodel Regio Utrecht prognosejaar 2020. Op basis hiervan bedraagt de verkeersintensiteit
voor de Jan Steenstraat in prognosejaar 2022 ten hoogste 550 motorvoertuigen per etmaal. De
wegdekverharding van de Jan Steenstraat bestaat uit een klinkerbestrating in keperverband. Er is een
voertuigverdeling van respectievelijk 92% lichte motorvoertuigen, 5% middelzware motorvoertuigen en
3% zware motorvoertuigen gehanteerd.
Uit het onderzoek (zie bijlage II) blijkt dat de geluidsbelasting aan de voorgevels van de
starterswoningen ten gevolge van het verkeer op de Jan Steenstraat maximaal 48 dB bedraagt
(inclusief aftrek 5 dB conform artikel 110g Wgh). Deze waarde komt overeen met de
voorkeursgrenswaarde uit de Wgh indien deze 30 km/h-weg gezoneerd zou zijn.
7.2.3 Conclusie
De nieuwe woningen ondervinden geen hogere geluidsbelasting dan de voorkeursgrens-waarde van
48 dB voor wegverkeerslawaai. Er is dan ook sprake van een aanvaardbare akoestische situatie.
Wegverkeerslawaai vormt geen belemmering voor het plan.
7.3 Luchtkwaliteit
7.3.1 Kader
Beleid en normstelling
Bij ruimtelijke plannen moet de luchtkwaliteit worden onderzocht. Het toetsingskader voor
luchtkwaliteit wordt gevormd door de Wet milieubeheer, hoofdstuk 5, titel 5.2 luchtkwaliteitseisen (ook
wel Wet luchtkwaliteit genoemd). De Wm bevat grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en
stikstofoxiden, fijn stof, lood, koolmonoxide en benzeen. Bij ruimtelijke ontwikkelingen zijn vooral de
jaargemiddelde grenswaarden voor stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10) van belang.
Besluit niet in betekenende mate (nibm)
In het Besluit nibm, en de bijbehorende regeling, is exact bepaald in welke gevallen een project
vanwege de beperkte gevolgen voor de luchtkwaliteit niet aan de grenswaarden hoeft te worden
getoetst. Dit kan onder meer het geval zijn wanneer een project een bijdrage heeft van minder dan 3%
van de jaargemiddelde grenswaarden.
7.3.2 Onderzoek
Door de ontwikkeling is er een toename van verkeer van maximaal 150 mvt/etmaal
(weekdaggemiddelde), uitgaande van 25 starterswoningen met ieder 6 voertuigbewegingen per
etmaal. Hierbij wordt uitgegaan van een aandeel vrachtverkeer van 3%. Uit de Nibm-tool blijkt dat
deze verkeerstoename zorgt voor een toename van het gehalte stikstof (NO2) in de lucht van 0,17
μg/m³ en van fijn stof (PM10) van 0,04 μg/m³.
Bestemmingsplan Jan Steenstraat 2
Ontwerp, 22 mei 2013