Download deel 2 - Textualscholarship.nl
Download deel 2 - Textualscholarship.nl
Download deel 2 - Textualscholarship.nl
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
220<br />
te bereiken. Het effect berust op een diffuse relatie tussen `betekenaar'<br />
en `betekenis' of op de aanwezigheid van een `vage betekenis'. Anders<br />
gezegd: men kan vaag zijn door het over vage dingen te hebben, of door<br />
zich vaag, indirect uit te drukken -daarbij dingen bedoelend die op zich<br />
niet vaag (hoeven te) zijn. 14s Vaak zullen 1 en 2 tegelijk optreden: men<br />
drukt zich indirect uit omdat men iets `onzegbaars' wil aanduiden. De<br />
derde strofe (A-IV, B-I) verschaft duidelijke voorbeelden van indirecte<br />
zegging (vgl. ook p. 123-127 en p. 192-197):<br />
10 vol<br />
11 van weeke kussen van een vloed die zwol<br />
12 in .. van een spreken tegen derden<br />
p g<br />
10 zwaar<br />
11 van een benaderen van een geheim gebaar<br />
12 tot nadering tot spreken tegen derden<br />
Als `vaagheden' noem ik:<br />
een benaderen: het is onduidelijk welke handeling hier precies mee<br />
wordt aangegeven;<br />
zwaar van een benaderen : het vage, abstracte benaderen wordt gemengd<br />
met een concreter betekenisaspect (`geladen met', `zwanger'), hetgeen de<br />
vaagheid en suggestiviteit vergroot; hetzelfde geldt voor zwaar van een<br />
geheim gebaar;<br />
geheim gebaar: door het licht paradoxale van de combinatie ontstaat onduidelijkheid,<br />
vaagheid omtrent wat ermee bedoeld wordt; het op<br />
veruiterlijking gerichte wordt verbonden met iets dat openbaarmaking<br />
verbiedt; wat voor een soort gebaar moet men zich hierbij voorstellen?<br />
gebaar tot nadering [ , ] tot spreken tegen derden: een gebaar tot nadering<br />
is op zich niet erg vaag - wel een geheim gebaar tot nadering; een gebaar<br />
tot spreken tegen derden is zeer indirect - zeker waar het niet duidelijk<br />
is wie die derden zijn. In latere stadia van deze passage wordt de<br />
indirectheid weliswaar enigszins afgezwakt, maar ze blijft domineren. Het<br />
paradigma van r. llb van A-IV, noodigend, geheim, aanhankelijk (adjectieven<br />
bij gebaar), dat in noodigend en aanhankelijk `directe' noties bevatte,<br />
wordt in B en C uitsluitend door `indirecte' elementen gevuld: geheim,<br />
bedoeld, beproefd, met als uiteindelijke selectie bedoeld. bedoeld<br />
gebaar is indirect: er is geen gebaar, maar enkel de intentie tot een<br />
gebaar.<br />
Vervaging zou men ook kunnen opmerken in de verschillende manieren<br />
waarop de poeticale noties worden aangeboden. In A-II zijn de poeticale<br />
elementen zeer expliciet aanwezig in r.(13)-r.(14): woorden, taal, gedichten,<br />
met name door het laatste woord. In r.(17) en vlgg. van A-II,<br />
regels waarin het poeticale groepje wordt uitgewerkt, staat enkel nog, vervagend<br />
zou men kunnen zeggen, woorden. Met het oog op indirectheid,<br />
145 Een bekend voorbeeld van het indirect aanduiden van iets dat o P zich niet 'vaag' gis<br />
vormt de in ander verband al aangehaalde regel van Boutens uit Verzen: "Ik sloot tdde<br />
blinkevenstren van mijn Ziel" Verzamelde lyriek, .11 .<br />
^<br />
p