psychodrama bij kleuters tussen drie en zes jaar: het ... - Acco
psychodrama bij kleuters tussen drie en zes jaar: het ... - Acco
psychodrama bij kleuters tussen drie en zes jaar: het ... - Acco
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
118<br />
tokk [ 35 - 2010 ] PSychodrAmA bIj kLeuterS tuSSeN drIe eN ZeS jAAr: <strong>het</strong> PoPPeNhuIS, eeN ActIeGerIcht SPeLtherAPeutISch ProtocoL, 118-127<br />
<strong>psychodrama</strong> <strong>bij</strong> <strong>kleuters</strong><br />
<strong>tuss<strong>en</strong></strong> <strong>drie</strong> <strong>en</strong> <strong>zes</strong> <strong>jaar</strong>: <strong>het</strong><br />
popp<strong>en</strong>huis, e<strong>en</strong> actiegericht<br />
speltherapeutisch protocol<br />
[ S A M E N V A T T I N G ] Sarah Vande Walle<br />
(2008) construeerde aan de hand van e<strong>en</strong> kwalitatieve<br />
studie e<strong>en</strong> actiegericht speltherapeutisch<br />
protocol voor <strong>drie</strong>- tot <strong>zes</strong>jarig<strong>en</strong>, gesteund op<br />
de childr<strong>en</strong>’s Psychodrama-Puppets kit (cPd-<br />
Pkit; e<strong>en</strong> semidirectief draaiboek voor kinder<strong>en</strong><br />
vanaf zev<strong>en</strong> <strong>jaar</strong>). dit artikel beoogt om aan de<br />
hand van de theoretische <strong>en</strong> praktische toelichting<br />
van dit kleuterprotocol handvatt<strong>en</strong> te bied<strong>en</strong><br />
voor de klinische praktijk. In e<strong>en</strong> eerste deel wordt<br />
de theoretische basis van <strong>het</strong> protocol, namelijk<br />
<strong>het</strong> F<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologisch-dialectisch Persoonsmodel<br />
van Verhofstadt-d<strong>en</strong>ève <strong>en</strong> de <strong>psychodrama</strong>methodiek,<br />
beknopt beschrev<strong>en</strong>. In <strong>het</strong> tweede deel<br />
wordt <strong>het</strong> kleuterprotocol theoretisch <strong>en</strong> praktisch<br />
geïllustreerd aan de hand van de concrete toepassing<br />
<strong>bij</strong> de <strong>drie</strong>jarige yannick. Afsluit<strong>en</strong>d word<strong>en</strong><br />
mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> aandachtspunt<strong>en</strong> <strong>bij</strong> de constructie<br />
<strong>en</strong> <strong>het</strong> gebruik van dit aangepaste protocol<br />
in de discussie besprok<strong>en</strong>.<br />
Theorie<br />
Inleiding<br />
[sarah vande walle & l<strong>en</strong>i verhofstadt-d<strong>en</strong>ève 1]<br />
Het semidirectieve protocol voor <strong>kleuters</strong><br />
<strong>tuss<strong>en</strong></strong> <strong>drie</strong> <strong>en</strong> <strong>zes</strong> <strong>jaar</strong> is gebaseerd op de<br />
methodiek van de Childr<strong>en</strong>’s Psychodrama-<br />
Puppets Kit voor kinder<strong>en</strong> vanaf zev<strong>en</strong> <strong>jaar</strong>.<br />
Voor de verdere uitwerking van dit laatstg<strong>en</strong>oemde<br />
draaiboek verwijz<strong>en</strong> we naar Helsk<strong>en</strong>s,<br />
Dill<strong>en</strong>, Siongers & Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève<br />
(2007) <strong>en</strong> Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève, Dill<strong>en</strong>, Helsk<strong>en</strong>s<br />
& Siongers (2009). In haar lic<strong>en</strong>tiaatsverhandeling<br />
beschrijft Vande Walle (2008)<br />
de verschill<strong>en</strong> <strong>tuss<strong>en</strong></strong> <strong>het</strong> protocol voor kinder<strong>en</strong><br />
vanaf zev<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> ‘popp<strong>en</strong>huis’,<br />
<strong>het</strong> protocol voor <strong>kleuters</strong>. Beide protocoll<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> theoretisch onderbouwd door<br />
<strong>het</strong> F<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologisch-Dialectisch Persoonsmodel<br />
<strong>en</strong> steun<strong>en</strong> op de <strong>psychodrama</strong>traditie<br />
(Verhofstadt D<strong>en</strong>ève, 2003; 2007).<br />
E<strong>en</strong> ontwikkelingsgericht<br />
therapeutisch refer<strong>en</strong>tiekader<br />
Het F<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologisch-Dialectisch Persoonsmodel<br />
is e<strong>en</strong> therapeutisch werkbaar refer<strong>en</strong>tiekader<br />
waar<strong>bij</strong> groot belang wordt gehecht<br />
aan de vorming van teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> als basis<br />
van kwalitatieve persoonsverandering<strong>en</strong>.<br />
De inhoud van deze ontwikkeling<strong>en</strong> wordt<br />
hoofdzakelijk gek<strong>en</strong>merkt door relationele<br />
repres<strong>en</strong>taties <strong>en</strong> exist<strong>en</strong>tiële thema’s. We beperk<strong>en</strong><br />
ons hier<strong>bij</strong> tot de hoofdgedacht<strong>en</strong> van<br />
dit model <strong>en</strong> verwijz<strong>en</strong> de geïnteresseerde lezer<br />
naar Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève (2001b; 2007).<br />
Het f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische aspect refereert aan de<br />
subjectieve betek<strong>en</strong>is die m<strong>en</strong> toek<strong>en</strong>t aan
PSychodrAmA bIj kLeuterS tuSSeN drIe eN ZeS jAAr: <strong>het</strong> PoPPeNhuIS, eeN ActIeGerIcht SPeLtherAPeutISch ProtocoL<br />
zichzelf <strong>en</strong> de omring<strong>en</strong>de sociale <strong>en</strong> materiële<br />
omgeving. Vertrekk<strong>en</strong>d van de m<strong>en</strong>s<br />
als PERSOON die tegelijkertijd subject (IK)<br />
<strong>en</strong> object (MIJ) in zich ver<strong>en</strong>igt, is <strong>het</strong> IK in<br />
staat tot reflectie op <strong>en</strong> constructie van <strong>het</strong><br />
MIJ; dit is <strong>het</strong> subjectief f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische<br />
beeld over onszelf <strong>en</strong> de ander<strong>en</strong>. Als resultaat<br />
van <strong>het</strong> zelfreflectieve IK-MIJ-proces<br />
onderscheidt <strong>het</strong> model <strong>zes</strong> fundam<strong>en</strong>tele<br />
f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische zelfconstructies die beschouwd<br />
kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als concretisaties<br />
van de relationele repres<strong>en</strong>taties: Zelf-Beeld<br />
(Wie b<strong>en</strong> ik in mijn wereld?), Alter-Beeld<br />
(Wie zijn de ander<strong>en</strong> in hun wereld?), Meta-Zelf<br />
(Welk beeld hebb<strong>en</strong> de ander<strong>en</strong> van<br />
mij?) <strong>en</strong> de overe<strong>en</strong>komstige Ideaal-Beeld<strong>en</strong>,<br />
met name <strong>het</strong> Ideaal-Zelf (Wie zou ik will<strong>en</strong><br />
zijn?), <strong>het</strong> Ideaal-Alter (Hoe zoud<strong>en</strong> de<br />
ander<strong>en</strong> ideaal moet<strong>en</strong> zijn?) <strong>en</strong> <strong>het</strong> Ideaal-<br />
Meta-Zelf (Welk beeld zoud<strong>en</strong> de ander<strong>en</strong><br />
van mij moet<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>?). Deze <strong>zes</strong> vrag<strong>en</strong><br />
vorm<strong>en</strong> de basis van e<strong>en</strong> therapeutisch werkbaar<br />
‘lev<strong>en</strong>d’ persoonsmodel bestaande uit<br />
<strong>zes</strong> persoonsdim<strong>en</strong>sies.<br />
Het dialectische aspect verwijst naar de onderligg<strong>en</strong>de<br />
drijv<strong>en</strong>de kracht van <strong>het</strong> ontwikkelingsproces.<br />
Belangrijk in deze dialectische<br />
visie is de positieve duiding van teg<strong>en</strong>stellings-<br />
<strong>en</strong> crisiservaring<strong>en</strong> als motiver<strong>en</strong>de<br />
kracht of op zijn minst als tek<strong>en</strong> van dynamiek,<br />
psychische activiteit <strong>en</strong> persoonsontwikkeling.<br />
Volg<strong>en</strong>s Fichte (1810, steun<strong>en</strong>d<br />
op Hegel) k<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> dialectisch proces e<strong>en</strong><br />
triadisch verloop (these, antithese, synthese)<br />
door e<strong>en</strong> dubbele negatie he<strong>en</strong>, waardoor<br />
e<strong>en</strong> kwalitatief ‘hogere synthese’ kan<br />
word<strong>en</strong> bereikt. Verder in deze tekst wordt<br />
