Download deel 2 - Textualscholarship.nl
Download deel 2 - Textualscholarship.nl
Download deel 2 - Textualscholarship.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
183<br />
catie: `ongevoelig voor enige aandoening', hiermee wordt een paradoxale<br />
staat aangegeven van de borst, die (onder meer) zetel van de emoties is<br />
en toch, althans op dit moment, hierdoor onaangedaan is. Anderzijds<br />
kan men zeggen dat er een contrast wordt aangebracht tussen de onaangedane<br />
borst en de emoties waarvan de rode rozen dragers zijn.<br />
Verschillen tussen de leden: zoel doorstroomde is in vergelijking met<br />
andere leden het meest `erotisch' , `warm' en 'emotioneel'. Qua klank -<br />
en vooral via de oo-klank-herhalingen - wordt een verbinding gelegd met<br />
de eerste, `emotievolle' regel; eigenschappen van de rozen worden via<br />
zoel doorstroomde aan borst toegekend. Een verschil tussen de eerste en<br />
de laatste twee leden: ademende en zoel doorstroomde, bevatten een `levend'<br />
moment, ze zijn dynamischer dan de eerste twee elementen (zie<br />
verder p. 113.<br />
2. Het paradigma aanminnende etc. heeft als dominerend moment de<br />
notie `naar zich toe' of `tegen zich aan'. Verschillen: het `erotisch'-<br />
`koesterende' element is het sterkst in aanminnende aanwezig. in toedragen<br />
levert wellicht in combinatie met zoel doorstroomde in r. 2 een iets<br />
geconcentreerder fonisch resultaat op:<br />
aa<strong>nl</strong>agen aan de zoel doorstroomde schat aa aa aa oe<br />
van uwe borst, in toedragen zoodat oe aa<br />
(zie verder p. 113-114).<br />
In r. 4 (en r. 5) zijn er syntaktisch gezien twee lezingen, de «lezing<br />
en de 0-lezing:<br />
a<br />
zoodat<br />
zij l welkende de ruil geboden g<br />
etc .<br />
a<br />
zoodat<br />
begevend alle welkende ten doode<br />
zij evenwel een nieuwe luwte voelden<br />
Hier wordt een aanvankelijk aanwezige scheiding tussen de eerste en de<br />
tweede strofe in de tweede lezing weer opgeheven; de strofen sluiten<br />
nauwer bij elkaar aan.<br />
3. De a-lezing bevat het paradigma welkende etc. , waarin de notie<br />
`vermindering' overheerst (het paradigma vertoont verwantschap met<br />
flets, bezweken in A-I). Zie voor de verschillen tussen de leden hiervóór,<br />
p. 114-115. welkende is het meest traditioneel (vgl. de veel gebruikte<br />
uitdrukking `bloemen (ver)welken'). mat, wankel is poëtischer, minder<br />
traditioneel en daarbij indirecter: de `vermindering' blijkt pas via de<br />
kleur der bloemen (`dof') en via de beweging (een onstabiele, heen en<br />
weer gaande). De betekenis komt op een complexere wijze tot stand:<br />
door middel van concrete bewoordingen (die (ook) met kleur en beweging<br />
te maken hebben -uiteraard spelen daarnaast de hiervóót, op<br />
p. 115, genoemde figuurlijke betekenissen mee) wordt iets op indirecte,