Download deel 2 - Textualscholarship.nl
Download deel 2 - Textualscholarship.nl
Download deel 2 - Textualscholarship.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
164<br />
poëzie wordt aangeduid: het vers beroert de diepste dingen, maar kan<br />
niet zijn grenzen overschrijden; de werking is tijdelijk, en wat erin wordt<br />
uitgedrukt raakt in de overdracht verloren.<br />
3.3. Poetica<br />
In deze paragraaf zal ik trachten de poeticale strekking van het gedicht te<br />
ontraadselen (3.3.1). Daarna zal ik de uitkomsten pogen te relateren aan<br />
de poetica zoals die spreekt uit andere gedichten van Leopold (3.3.2) en<br />
aan de poeticale `traditie', de `symbolistische', waarin Leopold geacht<br />
kan worden te staan (3.3.3). Dit alles zal zeer summier aan de orde<br />
komen en niet dan een uiterst voorlopige schets kunnen zijn.<br />
3.3.1. De poeticale strekking<br />
De laatste strofe van `O, als de rozen' geeft in de B-versie een poeticale<br />
uitleg aan het gedicht. Het in het gedicht weergegeven proces dat het<br />
produceren van een boodschap begeleidde, wordt vergeleken met wat<br />
met woorden gebeurt. Hetzelfde proces als in dit gedicht wordt beschreven,<br />
vindt plaats wanneer men (in poëzie) iets met woorden wil meedelen.<br />
De parafrase van de poeticale strofe luidt ongeveer als volgt: er is<br />
een 'vermindering', de afgang, en in het `verminderen' een `nieuw<br />
leven' krijgen, dat echter, paradoxaal, stom getuigend aanwezig is, als<br />
`herinnering' aan een momentane gebeurtenis, die diep in het binnenst<br />
(van de woorden, van het gedicht) verborgen ligt en enkel op indirecte,<br />
suggererende wijze blijkt. Het is niet eenvoudig om noties hieruit scherp<br />
in poeticale zin te expliciteren. Ik waag een poging. Ik schrijf een aantal<br />
`stellingen' op die niet met zoveel woorden in het gedicht zijn uitgesproken,<br />
maar die mijns inziens wel impliciet gegeven zijn.<br />
1° Poëzie vindt zijn oorsprong in (het uiten van) diepe emoties, in<br />
wezen voortkomend uit een door het bestaan gekwetst zijn.<br />
2° Het poëtisch proces - het ontstaan van poëzie en de communicatieve<br />
werking ervan - heeft erotische trekken (het is teder, koesterend, indirect;<br />
maar ook volledig bevredigend, orgastisch).<br />
3° Poëzie is van sublieme aard, vergelijkbaar met religieus-metafysische<br />
ervaringen.<br />
4° Wat wordt meege<strong>deel</strong>d in poëzie komt voort uit de diepste innerlijke<br />
verlangens of tekorten en vervult deze voor één moment volledig. Anders<br />
gezegd: het meege<strong>deel</strong>de komt voort uit of gaat over innerlijke, fundamentele<br />
essenties die alleen op paradoxale wijze zijn te formuleren.<br />
5 ° Er is een overeenkomst tussen inhoud en ontstaan van poëzie. Sterker<br />
geformuleerd: poëzie gaat over poëzie.<br />
6° In het gedicht ontstaan wonderbaarlijke, nieuwe betekenissen die te<br />
maken hebben met erotische, innerlijke, emotionele zaken, kortom: met<br />
levensessentialia.<br />
7° In poëzie kunnen de innerlijke "diepe dingen", de levensessentie, de<br />
gekwetstheid, de emoties - alles met erotische of metafysische kenmerken<br />
- niet direct worden meege<strong>deel</strong>d, maar enkel indirect, op paradoxale,<br />
suggererende, omspelende wijze.