dit proces geïllustreerd door e<strong>en</strong> concreet<br />
voorbeeld. De assumptie is dat de <strong>zes</strong> persoonsdim<strong>en</strong>sies<br />
idealiter in e<strong>en</strong> dialectisch<br />
constructief teg<strong>en</strong>stellingsverband tot elkaar<br />
staan. Belangrijk hier<strong>bij</strong> is dat al te strakke<br />
vastgeroeste constructies over zichzelf <strong>en</strong> de<br />
andere door de IK-MIJ-reflectie kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
versoepeld <strong>en</strong> gedeeltelijk geïntegreerd.<br />
Het uiteindelijke doel van de therapie is de<br />
ontwikkeling van de persoon tot maximale<br />
zelfactualisering door ontdekking van eig<strong>en</strong><br />
mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> sterktes in e<strong>en</strong> harmonische<br />
relatie tot de significante ander<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />
omring<strong>en</strong>de wereld.<br />
Psychodrama<br />
Psychodrama is e<strong>en</strong> psychotherapiemethode<br />
die kinder<strong>en</strong>, adolesc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> volwass<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
helpt door middel van <strong>het</strong> uitbeeld<strong>en</strong> van situaties<br />
in e<strong>en</strong> individuele, familiale of groepssetting<br />
in plaats van er <strong>en</strong>kel over te prat<strong>en</strong><br />
(Blatner, 1997). Jacob Levy Mor<strong>en</strong>o (°1892-<br />
†1974) wordt als de grondlegger van deze therapiemethode<br />
beschouwd. Hij ontwikkelde de<br />
actiegebaseerde system<strong>en</strong> van <strong>psychodrama</strong><br />
<strong>en</strong> sociodrama gec<strong>en</strong>treerd rond de werking<br />
van de spontaneïteit als primaire kracht voor<br />
de vroege ontwikkeling (Hoey, 1997). Psychodrama<br />
houdt verband met <strong>het</strong> theater, hoewel<br />
<strong>het</strong> e<strong>en</strong> theater is zonder script, waar<strong>bij</strong> de<br />
acteurs scènes uit hun eig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> uitbeeld<strong>en</strong><br />
(Bannister, 2003). Scènes uit <strong>het</strong> verled<strong>en</strong>,<br />
<strong>het</strong> hed<strong>en</strong> <strong>en</strong> de toekomst, imaginair of reëel,<br />
krijg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> emotionele int<strong>en</strong>siteit door ze in<br />
<strong>het</strong> hier <strong>en</strong> nu uit te beeld<strong>en</strong> (Blatner, 1997).<br />
Op deze manier word<strong>en</strong> innerlijke beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
eraan verbond<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> ge(her)actualiseerd,<br />
onderk<strong>en</strong>d <strong>en</strong> geëvalueerd (Cuvelier,<br />
1976). Psychodrama integreert daar<strong>bij</strong> de<br />
aanpak van de cognitieve analyse met die van<br />
betrokk<strong>en</strong>heid door middel van participatie,<br />
ervaring (Blatner, 1997) <strong>en</strong> actiegerichtheid<br />
(Dill<strong>en</strong> & Serneels, 2002). De kracht van <strong>psychodrama</strong><br />
ligt in de geïntegreerde hantering<br />
van emotioneel-affectieve, rationeel-cognitieve<br />
<strong>en</strong> handelingsaspect<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de persoon. De<br />
vier hoofdfacett<strong>en</strong> van de m<strong>en</strong>selijke activiteit<br />
– namelijk voel<strong>en</strong>, d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, sprek<strong>en</strong> <strong>en</strong> handel<strong>en</strong><br />
– kom<strong>en</strong> hier volwaardig <strong>en</strong> geïntegreerd<br />
tot hun recht (Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève, 2001a).<br />
In <strong>psychodrama</strong> kunn<strong>en</strong> <strong>drie</strong> hoofdfas<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong>: de warming-upfase,<br />
de actiefase <strong>en</strong> de sharingfase. De warmingupfase<br />
beoogt via <strong>het</strong> expliciter<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />
aantal afsprak<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>en</strong>kele kleine verbale of<br />
niet-verbale warming-uptechniek<strong>en</strong> de creatie<br />
van e<strong>en</strong> sfeer van groepscohesie, veiligheid<br />
<strong>en</strong> spontaneïteit waarbinn<strong>en</strong> geleidelijk naar<br />
e<strong>en</strong> hoofdspeler kan word<strong>en</strong> toegewerkt. De<br />
hoofdspeler (de protagonist) dramatiseert,<br />
objectiveert <strong>en</strong> exploreert tijd<strong>en</strong>s de actiefase<br />
e<strong>en</strong> thema <strong>en</strong> wordt hierin door de therapeut<br />
(de director) ondersteun<strong>en</strong>d begeleid. T<strong>en</strong><br />
slotte vindt de sharing plaats in de betek<strong>en</strong>is<br />
van e<strong>en</strong> reflecter<strong>en</strong>de nabespreking van<br />
de actiefase.<br />
119
120<br />
Voor verdere uitleg over <strong>psychodrama</strong> verwijz<strong>en</strong><br />
we naar Mor<strong>en</strong>o (1946) <strong>en</strong> Verhofstadt-<br />
D<strong>en</strong>ève (2007).<br />
Het popp<strong>en</strong>huis<br />
Inleiding<br />
Het draaiboek voor <strong>kleuters</strong> werd ontwikkeld<br />
op grond van exploratie <strong>bij</strong> verschill<strong>en</strong>de casestudies.<br />
In e<strong>en</strong> eerste stadium werd <strong>het</strong> protocol<br />
voor kinder<strong>en</strong> vanaf zev<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> vrijwel onveranderd<br />
toegepast <strong>bij</strong> e<strong>en</strong> eerste steekproef<br />
van kinder<strong>en</strong> <strong>tuss<strong>en</strong></strong> <strong>drie</strong> <strong>en</strong> <strong>zes</strong> <strong>jaar</strong>. Ervar<strong>en</strong><br />
moeilijkhed<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> kritisch geëvalueerd<br />
op grond van de ontwikkelingspsychologische<br />
vakliteratuur. Aan de hand van deze<br />
informatie werd <strong>het</strong> protocol in e<strong>en</strong> tweede<br />
fase op die precaire punt<strong>en</strong> aangepast. Vervolg<strong>en</strong>s<br />
werd in e<strong>en</strong> derde stadium dit aangepaste<br />
protocol met <strong>het</strong> oog op optimalisatie<br />
<strong>bij</strong> e<strong>en</strong> tweede steekproef <strong>kleuters</strong> toegepast.<br />
We verwijz<strong>en</strong> naar Vande Walle (2008) voor<br />
verdere informatie <strong>en</strong> kritische bemerking<strong>en</strong><br />
over dit kwalitatieve onderzoek.<br />
Materiaal<br />
Het spelmateriaal kan word<strong>en</strong> opgeborg<strong>en</strong> in<br />
e<strong>en</strong> zilverkleurige materiaalkoffer (45 cm ×<br />
33 cm × 15 cm). Er wordt gebruik gemaakt<br />
van e<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>tal popp<strong>en</strong> (vijf grote <strong>en</strong> vijf kleine),<br />
met <strong>bij</strong>behor<strong>en</strong>de kleertjes (pantalons,<br />
rokjes, bloesjes <strong>en</strong> T-shirts), pruikjes (blond,<br />
lichtbruin, donkerbruin, zwart, grijs <strong>en</strong> wit)<br />
<strong>en</strong> mondjes. Het kind kan kiez<strong>en</strong> <strong>tuss<strong>en</strong></strong><br />
<strong>drie</strong> soort<strong>en</strong> mondjes: e<strong>en</strong> mondje met opwaartse<br />
(vrolijke) of neerwaartse (treurige)<br />
mondhoek<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> recht (boos) streepje.<br />
Zo kunn<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de gemoedstoestand<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> uitgedrukt. Al deze attribut<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />
vlot via velcrostrips op de popjes word<strong>en</strong><br />
gekleefd.<br />
Daarnaast bevat de koffer ook e<strong>en</strong> twintigtal<br />
diertjes, waaronder zoogdier<strong>en</strong>, amfibieën,<br />
reptiel<strong>en</strong>, vogels, insect<strong>en</strong> <strong>en</strong> prehistorische<br />
dier<strong>en</strong>. Onder de zoogdier<strong>en</strong> bevind<strong>en</strong> zich<br />
de typische huisdier<strong>en</strong>, dier<strong>en</strong> van de boer-<br />
