download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
huishou<strong>de</strong>ns, werk en consumptieveran<strong>de</strong>ringen 115<br />
samen met het tijdsverschil tussen <strong>de</strong> afgifte van <strong>de</strong> vergunning en <strong>de</strong> registratie van het beroep<br />
in 1749. Wij proberen dit probleem te on<strong>de</strong>rvangen door <strong>de</strong> algemene gegevens over<br />
beroepen van (partners van) vergunninghou<strong>de</strong>rs steeds te vergelijken met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> informatie<br />
over een <strong>de</strong>elpopulatie uit onze dataset, namelijk <strong>de</strong> koffie- en theeverkopers die een<br />
vergunning kregen in 1750 en 1751, dus kort na het opmaken van <strong>de</strong> belastingregisters.<br />
Deze vergunninghou<strong>de</strong>rs zijn relatief vaak in het belastingkohier te vin<strong>de</strong>n, omdat <strong>de</strong> kans<br />
groot was dat zij ook al in 1749 in <strong>de</strong> stad woon<strong>de</strong>n. Aangezien juist in 1750 en 1751 opmerkelijk<br />
veel vergunningen wer<strong>de</strong>n verleend (in totaal 194) levert dit een aanzienlijk bestand op<br />
van 156 vergunninghou<strong>de</strong>rs (80% van het totaal) die tevens in het belastingkohier zijn terug<br />
te vin<strong>de</strong>n. 40<br />
Winkeliers, ambachtslie<strong>de</strong>n of loonarbei<strong>de</strong>rs?<br />
In <strong>de</strong> inleiding stel<strong>de</strong>n wij als hypothese dat nieuwe koffie- en theeverkopers grofweg uit<br />
drie verschillen<strong>de</strong> beroepsgroepen afkomstig zou<strong>de</strong>n kunnen zijn. Ofwel zij waren al actief<br />
in <strong>de</strong> kleinhan<strong>de</strong>l en bekend met het reilen en zeilen van <strong>de</strong> commerciële sector, ofwel zij<br />
waren (geproletariseer<strong>de</strong>) ambachtslie<strong>de</strong>n, ofwel zij waren afkomstig uit beroepen in loondienst<br />
binnen <strong>de</strong> Leidse textielnijverheid. Een analyse van <strong>de</strong> 135 teruggevon<strong>de</strong>n beroepen<br />
van <strong>de</strong> vergunninghou<strong>de</strong>rs geeft het volgen<strong>de</strong> beeld. Bijna 60 procent van <strong>de</strong> vrouwelijke<br />
vergunninghou<strong>de</strong>rs die in 1749 hoofd van een huishou<strong>de</strong>n waren werkte in <strong>de</strong> dienstensector<br />
en ruim 40 procent van <strong>de</strong>ze vergunninghou<strong>de</strong>rs werkte volgens het kohier in <strong>de</strong> nijverheid.<br />
Hoewel <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid van hen dus in <strong>de</strong> dienstensector werkte, was <strong>de</strong> nijverheid<br />
ook een belangrijke sector voor onze vergunninghoudsters. Van <strong>de</strong> mannelijke vergunninghou<strong>de</strong>rs<br />
werkte in 1749 zelfs een nog groter aan<strong>de</strong>el (48%) in <strong>de</strong> nijverheid. Ruim <strong>de</strong> helft<br />
van hen werkte in <strong>de</strong> dienstensector en één van hen was in 1749 rentenier. 41 Gezien het belang<br />
van <strong>de</strong> nijverheid voor <strong>de</strong> lokale economie – 68% van alle vrouwelijke hoof<strong>de</strong>n van huishou<strong>de</strong>ns<br />
en 75% van alle mannelijke hoof<strong>de</strong>n van huishou<strong>de</strong>ns was werkzaam in <strong>de</strong>ze sector<br />
– is het wellicht niet verwon<strong>de</strong>rlijk dat een substantieel <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> vergunninghou<strong>de</strong>rs<br />
(tevens) werkte in <strong>de</strong> secundaire sector. In verhouding tot <strong>de</strong> gehele populatie die is opgenomen<br />
in het belastingkohier was het aan<strong>de</strong>el vergunninghou<strong>de</strong>rs dat werkzaam was in <strong>de</strong><br />
nijverheid echter laag. 42<br />
Een vergelijking van <strong>de</strong> distributie van vergunninghou<strong>de</strong>rs uit <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> 1719-1764 over<br />
<strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> economische sectoren met <strong>de</strong> vergunninghou<strong>de</strong>rs uit <strong>de</strong> jaren 1750-1751<br />
(zie tabel 3) laat zien dat zowel bij <strong>de</strong> vrouwen als bij <strong>de</strong> mannen een hoger percentage in <strong>de</strong><br />
dienstensector te boek stond. Dit is niet geheel onverwacht, want hoe dichter <strong>de</strong> vergun -<br />
ning aanvraag bij het jaar 1749 komt, <strong>de</strong>s te groter <strong>de</strong> kans is dat in het kohier het hebben van<br />
een koffiewinkel vermeld stond. Desondanks werkte nog steeds ruim <strong>de</strong>rtig procent van alle<br />
mannen en vrouwen die in 1750-1751 een vergunning aanvroegen in 1749 in <strong>de</strong> nijverheid.<br />
Dit betekent ofwel dat men vrij gemakkelijk overstapte tussen <strong>de</strong>ze verschillen<strong>de</strong> sectoren,<br />
ofwel dat men een beroep in <strong>de</strong> nijverheid vaak combineer<strong>de</strong> met een winkel in koffie en<br />
thee. Uit het gegeven dat vier van <strong>de</strong> <strong>de</strong>rtien vergunninghou<strong>de</strong>rs die in <strong>de</strong> nijverheid werk-<br />
40 Het was ook mogelijk <strong>de</strong> beroepen van <strong>de</strong> partners van twee gehuw<strong>de</strong> mannelijke vergunninghou<strong>de</strong>rs in het kohier te vin<strong>de</strong>n.<br />
41 Wanneer wij echter corrigeren voor twee<strong>de</strong> beroepsvermeldingen in het kohier, was ook on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> mannelijke vergunninghou<strong>de</strong>rs<br />
ongeveer 60 procent in <strong>de</strong> dienstensector werkzaam.<br />
42 Van Ne<strong>de</strong>rveen Meerkerk, De draad, 328.