PSychodrAmA bIj kLeuterS tuSSeN drIe eN ZeS jAAr: <strong>het</strong> PoPPeNhuIS, eeN ActIeGerIcht SPeLtherAPeutISch ProtocoL<br />
derij <strong>en</strong> uit de jungle. E<strong>en</strong> dertigtal lapjes stof<br />
in verschill<strong>en</strong>de kleur<strong>en</strong>, vorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> mat<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> toegevoegd voor de repres<strong>en</strong>tatie van<br />
meubeltjes (bedd<strong>en</strong>, sofa’s, tafels, ...), ev<strong>en</strong>als<br />
twee deurbell<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> dertigtal gekleurde <strong>en</strong><br />
niet-gekleurde hout<strong>en</strong> blokjes <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lichtkleurig<br />
tapijtje (140 cm × 100 cm).<br />
Figuur 1 materiaal.<br />
Introductie van de casus Yannick<br />
Yannick 1 is <strong>drie</strong>ënhalf <strong>jaar</strong> oud wanneer hij<br />
de aangepaste procedure voor <strong>kleuters</strong> doorloopt.<br />
Hij komt uit e<strong>en</strong> nieuw sam<strong>en</strong>gesteld<br />
gezin <strong>en</strong> bevindt zich in e<strong>en</strong> turbul<strong>en</strong>te familiale<br />
periode. Vader is <strong>en</strong>ige tijd geled<strong>en</strong><br />
gestorv<strong>en</strong> door zelfdoding, waarvan Yannick<br />
getuige is geweest. Moeder was to<strong>en</strong><br />
net bevall<strong>en</strong> van zijn halfbroertje Sébasti<strong>en</strong>.<br />
Yannick stelt zich sinds deze periode vaker<br />
teruggetrokk<strong>en</strong> op <strong>en</strong> vertoont geregeld gedragsproblem<strong>en</strong><br />
(heftige woedebui<strong>en</strong> <strong>en</strong> opstandigheid),<br />
vooral t<strong>en</strong> opzichte van zijn<br />
stiefvader Gino, zijn stiefbroer Quido <strong>en</strong> de<br />
pasgebor<strong>en</strong> baby. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> leidt de zindelijkheidstraining<br />
niet tot <strong>het</strong> gew<strong>en</strong>ste positieve<br />
effect, tot grote ergernis van moeder <strong>en</strong><br />
stiefvader. Beide ouders w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> de kinder<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> positief toekomstbeeld te gev<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
‘normaal’ gezin te vorm<strong>en</strong>. Daardoor kan <strong>en</strong><br />
mag er thuis niet word<strong>en</strong> gesprok<strong>en</strong> over de<br />
vader van Yannick, ervan uitgaande dat de<br />
kinder<strong>en</strong> nog te klein zijn om te beseff<strong>en</strong> wat<br />
er gebeurd is. Daar<strong>bij</strong> w<strong>en</strong>st Gino met ‘papa’<br />
te word<strong>en</strong> aangesprok<strong>en</strong>, maar daar lapt Yan-
PSychodrAmA bIj kLeuterS tuSSeN drIe eN ZeS jAAr: <strong>het</strong> PoPPeNhuIS, eeN ActIeGerIcht SPeLtherAPeutISch ProtocoL<br />
nick zijn laars aan. Hiervoor wordt hij vaak<br />
gestraft. De gedragsproblem<strong>en</strong> van Yannick<br />
word<strong>en</strong> geattribueerd aan jaloersheid t<strong>en</strong> gevolge<br />
van de komst van de nieuwe baby.<br />
Concrete weergave van <strong>het</strong> protocol,<br />
geïllustreerd aan de hand van de casus<br />
In <strong>het</strong> semidirectieve protocol voor <strong>kleuters</strong><br />
word<strong>en</strong> vier fas<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong> (zie tabel<br />
1). Dit kleuterprotocol bevat e<strong>en</strong> aparte<br />
opwarmingsfase (fase A). Fase B omvat de<br />
fase van de f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische realiteit (Zelf-<br />
Beeld, Alter-Beeld <strong>en</strong> Meta-Zelf). In fase C<br />
word<strong>en</strong> de Ideaal-Beeld<strong>en</strong> geconcretiseerd<br />
(Ideaal-Zelf, Ideaal-Alter, Ideaal-Meta-Zelf).<br />
Het protocol wordt beëindigd met e<strong>en</strong> terugkeer<br />
naar de f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische realiteit (fase<br />
D). Elke fase kan meerdere sessies in beslag<br />
nem<strong>en</strong>.<br />
Fase A: opwarming<br />
In deze startfase kan de kleuter de koffer naar<br />
hart<strong>en</strong>lust explorer<strong>en</strong> <strong>en</strong> ler<strong>en</strong> de director <strong>en</strong><br />
de protagonist elkaar beter k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Het is<br />
belangrijk om voldo<strong>en</strong>de aandacht te sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong><br />
aan <strong>het</strong> creër<strong>en</strong> van veiligheid voor deze<br />
kwetsbare doelgroep, namelijk jonge kinder<strong>en</strong><br />
met emotionele <strong>en</strong>/of gedragsproblem<strong>en</strong><br />
die bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> meestal nog niet beschikk<strong>en</strong><br />
over de capaciteit om zich verbaal vlot uit te<br />
drukk<strong>en</strong>.<br />
Fase B: de fase van de f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische<br />
realiteit<br />
Deze tweede fase wordt ingeleid door <strong>het</strong> kled<strong>en</strong><br />
van popjes om zowel zichzelf (protagonist<br />
<strong>en</strong> therapeut) als de gezinsled<strong>en</strong> voor te<br />
stell<strong>en</strong>. De kleuter kleeft tijd<strong>en</strong>s de eerste sessie<br />
zelf de kleertjes op de popjes om de techniek<br />
van de rolneming mogelijk te mak<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
<strong>het</strong> id<strong>en</strong>tificatieproces te stimuler<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong><br />
volg<strong>en</strong>de sessie kan de therapeut ev<strong>en</strong>tueel<br />
meehelp<strong>en</strong>, maar <strong>het</strong> kind moet steeds zelf<br />
<strong>het</strong> mondje bevestig<strong>en</strong>, omdat dit belangrijk<br />
is voor de weergave van de actuele affectiefemotionele<br />
belevingswereld. Er wordt e<strong>en</strong><br />
tapijtje op de grond gelegd <strong>en</strong> de therapeut<br />
zegt: “Vandaag spel<strong>en</strong> we jouw huisje. Dit<br />
tabel 1 <strong>het</strong> semidirectieve protocol van <strong>het</strong> actiesociogram voor kinder<strong>en</strong> <strong>tuss<strong>en</strong></strong> <strong>drie</strong> <strong>en</strong> <strong>zes</strong> <strong>jaar</strong>.<br />
Warmingup<br />
Fase A<br />
Opwarming<br />
Snuister<strong>en</strong> in de koffer<br />
Kled<strong>en</strong> van <strong>en</strong>kele<br />
popjes<br />
Fase B<br />
F<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische<br />
realiteit<br />
Kled<strong>en</strong> van de popjes<br />
Constructie van <strong>het</strong><br />
huisje<br />
Actie Popjes mog<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong>;<br />
exploratie van actueel<br />
beeld<br />
Fase C<br />
Ideaal-Beeld<br />
Kled<strong>en</strong> van de popjes<br />
Constructie van <strong>het</strong><br />
huisje<br />
Popjes mog<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong>;<br />
exploratie van ideaal<br />
beeld<br />
Fase D<br />
Herhaling van de<br />
f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische<br />
realiteit<br />
Kled<strong>en</strong> van de popjes<br />
Constructie van <strong>het</strong><br />
huisje<br />
Boodschap Boodschap Boodschap<br />
Collectieve<br />
desymbolisering<br />
Collectieve<br />
desymbolisering<br />
Popjes mog<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong>;<br />
exploratie van actueel<br />
beeld<br />
Collectieve<br />
desymbolisering<br />
Sharing Korte reflectie Korte reflectie Korte reflectie<br />
Slot Expliciet beëindig<strong>en</strong><br />
van de sessie<br />
Terugkeer naar de<br />
huidige situatie<br />
Expliciet beëindig<strong>en</strong><br />
van de sessie<br />
Terugkeer naar de<br />
huidige situatie<br />
Expliciet beëindig<strong>en</strong><br />
van de sessie<br />
Terugkeer naar de<br />
huidige situatie<br />
121
122<br />
kleedje hier is jouw huisje.” Daarna wordt<br />
<strong>het</strong> huis geconstrueerd aan de hand van blokk<strong>en</strong>,<br />
lapjes stof (meubeltjes) <strong>en</strong> e<strong>en</strong> deur met<br />
deurbel. Het construer<strong>en</strong> van <strong>het</strong> huisje zorgt<br />
ervoor dat ook kinder<strong>en</strong> met geringe fantasiemogelijkhed<strong>en</strong><br />
concrete aangrijpingspunt<strong>en</strong><br />
aangebod<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>. Deze inleiding wordt<br />
gevolgd door <strong>het</strong> plaats<strong>en</strong> van alle popp<strong>en</strong><br />
in hun bedjes. Hier<strong>bij</strong> is <strong>het</strong> zeer belangrijk<br />
te observer<strong>en</strong> hoe <strong>het</strong> kind de verschill<strong>en</strong>de<br />
significante ander<strong>en</strong> ruimtelijk situeert <strong>en</strong><br />
hierover verklaring<strong>en</strong> formuleert.<br />
Figuur 2 constructie van <strong>het</strong> huisje van yannick<br />
tijd<strong>en</strong>s de tweede sessie.<br />
Nadat alle popp<strong>en</strong> in hun bedjes ligg<strong>en</strong>, belt<br />
de director aan. Dan formuleert hij de mogelijkheid<br />
dat niemand de deurbel hoort, om<br />
pot<strong>en</strong>tiële schuldgevoel<strong>en</strong>s te vermijd<strong>en</strong> <strong>bij</strong><br />
kinder<strong>en</strong> die de deur niet w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te op<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
Als <strong>het</strong> kind standvastig weigert om de director<br />
binn<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong>, dan di<strong>en</strong>t er in eerste<br />
instantie verder te word<strong>en</strong> gewerkt aan de<br />
veiligheid <strong>en</strong> de vertrouw<strong>en</strong>srelatie. Als de<br />
director wordt binn<strong>en</strong>gelat<strong>en</strong>, wordt de dag<br />
chronologisch doorlop<strong>en</strong> aan de hand van<br />
concrete vrag<strong>en</strong>, zoals: ‘Wie staat er eerst op?<br />
Wat gebeurt er dan? Wat wordt er geget<strong>en</strong>?<br />
Wie zit waar? Wat doet mama? Wat do<strong>en</strong> de<br />
kinder<strong>en</strong>? Wordt er gespeeld? Wie speelt met<br />
wie? Wat doet papa? Wanneer moet ... gaan<br />
slap<strong>en</strong>?’ Op die manier wordt de f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische<br />
realiteit van <strong>het</strong> kind weergegev<strong>en</strong>. Het<br />
komt echter zeld<strong>en</strong> voor dat e<strong>en</strong> volledige –<br />
of zelfs halve – dag wordt bevraagd, aangezi<strong>en</strong><br />
PSychodrAmA bIj kLeuterS tuSSeN drIe eN ZeS jAAr: <strong>het</strong> PoPPeNhuIS, eeN ActIeGerIcht SPeLtherAPeutISch ProtocoL<br />
e<strong>en</strong> bepaalde vraag plots als trigger fungeert<br />
(voor ofwel de protagonist ofwel de director)<br />
om e<strong>en</strong> concrete scène uit te beeld<strong>en</strong>. Hier<strong>bij</strong><br />
kunn<strong>en</strong> er dialog<strong>en</strong> ontstaan <strong>tuss<strong>en</strong></strong> de verschill<strong>en</strong>de<br />
gezinsled<strong>en</strong>. Het Zelf-Beeld, Alter-<br />
Beeld <strong>en</strong> Meta-Zelf kom<strong>en</strong> aan bod door de<br />
antwoord<strong>en</strong> op de concrete vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> door<br />
<strong>het</strong> spel<strong>en</strong> van bepaalde situaties.<br />
Casus Yannick<br />
E<strong>en</strong> voorbeeld (D = director, P = protagonist):<br />
D: Ik b<strong>en</strong> op weg naar <strong>het</strong> huisje van Yannick.<br />
Ik wil hem <strong>en</strong> zijn familie graag e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> bezoekje<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Ik zal straks e<strong>en</strong>s aanbell<strong>en</strong>.<br />
Het kan natuurlijk altijd zijn dat ze me niet<br />
hor<strong>en</strong> of nog slap<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet kunn<strong>en</strong> op<strong>en</strong>do<strong>en</strong>.<br />
Ik b<strong>en</strong> er.<br />
Ding Dong.<br />
P: (Met mama-popje in de hand). Hallo! (Rolneming)<br />
D: Hallo! Mag ik jullie e<strong>en</strong> bezoekje br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>?<br />
P: Ja, kom maar binn<strong>en</strong>. (Rolneming)<br />
D: Wie b<strong>en</strong> jij?<br />
P: Mama. (Rolneming)<br />
D: De mama van Yannick?<br />
P: Ja. (Rolneming)<br />
D: Wie staat er eerst op, mama?<br />
P: Euh, ik. (Rolneming, Alter-Beeld)<br />
D: En wat doe je dan als je wakker b<strong>en</strong>t?<br />
P: Ik maak mijn kindjes wakker. (Rolneming,<br />
Alter-Beeld)<br />
D: Ah, oké, we kunn<strong>en</strong> dat hier ook e<strong>en</strong>s spel<strong>en</strong>.<br />
Mama maakt eerst Yannick wakker (ze zegt: “Lieve<br />
schat, ga je opstaan?”), daarna word<strong>en</strong> zijn zusjes<br />
wakker gemaakt.<br />
D: (Teg<strong>en</strong> <strong>het</strong> Yannick-popje). En Gino (stiefvader)<br />
<strong>en</strong> Sébasti<strong>en</strong> (halfbroer)? Word<strong>en</strong> zij ook<br />
door mama wakker gemaakt?<br />
P: Ja, maar dat is e<strong>en</strong> stoute! (Alter-Beeld)<br />
D: Wie is er stout?<br />
P: Gino! (Alter-Beeld)<br />
Yannick beeldt tijd<strong>en</strong>s deze fase heel wat<br />
agressie uit t<strong>en</strong> opzichte van zijn stiefvader,<br />
stiefbroer <strong>en</strong> halfbroer. Het bedplass<strong>en</strong> komt<br />
ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s meerdere ker<strong>en</strong> aan bod.<br />
De actiefase eindigt met de vraag of de protagonist<br />
nog e<strong>en</strong> boodschap wil gev<strong>en</strong> aan de<br />
popjes. Het gev<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> boodschap hoeft<br />
niet, maar <strong>het</strong> mag wel.
PSychodrAmA bIj kLeuterS tuSSeN drIe eN ZeS jAAr: <strong>het</strong> PoPPeNhuIS, eeN ActIeGerIcht SPeLtherAPeutISch ProtocoL<br />
E<strong>en</strong> voorbeeld:<br />
D: Yannick, nu mag je met jouw popje nog iets<br />
vertell<strong>en</strong> aan de andere popjes. Je mag kiez<strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong> wie je iets zegt of misschi<strong>en</strong> wil je wel<br />
aan meerdere popjes iets zegg<strong>en</strong>.<br />
P: (Met <strong>het</strong> Yannick-popje teg<strong>en</strong> <strong>het</strong> popje van<br />
zijn halfzus Bianca) Je b<strong>en</strong>t toch nog mijn zusje<br />
hé?<br />
P: (Met <strong>het</strong> Bianca-popje teg<strong>en</strong> <strong>het</strong> Yannick-popje)<br />
Ja, <strong>en</strong> jij mijn broertje!<br />
In de volg<strong>en</strong>de sessie speelt hij <strong>het</strong> tafereel<br />
van <strong>het</strong> zi<strong>en</strong> van zijn dode vader, waar<strong>bij</strong> hij<br />
zegt: “Papa slaapt rechtop.” Daarna beeldt hij<br />
e<strong>en</strong> erg agressieve scène uit waar<strong>bij</strong> de leeuw<br />
– “<strong>het</strong> monster” – zijn papa wurgt, waarna hij<br />
hard begint te huil<strong>en</strong>. De director corrigeert<br />
<strong>het</strong> beeld door aan te gev<strong>en</strong> dat zijn papa niet<br />
dood is door e<strong>en</strong> monster, maar doordat zijn<br />
hart is gestopt. Hij wordt rustiger, maar speelt<br />
in deze sessie niet meer met de popp<strong>en</strong>. In de<br />
daaropvolg<strong>en</strong>de sessie vertelt hij <strong>en</strong>kel over<br />
zijn vader dat hij slaapt.<br />
Vervolg<strong>en</strong>s vindt de collectieve desymbolisering<br />
(ontrolling) plaats.<br />
E<strong>en</strong> voorbeeld:<br />
D: Yannick, nu zijn de popjes niet meer je mama,<br />
je papa, Gino, ... maar <strong>het</strong> zijn weer gewone<br />
popjes.<br />
P: Ja, allemaal popjes...<br />
De sharing betek<strong>en</strong>t in dit kleuterprotocol<br />
e<strong>en</strong> korte reflectie <strong>en</strong> omvat <strong>het</strong> prat<strong>en</strong> met<br />
de kleuter tijd<strong>en</strong>s <strong>het</strong> opruim<strong>en</strong> van <strong>het</strong><br />
materiaal.<br />
E<strong>en</strong> voorbeeld:<br />
D: (Tijd<strong>en</strong>s <strong>het</strong> opruim<strong>en</strong>). Wat vond je vandaag<br />
leuk?<br />
P: Zo<strong>en</strong>tje.<br />
D: Ah, <strong>het</strong> zo<strong>en</strong>tje aan je kleine broertje. Wat<br />
vond je vandaag minder leuk?<br />
P: Hm. Niks!<br />
De sessie wordt expliciet afgerond <strong>en</strong> er wordt<br />
overgegaan naar de thuissituatie (dit is de terugkeer<br />
naar de huidige situatie) door onder<br />
meer te vrag<strong>en</strong> wat <strong>het</strong> kind vandaag nog zal<br />
do<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> voorbeeld:<br />
D: Wat zul je straks do<strong>en</strong>, Yannick?<br />
P: Naar mémé gaan!<br />
D: Ah, je gaat naar je mémé!<br />
P: En naar pépé <strong>en</strong> daar is ook e<strong>en</strong> hond Max!<br />
Fase C: Ideaal-Beeld <strong>en</strong> illustratie van e<strong>en</strong><br />
dialectische actie<br />
Deze fase verschilt <strong>en</strong>kel in <strong>het</strong> actiegedeelte<br />
met de vorige, waar<strong>bij</strong> nu niet zozeer naar <strong>het</strong><br />
Zelf-Beeld, Alter-Beeld <strong>en</strong> Meta-Zelf wordt<br />
gepeild, maar wel naar de <strong>bij</strong>behor<strong>en</strong>de<br />
Ideaal-Beeld<strong>en</strong>.<br />
Afhankelijk van <strong>het</strong> kind kan deze fase op<br />
verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geïntroduceerd.<br />
Sommige kinder<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> hun<br />
Ideaal-Beeld weergev<strong>en</strong> aan de hand van de<br />
volg<strong>en</strong>de vraag: “Dit is hier jouw toverhuisje;<br />
als jij kon tover<strong>en</strong>, wat zou er dan gebeur<strong>en</strong>?”<br />
Sommige jonge kinder<strong>en</strong> verliez<strong>en</strong> zich<br />
hier<strong>bij</strong> echter in hun fantasiewereld. Bij h<strong>en</strong><br />
kan de volg<strong>en</strong>de vraag word<strong>en</strong> gesteld: “Als<br />
jij e<strong>en</strong> w<strong>en</strong>s zou mog<strong>en</strong> do<strong>en</strong> in jouw huisje,<br />
wat zou je dan w<strong>en</strong>s<strong>en</strong>?”<br />
Casus Yannick<br />
Wanneer de introductievraag van deze fase<br />
wordt gesteld aan Yannick, aarzelt hij. Aanvankelijk<br />
negeert hij de vraag <strong>en</strong> speelt hij<br />
met de dier<strong>en</strong>. Als de vraag e<strong>en</strong> tweede keer<br />
wordt gesteld, vraagt hij: “Mag papa wakker?”<br />
Dat wordt toegestaan, maar er wordt<br />
wel duidelijk gemaakt dat dit in de realiteit<br />
niet meer mogelijk is. Eig<strong>en</strong>lijk wordt er in<br />
deze sessie met Yannick verder ingegaan op<br />
<strong>het</strong> Alter-Beeld <strong>en</strong> <strong>het</strong> Meta-Zelf, maar niet<br />
op de Ideaal-Beeld<strong>en</strong>. Yannick beeldt hier<strong>bij</strong><br />
onder andere e<strong>en</strong> scène uit waar<strong>bij</strong> zijn vader<br />
<strong>en</strong> hijzelf naar de zoo gaan. Op <strong>het</strong> einde van<br />
deze sessie geeft Yannick de volg<strong>en</strong>de boodschap<br />
weer: “Papa, slaapwel.” Er wordt in<br />
deze sessie extra aandacht geschonk<strong>en</strong> aan<br />
de expliciete terugkeer naar de realiteit, om<br />
te voorkom<strong>en</strong> dat Yannick gefixeerd geraakt<br />
in deze onrealistische w<strong>en</strong>s.<br />
E<strong>en</strong> voorbeeld van e<strong>en</strong> dialectische actie:<br />
D: Wat deed jouw papa vroeger to<strong>en</strong> je <strong>bij</strong><br />
hem was?<br />
123
124<br />
(1) P: Spel<strong>en</strong>! (Alter-Beeld) Ik was dan blij!<br />
(Zelf-Beeld)<br />
D: Ah, hij speelde veel. Was dat dan alle<strong>en</strong><br />
met jou of ook met je zuss<strong>en</strong>?<br />
P: Ook Bianca (halfzus), Tatie <strong>en</strong> Shauny<br />
(zuss<strong>en</strong>).<br />
(2) D: (Teg<strong>en</strong> <strong>het</strong> papa-popje). Zeg papa van Yannick,<br />
Yannick vertelt dat jij veel speelde<br />
met hem <strong>en</strong> zijn zusjes. Wat speelde je dan<br />
met h<strong>en</strong>, papa?<br />
P: (Met <strong>het</strong> papa-popje) Voetbal! (Alter-<br />
Beeld)<br />
[...]<br />
D: Als je dan e<strong>en</strong>s niet kon spel<strong>en</strong> met h<strong>en</strong>,<br />
wat deed jij dan?<br />
P: (Met <strong>het</strong> papa-popje) Werk<strong>en</strong>! (Alter-<br />
Beeld)<br />
[...]<br />
D: (Teg<strong>en</strong> <strong>het</strong> papa-popje) Zeg papa van<br />
Yannick, wat vond jij van Yannick, jouw<br />
zoon?<br />
P: (Met <strong>het</strong> papa-popje) Yannick is e<strong>en</strong> flinke<br />
jong<strong>en</strong>! (Meta-Zelf)<br />
D: (Teg<strong>en</strong> <strong>het</strong> Yannick-popje) Heb je gehoord<br />
wat je papa zei, Yannick?<br />
(3) P: Ja, leuk, papa is lief! (Terugkeer naar zichzelf)<br />
Volg<strong>en</strong>s de basisprincipes van <strong>het</strong> hierbov<strong>en</strong><br />
beschrev<strong>en</strong> persoonsmodel ligg<strong>en</strong> ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de<br />
rolneming<strong>en</strong> aan de basis van krachtige<br />
dialectische process<strong>en</strong>, die de IK-MIJreflectie<br />
<strong>en</strong> vernieuw<strong>en</strong>de inzicht<strong>en</strong> over<br />
zichzelf in relatie tot belangrijke ander<strong>en</strong> stimuler<strong>en</strong>.<br />
In dit voorbeeld kan <strong>het</strong> triadische<br />
dialectische proces door e<strong>en</strong> dubbele negatie<br />
word<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong>. (1) Eerst spreekt<br />
Yannick vanuit de eig<strong>en</strong> positie, zijn Zelf-<br />
Beeld (thesefase in de hegeliaanse terminologie).<br />
(2) Tijd<strong>en</strong>s de rolwissel waar<strong>bij</strong> Yannick<br />
zijn vader wordt, wordt <strong>het</strong> Zelf-Beeld<br />
‘g<strong>en</strong>egeerd’ (in de betek<strong>en</strong>is van zelf minder<br />
in de focus te staan) t<strong>en</strong> voordele van <strong>het</strong><br />
Alter-Beeld <strong>en</strong> <strong>het</strong> Meta-Zelf (antithesefase).<br />
Gedur<strong>en</strong>de dit proces blijft <strong>het</strong> Zelf-Beeld<br />
echter lev<strong>en</strong>dig aanwezig. Dit stimuleert int<strong>en</strong>se<br />
cognitief-af fec tieve teg<strong>en</strong>stellingservaring<strong>en</strong><br />
<strong>tuss<strong>en</strong></strong> <strong>het</strong> Zelf-Beeld <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> <strong>het</strong><br />
Alter-Beeld <strong>en</strong> <strong>het</strong> Meta-Zelf anderzijds. Volg<strong>en</strong>s<br />
Hegel is dit <strong>het</strong> mom<strong>en</strong>t van de eerste<br />
negatie. (3) Daarna keert Yannick terug naar<br />
de uitgangspositie (synthesefase) <strong>en</strong> spreekt<br />
PSychodrAmA bIj kLeuterS tuSSeN drIe eN ZeS jAAr: <strong>het</strong> PoPPeNhuIS, eeN ActIeGerIcht SPeLtherAPeutISch ProtocoL<br />
hij opnieuw vanuit de eig<strong>en</strong> rol of <strong>het</strong> Zelf-<br />
Beeld. Dit is <strong>het</strong> mom<strong>en</strong>t van de tweede negatie<br />
– ditmaal e<strong>en</strong> ‘negatie’ van <strong>het</strong> Alter-<br />
Beeld/Meta-Zelf sam<strong>en</strong>gaand met de fysieke<br />
terugkeer naar de beginfase. Voor verdere<br />
informatie over <strong>het</strong> dialectische ontwikkelingsproces<br />
verwijz<strong>en</strong> we naar Verhofstadt-<br />
D<strong>en</strong>ève (2007).<br />
Uit dit voorbeeld blijkt bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> dat zelfs<br />
zeer jonge kinder<strong>en</strong> al in staat zijn tot de<br />
vrij ingewikkelde metapositie (‘hoe ziet mijn<br />
vader mij’) aan de hand van deze concrete<br />
actiemethodiek.<br />
Fase D: herhaling van de f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische<br />
realiteit<br />
Deze fase is e<strong>en</strong> herhaling van fase B, maar<br />
kan e<strong>en</strong> andere w<strong>en</strong>ding nem<strong>en</strong> doordat de<br />
fase van <strong>het</strong> Ideaal-Beeld al doorlop<strong>en</strong> werd.<br />
Zo wordt <strong>het</strong> dialectische triadische verloop<br />
ook over de sessies he<strong>en</strong> gestimuleerd.<br />
Met andere woord<strong>en</strong>: tijd<strong>en</strong>s <strong>het</strong> volledige<br />
protocol ontwikkelt <strong>het</strong> reële beeld zich<br />
(thesefase) tijd<strong>en</strong>s de fase van de f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische<br />
realiteit. Dit actuele beeld wordt<br />
g<strong>en</strong>egeerd in de fase van <strong>het</strong> Ideaal-Beeld<br />
(antithesefase). Daarna wordt teruggekeerd<br />
naar de eerste fase of de herhaling van de<br />
fase van de f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologische realiteit (synthesefase).<br />
Het is e<strong>en</strong> terugkeer naar de e<strong>en</strong>voudigheid<br />
van <strong>het</strong> begin, maar deze is nu<br />
opgehev<strong>en</strong>. Beide pol<strong>en</strong> (<strong>het</strong> reële <strong>en</strong> ideale<br />
beeld) zijn met andere woord<strong>en</strong> door <strong>het</strong><br />
proces kwalitatief veranderd (Verhofstadt-<br />
D<strong>en</strong>ève, 2007).<br />
Casus Yannick<br />
Het valt tijd<strong>en</strong>s de warming-up van deze<br />
sessie op dat Yannick zijn stiefbroer Quido,<br />
stiefvader Gino <strong>en</strong> halfbroer Sébasti<strong>en</strong> dichter<br />
<strong>bij</strong> zichzelf positioneert dan anders. Iedere<strong>en</strong><br />
krijgt in eerste instantie e<strong>en</strong> lach<strong>en</strong>d<br />
mondje toegewez<strong>en</strong>, behalve hijzelf <strong>en</strong> zijn<br />
papa, die opnieuw de hele sessie slaapt. Yannick<br />
beeldt vooral de zindelijkheidstraining<br />
uit <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ruzie met Quido. Deze ruzie kan<br />
echter wel word<strong>en</strong> opgelost <strong>en</strong> wordt “verget<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> vergev<strong>en</strong>”.
PSychodrAmA bIj kLeuterS tuSSeN drIe eN ZeS jAAr: <strong>het</strong> PoPPeNhuIS, eeN ActIeGerIcht SPeLtherAPeutISch ProtocoL<br />
Bespreking casus<br />
De problematiek van Yannick situeerde zich<br />
vooral rond de onverwerkte zelfdoding van<br />
zijn vader. Het verlies van e<strong>en</strong> ouder wordt<br />
beschouwd als e<strong>en</strong> van de meest ingrijp<strong>en</strong>de<br />
gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> die zich in <strong>het</strong> lev<strong>en</strong> van<br />
e<strong>en</strong> kind kunn<strong>en</strong> voordo<strong>en</strong> (Goodman et al.,<br />
2004). Rouw kan word<strong>en</strong> omschrev<strong>en</strong> als<br />
<strong>het</strong> geheel van gevoel<strong>en</strong>s, gedacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> gedraging<strong>en</strong><br />
dat ontstaat t<strong>en</strong> gevolge van <strong>het</strong><br />
perman<strong>en</strong>t miss<strong>en</strong> van iets dierbaars (Baert<br />
& Verliefde, 2007). Vele m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>het</strong><br />
vooroordeel dat kinder<strong>en</strong> te jong zijn om te<br />
rouw<strong>en</strong>. Maar zodra e<strong>en</strong> kind zich kan hecht<strong>en</strong>,<br />
is <strong>het</strong> ook in staat tot rouw<strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong><br />
verlies als de teg<strong>en</strong>pool van de hechting of de<br />
liefde kan word<strong>en</strong> beschouwd (Maes, 2007).<br />
Kinder<strong>en</strong> verwoord<strong>en</strong> minder hun rouwproces,<br />
maar ton<strong>en</strong> dat meer in hun gedrag. De<br />
gevoel<strong>en</strong>s (positieve <strong>en</strong> negatieve) van jonge<br />
kinder<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in eerste instantie immers<br />
vaak gereflecteerd in hun acties (Dowling,<br />
2000). Yannick, die overig<strong>en</strong>s zeer taalvaardig<br />
blijkt te zijn, is hier ge<strong>en</strong> uitzondering<br />
op: hij stelde gedragsproblem<strong>en</strong>, hoogstwaarschijnlijk<br />
t<strong>en</strong> gevolge van de zelfdoding<br />
van zijn vader. Daarna zag hij bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ook<br />
zijn halfzusje Bianca niet meer (ev<strong>en</strong>zeer e<strong>en</strong><br />
rouwervaring).<br />
Bij kinder<strong>en</strong> die tijd<strong>en</strong>s <strong>het</strong> <strong>jaar</strong> na <strong>het</strong> overlijd<strong>en</strong><br />
van e<strong>en</strong> ouder e<strong>en</strong> innerlijk beeld van de<br />
overled<strong>en</strong>e ontwikkeld<strong>en</strong>, wordt <strong>het</strong> rouwproces<br />
gefaciliteerd (Silverman, Nickmans<br />
& Word<strong>en</strong>, 1992). E<strong>en</strong> rouwproces leidt dus<br />
niet tot e<strong>en</strong> verbreking van de band. De innerlijke<br />
constructie over de overled<strong>en</strong> ouder<br />
blijft bestaan, maar verandert naarmate <strong>het</strong><br />
kind ouder wordt. Kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> adolesc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
gev<strong>en</strong> ook aan dat ze vaak prat<strong>en</strong> met<br />
hun overled<strong>en</strong> ouder. Deze innerlijke acties<br />
zorg<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> continuer<strong>en</strong>de band <strong>tuss<strong>en</strong></strong><br />
<strong>het</strong> kind <strong>en</strong> de overled<strong>en</strong> ouder. Hoewel de<br />
sterfte zelf perman<strong>en</strong>t <strong>en</strong> onveranderbaar is,<br />
is <strong>het</strong> proces dat niet. De nadruk zou niet<br />
moet<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> op loslat<strong>en</strong>, maar wel op de<br />
betek<strong>en</strong>is van <strong>het</strong> verlies. Het is daar<strong>bij</strong> belangrijk<br />
dat de familie <strong>het</strong> kind <strong>het</strong> mandaat<br />
geeft om e<strong>en</strong> innerlijke repres<strong>en</strong>tatie van de<br />
overled<strong>en</strong>e te creër<strong>en</strong>, <strong>bij</strong>voorbeeld door <strong>het</strong><br />
gebruik van rituel<strong>en</strong>. Pathologie blijkt niet<br />
voor te kom<strong>en</strong> wanneer kinder<strong>en</strong> e<strong>en</strong> band<br />
blijv<strong>en</strong> behoud<strong>en</strong> met hun overled<strong>en</strong> ouder,<br />
maar wel wanneer hun realiteitsbesef verlor<strong>en</strong><br />
is (Silverman, Nickmans & Word<strong>en</strong>,<br />
1992). Aangezi<strong>en</strong> de vader van Yannick letterlijk<br />
werd doodgezweg<strong>en</strong> in <strong>het</strong> gezin, had<br />
Yannick ge<strong>en</strong> mandaat om e<strong>en</strong> innerlijke repres<strong>en</strong>tatie<br />
van zijn overled<strong>en</strong> vader te creër<strong>en</strong>.<br />
Het verplicht word<strong>en</strong> om zijn stiefvader<br />
‘papa’ te noem<strong>en</strong>, stond deze continuer<strong>en</strong>de<br />
band ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s in de weg.<br />
Yannick had in zijn nog maar korte bestaan al<br />
veel meegemaakt: de scheiding van zijn ouders,<br />
de nieuwe relatie van zijn moeder met<br />
e<strong>en</strong> gewijzigde gezinssam<strong>en</strong>stelling als gevolg,<br />
<strong>het</strong> krijg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> jonger halfbroertje,<br />
de zelfdoding van zijn vader <strong>en</strong> <strong>het</strong> contactverlies<br />
met zijn halfzus. Het kunn<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong><br />
van deze gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> stelde hem k<strong>en</strong>nelijk<br />
voor e<strong>en</strong> zware opdracht. Wanneer kinder<strong>en</strong><br />
ge<strong>en</strong> uitleg krijg<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> ingrijp<strong>en</strong>de gebeurt<strong>en</strong>is,<br />
zull<strong>en</strong> ze zelf e<strong>en</strong> verklaring zoek<strong>en</strong><br />
in hun fantasiewereld (Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève,<br />
Vijt & Van Geert, 2003). Er was onvoldo<strong>en</strong>de<br />
differ<strong>en</strong>tiatie <strong>tuss<strong>en</strong></strong> zijn eig<strong>en</strong> w<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, drom<strong>en</strong><br />
(subject) <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>wereld (object) met<br />
als gevolg e<strong>en</strong> vlucht in precausale verklaring<strong>en</strong><br />
van de realiteit (Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève et<br />
al., 2003). Yannick me<strong>en</strong>de dat monsters zijn<br />
vader hadd<strong>en</strong> gedood. Het affect liep hier<strong>bij</strong><br />
zeer hoog op <strong>en</strong> <strong>het</strong> leek alsof paniek <strong>en</strong> angst<br />
hem overspoeld<strong>en</strong>. Hier<strong>bij</strong> bleek hij niet meer<br />
in staat fantasie <strong>en</strong> realiteit te onderscheid<strong>en</strong>.<br />
Daarom werd ook beslist om uit <strong>het</strong> spel te<br />
stapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> overlijd<strong>en</strong> van zijn vader te<br />
herkader<strong>en</strong>. De oorzaak van <strong>het</strong> overlijd<strong>en</strong><br />
werd op e<strong>en</strong> neutrale wijze (“zijn hart is gestopt<br />
met klopp<strong>en</strong>”) geformuleerd om niet in<br />
te gaan teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> mogelijke (religieuze) visie<br />
van de moeder <strong>en</strong> de stiefvader.<br />
Follow-up<br />
Na de zev<strong>en</strong> sessies volgde e<strong>en</strong> bespreking<br />
met moeder <strong>en</strong> stiefvader over de thema’s die<br />
<strong>bij</strong> Yannick in de behandeling tot uiting war<strong>en</strong><br />
gekom<strong>en</strong>. Moeder <strong>en</strong> stiefvader hadd<strong>en</strong><br />
helemaal niet verwacht dat Yannick worstelde<br />
met de dood van zijn vader. Na deze bespreking<br />
liet<strong>en</strong> ze meer ruimte om te prat<strong>en</strong><br />
over zijn vader, waar Yannick ook geregeld<br />
gebruik van maakte. Gino had bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> de<br />
eis lat<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> om hem met papa aan te spre-<br />
125
126<br />
k<strong>en</strong>, waardoor deze strijd niet langer moest<br />
word<strong>en</strong> geleverd. Twee maand<strong>en</strong> na <strong>het</strong> beeindig<strong>en</strong><br />
van <strong>het</strong> protocol war<strong>en</strong> de ouders<br />
van m<strong>en</strong>ing dat hij minder gedragsproblem<strong>en</strong><br />
stelde <strong>en</strong> dat de band <strong>tuss<strong>en</strong></strong> Gino <strong>en</strong> Yannick<br />
versterkt was. Yannick plaste wel nog geregeld<br />
’s nachts in bed.<br />
Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>d kan word<strong>en</strong> gesteld dat de<br />
procedure <strong>bij</strong> Yannick niet dé oplossing<br />
bood, maar wellicht wel e<strong>en</strong> proces op gang<br />
bracht. Yannick kon zich tijd<strong>en</strong>s de sessies<br />
onder andere uit<strong>en</strong> over zijn vader <strong>en</strong> <strong>het</strong> gemis<br />
van zijn halfzus. De afname van <strong>het</strong> protocol<br />
bracht bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> nieuwe inzicht<strong>en</strong> <strong>bij</strong><br />
moeder <strong>en</strong> stiefvader teweeg, van waaruit e<strong>en</strong><br />
meer ontspann<strong>en</strong> <strong>en</strong> op<strong>en</strong> opvoedingsklimaat<br />
mogelijk was.<br />
Discussie: aandachtspunt<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
mogelijkhed<strong>en</strong><br />
Vanuit de verschill<strong>en</strong>de refer<strong>en</strong>tiekaders <strong>en</strong><br />
theorieën wordt <strong>bij</strong> <strong>het</strong> aanreik<strong>en</strong> van therapie<br />
voor kinder<strong>en</strong> steeds geadviseerd om<br />
ook de ouders te betrekk<strong>en</strong> via e<strong>en</strong> ouderbegeleiding.<br />
Het vergrot<strong>en</strong> van <strong>het</strong> m<strong>en</strong>taliser<strong>en</strong>de<br />
vermog<strong>en</strong> <strong>bij</strong> kinder<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong><br />
therapie heeft immers alle<strong>en</strong> zin wanneer dit<br />
parallel gaat met verandering<strong>en</strong> in de interpersoonlijke<br />
context van <strong>het</strong> kind (Hell<strong>en</strong>doorn,<br />
Groothoff, Mostert & Harinck, 1992;<br />
Knell, 1997; Verheugt-Pleiter, Schmeets &<br />
Zevalkink, 2005). Aangezi<strong>en</strong> verandering<br />
niet rechtstreeks wordt gestimuleerd in <strong>het</strong><br />
kleuterprotocol, acht<strong>en</strong> we ouderbegeleiding<br />
als noodzakelijke voorwaarde wanneer m<strong>en</strong><br />
met deze jonge kinder<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> <strong>psychodrama</strong>tische<br />
wijze therapeutisch aan de slag wil<br />
gaan.<br />
Het is aan te rad<strong>en</strong> dat de director <strong>bij</strong> jonge<br />
kinder<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> speelt met <strong>het</strong> kind, wat<br />
tev<strong>en</strong>s als kern van <strong>het</strong> therapeutische gebeur<strong>en</strong><br />
in de beeldcommunicatie wordt beschouwd<br />
(Hell<strong>en</strong>doorn et al., 1992). De<br />
therapeut is in deze stroming immers e<strong>en</strong><br />
medespeler; sam<strong>en</strong> met <strong>het</strong> kind in <strong>en</strong> op <strong>het</strong><br />
spel betrokk<strong>en</strong>. De relatie kind-therapeut <strong>en</strong><br />
<strong>het</strong> (non-)verbale handel<strong>en</strong> van de therapeut<br />
PSychodrAmA bIj kLeuterS tuSSeN drIe eN ZeS jAAr: <strong>het</strong> PoPPeNhuIS, eeN ActIeGerIcht SPeLtherAPeutISch ProtocoL<br />
staan hier<strong>bij</strong> in di<strong>en</strong>st van de ontplooiing van<br />
<strong>het</strong> verbeeld<strong>en</strong>de spel.<br />
Afsluit<strong>en</strong>d kan de vraag word<strong>en</strong> gesteld naar<br />
de bredere mogelijkhed<strong>en</strong> van deze actietechniek.<br />
Deze situer<strong>en</strong> zich zowel op diagnostisch<br />
als op therapeutisch vlak. Wat assessm<strong>en</strong>t<br />
betreft, laat <strong>het</strong> actiesociogram toe om<br />
de familiale significante relaties dynamisch te<br />
explorer<strong>en</strong>. Het actiesociogram biedt daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong><br />
op <strong>het</strong> vlak van behandeling de mogelijkheid<br />
om te werk<strong>en</strong> rond de significante<br />
ander<strong>en</strong> op emotioneel, cognitief <strong>en</strong> gedragsmatig<br />
niveau via e<strong>en</strong> speelse, spontane wijze.<br />
Het kleuterprotocol van <strong>het</strong> actiesociogram<br />
voorziet bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> in de mogelijkheid tot<br />
constructie van meerdere ‘huisjes’, nuttig <strong>bij</strong><br />
complexe familiesituaties.<br />
Het actiesociogram kan ook e<strong>en</strong> toegangspoort<br />
bied<strong>en</strong> om te werk<strong>en</strong> rond bepaalde<br />
thema’s (Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève et al., 2009),<br />
zoals de zindelijkheidstraining <strong>bij</strong> Yannick.<br />
E<strong>en</strong> <strong>bij</strong>kom<strong>en</strong>d voordeel van deze methodiek<br />
<strong>en</strong> aansluit<strong>en</strong>d spelmateriaal is <strong>het</strong> feit dat er<br />
ge<strong>en</strong> spelkamer vereist is – wat voor de meeste<br />
therapieën <strong>bij</strong> deze jonge leeftijdsgroep wel<br />
<strong>het</strong> geval is. Zo kan de koffer e<strong>en</strong>voudig word<strong>en</strong><br />
gehanteerd door <strong>bij</strong>voorbeeld school- <strong>en</strong><br />
thuisbegeleidingsdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> of <strong>bij</strong> zieke kindjes<br />
op hun bedje.<br />
[ N O T E N ]<br />
1. Sarah Vande Walle is werkzaam als klinisch<br />
psychologe in <strong>het</strong> AZ Knokke-Heist. Adres:<br />
Oscar De Gruyterstraat, 47, 9050 G<strong>en</strong>tbrugge,<br />
België. E-mail: vdwsarah@gmail.com.<br />
L<strong>en</strong>i Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève is professor em. in<br />
de theoretische <strong>en</strong> klinische ontwikkelingspsychologie<br />
aan de Universiteit G<strong>en</strong>t. Zij<br />
stichtte de School of Experi<strong>en</strong>tial-Dialectical<br />
Psychodrama <strong>en</strong> is sedert 2007 actief in de<br />
coördinatie <strong>en</strong> opleiding van <strong>het</strong> postgraduaat<br />
Experiëntiële <strong>en</strong> Ontwikkelingsgerichte Kinder-<br />
<strong>en</strong> Jeugdpsychotherapie aan de Universiteit<br />
Antwerp<strong>en</strong>. Adres: Bergwegel 74, 9820<br />
Merelbeke, België. E-mail: l<strong>en</strong>i.d<strong>en</strong>eve@ug<strong>en</strong>t.<br />
be. Website: www.verhofstadtd<strong>en</strong>eve.be.<br />
2. Alle vermelde nam<strong>en</strong> zijn, omwille van de<br />
privacy van de betrokk<strong>en</strong> person<strong>en</strong>, fictief gekoz<strong>en</strong>.
PSychodrAmA bIj kLeuterS tuSSeN drIe eN ZeS jAAr: <strong>het</strong> PoPPeNhuIS, eeN ActIeGerIcht SPeLtherAPeutISch ProtocoL<br />
[ L I T E R A T U U R ]<br />
Baert, H., & Verliefde, E. (2007). Sociale Kaart<br />
voor Rouwzorg editie 2007 regio Brussel-Halle-Vilvoorde.<br />
Opgehaald van <strong>het</strong> web http://<br />
www.netwerk-omega.be/docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>/sociale_kaart_2007.pdf.<br />
Bannister, A. (2003). Creative therapies with<br />
traumatized childr<strong>en</strong>. London: Jessica<br />
Kings ley.<br />
Blatner, A. (1997). Psychodrama: The state of the<br />
art. The Arts in Psychotherapy, 1, 23-30.<br />
Cuvelier, F. (1976). Psychodrama <strong>en</strong> interactiedrama,<br />
sociodrama <strong>en</strong> roltraining. Tijdschrift<br />
voor Psychotherapie, 2, 206-214.<br />
Dill<strong>en</strong>, L., & Serneels, A. (2002). De relatie van<br />
<strong>psychodrama</strong> tot psychosociaal welbevind<strong>en</strong>:<br />
e<strong>en</strong> effectiviteitsstudie <strong>bij</strong> jongvolwass<strong>en</strong><strong>en</strong>. Ongepubliceerde<br />
lic<strong>en</strong>tiaatsverhandeling in de<br />
psychologische <strong>en</strong> pedagogische wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>,<br />
richting klinische ontwikkelingspsychologie,<br />
Universiteit G<strong>en</strong>t, België.<br />
Dowling, M. (2000). Young childr<strong>en</strong>’s personal, social<br />
and emotional developm<strong>en</strong>t. Lond<strong>en</strong>: Paul<br />
Chapman.<br />
Fichte, J.G. (1810). Die Wiss<strong>en</strong>chaftslehre, in<br />
ihrem allgemein<strong>en</strong> Umrisse dargestellt. [The<br />
sci<strong>en</strong>ce of knowledge in its g<strong>en</strong>eral outline]<br />
trans. Walter E. Wright. Idealistic Studies, 6<br />
(1976), 106-117.<br />
Goodman, R.F., Coh<strong>en</strong>, J., Epstein, E., Kliethermes,<br />
M., Layne, C., Macy, R.D., & Ward-Zimmer,<br />
D.M. (2004). Childhood traumatic grief education<br />
materials. Childhood Traumatic Grief<br />
Task Force Education Materials Subcommittee,<br />
National Childhood Traumatic Stress<br />
Network. Opgehaald van <strong>het</strong> web http://nctsnet.org/nctsn_assets/pdfs/reports/childhood_<br />
traumatic_grief.pdf.<br />
Hell<strong>en</strong>doorn, J., Groothoff, E., Mostert, P., &<br />
Harinck, F. (1992). Beeldcommunicatie. E<strong>en</strong><br />
vorm van kinderpsychotherapie (tweede druk).<br />
Hout<strong>en</strong>: Bohn Stafleu Van Loghum.<br />
Helsk<strong>en</strong>s, D., Dill<strong>en</strong>, L., Siongers, M., & Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève,<br />
L. (2007). Psychodrama<br />
bin n<strong>en</strong> ontwikkelingsgerichte kinderpsychotherapie:<br />
theoretische fundering <strong>en</strong> praktische<br />
toepassing. Tijdschrift voor Orthopedagogiek,<br />
Kinderpsychiatrie <strong>en</strong> Klinische Kinderpsychologie,<br />
3, 108-126.<br />
Hoey, B. (1997). Who calls the tune? A <strong>psychodrama</strong>tic<br />
approach to child therapy. London:<br />
Routledge.<br />
Knell, S.M. (1997). Cognitive-behavioral play therapy.<br />
Northwale, NJ: Jason Aronson.<br />
Maes, J. (2007). Lev<strong>en</strong> met gemis. Handboek over<br />
rouw, rouwbegeleiding <strong>en</strong> rouwtherapie. Wijgmaal:<br />
Zorg-Saam.<br />
Mor<strong>en</strong>o, J.L. (1946). Psychodrama (Vol. 1). Beacon,<br />
New York: Beacon House.<br />
Silverman, P.R., Nickmans, S., & Word<strong>en</strong>, J.W.<br />
(1992). Detachm<strong>en</strong>t revisited: The child’s reconstruction<br />
of a dead par<strong>en</strong>t. American Journal<br />
of Orthopsychiatry, 62, 494-503.<br />
Vande Walle, S. (2008). Het actiesociogram <strong>bij</strong><br />
kinder<strong>en</strong> <strong>tuss<strong>en</strong></strong> <strong>drie</strong> <strong>en</strong> <strong>zes</strong> <strong>jaar</strong>: protocolconstructie<br />
<strong>en</strong> literatuurstudie. Ongepubliceerde<br />
lic<strong>en</strong>tiaatsverhandeling in de psychologische<br />
<strong>en</strong> pedagogische wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, richting<br />
klinische ontwikkelingspsychologie, Universiteit<br />
G<strong>en</strong>t, België.<br />
Verheugt-Pleiter, J.E., Schmeets, M.G.J., & Zevalkink,<br />
J. (2005). M<strong>en</strong>taliser<strong>en</strong> in de kindertherapie.<br />
Leidraad voor de praktijk. Ass<strong>en</strong>: Koninklijke<br />
Van Gorcum.<br />
Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève, L. (2001a). Affective processes<br />
in a multivoiced self in action. (Comm<strong>en</strong>tary<br />
on ‘Hubert Hermans: affective processes<br />
in a multivoiced self’). In H.A. Bosma, & E.S.<br />
Kunn<strong>en</strong> (Eds.), Id<strong>en</strong>tity and emotions: A selforganizational<br />
perspective (pp. 141-150).<br />
Cambridge: Cambridge University Press.<br />
Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève, L. (2001b). Hoe werkt ‘de<br />
Toverwinkel’ in <strong>psychodrama</strong>? E<strong>en</strong> ontwikkelingsgerichte,<br />
exist<strong>en</strong>tieel-dialectische visie.<br />
Tijdschrift voor Psychotherapie, 27, 263-<br />
277.<br />
Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève, L. (2003). The <strong>psychodrama</strong>tic<br />
‘social atom method’: Dialogical self<br />
in dialectical action. Journal of Constructivist<br />
Psychology, 16, 183-212.<br />
Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève, L. (2007). Zelfreflectie <strong>en</strong> persoonsontwikkeling.<br />
Handboek ontwikkelingsgerichte<br />
psychotherapie. Leuv<strong>en</strong>/Voorburg: <strong>Acco</strong>.<br />
Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève, L., Dill<strong>en</strong>, L., Helsk<strong>en</strong>s, D.,<br />
& Siongers, M. (2009). Het ‘<strong>psychodrama</strong>tisch<br />
actiesociogram’ met kinder<strong>en</strong>, vanuit<br />
e<strong>en</strong> ontwikkelingsgerichte psychotherapie.<br />
Tijdschrift Cliëntgerichte Psychotherapie, 47,<br />
187-209.<br />
Verhofstadt-D<strong>en</strong>ève, L., Vijt, A., & Van Geert, P.<br />
(2003). Handboek ontwikkelingspsychologie.<br />
Grondslag<strong>en</strong> <strong>en</strong> theorieën (vijfde volledig herwerkte<br />
oplage). Hout<strong>en</strong>: Bohn Stafleu Van<br />
Loghum.<br />
127